zuid-bollandsche in zeeuwschi eilanden.
lsdijk;
imkü!
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
le Goederen, enz,
lesteding.
EN.
Juffertje Onnut.
ONZE EILANDEN
voor de
Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen.
Prijs per kwartaalf 0,5U
Afzonderlijke nummers- 0,05
ÉÉlllllSÉll88ilÉfc
UUR DER GEMEENEI
p VAN DIRKSLAND is
enkele inschrijving, vol- I
bp VRIJDAG DEN 24«»
op hel Gemeentehuis te I
3-1
besteden
van twee kleine
steenglooiing teg
indeering in de tui-1
van Dirksland.
gt ter inzage bij P. DE I
>zichter van het Water- I
land, door wien op 22 I
nam. ten 2 ure de noo-
zal worden gedaan,
[sbiljetten moeten vracht- I
[eleverd vóór of op den I
ag 's middags 12 uur, bij i
'an het Waterschap, den
CHIETER te Dirksland.1
tuur voornoemd,
De Voorzitter
G. BOSSCHIETER.
Afbraak van voor weinig I
iwd Hoerenhuis metHoets- t
gelegen aan de Houtlaun
Westerstraat, Rotterdam,
groote party harde Waal-
0 verglaasde KruispanneD, I
en Dakdeelen; 2 X 3 en
i, Staldeuren, een groote I
14 marmeren Schoorsteen-1
vragen aan bovengenoemd I
N. J. OOSTERWIJK, Her
jrösingel W.Z. Rotterdam I
plaatsen: Ridderstraat 22,
ptr. Spoor. 3—11
1ATJS
:ken van 4'A gulden
Sohwarzwald.
ïaken met onze Schwarz-k
van f 4,50 met beenen -
s, compleet met gewicht, j,
ad voor de Huiskamer,
srste 250 aanvragers en l
lad een uitreiken. Ieder,
Itdeeling in aanmerking
en zende omgaand zijn
antwoorden spoedig aan
invragers.
VUS „MERCURIUS"
jtterdam No. 20, Holland.
(gevestigd sedert 1870) zendt I
ictie stalen van Bukskins,
llectie voor de provincie,
rreerende prijzen, vlugge en
dermakers, enz. 3—2
No. 16
Zaterdag 11 Maart 1911
18E Jaargang
Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk
Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis.
Prijs per adv jrtentiën van 45 regels f 0,50
Iedere regel meer- 0,10
Groote lelters naar plaatsruimte.
Buitenlandsch Overzicht.
Het nieuwe Fransche kabinet is gereed-
I Zijn programma verschilt al heel weinig
1 van dat waarmee Briand tot tweemaal toe
I voor den dag kwam, en van hetwelk hij
[niets heeft uitgevoerd; en het onderscheidt
zich eigenlijk evenmin sterk van wat Cle-
I menceau wilde. Hoe duidelijk ziet men aan
I dit verschijnsel, dat het gaan en komen
I van ministeries in Frankrijk niet, gelijk
elders, zooals b.v. in Engeland, verband
houdt met den strijd over groote beginse-
len, maar dat het uitsluitend persoonlijke
quaesties zijn, die het ministerieele leven
beheerschen.
Monis, de nieuwe premier, is Senator voor
de Gironde, 65 jaar oud, gewezen minister
I van justitie in het kabinet Waldeck-Rous-
I seau, en vriend van Emiles Combes, hoewel
I by later tegen de vermaarde wet op de
I scheiding van Kerk en Staat stemde. Dit
I en zijn medewerking tot den val van het
eerste radicale ministerie Bourgeois is hem
altijd hoogst kwalijk genomen. Monis was
door Briand aangezocht om zitting te ne
men in Briands tweede Kabinet (Nov. 1910;
en Monis had het aangenomen ookmaar
l op hot laatste oogenblik trok hij zich terug,
I wellicht omdat hij den spoedigen val van
het Kabinet voorzag, en liever Briand's
i opvolger was dan een zijner lotgenooten.
De belangrijkste persoonlijkheid van het
I ministerie, wellicht feitelyx de leider, is
I ongetwijfeld Delcassé. Men herinnert zich
I nog Delcassé's ministerschap van zes jaren
I geleden, toen zyn anti Duitsche politiek de
I spanning tusschen Frankrijk en Duitschland
1 in zake de Marokkaansche quaestie zoo
I zeer hielp verergeren, dat men inderdaad
I bijna aan den vooravond van een oorlog
i heeft gestaan, 'tls daarom wel van belang
dat Delcassé niet terugkeert als minister
f van buitenlandsche zaken, maar als drager
i der portefeuille van marine. Daaruit zou
I men de bedoeling vermoeden, de wereld
1 niet. te doen vreezen voor een herhaling
i van de anti Duitsche Delcassé-politiek,
waarvoor sommige bladen in Frankrijk en
I Duitschland blijkbaar heel bang zijn. De
I officieuze correspondent van de Kölnische
f Zeitung haast zich hieromtrent te zeggen,
dat Duitschland rustig zal afwachten, of
inderdaad die vrees gegrond is. Mocht dat
zoo zijn, zoo voegt hij eraan toe, dan zou
I het misschien voor de vredelievende par
tijen in Frankrijk nog onaangenamer zijn
i dan voor ons.
Dat Delcassé de groote man van het
i Kabinet is blijkt wel uit de onderlinge
bede, die volgens de Matin Monis heeft
gericht tot Delcassé, om deel uit temaken
van zijn schare. „Waarde vriend", zoo zou
Monis gezegd hebben, „ik kom u het
ministerie aanbieden waarvoor gij vier jaar
gewerkt hebt, waarvoor gy zulke volledige
en nuttige hervormingen hebt volbracht, in
één woord, voor hetwelk gij op de tribune
Zij wees op haar verbonden hand, doch
Ijhij sloeg er ternauwernood acht op.
Dat zou men 'n paar minuten geleden
niet gezegd hebben," antwoordde hij. „Ik
hoorde je lach door den geheelen tuin
t weerklinken en zelfs de stoep voor je deur
f scheen je een geschikte plaats voor een
i burenpraatje. Hier is 't wèl zoo gezellig.
i Dus, wat je 'n vreemde toestaat, zal je
verloofde toch zeker ook wel worden toe1
Terwijl hy sprak, was zy eenigszins na-
derby gekomen.
Ik ben alleen thuis en moet u nog
maals dringend verzoeken, deze kamer te
verlaten, sprak zy meteen van opwinding
bevende stem.
Waarom Wij waren in het prieeltje
ook wel alleen, toen je my het jawoord
gaf.
Ge wilt my angst aanjagen en my belee-
digen riep zy uit, terwijl de lang ingehou
den tranen haar in de oogen sprongen.
woorden hebt gesproken, die in alle lan
den met aandacht vernomen zyn. Ik kom
u vragen minister van marine te zyn, maar
ik wil terstond erby voegen dat ik het met
u geheel en al eens wil zijn in zake de
buitenlandsche politiek. Wanneer wy het
daarover eens zyn, zal ik met u de bezetting
der portefeuille van buitenlandsche zaken
bespreken." Zoo sprak Monis, en Delcassé
gevleid en bewogen, nam deze benoeming
tot mede-leider van het Kabinet aan. Ter
stond daarop zijn de besprekingen begonnen
over de bezettiDg der andere ministerieele
posten tusschen Monis, Berteaux en Delcassé.
Het heeft heel wat moeite gekost om een
minister te vinden die de buitenlandsche
zaken wenschte to beheeren onder Delcassé's
opperleiding, maar ten slotte heeft men
Cruppi bereid gevonden deze weinig ver
kwikkelijke taak op zich te nemen. Want
dat Delcassé de buitenlandsche politiek
weer zal gaan beheerschen schyDt ons na
bet bovenstaande niet twijfelachtig.
Berteaux heeft oorlog op zich genomen,
en zoo heeft men een burger minister voor
oorlog en voor marine.
In het Engelsche Lagerhuis is na een
vierdaagsch, over 't algemeen zeer onbelang
rijk debat, de tweede lezing van de Veto-bill
geëinnigd met de aanneming hiervan; 368
tegen 243 stemmen.
Aan deze stemming ging een levendige
gedachtenwisseling over een motie van
Austen Chamberlain vooraf, waarin welde
wenschelykbeid van Hoogerhuishervorming
werd betoogd, doch tegelijk was uitgedrukt
dat de regeering met haar voorstel de moge
lijkheid opende, dat belangrijke ontwerpen
kracht van wet kregen, zonder dat het volk
zich ten gunste daarvan had uitgesproken.
Dit had natuurlijk betrekking op het ver-
leenen van Home Rule. In aansluiting hierop
wezen de unionistische spiekers opnieuw
op de wenschelykheid van een „vergelijk",
van een conferentie.
Door de liberale sprekers en ook door
Asquith werd echter met klem verklaard,
dat in het stadium waarin men thans ver
keert, hier geen sprake van kan zijn.
Een niet onvermakelijk incident had by
dit debat plaats. Balfour protesteerde heftig
tegen het optreden der regeering, die de
„grootste grondwettelijke resolutie" ging
invoeren, welke het land ooit had beleefd,
nl. het verleenen van Home Rule aan de
Ieren zonder daartoe door de natie te zyn
gemachtigd. Dit noemde de unionisten-leider
„bedrog" van de liberale partij.
Onmiddellijk werd er in de liberale banken
krachtig protest aangeteekend tegen deze
uitdrukking en Dalziel vroeg aan den voor
zitter Balfour's tot-de-orde-roeping. Doch
deze, Lowther, verklaarde, dat het zeker
buiten de orde was te spreken van „bedrog"
wanneer een „persoon" bedoeld was, doch
wanneer een party bedoeld werd, kon hy
er geen bezwaar~tegen maken
Balfour weigerde zijn uitdrukking in te
trekken, zoodat de liberale party, de regee-
Toen stoof hy op en greep haar hand.
Je gelooft zelve niet, wat je daar zegt
Je hebt my nog even lief als voor eenige
maanden, toen je my met een eed beloofd
hebt, met mij te vluchten, als je vader
niet wilde toegeven.
Neen, neen I" riep Therese uit, terwyl
zij haar hand terug trok. „Dat heb ik nooit
gezegd
Ik heb het gelukkig op schrift I In
den eersten brief stond het geschreven en
die woorden strekten mij in de laatste
maanden tot troost, als ik vreesde, aan je
te moeten twijfelen. Antwoord dan, Therese,
is je vader nog altijd tegen onze verloviDg
Ja, nog altijd En ik ik.
En jij
Ik heb ingezien, dat hy gelyk heeft
Na deze woorden strekte zy zich op de
chaise-longue uit en zag hem aan met de
ongeduldige uitdrukking eener vrouw, die
tot iederen prys een einde wil maken aan
een pijnlijk onderhoud.
Dat is niet waar, Therese, dat kan
niet waar zyn. In je hart moet de liefde
voor my bewaard zyn, anders was alles in
je brieven logentaal. Je bent geen wispel
turig meisje als zoovele anderen, je staat
boven de kleinburgerlijke vooroordeelen,
kunt de wereld trotseeren en zelfs zonder
de toestemming van je vader de my'ne
worden. Beproef het nog eens by hem met
ring incluis, de beschuldiging dat zy zich,
niet individueel, maar collectief aan „be
drog" heeft schuldig gemaakt, op zich zal
moeten laten rusten.
Veel zullen zij zich hiervan niet aan
trekken. En als vergoelijkende factor voor
de al te temperamentvolle uitbarsting van
den anders zoo flegmatieken conservatieven
leider zullen zy zeker bedenken, dat deze
en zyn party een zeer droevigen tijd mede
maken door eigen kortzichtigheid voor een
onafwendbare nederlaag gesteld en in den
eigen kring een hopelooze verdeeldheid,
waar het geldt de gevolgen van deze neder
laag althans nog zooveel mogelijk af te
wenden
Kortgeleden hebben we er reeds op ge
wezen, dat de clericale kwestie in Spanje
weder actueel is geworden. Volgens de
Osservatore Romana, het orgaan van het
Vatikaan, heeft de Spaansche regeering
onlangs nl. den wensch te kennen gegeven,
om de onderhandelingen met den H. Stoel,
die naar aanleiding van het aannemen der
Grendelwet zyn afgebroken, te hervatten.
Deze onderhandelingen liepen over vermin
dering van 't aantal congregaties en kerke
lijke orden en over de interpretatie van
artt. 29 en 80 van het Concordaat, naar
aanleiding van de toekomstige wet op de
vereenigingen.
De H. Stoel heeft nu in zyn antwoord
verklaard, dat hy, niettegenstaande het aan
nemen der grendelwet, bereid is op de vol
gende voorwaarden, de onderhandelingen
weer op te nemen:
le. De onderhandelingen over de congre
gaties moeten volgens art. 43 van het Con
cordaat de bepalingen van het Concordaat
en de kanonieke rechtsbeginselen tot punt
van uitgang hebben, zoodat geen de minste
wijziging wordt gebracht in den bestaanden
juridischen toestand der congregaties,zonder
dat over de aan te brengen wijziging van
te voren een overeenkomst met hetVatikaan
is bewerkstelligd.
2e. Deze onderhandelingen moeten daarom
ook gevoerd worden over het wetsontwerp
betreffende de vereenigiDgen, voor zoover
het op vereenigingen van godsdienstigen
aard betrekking heeft.
3e. De Spaansche regeering zal zich gedu
rende de onderhandelingen hebben te ont
houden van maatregelen, die op bedoelde
onderhandelingen zouden kunnen prejudi
cieeren en deze nutteloos zouden kunnen
maken.
In Vatikaausche kringen verwacht men,
dat deze voorwaarden van den H. Stoel door
de Spaansche regeering verworpen zullen
worden en dat opnieuw een crisis in de
verhouding van Spanje tot het Vatikaan zal
intreden.
Woensdagavond heeft de ministerraad te
Madrid over deze nota van den H. Stoel
beraadslaagd en las de betreffende minister,
Garcia Prieto, het ontwerp van het ant
woord aan het Vatikaan voor, waarin hij
op beleefde maar krachtige wijze uitdruk-
zachtheid en, lukt hei niet dan achter
ons de schepen verbrand. Er is op aarde
nog wel 'n plekje te vinden, waar wij...
Denkt ge," viel zy hem op yskouden
toon in de rede, „dat ik er ooit toe zou
kunnen besluiten heimelijk mijns vaders
huis te verlaten en een onzekere, avon
tuurlijke toekomst tegemoet te gaan
Je vader zal, door den nood gedwon
gen, zyn toestemming geven.
Ik heb geen zin in romantische avon
turen. In mijn oogen is Anderheggen 't
liefste plekje op aarde en ik leef hier te
vreden En nu verzoek ik u, heen te
gaan. Het zou my, na hetgeen wy nu be
sproken hebben, dubbel onaangenaam zyn,
als het meisje binnenkwam en u hier zag.
Neen I" riep hij harstochtelyk uit. „Ik
ga niet heen. Je bent my verantwoording
schuldig voor al de martelingen eener te
leurgestelde verwachting. Wat is de oorzaak
van die verandering?
Hy was opgestaan en legde bijna dreigend
de hand op haar schouder.
Papa, papal" riepzy uit, naar de deur
snellende. Daar klonken zware schreden
en nog eer de verbitterde jongeling begreep
wat er gaande was, stond de oude Kraut-
ner voor hem.
Wat is er van uw verlangen, luite
nant? Wat verschaft mij de eer?
Ik kom bier om u te spreken, myn-
king geeft aan het vaste besluit om de rechten
van de burgerlijke macht in Spanje energiek
te handhaven. De ministers hebben dit ant
woord eenstemmig goedgekeurd en het be
sluit, om het ontwerp der wet op de ver
eenigingen aan de Cortes voor te leggen,
De geruchten betreffende de mogelijkheid
eener aanstaande crisis in het Spaansche
Kabinet, die de laatste dagen in de Spaan
sche pers de ronde deden en waarvan wij
reeds melding maakten, worden hierdoor
dus tegengesproken. In verband daarmede
is ook belangrijk, wat Canalejas in een
onderhoud aan den Madrileenschen corres
pondent van de Matin verklaard heeft, nl,
dat er geen aanleiding is om van een crisis
te spreken en er niet de minste reden be
staat, waarom hij zou aftreden. „Meer dan
ooit ben ik besloten, verklaarde hij, op den
ingeslagen weg voort te gaan.
Toen het aanzienlijk tekort der Brus-
selsche tentoonstelling ten bedrage van
f 723,000 bekend werd, waarvan f 500,000
door den Staat, dus door de Belgische be
lastingplichtigen moet worden betaald, werd
in een deel der Belgische pers een levendige
kritiek op het reclame-bureau der tentoon
stelling en zijn zonderlinge praktijken uit
gebracht. Deze reclame was aan den ver
slaggever van een klein blad, Rotier en den
voormaligen chef-redacteur van het Journal
de Bruxelles, Hecq, verpacht. Voor de
reclame was hun de ronde som van f 750,000
toegekend, waarvan f 250,000 voor de loterij
der tentoonstelling werd besteed.
Ook by deze loterij gebeurde veel, dat niet
opgehelderd is geworden. De eene hoofdprijs
van f 100,000 viel op een niet verkocht lot.
De winner van den anderen hoofdprijs van
f 100,000 kon tot op heden niet gevonden
wordeD. De Brusselsche Petit Bleu heeft
verdere merkwaardigheden van de loterij
aangewezen.
Voor de tentoonstellingsreclame zelf kon
den Rotier en Hecq ongeveer f 550,000
uitgeven. De president der tentoonstelling,
baron Janssen, verklaarde onlangs in de
XXe Siècle, dat de uitgaven voor de reclame
in de Belgische en buitenlandsche pers iets
meer dan f 250,000 bedragen. De onderne
mers van den reclame-dienst moesten daar
voor 275,000 regels van gepubliceerde adver
tenties aanwijzen. Zy konden echter, schrijft
baron Janssen, zelfs meer dan een millioen
regels voorleggen 1 Dit aantal regels, waar
mede baron Janssen, Rotier en Hecq tracht
te rechtvaardigen, zijn echter inderdaad een
bevestiging van de ernstige beschuldigingen,
dié men tegen de intriges der beide „ervaren"
heeren ingebracht heeft.
In Brussel wordt openlijk uitgesproken,
dat de beide reclame-pachters de volkomen
onafhankelijk geschreven berichten der pers
eenvoudig eveneens als betaalde reclame
artikelen naar het aantal regels in rekening
brachten. De correspondenten der betref
fende bladen hebben dus, zonder dat zij er
zich tegen verzetten konden, gewerkt om
heer. Dat heb ik mejuffrouw uw dochter
reeds dadelijk gezegd," antwoordde Adami
gevat.
Hij wilde, dat ik heimelijk met hem
zou vluchten, en dat kan ik toch niet
viel hem Therese weenend in de rede.
Neen, dat kan je ook niet," stemde
Krautner toe, doch hij sprak op afgemeten
toon, anders dan hij gewoonlijk tot zijn
lieveling het woord richtte, „maar laat mij
nu los, kind, en drink 'n teugje water. En
u, luitenant, dient u voorloopig tevreden te
stellen er alleen met den vader van door
te gaan maar niet verder dan zyn kamer.
Mag ik u verzoeken
Bij zyn kamer gekomen, opende de ren
tenier de deur met een voor zyn doen be
leefde buiging.
Een oogenblik geduld, luitenant. Ik
heb nog 'n woordje met myn dochter te
spreken.
De oude heer draaide het licht op en be
gaf zich toen weer naar Therese's kamer.
Zy wilde hem om den hals vallen, maar
hij maakte zich uit die omhelzing los.
't Is nu geen tyd voor die aardighe
den. Ik wil 'n duidelijk antwoord op mijn
vragen. Ten eerste, heb je, tegen myn ver
bod in, indertijd aan dien luitenant het ja
woord gegeven
Ja," klonk het onder krampachtig
snikken door. „Maar.."
de zakken van Rotier en Hecq te spekken,
en daarbij werd nog op onbeschaamde wyze
de schijn gewekt, als hadden zij betaald
reclame-materiaal geleverd.
Vooral ge groote Duitsche pers was het,
die ondanks de ellendige behandeling hurer
vertegenwoordigers (waarover dezen en
zij niet alleenherhaaldelijk geklaagd
hebben), het uitvoerigst en zorgvuldigst over
de tentoonstelling berichtte. De Duitsche
correspondenten te Brussel hebben dan ook
besloten, op de meest energieke wijze tegen
den reclame-dienst van de Brusselsche
tentoonstelling te protesteeren. Tegelijker
tijd teekenen zy van te voren verzet aan
tegen de herhaling van dergelijke praktijken
by toekomstige exposities, b.v. de tentoon
stelling, die in Gent zal worden gehouden.
Bovendien wordt er op aangedrongen, dat
het uivoerend comité der tentooustelling
een commissie van Duitsche deskundigen
benoemt, die nauwkeurig de door Rotier
en Hecq onder de één millioen regels ge
rekende artikelen onderzoekt, om te zien
hoeveel regels der berichten door hen wezen
lijk betaald zyn.
Men weet hoe in Duitschland het blauw
zwarte blok, onder agrarische leiding de
belasting heeft geregeld en nog regelthet
grootgrondbezit zoo weinig, de rest zoovéél
mogelijk. Men weet ook hoe door deze rest,
als protest, na de totstandkoming der jongste
financieele hervorming de „HansaBond"
is opgericht, met geen ander doel dan een
rechtvaardiger belastingverdeeling te ver
krijgen. Deze bond recruteerde zijn leden
uit alle kringen der maatschappij, handel,
nijverheid, ambtenaren, werklieden, alleen
niet uit den agrarischen kring. Aan bepaalde
„politiek" deed de bond niet en wil hy ook
niet doen.
Het is te begrijpen, dat de Bund der
Landwirte den snellen groei van dezen
Hansa-bond, zijn natuurlijken vyand, met
weinig vriendelijk oog heeft gevolgd. Dit
heeft dien groei echter niet in 't minst
belethet aantal Hanseaten is alleen het
vorig jaar met 47000 toegenomen. Oók een
teeken des tydsl
Straks, by de verkiezingen, zal nu deze
Bond, ook al doet hy officieel noch direct
aan politiek, ongetwijfeld een machtigen
invloed uitoefenen ten nadele der Land
wirte. Het parool van het Bondsbestuur
toch luidt reeds thans, bij alle verdere vrij
lating der leden tegen het grootgrond
bezit. Geen wonder dat de Bond der Land
wirte, nooit kieskeuring in haar middelen,
alles aangrijpt waarmede hy zijn gevaar
lijken tegenstanders schade kan doen. En
het behoeft evenmin te verwonderen dat
hij by het zoeken daarnaar niet zou vergeten
de hulp in te roepen van zyn natuurlijken
bondgenoot de regeering, met name die
van Pruisen, den vry'wel almachtigen
Bondstaat.
Dit nu is Dinsdag jl. geschied. In het
Pruisische Huis van Afgevaardigden heeft
de conservatieve afgevaardigde YonArnim
Geen verontschuldigingen. En heb je
briefwisseling met hem gehouden
Ja, ja. Maar ik
Heb je beloofd, hem trouw te blijven?
Ja Maar
Bedaar, kind I En ben je nu tot andere
gedachten gekomen
Ja.
Waarom?
Och, paatjelief!" snikte Therese, die
nu de kans schoon zag, het gemoed van
den vertoornden vader te verteederen. Paat
jelief, ik kon het langer niet verdragen u
achter uw rug te bedriegen, omdat ik be
greep, dat u slechts het beste met my voor-
hadt."
Mooi, mooi. Daarover spreken wy wel
eens nader.
Toen ging hy de kamer uit en keerde tot
luitenant Adami terug.
ACHTSTE HOOFDSTUK.
Inmiddels zat Friedrich te wachten op
den heer des huizes. Heel helder was hem
de toestand niet. In zyn hart was nog 'n
zweem van hoop aanwezig. Misschien was
de oude man nog te bewegen I Dat hem
Therese inderdaad ontrouw was geworden,
dat kon hy met zyn ydelheid niet begrij
pen. Haar weigering was zonder twijfel het
gevolg van haar schrik over zijn plotselinge