NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD,
ZUID-HOLLANDSCHE EN ZEEOWSGHE EILANDEN
INS
bi
oroerende Goederen,
HATEN
ui Dirkslaiid j
stroQinleider is aapgebrachl,
IORDHOLLANDSCH Buitenlandsch Overzicht.
1KDB0UWGREDIET, Een minister kaa in het algemeen geen
de Bladen.
Papierhandel,
Het Egyptische Monster.
lliii<iill!liiidiihilailiihaini|
l Bestuur van de Gemeene I
ing van Dirksland vestigt er'
cht op, dat op 140 Meters van:
er buitenhaven, aan den Westka
ONZE EILANDEN
VOOR DB
der worden de schippers gewaj-
'd dat het zeer gevaarlijk is oml
binnen te varen, wanneer
vlag met het woord „SPUIeI
schutsluis geheschen is,
Dirksland, den 30 Mei 1912ÏÏ
Het Bestuur voornoemd, jw Per ^{wart'
oretaris, De VoorzitteM1**^1"1 nummers°l05
LOOIJ. G. BüSSGHIETy
)iÓ Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen.
ƒ0,50
No. 30
Zaterdag 15 Juni 1912 19E Jaargang
Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk
Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis.
Prijs per advurtentiën van 15 regels 0,50
Iedere regel meer- 0,40
Groote letters naar plaatsruimte.
I7TW k ATrrnnn ittz-iiti .ltaP buiten zyn gewonen weg doen of
F JJKAjN lOOll ALKMAA'Ogenblikkelyk zoekt de pers, die in dat
niM A 11 rp ;eval uiting is van wat er by het groote
leleioon >Ubliek omgaat, veronderstellingen, die het
loea van dien stap konden rechtvaardigen.
AGENTSCHAPPEN: (Vaaneer men nu nog eer heeft te zijn een
tOORN,
markt 16.
BIDEN,
Rapenburg
Breestraat.
'ELFT,
imarkt 99.
ENEHUIZENl©1" °P den voorgrond tredende staatslieden
Westerstraat ('an Europa, dan wordt elke beweging
mgatvallig bespied.
's-GRAYENILU Minister Asquith en minister Churchill
Molenstraat te zamen naar Malta geweest en hebben
laar een onderhoud gehad met lord Kitche-
ROTTERDAMner, den Engelschen regeeriugsambtenaar
Leuvehaven 10io Egypte. Die reis was natuurlijk een
buitengewoon goed thema voor de persrid-
ftfil- Twöü MUHaai. C«lJ,dei'8 ÜIU een geheel verhaal over gewijzigde
/Ulii. 1W66 JlIlUlOOn WUlfllpolitieke verhoudingen en meer dergelijke
ïeel geplaatst en volgestort. aan vast te knoopen. In de eerste plaats
bracht men de reis in verband met plannen
VPNTMnnTccTj r> i n.om de Fransch-Engelsche Entente om te zet-
VENNOOTSCHAP verleent ftten ln een bondgenootschap. Door verschil-
neemt gelden in deposito, behien(je unionistische bladen in Engeland was
net den aan- en verkoop v-daarop aangedrongen maar zooals terecht
1 en coupons, sluit beleeuiugdemand aan het EDgelsche ministerie van
longatiën en verricht verder albultei
amheden tot hc
ende.
Deposito rente
3 o/o.
ce-Voor sitter
ommissarissén
ïenlandsche zaken opmerkte, die Engel-
ter^sche bladen hadden blijkbaar als bijoogmerk
daardoor Engeland te brengen tot invoering
van dienstplicht, want een bondgenootschap
tusschen Engeland en Frankrijk zou het
laatste land Diet het minst voordeel geven
IAAT op 31 Maart 1912. wanneer niet Engeland in een kritiekgeval
de Gredieten 6.192 263 51 daadwerkelijk met een leger kon bijspringen.
0's a /no OKQ q- Een tegenvaller voor deze unionistische
1 «JS'TtS"^.bladen is echter dat men in Engeland na
- ziu.'ktiAL wat er in den vorjgen zomer heeft plaats
De Directie gehad, en na de moeilijkheden, waarvoor
J. F. MOENSmen toen gestaan heeft, er zich nog wel
P. v. FOREEST. Mr. M. MOF.! eens tweemaal over zal bedenken, voor men
■SDondent voor Middplhnrnk tot een nauwer verbinding met Frankrijk
kpn' ainib overgaat. Evenmin kan Frankrijk by een
nauwer aanhaling van de entente belang
VAN DER KOOGH hebben, daar van geen enkele liberale
TE niDDEUMKW». fegeering is te verwachten een voorsteltot
invoering vau dienstplicht in Engeland. Wel
- m zou Frankrijk eeu deel van Engeland's taak
CPNAtl O HA 1 in de Middellandsche zee moeten overnemen.
En dan komt Dog het derde, het hoofdbe-
lOlHfifikhflllr™1 Wanned' in werkelijkheid Engeland
r w zich nauwer met Frankrijk verbond,zou van
verder onderhandelen tusschen Duitschland
en Engeland geen sprake meer kunnen zijn.
ank geeft S Pandbrieven Eveneens zou de verhouding tusschen Fran-
len loers van° 101«/4 pl word»! burtengewnon gespan-
6 VaD T°e" al d0ze plannen met zijn voor-en
DUU, ƒ250,en ƒ100,- nadoelen in de pers besproken waren, heeft
•ïjgbaar ten kantore der Bank e de Engelsche regeering het noodig geoor-
teeren deeld de geheele reis van Churchill te
n act Tjn.rMnSylareD ala een gewone inspectietoer en
)±L IjrA-O JL ÖL AjkJKJV dua moest elke politieke beteekenis er aan
TP CJAMMPT om TIT ontzegd worden. Journalisten zyn echter
lx. JSUJiiJuXjijolllJ A. met gauw verslagen en zoo bevatte de
Berliner Lokal-Anzeiger een paar dagen
geleden toch nog een artikel, waarbij wel
het verhaal van een verbond tusschen Frank
te Apeldoorn.
ent op
PEtriLLETO rtr.
[elezen Weekblad vi
ervolg-romans.
'LAREN.
cent per week.
Ieder abonné is verzeket
iddelen van vervoer.
ÏRKRIJGBAAR.
i bijleveren van Prachtband:';
bij de
delharnis.
1, W. VAN DER SCHENK
ryk en Engeland was losgelaten, doch
waarbij nu aan de reis belang werd toegekend
in verband met de Turksch-Italiaansche
oorlog. Het blad hoopt dat deze reis dan zal
dienen tot beëindiging van de vijandelijk
heden, doch niet om nieuwe verwikkelingen
te scheppen.
Vlaamsch-clericale bladen vestigen er met
begrijpelijke voldoening de aandacht op,
dat vooral aan de Vlamingen te danken is,
dat de katholieke partij den 2n Juni zulk
een schitterende overwinning heeft behaald.
Zij stellen in 't licht, dat Vlaanderen 62
regeeringsaanhangers heeft gekozen tegen
over slechts 24 oppositie-mannen, terwijl
in het Walenland slechts 27 zetels door
Katholieken veroverd werden, tegen 43 door
de liberalen en socialisten. Als oorzaak van
dit verschil wordt aangegeven, dat de Wa
len den diepen godsdienstzin missen, die de
Vlamingen, ondanks een 80-jarige miskennen
en stelselmatige poging tot verfranschiug
ook nu nog kenmerkt; en vooral zyn taal
beeft den Vlaming, zoo heet bet, zyn geloof
doen behouden en hem onttrokken aan den
verderfelijken invloed van het Zuiden.
Van belang, vooral ten opzichte van wat
de Vlaamsche beweging in zake de ver-
vlaamsching derGentsche Hoogeschool, van
de door den jongsten verkiezingsuitslag
zoozeer versterkte cleiicalo regeering te
wachten heeft, is wat het clericale Handels
blad van Antwerpen, schrijft:
„Welnu, wil men dat werkzaam, orde
lievend en godsdienstig Vlaamsch volk zien
blijven wat het nu is, dan moet men het
in zijn rechtmatige betrachtingen steunen en
aanmoedigen. En onder zijn duurbaarste
betrachtingen komt op de eerste plaats een
volkomen Vlaamsch bestuur in het Vlaam
sche land en een volledig Vlaaimsch onder
wijs in alle graden.
De gekozenen der Katholieke party,
zoowel Walen als Vlamingen, hebben voor
strengen plicht zonder aarzelen noch uitstel
ons volk deze voldoening te geven."
Naar men zich herinnert, behoort tot de
vele beloften door de Regeering vóór de
verkiezing gegeven, ook die van de ver-
vlaamsching der Gentsche Hoogeschool.
Houdt de Regeering zich aan de belofte
en bovenstaand citaat uit het het regeerings-
gezind orgaan schijnt dat zéér waarschijnlijk
te maken dan zullen ook de liberale
Vlamingen althans in dit opzicht over den
uitslag der verkiezingen niet ontevreden
behoeven te zyn.
In verband met deze taai-politieke quaes-
tie is ook van belang een statistiek, die de
Vlaamsche Gazette heeft gemaakt, ter weer
legging van de clericale beweriDg, als zou
de liberale party vooral in de Vlaamsche
districten achteruit zyn gegaan. Dit blad,
hoewel erkennend, dat het de Vlaamsche
regeering op 2 Juni de meerderheid hebben
bezorgd, geeft in zyn jongste nummer een
uitvoerige vergelijkende tabel, waarin het
aantal stemmen is aangegeven, dat bij de
vorige en by de jongste verkiezing in de
VOORREDE.
brief geschreven door Sir William
pord, toonende te Dorsetshire Bampton
Mary aan George Trevelyan, wonende
Lincoln's Inn Fields.
Beste Trevelyan
Nooit nog ben ik van mijn leven in zulke
moeilijke, om niet te zeggen netelige om
standigheden geweest. Ik ben, zoo je weet,
een eenvoudig man, die graag eenvoudig
leeft en ook spreekt. Tocb zal ik nu gevaar
loopen die reputatie te verliezen, als ik je
ga vertellen, wat, zooals ik denk, je voor
wonderlijkste en ongelooflijkste mede-
aoeling zult houden. Wat mij betreft, ik
weet niet, wat ik er van denken moet. Ik
heb er over gezeten tot ik eindelijk niet
meer in de rechte stemming was het te
jrePordeelen. Daarom moet jy voor ons beiden
„T overwegen. Om 's hemelswil, maak
nLvMstlBe sevolgtrekltiag.
nK er aan in dubüs benigniora semper
sunt preferenda, zooals ons op school dik
wijls gezegd werd, moet ons moitozynen
hierbij moeten wy ons ten koste van wat
ook, houden.
Voor zoover ik kan zien, staan wy tegen
over een der droevigste en te gelijkertijd een
der meest onverklaarbare feiten, die ooit op
papier vermeld zyn.
Alles wel beschouwd, moet Forrester
krankzinnig geworden zijnde het alles ge
droomd hebben, of hij is gezond van geest
en heeft zooais weinig anderen in deze
wereld geleden. In elk geval verdient hij
dat wy diep medelijden met hem hebben,
Van één ding slechts zyn we zeker. Zooals
wy dien man keDnen, weten we wat we
van de waarheid der beschuldigingen, die
hi) tegen zichzelveu inbrengt, gelooven
moeten. Van één ding ben ik overtuigd
een prijzenswaardiger wezen dan hy bewan
delt deze aarde niet.
Wy kennen hem even lang. Wy werden
ruim twaalf jaar geleden bij één en dezelfde
gelegenheid aan hem en aan elkaar voor
gesteld, en gedurende al dien tijd weetik,
dat ik recht heb dit te zeggen, had geen
van ons reden aan de waarheid van zyn
woorden, noch aan de echtheid van eene
zy'ner handelingen te twijfelen. Waarlijk,
voor zoover ik my herinneren kan, had hij
maar ééne fout, die niet ongemeen is in den
laatsten tyd der negentiende eeuw. Nu
Vlaamsche en in de Waalsche districten op
de candidaten der regeeringspartij en op
die der oppositie is uitgebracht. Daaruit
blijkt, dat in de Waalsche districten de
clericale» 20 pCt. zijn vooruitgegaan, de op
positie slechts 8.3 pCt.; in de Vlaamsche
districten gingen de clericalen 7.3 pCt. voor
uit, de oppositiepartijen 3'/a pCt. achteruit.
Waaruit, volgens de Vlaamsche Gazet, ge
concludeerd kan worden, dat de clericalen
in de Waalsche provincies betrekkelijk méér
zyn vooruitgegaan (11.7 pCt.), dan in de
Vlaamsche (10.8 pCt.
De belofte van Poincaré, dat binnen enkele
dagen een nieuw ontwerp ter invoering der
evenredige vertegenwoordiging gereed zou
zijn, is werkelijk in vervulling gegaan.
Het ontwerp heeft de Kamercommissie
reeds bereikt.
De voornaamste artikelen van het ontwerp
luiden aldus:
1. De leden der Kamer van Afgevaar
digden worden gekozen volgens lyst-stem-
ming, met vertegenwoordiging der minder
heden.
Het kiesdistrict wordt gevormd door
het Departement of door een groep Depar
tementen, volgens een bij de wet gevoegde
tabel. (Het departement der Seine wordt
•lgens die tabel verdoold:)
3o. Het aantal zetels, aan een district
toegekend, wordt berekend naar het aantal
bewoners van Fransche nationaliteit. Elk
district kiest een afgevaardigde op 70.000
bewoners en per fractie boven de 20.000.
4o. Niemand kan in meer dan twee dis
tricten candidaat zyn.
15o. De op de candidaten uitgebrachte
stemmen tellen individueel voor die candi
daten en voor de lijst, waarvan zij deel
uitmaken. De blanco stemmen op elk biljet,
dat een titel en een nummer van een lijst
draagt, zullen aan die lyst toegekend wor-
den.
l9o. In elk district bepaald een tellings-
commissie het kiesquotient door het totale
aantal der stemgerechtigden te deelen door
het aantal afgevaardigden, dat in het dis
trict gekozen moet worden. Elke lyst krijgt
zooveel maal één zetel als het gemiddeld
aantal stemmen dier lyst het kiesquotient
bevat.
Oo. Indien er na de toepassing van het
kiesquotient op de lijsten niet bezette zetels
overschieten, dan worden die zetels toege
kend aan de lyst, waarop het grooste aantal
stemmen zyn aangebracht.
22o. De candidaten, die op elke lijst ko
men na de candidaten, die gekozen verklaard
zijn, worden aangewezen om de afgevaar
digden dier lyst te vervangen, wier zetels
open komen wegens aftreden overlijden, of
om welke reden ook.
Men ziet, dat deze bepalingen er vry wat
eenvoudiger uitzien, dat de ingewikkelde en
voor bijna niemand begrijpelijke voorschrif
ten van het eerste ontwerp. Het voornaamste
verschil met het vorige ontwerp bestaat
daarin, dat in het nieuwe ontwerp niet het
doel ik eenigszins op zyn ziekelijken aard
en als gevolg daarvan zijne neigingom tot
het bovennatuurlijke over te hellen.
Zooals de wereld wel reden heeft zich te
herinneren, was zijn vader misschien de
bekwaamste Egyptoloog, dien onze eeuw
gezien heeft— een maD, wiens geheele geest
en wezen van eene liefde voor dat oude
land met zijn mystiek verleden was door
drongen. Geen wonder dus, dat de zoon
dien bijzonderen smaak van zijn vader geérfd
zou hebben en dat zijn leven van dezelfde
eigenaardige voorliefde zou getuigen.
Hoewel ik je zeg, dat hij voor het boven
natuurlijke een zwak had, erken ik daar
mee volstrekt niet, dat hy maar een spiri
tualist was. Ik geloof zelfs geen oogenblik,
dat hij ooit openlijk er voor uitkwam. Zijn
geest was te zeer in evenwicht en te gezond,
dan dat hy eenige geestdrift kon toouon om
met zyne bijzondere belangstelling voor den
dag te komen. Ik voor mij geloof, dat by
niet verder tot de zaak doordrong dan om
zyne nieuwsgierigheid te bevredigen en er
van mee te kunnen praten, zooals hy met
hetzelfde doel, laten wy veronderstellen, de
theorie der beweging gevende gassen of de
geschiedenis van de vervallen steden van
Mashonaland zou bestudeerd hebben.
Daar ik je nu myn opinie gezegd heb,
wil ik de zaak verder aan je overlaten, er
op vertrouwend, dat je hem rechtvaardig
aantal uitgebrachte stemmen, doch het aan-,
tal kiezers in een bepaald district als grond
slag voor de bepaling van het kiesquotient
wordt aangenomen.
Zoowel in de conservatieve en de natio
nalistische als by de progressistische pers
vindt het ontwerp een gunstig onthaal.
De radicale pers is verdeeltsommige zyn
er mee ingenomen, terwijl andere het af
keuren, uit overwegingen van partybelang.
Men vreest namelijk, dat thans de clerica
len nationalisten in veel gunstige conditie
zullen komon, dan zy tot dusver waren.
In het Oostenrykscbe Parlement is het
in de laatste veertien dagen erger dan ooit
toegegaan. De voortdurende twisten tusschen
de verschillende nationaliteiten maakten
allen wetgevende arbeid onmogelijk. Een
kwestie, die driDgend afdoening eischte,
vooral naar de meening van de militairisten,
was de legerwet. De Kamerpresident Tisza
heeft op een onbehoorlijke manier die wet
er doorgejaagd.
Toen een afgevaardigde het woord ver
langde over de regeling der werkzaamhe
den, weigerde Tisza dit beslist waarop de
oppositie een geheime zitriDg eischte. In
plaats van dit toe te staan, begon Tisza een
redevoering te houden, waarin hij de opposi
tie aanmaande de obstructie te laten varen,
De meest honende uitroepen kreeg hy intus-
schen te hooren. Bij het eind zeindeTisza:
„De gevraagde geheime zitting sta ik dua
niet toe, maar ik stel de vraag of het Huia
met verwerping van alle amendementen en
moties de wet op de legerhervorming in
het algemeen en in de artikelen in eerste
tweede en derde lezing goedkeurt".
Door het gebrul van de oppositie verstond
natuurlijk niemand iets van deze woorden.
De partij van den Nationalen Arbeid stond
echter als de President verzocht door opstaan
of zitten voor of tegen te stemmen, alge
meen op, zonder dus eigenlijk te weten,
waarvoor zij stemde. Onverstoord zei nu
graaf Tisza: De wet is dus aangenomen en
zal naar de Magnaten-Kamer worden ge
zonden. Op dezelfde wyze liet Tisza ook het
voorstel tot het houden van twee zittingen
per dag aannememen.
Intusschen begonnen de oppositiepartijen
te begrijpen wat er gebeurd was. En de
herrie die er toen ontstond, is niet te beschrij
ven. De gemeenste scheldwoorden werden
den President naar het hoofd geslingerd.
Kalm zonder een spier van zy'D gezicht te ver
trekken, wachtte Tisza eenigen tyd en sloot
toen of er niets gebeurd was de zitting.
In de volgende zittingen bereikte de herrie
haar toppunt. De leden der oppositie kwamen
met alle mogelijke muziek instrumenten
binnen en begonnen een oorverdoovend
lawaai, als Tisza iets wilde zeggen. Hy liet
daarop een aantal afgevaardigden uit de
Kamer zetten. Dat werd nu eenige zittingen
herhaald. Torn Vrijdag der vorige week de
oppositie weer met geweld was verwijderd,
drong de afgevaardigde Kovacs van de
journalisten-tribune de zaal binnen.
zult beoordeelen, en wil ik er nu toe over
gaan je te schrijven, hoe de reeks van jam
merlijke ondervindingen betreffende onzen
vriend in myn bezit kwam.
„Ik was den geheelen dag op jacht ge
weest en kwam niet thuis vóór tusschen
half zeven en zeven. "Wij hadden toen het
huis vol gasten, herinner ik my, van wie
sommigen met mij meegereden hadden.
Toen wy van onze paarden op de stoep
afstapten, werd de gong voor ons toilet
maken geluid. Het was duidelijk, dat, indien
wij van kleediDg wenschten te wisselen en
ons by de dames in het salon wilden voegen,
vóór het diner werd aangekondigd, wy geen
tyd te verliezen hadden. Daarom zochten
wy onze kamers zoo spoedig mogelyk op.
Er is niets aangenamer of meer verfris
send na den geheelen dag te paard gereden
te hébben dan een warm bad.
Zoo was ik dan toen in het volle genot
van die weelde, toen er aan de deur geklopt
werd. Ik vroeg wie er was.
„Ik, mijnheer, Jenkins" antwoordde myn
knecht. „Er is iemand beneden, die u wil
spreken."
„My op dit uur wil spreken," antwoordde
ik. „Hoe heet hij en wat moet hij?"
„Hy heet Silver, mijnheer." antwoordde
de man en dan, alsof hij het zou mogen
inbrengen als eene verontschuldiging voor
zulk een laat bezoek, vervolgde hij. „Ik
Zyn kennissen op de journalisten-tribune
trachten hem nog tegen te houden, maar
hy rukte zich los en stormde de zaal in. In de
beweging had niemand gemerkt, dat hy een
revolver in de hand had. Nadat hij geschoten
had, snelden vele afgevaardigden op hem
toe en eenigen van hem moeten een revolver
in de hand gehad hebben. Anderen begon
nen Kovacs met vuisten en voeten te be
werken, daar zij er niets van gemerkt had
den, dat hy zichzelf reeds had geschoten.
Van de journalisten-tribune werd naar be
neden geroepen„Laat hem losHij is al
dood F' Toen eerst bemerkte de afge
vaardigden, dat Kovacs bloedde. Hy werd
naar het ziekenhuis gebracht. Intusscheu
riepen verschillende leden van de regeerings
partij dei journalisten toe: Julie hebben
Kovacs in de zaal gelaten, schoften, schur
ken 1"
De kogels, die Kovacs afgevuurd had,
werden tusschen de rapporteurs-tribuneen
de voorzitterstafel in de balustradegevonden,
De oppositie besloot intusschen, baar
tactiek te zullen voorzetten. De oppositie in
het Magnatenhuis maakt zich ook gereed
tot een ernstigen strijd. Vandaag staat in
de Kamer de herziening van hetregelement
van orde op de agenda. De Regeering moet
van plan zyn, de Kamer dezer dagen voor
drie maanden naar huis te sturenin dien
tyd kan men beproeven, de rustin het land
te herstellen.
Dan is het toch nog maar veiliger lid van
het Nederlandsche parlement te zyn
Haaysche Brieven.
CLXXXI.
De lezer heeft natuurlijk al van de ver
werping der Bakkerswet gehoord. Voor vele
Kamerleden zal deze uitslag der stemming
een verrassing zyn geweest. Vrij algemeen
toch was men in politieke kringen van
meening, dat althans in de Tweede kamer
een meerderheid voor de wet te vinden zou
zijn. Niemand had gedacht dat een zoo groot
gedeelte van de beruchte coalitie de schijn
heiligheid |der verkiezingsleuze zoo openlijk
in 't daglicht zou stellen. Het Roomsche
centium| probeert nu wel zijn lezers diets te
maken, dat de verantwoordelijkheid voor de
verwerping der Bakkerswet op de Linker
zijde rust, doch het feit, dat minstens 25
van de 68 clericale kamerleden tegen de wet
waren, logenstraft dit beweren geheel.
By de ziektewet zal zich weer hetzelfde
verschijnsel voordoen. Niet de linkerzijde
verwyt minister Talma, dat hy ontrouw
wordt aan zyn antirevolutionaire beginselen.
Het is een invloedrijk man uit de coalitie,
die het scherpst ingaat legen de plannen
van dr. Kuypers adjudant. Hoort lezer, wat
mr. van Idsinga in de kamerzitting van 1
Juni minister Talma toevoegde
„Ieder acht zich gerechtigd aan bepaalde
termen eiken zin te hechten die hem belieft
of die in zyn kraam te pas komt, zonder
geloof, dat hy een soort vreemdeling is,
mijnheer; ten minste hy is erg donkeren
spreekt niet zooalB een Engelsman zou
doen
Ik bedacht my voor een oogenblik. Ik
kende niemand van dien naam, die een
mogelyke reden kon hebben om mij om
zeven uur in den avond te willen spreken.
„Ga naar beneden en vraag wat hy te
zeggen heeft," zeide ik ten laatste. „Zeg
hem dat ik van avond belet heb, maar als
hy 't schikken kan my in den morgen te
bezoeken, dan wil ik hem graag ontvangen."
De man vertrok om zjjn opdracht te
vervullen en tegen dat hij terugkeerde, was
ik nog eens myn kleedkamer binnengegaan.
„Het spijt hem erg, mynheer" begon hy,
zoodra hy de deur gesloten had, „maar hy
zegt, dat hy byty'ds naar Bampton moest
terugkeken om cien sneltrein van 8.15 naar
Londen te halen. Hy wilde my de zaak niet
vertellen, maar vroeg mij u te zeggen, dat
deze zeer belangrijk is, en hy u zeer dank
baar zou zyn, zoo u hem dezen avond zou
kunnen spreken."
„In dat geval" zeide ik, „denk ik, dat ik
hem moet zien. Zeide hij je niets meer?"
„Neen, mijnheer, maar hy sprak niet
precies op die wijze. Hij zeide, vertel hem
anders, dat ik van mijnheer Cyril Forrester
kom, dan, denk ik, zal by wel van besluit
veranderen."