ONZE EILANDEN van 10 AUGUSTUS 1912.
3
i J. van Hees, tabakshandelaar
S. H. Wanders, J, Minderop,a|!
srdam, en H. Schroeder, van Sti
Eindhoven, in de huurautomot
gestapt, om naar de Dordtsc
elling te gaan. Midden op de sirs
auto in botsing met een electrise
m van lyn 7. Uit vrees voor o
•rongen de chaffeur en de h.
uit de auto op straat. De automol
rloos tusschen de boomen door
Allen geraakten te water toi groi Lpóor te zijn
•is der veie voorbijgangers op
laak. Van Dyk was spoedig gei
>laok. Schroeder werd gered di
nden zwemmer Goedewagen,
e er by sprong, Van Hees door
tje, terwyl Minderop na 10 miniu
os werd opgedregd. Vruchtek
doctoren en omBtand
eesten op te wekken. 0
en het brandweerper
eenden hulp. Het stoffelijk ov,
Minderop, die 27 jaar als tabaks
blaar werkzaam was, werd m
ohuis vervoerd.
Stroopers.
e gemeente-veldwachter Wierdel
ildwachters Jansen en Ulft.em
ter Wicherink van Azewjjn Mau
n circa 3J/, uur op 'n weiland wan
erst, ontdekte zy naar de „Am
it, drie stroopers. Aan hun bev
eidsche politie te OegetgeeBt opgespoord
in het bezit van eenig keukengereed-
Diefstailen.
Friesland maakt iemand er zyn werk
het geld te stelen uit kleedingstukken
arbeiders, die in de schuur van den
zyn opgehangen. Nu {zyn er weer 4
jljjko diefstallen in de gemeente Donia-
lal gepleegd. Men meent den {dadei op
e houden gaven de stroopers get tken als een soort altyd groen plantje, ter
tncranri^nl .?i> lnoton nn uttoil,
tegendeel, zy losten opdepoliti
zes schoten, waardoor Wierde ecten. Gedroogd ziet het er bruinachtig
Dnd werd. Daar de politiemanDi
ören by zich hadden, moesten z
houd bedacht, de vlucht neme
- zijn nog onbekend.
Een wit paard.
aryft aan „Het Vad."
g kwam er teHoogezand (Gr.)
ie wijze na loven en bieden e
>t stand tusschen een scheepsjag
I hipper over het vervoeren van e
iir de Veenstreek, althans in
Te vergeefs bood de schip;-
.evergoeding, groot f 0.50, als
;er afstand wilde doen van h
■oten accoord.
is het gebeurd, dat een arn
lie zwaar moetploeteren voor zy
.n dien scheepsjager het volle trel
uitgekeerd,zonder dat van trekkt
aen is. De scheepsjager zette h
inant op stal en genoot van z\
.cantiedag met behoud van soldi
bloovige schipper huurde een
ir. Een paard met een bult heel)
toen in reilige haven gebracht]
ak in een sloomzuivelfabriek.
Zeemos.
■o schrijft van Texel:
ii5r twee jaren hebben de Texelsche vis-
rs voor het eerst zeemos gevischt en er
1 wat mede gewonnen; in het vorig jaar
cte het minder goed. Thans hebbende
tbandelaars kennis gegeven, dat men op
ug. a.s. weder zal kunnen aanvangen en
estaat hoop, dat dit jaar weer goede
taten zal geven.
voornaamste handelshuizen inNeder-
zijn: „Brands en Houwing" te Zout-
p en „De Vries Co." te Lemmer,
eermalen betaalde men f 1.25 a f 1.50 per
zeemos.
eemos noemt men het, terwijl anderen
iken van boompjes en bloempjes, zoodat
I aan zeeplantjes zou denken. Toch heeft
n er in te zien een dierlijk voortbrengsel,
dhoornkoraal of Sortularia argenteage-
ten. Men gebruiktde fynvertaktepolypen-
siering van bloemenhangersen dergelijke
liet laat zich echter gemakkelijk levendig
en kleuren. Iedereen, die zich voor de
ages van onze bloemenwinkels interes-
rt, ia het wel opgevallen, dat deze zich
den laatsten tyd met eene origineele
mveauté" getooid hebben, aan welke men
naam van zeemos heeft gegeven. Het
it fijne en teedere, in sierlijke kronkels
angschikte vertakkingen, en men brengt
lange stengels gewoonlijk in hangenden
itand en bevestigt ze met de uiteinden
dat zij uit de opening van een fraaien
en, uit een sierlijk korfje of dergelijk
rwerp uitsteken.
et 3-jarig zoontje van J. Z. te Leidschen-
is in een pot met kokend water geval-
tengevolge waarvan hij zulke ernstige
ndwonden heeft bekomen, dat hyDlns-
is overleden. (Vad.)
Te Nes (N.-H.) is Dinsdagmorgen een
het zeker mocht aannemen, dat zyn lezers
genoeg gezond verstand bezitten, om op te
merken, dat de inhoud van dit adres niet
ernstig te
Oplichters.
Woensdag is te Boxtel het volgende geval
voorgekomen, dat de „'s-Hert. Courant"
mededeelt, zooals het haar werd verteld:
Woensdagochtend arriveerde te Boxel per
auto aan een café twee heeren, die voorga-
yen te zyn de beide detectieven, welke ba
rones v. C. te Ostende hadden ontvoerd.
Zij waren, naar zij zeiden, nu gekomen
om in de buurt een nader onderzoek in te
stellen. Ten teeken, dat men hun vertrou
wen kon, lieten zij een politiepenning zien.
Zij bestelden in bedoeld café een dejeuner,
nadat zij hun auto, die gerepareerd moest
worden, in den stal hadden gezet, waar een
smid de noodige herstellingen verrichtte.
Na het dejeuner gebruikt te hebben, lieten
zy den veldwachter ontbieden en gingen
met dezen op stap, om het onderzoek, waar
van wy hierboven spraken, in testellen.
By hun terugkomst word weer in bedoeld
café gedineerd. Daarna verklaarden zij aan
den caféhouder, dat zy geen geld genoog bij
zich hadden, om te reizen, en vroegen bem
f25 ter leen, aan welk verzoek hy voldeed.
Zy bestelden verder thee, die zij zy
moesten even met de auto weg en de veld
wachter mocht nu niet mee spoedig daar
na zouden komen uitdrinken.
Tot heden wacht men echter nog op hun
terugkomst
Buitenland.
het paard echtervo
wilde spannen, maakte de schipp
Het paard was wit van kleur f
en vorigen zomer zjjn eerste ve«
was het schip ook door een wit!'
ikken. En daar hy nog nooit
jaar had gehad, kon dit van n
romen zyn dan van het witte pa3.-
eepsjager stoort zich echter t.
bygeloof en wilde toch het wei arige dienstbode van den landman P. de
verdronken.
'e Strooiendorp (N.OvJ is door onbekende
zaak de bebuizinge van den heer A. Miet,
prooi der vlammen geworden. Van den
oedel werd zoo goed als niets gered.
.Joor onbekende oorzaak brandden gister
uitgekeerd,zonder dat van trekkt ltlag te Zutph6n twee zaadbergen af
n 1 mde aan de Voorster allee en toebehoo-
io aan de landbouwers "Wichers en
seborn.
Een mystificatie.
h de stadseditie van een Christelijk or-
n, dat te Amsterdam verschijnt, was
—lensdagavond een adres ingelegd, getiteld
nacht van Maandag op Dinsda en ernstig woord een voordeele der Ta-
dieven zich door uitsnijd!
toegang tot het laboratorium d<
elfabriek „St. Cunera" teBeuge:
I (N.-B.). De boterkast werd opei
doch was ledig omdat de bott
in een ander lokaal wordt gebo
r deze kast bevindt zich de gel
den bodem der kast uit te snijde
zich den inhoud, bestaande
,70 wisselgeld daar de kas doi er technische bezwaren mochten zyn,
iur bewaard wordt toegeöigen
schijnen gestoord te zyn, althai
gingen hebben zy niet aangewen:
doet onderzoek.
tgdige inbrekers te Leiden.
en werden in de laatste wekt
minder goed geslaagde inbrak
al het rivierwater aan de grenzen te
asten, zou onze Bond dit met een ver-
iksrecht willen belasten zoodra hetbuiten-
dscho water uit onze rivieren, hetzij voor
ticuliere, hetzij voor fabrieka- of andere
eleinden, in gebruik wordt genomen.
Als er één buitenlandsch product is, dat
- - Vaderland letterlijk overstroomt, dan
yor diefstal gepleegd. Het is tbs'. Hhet 't rivierwater, daarvan kan de minister
gelukt de hand te leggen opt-:
apeD, resp. van 13, 11 enlOj.i
toegang {hebben verschaft tot t
[oriénpoelstraat 4, bewoond do:
ran der Starp en familie, die echti
fwezig zyn. Nadat zij zich doi
ling van een schutting toegai
irin hadden verschaft, forceerdi
kendeur en namen keukengeree
e. Dit geschiedde blijkbaar ree<
Gisternamiddag hebben twee ha
ir beproefd en het slot van ee
kamer verbrijzeld. Ook daar vo
inig van waarde. Enkele voorwe;
sn echter door hen verkocht e:
tot de ontdekking. Zij zyn doe:
[wet", en, naar het heette, afkomstig van
Bond van Ned. Pompenmakers, geves
te Rheden, waarin met groot vertoon
ernst, de heffing van een recht op rivier
ter wordt bepleit. Aan het slot van dit
res" wordt geschreven
Als einddoel verwacht onze Bond een
t matig recht op het rivierwater, dat
r uit het buitenland wordt ingevoerd, of
n Financien terecht zeggen dat het tegen
natuurlijk lagen prys, ja, voor „niets"
irdt geleverd".
Het spreekt wel van zelf, dat het water
wy uit den vaderlandschen bodem moe-
oppompen, tegen dit gratis door het
itenland geleverde water onmogelijk in
ijs kan concurreeren.
„Onze bond vraagt echter slechts een zeer
ig invoerrecht op rivierwater, zoodat het
ordeeliger wordt om norton- en andere
mpeu te laten staan, dan het water uit
nige rivier te putten of te gebruiken.
,Een dergelijk matig recht op rivierwater
u aan alle pompenmakers en aan vele
dere bedrijven, wy denken aan buizen-
brikanten, machinefabrieken, leveranciers
caoutchouc en ook aan onze belang-
:e 3troo-indu8trie om bevriezen der
'mpen gedurende den winterte voorkomen,
voor zeer langen tijd werk verschaffen
al die voordeelen brengen, die door de
otectionistische leden van de commissie
n voorbereiding van het wetsontwerp tot
bien het meest eigenaardige kat,
Londen is. Na het ochtendbla
en dit met onbewuste tronie voo
te hebben, ging de man weg,
•r zich sluitende.
dat het vertrek, waarin ik n
as, den man kenmerkte, die bvaetBteliing eener nieuwe Tariefwet worden
Sir George Legrain is, zoo3verwacht.
eet, de meest bevoegde autoritei .Moge het derhalve uw hoog college
bied der geschiedenis en merljbageD dezen enkelen nieuwen tariefpost
ien van Oud Egypte, dien fljttn de lange lyst der belaste artikelen van
en bezit. Hy was onder mijn oigfftÊt ontwerp-Tariefwet toe te voegen".
„N. Ct." noemt de verschijning van
adres als inlage in een Christelijk blad
vreemd geval. De Nederlander", die
t stuk niet in zyn exemplaar ingevouwen
md, - wat vanzelf spreekt, daar hét alleen
,de stadseditie was ingelegd - verdenkt
jkbaar de „N. Ct." het geheele geval ver
ben te hebben, beschouwt het als een
<P van tegenstanders der tariefwet, oppert
vraag, of het een aardigheid van de „N.
is, om er de protectionist®!! eens te
en inloopen.
9e „N. Ct." wordt te dezen aanzien na-
irljjk onschuldig verdacht, maar dat de
lederlander'' overigens de plank nietzoo-
T misslaat blijkt uit een mededeeling
'Ike het bovengenoemde Christelijke
gisteravond bevatte en waarin dit blad
'rijft, tegen de inlage van het „adres"
In bezwaar te hebben gehad, aangezien
Ier gepromoveerd en, zoo het ws
deze reden, waren zy altyd
nden geweest. Het spreekt vi
de muren van het vertrek v:
boven, bedekt waren met schik
ivures, exemplaren van de pa;
>n al het overige, datgeduremi
an van een Egyptoloog verzamel'
ook den naam van een der bi
aannen in Londen te zyn en ws
tyde buitenmate precies op z\
i. Dit goldt voor de flu week
waarvan ik juist eene mouw Ij
zag komen.
(Wordt vervolgd)
Karl Hagenbeek's ziekte.
Naar uit Stellingen, waar de wereldbeken
de dieren-importeur en temmer Karl Hagen
beek ziek ter nederligt, wordt gemeld, is er
in den toestand van dezen leider een be
denkelijke verandering ten ongunste inge
treden. Toch blijft de hoop bestaan, met
het oog op de krachtige constitutie en niet
tegenstaande den hoogen ouderdom van den
patient, dat genezing alsnog mogelijk is.
Intusschen heeft Hagenbeek's zware ziekte
een grootsch plan in gevaar gebracht, n.l.
dat van het kolossale dierpark in deJung-
fernheide bij Berlijn, waarin de Duitsche
keizer het allergrootste belang stelde. Dit
plan berust namelijk op den persoon zelf
van den ouden Hagenbeek en slechts aan
hem en b.v. niet aaD de groep van geldman
nen, die met hem samenwerkt, zyn de aan
zienlijke concessies door den fiscus en den
BerlynBchen gemeenteraad verleend.
Het reusachtige plan loopt nog groot
gevaar, niet ten uitvoer te worden gelegd,
door de omstandigheid dat de voorbereidende
werken nog pas in het eerste stadium ver
keeren. Reeds is dan ook, van Stellingen
uit, last gegeven aan de Berlynsche bouw
ondernemers, om de werkzaamheden tot
nader order te staken.
Mocht Hagenbeek, hetgeen echter op het
oogenblik nog niet te vreezen is, aan zijn
ziekte bezwyken, dan zou waarschijnlijk
ook het dierenpark in de Jungfernheide niet
worden aangelegd volgens de oorspronkelij
ke, door Hagenbeek opgemaakte plannen.
Veeleer geloofd men, dat de fiscus alsdan
haar grondstuk zal terugnemen en de ge
meente Berlijn eerder het pJan-Friedel ten
uitvoer zou doen brengen. Dit plan van
Geheim rat Friedel beoogt den aanleg
van een volkspark met een groot herten
kamp verbonden, niet van een dierentuin
in den eigenlijken zin.
Het politiekampement.
De „Sumatra Post" schrijft:
Daar achter in den grooten tuin van den
majoor-Chinees, aan de rivier,is een formeele
benting verrezen, zooals ons leger ze in
Atjeh bouwt en zooals er ook hier wel heel
vroeger gestaan zullen hebben toen de stee
ning benting er nog niet was. Dit is 't nieuwe
politie-kampement, een verzameling van
groote atap-loodsen,omgeven dooreen hoog
hekwerk van prikkeldraad.
Toen in de dagen, dat hier groote troepen
ge wapende politie-recruten aan k wamen ,zon
der dat er te voren voor behoorlijke kazer
neering gezorgd was bleek, dat het toen in
gebruik genomen oude Chineesche hospitaal
geheel onvoldoende was, werd door den
commandant van het corps in overleg met
den resident maar besloten, om bet corps
zelf aan 't werk te zetten voor den bouw
van een tijdelijke kazerne. Want wachten
tot de B. O. W. die 't anders zou moeten
doen, daarmede gereed zou komen, dat kon
en wilde men niet.
En toen hebben daar de politie-recruten
zelf hun tangsi gebouwd onder aanwijzing
van hun officieren, flink, ruim en practisch
ingericht, en heel wat goedkooper dan een
bouw-aannemer het zou hebben besomd.
En daar zyn de mennekes nu sinds 1 Juli
1.1. met pak en zak heen getrokken en hebben
zy zich zeer huiselijk maar tevens gehoor
zamend aan de kazernetucht geinstalleerd.
Met z'n 500en zyn ze ondergebracht in 5
groote barakken, die elk 4 brigades huis
vesting geven. Aan elke barak is ook nog
ruimte uitgespaard voor bet kader, maar
bovendien is voor het Inlandscbe kader nog
een barak opgetrokken. En dan bevat het
kampement nog een wachtgebouw, met
arrestantenkamers en een magazijn. Aan
de rivier liggen twee lange, ruime keuken
barakken, waar de dames van de gewapende
politie dienaren naar hartelust kunnen kok
kerellen en daar in de buurt zijn ook de
badplaatsen aan de rivier en de hoog-op-
palen boven de rivier gebouwde retirades.
De ingang van 't kampement is even voor
den tempel van de Klingen aan de Park
straat.
Achter 't kamp woont ook in een steenen
buis een detachements-commandant, die op
den goeden gang van zaken een oogje houdt.
De medische dienst wordt er waargenomen
door een dokter-djawa, die eiken morgen
het kamp bezoekt.
Ze zyn hier ook maar weer tijdelijk
politie-soldaten. Maar toch is 't kampement
er opgebouwd om een paar jaar te kunnen
staan. Eer 't garnizoen bier is weggetrokken
en de politie zijn mooie kazernes kan be
trekken, zal er nog wel wat vuiligheid door
de Kesawan-goten drijven.
Intusschen wordt er in 't kampement en
daarbuiten druk geéxerceerd en theorie ge
houden. Dezer dagen zal bet Medan-detache-
ment, sterk 200 man afgeöxerceerd zijn. En
dan komen de voor Bindjey en |Tandjong
Poera bestemde politiemannen aan de beurt.
Zyn die „afgericht" dan vertrekken zij naar
hun nieuwe standplaatsen, waar thans reeds
'teen en ander voor hun ontvangst in ge
reedheid wordt gebracht. Maar dan zullen
er ook wel weer nieuwe recruten aangeko
men zijn, die de vrijgekomen plaatsen in
't kampement zullen innemen. En zoo zal
men daar 60 brigades moeten africhten voor
den dienst. Het is reeds gebleken, dat hier
in den benteng, nu men alle mennekes
behoorlijk onder toezicht heeft en ze mak
kelijk de tucht kan inprenten, de wilde haren
van de recruten zijn uitgevallen. Ook als
zij in de stad boemelen met „avond-per
missie" is de houding van de heeren al veel
beter.
Het corps laboreert echter nog altijd aan
gebrek aan kader. Het aanwezige kader is
geleend van het leger, is daar „pio memo
rie" gevoerd. Maar 'tlaat zich aanzien, dat
't leger zoo'n groote aderlating ook geen
goed zal doen en dus is 't voor 't corps zaak,
zelf kader op te leiden, waarmede men
trouwens reeds begonnen is. En dan kan
men hier de kleeding en uitrusting voor
de recruten niet zoo gauw los krijgen uit
de centrale magazijnen als dat wel wen
schelyk is. Nog steeds ziet icen recruten
in slaapbroeken, en die baadjes by de oefe
ningen meenemen.
Sedert korten tijd worden du ook de man
netjes geoefend in 't nacht-patrouille loopen,
Komt men in 't donker zoo'n troep tegen,
dan hoeft men niet aan een plots uitge
broken row, die gedempt moet worden te
denken, 't Is main-main sadja.
Zoo vormt men van de wilde horde, die
eenige maanden geleden langs de straten
schuimde, de bruikbare politie-soldaten, die
men hier noodig heeft.
De Aijesche Boomzaak.
Wy lezen in de „Sumatra Post" van 13
Juli:
Hedenmorgen deed de raad van justitie
uitspraak in de zaak tegen v. W., eertijds
verificateur by den boom te Oelee Lhoüe,
beticht van knevelarij en verduistering.
De raad overwoog wat de eerste tenlas
teleggiDg betreft, dat deze niet wettig en
overtuigend bewezen was. Wel waren er
getuigen geweeBt, die verklaard hadden naar
hun oordeel te veel te hebben betaald aan
rechten, maar dit was een kwestie van
taxatie en uit niets was gebleken, dat bekl.
te hoog getaxeerd bad. De goederen, waar
voor de rechten betaald waren, waren niet
meer te specificeeren. Bovendien was ge
bleken, dat bekl. van een en ander behoorlijk
quitantie had gegeven aan de betrokkenen.
De raad sprak dus bekl. van het eerste ten
laste gelegde vrij.
Wat het tweede punt betreft, overwoog
'de raad, dat de ten laste gelegde feiten, als
zoude bekl. zonder quitantie af te geven
gelden hebben ontvangen en die niet hebben
verantwoord, wettigen overtuigend bewezen
waren. En deze feiter. zouden als verduis
tering gequalificeerd kunnen worden, zoo
maar vaststond, dat bekl. van ambtswege
was beiast geweest met het ontvangen van
die gelden. Nu bevatten de reglementen en
verordeningen aangaande dezen tak van
dienst geen bepaling, waarin 3taat, dat be
taling van rechten voor kleine pakketten
e. d. aan den verificateur geschiedt. De
ontvanger van de rechten is daardoor de
aangewezen persoon. Al had nu hier de
ontvanger van dezen verificateuropgedrageD
die gelden te ontvangen, daaruit volgde nog
niet, dat de ontvanger ook bevoegd was tot
deze delegatie van macht. Hij was wel
eerstaanwezend ambtenaar ter plaatse, maar
dit hield nog niet in, dat hy de hem toe
komende bevoegdheden wettelijk kon over
dragen. Al droeg hy den verificateur dus
ook het ontvangen van zekere rechteD op,
wettelijk kwam daardoor geen verandering
in een toestand, dat de ontvanger zelf de
eenige daartoe bevoegde man was.
Het ten laste gelegde misdrijf kon dus
niet als verduistering gequalificeerd worden,
hoogstens als misbruik van vertrouwen.
Doch daar de tenlastelegging duidelijk sprak
van „verduistering" en dus ook alleen „ver
duistering" bedoeld moest zijn, verklaarde
de raad bekl. ontslagen van rechtsvervol
ging-
Zooals men weet, was de eisch 1 jaar
gevangenisstraf en enkele kleine geldboeten.
We vernemen nog, dat bekl. in dit vonnis
niet zal berusten. Hij kon indertijd in Atjeh
aan deze vervolging ontkomen, door ontslag
te nemen. Dat heeft hy niet gewild. H0'
wilde geheel vrijuit gaan. Nu op enköle van
de voornaamste tenlasteleggingen enkel te
worden „ontslagen van rechtsvervolging",
acht hij nog te bezwarend met'toog op zyn
toekomst in gouvernementsdienst.
Bloedige vechtpartijen in een Fransoh
mijnwerkersdorp.
Onder de mijnwerkera van Flamanville,
een plaatsje dicht by Cherbourg gelegen,
heerscht op het oogenblik een zeer opge
wonden stemming naar aanleiding van tal
rijke aanslagen, die de laatste dagen door
werklieden van vreemde nationaliteit op de
Fransche mijnarbeiders gepleegd zyn. Kort
geleden werden nog twee Fransche mijn
werkers door een paar Italianen met mes
steken zoodanig toegetakeld, dat één hunner
aan de bekomen wonden is overleden.
Denzelfden dag werd'n andere Franschman
door een Spanjaard met een dolk gestoken.
De bevolking van Flamanville verklaart, dat
zij wraak zal nemen en naar de mijnen
zal oprukken om de buitenlandsche werklie
den in zee te werpen. Twee Italianen zijn
gearresteerd, den Spanjaard ia het echter
gelukt te ontkomen.
Schooljongensvermaken.
Op een braak liggend stuk land van het
volkrijke stadsgedeelte Belleville, te Parijs,
is tegenwoordig in den vacantie een bende
schooljongens bezig zich te vermaken. De
honderdkoppige bende is in twee deelen
gesplitst en speelt „woudloopersen indianen"
De jongens vatten hun rollen zoo ernstig
op, dat zy niet aarzelen hunne gevangenen
een zekere marteling te doen ondergaaD.
Zoo moeten zij een klein meisje de voeten
verbrand hebben, maar dit gerucht bleek
gelukkig overdreven. Een paar dagen geleden
werd heel Belleville opgeschrikt, door het
bericht, dat de Indianen een gevangen
woudlooper levend hadden begraven. De
politie deed onderzoek, terwijl 3 knapen
verzekerden gezien te hebben, hoe men een
hunner kameraden begraven had, zij konden
echter de plek niet terugvinden. Daarop
werdt besloten het geheele terein af te
graven.
Een flirt van prins Adalbert van Pruisen.
Het „Deutsche Yolksblatt" vertelt in een
telegram van haar correspondent te Marien-
bad, de geschiedenis eener flirt van prins
Adalbert van Pruisen, derden zoon van kei
zer Wilhelm, met een zekere mejuffrouw de
Csery, die hij reeds drie jaren kent en wier
familie hij byna eiken dag te Marienbad
ontmoet. B'y het tennisspelen hebben zy met
elkaar vriendschappelijke betrekkingen aan
geknoopt.
De correspondent van het „Deutschea
Volksblatt" voegt er aan toe, dat de keizerin
zich binnenkort naar Marienbad zal begeven,
om er eenige dagen door te brengen. Men
vermoedt, dat zij met de familie van mej.
Csery wil kennis maken, en men acht het niet
geheel en al onmogelijk, dat den prins ver
gund wordt met de geliefde van zijn hartin
i het huwelijk te treden.
Ten 3lotte zegt het blad nog, dat mej. de
Csery een schoonheid is en dat de graaf von
Hüstein, onder welken titel prins Adalbert
reist, heele uren met haar en haar familie
leden tennist. Dit vooral heeft onmiddellijk
de aandacht der badgasten gewekt, daar de
jonge prins auders zeer teruggetrokken leeft
en niet gemakkelijk relaties aanknoopt.
Wij bepalen er ons toe dezebyzonderbeden
mede te deelen, zonder voor de juistheid er
van in te staan.
Te Antwerpen zijn, volgens de Nieuwe
Gazet, in een lading rijst patronen ontdekt,
die waarschijnlijk voor Portugal waren be
stemd.
Aan boord van het Hamburgscbe schip
Hernania, zoo verhaalt het blad, was een
party rijst in zakken, die moestovergescheept
worden in lichters. Daar echter geen bevelen
gegeven waren om deze partij aan boord te
houden tot de lichters langszijde zouden
liggen, was men Woensdagnamiddag met
bet lossen van de zakken op de kaai be
gonnen.
Toen reeds een heele party op de kaai lag,
ging een zak los, en groot was de verbazing
vaD de aanwezigen, toen zy tusschen den
regen van rijst, een hagel van patronen op
de kaai zagen nederkletteren
In de rijst had men namelijk een groote
hoeveelheid geweerpatronen gemengd.
Dadelijk ging men de andere zakken be
tasten, die evenzeer patronen bleken te
verbergen.
De stuurman van de Hernania liet oogen-
blikkeiyk het lossen staken.
De verzenders van deze oorlogssmokkel
waar hadden zeer goed hun voorzorgen ge
nomen. Eerst hadden ze een zak met rijst
gevuld, dan een partij patronen erin gemengd
en den zak toegenaaid; en dan hadden ze
den toegenaaiden zak onderstebovenin een
anderen zak gestoken.
De redactie van het blad heeft eenige van
de patronen gezien. Ze zijn van Duitsch
fabrikaat, maar als merk staat er niets
anders op dan enkele teekens, die op Turfe-
sche letters lijken.
Men heeft op de party rijst beslag gelegd;
Naar het schijnt moest zy eerst in lichter
worden overgeladen en dan weer verscheept
op een kleine boot, die haar naar Portugal
gebracht zou hebben.
De verdwijning van een Justizrat.
Omtrent de raadselachtige verdwijning
van den zeer bekenden Berlijnschen advo
caat, Justizrat en notaris Paul Michaëlis uit
Enghien-les-Bains, in welke badplaats hij
zich sedert 'n paar weken ophield, meldt
het „Berliner Tageblatt" ondermeer de vol
gende bijzonderheden:
Volgens geruchten zou Michaelis in de
genoemde Fransche badplaats zelfmoord
hebben gepleegd, maar hieromtrent is tot
dusverre niet de minste zekerheid verkregen
kunnen worden. Wat wel vaststaat is, dat
de advocaat sedert Vrijdag 11. uit het hotel
„Pavilion" te Enghien-leg-Bains, bij Parijs,
is verdwenen en dat hy aan zyn familie
en vrienden le Berlijn brieven heeft geschre
ven, waarin hy mededeelde, dat hij zich
van het leven ging berooven.
Weliswaar werden te Berlijn berichten
ontvangen, volgens welke Michaëlis zich
in een boschje in de nabijheid van het meer
van Enghien zou hebben doodgeschoten en
werd mevrouw Michaelis telegrafisch ver
zocht dadelijk naar Parijs te komeD, maar
de nasporingen van den correspondent van
het „Berl. Tageblatt" hebben deze zelfmoord
berichten nog niet kunnen bevestigen.
Uit de onderzoekingen van dezen corres
pondent blijkt, dat Machaëlis aan zijn familie
had verteld, dat hij naar Nauh6im ging,
maar direct naar Enghien reisde. Donderdag
11. ontmoette hij op straat eene mevrouw
Guillaume uit Transvaal, die hem en zijne
familie kende. Eerst was Michaelis vrij on
aangenaam verrast door dez6 onthulling van
zijn incognito, maar later kwam hy zeer
vaak samen met mevrouw Guillaume. Den
zelfden Donderdag begon hij in het Casino
te spelen en verloor reeds op dien eersten
avond 15.000 francs. Toen hij over dit ver
lies in wanhoop geraakte, vroeg mevrouw
Guillaume verbaasd, hoe een man, die zoo
rijk was, kon klagen over het verlies van
een dergelijk luttel bedrag, waarop Michaëlis
antwoordde, dat hij geen geld meer bij zich
had en niet naar Duitschland kon seinen,
daar zijn familie niet beter wist, of hij ver
toefde te Nauheim.
Een paar dagen later beleende Michaelis
alle voorwerpen van waarde van mevrouw
Guillaume en ook zijn eigen sieraden, en
verspeelde het geld in het Casino. Ongeveer
8000 mark, die hem per postwissl uit Ber
lijn werden gezonden en nog eens 3000 mark,
die zyn vriendin hem leende, werden even
eens verspeeld. In den nacht vaD Donder-
op Vry'dag 11. ging Michaëlis niet naar
maar schreef tot 's morgens brieven.
Vrijdags spoorde bij met movrouw Guillau
me naar Parijs. Hij verklaarde, dat hy in de
Rue Tronchet een kennis ging opzoeken en
vroeg haar, waar die straat was.
Sinds dat oogenblik heeft men den advo
caat niet meer teruggezien Zondag 11. ont
ving mevrouw Guillaume to Engheim een
telegram van mevrouw Michaelis, hetwelk
te Marienbad was afgegeveD, en waarin zy
informeerde naar de verblijfplaats van haar
echtgenoot. Hieruit valt af te leiden, dat
Michaelis zyn familie tusschen Vrijdag en
Zondag heeft geschreven en haar in kennis
heeft gesteld van zijn samenzijn met
mevrouw Guillaume. Deze seinde terug,
maar het telegram werd niet te Marienbad
ontvangen, daar de vrouw van den verdwe
nen advocaat in dien tusschentyd weder naar
Berlijn was vertrokken.
Te Enghien en omstreken weet de politie
niets van zelfmoord. In geen derParysche
ziekenhuizen, die onder gemeentelijk toe
zicht staan, is een Duitscher van den Daam
Machaëlis opgenomen. Evenmin is in de
Morgue iets van het voorval bekend. Het
kan echter zijn, dat de advocaat,indien hij
werkelijk gewond is, opgenomen is in een
der talrijke particuliere klinieken, die haar
patiënten niet behoeven te melden.
Het. blijkt thans, dat Michaelis, die een
zeer winstgevende practijk had en zeer ge
zocht was als advocaat, maar toch in den
laatsten tijd door jongere collega'3 langza
merhand werd verdrongen, reeds eenmaal
aan den vooravond van zijn financieelen
ondergang heeft gestaan, door toe te geven
aanzijn verwoede speelhartstocht.Hij tracht
te toen zelfmoord te plegen, maar kon
terechter tijd van dit heilloos opzet worden
teruggehouden en werd door vrienden met
geld weder op de been geholpen.
Een professor als inbreker.
Een zeldzame gebeurtenis houdt op het
oogenblik alle gemoederen in Amerika bezig.
Professor James Guthrey, hoogleeraar in de
electro-techniek aan de Technische Hooge-
school te Chicago, bekend om zijn weten
schappelijke geschriften over electriciteit, is
als inbreker en wisselvervalcher,'gearresteerd
Bij zijn gevangenneming verklaarde hy geen
andere verontschuldiging te hebben, dan dat
hij krankzinnig was. In zijn woning werden
gestolen voorwerpen geyonden tot een ge
zamenlijke waarde van meer dan eeu millioen
gulden. In bet bijzonder had hy het op
juweelen en diamanten verzien. Een groot
aantal diamanten, safieren, smaragden,
topazen, enz. waaronder een paarlenketting,
die alleen al 12.000 gulden waard is; verder
oude bronzen en ivoren kunstvoorwerpen,
zeldzame boeken en waardevolle omslagen,
maar ook aandeelen, chèques en andere
waardepapieren werden in zyn bezit ge
vonden. Bij het bewaren van zyn buit ging
de professor zeer systematisch te werk. De
opbrengst van elke inbraak werd in een
afzonderlijken koffer verpakt. Naar het
aantal koffers te oordeelen, heeft de hoog
leeraar zich aan twaalf diefstallen schuldig
gemaakt.
Pleegde hij geen inbraken dan hield hy
zich het liefst met vervalachingen bezig.
Zoo vond hy o.a. in het huis van een dame,
bij wie hy ingebroken had, een chequeboek.
Hij maakte haar handteekening na en inde
op die manier 25.000 gulden, met welk geld
hij zoo gelukkig speculeerde, dat zijn bank-
conto by zyn arrestatie 60.000 gulden be
droeg. De buit zal de rechtmatigen eigenaars
weer teruggegeven worden. De autoriteiten
zyn van meening, dat men hier met een
geval van kleptomanie te doen heeft, daar
de professor nooit getracht heeft ook maar
een enkel stuk van de door hem gestolen
voorwerpen te verkoopen.
De moordenaar van Uur ad Bey.
Omtrent de lotgevallen van Andrelos,-den
Griek, die in 1911 te 's-Gravenhage den
Perzischen koopman in confituren, Murad
Bey, vermoordde en onlangs in Griekenland
gearresteerd werd, deelt het volgende mede:
De 23-jarige moordenaar had na het plegen
van zyn misdaad bij de landgenooten in Ber
lijn huisvesting gevonden. Deze koesterden
echter al spoedig wantrouwen tegen hem
daar Andrelos zonder te werken veel geld
uitgaf en zich zeer elegant kleedde. Wanneer
men hem vroeg, waarom hij niet in Den
Haag gebleven was, gebruikte hij allerlei
uitvluchten. De moordenaar voelde zich na
al die vragen niet veilig meer onder henen
vluchtte naar zijn vaderland. De Berlynsche
recherche, die door de politie op de hoogte
was gebracht, stelde een onderzoek in naar
de verblijfplaats van den voortvluchtigen
moordenaar. Het gelukte den commissaris
Klinghammer verschillende brieven en brief
kaarten, die de moordenaar geschreven had
aan te Berlijn wonende Grieken, in handen
te krijgen. Uit die brieven bleek, dat An
drelos in militairen dienst was getreden.
Hij diende bij de zesde compagnie infanterie
te Me8olongie. De Berlynsche politie zond
een briefkaart, waarin de moordenaar vroeg,
hoe in de kranten over den moord werd
geschreven, naar de autoriteiten in Den
Haag, die nu aan het gezantschap in Athene
verzochten den misdadiger te doen gevangen
nemen. Andrelos werd in Augustus 1911 in
hechtenis genomen en naar de militaire
gevangeüis overgebracht. Den dag na zyn
gevangeneming gelukte het hem echter te
ontvluchten.
Hij hield zich daarna nu hier dan daar
op, en ofschoon de Berlynsche politie bijna
altyd op de hoogte was van zijn verblijfplaats,
scheen de politie der kleine Grieksche plaats
jes zich niet veel moeite voor de inhechte
nisneming van den misdadiger te willen
geven. Eerst dezer dagen, ongeveer een jaar
na den moord, is het gelukt den schuldige
in Athene te vatten. Andrelos wordt volgens
de wet niet uitgeleverd, maar zal vooreen
Grieksche rechtbank terechtstaan.