ONZE EILANDEN van 10 AUGUSTUS 1912. 3 i J. van Hees, tabakshandelaar S. H. Wanders, J, Minderop,a|! srdam, en H. Schroeder, van Sti Eindhoven, in de huurautomot gestapt, om naar de Dordtsc elling te gaan. Midden op de sirs auto in botsing met een electrise m van lyn 7. Uit vrees voor o •rongen de chaffeur en de h. uit de auto op straat. De automol rloos tusschen de boomen door Allen geraakten te water toi groi Lpóor te zijn •is der veie voorbijgangers op laak. Van Dyk was spoedig gei >laok. Schroeder werd gered di nden zwemmer Goedewagen, e er by sprong, Van Hees door tje, terwyl Minderop na 10 miniu os werd opgedregd. Vruchtek doctoren en omBtand eesten op te wekken. 0 en het brandweerper eenden hulp. Het stoffelijk ov, Minderop, die 27 jaar als tabaks blaar werkzaam was, werd m ohuis vervoerd. Stroopers. e gemeente-veldwachter Wierdel ildwachters Jansen en Ulft.em ter Wicherink van Azewjjn Mau n circa 3J/, uur op 'n weiland wan erst, ontdekte zy naar de „Am it, drie stroopers. Aan hun bev eidsche politie te OegetgeeBt opgespoord in het bezit van eenig keukengereed- Diefstailen. Friesland maakt iemand er zyn werk het geld te stelen uit kleedingstukken arbeiders, die in de schuur van den zyn opgehangen. Nu {zyn er weer 4 jljjko diefstallen in de gemeente Donia- lal gepleegd. Men meent den {dadei op e houden gaven de stroopers get tken als een soort altyd groen plantje, ter tncranri^nl .?i> lnoton nn uttoil, tegendeel, zy losten opdepoliti zes schoten, waardoor Wierde ecten. Gedroogd ziet het er bruinachtig Dnd werd. Daar de politiemanDi ören by zich hadden, moesten z houd bedacht, de vlucht neme - zijn nog onbekend. Een wit paard. aryft aan „Het Vad." g kwam er teHoogezand (Gr.) ie wijze na loven en bieden e >t stand tusschen een scheepsjag I hipper over het vervoeren van e iir de Veenstreek, althans in Te vergeefs bood de schip;- .evergoeding, groot f 0.50, als ;er afstand wilde doen van h ■oten accoord. is het gebeurd, dat een arn lie zwaar moetploeteren voor zy .n dien scheepsjager het volle trel uitgekeerd,zonder dat van trekkt aen is. De scheepsjager zette h inant op stal en genoot van z\ .cantiedag met behoud van soldi bloovige schipper huurde een ir. Een paard met een bult heel) toen in reilige haven gebracht] ak in een sloomzuivelfabriek. Zeemos. ■o schrijft van Texel: ii5r twee jaren hebben de Texelsche vis- rs voor het eerst zeemos gevischt en er 1 wat mede gewonnen; in het vorig jaar cte het minder goed. Thans hebbende tbandelaars kennis gegeven, dat men op ug. a.s. weder zal kunnen aanvangen en estaat hoop, dat dit jaar weer goede taten zal geven. voornaamste handelshuizen inNeder- zijn: „Brands en Houwing" te Zout- p en „De Vries Co." te Lemmer, eermalen betaalde men f 1.25 a f 1.50 per zeemos. eemos noemt men het, terwijl anderen iken van boompjes en bloempjes, zoodat I aan zeeplantjes zou denken. Toch heeft n er in te zien een dierlijk voortbrengsel, dhoornkoraal of Sortularia argenteage- ten. Men gebruiktde fynvertaktepolypen- siering van bloemenhangersen dergelijke liet laat zich echter gemakkelijk levendig en kleuren. Iedereen, die zich voor de ages van onze bloemenwinkels interes- rt, ia het wel opgevallen, dat deze zich den laatsten tyd met eene origineele mveauté" getooid hebben, aan welke men naam van zeemos heeft gegeven. Het it fijne en teedere, in sierlijke kronkels angschikte vertakkingen, en men brengt lange stengels gewoonlijk in hangenden itand en bevestigt ze met de uiteinden dat zij uit de opening van een fraaien en, uit een sierlijk korfje of dergelijk rwerp uitsteken. et 3-jarig zoontje van J. Z. te Leidschen- is in een pot met kokend water geval- tengevolge waarvan hij zulke ernstige ndwonden heeft bekomen, dat hyDlns- is overleden. (Vad.) Te Nes (N.-H.) is Dinsdagmorgen een het zeker mocht aannemen, dat zyn lezers genoeg gezond verstand bezitten, om op te merken, dat de inhoud van dit adres niet ernstig te Oplichters. Woensdag is te Boxtel het volgende geval voorgekomen, dat de „'s-Hert. Courant" mededeelt, zooals het haar werd verteld: Woensdagochtend arriveerde te Boxel per auto aan een café twee heeren, die voorga- yen te zyn de beide detectieven, welke ba rones v. C. te Ostende hadden ontvoerd. Zij waren, naar zij zeiden, nu gekomen om in de buurt een nader onderzoek in te stellen. Ten teeken, dat men hun vertrou wen kon, lieten zij een politiepenning zien. Zij bestelden in bedoeld café een dejeuner, nadat zij hun auto, die gerepareerd moest worden, in den stal hadden gezet, waar een smid de noodige herstellingen verrichtte. Na het dejeuner gebruikt te hebben, lieten zy den veldwachter ontbieden en gingen met dezen op stap, om het onderzoek, waar van wy hierboven spraken, in testellen. By hun terugkomst word weer in bedoeld café gedineerd. Daarna verklaarden zij aan den caféhouder, dat zy geen geld genoog bij zich hadden, om te reizen, en vroegen bem f25 ter leen, aan welk verzoek hy voldeed. Zy bestelden verder thee, die zij zy moesten even met de auto weg en de veld wachter mocht nu niet mee spoedig daar na zouden komen uitdrinken. Tot heden wacht men echter nog op hun terugkomst Buitenland. het paard echtervo wilde spannen, maakte de schipp Het paard was wit van kleur f en vorigen zomer zjjn eerste ve« was het schip ook door een wit!' ikken. En daar hy nog nooit jaar had gehad, kon dit van n romen zyn dan van het witte pa3.- eepsjager stoort zich echter t. bygeloof en wilde toch het wei arige dienstbode van den landman P. de verdronken. 'e Strooiendorp (N.OvJ is door onbekende zaak de bebuizinge van den heer A. Miet, prooi der vlammen geworden. Van den oedel werd zoo goed als niets gered. .Joor onbekende oorzaak brandden gister uitgekeerd,zonder dat van trekkt ltlag te Zutph6n twee zaadbergen af n 1 mde aan de Voorster allee en toebehoo- io aan de landbouwers "Wichers en seborn. Een mystificatie. h de stadseditie van een Christelijk or- n, dat te Amsterdam verschijnt, was —lensdagavond een adres ingelegd, getiteld nacht van Maandag op Dinsda en ernstig woord een voordeele der Ta- dieven zich door uitsnijd! toegang tot het laboratorium d< elfabriek „St. Cunera" teBeuge: I (N.-B.). De boterkast werd opei doch was ledig omdat de bott in een ander lokaal wordt gebo r deze kast bevindt zich de gel den bodem der kast uit te snijde zich den inhoud, bestaande ,70 wisselgeld daar de kas doi er technische bezwaren mochten zyn, iur bewaard wordt toegeöigen schijnen gestoord te zyn, althai gingen hebben zy niet aangewen: doet onderzoek. tgdige inbrekers te Leiden. en werden in de laatste wekt minder goed geslaagde inbrak al het rivierwater aan de grenzen te asten, zou onze Bond dit met een ver- iksrecht willen belasten zoodra hetbuiten- dscho water uit onze rivieren, hetzij voor ticuliere, hetzij voor fabrieka- of andere eleinden, in gebruik wordt genomen. Als er één buitenlandsch product is, dat - - Vaderland letterlijk overstroomt, dan yor diefstal gepleegd. Het is tbs'. Hhet 't rivierwater, daarvan kan de minister gelukt de hand te leggen opt-: apeD, resp. van 13, 11 enlOj.i toegang {hebben verschaft tot t [oriénpoelstraat 4, bewoond do: ran der Starp en familie, die echti fwezig zyn. Nadat zij zich doi ling van een schutting toegai irin hadden verschaft, forceerdi kendeur en namen keukengeree e. Dit geschiedde blijkbaar ree< Gisternamiddag hebben twee ha ir beproefd en het slot van ee kamer verbrijzeld. Ook daar vo inig van waarde. Enkele voorwe; sn echter door hen verkocht e: tot de ontdekking. Zij zyn doe: [wet", en, naar het heette, afkomstig van Bond van Ned. Pompenmakers, geves te Rheden, waarin met groot vertoon ernst, de heffing van een recht op rivier ter wordt bepleit. Aan het slot van dit res" wordt geschreven Als einddoel verwacht onze Bond een t matig recht op het rivierwater, dat r uit het buitenland wordt ingevoerd, of n Financien terecht zeggen dat het tegen natuurlijk lagen prys, ja, voor „niets" irdt geleverd". Het spreekt wel van zelf, dat het water wy uit den vaderlandschen bodem moe- oppompen, tegen dit gratis door het itenland geleverde water onmogelijk in ijs kan concurreeren. „Onze bond vraagt echter slechts een zeer ig invoerrecht op rivierwater, zoodat het ordeeliger wordt om norton- en andere mpeu te laten staan, dan het water uit nige rivier te putten of te gebruiken. ,Een dergelijk matig recht op rivierwater u aan alle pompenmakers en aan vele dere bedrijven, wy denken aan buizen- brikanten, machinefabrieken, leveranciers caoutchouc en ook aan onze belang- :e 3troo-indu8trie om bevriezen der 'mpen gedurende den winterte voorkomen, voor zeer langen tijd werk verschaffen al die voordeelen brengen, die door de otectionistische leden van de commissie n voorbereiding van het wetsontwerp tot bien het meest eigenaardige kat, Londen is. Na het ochtendbla en dit met onbewuste tronie voo te hebben, ging de man weg, •r zich sluitende. dat het vertrek, waarin ik n as, den man kenmerkte, die bvaetBteliing eener nieuwe Tariefwet worden Sir George Legrain is, zoo3verwacht. eet, de meest bevoegde autoritei .Moge het derhalve uw hoog college bied der geschiedenis en merljbageD dezen enkelen nieuwen tariefpost ien van Oud Egypte, dien fljttn de lange lyst der belaste artikelen van en bezit. Hy was onder mijn oigfftÊt ontwerp-Tariefwet toe te voegen". „N. Ct." noemt de verschijning van adres als inlage in een Christelijk blad vreemd geval. De Nederlander", die t stuk niet in zyn exemplaar ingevouwen md, - wat vanzelf spreekt, daar hét alleen ,de stadseditie was ingelegd - verdenkt jkbaar de „N. Ct." het geheele geval ver ben te hebben, beschouwt het als een <P van tegenstanders der tariefwet, oppert vraag, of het een aardigheid van de „N. is, om er de protectionist®!! eens te en inloopen. 9e „N. Ct." wordt te dezen aanzien na- irljjk onschuldig verdacht, maar dat de lederlander'' overigens de plank nietzoo- T misslaat blijkt uit een mededeeling 'Ike het bovengenoemde Christelijke gisteravond bevatte en waarin dit blad 'rijft, tegen de inlage van het „adres" In bezwaar te hebben gehad, aangezien Ier gepromoveerd en, zoo het ws deze reden, waren zy altyd nden geweest. Het spreekt vi de muren van het vertrek v: boven, bedekt waren met schik ivures, exemplaren van de pa; >n al het overige, datgeduremi an van een Egyptoloog verzamel' ook den naam van een der bi aannen in Londen te zyn en ws tyde buitenmate precies op z\ i. Dit goldt voor de flu week waarvan ik juist eene mouw Ij zag komen. (Wordt vervolgd) Karl Hagenbeek's ziekte. Naar uit Stellingen, waar de wereldbeken de dieren-importeur en temmer Karl Hagen beek ziek ter nederligt, wordt gemeld, is er in den toestand van dezen leider een be denkelijke verandering ten ongunste inge treden. Toch blijft de hoop bestaan, met het oog op de krachtige constitutie en niet tegenstaande den hoogen ouderdom van den patient, dat genezing alsnog mogelijk is. Intusschen heeft Hagenbeek's zware ziekte een grootsch plan in gevaar gebracht, n.l. dat van het kolossale dierpark in deJung- fernheide bij Berlijn, waarin de Duitsche keizer het allergrootste belang stelde. Dit plan berust namelijk op den persoon zelf van den ouden Hagenbeek en slechts aan hem en b.v. niet aaD de groep van geldman nen, die met hem samenwerkt, zyn de aan zienlijke concessies door den fiscus en den BerlynBchen gemeenteraad verleend. Het reusachtige plan loopt nog groot gevaar, niet ten uitvoer te worden gelegd, door de omstandigheid dat de voorbereidende werken nog pas in het eerste stadium ver keeren. Reeds is dan ook, van Stellingen uit, last gegeven aan de Berlynsche bouw ondernemers, om de werkzaamheden tot nader order te staken. Mocht Hagenbeek, hetgeen echter op het oogenblik nog niet te vreezen is, aan zijn ziekte bezwyken, dan zou waarschijnlijk ook het dierenpark in de Jungfernheide niet worden aangelegd volgens de oorspronkelij ke, door Hagenbeek opgemaakte plannen. Veeleer geloofd men, dat de fiscus alsdan haar grondstuk zal terugnemen en de ge meente Berlijn eerder het pJan-Friedel ten uitvoer zou doen brengen. Dit plan van Geheim rat Friedel beoogt den aanleg van een volkspark met een groot herten kamp verbonden, niet van een dierentuin in den eigenlijken zin. Het politiekampement. De „Sumatra Post" schrijft: Daar achter in den grooten tuin van den majoor-Chinees, aan de rivier,is een formeele benting verrezen, zooals ons leger ze in Atjeh bouwt en zooals er ook hier wel heel vroeger gestaan zullen hebben toen de stee ning benting er nog niet was. Dit is 't nieuwe politie-kampement, een verzameling van groote atap-loodsen,omgeven dooreen hoog hekwerk van prikkeldraad. Toen in de dagen, dat hier groote troepen ge wapende politie-recruten aan k wamen ,zon der dat er te voren voor behoorlijke kazer neering gezorgd was bleek, dat het toen in gebruik genomen oude Chineesche hospitaal geheel onvoldoende was, werd door den commandant van het corps in overleg met den resident maar besloten, om bet corps zelf aan 't werk te zetten voor den bouw van een tijdelijke kazerne. Want wachten tot de B. O. W. die 't anders zou moeten doen, daarmede gereed zou komen, dat kon en wilde men niet. En toen hebben daar de politie-recruten zelf hun tangsi gebouwd onder aanwijzing van hun officieren, flink, ruim en practisch ingericht, en heel wat goedkooper dan een bouw-aannemer het zou hebben besomd. En daar zyn de mennekes nu sinds 1 Juli 1.1. met pak en zak heen getrokken en hebben zy zich zeer huiselijk maar tevens gehoor zamend aan de kazernetucht geinstalleerd. Met z'n 500en zyn ze ondergebracht in 5 groote barakken, die elk 4 brigades huis vesting geven. Aan elke barak is ook nog ruimte uitgespaard voor bet kader, maar bovendien is voor het Inlandscbe kader nog een barak opgetrokken. En dan bevat het kampement nog een wachtgebouw, met arrestantenkamers en een magazijn. Aan de rivier liggen twee lange, ruime keuken barakken, waar de dames van de gewapende politie dienaren naar hartelust kunnen kok kerellen en daar in de buurt zijn ook de badplaatsen aan de rivier en de hoog-op- palen boven de rivier gebouwde retirades. De ingang van 't kampement is even voor den tempel van de Klingen aan de Park straat. Achter 't kamp woont ook in een steenen buis een detachements-commandant, die op den goeden gang van zaken een oogje houdt. De medische dienst wordt er waargenomen door een dokter-djawa, die eiken morgen het kamp bezoekt. Ze zyn hier ook maar weer tijdelijk politie-soldaten. Maar toch is 't kampement er opgebouwd om een paar jaar te kunnen staan. Eer 't garnizoen bier is weggetrokken en de politie zijn mooie kazernes kan be trekken, zal er nog wel wat vuiligheid door de Kesawan-goten drijven. Intusschen wordt er in 't kampement en daarbuiten druk geéxerceerd en theorie ge houden. Dezer dagen zal bet Medan-detache- ment, sterk 200 man afgeöxerceerd zijn. En dan komen de voor Bindjey en |Tandjong Poera bestemde politiemannen aan de beurt. Zyn die „afgericht" dan vertrekken zij naar hun nieuwe standplaatsen, waar thans reeds 'teen en ander voor hun ontvangst in ge reedheid wordt gebracht. Maar dan zullen er ook wel weer nieuwe recruten aangeko men zijn, die de vrijgekomen plaatsen in 't kampement zullen innemen. En zoo zal men daar 60 brigades moeten africhten voor den dienst. Het is reeds gebleken, dat hier in den benteng, nu men alle mennekes behoorlijk onder toezicht heeft en ze mak kelijk de tucht kan inprenten, de wilde haren van de recruten zijn uitgevallen. Ook als zij in de stad boemelen met „avond-per missie" is de houding van de heeren al veel beter. Het corps laboreert echter nog altijd aan gebrek aan kader. Het aanwezige kader is geleend van het leger, is daar „pio memo rie" gevoerd. Maar 'tlaat zich aanzien, dat 't leger zoo'n groote aderlating ook geen goed zal doen en dus is 't voor 't corps zaak, zelf kader op te leiden, waarmede men trouwens reeds begonnen is. En dan kan men hier de kleeding en uitrusting voor de recruten niet zoo gauw los krijgen uit de centrale magazijnen als dat wel wen schelyk is. Nog steeds ziet icen recruten in slaapbroeken, en die baadjes by de oefe ningen meenemen. Sedert korten tijd worden du ook de man netjes geoefend in 't nacht-patrouille loopen, Komt men in 't donker zoo'n troep tegen, dan hoeft men niet aan een plots uitge broken row, die gedempt moet worden te denken, 't Is main-main sadja. Zoo vormt men van de wilde horde, die eenige maanden geleden langs de straten schuimde, de bruikbare politie-soldaten, die men hier noodig heeft. De Aijesche Boomzaak. Wy lezen in de „Sumatra Post" van 13 Juli: Hedenmorgen deed de raad van justitie uitspraak in de zaak tegen v. W., eertijds verificateur by den boom te Oelee Lhoüe, beticht van knevelarij en verduistering. De raad overwoog wat de eerste tenlas teleggiDg betreft, dat deze niet wettig en overtuigend bewezen was. Wel waren er getuigen geweeBt, die verklaard hadden naar hun oordeel te veel te hebben betaald aan rechten, maar dit was een kwestie van taxatie en uit niets was gebleken, dat bekl. te hoog getaxeerd bad. De goederen, waar voor de rechten betaald waren, waren niet meer te specificeeren. Bovendien was ge bleken, dat bekl. van een en ander behoorlijk quitantie had gegeven aan de betrokkenen. De raad sprak dus bekl. van het eerste ten laste gelegde vrij. Wat het tweede punt betreft, overwoog 'de raad, dat de ten laste gelegde feiten, als zoude bekl. zonder quitantie af te geven gelden hebben ontvangen en die niet hebben verantwoord, wettigen overtuigend bewezen waren. En deze feiter. zouden als verduis tering gequalificeerd kunnen worden, zoo maar vaststond, dat bekl. van ambtswege was beiast geweest met het ontvangen van die gelden. Nu bevatten de reglementen en verordeningen aangaande dezen tak van dienst geen bepaling, waarin 3taat, dat be taling van rechten voor kleine pakketten e. d. aan den verificateur geschiedt. De ontvanger van de rechten is daardoor de aangewezen persoon. Al had nu hier de ontvanger van dezen verificateuropgedrageD die gelden te ontvangen, daaruit volgde nog niet, dat de ontvanger ook bevoegd was tot deze delegatie van macht. Hij was wel eerstaanwezend ambtenaar ter plaatse, maar dit hield nog niet in, dat hy de hem toe komende bevoegdheden wettelijk kon over dragen. Al droeg hy den verificateur dus ook het ontvangen van zekere rechteD op, wettelijk kwam daardoor geen verandering in een toestand, dat de ontvanger zelf de eenige daartoe bevoegde man was. Het ten laste gelegde misdrijf kon dus niet als verduistering gequalificeerd worden, hoogstens als misbruik van vertrouwen. Doch daar de tenlastelegging duidelijk sprak van „verduistering" en dus ook alleen „ver duistering" bedoeld moest zijn, verklaarde de raad bekl. ontslagen van rechtsvervol ging- Zooals men weet, was de eisch 1 jaar gevangenisstraf en enkele kleine geldboeten. We vernemen nog, dat bekl. in dit vonnis niet zal berusten. Hij kon indertijd in Atjeh aan deze vervolging ontkomen, door ontslag te nemen. Dat heeft hy niet gewild. H0' wilde geheel vrijuit gaan. Nu op enköle van de voornaamste tenlasteleggingen enkel te worden „ontslagen van rechtsvervolging", acht hij nog te bezwarend met'toog op zyn toekomst in gouvernementsdienst. Bloedige vechtpartijen in een Fransoh mijnwerkersdorp. Onder de mijnwerkera van Flamanville, een plaatsje dicht by Cherbourg gelegen, heerscht op het oogenblik een zeer opge wonden stemming naar aanleiding van tal rijke aanslagen, die de laatste dagen door werklieden van vreemde nationaliteit op de Fransche mijnarbeiders gepleegd zyn. Kort geleden werden nog twee Fransche mijn werkers door een paar Italianen met mes steken zoodanig toegetakeld, dat één hunner aan de bekomen wonden is overleden. Denzelfden dag werd'n andere Franschman door een Spanjaard met een dolk gestoken. De bevolking van Flamanville verklaart, dat zij wraak zal nemen en naar de mijnen zal oprukken om de buitenlandsche werklie den in zee te werpen. Twee Italianen zijn gearresteerd, den Spanjaard ia het echter gelukt te ontkomen. Schooljongensvermaken. Op een braak liggend stuk land van het volkrijke stadsgedeelte Belleville, te Parijs, is tegenwoordig in den vacantie een bende schooljongens bezig zich te vermaken. De honderdkoppige bende is in twee deelen gesplitst en speelt „woudloopersen indianen" De jongens vatten hun rollen zoo ernstig op, dat zy niet aarzelen hunne gevangenen een zekere marteling te doen ondergaaD. Zoo moeten zij een klein meisje de voeten verbrand hebben, maar dit gerucht bleek gelukkig overdreven. Een paar dagen geleden werd heel Belleville opgeschrikt, door het bericht, dat de Indianen een gevangen woudlooper levend hadden begraven. De politie deed onderzoek, terwijl 3 knapen verzekerden gezien te hebben, hoe men een hunner kameraden begraven had, zij konden echter de plek niet terugvinden. Daarop werdt besloten het geheele terein af te graven. Een flirt van prins Adalbert van Pruisen. Het „Deutsche Yolksblatt" vertelt in een telegram van haar correspondent te Marien- bad, de geschiedenis eener flirt van prins Adalbert van Pruisen, derden zoon van kei zer Wilhelm, met een zekere mejuffrouw de Csery, die hij reeds drie jaren kent en wier familie hij byna eiken dag te Marienbad ontmoet. B'y het tennisspelen hebben zy met elkaar vriendschappelijke betrekkingen aan geknoopt. De correspondent van het „Deutschea Volksblatt" voegt er aan toe, dat de keizerin zich binnenkort naar Marienbad zal begeven, om er eenige dagen door te brengen. Men vermoedt, dat zij met de familie van mej. Csery wil kennis maken, en men acht het niet geheel en al onmogelijk, dat den prins ver gund wordt met de geliefde van zijn hartin i het huwelijk te treden. Ten 3lotte zegt het blad nog, dat mej. de Csery een schoonheid is en dat de graaf von Hüstein, onder welken titel prins Adalbert reist, heele uren met haar en haar familie leden tennist. Dit vooral heeft onmiddellijk de aandacht der badgasten gewekt, daar de jonge prins auders zeer teruggetrokken leeft en niet gemakkelijk relaties aanknoopt. Wij bepalen er ons toe dezebyzonderbeden mede te deelen, zonder voor de juistheid er van in te staan. Te Antwerpen zijn, volgens de Nieuwe Gazet, in een lading rijst patronen ontdekt, die waarschijnlijk voor Portugal waren be stemd. Aan boord van het Hamburgscbe schip Hernania, zoo verhaalt het blad, was een party rijst in zakken, die moestovergescheept worden in lichters. Daar echter geen bevelen gegeven waren om deze partij aan boord te houden tot de lichters langszijde zouden liggen, was men Woensdagnamiddag met bet lossen van de zakken op de kaai be gonnen. Toen reeds een heele party op de kaai lag, ging een zak los, en groot was de verbazing vaD de aanwezigen, toen zy tusschen den regen van rijst, een hagel van patronen op de kaai zagen nederkletteren In de rijst had men namelijk een groote hoeveelheid geweerpatronen gemengd. Dadelijk ging men de andere zakken be tasten, die evenzeer patronen bleken te verbergen. De stuurman van de Hernania liet oogen- blikkeiyk het lossen staken. De verzenders van deze oorlogssmokkel waar hadden zeer goed hun voorzorgen ge nomen. Eerst hadden ze een zak met rijst gevuld, dan een partij patronen erin gemengd en den zak toegenaaid; en dan hadden ze den toegenaaiden zak onderstebovenin een anderen zak gestoken. De redactie van het blad heeft eenige van de patronen gezien. Ze zijn van Duitsch fabrikaat, maar als merk staat er niets anders op dan enkele teekens, die op Turfe- sche letters lijken. Men heeft op de party rijst beslag gelegd; Naar het schijnt moest zy eerst in lichter worden overgeladen en dan weer verscheept op een kleine boot, die haar naar Portugal gebracht zou hebben. De verdwijning van een Justizrat. Omtrent de raadselachtige verdwijning van den zeer bekenden Berlijnschen advo caat, Justizrat en notaris Paul Michaëlis uit Enghien-les-Bains, in welke badplaats hij zich sedert 'n paar weken ophield, meldt het „Berliner Tageblatt" ondermeer de vol gende bijzonderheden: Volgens geruchten zou Michaelis in de genoemde Fransche badplaats zelfmoord hebben gepleegd, maar hieromtrent is tot dusverre niet de minste zekerheid verkregen kunnen worden. Wat wel vaststaat is, dat de advocaat sedert Vrijdag 11. uit het hotel „Pavilion" te Enghien-leg-Bains, bij Parijs, is verdwenen en dat hy aan zyn familie en vrienden le Berlijn brieven heeft geschre ven, waarin hy mededeelde, dat hij zich van het leven ging berooven. Weliswaar werden te Berlijn berichten ontvangen, volgens welke Michaëlis zich in een boschje in de nabijheid van het meer van Enghien zou hebben doodgeschoten en werd mevrouw Michaelis telegrafisch ver zocht dadelijk naar Parijs te komeD, maar de nasporingen van den correspondent van het „Berl. Tageblatt" hebben deze zelfmoord berichten nog niet kunnen bevestigen. Uit de onderzoekingen van dezen corres pondent blijkt, dat Machaëlis aan zijn familie had verteld, dat hij naar Nauh6im ging, maar direct naar Enghien reisde. Donderdag 11. ontmoette hij op straat eene mevrouw Guillaume uit Transvaal, die hem en zijne familie kende. Eerst was Michaelis vrij on aangenaam verrast door dez6 onthulling van zijn incognito, maar later kwam hy zeer vaak samen met mevrouw Guillaume. Den zelfden Donderdag begon hij in het Casino te spelen en verloor reeds op dien eersten avond 15.000 francs. Toen hij over dit ver lies in wanhoop geraakte, vroeg mevrouw Guillaume verbaasd, hoe een man, die zoo rijk was, kon klagen over het verlies van een dergelijk luttel bedrag, waarop Michaëlis antwoordde, dat hij geen geld meer bij zich had en niet naar Duitschland kon seinen, daar zijn familie niet beter wist, of hij ver toefde te Nauheim. Een paar dagen later beleende Michaelis alle voorwerpen van waarde van mevrouw Guillaume en ook zijn eigen sieraden, en verspeelde het geld in het Casino. Ongeveer 8000 mark, die hem per postwissl uit Ber lijn werden gezonden en nog eens 3000 mark, die zyn vriendin hem leende, werden even eens verspeeld. In den nacht vaD Donder- op Vry'dag 11. ging Michaëlis niet naar maar schreef tot 's morgens brieven. Vrijdags spoorde bij met movrouw Guillau me naar Parijs. Hij verklaarde, dat hy in de Rue Tronchet een kennis ging opzoeken en vroeg haar, waar die straat was. Sinds dat oogenblik heeft men den advo caat niet meer teruggezien Zondag 11. ont ving mevrouw Guillaume to Engheim een telegram van mevrouw Michaelis, hetwelk te Marienbad was afgegeveD, en waarin zy informeerde naar de verblijfplaats van haar echtgenoot. Hieruit valt af te leiden, dat Michaelis zyn familie tusschen Vrijdag en Zondag heeft geschreven en haar in kennis heeft gesteld van zijn samenzijn met mevrouw Guillaume. Deze seinde terug, maar het telegram werd niet te Marienbad ontvangen, daar de vrouw van den verdwe nen advocaat in dien tusschentyd weder naar Berlijn was vertrokken. Te Enghien en omstreken weet de politie niets van zelfmoord. In geen derParysche ziekenhuizen, die onder gemeentelijk toe zicht staan, is een Duitscher van den Daam Machaëlis opgenomen. Evenmin is in de Morgue iets van het voorval bekend. Het kan echter zijn, dat de advocaat,indien hij werkelijk gewond is, opgenomen is in een der talrijke particuliere klinieken, die haar patiënten niet behoeven te melden. Het. blijkt thans, dat Michaelis, die een zeer winstgevende practijk had en zeer ge zocht was als advocaat, maar toch in den laatsten tijd door jongere collega'3 langza merhand werd verdrongen, reeds eenmaal aan den vooravond van zijn financieelen ondergang heeft gestaan, door toe te geven aanzijn verwoede speelhartstocht.Hij tracht te toen zelfmoord te plegen, maar kon terechter tijd van dit heilloos opzet worden teruggehouden en werd door vrienden met geld weder op de been geholpen. Een professor als inbreker. Een zeldzame gebeurtenis houdt op het oogenblik alle gemoederen in Amerika bezig. Professor James Guthrey, hoogleeraar in de electro-techniek aan de Technische Hooge- school te Chicago, bekend om zijn weten schappelijke geschriften over electriciteit, is als inbreker en wisselvervalcher,'gearresteerd Bij zijn gevangenneming verklaarde hy geen andere verontschuldiging te hebben, dan dat hij krankzinnig was. In zijn woning werden gestolen voorwerpen geyonden tot een ge zamenlijke waarde van meer dan eeu millioen gulden. In bet bijzonder had hy het op juweelen en diamanten verzien. Een groot aantal diamanten, safieren, smaragden, topazen, enz. waaronder een paarlenketting, die alleen al 12.000 gulden waard is; verder oude bronzen en ivoren kunstvoorwerpen, zeldzame boeken en waardevolle omslagen, maar ook aandeelen, chèques en andere waardepapieren werden in zyn bezit ge vonden. Bij het bewaren van zyn buit ging de professor zeer systematisch te werk. De opbrengst van elke inbraak werd in een afzonderlijken koffer verpakt. Naar het aantal koffers te oordeelen, heeft de hoog leeraar zich aan twaalf diefstallen schuldig gemaakt. Pleegde hij geen inbraken dan hield hy zich het liefst met vervalachingen bezig. Zoo vond hy o.a. in het huis van een dame, bij wie hy ingebroken had, een chequeboek. Hij maakte haar handteekening na en inde op die manier 25.000 gulden, met welk geld hij zoo gelukkig speculeerde, dat zijn bank- conto by zyn arrestatie 60.000 gulden be droeg. De buit zal de rechtmatigen eigenaars weer teruggegeven worden. De autoriteiten zyn van meening, dat men hier met een geval van kleptomanie te doen heeft, daar de professor nooit getracht heeft ook maar een enkel stuk van de door hem gestolen voorwerpen te verkoopen. De moordenaar van Uur ad Bey. Omtrent de lotgevallen van Andrelos,-den Griek, die in 1911 te 's-Gravenhage den Perzischen koopman in confituren, Murad Bey, vermoordde en onlangs in Griekenland gearresteerd werd, deelt het volgende mede: De 23-jarige moordenaar had na het plegen van zyn misdaad bij de landgenooten in Ber lijn huisvesting gevonden. Deze koesterden echter al spoedig wantrouwen tegen hem daar Andrelos zonder te werken veel geld uitgaf en zich zeer elegant kleedde. Wanneer men hem vroeg, waarom hij niet in Den Haag gebleven was, gebruikte hij allerlei uitvluchten. De moordenaar voelde zich na al die vragen niet veilig meer onder henen vluchtte naar zijn vaderland. De Berlynsche recherche, die door de politie op de hoogte was gebracht, stelde een onderzoek in naar de verblijfplaats van den voortvluchtigen moordenaar. Het gelukte den commissaris Klinghammer verschillende brieven en brief kaarten, die de moordenaar geschreven had aan te Berlijn wonende Grieken, in handen te krijgen. Uit die brieven bleek, dat An drelos in militairen dienst was getreden. Hij diende bij de zesde compagnie infanterie te Me8olongie. De Berlynsche politie zond een briefkaart, waarin de moordenaar vroeg, hoe in de kranten over den moord werd geschreven, naar de autoriteiten in Den Haag, die nu aan het gezantschap in Athene verzochten den misdadiger te doen gevangen nemen. Andrelos werd in Augustus 1911 in hechtenis genomen en naar de militaire gevangeüis overgebracht. Den dag na zyn gevangeneming gelukte het hem echter te ontvluchten. Hij hield zich daarna nu hier dan daar op, en ofschoon de Berlynsche politie bijna altyd op de hoogte was van zijn verblijfplaats, scheen de politie der kleine Grieksche plaats jes zich niet veel moeite voor de inhechte nisneming van den misdadiger te willen geven. Eerst dezer dagen, ongeveer een jaar na den moord, is het gelukt den schuldige in Athene te vatten. Andrelos wordt volgens de wet niet uitgeleverd, maar zal vooreen Grieksche rechtbank terechtstaan.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1912 | | pagina 3