2 ONZE EILANDEN van 18 DECEMB ER 1909. volgend jaar de Spaansche kiezers tegen het kabinet zullen aannemen. Voorloopig hebben die kiezers al met groote duidelijkheid te kennen gegeven, dat zy in geen geval de reactionaire Maura-kliek meer terug ver langen. De voorbereiding van den verkiezings strijd is in Engeland in vollen gang. Het eigenaardige is daar, dat de ministers er zelve het meest aan deelnemen. In ons land zou geen minister er aan denken zelve als spreker in zulke dagen op te treden. In Engeland daarentegen treden Lloyd George, Asquith en andere ministers avond aan avond op om de kiezers voor te lichten. In de verschillende districten schijnt geluk kig voorkomen te worden, dat er naast den liberalen candidaat een arbeiderscandidaat wordt gesteld. Die zoogenaamde driehoek- strijd kan alleen den unionisten ten goede komen en daarom is het gelukkig, dat de drie-candidatenstryd zich maar tot enkele districten zal bepalen. Een voorname vraag is ook, wat de Ieren zullen doen. Zy eischen sinds jaren een eigen parlement. Gladstone wilde hun dit reeds geven doch zyn ontwerp bekend als Home Rule leed schipbreuk. Asquith heeft onlangs beloofd, dat de nieuwe regeering aan Ierland zelfbestuur zou toestaan, voor zoover het de inwendige aangelegenbeden van het eiland betrof. Sommige Iersche leiders noemen die verklaring geheel onvol doende. 't Zal er nu veel toe afdoen, in welken geest de hoofdleider, John. Redmond, zich zal uitlaten. Een zonderlinge plaats neemt in den strijd een bekend socialist, Robert Blatch- ford, in. Deze meent in heftige brieven in het blad, de Daily Hail, het volk te moeten wijzen op het gevaar, dat van Duitschland dreigt. Volgens het overspannen brein van dezen schrijver wil Duitschland Belgis en ons land inpakken, Engelands heerschappij ter zee vernietigen en over heel Europa de Duitsche heerschappij vestigen. Onbegrijpe lijk, hoe een zich noemend socialist in dezen ernstigen strijd zulke onzin kan debiteeren, die koren op den molen is voor het mili tairisme. De lezer weet, hoe de reactie in Rusland alle moeite doet om aan het grootvorsten- dom Finland elk schijntje van zelfstandig bestaan te ontnemen. Vadertje Czaar had geéischt dat Finland in 190S en 1909 een militaireschatting van 20 millioen zou be talen. De Finsche Landdag noemde dien eisch van „vadertje" onwettig en werd daarom ontbonden. De Finsche Senaat, aan gevuld met een aantal nieuwe Russische leden besloot nu op 30 Nov. aan de Finsche administratie te verzoeken de 20 millioen aan de Russische regeering over te maken. De Finsche schatmeester verklaarde echter eenvoudig, dat hij aan dat verzoek niet kon voldoen, daar zyn ambtsplicht hem gebood slechts die betalingen te doen, die de Landdag heeft goedgekeurd en de keizer-grootvorst heeft bekrachtigd. Daar dat niet was geschied kon hij aan het verzoek van den Senaat niet voldoen De Senatoren hebben zich nu tot St. Petersburg gewend om raad wat te doen. Nu die raad zal wel komen in den vorm van een nieuwe bende Kozakken, die het arme land tot orde zullen brengen In Elzas-Lotharingen komt het zoo nu en dan tot uitingen, die er op wijzen, dat de bevolking daar zich nog niet geheel en al heeft kunnen verzoenen met haar lot van Duitsch onderdaan te zyn geworden. Zoo onlangs nog te Weissenburg bij een plechtige herdenking der in den oorlog van 1870/71 gevallenen. Daar hebben toen zeer chauvinistische, anti Duitsche en pro-Fran- sche betoogingen plaats gehad, die in Duitschland een zeer onprettigen indruk hebben gemaakt. Enkele dagen geleden zyn zij ook in den Rijksdag ter sprake gebracht, en gisteren heeft de Rijkskanselier, Von Bethmann Hollweg daar o. m. het volgende aan toe gevoegd Niemand in Duitschland denkt er aan het den Elzas-Lotharingers kwalijk te nemen dat zy in eerbied ten volle het verledene gedenken. Het komt maar aan op de wijze waarop die gevoelens kenbaar worden ge maakt. Het gaat niet aan de onder Duit sche overbeersching geboren generatie tot de dragers van hun vreemde herinneringen uit een tijd, die voorbij is te maken. Die geestdrijverij, welke de in de kern Duit sche elementen van het volkskarakter ver zwakt, met het doel tot de noch geografisch noch geschiedkundig gerechtvaardigde ver- fransching Yan het land te geraken, be- moeielykt de vervulling der wenschen naar „Luitenant Brenken riepen eenige stem men achter mij. Kom dan toch, de punch wordt koud Dank u, heeren, ik heb eenige brieven te schrijven," antwoordde ik. In de tuinkamer, die mij als kwartier was aangewezen, haalde ik mijn schrijfmap voor den dag en krabbelde twee brieven vol bjj het matte schijnsel van een stompje kaars. De eene was gericht aan een bekend bloemenmagazijn te Berlijn en bevatte de opdracht het schoonste en kostbaarste, wat er in het seizoen te krijgen was, naar War- delingen te sturen; de tweede aan een speelgoedwinkel te Neurenberg met de be stelling, de fraaiste pop, die er te koop was, te zenden aan freule Sabine Bayer te War- delingeu. Ik sloot een visitekaartje in, waar op ik geschreven had„Van oom Victor, die je altyd zal liefhebben." Voorloopig was dat alles, wat ik voor haar doen kon, behalve hetgeen ik niet in een kist kon pakken om het haar over te stu ren de diepe smart, het innig mede lijden. Het kon mij in die oogenblikken niet gelukken, ook aan tante Klara te schrijven. Ik verscheurde een half dozijn velletjes papier de meeste proeven waren my al te koud en vormelijk ingekleed. En toch kon ik my niet dwingen uitdrukkingen van een grondwet der bewoners van Elzas- Lotharingen. Deze verklaring werd in den Duitschen Rijksdag door al wat „nationaal" gevoelt, natuurlijk met luide bijvalsbetuigingen ont vangen. In Elzas-Lotharingen zelf zal dit echter wel niet het geval zyn. Haagsche Brieven. LV. De vorige week bleef mijn brief in de pen. De oorzaak was, dat ik verplicht was den cijns te betalen, dien elk zoo eens in 'tjaar moet opbrengen aan ons heerlijk kli maat met zyn mist, regenbuien en windvla gen. Heeft die geniepige influenza het op je gemunt, dan helpen geen bouffantes en duffels, de vijand wint het onherroepelijk en het eenige middel is gewoonlijk een flinke zweetkuur. Vroeger bevorderde ik die nog wel eens door een paar warme grocjes, maar dat is tegenwoordig een te durelief- hebbery, sinds minister Kolkman de accijns zoo geweldig heeft verhoogd. Den avond voor den critieken Vrijdag, dat de jenever- schroef zou worden aangezet, hebben de tappers en slijters het ongekend druk ge had. Elk haastte zich om nog voör de aan staande feestdagen het noodige in te slaan. Ei waren hier zaken, die verleden week Donderdag 500 liter gedistilleerd omzetten De geheelonthouders mogen dat erg onaan genaam vinden, ik vermeld niet anders dan de feiten. Ze zullen het overigens wel met me eens zyn, dat de verhooging van den accijns al heel weinig zal bijdragen tot ver mindering van het drankgebruik. De kaste leins hebben er al een heel vernuftig middel op gevonden om het nadeel van den hooge- ren pry's te ondervangenze tappen tegen den ouden prijs, doch geven kleiner glaas jes! Och ja, komt het niet uit de lengte, dan moet het in elk geval uit de breedte komen en zoo ,is het met de verdiensten van de kasteleins ook. Dit is trouwens wel de groep van menschen, waarom men zich het minste behoeft te bekommeren of hun bedrijf wel loonend is. Spijt alle onthouders is het een feit, dat een groot koffiehuis kwa lijk kan bestaan zonder vergunning. In vroeger jaren, toen het Kurhaus onsSche- veningen nog niet verheven had tot den rang van wereldbadplaats, was de Seinpost het centrum van het badverkeer. De café chantants en de concerten lokten er duizen den bezoekers. Doch langzamerhand ver plaatste zich het bezoek naar moderner gelegenheden. Het gevolg is dat Seinpost thans als een verlaten ruïne prijkt aan den strandboulevard. Voor een paar jaar heefteen pachter het nog eens geprobeerd, doch de kwast en li monade, waarop hy wegens het ontbreken van vergunning het publiek kon-onthalen, maakte dat hij het al spoedig opgaf. Een andere zaak, die jaren de attractie was voor het badpubliek, was de „Bereback". Doch ook daar is de loop leelyk uit. Kur- hausbar, Fischlthaler Altenburg en andere café's kregen de voorkeur en thans wordt de vanouds bekende Bereback opgedoekt! Neen, dan gaat het met onze Tweede Kamer beter. Het zal nog wel eenige jaren duren, eer het zoo ver is (dat zyn we in Holland ge wend) doch er zijn dan toch plannen in de maak om het gebouw onzer volksvertegen woordiging te vergrooten. Als de redevoerin gen nu nog evenwel in lengte gaan toenemen als de vergaderzaal eenmaal in groote zal winnen, dan is het leed voor de verslag gevers niet te overzien 1 Een onzer politici, de heer Harchant is dezer dagen leelyk in het ootje genomen. Hy had in de Kamer zoo prachtig uiteengezet, dat kamerleden geen vrijkaarten van de Spoorwegmaat schappijen mogen aannemen, zooals de ministers hebben gedaan, want dan staan ze niet meer onafhankelijk tegen de mach tige spoordirecties. Komt me daar dat roode Volk weer roet in het eten gooien en gaat verklappen, dat mr. Marchant als hoofdre dacteur van Land en Volk door den Haag rydt op een vrijkaart van de Haagsche Trem! Dat noem ik nou „pech" hebben! Natuurlijk heeft mr. Marchant een mooi advocatenpleidooi gehouden om te doen uit komen, dat een vrijkaart op den trem voor hoofdredacteur Harchant heel wat anders is dan een vrykaart op het spoor voor Kamer lid Marchant. En denk je, dat het kranten lezend publiek nou een aasje besef heeft van de wonderlijke vernuftigheid van zoo'n schoone redevoering Ja wel, weet je wat ze zeggon? „Daar gaat ie weer voor niksl" Arme meneer Marchant! 'k Vind toch, dat ze het in de Kamer wel eens wat bar maken. Daar hebben ze ge weldig gesputterd tegen de Roomsche gei- tenvereenigingen, die in Brabant zyn opge- warm mede-voelen neder te schrijven. Het laatste vel schreef ik dan ook vol met de bitterste verwijtingenik begreep echter, dat ik die niet mocht toevoegen aan een moeder, die nog treurde by het versch ge dolven graf van haar laatste kind ook al had ik daartoe het recht. Ik zweeg dus, ik zweeg nog langen tyd daarna. Het eenige, waarmede ik myn belofte aan Lena vervulde, was de telken jare weder- keerende Kerst- en verjaarsgeschenken voor haar kind. Zóó had zy 't niet bedoeld, ik wist het, maar ik kon het niet van mij verkrijgen, een reis naar Wardelingen te ondernemen. B(j de enkele gedachte, de plaatsen te zullen terugzien, waar zy had geleefd, maakte zich een gevoel van diepe ellende van my meester, dat my er toe aandreef, mijn ieder jaar opnieuw voorge nomen plan te laten varen, hetgeen ik koes terde wanneer ik met Nieuwjaar een briefje ontving, dat het opschrift „Lieve Oom Vic tor" aroeg en onderteekend was „Uw kleine Sabine.", Ik voelde mij dan te moede als iemand, wien een reeds sinds lang vervallen kwi tantie wordt gepresenteerd en geen cent ryk is. richt. Waarom toch? Wat is er op tegen, dat die Roomsche geitenfokkers in het land van „zulle" en „pottekes bier", den raad van een kapelaan of pastoor als adviseur inwinnen, als ze geiten willen fokken? Christelijk in alles hoor, ook in de geiten fokkerij. Minister Talma heeft het beter ingezien. Die geeft aan die Roomsche geitjes- organisatie subsidie uit de Rijkskas. Hy kan dat gerust doen, want die menschen zijn o, zoo verdraagzaam. Minister Talma heeft zelf in de Kamer verteld, dat ookpaganis- tische geitjes by den Roomschen bok zullen mogen komen. Als „hospitanten", zeide de minister. Nou, is dat niet mooi? 'kBegrijp ter wereld niet, dat ze in de Kamer zoo'n boom over dat zaakje hebben opgezet. Bok ken kunnen immers erg verward zyn. Ze loopen soms met der eigen kop tegen den muur. Ik begrijp me heel goed, dat die Roomsche menschen in Brabant juist tegen al zulke verkeerde eigenschappen by de fokkerij heel veel resultaat verwachten van het advies van meneer pastoor. Daar komt nog wat bij. 'k Heb in het Handelsblad ge lezen, dat er een Roomsche voetbalbond is opgericht en dat er een Roomsche zuige- lingenvereenigingen in de maak is en daar om was die Roomsche geitenvereeniging noodzakelijk van wege echt Roomsch geiten leer voor de Roomsche voetballen en zuivere Roomsche geitenmelk voor de Roomsche zuigelingen. Zulke vereenigingen zijn in onzen tyd beslist noodzakelijk, 't Verwon dert me, dat er nog geen koninklijk goed gekeurde vereeniging van Kuiperiaansche- lintjeshouders en van antirevolutionaire verkiezingsjuffrouwen is opgericht. Maar dat zal wel komen, als de Roomsche geiten vereeniging een tijdje heeft gewerkt. Het zal er nu toch van komen, dat een nieuwe schouwburg in de Parkstraat zal verrijzen. Na langdurige conferenties is het bouwplan door B. en W. goedgekeurd, zoo dat eerlang een nieuwen kunsttempel de gelegenheid tot uitgaan nog zal komen ver meerderen. 'k Heb me nooit kunnen begrij pen, waarom zoo'n nieuw gebouw er bij toch noodig is. We zijn immers zoo kunst lievend, dat voor Bouwmeester, dien groot sten onzer Nederlandsche Kunstenaars gcon andere uitkomst is dan op zijn ouden dag in Indiè het bestaan te gaan zoeken, dat hem hier niet kan worden geboden! De reden zal wel zyn, dat in de kunst allerlei meneeren den schepter zwaaien, die van ware kunst toeten noch blazen afweten, ge tuige de Koninklijke Vereeniging! Daar komt wat anders by. Wordt er een concert gege ven (en wie alle concerten wil bijwonen heeft alle kans in een korte spanne tijds doodgeconcerteerd te zijn), dan is hel op merkelijk, wat een ontzettende muziekken- nis het publiek, speciaal de klasse der Mee doeners wel bezit. De onbegrypelykste mu ziek is de allermooiste en wee, gij, ramp zalige, die het waagt het sublieme leelijk te vinden. Ge loopt gevaar voor een oer-groenen kaffer te worden aangezien, die alle be schaving mist. 'k Heb wel eens geprobeerd, als ik niet gauw den slaap kon vatten, een muziekverslag van een onzer groote bladen door te worstelen. Als slaapmiddel is het aan te bevelen, doch tracht niet iets te be grijpen van de reeksen aanééngelijmde woor den, waaruit de kritiek bestaat. Hoe mooier zoo'n criticus het weet te zeggen in de naargeestige onzin van de ultramoderne schrijvers, in de ziekelijk nerveuse styl van een Couperus, in den bombast van Swarth- sche poözie, hoe verrukkelijker de kring der Meedoeners zoo iets vindt. Maar laat ik op passen. 'k Kreeg het onlangs leelyk aan den stok met een kunstmensch, die Speenhof wilde verheffen tot een genie en zijn liedjes gelijkstelde met de werken der klassieken. Zeker, Speenhof's liedjes zyn te waardee- ren, niet het minst om de wijze, waarop ze weergeven, wat leeft in de lagere kringen des volks. Maar ze te beschouwen als uitin gen van een genie N'exagérons pas, zegt de Franschman, of op z'n Hollandsch, laten we niet overdrijven! En nu spring ik van den hak op den tak. Wat me steeds verwondert, is, dat op Flakkee nog zoo weinig van or ganisatie onder de arbeiders wordt gehoord. Het duurt wel lang, eer bij hen het besef doordringt, dat vereeniging noodzakelijk is om iets te bereiken, 't Is waar, de stich ting eener organisatie stuit op vele moeilijk heden in het bedrijf. Doch de landarbeiders zullen zeker wel niet met meer moeielijk- heden te kampen hebben dan de koffiehuis bedienden in de steden. Toch hebben deze na eindelooze pogingen een flinken Bond ge sticht. Alleen aan hun gezamentlyke actie is het thans te danken, dat ze gedaan hebben gekregen, dat de grootste zaken zooals Vic toria, Monepole, 't Gouden Hoofd, het Zuid- hollandsch koffiehuis en tal van anderen op den Oudejaarsavond om tien uur zullen slui ten. Zoo oppervlakkig lijkt dit een geringe Lieve God, wat kon ik voor dat kind wezen Niemendal. Zoo'n vrijgezel, ritmeester by de kavalerie, voor wien op de heele wereld niets bestaat dan zijn eskadron en de sport! En bovendien, nicht Lena had mij eerst het kind aanbevolen voor later tijd, als het in ernstige levensomstandigheden behoefte had aan myn steun. Voorloopig was Sabine nog een kind, en kinderen hebben slechts be hoefte aan moederliefde, en die kon i k haar toch waarlijk niet geven Zoo leerde ik dan mijn petekind nog al tyd niet persoonlijk kennen en leefde in mijn klein Oostpruisisch garnizoenstadje voort zoo goed als't ging, verwierf mij een reputatie als verstokt vyand van het huwe lyk en werd allengs door de moeders van volwassen dochters van hethuwelijks-can- didatenlijstje geschrapt. Ik had dan ook een soort van manie, ieder meisje met Lena te vergelijken, en daarmede was haar oordeel geveld en mijn rust verzekerd, want geen enkele kon de vergelijking doorstaan. Inmiddels was ik tot majoor bevorderd; de benoeming kwam zoowat omstreeks Kerstmis, en op het Oudejaarsbal verscheen ik met de zilveren tressen en moest ik 6en beduidend oudere dame naar tafel geleiden als voorheen. Na het eten moest ik, inplaats van mij vry te kunnen bewegen en hier en daar een praatje aan te knoopen, voor het gunst. Doch wie het sterk ontwikkelde koffiehuisleven in onze residentie kent en weet, hoe juist op dergelijke avonden het bezoek buitengewoon groot is, ziet te beter in, dat de Kelnersorganisatie met die Oude- jaarssluiting wel dergelijk iets heeft bereikt. Voor ieder in zyn beroep of bedrijf geldt vooral in onzen tyd: „Eendracht maakt macht". Dat zal men ook op het platteland wel steeds meer gaan begrijpen Plaatselijk Nieuws. 3IIDDELIIARNIS- De uitvoering die Woens dag jl. in de Geref. kerk door de zangver- eeniging „Looft den Heer" alhier werd ge houden, was druk bezocht, de uitvoering werd gesteund door de zangvereenigiugen van Sommelsdyk, Dirksland en Stad aan 't Haringvliet. De opbrengst daarvan kwam ten bate van de blinden, P. Koudyzer en diens zuster. Het paardendek dat Zondag te den Bommel door den heer W. Peeman, uit deze gemeente, aldaar werd vermist, werd heden door de politie van den Bommel ten zijnen huize terug gebracht. Een uit nood geslacht rund van den landbouwer J. Koert uit deze gemeente werd goed gekeurd voor de consumptie. Donderdagmiddag geraakte de loco motief van den tram die 11,54 van het sas naar Ooltgensplaat vertrekt even voor het station uit de rails, wal ruim een half uur vertraging in den dienst veroorzaakte, door dat een andere locomotief in gereedheid moest worden gebracht. Gelukkig kwamen daarbij geen ongelukken voor. Als bijzonderheid kan worden gemeld dat de laatste elf geboorten in deze gemeente allen meisjes waren. Door de verhooging der accy'ns op het gedistilleerd hebben de herbergiers in deze gemeente eenparig een kleiner glaasje aan geschaft, met uitzondering van|één die den prys heeft vastgesteld op 10 cent per glas. De persoon die in 't begin dezer week door de Typhus werd aangetast, is thans overleden. Donderdagavond werd aan de woning van den heer A. W. Nygh aan eenige be hoeftige inwoners kleedingstukken enz, ver schaft. DIRKSLAND- Woensdagmorgen om half zeven viel L. van der M. die achter de kaai woont, door de duisternis misleid, in de volle haven. Gelukkig waren dadelijk een paar schippers ter plaatse om den ouden man te helpen. Maar naar men verneemt heeft hij toch den heelen dag het bed moeten houden. Op eene huishoudelijke vergadering van het Chr. Mannenkoor is Donderdag het feit herdacht dat C. M. Grevenstuk 25 jaar directeur van dit gezelschap was. Verslag van het verhandelde in de open bare vergadering van den Gemeente raad van Melissant op Woensdag 15 December 1909 vm. 10 uur. Afwezig de heer Sieling. Nadat de vergadering is geopend worden de notulen der vorige vergadering gelezen goedgekeurd en geteekend. Voordat tot de gewone werkzaamheden wordt overgegaan spreekt de Voorz. een woord ter nagedachtenis van den heer Sieling, die gisterenmorgen na een korte ongesteldheid is overleden. Lange jaren is de heer Sieling lid van den Raad geweest, waarvan verscheidene jaren tevens wet houder. Steeds heeft hy met ijver de belan gen van de gemeente behartigd. Had hy zich eenmaal een maatregel voorgesteld, dan rustte hy niet voor hy zijn doel had bereikt. Zijn herinnering zal dan ook bij den|Raad blijven voortleven. De Voorz. stelt voor een brief van rouw beklag aan de familie te zenden, waarmede de vergadering instemt. Ie Worden daarna gelezen; o. eene missive van de Ged. Staten dezer Provincie, daarbij de ontvangst berichtende van de wijziging van het reglement van orde voor den Raad. b. een schrijven van de heer Dohmen, waarbij hij over twee maanden ontheffing vraagt van zyn aanslag in den Hoofd. Omslag. Dit verzoek wordt ingewilligd. 2. Is aan de orde de benoeming van een gemeentegeneesheer. De eenige sollicitant is de heer G. Terrisga van Sneek. eerst whist spelen met den kolonel, den burgemeester en een van de oudste dames van het gezelschap, en by het naar huis gaan voegde ik mijzelf toe: „men heeft het je nu toch duidelijk aan het verstand ge bracht, dat je nu behoort tot het eerwaarde korps der „oude heeren," ofschoon jij je gisteren nog niet als zoodanig hebt ge voeld." Nog denzelfden avond kreeg ik twee nieuwe bewijzen, dat de tyd niet stilstaat. Daar lagen een paar brieven op myn schrijf bureau, de een van myn zuster, de andere die moest van de kleine Sabine zyn, want het postmerk vermeldde „Wardelingen," bet handschrift echter was zoo echt dat van 'n dame, zoodat ik tenslotte toch niet wist, hoe ik 't eigenlijk had. Mijn zuster schreef mij, dat een koopman uit Wardelingen zich tot haar had gewend met de vraag, of wij hem ons oude huis wilden verkoopen. „Hoe denk jy erover Victor? Als jij 't eens bent met my, dan weigeren wij, niettegenstaande den hoogen prijs, die ons wordt geboden. Wy hebben beiden niet noodig het oude huis te ver sjacheren, waarin onze voorouders woon den en Lena haar meisjestijd doorbracht. Ik denk nog altijd, dat 't zoo'n stil hoekje is, waarin men een toevlucht kan vinden, wanneer men beu wordt van de wijde we reld. Ik ben het leven in een groote stad Ten einde eenige inlichtingen te verkrij gen wordt ingesloten vergadering overge gaan. Nadat de geheime zitting is opgeheven heeft de benoeming plaats. Uit de stemming blykt dat met algemeene stemmen is be noemd den heer G. Terrisga. 3e. Stelt de Voorz. voor om voor het branden van varkens etc. van het Algemeen Armbestuur het derde in plaats van het eerste tuintje in huur te nemen, daar het eerste te veel aan de publieke weg is ge legen. Hiertoe wordt besloten. 4e. Worden benoemd de leden van het stembureau voor de eerstvolgende verkie zing. Uit de verschillende stemmingen blykt dat tot le lid van het stembureau is benoemd den heer van Beek tot 2e lid dhr. Kooman en tet 4e lid dhr. Joppe, welke heeren de benoeming aannemen. Daarna wordt ter vaststelling van het suppletoir kohier van den Hoofd. Omslag overgegaan in besloten vergadering. OUDDORP. A.s. Dinsdag 21 Dec. hoopt de zangvereeniging „Looft den Heer", onder leiding van den Heer Kemp een uitvoering te geven. Tot ouderling in de N. H. Kerk is herkozen C. v. d. Klooster, tot diaken W. Mastenbroek. Donderdag 23 Dec. wordt het Kersfeest voor de Zondagschool in den Oostdijk ge houden. NIEUWE TONGE- Tegen Woensdag den 22 December a. s. des v. m. 10i/2 ure is eene openbare vergadering van den Gemeenteraad belegd. Op Nieuwjaarsdag des n. m. ten 2 ure zal in het Gemeentehuis, als naar gewoonte aan bedeelden van het Algemeen armbe stuur en aan die onvermogenden, die zulks op geene wyze kunnen erlangen een nieuw jaarsgift worden uitgereikt. De begrooting dezer gemeente voor het dienstjaar 1910, is van H. H. Gedepu teerde Staten dezer provincie goedgekeurd terug ontvangen. Binnenland. Dinsdagmorgen bleef de woning van den bejaarden heer A. W., te Obdam (N.-H.), lang gesloten. Een onderzoek werd ingesteld en men vond den ouden man en zyn huis houdster bewusteloos. Gisteravond waren de levensgeesten nog niet opgewekt. Kolen damp is oorzaak van het ongeval. Van koude en honger gestorven. Op den straatweg van Leeuwarden naar Sneek, in de nabijheid van het dorp Wytgann, is een bejaard man in stervenden toestand gevon den. Men heeft den ongelukkige nog bij een landbouwer weten binnen te brengen waar hij spoedig daarna is overleden. In zyn zakken werd niets gevonden danéén cent. De burgemeester van Leeuwarderadeel is met het geval in kennis gesteld. Wilde Ganzen. In Friesland strijken in de laatste dagen op hun reis naar het Zuiden, groote vluchten ganzen neder. Voor zoover de landen onder water staan, richten zy geen schade aan, maar op de hooger gelegen landen trekken zy het gras met wortel en al uit den grond, zoodat de sporen van hun aanwezigheid in den aan staanden zomer nog goed zichtbaar zullen zyn. Zy zyn zeer schuw en, wegens den hoogen waterstand, moeilijk te naderen. Hoe een kastelein Hollandsch schryven kan. Zooals men weet, waren al degenen die alcoholische dranken ten verkoop onder hun berusting hebben, verplicht, ingevolge de nieuwe wetsbepaling op de verhooging van accyns op gedistilleerd, den lOen December aangifte te doen van te hunnent aanwezi gen voorraad. Een van deze aangiften is het „Hand.bl." van bevriende zijde in handen gespeeld, om een indruk te krijgen hoe zelfs onder kleine tappers de beweging voor een phonetische spelling veld wint. De opgave van 's mans voorraad gedis tilleerd luidde als volgt: 3 koe Jak, 1 Jan neever, 4 bradwyn, 3 ztroen, 3 bramboos, 4 besen, 4 ays, 8 boer Joges, 3 auw klaar, 4 half lafkat, 2 half vies asten, 2 half vies oerko, 1 kreunenbiter. Een nadere mondelinge toelichting zal niet noodig geweest zijn. dikwijls moede, maar terwille van myn man Kortom, broeder, als jij denkt als ik, dan behouden wy dat oude ding, al was het maar alleen om de herinneringen." - H'm, daarmee ga ik volkomen ac- coord," bromde ik bij mezelf. „Ik zal den koopman wel antwoorden." Natuurlijk, als iedere brief door een vrouw geschreven, was er nog een post scriptum. „Tante Klara is nog altijd de oude. De jongste van Lena's meisjes. Ella, wordt door haar vader als een jongen opgevoed. Tante schrijft mij daarover in troostelooze be woordingenElla heeft 'n ponnie en ver scheidene honden en zit vol kwajongens streken. Die mijnheer Bayer is toch 'n rare sinjeur de oudste bestaat nauwelijks voor hem. Tante Klara spreekt bovendien ook niets over je peetdochtertje-" Nu komt dat peetdochtertje zich juist schriftelijk by my aanmelden Om zekerheid te verkrijgen opende ik schielijk den tweeden brief. Inderdaad maar had zy dien zelf geschreven Opend' op het bandschrift van haar moeder, zelfs de kleine overbodige haakjes aan de hoekletters en hetzelfde boogje boven de U. Dat viel my voor het eerst op. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1909 | | pagina 2