ONZE EILANDEN van -18 DECEMBER 1909.
3
5
1
i
r
^0Deew^kZ(Dra?tè) was een
De jager P. Brouwer en; een daarvan
twee aaarv'an nee. onanifideluk streek
was een nog joiig^ gotroffen zwaantje
naar beTed^n en ^ie tg ketgedoodejong
rondzwemmen^ zwom op den
5° .waan toe, maar plotseling greep de-
mat zijn sterken snavel den hond in het
tvel sing boven op hem zitten ensloeg
5>arbii' heftig met de vleugels op en neer.
De hond zou stellig verdronken zijn, indien
niet Brouwer den woedenden zwaan ter-
stond had weggeschoten.
De moeder-zwaan woog 23 pond en had
een vlucht van 2 meterhet jonge dier woog
reeds 13 ponh.
De door het electriciteit-ongeluk te Wil-
dervank gedoode monteur, de heer Wind,
laat 10 kinderen na, maar de grootste helft
kan in oiSea behoefte voorzien.
Door de Ongevallenwet krügt de weduwe
nu 60 Pet. van het weekloon van haar man
Socialistische brutaliteit.
Onder dit opschrift meldt De Tijd van
Het volgende tooneeltje speelde zich he
denmorgen in het stembureau Krayenhoff-
straat te Amsterdam af.
Even voor achten, het stembureau was in
zyn geheel aanwezig, meldde zich een heer
aan, die, zich naar den voorzitter wendende,
hem presenteerde wel te kunnen heengaan
en dat hy dan zjjn plaats wel zou innemen;
op de vraag wie of hy was, klonk het ant
woord: „Mijn naam is Oudegeest."
Veel ambitie om op te staan voor het
sociaal-democratisch Raadslid bestond er
niet bij de leden van het bureau en de heer
Oudegeest kon gaan gelijk hy gekomen was.
Nu komt by ons onwillekeurig de vraag
op:
Wat had de heer Oudegeest daar te
maken
Wy hebben ons gewend om inlichtingen
aan bet bureau Verkiezingen op het Stad
huis, waar men ons mededeelde, dat de heer
Wibaut was aangewezen als voorzitter van
bovongenoemd stembureau. Deze had echter
medegedeeld, dat hy verhinderd was en hij
den heer Oudegeest had verzocht zijn plaats
in te nemen.
Hem werd medegedeeld van het Stad
huis, dat dit in strijd is met de wet en dat
de plaatsvervanging wordt aangewezen door
den burgemeester, gelijk ook geschied was.
En niettegenstaande kwam de heer Oude-
geo3t toch.
Dat wordt toch, dunkt ons, te bar.
Insluiper gepakt!
De 14-jarige dochter van de familie B.,
wonende Blauwburgwal 25, te Amsterdam,
ontstelde Dinsdagavond 8 uur zeer hevig,
toen zyin de slaapkamer een man ontdekte,
die haar ijlings voorbijschoot en de trappen
afholde om de vlucht te nemen.
Op het gegil van het meisje kwam haar
moeder toeloopen, die den man achterna
ging en op straat om hulp riep. Voorbij
gangers zetten den vluchteling achterna en
grepen hem bij zijn kraag, waarna hy door
een inmiddels toegeschoten politieagent
naar het politie-bureau „St. Pietershal ge
bracht werd.
Bij fouilleering werden op den arrestant
12 afgevijlde sleutels, een looper en twee
kastsleutels gevonden.
Hoewel er niets vermist wordt, kan veilig
aangenomen worden, dat de man, de
jarige J. O., een oude bekende van de jus
titie, niet met goede bedoelingen zich tot
het perceel toegang verschaft had.
De aangehoudene was vroeger een der
trouwe bezoekers van het logement van
„Lammetje Zondag" en is volgens het
Hbl. in de dieven wereld bekend onder
den naaam van „Jantje van Leeuwarden.''
Een vijand der vryheid
De heer V. te Hillegora had een lijster.
Eenige dagen geleden werd de kooi schoon
gemaakt en de vogel wist van deze gelegen
heid gebruik te maken om te ontsnappen.
Men wist geen beteren raad dan de ledige
kooi nu maar buiten te hangen. En waar
lijk na een paar dagen keerde de vogel,
wien het in de vrije natuur blijkbaar niet
was bevallen, in zyne oude woning terug.
De decoratiekwestie. Mr. P. J. Troelstra
heeft Woensdagavond in een vergadering
te Tiel meegedeeld, dat de indiening van
het voorstel om een parlementaire enquête
in de lintjeszaak te openen, deze of de vol
gende week kan worden tegemoet gezien.
Te Vlijmen is de 40-jarige A. De B. door
de duisternis te water geraakt en verdron
ken.
De man was op weg, om eenige verver
schingen te halen voor zyn stervende
vrouw.
Strooprijzen
De strooprijzen te Stedum (Groningen)
die al dadelijk na den oogst zeer laag wa
ren, zyn in den laatsten tijd buitengewoon
gestegen. Er wordt nu meer dan tweemaal
zooveel per 1000 K. G. betaald als in 't begin.
De prijzen gaan zelfs tot /25 en voor den
oogst van 1910 ia enkelen landbouwers nu
reeds gemiddeld /20 voor hun geheelen
voorraad geboden. Dat is nu in waarheid
een meevallertje.
Strijd over de borreltjes. In het Friesche
dorp Makkum hebben de kasteleins door
den verhoogden drankaccyns kleinere glaas-
jeB ingevoerd. De drinkers hebben nu laten
omroepen „Drinkt geen borrels meer, zoo
lang de kasteleins de kleinere glaasjes in
gebruik houden,"
Het ls te hopen, dat beide pattijen woord
houden.
De Zigeuners by den Raag. De Zigeuners
die sedert vele weken met hunne gezinnen'
hun tenten hadden opgeslagen op een door
het gemeentebestuur in gebruik gegeven
stuk weiland in den omtrek van de Laak
haven te 'sGravenhage, hebben van wege
de juBtitie aanzegging gekregen, dat zijden
30sten a. s. het land moeten verlaten of
anders krachtens de vreemdelingenwet over
de grenzen gezet zullen worden,
Geheimzinnige misdaad ontsluierdUit
Geertruidenberg scüryftfmen d.d. 15 Dec. aan
het D. v. N.
Onze lezers zullen zich wellicht de mis
daad nog herinneren, die in den avond van
Zondag 27 Juli van het vorig jaar zulk een
groote ontroering bracht onder de inwoners
van Geertruidenberg en er de feestelijke
stemming op den eersten kermisavond zoo
aanmerkelijk bekoelde.
We willen nog even 't geheugen onzers
lezers wat opfrisschen en in hoofdtrekken
mededeelen, wat er toen gebeurd is.
Omstreeks half negen in den avond van
Zondag 27 Juli 1908 waren verschillende
personen in 'tcafé van v. d. H. in de na
bijheid van het station ter gelegenheid der
kermis aan het dansen op orgelmuziek.
Onder de aanwezigen bevond zich zekere
P. Nooteboom uit Hooge Zwaluwe, benevens
verschillende infanterie-miliciens die te
Geertruidenberg in garnizoen lagen.
Tijdens het dansen in de herberg van v.
d. H. moet Nooteboom per ongeluk een der
miliciens op den voet getrapt hebben en
daardoor ontstond ruzie.
Ruzie makend ging men de deur uit der
herberg en nauwelijks was Nooteboom bui
ten of hy ontviDg met een bajonet een
steek in de borst, tengevolge waarvan een
der groote longaders werd doorgestoken.
Hevig bloedend liep Nooteboom nog 300 M.
ver tot aan het station en onder het slaken
van den kreet: o, o, ik bloed dood, viel hy
neer. Kort daarop was hy een lijk.
Politie, marechaussee en militaire autori
teiten waren spoedig op de been om den
vermoedelyken dader S. aan te houden.
De krijgsraad te 's Hertogenbosch, hoewel
niet overtuigd van de onschuld van S. sprak
toch geen veroordeelend vonnis over hem
uit.
Tot nu verleden Zondag bleef het daarbij
en velen dachten niet meer aan den gruwe-
lijken doodslag.
Een persoon echter, de gewezen milicien
St. uit Made, die als getuige in de zaak was
opgetreden, herinnerde zich den noodlotti-
gen avond maar al te goed. Haast voort
durend dacht hij er aan, zijn geweten liet
hem niet met rust. Zondagmiddag bezocht
hij te Geertruidenberg verschillende cafe's
en daar vertelde hy aan ieder, die het hooren
wilde, dat S., de vroegere verdachte, wer
kelijk de moordenaar van Nooteboom was
en dat by hem zou gaan verraden.
En het waren geen ijdele praatjes, die hy
vertelde. Hij heeft zich werkelijk naar veld
wachter Lambregts begeven en zoo het
schynt, aan dezen verteld welk schrikkelijk
geheim zijn gemoedsrust martelde.
Hij moet aan dezeu politieman hebben
verklaard, dat alles wat hij vroeger in zake
den doodslag op Nooteboom verteld heeft,
zoowel bij het voorloopig verhoor, als voor
den krijgsraad, leugens waren.
"Veldwachter Lambregts had onmiddellijk
iemand naar Raamsdonkveei gestuurd, om
den brigadier der Kon. Marechaussee, die
indertyd het voorloopig onderzoek in han
den had, te waarschuwen. In zeer korten
tijd was deze by Lambregts en hij was nog
in de gelegenheid een groot deel van de
verklaring van St.. aan te hooren.
Hoewel St. nu wei niet geacht kon wor
den in dronken toestand te verkeeren.
meenden de politiemannen toch, wys te
doen, de verklaringen voorloopig niet al te
ernstig op te moeten vatten. Ze verzochten
daarom St. den volgenden morgen nogmaals
bij Lambregts te komen om nader de zaak
te bespreken. St. beloofde te zullen komen
en hij hield woord.
De brigadier uit Raamsdonk veer was ook
reeds present en dus kon onmiddellijk een
nader verhoor aangevangen worden. St. was
toen geheel nuchter en moet dus goed ge
weten hebben, wat hij verklaarde. Hij deed
weer hetzelfde verhaal als den vorigen dag.
Zyne verklaring werd op papier gezet, ze
werd hem voorgelezen, hy vond ze in orde
en onderteekende ze.
Ten overvloede gaf hy nog de namen op
van eenige miliciens, die er by tegenwoordig
waren, toen de noodlottige steek aan Noote
boom gegeven werd en die, volgens St. even
goed als hy zelf moeten gezien hebben, dat
S. en niemand anders zyn bajonet in de borst
van Nooteboom heeft gestooten.
De brigadier, die begrijpelijkerwijze deze
verklaringen van het hoogste belang achtte
voor de ontsluiering van dezen geheimzin
nigeu doodslag, zette onverwijld het onder
zoek voort.
Wyl drie der door St. opgegeven getuigen
onder Made woonachtig zyn, begaf de briga
dier zich gistermiddag naar het raadhuis
te Made en liet daai zekere M., S. en v. B.
ontbieden.
Om 3 uur reeds verscheen M: op het
raadhuis en werd hem een langdurig ver
hoor afgenomen. Dit geschiedde te 6 ure
eveneens met S. en v. B. Deze verhooren
schijnen nog niet tot het gewenschte resul
taat te hebben geleid.
Tot nu toe hebben er geen arrestaties
plaats gehad.
Brand onder verdachte omstandigheden.
Maandagavond ontstond een binnenbrand
bij den kleermaker G. B. op het Heesche
pad. te Osch, die voornamelijk het beddegoed
aantaste en ernstige gevolgen had kunnen
hebben.
Wethouder Van den E., die toevallig om
streeks 12 uur passeerde, liet aanstonds de
brandweer aanrukken, die het vuur in
weinig tijds doofde.
B. zou Donderdag uit Osch vertrekken
en was het meubilair daarom reeds ingepakt.
Wyl de brand op verschillende plekken
tegelijk ontstond en er een sterke petro
leumlucht in het huis was, werd terstond
kwaadwilligheid vermoed. P. 's echtgenoote
was alleen thuis, en deze is Dinsdagmorgen
naar het politiebureau ontboden om een
verhoor te ondergaan.
Het uitgebrande perceel wordt door politie
bewaakt.
H. M. de Koningin in de Residentie.
De Koningin is Woensdagmiddag per extra
trein te 12 uur 20 min., vergezeld van haar
hofdames en den adjudant van dienst, kapi
tein graaf Du Monceau, van Het Loo voor
enkele uren in de residentie aangekomen.
Nauwelijks had H. M. den Koninklijken
salonwagen verlaten en de perronruimte,
gelegen voor de wachtkamers van het hof
in het staatsspoorstation betreden, of de
Koningin, die er opgewekt en welvarend
uitzag, werd door de aan weerszijden van
de wachtzaal toegelaten menigte, met een
daverend en driewerf hoera verwelkomd De
Koningin nam, daar op verzoek geen auto
riteiten ter ontvangst aanwezig waren, door
de hofsalons onmiddellijk den weg naar het
gesloten Koninklijk rijtuig, dat onder de
juichtonen van het aldaar saamgekomen
publiek naar het koninklijk paleis reed. Het
vertoef van een paar uren in Den Haag
had, naar reeds gemeld werd, ten doel de
bezichtiging van de door verbouwing van
den Zuid westelijken achtergevel van het
paleis verkregen vertrekken, ten gebruike
van Prinses Juliana en welke kamers naai
de aanwijzingen van H. M. zelf waren inge
richt.
In den namiddag bracht de Koningin aan
de Koningin-Moeder in het Paleis aan het
Lange Voorhout een bezoek. Op het voor
plein werd het koninklijk rytuig opgewacht
door veel publiek.
Een nog grooter menigte dan bij aankomst
van H. M. had zich naby het Staatsspoor
station verzameld by het vertrek te2u.
min. By den overgang van uit het koninklijk
wachtpaviljoen naar den gereedstaanden
trein, beantwoordde de Koningin vriendelijk
en lachende en buigende de hoera's, die
wederom uit de rijen der talrijke omstan
ders opgingen.
Een sollicitatiebrief. Dezer] dagen schrijft
het „Utr. Dagbl" werd een inzage gegeven
van de volgende „historische" sollicitatie
van een candidaat dienstmaagd, boven
den leerplichtigen leefiyd.
Me juffrouw uw advertenzie in de Cou
rant gelezen, als dat gij 1 Januwarie een
dienst boden noodig heeft zoo ben ik zoo
vrij niy aan te bieden ik heeft niet gediend
maar zou toch graag een betrekking heben
netjes Werken kan ik zoo is mij vraag
Wat ik kan verdeinen en of ik tot uw Wil
den komen. Schrijf mij daar van nader in
vormaas zie dan krijg ik wel gauw berigt
zie vople,
N groeten.
(volgt naam)
Pad er es
By een logementhouder te Delft hebben
de belastingkommiezen, bijgestaan door de
politie, een inval gedaan, op vermoeden, dat
de man meer jenever in huis zou hebben,
dan bij, met het oog op den verhoogden
accijns, zou hebben aangegeven. Hij had
38 L. dus 13 L. te veel. Het gevolg zal zyn,
dat de man van de 38 L. den verhoogden
accijns en nog wat boete zal moeten betalen.
De vrijkaart. Een reizigeraan den uitgang
van het station te Utrecht ving het volgende
gesprek op
Een heer met een hoogen hoed op wil de
contröle passeeren.
De contröleurBiljet als 't u blief, meneer'
De heer met hoogen hoedIk heb een
vrijkaart.
ContröleurMag ik even zien meneer
Heer (na zijn zakken te hebben doorzocht):
Ik heb 'm niet bij my.
ContröleurDaar heb ik niet mee te ma
ken, meneer.
Heer (met gedempte stem)Ik ben de
minister van
ControleurJa, dat gaat mij ook niet aan,
meneer. Uw vrijkaart, of uw biljet, als't u
blieft.
Heer: Nou, nou, ik zal het met den chef
in orde maken.
De minister (niet de heer Heemskerk)
werd doorgelaten, en bracht „in orde" met
den stationschef, die voor een minister meer
ontzag had dan de oneerbiedige contröleur.
De ongunstige zomer van dit jaar heeft
zyn nadeeligen invloed ook doen gevoelen
iu de kwaliteit der ander8 zoo gezochte
Zeeuwscne tarwe. Niet alleen, dat dit koren
thans een minder aangenamen, zoeten bij
smaak heelt, maar de korrel heeft veel meer
celstof of bast gevormd dan gewoonlijk en
minder meel. Men krijgt dus na het malen
veel zemelen, maar is genoodzaakt van
elders bloem bij te voegen, om een dragelijk
brood te kunnen bakken.
Bij de wed. B. in het Tigmanshofje te
Tilburg bleef gistermorgen de woning ge
sloten.
De buren, by wie dit argwaan verwekte,
verschaften zich toegang tot de woningen
vonden de vrouw dood op bed liggen.
Vermoedelijk is vrouw B. tijdens haar
nachtrust door een hartverlamming getrof
fen.
Drankschulden I
Te Weesp heeft een caféhouder aan zyn
deurraam bekend gemaakt, de namen van
een aantal zijner klanten, die als schulde
naars in het pofboekje staan.
Er zijn er onder van f 223, f 100 en f31.
De inschrijving op f 500.000 certificaten
van aandeelen der Coram. Vennootschap
onder de firma Gebrs. Stork Co., te Hen
gelo, heeft het aangeboden bedrag meer dan
honderdmaal volteekend.
Bijtijds gevat.
Woensdagmorgen bemerkte de heer Kos
ter, antiquair, wonende, op de Lange Nieuw-
straat te Utrecht, dat in een oogenblik
waarin niet op den winkel was gelet, een
onbekende insluiper was binnengekomen,
want een zestal kostbare voorwerpen van
oud-zilver waren eensklaps uit den winkel
verdwenen. Een slagersknecht had even te
voren een jongeman voor het huis van den
heer Koster op en neerzienloopen,gekleed
in grijze regenjas en automobielpet, welke
persoon op een ander scheen te wachten.
De heer Koster deed van den diefstal dadelijk
aangifte bij de politie en de rechercheur Wou-
terse werd er onmiddellijk op uitgezonden,
om te trachten den dader in handen te krij
gen. Het vermoeden was gewettigd, dat deze
zou probeeren de zilveren voorwerpen er
gens te verkoopen en daarom werd aan
stonds bij opkoopers geïnformeerd, of zich
daar ook wellicht iemand had vervoegd, die
dergelijke voorwerpen van de hand wilde
doen. Inderdaad bleek de dader reeds hier
en daar te zijn geweest, zoodat de recher
che spoedig eenig spoor van den dief gewaar
werd. Even vóór 12 kwam de dader bij een
antiquair op het Stationsplein en terwijl hy
de stoep opstapte om aan te schellen, stapte
de rechercheur Wouterse achter hem aan,
eveneens de stoep op. De dief werd geknipt.
De man werd gearresteerd en medegenomen
naar het hoofdbureau van politie, waar hij
bij fouilleering nog in het bezit bleek van
alle vermiste voorwerpen.
Bij z'n ondervraging door den commis
saris van politie ontkende de aangehoudene
hardnekkig den diefstal te hebben gepleegd.
Hij voelde zich door de verdenking alléén
reeds gepiqueerd en hield vol aan het mis
drijf part noch deel te hebben. Hoe hy dan
aan die kostbaarheden was gekomen Dat
kon hij in enkele wooiden duidelijk maken.
Hij was vanmorgen in Rotterdam geweest,
had daar kennis gemaakt met een onbeken
den mynheer, die hem had medegedeeld
per auto te willen rijden van de Maasstad
naar Amsterdam en 'm had voorgeslagen
den tocht mede te maken. Die mynheer nu
was in het bezit geweest van een partij
oud-zilveren voorwerpen en had hem uit-
genoodigd enkele dier preciosa te willen ver
koopen hier in Utrecht. Vandaar dat de reis
Rotterdam—Amsterdam niet gemaakt werd
via Den Haag en Leiden, zijnde de gebrui
kelijke weg, maar met een omweg via
Utrecht. Men had afgesproken tegen half
twee weer op het Stationsplein aanwezig
te zijn, alwaar de eigenaar van de auto daD
de opbrengst van den verkoop in ontvangst
zou nemen.
Naar aanleiding van dit verhaal liet de
politie gistermiddag om half twee een recher
cheur op post staan op het Stationsplein,
om den automobilist op te wachten, maar
wie er kwam geen mijnheer met een auto!
Waar deze man inmiddels zou blijven met
z'n voertuig
AntwoordAfstappen in het Kasteel van
Antwerpen.
Geïnformeerd in het Kasteel, maar wie er
ook was geweest toevallig geen mijn
heer met een auto
De verhalen van den aangehoudene bleken
dus van a tot z onwaar te zijn. Maar niet
temin hield hy stijf en strak vol, de .voor
werpen niet gestolen te hebben.
Waar hij in den afgeloopen nacht was ge
weest
Antwoord: in Rotterdam.
Bleek onwaar, want in z'n overjas vond
men een zakje met koekjes, gekocht by een
Utrechtschen banketbakker, by wien de man
eergisteravond bleek te zijn geweest om deze
lekkernij te koopen.
Toen hy zich daarmee in het nauw zag
gebracht, deed hij een verhaal van gelo
geerd te hebben bij een zuster van hem,
hier te Utrecht.
Waar woont die zuster dan
Wil ik niet zeggen, anders krygtdieóók
last met dit zaakje, en dat wil ik niet hebben.
De commissaris liet den verdachte foto
grafeeren, om 's mans portret naar Den
Haag, Rotterdam en Amsterdam te kunnen
opsturen om zoodoende meer bijzonderhe
den van hem te weten te komen. Waar hij
kranten uit Rotterdam bij zich droeg, wer
den telefonisch aan de Rotterdamsche
recherche inlichtingen gevraagd. Uit die
vóorloopige informaties bleek reeds, dat men
bij de politie te Rotterdam den man goed
kenthij staat daar te boek als een recidivist
en heeft nog onlangs gevangenisstraf on
dergaan.
Intusschen werd de man tijdens z'n onder
vraging aan het hoofdbureau ongeduldig eü
zei hij op een gegeven moment tegen den
commissaris
„Als 't nou maar uit is, want ik heb geen
tyd langer, onderzoeken jullie 't zaakje nu
maar, want ik moet weg."
Van „weggaan" was natuurlijk geen
sprakede man werd integendeel in arrest
Hij moet ook in Arnhem zyn geweest
dezer dagen, want hy droeg een nagenoeg
nieuwe regeDjas en een hoed, beiden afkom
stig van Arnbemscbe winkeliers.
Telegrammen.
Rotterdam, 17 Dec. 1909
Reuter seint uit Brussel
Koning Leopold is hedenmorgen om
2 uur 35 minuten overleden.
Buitenland.
Zich verbabbeld. De Russische vorst Kot-
schubey logeerde eenigen tyd in een hotel
te Dresden, waar hij den hotel-portier, die
hem spotbladen had laten lezen waarin de
vorst gehoond werd, had onthaald op eenige
pakken ransel, vergezeld van welgemikte
schoppen. De portier klaagde den vorst aan
wegens mishandeling en deze werd veroor
deeld tot eene boete van 1000 mark en
betaaling van een schadevergoeding van
50.000 mark aan den mishandelden portier.
Tijdens het proces zat de portier op een
avoDd in buitengewoon gemoedelijke stem
ming in een restaurant en vertelde zijn
vrienden van de mishandelingen van den
vorst. Daarbij liet hij doorschemeren, dat
hij den vorst met opzet die spotbladen ge
geven had om, hem woedend te maken en
en dat hy bij den eersten schop in schijn
bewusteloos was neergevallen, teneinde er
een zoet winstje uit te slaan.
Het ongeluk echter wilde dat in de buurt
van den portier een paar Russen zaten, die
het gesprek hoorden. Zij ginnen naar den
Russischen concul en deelden mede wat
zy wisten. Het gevolg daarvan is nu, dat
de listige portier niets kry'gt.
Drievoudige misdaad van een neger. Te
Savannah heeft een neger twee blanke vrou
wen met bijlslagen gedood en een doodelyk
verwond. De bevolking zette hem met bloed
honden na en toen men den moordenaar
had gevonden, liet men hem door de honden
verscheuren.
Te Parijs zijn 2 financiers, Emile Cayar
en Marcel Soulnier, directeuren van de
Banque Provinciale de France, wier hoofd
kantoor gevestigd isindeChaussée-d'Antin,
gearresteerd, verdacht van verduistering en
misbruik van vertrouwen. De bank is ge
failleerd met een passief van 2 millioen
francs.
De koning van Engeland heeft Maandag
verschillende oDderscheidingsteekenen uit
gereikt en daarbij o. a. de Alberl-medaille
geschonken aan een jongen van veertien
jaar, die zich door grooten moed onder
scheidde by het ongeluk in de Newport
docks in Juli. Onder de slachtoffers, begra
ven onder het puin van den ingestorten
dokwand, bevond zich een man, die alleen
nog te bereiken was door een gat, groot
genoeg om een jongen door te laten. Vrij
willig meldde de bedoelde knaap zich aan
en eenige uren achtereen werkte deze in
de diepte, steeds door nieuwe instortingen
bedreigd, aan het wegruimen van het puin,
dat den levend begravene bedekte, met het
resultaat, dat de man gered kon worden.
Die daad van grooten moed is nu door den
koning beloond.
Mevrouw Steinheil schijnt zich voor goed
in London te vestigen. Het meubilair van
het huis in de impassa Ronsin en van de
villa „Vert Logis„, wordt deels in het open
baar verkocht, deels naar Londen opgezon
den.
Moord voor een franc. Te Saint- Yiie by
Dole, in de Fransche Jura, heefteen zieken
oppasser van het kanzinnigengesticht zeker
drie, misschien wel zes patiönten, die aan
zyn zorgen waren toevertrouwd, gewurgd.
De moordenaar is alcoholist en ontving
by de begrafenis zijner slachtoffers, telkens
een franc. Men vermoedt, dat het om dat
geld te doen was. Hy was overigens van
goed en ordelijk gedrag en was reeds werk
zaam geweest in andere inrichtingen, zoo
wel in Zwitserland als in Frankrijk.
De man ontkent, maar de bewijzen tegen
hem zijn verpletterend.
Vrijspraak. In Amerika zyn dezer dagen
door de gezworenen twee vrouwen onschul
dig verklaard die haar echtgenoot hadden
doodgeschoten. Een geval kwam te New-
York voor en een te Warren, in den staat
Pennsylvaniö. Beide vrouwen konden met
getuigenverklaring bewijzen, dat zy door
haar man voortdurend mishandeld werden
6D eerst naar de revolver hadden gegrepen,
toen haar leven bedreigd werd. Beide aan
geklaagden werden, in verband met de uit
spraak van de jury, door den rechter vrijge-
Te Souburg werden in de laatste dagen
herhaaldelijk konijnen gestolen. Op een
plaats, waar de dief een tweetal had mee
gepakt, hielden ook acht heel jonge diertjes
verblijf. Tot naricht van den eigenaar had
de bezoeker hier een briefje bijgelegd, waar
op met potlood geschreven was„te klein 1"
Zoodra de koning van België, na de ope
ratie, uit zijn verdooving ontwaakt was,
vroeg hij of hij mocht eten. Na een ont
wijkend antwoord, verlangde hij een entre-
cóte. De geneesheeren verboden het hem
natuurlijk. Maar bijzondere voedingsmidde
len werden toegelaten.
De avond van Dinsdag is zeer goed ge
weest. Om halfnegen hebben de geneeshee
ren Thiriar, Depage en Goossens den zieke
opnieuw verbonden. Zy constateerden toen,
dat daarna de toestand bevredigend bleef.
De koning heeft den nacht op zijn ligstoel
doorgebracht. Hij gebruikte niets dan water
en oranjesiroop.
Men had den zieke toegestaan een weinig
soep te gebruiken maar toen men ze hem
aanbood, weigerde hy.
Dokter Depagne heeft den Bacbt doorge
bracht in de kamer naast die waar de koning
rustte. In een andere kamer bleven twee
liefdezusters om den zieke by te staan.
Maar de koning drong er zeer op aan,
dat deze zorg aan zyn kamerbedienaar
Bajaert zou toevertrouwd worden. Hij zeide,
dat hy sedert jaren aan dezen gewoon was.
Dokter Goossens, dien de koning lachende
„den wreeden Goossens" noemt, omdat de
arts den koning streng het spreken verbood,
heeft in den avond het kasteel verlaten.
De koning wilde met barones Coffinet
spreken over groote, te Brussel begonnen
werken. Men moest er den zieke aan her
inneren, dat het spreken hem verboden is.
Een operatie als de koning heeft onder
gaan is in zichzelf niet zoo gevaarlijk. Wat
ze gevaarlijk maakte was de hooge leeftyd
des konings.
Allen, die met den koning in aanraking
kwamen, zyn het er over eens, dat hy zich
heldhaftig heeft gedragen. Hy heeft de
operatie ondergaan alsiemand, die nog
geenszins door pyn of ouderdom was ver
zwakt en, na zijn ontwaking, waren zijn
eerste woorden dankbetuigingen voor zyn
Gravin Lonyay, vroeger prinses Stephanie,
's konings dochter, is in Brussel aangeko
men. Men verzekert, dat de koning evenwel
geweigerd heeft ze by zich te ontvangen.
Ook zijn tweede dochter, prinses Louise
van Coburg, beklaagt zich over de weinige
hartelijkheid, die zy ondervond. Zy vertelde
zonder noemenswaard succes naar Brussel
te hebben geseind. Zy bood zich aan haar
vader te komen verplegen en kreeg ten ant
woord, dat de kleine operatie goed geslaagd
was en dat het gevaar geweken scheen.
Verder niets.
Daarentegen moest barones Vaughan, met
wie de koning kerkelijk zou zijn getrouwd,
in het paleis verkeeren en zou de koning
den wensch hebben uitgedrukt, dat ze b(j
hem komen zou.
Een telegram van 17 December (hiervoren
afgedrukt) meldt ons don dood van don
Koning van België.