ZUID-HOLLANDSGHE EN ZEEUWSCHE EILANDEN. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. ONZE EILANDEN voor de Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,5ü Afzonderlijke nummers- 0,05 No. 18 Zaterdag 26 Maart 1910 17E Jaargang voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per advertentiën van 15 regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,40 Groote letters naar plaatsruimte. Buiteulandsch Overzicht. Zal de Pruisische regeering haar plannen om tol te heffen op de Duitsche rivieren, kunnen voortzetten Die tolheffing is op den Ryn een ernstig nadeel voor onze bloeiende scheepvaart van Rotterdam naar Duitscbland. Precies betzelfde nadeel zullen de Oostenrijkers ondervinden, als Pruisen op de Elbe tol gaat heffen. Gelukkig bestaan er tracraten, die op deze twee rivieren de vrije vaart verzekeren voor de landen, door welke deze stroomen gaan en zonder toe stemming van Nederland en Oostenrijk kan Pruisen de tolheffing niet invoeren. In som mige Duitsche kringen bouwt men juist daarop de hoop, dat er van de riviertollen op Elbe en Rijn niets zal komen. De Pruisische regeering zal aan den eisch der Pruisische landjonkers niet kunnen vol doen, omdat Oostenrijk en Nederland vol houden aan den tolvrijdom. Gothein, vrijzinnig Rijksdaglid, schrijft ronduit in de „Frankf. Ztg." dat de Eibe- en Rijntollen als van de baan te be schouwen zijn. Aan het Duitsche ministerie van Buitenlandsche Zaken verkeert men er niet over in twijfel, dat de tegenstand van Oostenrijk en Nederland niet te overwinnen is en dat daarom de heele actie van Pruisen als mislukt ie beschouwen is. Wei houdt de legeering de zaak nog gaande, om zich ijverig te betoonen. Daar het kanaal van den Rijn tot aan de Leine inmiddels-gegraven is, zit er niets anders op, dan het ook te gebruiken en de bepa ling van de Kanaalwet te schrappen, welke de opening voor 't verkeer van de heffing van tollen afhankelijk stelt. Maar al zijn Rijn en Elbe veilig, de Oost- duitsche rivieren, als Havol, Spree, Oder, Warthe, Weichsel, zijn niet door traktaten met het buitenland beveiligd. Op die rivie ren kunnen wel tollen geheven worden. Maar dat dienen de Duitschers onderling uit te vechten. De Duitsche rijkskanselier is op reis ge i gaan naar Rome, zeker om uit te rusten van den vermoeienden arbeid, die de ver knoeiing van 't kiesrecht in Pruisen hem heeft gekost. Hij is in Rome met alle eer bewijzen ontvangen. De koning heeft hem de Annunziata-orde verleend, die in 't alge meen slechts aan vorsten of bijzonder ver dienstelijke Italianen wordt geschonken. Dat zoo'n blikje louter een speculatie op de menschelijke ydelheid is, blijkt wel hier uit, dat die orde het recht geeft op den titel: „Neef van den Koning" en den be zitter gelijk stelt in rang met de koninklijke prinsen. De verleening dezer orde heeft waar schijnlijk ten doel de hartelijke verstand houding tusschen Duitschland en Italië of ficiéel vast te stellen. Dat wil niet zeggen, dat het volk in zijn geheel zoo Duitsch- gezind is, want tegen het drievoudig verbond tusschen Duitschland, Italië en Oostenrijk zijn juist in Italië steeds meer FEUILLETON. Op wankelenden bodem. Zoo sta ik dan weder in het lage kamer tje van het logement „De Roode Forel," het eerste „hotel" van het kleine Thuringsche stadje, en kijk over de eenzame, welbe kende straat met het hobbelige plaveisel en de rij oude huisjes van één verdieping, die ter eere van het Pinksterfeest met een frisch - vertjei waren bestreken. Ik beschouw weer eens de fontein met haar drie kristalheldere waterstralen, die nog altijd trouw door stroomen, en den kleinen ijzeren ridder op kuil, die St. Martinus moet wo« eü (len' ?-en sPec'alen beschermheilige dftrrt 3tadje. Hij was niemendal veran- «niS 6,venm]n ala i0ta om mij heen, en de heden ®°r de d?ur va,n het logement had alstoen£6r ?re?les z"lk? jonggroene bladen den eerw^l u6D in de schaduw van waeen v»»?ü boom voor h6t eerst uit den voet te 7ftH!n6Itra P03tk'auterde>ommÜn Aan beidfl w-v? Borndorfer grondgebied, had ik. ta*n van de breede buisdeur t0öQ meikransen zien hangen, met stemmen opgegaan. De kanselier heeft ook een bezoek gebracht aan den paus en met hem een langdurig onderhoud gehad. De mededeeling, dat de kanselier volledige over eenstemming kreeg by de behandelde vraag stukken weerspreekt het bericht, dat de reis van den kanselier geen politieke strekking De Engelsche regeering is de moeilijk heden waarin zij verkeert, nog lang niet te boven. Haar lastigste vrienden zijn de Ieren en voor het verwezenlijken harer plannen, dient de regeering met deze party tot overeenstemming te komen. Is die verkregen De parlementaire verslaggever van de „Daily Chron." schryft dat de onderhandelingen goed op weg zyn om tot een overeenkomst te komen. Minister Lloyd George en de hoofdwhip der liberale party hebben in een lang gesprek met John Red mond en Dillon den politieken toestand be sproken. Later had Redmond nog een afzonder lijke bespreking met Lloyd George. Reuter meldt dat er geen verandering in den toe stand is gebracht. Dit zou dus beteekenen dat de Ieren allesbehalve van plan zyn zich door de liberalen op sleeptouw te laten ne men om de oude begrooting er door te jagen vóór de veto-kwestie is afgedaan. De „Daily Chron.", het orgaan der ge matigd liberalen, gelooft, dat nieuwe alge- meene verkiezingen onvermijdelijk zijn zoo dra het Hoogerhuis de veto-voorstellen van Asquith afwijst. Maar het blad hoopt dat de verkiezingen uitsluitend zullen loopen over de kwestie der lords en meent, dat zy overal op één dag gehouden moeten worden, waarom het blad het daartoe strekkende wetsvoorstel van Sherwell steunt. De „Chro nicle" zegt er op te vertrouwen, dat ook de regeering het voorstel flink zal steunen of 'ttot een regeeringsontwerp zal maken. Het Hoogerhuis heeft met 75 tegen 17 stemmen de motie van lord Rosebery aan genomen, bepalende dat het erfelijke peer schap niet langer op zich zelf den peer recht zou geven van zitting en stemming in het Huis. Rosebery verklaarde dat hiermee eenige beginselen, waar de hervorming van 't Hoo gerhuis "op gebouwd zou kunnen worden, vastgesteld zijn. Na Paschen zal hy met definitieve voorstellen komen. Rosebery's plan is de regeering met baar hervormingswoede, de wind uit de zeilen te In het Hongaarsche Parlement is het verleden week nog erger toegegaan dan anders. De relletjes, die de domperstaktiek der clericale meerderheid verleden week. in de Tweede Kamer veroorzaakte, zyn daar nog niets by. Toen de minister Khuen en Serenyi het woord voerden, wierpen oppo sitie leden naar de ministers met alles wat hun voor de hand kwam en verwondden de ministers vry ernstig. Tengevolge dezer schandalen werd de zitting gesloten. In de roode linten versierd, en ook, precies als nu, op de door den ouderdom bruin gewor den kozijnen, roode aanplakbiljetten van een schouwburg. Indien my niet, inplaats van den stokouden waard, een flinke jonge man met nieuwerwetsche hoteliers-vriendelijk heid tegemoet ware getreden, dan zou ik heusch gemeend hebben, dat nóg eens de Pinksteravond van 'tjaar 1867 op de aarde was neergedaald, een avond, die lang, o heel lang vergeten is door de meeste raenschen, alleen door my nieten misschien nog minder door een andere. Ik wendde het hoofd om, want het rood wangige kamermeisje was juist binnenge treden en vroeg, of mevrouw daarmede bedoelde zij mij ook het een of ander wenschte, koffie misschien. De taart was ook zoo juist uit den oven gekomen. Dank u. Ik zal er geen gebruik van maken. Maar kunt u ook dat briefje naar de pastorie bezorgen Liefst zoo spoedig mogelijk. En zeg dan tegen mevrouw Stein- kopf, dat z(j niet noodig heeft naar mij toe te komen, maar dat ik flinker ter been ben als zy en dat ik alleen nog maar een weinig toilet wil maken om bij haar op bezoek te komen. Ik heb haar het briefje alleen maar geschreven om te voorkomen, dat zy niet zou schrikken. Het meisje met het aardige snoetje zag my, terwyl zy my den brief uit de hand voornaamste oppositiepartij naar haar lei ders, de Kossuthparty genoemd, werd elke betrekking met de aanvallers in de Kamer verloochend. De aanzienlijke clubs te Boedapest beslo ten graaf Khuen een serenade te brengen als pleister op de wond. In 't geheel moeten er twintig belhamels zyn geweest, onder wie Zacharias, Beek, Hoffmann en voorname leden van de Justh- party. Te Weenen is men diep verontwaardigd over het ontwaardige gedrag van de radika- len. De Oostenryksche ministers en politico betuigden aan graaf Khuen hun deelneming. Na de woelige Kamerzitting kwamen de werklieden te Boedapest in 't geweer en organiseerden 's avonds een kiesrechtbetoo- ging. De politie joeg ze uiteen, waarbij 20 menschen gewond en velen gearresteerd werden. Alle bladen te Boedepest veroordeelen streng 't optreden van de Justhmannen en wijzen als den aanstichter van het vooraf beraamde relletje aan den oud-Justitje-mi- niscer Polonyi. Vooral het orgaan der socialisten gaat heftig te keer tegen de aanvallers wier daad laag, onwaardig en lafhartig genoemd wordt. Aartshertog Jozef ging graaf Khuen een bezoek brengen. De sluiting van denRijks- dag werd door niemand van de Kossuth- en Justhpartyen bijgewoond. De ministers Khuen en Serenyi woonden met verbonden gelaat de sluitingszitting bij. Rusland trekt weer de aandacht in de buitenlandsche pers ten eerste wegens de Finsche kwestie. Een aantal rechtsgeleerden: de professoren Pollock. OxfordAnschütz, BerlynNys, Brussel; Michoud, Grenoble; Westlake, Cambridge; Bar, Göttingen, Lapradelle, Parys, en van der Vlugt, Leiden, hebben op een bijeenkomst te Londen de verhou ding tusschen Finland en Rusland onder zocht. Deze kenners van het volkenrecht stelden een conclusie op, waarin Finland's rechten op zijn Grondwet en zelfbestuur volledig worden erkend. Zooals bekend, streeft de Russische regee ring naar volkomen onderdrukking van Finland, en in regeeringskiingen te Peters burg en hun pers is men daD ook zeer ontsticht over de professorale inmenging in Russische zaken". Men weet alvast dat Europa Rusland's optreden in Finland nanwlettend gadeslaat 1 Maar de reactionnairen wanen zich te sterk dan dat zij zich belemmerd zouden gevoe len. Zy leggen 'ter op toe ook de Doema in opspraak te brengen. De ontslagname van den voorzitter Chom- jakoff had groote beteekenis. De geheele rechterzijde voert 'n stelselmatige campagne om door heftige ineidenten den voorzitter het leven zuur te maken. nam, alsof zy niet wist hoe zy het had. „Bedoelt u mevrouw Steinkopt, de vrouw van onzen dominee? Natuuriyk- Maar geef my den brief liever terug, ik heb een ander plan gevormd. Breng maar eenvoudig de boodschap, dat jongejuffrouw Martha 6ven by mij zal ko men, als zy er tenminste tyd en gelegen heid voor heeft. Een jongejuffrouw? Ja, jongejuffrouw Steinkopt. Er is geen jongejuffrouw in de pastorie. Hoe heb ik 't nou U bent zeker niet hier van daan. Neen, mevrouw, maar ik dien al sinds een jaar hier in 't hotel en ken alle men schen uit het stadje. NeeD, er is geen jon gejuffrouw in de pastorie. - Verzoek den hotelhouder maar eens boven te komen, beval ik haar op tamelijk misnoegden toon. De overdreven vriendelijke jonge man, die zijn vlasblond haar gefriseerd had als een oberkellner uiteen Be v\\j nsch hotel van den eersten rang, wat heelemaal niet paste in het kader van het kleine „Forellenhotel," trad in de kamer binnen en vroeg, waar mede hy mij van dienst kon zyn. Ik kan het met uw kamermeisje maar niet eens worden, zeide ik. Ik verzocht haar een boodschap te brengen naar de pastorie en uit mijn naam mejuffrouw Martha Stein- Door heftige incidenten en voorzitters- crisis uit de lokken, tracht de rechterzijde de derde Doema tot een dergelyken war winkel als het eerste Russische parlement te maken. De spraakverwarring, die daar heerschte, was oorzaak van zyn spoedig verdwijnen. Het parlementarisme staat in re actionaire kringen niet hoog aangeschreven. „Wij hebben geen parlementarisme", ver klaart de „Rossya". Het bestaat by ons noch openlijk, noch in 't geheim. Daar om kan van een invloed van de Doema op de handelingen der regeering geen sprake zijn." 't Lijdt geen twijfel, oordeelt de Frankf. Ztg.'', dat deze meening ook in regeerings- kringen overheerscht. De regeering denkt er niet aan met de wenschen der Doema rekening te houden, van samenwerking is geen sprake, eerder loopt 't uit op een conflict. Maar nog bestaat de Doema. Zij koos gisteren tot voorzitter Alexander Goetsjkoff, een bekend Oktobrist. De kadetten en so cialisten hielden zich buiten stemming, om dat de voorzitter, naar zy beweerden, toe laat, dat de tribune van de Doema tot een uittartend wapen wordt gemaakt, met het doel om de volksvertegenwoordiging van Rusland in discrediet te brengen. In de Vereenigde Staten uit de ontevre denheid over de hooge invoerrechten en de toenemende duurte der levensmiddelen zich vooral tegen de party, die de regeering in handen heeft, de Republikeinen. Dat bleek bjj een verkiezing in het 14de district van Massachusetts, destijds het sterkste repu- blikeinsche bolwerk van Amerika. De repu blikein kreeg er laatst nog een meerderheid van 14000 stemmen. Nu had de democraat er 8000 meer. In het zesde district van Missouri zagen de democraten hun meerder heid verdubbelen. Er gaat een sterk democratische stroo ming door Amerika en de New Yorksche bladen erkennen, dat de jongste verkiezin gen een slecht voorteeken zijn voor de con gresverkiezingen in den herfst. De democraten voeren een heftige cam pagne tegen de dure levensmiddelen en hun succes by de stembus wijst er op, dat het volk de tyranniê van de protectie moede wordt. Haagsche Brieven. LX VIII. Het is wethouder de Wilde eindelijk ge lukt den gemeentelijken ontsmettingsdienst in behouden te haven brengen. De raad heeft er heel wat uren over gedelibereerd. De te genstand tegen de wijze, waarop B. en W. zich de inrichting van den ontsmettings dienst dachten, ging vooral uit van prof. Treub, diein een uitstekend gedocumenteerde rede de voorstellen van B. en W. bestreed. Niettemin gelukte het, dank zy den steun van een groep raadsleden den wethouder kopf te verzoeken, zoo spoedig mogelijk bij mij te komen. Maar mevronw, dat bevel is helaas onuitvoerbaar, want hm Ia die jongedame bijgeval getrouwd vroeg ik verbaasd. Neem my niet kwalijk, mevrouw hm ziet u, mevrouw u zyt misschien familie van den dominee Neen Een goed'kennis? hm - Maar zeg dan toch wat erop staat! riep ik toornig uit. „Is zy dood Neen Nu, een mensch kan toch uit dit nest niet spoorloos verdwijnen en door zigeuners worden gestolen, trouwens dó-érvoor is zy al te groot I - Neem my niet kwalijk, mevrouw Mejuffrouw Martha Steinkopf zy heette echter niet zoo is met het zal onge veer een jaar geleden zyn is er vandoor gegaan, gewoon er vandoor gegaan Ik wenkte hem toe, dat hy zyn mond moest houden, - Dank u. De rest zal ik op de pastorie zelf wel gewaar werden. - En mevrouw Steinkopf u staat toch zoker toe, dat ik nog opmerk mevrouw Steinkopf is, naar de menschen vertellen. zenuwlydend geworden door dit geval. Zy spreekt bijna geen woord meer n Dank u, herhaalde ik nogmaals, terwyl zyn plannen te doen aannemen, al noemde het Vaderland zyn stelsel de stelselloos heid zelve! De heer de Wilde is in den Raad niet onfortuinlijk. Zijn Noordsch stelsel van verzekering tegen werkloosheid is een totale mislukking gebleken, toch kreeg de heer de Wilde gedaan, dat de mislukte proef zal worden voortgezet. Het schandaal in de Sophiastichting kon de positie des wethou ders niet verzwakken. Zijn conflicten met de werkliedenorganisatie's mogen door de sociaaldemocraten worden uitgebuit, zyn positie als wethouder liep er geen gevaar door. Behalve aan den steun van een frac tie al te gouvermenteele raadsleden, die door dik en dun meegaan met alle voorstel len van B. en W. dankt de beer de Wilde zyn succes gedeeltelijk aan de handigheid, waarmee deze autoriteit „Kir" in toepassing brengt. W at dat is, Kir De uitdrukking is afkomstig van den heer Hoeyenbos en is in den Raad spreekwoordelijk geworden, ze is een afkorting van iemand sturen met een Aluitje in 't riet. In dat „Kir" is de heer de Wilde bijzonder sterk, al zal hy ook te zijner tyd wel ondervinden, dat Kir ten slotte een gevaarlijke bank kan worden, waarop een wethoudersscheepje gevaar loopt te stranden. "Wie denkt bjj die vergelijking niet dadelijk aan onze Scheveningsche haven Van hon derden handteekeningen voorzien is deze week een smeekbede gericht tot de Regeering om ingevolge de motie Thomson de haven bruikbaar te maken voor de Scheveningsche visschersvloot. De toestand is dan ook geheel onhoudbaar. Terwijl millioenen zijn wegge geven om de haven te doen graven, zyn de schepen genoodzaakt naar Vlaardingen en andere plaatsen te gaan en moeten de visch- verkoopsters, die naar de haven gaan om haar inkoopen te doen, onverrichterzake terugkeeren. Oorlog maakt tegen meerderen diepgang geen bezwaar, als er een fort komt I Men kan zeer goed een voorstander van lands verdediging zyn en niettemin het als een belachelijk argument beschouwen, dat daar op de afdoende verbetering der haven rust. Want die verbetering is een levenskwestie voor het steeds meer in bloei toenemend reedersbedrijf. De Staatscourant van heden avond heeft het bericht gebracht, dat we weer een Staatscommissie ryker zyn gewor den. Wel ligt de arbeid, voor de staatscom missie voor Grondwetsherziening door het kabinet de Meester ingesteld, ter beschikking der regeering, doch minister Heemskerk heeft daaraan blijkbaar niet genoeg (of te veel gehad. In de nieuwe commissie zitten behalve de minister zelf de leiders der ver schillende partyen, mr. Drucker van de Vryzinnigdemocraten, Troelstra van de soci alisten, dr. Kuyper van de anti-mannen, mr. Tideman voor de oudliberalen, mr. Loeff van de Katholieken, mr. Lohman van de christe- lyk-Historischen, terwyl de Unieliberalen vertegenwoordigd zyn door mr. Cord van der Linden en jbr. Van Doorn. 'tKomt me vreemd voor, dat terwijl van ik hem in de rede viel. „Breng my de koffie boven1 Hy zag mij even tamelijk onwillig aan en vertrok. Uit het kleine kamertje was plotseling alle zonneschijn geweken en de lucht was er zwaar en duf geworden. Of leek mij dit zoo maar toe Een poos lang bleef ik in den leunstoel zitten en tuurde naar het leelyke groene vloerkleed; het was my onmogelijk myn gedachten bijeen te houden. De portretten van den vorst van het landje en van zyn gemalin, die boven de kanapee hingen, dansten mij voor de oogen, en dat van den ouden keizer Wilhelm schudde het hoofd. Lieve hemel, het wilde mij nog altijd niet in het hoofd. Mijn Elisabeht een zenuw- lijdsterDat zachte, stille schepseltje, die goede vriendin uit myn meisjesjaren! En het kind er vandoor I II. Sinds vier jaar had ik Elisabeth niet weer gezien. Toen was zy aan onze kust in een klein Holsteinsch badplaatsje geweest met haar man en haar kind, en wat was dat kind tot een lief deerntje opgegroeidIk

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1910 | | pagina 1