an de Roosterstraat vielen :ten Davidse en de 20jarige ochter met een scherp voor- lottigen steek hebben toe ilstarrig en neemt een on- iing aan. kl. matroos op Hr. Ms., rillemsoord", liggende te pracht bij zijn ouders te Mid- lof door. Üke daderes werd onmid- den. /au den verwonde is zeer M. Ct. 1 de Haagsche Ct. naar de paaltjes (met kettingen), ïige punten in Den Haag getroffen. Finneren aan een privilege, an de gemeentelijke over- euwen verwierven, ligt in den Bijbel. Exodus heeft betrekking op Sab- idsche steden, waren voor- en poorten. Binnen die n de Joden op Sabbath zakdoek, een boek een pa die muren en poorten ■abbath niets dragen. Wel 000 el van daan wandelen, loden houden zich in de gschap nog aan die voor- n Haag. n't altoos groene n muren en poorten de u, werden deze symbolisch kettingen en palen. De •reedte eener straat heeft, organg kunnen versperren pm den paal gewonden, raag de traditioneels Jood :h niets dragen; in Den dien mag men in Den Haag de komgrens (het Chom) worden op gezette tijden h rabijn geinspecteerd en Üke gemeente onderhou ding van Den Haag staan tingen thans niet op hun w. z. niet genoeg aan de eente. iddag heeft aan 'tAlexan- .venhage een zeer droevig «had r. H. Visser, wonende aan it aldaar, een in desport- ide figuur, was in het veld den, toen plotseling zijn pg- hoofdbureau van politie van zijn paard en werd .oestand het politiegebouw pr. Tempelmans Plat cou rt daarop den dood tonge- Ibreuk. Breda) is de landbouwer met zijn kar, bespannen •ig paardje, naar den ak- voor dood in een karspoor oden geneesheer, dr. F. da, constateerde, dat er en waren gebroken, één ng gedrongen, j is reeds overleden. Hy eren na. onden op den akker. Men wilde dier den man van doen storten. raakte een vrouw te water sloot te Arasterdam, die verdrinken was, doch de lering bedacht zich geen leed zich te water te t met veel moeite de vrouw rengen. ng heeft reeds zeer veel pn gered. an prof. O. Lanz in het v v. Geneeskunde leest erstomd, toen ik laat op 1 boerenknecht, die met jvam, dat hij bij het feest an het binnenhalen van entje" ingeslikt had, met den schedel van een jong trok k niet begrepen, hoe een [ts tukje verrichten kon, rictor jaloersch zou ge r bevat een aanschrijving waarbij als voorzorgs- jen vreeselyke slag voor 3t dit al den moed niet ie zich al zyn wenschen em de meest zorgvuldige n zijn vader, die als re in oorlog met Frankrijk aan de op 't slagveld stierf, werd ook zij een zij vergaf het haar land- zij den armen, gebrek- jn vader hadden beroofd, kwam heden om voor anzoek te doen naar de van het kleine juffertje zy zich tegen dat plan .rt was or bijna onder n had voor hem alles gedachte, voortaan zijn ir te moeten deelen, was Maar nu had zij dien en wat haar thans be- 3en de angst, dat het gebrekkigen jongeling ad. r wist niet wat te den- he dame, die nooit met e hield, bij haar werd zat zy als een steenen socratische weduwe, (Wordt vervolgd.) ONZE EILANDEN van 18 MAART 1911. tegen het overbrengen van mond- kTauwzeer de invoer vau hooi en stroo behalve als pakmateriaal uit Neder- verboden wordt. De actie tegen het Bookmakers-verbod wordt voortgezet. L Naar men uit Middelburg meldt, wordt de factie tegen aanneming van het bewuste Artikel in het wetsontwerp tot bestrijding van de zedeloosheid, waarin de bookmakers kantoren verboden worden, krachtig voort- ^Iledenavond heeft in het „Concertgebouw" een groote vergadering plaats, waarin ver slag zal worden uitgebracht over het onder houd dat de heeren Van Niftrik en Van Raalte met den Minister hadden. Verdei zal de vraag besproken worden, wat nog gedaan kan worden om de ramp af te wenden of om Vlissingen schadeloos te stellen voor de geldelijke gevolgen er van. De heer Blum was uitgenoodigd de ver- Igadering bjj te wonen, doch heeft bericht niet tegenwoordig te kunnen zijn. Op zekeren dag kreeg een meisje bezoek van een braven borst, dien ze nimmer tot man had willen nemen. „Lieve vriendin", aldus de jonkman, „ik heb van mijn reis iets voor je meegebracht. Draai je om en raad eens w&t!" Acb, hoe aardig, zeide het meisje. Een ring?" „Neenl" „Oorbellen?" Ook nietdraai je maar om en kijk I" Het meisje keerde zich om. Plotseling Isloeg de ex-minnaar een touw om haar hals en trok uit alle macht. Tevergeefs verweerde zich het arme schepsel, schreeuwde, rochel deal maar trok de brave borst. Toen het meisje dood leek te zijn, ging hij kalm heen en zeide tegen den concierge „Ik ben een beetje zenuwachtig geweest; ik heb, geloof ik, een vrouw gedood." Maar hij ver giste zich. Eergisteren stond hij terecht - wat heel natuurlijk is. Maar wat minder natuurlijk lijkt, het jonge meisje smeekte de rechtbank medelijden te hebben met den man, waarmee ze wildegaan trouwen. Want het paar gaat trouwen, later, als hij zijn straf voor zijn zenuwachtigheid uitge zeten zal hebben. Het leven is wel vol leerzame kleinig heden men moet maar nooit wanhopen ook niet over de kans op een huwelijk I Een geheimzinnig geval. Zondagmiddag heeft de officier van justi tie te Arnhem, mr. Van Outeren, zich met den rechter commissaris, mr. v. d. Dussen en den griffier, naar Bennekom begeven, in verband met een vermoedelijk geval van zelfmoord, aldaar gepleegd. Op villa Harry" te Bennekom woont zekere heer V. met zijn echtgenoote, die op niet alte besten voet staan met een tante van den heer V. te 's-Gravenhage. Zaterdagavond kwam „tante" kaarfamilie een bezoek brengen, doch deze was daar niet van gediend, weigerde haar den toegang en... liet oen veldwachter halen. Vóór deze was gekomen hoorden de villabewoners een schot en by een later door den veldwachter ingesteld onderzoek, vond men tante dood op den stoep zitten, met een schotwond in den slaap. In haar schoot lag een revolver, geladen met 5 patronen. Naar men verneemt, moet de gedachte aan misdaad in deze ge heel zijn uitgesloten. Trouw dierl Ongeveer anderhalf jaar geleden kocht de familie Meulendijk te Rosmalen een hond van zekeren Meurs uit Nuland. Vóór een half jaar raakte het eerstop een nacht, I door een onverklaarbaro oorzaak, van den band los. Men zag den hond sedert niet meer. Enkele dagen geleden nu lag het dier 's morgens rustig bij zijn vroegeren baas Meurs in den schuur te slapen. Een stuk T touw was nog om den hals bevestigd. Het I beest had dus na aldien tijd zijn vroegeren I meester nog terug weten te vinden. Tegen de tabaksbelasting. Het hoofdbestuur van den Nederl. Sigarenmakers-en Tabaks- bewerkersbond, heeft in een gisteren te Amsterdam gehouden vergadering met alge- I meeno stemmen besloten een krachtige F actie te voeren tegen het ontwerp van luim ig ster Kolkman, tot heffing van een debiet- i recht op tabak. De wijze, waarop deze actie gevoerd zal worden, werd nog niet vastgesteld. Op 20 I deze wordt nl. te Utrecht een bijeenkomst L gehoudeD van bovengenoemd hoofdbestuur met de hoofdbesturen van den Chr. Tabaks- I bewerksbond, den Katholieken Tabaksbewer- I kers en de Federatie van Sigarenmakers en I Tabaksbewerkers. Hier valt een besluit of I men al of niet gezamelijk tegen het ont- Iwerp agiteeren zal, zoodat dit door den Ned. |Bond afgewacht dient te worden. In den val geloopen. Reeds geruimen tijd r vermiste de winkelier O. O. Meinsma aan I de Lange Delft te Middelburg des morgens I geld uit de toonbanklade, zonder eenige ver- moedens le hebben van de oorzaak. Ongeveer een maand geleden verdween op n raadselachtige manier de sleutel van de I toonbanklade van zijn vrouw, welke met ■meerder® sleutels aan een ring was beves- t.igd. f Het trok hun aandacht dat hun dienstbo de de 19-jarige L. K. den laatsten ty'd opval lend netjes gekleed ging en haar kleerenkast I gedurig aangevuld werd. De heer Meinsma stelde de politie met een k en ander in kennis en er weid besloten de F toonbanklade rfokelyk van geld te voorzien, welk geld evenwel van te voren aan het bu reau van politie was gewaarmerkt. Toen gistermorgen wederom geld werd vermist, werd door de politie een onderzoek ingesteld en de dienstbode in verhoor geno- F"n\ Hardnekkig ontkende zij geld uit de lade te hebben ontvreemd. Daarop werd haar portemonaie onderzocht, die onder een aantal andere kwartjes en dubbeltjes 7 kwartjes en een dubbeltje van het gewaar merkte geld bevatte. Zy werd aangehouden en overgebracht naar het politiebureau,waar een volledige bekentenis volgde. Bij een verder ingesteld onderzoek kwa men uit een haar toebehoorende koffer voor aen dag: borstrokken, nachthemden, pan talons, kousen, onderrokken en bovenrok ken alles even netjes, een zilveren armband en gouden oorknopjes, alles gekocht met door haar ten nadeele van Meinsma ont vreemd geld. Zy blijft in voorloopige bewaring. Een moordenaar aangehouden I Zondagavond werd de politie te Maastricht door de justitie uit Brussel telegrafisch ge waarschuwd, dat zekere Johann Felden, die verdacht werd van zware mishandeling den dood tengevolge hebbende, gepleegd te Keurznach (Kreiz Ooblenz) eenige dagen vóór carnaval, vermoedelijk de wijk naar Maastricht had genomen. De politie inspecteerde nauwkeurig de volkslogementen in Stokstraat en andere buurten en monsterde de reizigers, die met de treinen uit het buitenland arriveerden, aan het station. Johann Felden werd in 1886 te Stolberg geboren, diende als huzaar in hetDuitsche leger, was huisknecht van beroep. Na het plegen van de misdaad nam Felden de vlucht naar Brussel, waar hij tot 9 Maart vertoefde. Dien dag had hij, zooals der Brusselsche justitie later gebleken was, een spoorkaartje genomen naar Maastricht, ter wijl hij aan derden had medegedeeld, zich te Maastricht te zullen laten keuren als koloniaal voor ons leger in Oost-Indié. Maandag meldde zich aan de wacht der kazerne Les Bons Enfans een Duïtscher, die den te kennen gaf koloniaal te worden. De adjudant onderofficier Jamin op de hoogte gesteld had al aanstonds ver moeden met den voortvluchtigen Felden te doen te hebben door eenige bijzonderheden werd hij nog in zyn vermoeden versterkt. Hy werd uitgenoodigd even een „kamer" binnen te gaan; de moordenaar, niet ver moedende, dat het zwaard van Damocles hem boven 't hoofd hing, trad binnen. Toen was de vogel gevangen. Felden bevond zich in een „provoostlokaal," dat behoorlijk ^ge sloten en gegrendeld werd. De politie werd gewaarschuwd, die Felden meenam naar het bureau. Weldra werd hy voor ,den officier van justitie geleid. Felden legde een volledige bekentenis af, waarna hy naar het huis van bewaring werd gebracht. Wanneer alle formaliteiten zyn vellicht zal Felden aan de Duitsche justitie worden overgegeven. L. K. Zwarte schurft onder de aardappelen 1 Evenals het vorige jaar waarschuwt dr. J. Ritzema Bos hen, die pootaardappelen uit het buitenland, in 't bijzonder uit Enge land, betrekken voor de hierboven genoemde ziekte, daar deze met het pootgoed kan worden overgebracht. Tot nu toe is de black scab (zwarte schurft) in ons land niet waargenomen; maar daar er ieder jaar hier te lande groote partijen pootaardappelen uit het buitenland worden ingevoerd, bestaat er steeds de kans dat men met die pootaardappelen ook de kiemen dezer schadelijke en uiterst moeielyk te be strijden ziekte op het land brengt. Alles moet worden gedaan om dit te voorkomen, en daarom raad ik allen, die aardappelen van vreemde herkomst op hun land willen poten aan, dit pootgoed zeer nauwkeurig le onderzoeken en als men verdacht uitzien- do poters vindt, deze tot onderzoek op te zenden aan den directeur van het Instituut voor Phytopathologie te Wageningeu, waar zij gratis onderzocht worden. Wie pootaardappelen uit Engeland laat komen, oische, dat deze vergezeld zyn van een certificaat, waarop vermeld staat dat de streek, vanwaar bedoelde aardappelen afkomstig zijn, vry is van de „black scab". Kleine oorzaken, groote gevolgen I Woensdag waren eenige arbeiders bezig te Maarsbergen boomen te rooien. F.én van hnn, v. R., nog al plagerig uitgevallen, maakte het zekere v. d. Z. zóó lastig, dat deze door drift vervoerd v. R. met den schop op 't hoofd sloeg, zóódanig, dat dozen 't bloed uit neus, mond en ooren vloeide. Ziende wat hy gedaan had, was v. d. Z, zeer onthutst en liet v. R. op zyn kosten huiswaarts vervoeren en waakte verder den ganschen nacht by zyn slachtoffer. De toestand van den getroffene ia nog hoogst ernstig. De justitie doet onderzoek. D&n nog trouwlustig Onder de paartjes, die voor den ambtenaar van den Burgerlijken Stand te Kampen verschenen, om in ondertrouw te worden opgenomen, bevonden zich twee verpleegden uit de Gast- en Proveniershuizen. De brui degom deed dezen tocht voor den vierden keer, en is 72 jaar oud, terwijl het bruidje, 62 lentes tellende, voor de 3de maal met dit doel ten stadhuize opging I Royale uitkeeringl Eenige weken geleden brandde te Haar lemmermeer het woonhuis van een zeke ren Kruk aan den Ringdijk af. Tijdens dezen brand had de brandmeester J. v. d. Fange het ongeluk een stuk muur op het lichaam te krijgen, waardoor hij vrij ernstig werd verwond, zoodat hy zijn werkzamheden niet kon verrichten en geneeskudige hulp moest worden ingeroepen. Gelukkig yoor den man trof het ongeval hem terwijl hij werkzaam was in een ver- zekeiingsplichtig bedrijf. Onmiddellijk werd dan ook van het on geval kennis gegeven aan het bestuur der Rijksverzekeringsbank en onmiddellijk werd vanwege dat bestuur een nauwkeurig onder zoek ingesteld en werden de noodige formulieren ingevuld, rapporten ingeleverd, enz. Eenige dagen geleden kwam de beschik king van het bestuur der Bank. Waar een brandmeester tijdens een brand een vergoeding ontvangt van f 2 per dag zou men zoo meenen dat 70 pCt. van dat loon zou worden uitgekeerd, zijnde dus ongeveer f 1. 40 per dag. Wie zoo rekent, slaat den bal echter glad mis. Het bestuur der Bank stelde vast, dat de getroffene zou ontvangen, behalve vrije geneeskundige hulp.. 1 96/1000 cent per dag en daar gedeelten van een cent worden verwaarloosd zal de brandmeester dus iederen dag een uitkeering ontvangen van... 1 [zegge één] cent I Het is voor den getroffene te hopen, dat hy spoedig zal zyn hersteld 1 Buitenland. De moord in den trein. Omtrent het slachtoffer van den moord ge pleegd in een trein, bestemd voor Nizza gis teren reeds gemeld, is nog het volgende bekend geworden. Zij was ongeveer 40jaar en eenvoudig ge kleed. Haar kleeren waren met bloed be vlekt en zy had een diepe wonde aan den hals. Ook haar vingers vertoonden verschei dene messteken en de wijsvinger van haar rechterhand was zoo goed "als daarvan ge scheiden. Men bracht de vrouw per bian- card naar het ziekenhuis. Omtrent de oor zaak van deze misdaad, die tusschen Antibes en Nice moet hebben plaatsgehad, verkeert men nog geheel in het duister. Een nader onderzoek bracht de identiteit van het slacht offer aan het licht. Het is een Engelsche, een zekere mrs. Poudrell, weduwe en moeder van een kind. Zy is geboortig uit Preston en de dochter van een arts en heeft als verpleegster deelgenomen aan den oorlog in Zuid-Afrika. Den 26en kwam zy te Cannes aan met de familie van een Engelsch ge neesheer, bij wie zy acht dagen bleef en be gaf zich daarna naar Nice. Volgens haar verklaring was zy naar Cannes gereisd, om daar een zieke te bezoeken. Zondagmorgen werd op enkele stappen gaans van haar wo ning een valies gevonden, dat door de be ambte van het octrooi herkend werd als hetzelfde, dat de onbekende persoon in zyn band droeg. Uit deze zonderlinge omstandigheid meent men te mogen opmaken, dat de misdadiger met het adres van mrs. Poudrell bekend was. Daar deze laatste weigerde te spreken, kreeg'men eerst argwaan, doch later bleek, dat haar tong sterk gezwollen was. De poli tie ontving de meest gunstige inlichtingen omtrent mrs. Poudrell, die eon voorbeeldig leven leidde en van een bescheiden inkomen leefde. Te Eze-sur-Mer is een man gearresteerd onder verdenking de dader te zyn van den moordaanslag op de Engelsche verpleegster meyr. Powdrell,inden trein van Cannes naar Nice. De stoker van een trein, die het sta tion Beaulieu binnenreed, zag een man uit een 8de klasse wagen springen aan de tegen overgestelde zyde van het perron en de spoorbaan oversteken. De stoker waar schuwde eenige spoorwegbeambten en zette men den man achterna. Twee uren duurde de jacht en toen kreeg men hem te pakken in een kreupelboschje onder de ge meente Eze-sur-mer. Door den veldwachter van Beaulieu werd de arrestant naar den commissaris van politie te Villefranche ge bracht, aan wien hij opgaf Louis Pérona te heeten, 25 jaar oud, komende van Cottig- nac. Hij had een valies bij zich waarin zich een uit elkaar genomen karabijn, 3 revol vers, een scheermes en een aantal pa tronen bevonden. Op verdere vragen gaf de man verwarde antwoorden, alsof hij niet wel bij het hoofd was. Hy zal naar Cannes worden vervoerd om, zoodra de toe stand van mevr. Powdreil dit toelaat, met haar geconfronteerd te worden, benevens met den stationsbeambte, die aan den uit gang dienst deed en een kaartje derde klasse antibes Cannes in ontvangst genomen heeft, waaraan bloedvlekken waren. De stationsbeambte had den man, die hem dit kaartje gaf, nog nageroepen, maar deze had zich uit de voeten gemaakt. Levend begraven. Vóór eenige dagen waa een dame uit de Italiaansche stad San-Gio" vanni, 42 jaar oud, moeder van zeven kin' deren, plotseling gestorven aan een toeval- Toen de begrafenis plaats had, hoorden by de neerlaling der lijkkist in den grafkuil de omstanders opeens kloppen in de kist Men opende deze spoedig, doch het was te laat: de arme vrouw was gestikt. De ligging van het lyk toonde aan, dat de vrouw in de kist moet geleefd hebben. De overleden Koning Edward van Engeland, die een toongever der mode was, droeg zelden een kostuum meer dan vyf of zesmaal. Maar zijn opvolger, Koning George V. draagt, tot ergernis van de kleer makers, een zelfde kleedingstuk wel vyftig maal. Hy' besteld twaalf jas-kostuums en een halfdozyn sport-kostuums per jaar. Elk pak kost ongeveer f 90. Koning George geeft voor zyn kleederen geen vierde uit vau de som, die Koning Edward daaraan Daarentegen is koning George een goede klant voor zijn schoenmaker. Hy heeft voor dagelijks gebruik altijd 24 paar schoenen en laarzen gereed staan en daaren boven nog een groote verscheidenheid van sport-schoenen. De schoenmakersrekening ongeveer f 1100 per jaar. De derde kamerdienaar van den koning is belast met de zorg voor het schoeisel. Hij 13 een meester in de kunst om het leder goed te houden en hy heeft zelf verschei dene smeersels daarvoor uitgevonden. Kort geleden was in Christiana, dat het voorbeeld van Kopenhagen volgde door een kleine som voor iederen rattenstaart uitte loven, den oorlog aan de ratten verklaard. Maar hoewel vele smarten waren aange bracht, schenen de ratten niet te verminde ren en daarom werd het voorstel gedaan de belooning te verhoogen. Een van de voornaamste dagbladen toonde zich niet ingenomen met dit voorstel. Het deelde mede, dat het een uitgebreid onder zoek had ingesteld naar de gewoonten dei- ratten en overtuigd was geworden dat, hoe- vele er ook gedood zou worden,bun aantal niet zou afnemen. „Want", verklaarde de redacteur, „de ratten houden zich aan een vast aantal. Als ze vervolgd worden, ver grootten de overlevenden hun gezin om het verlies der bloedverwanten aan te vullen. In gewone tijden echter volgen zy het voor beeld van de Franscheu en beperken het ge zin overeenkomstig hun middelen van bestaan. Daarom had het geen nut de ratten te dooden. Concurreerende bladen maakten het argument evenwel zoo bespottelijk en de ongelukkige redacteur werd zoo geplaagd met spotprenten, dat hy nu één van de ijverigste rattenvangers is. Of de meening althans met betrekking tot een zeker minimum ratten zoo verwer pelyk is? De voortplanting kon wel eens in omgekeerde evenredigheid zyn met het afnemen van het aantal door het dooden der dieren. De hoeveelheid van het beschik bare voedsel kan op de vruchtbaarheid invloed hebbenmeer voedsel vermindert ook het gevaar van het voedselzoeken. Het proces der Camorristen heeft plaats in de oude kloosterkerk der Franciskaners te Viterbo, een historisch stadje in Zuid- Italiö, dat een bloeitijd heeft gekend ten tijde, dat de pausen op het toppunt hunner wereldlijke macht stonden, maar dat thans een vergeten plaats was geworden. Het Camorristen-proces haalt Viterbo weer uit de vergetelheid en vestigt er de aandacht van heel Italië op. Het stadje is vol gasten getuigen, die voor de rechters moeten ver- schijnenrechtsgeleerden, die met belang stelling den loop van het proces zullen volgen en vrienden van de Camorristen. De oude Cuocolo loopt met wraakzuchtige blik ken door de stad, in de hoop, dat de dood van zyn zoon, die als slachtoffer der Camorra viel, bloedig zal vergolden worden De be klaagden schijnen daarentegen voor het meerendeel vol goeden moed te zijn. Men kan hen buiten de gevangenis hooren zin gen en hun vrienden, die niet tot hun toe gelaten worden, maar zich onder de tralie vensters verzamelen, begeleiden hun gezang met. de gitaar. Om de oude kerk tot recht zaal in te richten heeft men het gewelf met linnen moeten overspannen, daar anders van het gesprokene te veel verloren gaat. Den eersten dag stiet het proces reeds op groote moeilijkheden, n. 1. met het sa menstellen van de jury. Reeds het vooruit zicht, dat het proces wel 6 maanden duren kan, was voldoende, om alle liefhebberij voor het gezworene ambt te dooden. Toen de president dan ook de eerste der 50 na men van burgers, die hiervoor in aanmer king kwamen, aflas, antwoorde de afgeroe- pene, dat hij een attest van den dokter had, waarin verklaard wordt dat zyn gezondheid hem niet toelaat, zitting te nemen „Jawel", zeide de president, „wy weten er alles van. Alle 50 hebben zulke attesten". En zoo was 't ook. Ondanks de attesten benoemde de president daarop 19 gezworenen, maar dit aantal was niet voldoende, zoodat er nog 50 namen opgemaakt werden. Toen deze echter werden afgelezen bleek, dat allen, op 3 na, Viterbo hadden verlaten en van die drie konden er nog 2 om verschillende rede nen niet in aanmerking komen. De president moest dus de zitting verdagen, zonder een voltallige jury te hebben samengesteld. Ingezonden Stukken, (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). Geachte Redaktie In de Maas en Scheldebode van j.l. Woens dag komt een ingezonden stukje voor, van den grroooooten baas van de Antr.party, n.l G. v. d. Boogert. Gaarne zag ik geachte Redaktie dat gy' bedoeld stukje, een plaatsje tn uw blad de Eilanden gaf, en daarvoor by voorbaat myn dank. Mijnheer de Redacteur I Wilt u zoo goedgunstig zijn het volgende als inge zonden stuk te plaatsen dan zeg ik u bij voorbaat mijn dank. Vorige Woensdag 8 Maart j.l. heeftjin de Herv. Kerk alhier de stemming plaats gehad of de Kerke rend onmondig zou worden verklaart Ja of Neen De uitslag van die stemming heeft geweest dat zich voor Ja hebben verklaart 60 voor Neen 84 die van onwaarde 5 weten wij niet wat zij wenschen, zoodat de Kerkeraad het vertrouwen is toegekend doortegnan op den weg dien ze thanB loopende zijn en zoo wij hopen en daarom het vertrouwen gesteld dat zij daarvan niet zullen afwijken. Dat de partij van 60 het met den Kerkeraad niet eeus zijn bewijst hunne stem, en dat zij het met de Kerk als Kerk Diet kunnen vinden bewijst hun oordeel over de rechtzinnige leeraars die optreden, zoodat zij hebben bewezen dat z(j de Kerk als Kerk willen gemoderniseerd zien om hem te maken tot een kweekplaats der Vrijzinnigheid. Daar het hun tot heden Diet gelukt is zullen wij wenschen dat nllen die zich op 8 Maart j.l. zoo fler hebben gedragen om de kerk niet aan de Vrijzinnigen over te leveren bij een volgende gelegenheid ook zullen toonen dat ze met de heeren vrijzinnigen bebben gebroken en het gefluit van den vogelaar hebben gesnapt. Nogmaals mijnheer de Redacteur dank voor de plaatsing. TJE. dw. dn. O. v. d. BOGAARD. Oude Tonge, 13 Maart 1911. Zooals de lezers uit dit stukje van van den Boogert kunnen zien, was hy zoo verheugd, over den uitslag van de gehoude stemming, dat hy naar de pen greep, om het niet allen zyn partygenooten, maar ook zijn bondge- nooten de Roomsch Katholieken bekend te maken. Dat de man hier bazelt, over recht ziunige leeraars daar snap ik eigenlijk niets van en wel om de volgende reden. Als van den Boogert, het zoo goed meent met den Godsdienst, dan zou hy niet schrijven over kerkelijke zaken, in een blad, dat door een groote massa Katholieken gelezen wordt, want laatstgenoemden, zyn wel wyzer, want die hangen hun kerkelijke zaken niet aan den kapstok. Dat hy voor zyn persoon, met aandacht naai een rechtzinnig leeraarkan luisteren, geloof ik evenmin, want voor een simpel iets liet hy een scheepslading met vloeken op een arbeider, toen een arbeidster die daar bij stond, hem bestrafte, omdat zij het niet langer aanhooren kon, zij hij ten overvloede, met een vloek die vyf minuten duurde, bidden was beter, maar dat kan ik niet. Dat zulk een man nu nog zoo'n drukte kan maken, over 60 personen die voor het nieuwe gestemd hebben, is toch wel de brutaliteit ten top gestegen, want wy lezen in de Flakkeesche bladen, dat in N. Tonge op 7 personen na, allen voor het nieuwe gestemd hebben, en in Ooltgensplaat op één na. Zouden dit nu allen menschen zyn, die voor dit nieuw gestemd hebben, die {geen hart meer gevoelden vooreen goede preek, en zou van den Boogert, wiens levens wandel wy hier boven omschreven, waaraan ik nog toe kan voegen, dat hij, hoewel hy toch weinig arbeiders noodig heeft, er min stens een paar dozyn noodig heoft in 'tjaar. Nogmaals, zou zulk een man dan zoo'n hart hebben voor een rechtzinningspreek Neen van den Boogert de oorzaak zit dieper. Gij geeft den kerkeraad, zoo stilzwijgend een vingerwijzing, om toch vooral een Antir. dominee hier te krijgen, om propa ganda te maken voor uw party, of gij daarin slagen zult, kan ik u niet voorspellen, maar wel geef ik je de verzekering, dat het niet makkelijk zal gaan om de vrijzinnige partij om te werken; want heusch zelfs uw eigen partygenooten, zyn niet erg van uw drijven gediend, zoodat er ook al stemmen opgaan, om zich bij de C. H. party aan te sluiten, Hierbij zal ik maar eindigen, anders verg ik te veel van Uw plaatsruimte. Nogmaals hartelijk dank voor de verleende plaats ruimte teeken ik mij Uw. dw. dn., JAC. DE BERG. Oude Tonge, 15 3 1911. Nieuwe Tonge, Maart 1911. Mijnheer de Redacteur, Vergun my s.v.p. een plaatsje in Uw veel gelezen blad voor onderstaand „inge zonden stuk". By voorbaat dank. In 't Weekblad „Onze Eilanden", van 11 Maart 1.1. komt een ingezonden stuk voor van B. Verweij tegen my ondergeteekende. Hy' deelt daarin 't publiek mee, hoe hij my voortgeholpen heeft, hoe hij my' voorzien heeft van huis, winkel en tuin en hoe ik hem met ondank beloond heb. B. V. doet voorkomen, of hij mij 't tuintje had gegeven, maar ik moest jaarlijks f5,50 huur betalendezelfde huur, die hy aan de diaconie had te betalen. Toen ik het tuintje tot myn voldoen kreeg, had 't weinig of geen waarde. Plantjes en boschjes stonden er niet in en het zat zoo vol kweeken, dat myn zwager ze met een kruiwagen heeft wegge reden. Ik knapte 't tuintje op, bracht er plantjes, boschjes enz. in, o a. ook frambo- zenstruiken en plaatste er een poortje voor. Na 't 18 jaar in gebruik gehad te hebben, vroeg B. V. mij in Februari van dit jaar, hoe met 't tuintje te handelen? Ikzei.dat hangt van jou af. B. antwoordde, dat ik 's avonds maar eens komen moest. Ik ging en wat voorspelde B.V. Ik moest 56 roeden cichorei er voor wieden, dunnen, rooien en in zakken leveren. Ieder weet wat cichorei is, vooral op klei en kan beseffen, wat B. voor 't tuintje verlangde. Dit is een zeer edele daad van B. V. Ik gaf hem geen antwoord op zoo'n on zinnig voorstel, maar nam myn tuinpoortje en de steunsels van de frambozenstruiken weg. Dit teeken was voor hem meer dan genoeg. B. V. schreef, dat ik de boschjes vernield had. Maar ieder tuinman weef, dat frambozen steunsels behoeven en wanneer ze daarvan worden beroofd, ze o zoo licht uit een waaien. Van snyden of opzettelijk vernielen is absoluut geen sprake. B. V. schreef, dat hy 5 jaar geleden een zoo goed als nieuw huis had laten verma ken. Hy schreef niet, dat 't een postkan toortje was geweest. Verder schreef hy, dat hy het huis twee jaar later aan mij ver kocht zonder geld van mijn kant. Maar hij had moeten schrijven, dat ik voor 't huis, waarvoor by f 1400 had betaald, f 1800 moesc betalen. Daarbij komen f 100 van overboeken en voor hypotheek, dus kost 'thuis my' f1900. Ik had f 1000 hypotheek op 't huis en B. V. hield er 1 800 op, die ik met f 80 's jaars moest afloosen. B. V. is met zijn pensioentje en met de f 80 's jaars van mij voor tien jaar onder dak. Het was nog niet zoo dom van B. Hij schreef, dat er achter 't poortje veel te vinden was, maar achter dat huis met den gelen gevel is ook veel te vinden. Ik moest in den tijd van drie jaar f 250 aan dat (nieuwe) buis laten verdienen. Noem dat nu maar nieuw. Verwey heeft my veel weldaden bewezen, maar hij schreef niet, wat ik deed. Als B. V. in het voorjaar ging zaaien en planten, zocht hy een egge op en een rolblok en dan moest C. v. V. er voor en B. er achter. Als de winter in aantocht was, kocht B. veel varkens en kalveren en dan moest ik die in den winter oppassen. Als alle menschen nog op bed lagen, was ik al druk aan 't werk. Was 't half tien, dan moest ik de flets op en myn dienst aan de post ver richten. Was ik dan om half èèn of èèn uur niet thuis, dan stond B. V. als een reiger, die een paling uit 't water haalt, bij my voor de heining, met dit onderscheid, dat hy' zyn hoofd niet naar beneden, maar zoo ver mogelijk naar boven stak en riep al „is C. nog niet thuis." Kwam ik thuis, dan gauw eten en naar B. V. gegaan. Dat deed ik alles voor f 2,50 per week niet voor 6, maar voor 7 dagen. Nu heeft B. een man voor f 5 in de 7 dagen, dat verschilt elke week f 2,50. In al de jaren, dat ik by B. geweest ben, heeft hij van mij ook heel wat genoten. Uit zijn stuk zou degene, die B. V. niet kent, opmaken, dat hy zoo'n braaf, edel mensch is. Even een klein staaltje. In 1910 trof onzen tegenwoordigen brievengaarder 't ongeluk zyn moeder door den dood te verliezen. Hy vroeg my, toen ik van myn reis terug kwam of ik zijn dienst kon waar nemen. „Zeker wel", zei ik, „waarom niet". Beleefdheidshalve ging ik het aan B. V. vragen of hy 't goed vond en hij vond dat niet goed. Ik deelde het den brievengaar der mee en die zei „dan is er voor vandaag niets aan te doen; gaat dan maar naar Verwey." Nog denzelfden avond vroeg de brievengaarder verlof ik meen telegrafisch wat hem direct werd vergund. Wyl ik als zyn vervanger ben aangewezen, moest ik drie dagen als zoodanig fungeeren. Ik ging het 's avonds B. zeggen en kreeg ten antwoord „dan behoef je in het geheel niet meer te komen." Voorwaar zeer edel. Nogmaals dank voor de my verleende plaatsruimte, blyf ik Uw dw. dn. C. VAN VLIET. Nieuwe Tonge.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1911 | | pagina 3