ONZE EILANDEN van -18 DECEMBER 1909. 3 5 1 i r ^0Deew^kZ(Dra?tè) was een De jager P. Brouwer en; een daarvan twee aaarv'an nee. onanifideluk streek was een nog joiig^ gotroffen zwaantje naar beTed^n en ^ie tg ketgedoodejong rondzwemmen^ zwom op den 5° .waan toe, maar plotseling greep de- mat zijn sterken snavel den hond in het tvel sing boven op hem zitten ensloeg 5>arbii' heftig met de vleugels op en neer. De hond zou stellig verdronken zijn, indien niet Brouwer den woedenden zwaan ter- stond had weggeschoten. De moeder-zwaan woog 23 pond en had een vlucht van 2 meterhet jonge dier woog reeds 13 ponh. De door het electriciteit-ongeluk te Wil- dervank gedoode monteur, de heer Wind, laat 10 kinderen na, maar de grootste helft kan in oiSea behoefte voorzien. Door de Ongevallenwet krügt de weduwe nu 60 Pet. van het weekloon van haar man Socialistische brutaliteit. Onder dit opschrift meldt De Tijd van Het volgende tooneeltje speelde zich he denmorgen in het stembureau Krayenhoff- straat te Amsterdam af. Even voor achten, het stembureau was in zyn geheel aanwezig, meldde zich een heer aan, die, zich naar den voorzitter wendende, hem presenteerde wel te kunnen heengaan en dat hy dan zjjn plaats wel zou innemen; op de vraag wie of hy was, klonk het ant woord: „Mijn naam is Oudegeest." Veel ambitie om op te staan voor het sociaal-democratisch Raadslid bestond er niet bij de leden van het bureau en de heer Oudegeest kon gaan gelijk hy gekomen was. Nu komt by ons onwillekeurig de vraag op: Wat had de heer Oudegeest daar te maken Wy hebben ons gewend om inlichtingen aan bet bureau Verkiezingen op het Stad huis, waar men ons mededeelde, dat de heer Wibaut was aangewezen als voorzitter van bovongenoemd stembureau. Deze had echter medegedeeld, dat hy verhinderd was en hij den heer Oudegeest had verzocht zijn plaats in te nemen. Hem werd medegedeeld van het Stad huis, dat dit in strijd is met de wet en dat de plaatsvervanging wordt aangewezen door den burgemeester, gelijk ook geschied was. En niettegenstaande kwam de heer Oude- geo3t toch. Dat wordt toch, dunkt ons, te bar. Insluiper gepakt! De 14-jarige dochter van de familie B., wonende Blauwburgwal 25, te Amsterdam, ontstelde Dinsdagavond 8 uur zeer hevig, toen zyin de slaapkamer een man ontdekte, die haar ijlings voorbijschoot en de trappen afholde om de vlucht te nemen. Op het gegil van het meisje kwam haar moeder toeloopen, die den man achterna ging en op straat om hulp riep. Voorbij gangers zetten den vluchteling achterna en grepen hem bij zijn kraag, waarna hy door een inmiddels toegeschoten politieagent naar het politie-bureau „St. Pietershal ge bracht werd. Bij fouilleering werden op den arrestant 12 afgevijlde sleutels, een looper en twee kastsleutels gevonden. Hoewel er niets vermist wordt, kan veilig aangenomen worden, dat de man, de jarige J. O., een oude bekende van de jus titie, niet met goede bedoelingen zich tot het perceel toegang verschaft had. De aangehoudene was vroeger een der trouwe bezoekers van het logement van „Lammetje Zondag" en is volgens het Hbl. in de dieven wereld bekend onder den naaam van „Jantje van Leeuwarden.'' Een vijand der vryheid De heer V. te Hillegora had een lijster. Eenige dagen geleden werd de kooi schoon gemaakt en de vogel wist van deze gelegen heid gebruik te maken om te ontsnappen. Men wist geen beteren raad dan de ledige kooi nu maar buiten te hangen. En waar lijk na een paar dagen keerde de vogel, wien het in de vrije natuur blijkbaar niet was bevallen, in zyne oude woning terug. De decoratiekwestie. Mr. P. J. Troelstra heeft Woensdagavond in een vergadering te Tiel meegedeeld, dat de indiening van het voorstel om een parlementaire enquête in de lintjeszaak te openen, deze of de vol gende week kan worden tegemoet gezien. Te Vlijmen is de 40-jarige A. De B. door de duisternis te water geraakt en verdron ken. De man was op weg, om eenige verver schingen te halen voor zyn stervende vrouw. Strooprijzen De strooprijzen te Stedum (Groningen) die al dadelijk na den oogst zeer laag wa ren, zyn in den laatsten tijd buitengewoon gestegen. Er wordt nu meer dan tweemaal zooveel per 1000 K. G. betaald als in 't begin. De prijzen gaan zelfs tot /25 en voor den oogst van 1910 ia enkelen landbouwers nu reeds gemiddeld /20 voor hun geheelen voorraad geboden. Dat is nu in waarheid een meevallertje. Strijd over de borreltjes. In het Friesche dorp Makkum hebben de kasteleins door den verhoogden drankaccyns kleinere glaas- jeB ingevoerd. De drinkers hebben nu laten omroepen „Drinkt geen borrels meer, zoo lang de kasteleins de kleinere glaasjes in gebruik houden," Het ls te hopen, dat beide pattijen woord houden. De Zigeuners by den Raag. De Zigeuners die sedert vele weken met hunne gezinnen' hun tenten hadden opgeslagen op een door het gemeentebestuur in gebruik gegeven stuk weiland in den omtrek van de Laak haven te 'sGravenhage, hebben van wege de juBtitie aanzegging gekregen, dat zijden 30sten a. s. het land moeten verlaten of anders krachtens de vreemdelingenwet over de grenzen gezet zullen worden, Geheimzinnige misdaad ontsluierdUit Geertruidenberg scüryftfmen d.d. 15 Dec. aan het D. v. N. Onze lezers zullen zich wellicht de mis daad nog herinneren, die in den avond van Zondag 27 Juli van het vorig jaar zulk een groote ontroering bracht onder de inwoners van Geertruidenberg en er de feestelijke stemming op den eersten kermisavond zoo aanmerkelijk bekoelde. We willen nog even 't geheugen onzers lezers wat opfrisschen en in hoofdtrekken mededeelen, wat er toen gebeurd is. Omstreeks half negen in den avond van Zondag 27 Juli 1908 waren verschillende personen in 'tcafé van v. d. H. in de na bijheid van het station ter gelegenheid der kermis aan het dansen op orgelmuziek. Onder de aanwezigen bevond zich zekere P. Nooteboom uit Hooge Zwaluwe, benevens verschillende infanterie-miliciens die te Geertruidenberg in garnizoen lagen. Tijdens het dansen in de herberg van v. d. H. moet Nooteboom per ongeluk een der miliciens op den voet getrapt hebben en daardoor ontstond ruzie. Ruzie makend ging men de deur uit der herberg en nauwelijks was Nooteboom bui ten of hy ontviDg met een bajonet een steek in de borst, tengevolge waarvan een der groote longaders werd doorgestoken. Hevig bloedend liep Nooteboom nog 300 M. ver tot aan het station en onder het slaken van den kreet: o, o, ik bloed dood, viel hy neer. Kort daarop was hy een lijk. Politie, marechaussee en militaire autori teiten waren spoedig op de been om den vermoedelyken dader S. aan te houden. De krijgsraad te 's Hertogenbosch, hoewel niet overtuigd van de onschuld van S. sprak toch geen veroordeelend vonnis over hem uit. Tot nu verleden Zondag bleef het daarbij en velen dachten niet meer aan den gruwe- lijken doodslag. Een persoon echter, de gewezen milicien St. uit Made, die als getuige in de zaak was opgetreden, herinnerde zich den noodlotti- gen avond maar al te goed. Haast voort durend dacht hij er aan, zijn geweten liet hem niet met rust. Zondagmiddag bezocht hij te Geertruidenberg verschillende cafe's en daar vertelde hy aan ieder, die het hooren wilde, dat S., de vroegere verdachte, wer kelijk de moordenaar van Nooteboom was en dat by hem zou gaan verraden. En het waren geen ijdele praatjes, die hy vertelde. Hij heeft zich werkelijk naar veld wachter Lambregts begeven en zoo het schynt, aan dezen verteld welk schrikkelijk geheim zijn gemoedsrust martelde. Hij moet aan dezeu politieman hebben verklaard, dat alles wat hij vroeger in zake den doodslag op Nooteboom verteld heeft, zoowel bij het voorloopig verhoor, als voor den krijgsraad, leugens waren. "Veldwachter Lambregts had onmiddellijk iemand naar Raamsdonkveei gestuurd, om den brigadier der Kon. Marechaussee, die indertyd het voorloopig onderzoek in han den had, te waarschuwen. In zeer korten tijd was deze by Lambregts en hij was nog in de gelegenheid een groot deel van de verklaring van St.. aan te hooren. Hoewel St. nu wei niet geacht kon wor den in dronken toestand te verkeeren. meenden de politiemannen toch, wys te doen, de verklaringen voorloopig niet al te ernstig op te moeten vatten. Ze verzochten daarom St. den volgenden morgen nogmaals bij Lambregts te komen om nader de zaak te bespreken. St. beloofde te zullen komen en hij hield woord. De brigadier uit Raamsdonk veer was ook reeds present en dus kon onmiddellijk een nader verhoor aangevangen worden. St. was toen geheel nuchter en moet dus goed ge weten hebben, wat hij verklaarde. Hij deed weer hetzelfde verhaal als den vorigen dag. Zyne verklaring werd op papier gezet, ze werd hem voorgelezen, hy vond ze in orde en onderteekende ze. Ten overvloede gaf hy nog de namen op van eenige miliciens, die er by tegenwoordig waren, toen de noodlottige steek aan Noote boom gegeven werd en die, volgens St. even goed als hy zelf moeten gezien hebben, dat S. en niemand anders zyn bajonet in de borst van Nooteboom heeft gestooten. De brigadier, die begrijpelijkerwijze deze verklaringen van het hoogste belang achtte voor de ontsluiering van dezen geheimzin nigeu doodslag, zette onverwijld het onder zoek voort. Wyl drie der door St. opgegeven getuigen onder Made woonachtig zyn, begaf de briga dier zich gistermiddag naar het raadhuis te Made en liet daai zekere M., S. en v. B. ontbieden. Om 3 uur reeds verscheen M: op het raadhuis en werd hem een langdurig ver hoor afgenomen. Dit geschiedde te 6 ure eveneens met S. en v. B. Deze verhooren schijnen nog niet tot het gewenschte resul taat te hebben geleid. Tot nu toe hebben er geen arrestaties plaats gehad. Brand onder verdachte omstandigheden. Maandagavond ontstond een binnenbrand bij den kleermaker G. B. op het Heesche pad. te Osch, die voornamelijk het beddegoed aantaste en ernstige gevolgen had kunnen hebben. Wethouder Van den E., die toevallig om streeks 12 uur passeerde, liet aanstonds de brandweer aanrukken, die het vuur in weinig tijds doofde. B. zou Donderdag uit Osch vertrekken en was het meubilair daarom reeds ingepakt. Wyl de brand op verschillende plekken tegelijk ontstond en er een sterke petro leumlucht in het huis was, werd terstond kwaadwilligheid vermoed. P. 's echtgenoote was alleen thuis, en deze is Dinsdagmorgen naar het politiebureau ontboden om een verhoor te ondergaan. Het uitgebrande perceel wordt door politie bewaakt. H. M. de Koningin in de Residentie. De Koningin is Woensdagmiddag per extra trein te 12 uur 20 min., vergezeld van haar hofdames en den adjudant van dienst, kapi tein graaf Du Monceau, van Het Loo voor enkele uren in de residentie aangekomen. Nauwelijks had H. M. den Koninklijken salonwagen verlaten en de perronruimte, gelegen voor de wachtkamers van het hof in het staatsspoorstation betreden, of de Koningin, die er opgewekt en welvarend uitzag, werd door de aan weerszijden van de wachtzaal toegelaten menigte, met een daverend en driewerf hoera verwelkomd De Koningin nam, daar op verzoek geen auto riteiten ter ontvangst aanwezig waren, door de hofsalons onmiddellijk den weg naar het gesloten Koninklijk rijtuig, dat onder de juichtonen van het aldaar saamgekomen publiek naar het koninklijk paleis reed. Het vertoef van een paar uren in Den Haag had, naar reeds gemeld werd, ten doel de bezichtiging van de door verbouwing van den Zuid westelijken achtergevel van het paleis verkregen vertrekken, ten gebruike van Prinses Juliana en welke kamers naai de aanwijzingen van H. M. zelf waren inge richt. In den namiddag bracht de Koningin aan de Koningin-Moeder in het Paleis aan het Lange Voorhout een bezoek. Op het voor plein werd het koninklijk rytuig opgewacht door veel publiek. Een nog grooter menigte dan bij aankomst van H. M. had zich naby het Staatsspoor station verzameld by het vertrek te2u. min. By den overgang van uit het koninklijk wachtpaviljoen naar den gereedstaanden trein, beantwoordde de Koningin vriendelijk en lachende en buigende de hoera's, die wederom uit de rijen der talrijke omstan ders opgingen. Een sollicitatiebrief. Dezer] dagen schrijft het „Utr. Dagbl" werd een inzage gegeven van de volgende „historische" sollicitatie van een candidaat dienstmaagd, boven den leerplichtigen leefiyd. Me juffrouw uw advertenzie in de Cou rant gelezen, als dat gij 1 Januwarie een dienst boden noodig heeft zoo ben ik zoo vrij niy aan te bieden ik heeft niet gediend maar zou toch graag een betrekking heben netjes Werken kan ik zoo is mij vraag Wat ik kan verdeinen en of ik tot uw Wil den komen. Schrijf mij daar van nader in vormaas zie dan krijg ik wel gauw berigt zie vople, N groeten. (volgt naam) Pad er es By een logementhouder te Delft hebben de belastingkommiezen, bijgestaan door de politie, een inval gedaan, op vermoeden, dat de man meer jenever in huis zou hebben, dan bij, met het oog op den verhoogden accijns, zou hebben aangegeven. Hij had 38 L. dus 13 L. te veel. Het gevolg zal zyn, dat de man van de 38 L. den verhoogden accijns en nog wat boete zal moeten betalen. De vrijkaart. Een reizigeraan den uitgang van het station te Utrecht ving het volgende gesprek op Een heer met een hoogen hoed op wil de contröle passeeren. De contröleurBiljet als 't u blief, meneer' De heer met hoogen hoedIk heb een vrijkaart. ContröleurMag ik even zien meneer Heer (na zijn zakken te hebben doorzocht): Ik heb 'm niet bij my. ContröleurDaar heb ik niet mee te ma ken, meneer. Heer (met gedempte stem)Ik ben de minister van ControleurJa, dat gaat mij ook niet aan, meneer. Uw vrijkaart, of uw biljet, als't u blieft. Heer: Nou, nou, ik zal het met den chef in orde maken. De minister (niet de heer Heemskerk) werd doorgelaten, en bracht „in orde" met den stationschef, die voor een minister meer ontzag had dan de oneerbiedige contröleur. De ongunstige zomer van dit jaar heeft zyn nadeeligen invloed ook doen gevoelen iu de kwaliteit der ander8 zoo gezochte Zeeuwscne tarwe. Niet alleen, dat dit koren thans een minder aangenamen, zoeten bij smaak heelt, maar de korrel heeft veel meer celstof of bast gevormd dan gewoonlijk en minder meel. Men krijgt dus na het malen veel zemelen, maar is genoodzaakt van elders bloem bij te voegen, om een dragelijk brood te kunnen bakken. Bij de wed. B. in het Tigmanshofje te Tilburg bleef gistermorgen de woning ge sloten. De buren, by wie dit argwaan verwekte, verschaften zich toegang tot de woningen vonden de vrouw dood op bed liggen. Vermoedelijk is vrouw B. tijdens haar nachtrust door een hartverlamming getrof fen. Drankschulden I Te Weesp heeft een caféhouder aan zyn deurraam bekend gemaakt, de namen van een aantal zijner klanten, die als schulde naars in het pofboekje staan. Er zijn er onder van f 223, f 100 en f31. De inschrijving op f 500.000 certificaten van aandeelen der Coram. Vennootschap onder de firma Gebrs. Stork Co., te Hen gelo, heeft het aangeboden bedrag meer dan honderdmaal volteekend. Bijtijds gevat. Woensdagmorgen bemerkte de heer Kos ter, antiquair, wonende, op de Lange Nieuw- straat te Utrecht, dat in een oogenblik waarin niet op den winkel was gelet, een onbekende insluiper was binnengekomen, want een zestal kostbare voorwerpen van oud-zilver waren eensklaps uit den winkel verdwenen. Een slagersknecht had even te voren een jongeman voor het huis van den heer Koster op en neerzienloopen,gekleed in grijze regenjas en automobielpet, welke persoon op een ander scheen te wachten. De heer Koster deed van den diefstal dadelijk aangifte bij de politie en de rechercheur Wou- terse werd er onmiddellijk op uitgezonden, om te trachten den dader in handen te krij gen. Het vermoeden was gewettigd, dat deze zou probeeren de zilveren voorwerpen er gens te verkoopen en daarom werd aan stonds bij opkoopers geïnformeerd, of zich daar ook wellicht iemand had vervoegd, die dergelijke voorwerpen van de hand wilde doen. Inderdaad bleek de dader reeds hier en daar te zijn geweest, zoodat de recher che spoedig eenig spoor van den dief gewaar werd. Even vóór 12 kwam de dader bij een antiquair op het Stationsplein en terwijl hy de stoep opstapte om aan te schellen, stapte de rechercheur Wouterse achter hem aan, eveneens de stoep op. De dief werd geknipt. De man werd gearresteerd en medegenomen naar het hoofdbureau van politie, waar hij bij fouilleering nog in het bezit bleek van alle vermiste voorwerpen. Bij z'n ondervraging door den commis saris van politie ontkende de aangehoudene hardnekkig den diefstal te hebben gepleegd. Hij voelde zich door de verdenking alléén reeds gepiqueerd en hield vol aan het mis drijf part noch deel te hebben. Hoe hy dan aan die kostbaarheden was gekomen Dat kon hij in enkele wooiden duidelijk maken. Hij was vanmorgen in Rotterdam geweest, had daar kennis gemaakt met een onbeken den mynheer, die hem had medegedeeld per auto te willen rijden van de Maasstad naar Amsterdam en 'm had voorgeslagen den tocht mede te maken. Die mynheer nu was in het bezit geweest van een partij oud-zilveren voorwerpen en had hem uit- genoodigd enkele dier preciosa te willen ver koopen hier in Utrecht. Vandaar dat de reis Rotterdam—Amsterdam niet gemaakt werd via Den Haag en Leiden, zijnde de gebrui kelijke weg, maar met een omweg via Utrecht. Men had afgesproken tegen half twee weer op het Stationsplein aanwezig te zijn, alwaar de eigenaar van de auto daD de opbrengst van den verkoop in ontvangst zou nemen. Naar aanleiding van dit verhaal liet de politie gistermiddag om half twee een recher cheur op post staan op het Stationsplein, om den automobilist op te wachten, maar wie er kwam geen mijnheer met een auto! Waar deze man inmiddels zou blijven met z'n voertuig AntwoordAfstappen in het Kasteel van Antwerpen. Geïnformeerd in het Kasteel, maar wie er ook was geweest toevallig geen mijn heer met een auto De verhalen van den aangehoudene bleken dus van a tot z onwaar te zijn. Maar niet temin hield hy stijf en strak vol, de .voor werpen niet gestolen te hebben. Waar hij in den afgeloopen nacht was ge weest Antwoord: in Rotterdam. Bleek onwaar, want in z'n overjas vond men een zakje met koekjes, gekocht by een Utrechtschen banketbakker, by wien de man eergisteravond bleek te zijn geweest om deze lekkernij te koopen. Toen hy zich daarmee in het nauw zag gebracht, deed hij een verhaal van gelo geerd te hebben bij een zuster van hem, hier te Utrecht. Waar woont die zuster dan Wil ik niet zeggen, anders krygtdieóók last met dit zaakje, en dat wil ik niet hebben. De commissaris liet den verdachte foto grafeeren, om 's mans portret naar Den Haag, Rotterdam en Amsterdam te kunnen opsturen om zoodoende meer bijzonderhe den van hem te weten te komen. Waar hij kranten uit Rotterdam bij zich droeg, wer den telefonisch aan de Rotterdamsche recherche inlichtingen gevraagd. Uit die vóorloopige informaties bleek reeds, dat men bij de politie te Rotterdam den man goed kenthij staat daar te boek als een recidivist en heeft nog onlangs gevangenisstraf on dergaan. Intusschen werd de man tijdens z'n onder vraging aan het hoofdbureau ongeduldig eü zei hij op een gegeven moment tegen den commissaris „Als 't nou maar uit is, want ik heb geen tyd langer, onderzoeken jullie 't zaakje nu maar, want ik moet weg." Van „weggaan" was natuurlijk geen sprakede man werd integendeel in arrest Hij moet ook in Arnhem zyn geweest dezer dagen, want hy droeg een nagenoeg nieuwe regeDjas en een hoed, beiden afkom stig van Arnbemscbe winkeliers. Telegrammen. Rotterdam, 17 Dec. 1909 Reuter seint uit Brussel Koning Leopold is hedenmorgen om 2 uur 35 minuten overleden. Buitenland. Zich verbabbeld. De Russische vorst Kot- schubey logeerde eenigen tyd in een hotel te Dresden, waar hij den hotel-portier, die hem spotbladen had laten lezen waarin de vorst gehoond werd, had onthaald op eenige pakken ransel, vergezeld van welgemikte schoppen. De portier klaagde den vorst aan wegens mishandeling en deze werd veroor deeld tot eene boete van 1000 mark en betaaling van een schadevergoeding van 50.000 mark aan den mishandelden portier. Tijdens het proces zat de portier op een avoDd in buitengewoon gemoedelijke stem ming in een restaurant en vertelde zijn vrienden van de mishandelingen van den vorst. Daarbij liet hij doorschemeren, dat hij den vorst met opzet die spotbladen ge geven had om, hem woedend te maken en en dat hy bij den eersten schop in schijn bewusteloos was neergevallen, teneinde er een zoet winstje uit te slaan. Het ongeluk echter wilde dat in de buurt van den portier een paar Russen zaten, die het gesprek hoorden. Zij ginnen naar den Russischen concul en deelden mede wat zy wisten. Het gevolg daarvan is nu, dat de listige portier niets kry'gt. Drievoudige misdaad van een neger. Te Savannah heeft een neger twee blanke vrou wen met bijlslagen gedood en een doodelyk verwond. De bevolking zette hem met bloed honden na en toen men den moordenaar had gevonden, liet men hem door de honden verscheuren. Te Parijs zijn 2 financiers, Emile Cayar en Marcel Soulnier, directeuren van de Banque Provinciale de France, wier hoofd kantoor gevestigd isindeChaussée-d'Antin, gearresteerd, verdacht van verduistering en misbruik van vertrouwen. De bank is ge failleerd met een passief van 2 millioen francs. De koning van Engeland heeft Maandag verschillende oDderscheidingsteekenen uit gereikt en daarbij o. a. de Alberl-medaille geschonken aan een jongen van veertien jaar, die zich door grooten moed onder scheidde by het ongeluk in de Newport docks in Juli. Onder de slachtoffers, begra ven onder het puin van den ingestorten dokwand, bevond zich een man, die alleen nog te bereiken was door een gat, groot genoeg om een jongen door te laten. Vrij willig meldde de bedoelde knaap zich aan en eenige uren achtereen werkte deze in de diepte, steeds door nieuwe instortingen bedreigd, aan het wegruimen van het puin, dat den levend begravene bedekte, met het resultaat, dat de man gered kon worden. Die daad van grooten moed is nu door den koning beloond. Mevrouw Steinheil schijnt zich voor goed in London te vestigen. Het meubilair van het huis in de impassa Ronsin en van de villa „Vert Logis„, wordt deels in het open baar verkocht, deels naar Londen opgezon den. Moord voor een franc. Te Saint- Yiie by Dole, in de Fransche Jura, heefteen zieken oppasser van het kanzinnigengesticht zeker drie, misschien wel zes patiönten, die aan zyn zorgen waren toevertrouwd, gewurgd. De moordenaar is alcoholist en ontving by de begrafenis zijner slachtoffers, telkens een franc. Men vermoedt, dat het om dat geld te doen was. Hy was overigens van goed en ordelijk gedrag en was reeds werk zaam geweest in andere inrichtingen, zoo wel in Zwitserland als in Frankrijk. De man ontkent, maar de bewijzen tegen hem zijn verpletterend. Vrijspraak. In Amerika zyn dezer dagen door de gezworenen twee vrouwen onschul dig verklaard die haar echtgenoot hadden doodgeschoten. Een geval kwam te New- York voor en een te Warren, in den staat Pennsylvaniö. Beide vrouwen konden met getuigenverklaring bewijzen, dat zy door haar man voortdurend mishandeld werden 6D eerst naar de revolver hadden gegrepen, toen haar leven bedreigd werd. Beide aan geklaagden werden, in verband met de uit spraak van de jury, door den rechter vrijge- Te Souburg werden in de laatste dagen herhaaldelijk konijnen gestolen. Op een plaats, waar de dief een tweetal had mee gepakt, hielden ook acht heel jonge diertjes verblijf. Tot naricht van den eigenaar had de bezoeker hier een briefje bijgelegd, waar op met potlood geschreven was„te klein 1" Zoodra de koning van België, na de ope ratie, uit zijn verdooving ontwaakt was, vroeg hij of hij mocht eten. Na een ont wijkend antwoord, verlangde hij een entre- cóte. De geneesheeren verboden het hem natuurlijk. Maar bijzondere voedingsmidde len werden toegelaten. De avond van Dinsdag is zeer goed ge weest. Om halfnegen hebben de geneeshee ren Thiriar, Depage en Goossens den zieke opnieuw verbonden. Zy constateerden toen, dat daarna de toestand bevredigend bleef. De koning heeft den nacht op zijn ligstoel doorgebracht. Hij gebruikte niets dan water en oranjesiroop. Men had den zieke toegestaan een weinig soep te gebruiken maar toen men ze hem aanbood, weigerde hy. Dokter Depagne heeft den Bacbt doorge bracht in de kamer naast die waar de koning rustte. In een andere kamer bleven twee liefdezusters om den zieke by te staan. Maar de koning drong er zeer op aan, dat deze zorg aan zyn kamerbedienaar Bajaert zou toevertrouwd worden. Hij zeide, dat hy sedert jaren aan dezen gewoon was. Dokter Goossens, dien de koning lachende „den wreeden Goossens" noemt, omdat de arts den koning streng het spreken verbood, heeft in den avond het kasteel verlaten. De koning wilde met barones Coffinet spreken over groote, te Brussel begonnen werken. Men moest er den zieke aan her inneren, dat het spreken hem verboden is. Een operatie als de koning heeft onder gaan is in zichzelf niet zoo gevaarlijk. Wat ze gevaarlijk maakte was de hooge leeftyd des konings. Allen, die met den koning in aanraking kwamen, zyn het er over eens, dat hy zich heldhaftig heeft gedragen. Hy heeft de operatie ondergaan alsiemand, die nog geenszins door pyn of ouderdom was ver zwakt en, na zijn ontwaking, waren zijn eerste woorden dankbetuigingen voor zyn Gravin Lonyay, vroeger prinses Stephanie, 's konings dochter, is in Brussel aangeko men. Men verzekert, dat de koning evenwel geweigerd heeft ze by zich te ontvangen. Ook zijn tweede dochter, prinses Louise van Coburg, beklaagt zich over de weinige hartelijkheid, die zy ondervond. Zy vertelde zonder noemenswaard succes naar Brussel te hebben geseind. Zy bood zich aan haar vader te komen verplegen en kreeg ten ant woord, dat de kleine operatie goed geslaagd was en dat het gevaar geweken scheen. Verder niets. Daarentegen moest barones Vaughan, met wie de koning kerkelijk zou zijn getrouwd, in het paleis verkeeren en zou de koning den wensch hebben uitgedrukt, dat ze b(j hem komen zou. Een telegram van 17 December (hiervoren afgedrukt) meldt ons don dood van don Koning van België.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1909 | | pagina 3