LSIIJK.
I
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD,
EI7ÏD-H0UMDSGIIE EN ZEEÜWSG1E EILANDIN
e Zetpoters
Je Goederen, enz.
richt.
AS.
kwerken.
Middelharnis.
ze Aarde!
Jrmeulen,
apierhandel
;eschenken
in Beeld" enz.
i/erk
Liefde en Tirannie.
iJUJIIJISJISJIIJIIJIIJIIJI
?t eiland Goedereede en
December
stellingen
geheel nieuw uitgekozen
it succes te werken.
De Directie,
n.. ZE3l-u.Ijg"ens.
or de levering van
ZULAAS
12 cent per ons.
5 ct. per pond
iat
M
ling die hier tegen con-
f 14,50 te koop een splin-
AAIMACHINE
en 3 jaar garantie.
ior reparatie en inruiling.
2, EOTTEBD^M.
luwen 3,Eigenheimer
f 3,Bonten ƒ2,80 per
s soorten welke gij vraagt,
KNOOP,
iair in Aardappelen,
3HT 43, AMSTERDAM.
II
otterdam.
ILLIJKE PRIJZEN.
F. M. MULDER.
rlemmerolie.
l-bureau
ddelharnis
l
i Teehenboeten
wartjes albums
LPENHOUBERS
LPOTLOOD
[.-PORTEFEUILLES
S)EI DRUKKERS
BELTEKSTEN enz.
Correspondance
Gezangenboekeu
LLIJHË PRIJZEN
>12
uitsluitend net
der schenk
Je Eeesboeken en
ogi's ter inzage.
ONZE EILANDEN
VOOR DE
Dit Blad verschijnt eiken
Prijs per kwartaal
Afzonderlijke nummers
;morgen.
0,50
- 0.05
No. 3
Zaterdag 9 December 1911 19E Jaargang
Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk
Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis.
Prijs per adv or tent iën van 15 regels f 0,50
Iedere regel meer- 0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
OÖicieele Mededeelingen.
LANDWEER.
Nader Onderzoek.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Ge
meente middelharnis
Gezien de aanschrijving van den Commandant,
aaDgewezen voor bet bevel van Landweerdistrict
No. XXXVII, van den -len December 1911, No.
omtrent het nader onderzoek van verlofgan
gers van de Landweer;
Brengen bij deze ter openbare kennis, dat de ver
lofgangers
Cornells N'oordjjk, Servaas Kievit, Izaak van Zlelst,
Klaas Selillperoord, Danker Puoman en Bendrlk
Pleter van der Velde, tot het nader onderzoek, be
doeld bij art. 34 der Landweerwet, voor den Land-
weerdistrictscommandant moeten verschijnen op
Donderdag, den 2 8 December 1911,
des voormiddags te 9,46 uren, te Middel-
bamis, Raadhuis.
De verlofganger verschijnt in uniform gekleed, en
voorzien van de hem uitgereikte kleediDg- en uit
rustingstukken en van zijn zakboekje met daarin
gehechten verlofpas.
Indien aan deze oproeping niet wordt voldaan,
wordt de nalatige, krachtens artikel 35 van voor
noemde wet, in werkelijken dienst geroepen en daarin
gedurende ten hoogste drie maanden gehouden. De
duur van dezen dienst wordt bepaald door den Minis
ter van Oorlog, die tevenB het korps van liet leger
aanwijst, waarbij de werkelijke dienst moet worden
vervuld.
Dezelfde straf wordt opgelegd,
le. indien de verlofganger bij herhaÜDg kleeding-
of uitrustingstukken, aan een ander behoorende,als
de zijne, vertoont.
2e. wanneer hij, zonder geldige reden, niet voor
zien ïb van de vereischte voorwerpen.
3e. wanneer zijne kleeding- en uitrustingstukken
bij dit onderzoek niet in voldoenden staac worden
bevonden.
Ten slotte wordt den verlofganger uitdrukkelijk
herinnerd, dat hij zich in geen geval kan beroepen
op het niet ontvangen eener hoofdelijke oproeping,
maar dat deze openbare kennisgeving oenig en
alleen als bewijB geldt, dat de verlofganger behoor
lijk is opgeroepenterwijl ingeval ziekte de opkomst
mocht verhinderen, daarvan blijken moet door over
legging ter Gemeente-secretarie van een Geze
gelde en Gelegaliseerde geneeskundige ver
klaring.
Geldt het verlofgangers, aan wie wegens onver
mogen eene ongezegelde verklaring is afgegeven, dan
kan deze aldus, ter verzending aan wien behoort,
ter Gemeente-Becretarie worden ingeleverd.
Betreft het verlofgangers, aan wie, in verband met
een vorig onderzoek, door denzelfden geneeskundige
reeds eene verklaring ie uitgereikt, dan kan ook
voor niet-onvermogenden met eene ongezegelde en
niet-gelegaliseerde verklaring worden volBtann.
Middelharnis, 7 December 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
NIJGH. ULBO J. MIJS.
Buitenlaiidscli Overzicht..
De eenige oorzaak, spijt alle schynschoone
woorden over het brengen van christen
dom en beschaving, welke Italië uit zijn
schandelijken rooftocht in Tripoli bracht,
is de gouddorst van het grootkapitalisme
en de zucht naar koloniaal gebied. Even
schandelijk is de rooftocht, die Rusland
thans van plan is te houden op het Perzische
lijk wat toch is het geval Id dienst der
Perzische regeering is een AmerikaaDSche
financier, Shuster.
PEUILLETOlsr.
Zoodra Thea menschelijke stemman ver
nomen had, gilde door het gebeele huis
een hulpgeroep, zoo schril en zoo hartver
scheurend, dat slecht een grenzelooze
vertwijfeling er de oorzaak van kon zijn.
Tegelijkertijd werd de deur door een krach
tige gespierde arm opengerukt, en drie
groote mannen drongen de kamer binnen.
Ahai daar hebben we dan toch ein
delijk die oude koppelaarster!" merkte de
eerste zeer vergenoegd op. Bij zijn aanblik
sprong Thea op, en klemde zich aan zijn
arm vast.
Red mij, o red mij 1 wees barmhartig 1"
De oude stond onbeweeglijk en door schrik
verlamd.
Daar schikte zij zich morrend naar de
omstandigheden, waarin zij zich ongetwij
feld niet voor de eerste maal bevond, want
zü scheen die vreemdelingen te kennen,
Het schijnt waarlijk hoog tijd te zijn
geweest, dat wij hier nog eens een bezoek
brachtenprevelde de eerste spreker die
zich by- deze woorden tot Thea wendde.
Shuster was de man, die het Perzische
volk zijn nationale waardigheid wilde terug
geven. Daarvoor was echter in de eerste
plaats noodig, dat de financien beter werden
beheerd. Daarvoor heeft hij het geheele
belastingstelsel gereorganiseerd. En een land
dat financieel zei fatandig is, heeft meer kans
zijn nationaliteit te bewareD, dan een waarin
het vreemde kapitaal een overwegende rol
vervult. Dat begreep Rusland ook en daarom
was Shuster de eigenlijke oorzaak van het
conflict. Rusland zocht slechts naar een
voorwendsel om op de een of andere wijze
te kunnen ingrijpeu. Het zelfbewuste optre
den van Shuster tegen de aanhangers van
den vroegeren Sjah, bood een welkome
gelegenheid om zich thans van dien gehaten
Amerikaan teontdoen. Een reorganisatie van
geldmiddelen zou meegebracht hebben een
beteren binnenlandschen toestand en dat
zou de beschermende mogendheden verhin
derd hebben den invloed steeds weer onder
het voorwendsel de orde te moeten handha
ven, uit te breiden.
Reeds vroeger bij het begin vaD het geschil
liepen de geruchten, dat de Russische
regeeriDg slechts dan de kwestie wilde
bijleggen, wanneer Shustei werd ont
slagen. Toen was er echter feitelijk geen
regeering, doch thans, nu het nieuwe miste-
rie is opgetreden heeft Rusland zijn eischen
bekend gemaakt.
Binnen twee dagen moesten Shuster en
zijn helper Le Coffre uit den Perzichen
staatsdienst zijn ontslagen. Ook moet Rus
land geldelijk worden schadeloos gesteld,
voor het uitzenden van Russische troepen
naar Noord-Perzie. Naar de berichten uit
"Washington luiden, zouden echter de Ver-
eenigde Staten Shuster steunen. Het is te
hopen dat dit werkelijkheid zal zijn. Misschien
zou het er toe leiden, dat Rusland een
beetje zijn eischen inbond, want ook in het
Engelsche Parlement z(jn reeds stemmen
van protest Legen het Russische optreden
gehoord. Als er iemand voor den Perzischen
staatsdienst behouden moet blijven, dan is
het wel Shuster.
Een van de personen, die in Engeland
de mannen van den dag zijn, is Lloyd
George. Geliefd naast gehaat, vooral gehaat.
Er zijn velen van dien tegenstanders, die
hem gaarne dood zouden zien. Een typisch
bewijs daarvoor is dat gisteren voor het
begin der bovengenoemde meeting een dame
vertelde, dat zij den dag daarvoor had ge
lezen, dat Lord George was gestorven. Reeds
had zich een groote blijdschap van haar
meester gemaakt, tot zij bemerkte dat het
niet de gehate minister van financiön was.
Gehaat is hij vooral om zijn bekende
financieele wet en zjjn laatste verzekerings
wet. Reeds vroeger hebben we in ons over
zicht 6r op gewezen, hoe hy de oppositie
van ontevreden doctoreD en werklieden
tegen het ziekte-verzekeringsontwerp bad
weten te overwinnen.
Maar het vrouweiyïce de6l der tegenstan
ders heeft het nog niet opgegeven. In het
Wilt my maar onmiddeliyk volgen?
dat zal, dunkt mij, voor u wel het beste
zünl"
Met een sedert lang ongekende vreugde
gaf Thea gehoor aan deze uitnoodiging,
terwyi de beide anderen by de oude feeks
achterbleven en weinig zachtaardig met
haar omsprongenalthans zij beproefde nog
te protesteeren tegen Thea's verwy'dering,
tegen Thea's „schaking, haar ontvoering,,
zooals zij het beliefde te noemenen eerst
■fia lang kijven, schimpen en vloeken schikte
zy zich gelaten in haar lot. Zij moest ten
slotte inzien, dat zy haar straf toch niet zou
ontloopen.
Thea volgde haar onbekenden geleider en
begroette opgeruimd en herademend het
zoo lang ontbeerde zonnelicht. Hoe afschu
welijk het er, ook by daglicht, in deze
beruchte stadswijk uitzag en welke walge
lijke geuren daar ook heerschten,toch scheen
Thea deze lucht in vergelijking met die van
dat hol waar zy zoo pas uitkwam, ver
kwikkend na die schrikwekkende weken.
De ambtenaar van de geheime politie
geleidde Thea in een der bureaus, om haar
klachten aan te hooren en haar identiteit
vast te stellen Reeds by haar binnenkomen
kwam een klein smachtend oud heertje naar
haar toe, met de woorden; „Eindelijk ge
vonden 1" Veroorloof my, master Dickson,
zeide hy zich tot Thea's begeleider wen-
ontwerp toch is opgenomen, dat ook dienst
boden verzekeringsplichtig zullen zyn.
Herinneren we ons goed, dan moeten de
werkgeefsters i stuiver en de dienstboden
3 stuivers betalen, terwyl het rijk 2 stuivers
bijpast. Tegen dit gedeelte van het ontwerp
is een hevig verzet gekomen. Mevrouwen
en dienstboden schreven lange ingezonden
stukken in verschillende bladen en gisteren
avond is een groote protestmeetingin Albert-
Hall gehouden. Een groote massa politie
was op de been om de orde te handhaven.
Immers, het is bekend hoe de Engelsche
vrouwen kunnen optreden. Een twaalfdui
zend personen, grootendeels dames, waren
aanwezig en op eiken stoel lag een kaart
waarop men verzocht werd zijn naam te
zetten en aan het comité op te zenden waar
bij beloofd werd niet te zullen betaRn. De
voozitster Lady Desart opende de vergade
ring en noemde een heels lyst van personen
en vereenigingen op die met de meeting
hun instemming betuigden. Eerst voerden
nu twee manuen het woord, die beidende
wet verkeerd vonden. De een vond de bepa
ling niet noodig en de ander wilde liever
het geld aan Draednoughts besteden. Dat
de unionisten toch ,ook voorstemden, kon
hy niet weerspreken doch hy achte dit een
politike truG De wet zou een struikelblok
worden voor de liberale regeering. Voor
minstens 20 jaar zou het liberalisme zich
door deze wet onmogelijk hebben gemaakt,
dacht de spreker. Toen voerde een dienst
meisje het woord, die aan het eind van
baar rede de Nationale Insurance Bill noemde
de Nationale Interverence Bill, d.w.z. de
Nationale Bemoeizucht-wet. De laatste spre
ker was een oud Parlementslid, die er krach
tig op aandrong dat men een groote organisa
tie moest maken om niet te betalen.
In denzelfden geest nam de vergadering
ook moties aan. Wel wilde men van verschil
lende zyden legenfdie motie's piotesteeren,
maar zulke tegensprekers konden niet aan
het woord komen.
De positie der keizerlijke chineesche troe
pen in Hankou heeft door de inneming van
Hanjang een zoodanige verbetering onder
gaan, dat de regeering daar inderdaad een
toestand beheerscht en de rebellen om een
wapenstilstand verzoeken moesten.
Naar de Times uit Peking verneemt, heeft
Joeansjikai er, door tusschenkomst van den
Britschen gezant, in toegestemd te Woets
jang een wapenstilstand van drie dagen toe
te staan, gedurende welken tijd de leider
der revolutionairen, Lijoeénghoeng, met
afgevaardigden uit de opgestane provincies
van gedachten wisselen zal over een modus
vivend. Mocht tot een wapenstilstand
van 14 dagen of drie weken worden besloten
dan zullen de onderhandelingen te Sjaughai
voortgezet worden.
Evenals in Hankou, hebben de regeerings-
troepen ook in Hanjang op ruwe wijze
huisgehouden. De soldaten moeten, volgens
berichten uit China, op meedoogenlooze
wyze geroofd en geplunderd hebben, terwyl
dende dat ik deze jeugdige dame onmid
dellijk van eenige gewichtige zaken onder
richt."
Master Dickson opende een deur naar een
zijvertrek, en noodigde beiden uit, daar
binnen te gaan. Uiterst verwonderd ging
Thea den kleinen heer voor en nam plaats
op een stoel dien hy haar tegenover hem
aanbood.
Gy zyt de dame, welke de heer Herbert
von Selchow sinds eenige weken laatzoeken,
nietwaar? Wy hebben de opdracht u zyn
adres mede te deelen.
De heer von Selchowriep Thea
vreugdevol uitwaar is hij
Hy is in Duitschland en op ditoogen
blik te Hamburg; hier is het nauwkeurig
adres van zyn woonplaats!"
Thea greep haastig het kaartje. „Heeft
mynheer von Selchow geen andere mede-
deeliDgen voor mij achtergelaten
Voor zoover ik weet niet!"
Thea haalde diep adem en overlegde by
zich zelf. Deze morgen had voor haar
zooveel verrassends aangebracht, dat zy
eerst een weinig tot zich zelf moest komen.
„Herbert in Hamburg!"
Had hy haar vergeven
Wanneer vaart de eerstvolgende stoom
boot naar Hamburg af?"
Morgen vroeg om acht uur"
Weder verzonk zy in overpeinzingen.
talrijke families, die op booten waren ge
vlucht, daaronder vele grijsaards, vrouwen,
en kinderen, inet bajonetsteken afgemaakt
werden. Verder wordt gemeld, dat de stad
in brand staat. De keizerlijken, die 6000
man troepen in Hankou hebben en evenveel
in HaDjang, sloegen verscheiden br ggen
over de Hanrivier. De troepen bemachtigden
alle kanonnen van de rebellen in Hanjang,
welko stukken echter door wegneming van
onderdeelen onbruikbaar waien gemaakt.
Indien de bovengemelde onderhandelingen
van de opstandelingen in Woetsjang met
de regeering niet slagen, zullen eerstge-
noemden zich vermoedelijk naar Joetsjou
of nog verder zuidelijk terugtrekken.
Hoewel Nanking nog niet geheel in
macht der revolutionairen is, staan de zaken
er toch voor de regeeringstroepen zeer
slecht. Zy hebben dringend versterkingen
noodig, die men uit Peking echter moeilijk
afzenden kan. In aanmerking genomen, dal
Woensdag de spoorlijn van Tientsing naar
Pukow gereed gekomen en daarmede een
snelle verbinding met Nanking gevormd is,
schijnt het echter niet onmogelyk, dat de
regeering er nog toe besluit.
Wat de berichten over de zending van
troepen door andere mogendheden naar
China betreft, verneemt het Reuter-bureau
te Londen, „dat de Britsc.he regeering met
den Engelschen gezant in Peking beraad
slaagt, of het aanbeveling verdiend om
Britsche troepen te landen.
Op bet oogenblik bestaat daar eebter geen
gegronde redenen voor de vrees, dat de toe
stand gevaarlijker voor de vreemdelingen
zal worden. Aangaande de kwestie van een
bemiddelend optreden in China heeft men
daarentegen, volgens de mededeeling, alle
reder, om aan te nemen, datGroot-Brittannie,
Japan en de Vereenigde Staten van Noord-
Ainerika van plan zyn, in nauwe voeling met
de gebeurtenissen te'blyven en elke gelegen
heid begroeten zouden, welke zich voor een
bemiddeling met kans op succes aanbood.
Tegenwoordig is hun houding echter die
eener strenge onzijdigheid tusschen de stry
dende partyen.
Op de mededeelingen van den heer Kider-
len Waechter in de Rijksdagcommissie ge
daan omtrent het verloop der Marokko-on-
derhandelingen, is de rede van den Engel
schen Minister Grey gevolgd.
In Duitschland was deze rede met spanning
tegemoet gezien. Men had er een beslissende
wending in de Duitsch—Engelsche betrek
kingen van verwacht.
Grey kon op de voorstelling door Kiderlen-
Waechter gegeven, bestrijden, en er zijn
eigene voor in de plaats stellen, of, het
Duitsche standpunt tydens de onderhande
lingen latende voor wat het was, al het
licht laten vallen op het bevredigend einde
en een vredelievende en verzoenende toon
aanslaan tegenover het Duitsche Ryk en
zyn Regeering.
Indien het eerste geschiedde dan zou de
verhouding tusschen de beide mogendheden
De heer tegenover haar maakte een gebaar,
dat zyn ongeduld verried. Hy scheen veel
te doen te hebben. Bedeesd en gehaast
stond zy op.
Myn besten dank, geachte heer; reeds
te lang heb ik uw kostbaren tyd in beslag
genomen."
De heer boog zeer béleefd en geleidde Thea
weder naar een ander vertrek, waar haar
het geld, dat het oude monster haar ontstolen
had, ter hand werd gesteldhieraan had
zy volstrekt niet gedacht Goddank 1
Toen zu weder op straat stond in deze
van menschen wemelende stad waarvan zy
nu zulk een afschuw had, moest zy eerst
nadenken, wat haar te doen stond.
Morgen ochtend ging de boot. Ze had
reeds het vaste besluit gemaakt, dezen
laatsten nacht niet weder onder een vreemd
dak door te brengen vol mistrouwen,angst
en achterdocht keek zy om zich heen, naar
dez'e zich haastende menigte, die onder zulk
een ontzettende bedrijvigheid zwoegde, als
een mierennest dooreen krioelde en waar
onder niemand te vinden was, die haar zou
willen beschutten of helpen, die menschen
schenenhaarnu alseven zooveel onverbidde
lijke vijanden toe. De jongste gebeurtenissen
hadden by haar een schuwheid voor dit
reusachtig Babyion doen geboren worden
die aan buitensporige vrees grensde.
nog slechter worden dan zij reeds was en
de zoo lang gevreesde Europeesche oorlog
zou dreigender zyn dan ooit.
In het tweede geval echter zou er onmid
deliyk een periode van ontspanning intre
den, die de mogelijkheid opende voor een
blijvende verbetering.
Noch het een, noch het andere is geschied.
De heer Grey heeft in het algemeen de
lezing van den heer Kiderien bevestigd, ter
wyl slechts in een schijnbaar ondergeschikt
punt eenige afwijking te bespeuren was
maar het woord van hartelijke vredelievend
heid en van verzoeningsgezindheid, dat men
van hem hoopte te hooren, heeft hy niet
gesproken. De toon zijner rede was ten
opzichte van Duitschland van een koele en
correcte beleefdheid. Iets hartelijks was er
niet in te bespeuren, evenmin echter als
men er iets bepaald vyandigs tegen Duitsch
land uit distilleeren kon.
Het was de toon van iemand, die de kracht
van zyn tegenstander kent en hem niet noo-
deloos uittarten wildoch hoezeer by ook
net uiterlijk decorum bewaart, geen oogen
blik vergeet, dat hy met een tegenstander te
doen heeft.
En waarin bestond nu het zooeven ge
noemde verschil tusschen de heeren Kider
ien en Grey in de voorstelling van het
verloop van het Agadir-incident
De heer Kiderien had betoogd dat vóór
de veelbesproken redevoering van Lloyd
George, de Engelsche Regeering geen enkel
maal te Berlijn om opheldering had laten
vragen betreffende Duitschlands plannen
betreffende Harrotko.
De heer Grey betoogde daarentegen, dat
hy, kort na het zenden van de Panher
naar Agadir, tot tweemaal toe een onder
houd met den Duitschen gezant te Londen
had gehad, waarin hy had te kennen gege
ven, dat Engeland zich medezeggenschap
voorbehield by hetgeen in de Marokko-
quaestie zou worden beslist.
Deze twee lezingen zijn strikt genomen,
niet met elkaar in strijd. Jiaar overeen
stemmen met elkaar doen zy toch ook
niet.
Waarschijnlijk heeft zoowel de heer Kider
ien als de heer Grev in letterlijken zin gelijk.
De mededeeling van den heer Grey aan
den Duitschen gezant was formeel geen
verzoek om opheldering. Maar de Duitsche
Regeering had met een beetje goeden wil
deze mededeeling als zulk een verzoek kun
nen opvatten. En dan ware veel spanning
en veel gevaar voorkomen,
Maar het was juist dat beetje goeden wil,
hetwelk aan beide zyden ontbrak. De onder
stelling van sommige bladen, dat persoon
lijke lichtgeraaktheid der beide diplomaten
voor een groot deel de oorzaak van de span
ning is geweest, heeft dan ook de waar
schijnlijkheid vóór zich.
Maar is het dan ook niet noodzakelijk
dat de parlementen in dergelijke gewichtige
aangelegenheden medezeggenschap beko
men
Weg! weg slechts met die steenen en mu
ren, uit dat huizengevaar waar menschelyke
wezens konden verdwijnen of ten verderve
gevoerd worden, zonder dat er een haan naar
kraaide! Terug naar Richmond J
Met de allerzonderlingste gevoelens na
derde zy nu het huisje, dat daar als uit
gestorven lag. Eerst ii3 lang aanschellen
verscheen het kleine dienstmeisje, dat voor
zichtig door de deur keek, en by dien onver-
wachten aanblik verschrikt terugdeinsde.
Hoe goed, dal Mevrouw teruggekomen
is 1"
Ja, hoe goed I was zy toch maar niet
gevluchtDaar schoot haar de aanleiding
tot haar vlucht weder te binnen. Schoor
voetend betrad zy Herbert's kamer. Alles
was nog zooala vroeger, maar doodstil en
verlaten. De papieren waren alle verdwenen.
Onwillekeurig keek zij in de rond,te; daarna
_af zy zich aan het werk, om al de
benoodigdneden voor baar vertrek van den
volgenden dag in gereedheid te brengen.
Zij was daarbij zoo weemoedig gestemd 1
meermalen vloden stille, maar daarom des
te smartelijker tranen over haar wangen.
Herhaaldelijk moest zij nog eens die nu
zoo eenzame woning doorkruizen, waar zy
toch zoo onuitsprekelijk gelukkig was
geweest! Of zy het nog. wel ooit weder zoo
zou worden
Zy schudde, ongeloovig en met heete