2
ONZE
EILANDEN van 16 APRIL
1910.
schandaal tevens, of is het geen schandaal,
dat die acht ton, verkregen uit een zuiver
monopolistisch bedrijf vloeien in de zakken 1
van voor 99 procent rijke aandeelhouders'
in plaats van in de gemeentekas zooals het
behoorde te zyn. Ia het geen „schitterend"
schandaal dat diezelfde rijke trammaat-
schappy haar ambtenaren afscheept inetj
onvoldoende salarissen voor het levenson
derhoud in de stad en speculeert op de fooien,
die het publiek wel zoowelwillend is den
conducteurs te gevenI
Dien menschen is het niet kwalijk te ne
men, dat zy den vriendelijken gever van
'n halven stuiver fooi welwillender aan-1
kijken dan hem, die enkel zyn pasje betaalt.
Voor hen maakt het bedrag der fooien een
deel uit van hun weekloon. Is het geen I
schandaal, dat de ryke trammaatschappij, i
die acht ton uitkeert aan haar gefortuneerde,
aandeelhouders feitelijk bij deloonstandaard
voor haar personeel rekening houdt met de
goedgeefschheid van het publiek Is hot
geen „schitterend" schandaal, dat die maat
schappij de Scheveningers, die tot dezelfde
gemeente behooren als de overige Hage
naars door de traradirectie bezwaard worden
met dubbel tarief? Is het geen „schitte
rend" schandaal, dat diezelfde maatschappij,
die dank zy de kortzichtigheid onzer voor
vaderen de duizenden winst in een verkeer
den zak kan doen vloeien, op de kleinzie-
ligste wijze de letter der concessie steeds
ten nadeele der gemeente en te haren bate
zoekt uit te leggen Och, gemopper baat
weinig, nog meer dan 16 jaren zitten we
aan de Haagsche vast en zal de gemeente-1
kas de winst derven, die de burgerij thans
als cy'DS betaalt aan de gelukkige bezitters
der aandeelen van de Haagsche tram.
't Is jammer dat de tramversieringen1
achterwege blijven, anders kregen we vast|
en zeker ook 'n tramwagen versierd als
„Chaatecler."
Sinds Bosland zijn beroemde en beruchte
dierencomedie schreef, heeft de ontzettende
groote Haagsche familie der meedoeners
zich gespitst op de komst van het Fransche
gezelschap, dat thans deze week de residen
tie op de Chantecler-sago zal vergasten. De
plaatsen zijn tegen gepeperde prijzen reeds
lang uitverkocht. Als voorproef hebben de
tingeltangels ons reeds eeDige weken ver
gast op 'n Chanteclerparodie. Met 'n variatie
op het oude rijmpje kan men zeggen:'tls
Chantecler, al wat men ziet. Chantecler op
ansichten in de boekwinkels, Chantecler
als sieraad op de wanstaltige pannendek-
sels, waarmede het schoone geslacht zich
dit jaar het lieve hoofdje weer zal ont
sieren. Chantecler voor de etalages van confi-
serieön en patisserieën, in goed Hollandsch i
gezegd suikerbakkerswinkels. En zoo waar
verscheen Zaterdag bij het 25 jarig gedenk
feest van de Scheveningsche Manege een
brave viervoeter uitgedost als de wachter'
van den dageraad. Dit ontbreekt er nog
maar aandat de dames zich gaan versieren
met een Chanteclerstaart zooals ze zich voor
ettelijke jaren verwanstaltigden met het
bekende „queutje."
Nog enkele weken en het badseizoen
breekt weer aan. Dan is tevens het einde
gekomen van de sfcratenopbrekery, waar
mede minstens dehelftdesjaarsde bewoners
van een of andere straat gelukkig worden
gemaakt. Is de tram met het opbreken
klaar, dan komt al heel gauw de waterlei
ding het pas herstelde plaveisel vernielen.
Is de boel weer gereed, dan komt de gas
fabriek met het breekijzer.
Zoodra de straat in orde is, komt Open
bare Werken om te rioleeren. Yoor eenige
jaren hebben B. en W. tot de verschillende
chefs van dienst al eens een aanschrijving
gericht om by het opbreken der straten
zooveel mogelijk elkaar in de hand te wer
ken. De uitwerking dier circulaire is ge-1
weest, dat de een nooit gelegenheid heeft,
als de ander aan den gang is. Maar wie
weet, ook daarin zal na lengte van dagen
wel verbetering komen. Er loopt in de po
litieke kringen een gerucht, dat ik nog maar
niet zoo dadelijk voor waar aanneem. Do
antirevolutionaire Statenclub, die het lot
der Zuid-Hollandsche Eerste-Kamerleden in
haar handen heeft, zou besloten hebben
baron Van Heeckeren en den heer Van
Löbensels te laten vallen als straf, omdat
ze het gewaagd hebben tegen dr. Kuyper te
opponeeren. We zyn van de clericalen ge
woon dat ze, h la deputatenvergadering ge
willig ja en amen zeggen op hetgeen zeker
leider wil, doch dat ze zoo gedwee zullen
bukken voor de leidiDg uit de Kanaalstraat,
wil er bij mij nog niet zoo dadelijk in.
Zoo'n volslagen gemis aan ruggegraat durf
'k zelfs bij de Kuypermannen niet te ver
onderstellen. Maar bij de clericale coalitie is
alles mogelijk. Ik herinner daarvoor maar
weer aan de ongelooflijke benoeming van
I een Sybrandi tot schoolopzienerDatschan-
delijk feit spreekt boekdoelen
I Wij Hollanders hebben den naam dat we1
de zaken vaak afdoen met echt Hollandsche i
traagheid en lakscbheid. De kat—uit—den,
boom kijkerij is de ondeugd, die vaak
oorzaak is, dat men zich voordeelen ziet
ontglippen, die by tijdig aanpakken, ni6t in
I vreemde beurs waren gekomen, 't Is nu al
reeds eenige jaren geleden dat Carnegie zijn
vorstelijke gift gaf tot stichting van een
Vredespaleis. Jaren zijn toen verspild voor
men het eens werd over het plan van uit
l voering. Jaren zijn daarna verknoeid voor de
keuze van een terrein was bepaald. Eindelijk,
'zoo heette het, zou het Paleis klaar zyn in
11913. Wie aan den Scheveningschen weg
j het reuzenwerk ziet verrijzen, kreeg al hoop,
i dat we dan toch eindelijk ons figuur tegen-
over den gever en het buitenland zouden
igaan redden. Te vroeg gejuicht. Hoogst'
waarschijnlijk, zoo heet het, zal het paleis
niet klaar zijn voor 1915 't Wordt toch
heusch belachelijk. Onze ingenieurs gaan
j naar Zuid Amerika, naar China, naar Ru-
menie om hun bekwaamheden. Onze aan
nemers en architecten zijn niet in staat ons
het malle figuur te besparen dat we al zoo
lang bezig zijn met bet Vredespaleis te
slaan 1 Zou het niet hoog tijd worden, dat
we door onze Hollandsche traagheid een
goede dosis van den Engelschen „spirit" of
het Fransche „elan" gingen mengen. De
bouw van 't Vredespaleis zou er zeker niet
door vertraagd worden 1
Plaatselijk Nieuws.
GflEOEftEEDE- Aan den Heer G. Joppe is
op zyn verzoek door deD Heer Commissaris,
der Koningin eervol ontslag verleend als
Zetter der Directe belastingen alhier.
Op de voorloopig vastgestelde Kiezers-1
lijst 1910/11 alhier komen voor 241 namen
1 van kiezers tegen 234 in het vorig jaar. i
OUDDUHP- De heer A. v. d. Kemp thans i
Onderwijzer aan de Christelijke School te
den Bommel is als zoodanig benoemd aan
|de Chr. School alhier.
W. de Kluiver alhier is benoemd tot
i ouitengewoon opzichter aan de werken
van de Dijken bij Melissant. i
Binnenland.
De vermiste jongen te Zeist.
Steeds romantischer worden de geruchten
omtrent het uit Zeist vermiste knaapje v.
d. W. Wel gelooft de overgroote meerder
heid, dat de arme jongen by het spelen in
de nog zoo maagdelyke streek, in welke hy
woonde, in een der talryke kuilen gestort,
onder zand bedolven en daarin gestikt is.
waarom dan ook nog telkens in de z.g.
duinen gezocht wordt, doch „men" ook
ons dorp heeft „men", die hulptroepen uit
den omtrek recruteert als-ie zelf te zwak
is spreekt van een vorig huwelijk der
moeder, 'twelk door echtscheidingzou zyn
ontbonden.
In dat eerste huwelijk zou de nu vermiste
zoon geboren zijn en de eigen vader zou den
knaap hebben ontvoerd of hebben laten ont
voeren naar Amerika. Deze Kaffeeklatsch"
vond via een plaatselijk blad zijn weg tot
de pers. Sedert wordt men met den dag
meer romantisch. Volgens sommigen woont
de Amerikaansche vader in Duitschland of
houdt daar nu althans verblijf. Het nieuwste
is, dat de jongen van uit Amerika een brief
geschreven heeft aan zyn ouders 6n daarin
de ontvoering-door-den vader bevestigt.
Ziehier nu wat de inspecteur van politie
mededeelde aan een correspondent van het
„Vaderland"De heer v. d. W. is voor de
tweede maal getrouwd. Zijn vrouw was bij
haar huwelijk slechts negentien jaar. Uit
dezen echt, die zeer gelukkig was, werden
tjen kinderen geboren. De Amerikaansche"
vader bestaat alleen in men's verbeelding,
de door den jongen uit Amerika geschreven
brief eveneens.
Dit zal wel voldoende zijn om de vele
[praatjes te weerleggen.
I Verder informeerden we nog naar den
jongen in zijn vorige woonplaats, Ede. Hij
was daar allesbehalve een lummeltje.Inte
gendeel 'n echte robbedoes en dolleman, die
graag kattekwaad uithaalde.
Juist de dolheid en speelschheid doen ver
moeden, dat hy in de heuvels en kuilen in
den omtrek een ongeluk gekregen heeft.
De ongelukkkige geschiedenis met dit
knaapje doet by ons opnieuw de vraag
rijzenwaarom worden voor alle politie
diensten herdershonden, airdales en Dorber-
mannpinchers gebruikt, die verdederings-
honden en geen speurhonden zijn? Zou in
dergelijke gevallen de bloedhond niet wel
eens een spoor vinden, dat de herdershond
by gebrek aan neus niet waarneemt?
Verplicht kerkbezoek. De bepaling van den
minister van oorlog betreffende het verplichte
kerkbezoek, als ouders of voogden het aan
vragen, gaf Zondag in Den Bosch, naar het
Huisgezin meldt, aanleiding tot ontvluch
ting van twee manschappen. Onder geleide
van den oudste der minderjarigen, die naar
de kerk moesten gebracht worden, trok een
veertiental miliciens uit de citadelkazerne.
Alles ging eerst goed, maar op eens ontliepen
er twee ijlings den troep, of zooals de volks
mond zegtsmeerden 'm. Naar de Mis gin
gen zy niet, maar zy kwamen ook verder
den geheelen dag niet meer in de kazerne.
[Men vermoedt, dat zy gedeserteerd zyn.
Bij de. veldartillerie deed zich het geval
voor, dat een manschap zich zelf naar de
kerk moest brengen. Daar hy de eenige was,
die door de ouders daartoe verplicht werd,
werd die zorg, overeenkomstig het minis-
terieele voorschrift, aan hem zelf overgela-
ten.
De misdaad te Sittard. Te Roermond heeft
de politie aangehouden den 48-jaiigen A.S., I
verdacht de dader te zijn van de in den nacht
van Maandag op Dinsdag te Si ttard gepleegde i
levensgevaarlijke verwonding. De verdachte
werd geboeid naar Sittard vervoerd.
1 'n Qoede dag voor de kwartjesvinders 1 Men
meldt, dat gisteren vijf reizigers van 's Gra-
venhage naar Amsterdam in trein 14 weer
l de slachtoffers van eeD bel endigen oplichter
zyn geweest, die hun door middel van spel
resp. 115, 50, 22 en 5 gulden samen dus
byna 200 gulden, afhandig maakte en toen
'met zyn buit verdween. Het individu is een
[jonge man met lichte fletse oogen,- ovaal
gezicht, blond kneveltje en licht fantasiepak
Slaapziekte. Te Oudewater doet zich een
geval voor van slaapziekte. De patient, de
heer R., is sinds Woensdagavond slapende.
Voor geen kleintje vervaart. Toen Vrijdag
avond de zoon van den heer Linthorst,
vleeschwarenfabrikant te Deventer, de
fabriek buiten het Pothoofd inspecteerde,
hoorde hy in een derrookkasten een verdacht
geluid. Op zyn sommatie aan den vermoede-
lijken inbreker om te voorschijn te komen,
werd geen antwoord gegeven, waarop de
heer Linthorst den brand stak in het hout
dat beneden in de kast was gelegd, met het
doel, 's nachts de hammen te rocken. Hierop
sloot hij de kast af met een ijzeren deur.
De heer L., die overtuigd was dat iemand
in de kast was verborgen, wan thy had niet
alleen een vreemd geluid gehoord, maar ook
een paar beenen gezien, dacht dat de man
door den rook het wel zoo benauwd zou
[krijgen, dat hij eieren voor zyn geld zou,
kiezen. Doch de heer L. had buiten den
waard gerekend, want de inbreker klom I
'langs de spijlen naar boven en wist op het
I dak te komen.
Voordat de politie kwam, was de onbeken-1
de dader gevlogen. i
Een ham werd vermist, die echter later
op het dak werd teruggevonden.
De heer Schaper en de anti-revolutionairen, j
Het Kamerlid, de heer Schaper, heeft I
Donderdagavond te Appingedam, in zyn1
district, eene voordracht gehouden. I
De anti-rev. kiesvereeniging was uitgenoo-
digd om een debater te zenden. Het bestuur
der kiesvereen. heeft dit verzoek geweigerd
in te willigen. Men wenschte van anti-rev.
zijde in geen geval met den heer Schaper
te debatteeren, zoolang hij de uitdrukkingen:
„smerige bende" en „smerige dompers",
aan de Rechterzijde toegevoegd, niet heeft
teruggenomen en daarvoor verontschuldi
ging gevraagd heeft.
Bovendien was de uitnoodiging aan een
verkeerd adres gericht. De anti-rev. toch
hadden den heer Schaper niet mede naar de
Kamer helpen afvaardigen. Aan hen was hij
dus geen verantwoording schuldig. Radicaler
ware het geweest, zoo de heer S. zich gewend
i had tot de andere partijen, die den heer S. I
gesteund hadden.
De uitnoodiging werd dus door het bestuur
der anti revolutionaire kiesvereeniging posi-
i tief geweigerd.
Om een kind te redden
Te Kuinre viel een kind in het diepe ka
naal. De heer S., denkende, dat het zyn
kind was, sprong dadelyk te water, en even-
zoo zyn vader. Een oogenblik daarna sprong
ook de werkelijke vader te water.
Het kind werd spoedig gered, maar de
'redding van de drie mannen gelukte eerst:
Ina veel moeite.
dreigde, maar .lieve hemel, wat raakten
mij die wildvreemde menschen en hun hui-
selijk leven?
Deze overweging weerhield wij echter niet, j
I eenige malen het hoofd om te wenden en
[het kind na te kijken. Dat had juist even
,eens het mooie kopje omgewend, en toenj
'ik het een kushandje toewierp, Het het va-1
Iders hand los en maakte een door haar
[linksheid juist zoo bekoorlijke buiging,'
waardoor de schalksche lieftalligheid van'
de kleine zeer werd verhoogd.
Langs een omweg kwam ik weer thuis,
juist tegen het avondeten. Elizabeth kwam
mij in den tuin tegemoet.
Arme Anna," voegde zy my op treu-
rigen toon toe, „wat moet jy je toch ver
velen I Wist ik toch maar, hoe
O, neen, lieve Elisabeth, ik heb een
heel interessanten ontdekkingstocht ge
maakt.
Wij gingen in het prieeltje zitten en om
haar gedachten wat afleiding te verschaffen,
bracht ik het gesprek weer op onze jeugd
en het leven op de kostschool. De komst
van haar echtgenoot stoorde ons in die
herinneringen aan het lang verleden.
Eerst dien avond kou ik een juisten blik
werpen in de verhouding tusschen die twee
Chantage in Den Haag.
Een paar dagen geleden werd een heer
te 's Gravenhage des avonds door een vrouw
op straat aangehouden en uitgenoodigd met i
haar mede te gaan naar haar woning in
een van de zijstraten van het Stationsplein.
Dom te over, ging de ongelukkige haar ach
terna, gelijk „een os ter slachtingen gelijk
een dwaas tot tuchtiging der boeien." In
het huis binnengekomen, werd het paar
overvallen door den man der vrouw een
berucht individu en een zijner vrienden,
die er vlak naast woont, mede een bekend
chanteur.
De in de klauwen der chanteurs gevallen
man, gaf ter voorkoming van erger, het in
zyn bezit zijnde geld, een vrij aanzienlijk
bedrag, en kwam spoedig tot de overtui
ging van de noodzakelijkheid de politie te
hulp te roepen. Deze heeft na onderzoek
het feit van zoo ernstigen aard bevonden,
dat een agent voor genoemde huizen is ge
plaatst.
Eindhoven krijgt de gewenschte neutrale
Hoogere burgerschool. Gedeput. Staten
I hebben de gemeentebegrootiDg goedgekeurd.
Nog dit jaar zal de school worden opgei
richt.
Vier Friesche arbeiders, die in Duitschland
werkzaam waren, zyn naar huis terugge-'
keerd om kievitseieren te zoeken, waarmede i
zy meer meenden te kunnen verdienen dan
l met den veldarbeid in den vreemde.
I De Ginnekensche belastingbetalers ont
vingen dezer dagen hun aanslagbiljetten der
personeele belasting en kwamen alstoen tot
de minder aangename ontdekking, dat de
opcenten voor de gemeente waren verhoogd
van 10 tot 25.
Het 11-jarig zoontje van den winkelier
H. Hidding te Stieltjeskanaal geraakte door
het grijpen van een touwtje, bevestigd aan
een wagen strooisel van een in beweging
zynde stoomtram, dezer dagen onder de
tram, waardoor zijn rechtervoet werd over
reden.
Het kind is naar het Sophia-ziekenhuis
te Zwolle overgebracht.
De teenen moeten het kind worden ge
amputeerd, zoodat het 't volledige gebruik
van zijn rechtervoet zal moeten missen.
hit Duitschland uitgewezen. In het grens-
plaatje Huthum bij Emmerik zyn eenige
Nederlandsche arbeidersgezinnen, welke het
vreemdenschoolgeld hunner kinderen niet
wilden betalen en dezen van onderwijs ver-1
stoken lieten, als lastig deze week Pruisen
uitgewezen.
Den munt uit denRomeinschen tijd. Te Och j
ten is den kleine bronzen Romeinsche munt
gevonden van keizer Constantinus, 336 n. C.
De voorzijde vertoont het gelauwerde hoofd i
i met het omschrift Imp. Const. Aug. De
keerzijde bevat een zinnebeeld, de rechter
hand opgeheven, in de linker den aardbol.
Aan weerszijden daarvan staan de letters
i F. F. daaronder aanduiding der muntplaats
A. F. R. en het omschrift luidt: Soli invicto
comiti (aan de zon, den onverwinnelyken
leidsman 1
Een goud- en zilverkashouder te Amster
dam heeft aangifte gedaan, dat bij van een
i ongeveer 25-jarig Vlaamschsprekend jong-
i mensch een (schijnbaar) gouden ring, wel
ke op de toetssteen 18 karaat toetste, voor
'f20 heeft gekocht, terwyl by nader onder-
l zoek de ring van binnen ander metaal bleek
te bevatten.
Een 3-jarig zoontje van den koopman C.
onder Neder-Hardinxveld is van een brug te
watex geraakt en verdronken.
In het kanaal door "Walcheren is drijvende1
gevonden het 1 ij k van zekere v. d. P., i
wonende te Middelburg. Het werd overge-
bracht naar de begraafplaats te West-
I Souburg.
Een zonderlinge geschiedenis.
Binnenkort zal de Am3terdaniBcbe recht
bank een zaakje ter behandeling krijgen,
dat zeker niet alledaagsch te noemen is.,
„De Tijd" weet daarover het volgende mede
te deelen:
Een echtpaar was niet met kinderen ge
zegend en bovendien ook niet met den zoo
hoognoodigen kuiselijken vrede. De oude
liefde was reeds lang beneden het vriespunt
gedaald en men peinsde beiderzijds op raid
delen om elkaar zooveel mogelijk te bena-
deelen, tot zelfs aan gene zijde van het graf.
Geen hunner zou na den dood van den ander
een cent hebben. Zoo was beslist.
Nu werd de man ziek en de vrouw zag
hem gaandeweg inzinken. Vragen of hij te
haren gunste een testament zou maken,
echtelieden. Gedurende den in volkomen
stilzwijgen genuttigden maaltijd viel het mij
als een centenaarslast op het gemoed, hoe
na en toch hoe ver die twee tot elkander
stonden.
Zij vermeed het angstvallig naar hem op
te ky'ken, terwyl hy als 't ware haar blikken
zocht. Zy betoonde hem de meeste opmerk
zaamheid, zooals, naar het scheen, haar
gewoonte was. Zij smeerde hem zyn kadetje
en beantwoordde ook zyn vragen, maar
alles werktuigelijk, als een automaat. Her
haalde malen schudde hij zwijgend het
hoofd, terwyl hij alle mogelijke moeite aan
wendde om op een of andere wy2e een
gesprek aan te knoopen. Zoo was het den
vorigen dag ook g9weest, maar nu vi6l het
my meer op, daar Elisabeth my alles had]
medegedeeld.
Toen het halfelf sloeg, meende ik dat die
kwelling lang genoeg geduurd had en stond
ik op om goedennacht te zeggen.Toen kwam
eensklaps Katrien aanloopen meteen haast,
die men van haar oude voeten bijna niet
verwacht had.
Dominee "zy kon de woorden haast
niet uit de keel krijgen, „dominee, of u
astublieft zoo spoedig mogelijk in de „Forel"
komt die eene komediant heeft zijn
vrouw dood gestoken I Toe mijnheer, maakt
u toch wat spoed vóór zij sterft.
Hy snelde haastig weg. Ik zat bewegen-
was naar haar oordeel overbodig; de man
I zou het toch weigeren. Toen haalde ze een
kruier en nu vangt de historie aan.
De kruier, die dacht dat hij mijnheer
moest komen afleggen, was weldra in een
zeer vertrouwelijk gesprek met de verscli
gepromoveerde weduwe gewikkeld, een ge
sprek, waarby' zyn slimmeoogen glinsterden
van geest en zyn kruiershart bonsde van
vroolijke opgewektheid. In weinige minuten
was de doode door beider vereenigde pogin
gen van het bed genomen en in een ander
deel van de woning gedeponeerd. Dit ge
schied zijnde, ontdeed de kruier zich van
zijn uiterlijke kenteekenen van het kruier
schap en ging welgemutst in het bed lig
gen, nogmaals de lessen by zich zelfrepe-
teerend, die de jonge weduwe hem van bui
ten had doen leeren en die hij overigens
ook met zijn gezond verstand wel gesnapt
had. Hij .had zoo eenigen tijd van beiaad
en overleg gehad, toen de deur der sterf
kamer openging en een deftig heer ver
scheen. n.l. de... notaris. Deze was door de
weduwe in groote haast ontboden, wijl het
geen uitstel lijden kon.
De man der wet begreep, na een paar
korte inlichtingen van de vrouw en ook van
den stervende, dieerg kreunde, wat er gaande
was en hij zette zich neder om het testa
ment te schrijven. Met aandacht luisterde de
vrouw naar het dictée van baar stervenden
ega en een glans van vergenoegen kwam
over haar weduwelijk aanschy'n, toen het
hooge woord van den lijder met veel moeite
i eruit gebracht, op het notarieel papier stond
al wat haar man zyn eigendom mocht noe
men was haar!
Nu had evenwel de stervende een byzon
ider verzoek en hij vroeg den notaris, of hy
hem niet even alleen kon spreken. En ja,
dat kon natuurlijk. De vrouw werd dus be
leefd verzocht even het vertrek te verlaten,
wat zy meende dat geheel en al in de rol
paste en bij de plechtigheid hoorde.
Nauwelijks was echter de vrouw weg, of
de stervende wenkte den notaris wat nader
bij te komen en toen verklaarde hy hem, met
grooten nadruk, dat hij van denzooeven ge-
dicteerden uitersten wil hoegenaamd niets
gemeend had en hy er slechts toe was over
gegaan om van het lastig aandringen van
zijn vrouw af te komen, die hem het sterven
zoo moeilyk maakte! De notaris vond ook
deze verklaring niet ongelooflijk en zeide
nauwkeurig zijn plicht te zullen vervullen.
Welnu, dan moest het zooeven gedicteerde
1 vernietigd worden en moest in het testament
I worden geschreven, dat het geheele vermo
gen „door ondergeteekende, my, Notaris,
bekend", moest worden uitgekeerd aan den
kruier, genaamd zoo en zoo, en nu volgde,
precies aangewezen, de persoon van den
man, die in het bed lag. De notaris had niet
het minste bezwaar. Hoe kon hy dat ook,
begrijpende hoe vele menschen een oud
zwak hebben voor hun kruiers, die vaak lief
en leed met hen deelen en trouwer en vrien
delijker zyn dan de naaste nabestaanden.
Enfin, het testament kwam gereed en nu
had de stervende nog slechts te teekenen, bij
welke ceremonie de vrouw wel weet tegen
woordig mocht wezen. En toen nam de nota
ris zyn ambtsgeheim mee naar huis, het
ambtsgeheim van den uitersten wil van
„my Notaris bekend
Toen diens ministerie was afgeloopen
kwam de kruier het bed uit en hielp de
weduwe het lyk van haar man weer voor
den dag halen en op de stervenssponde
deponeerenen nu moest hy dadelijk weg
om den dokter te halen, die zoo spoedig
mogelijk kwam, om te constateeren, dat de
overledene werkelijk dood was.
De ontknooping kwam by de ontzegeling
van het testament. Hoeveel verbaasde ge
zichten werden daarby wel getrokken f
Toen de streek van den kruier aan den
I dag kwam kon de weduwe zich niet inhou
den en ze verklapte alles wat ze gedaan had.
Tegen de openbare huizen van ontucht.
Burgemeester van Leeuwen van Amster
dam heeft den strijd tegen de openbare
huizen vau ontucht gevoerd zonder dat de
sluiting daarvan gelast werd door B. en W.,
overeenkomstig de voorschriften der alge-
meene politieverordening. Hy heeft heel
wat inrichtingen doen verdwijnen alleen
door posten.
De nieuwe Burgemeester der hoofdstad,
gaat het evenwel op andere wijze probeeren.
Althans gisteren is bet sluitingsbesluit,
ov6ereenkomstig art. 201 der Alg. Politie
verordening, aangeplakt aan twee huizen
aan de O.Z. Voorburgwal.
In een huis aan de Parkstraat te Arnhem
had een ernstig ongeluk plaats:
EeD dienstbode was, staande in de ven
sterbank van een kamer op de eerste ver
dieping aan de achterzijde van het hui3,
loos naast Elisabeth. De gang der geschie
denis stond my zoo duidelijk voor oogen als
ware ik daarby tegenwoordig geweest.
leder woord had ik kunnen nazeggen,
iedere kleine bizonderheid kunnen schet
sen.
Dat arme kind I riep ik uit, terwyl ik
aan de kleine dacht.
Toen sprong ik op om mij naar het huis
te begeven, maar Liesbeth hield my aan den
arm vast.
Een kind, Anna? Heeft die vrouw
;6en bind?
1 Ja, een lief klein schepseltje.
En de moeder sterft? vroeg zij adem
loos.
Dat weet ik niet Ik zal er heengaan.
Wacht ik ga mede
VII.
Na verloop van een paar minuten waren
wy aan het hotel, waarvoor een groote
massa volk stond, die de vensters aan
gaapte. De meeste lieden waren nog onder
den invloed van de Pinkstervreugdeze
hadden de groene twijgjes nog om de hoe
den en hunne gezichten straalden.
(Wordt vervolgd.
plekje van vroegere grootheid tot een in
alle opzichten aangenaam wandeloord.
Geen mensch was er op de paden te
vinden.
Aan den ingang van een der zijlanen stond
een wegwijzer met het opschrift:
Weg naar het vorstel yk
Hoftheater.
Ik volgde de aangegeven richting, en oen
helling afloopende kwam ik op een groot
veld, waarop een bouwvallig miDiatuur-
schouwburgje stond. Alle deuren en vensters
waren geopend, en een oude man was bezig
ware stofwolken uit te jagen.
Dien avond zou „Faust" worden opge
voerd.
Ik vatte het besluit die voorstelling bij te
wonen, want zulke reizende tooneelgezel-
scbappen trokken mij altijd aan.
„Elisabeth zal er wel medetevreden zijn."
overlegde ik bij mijzelf, „zy is toch het liefst
alleen."
Ik vroeg den ouden man, of hij toegangs
kaartjes verkocht.
Neen," was het antwoord, maar toe
vallig was de vrouw van den directeur aan
wezig. Ik had maar alleen aan de deur te
kloppen.
Ik was namelyk het sombere gebouwtje
binnengetreden en stond nu tegenover een
deur, die waarschijnlijk toegang verleende
naar het tooneel.
Op mijn kloppen kreeg ik geen antwoord
ik opende de deur en deed onwillekeu
rig eenige schreden achterwaarts.
Het was volkomen donker op het tooneel,
maar tusschen de zijcoulissen drong het
zonlicht heen. Daar stond de schoone vrouw,
die ik den vorigen avond zoozeer bewon
derd had. Haar slanke gestalte kwam schit
terend uit tegen den donkeren achtergrond
en de zwarte oogen blikten een jonkman,
in de vlugge kleeding der Jena'er studenten,
in het gelaat. Hy stond vóór haar, zoodat
hy mij den rug toewende. De scherp be
grensde zonnestraal lag tusschen beiden in
als een vurig zwaard.
Ongemerkt drukte ik de deur weer dicht
en verliet het gebouw. Eerst toen ik my
buiten in de friseche lucht bevond, heradem
de ik. Al het bloed was my naar het hart
gestroomd, als had ik daarbinnen een geest
verschijning aanschouwd. Ik kon ternau
wernood myn gevoel van afgrijzen bedwin
gen.
Maar zie daar sloeg een heer de zij
laan in het kind, dat ik gisteren op de
trap had zien zitten, voerde hy aan de hand.
Het was sierlijk in het wit gekleed en de
lange blonden krullen waren met blauwe
lintjes omstrikt-
Het was my te moede, alsof een ongeluk