2 ONZE EILANDEN van 1 AUGUSTUS 1908. of acht millioen pond sterling voor de ouder- domspensioneering ging besteden om Duitschland te laten zien, waartoe het finan cieel wel in staat was. Tegenover de con servatieve lords met hun groote kapitalen doet het weldadig aan van achter de regee- ringstafel zulke woorden te hooren. Engeland is de eerste Europeesche staat, die ouderdomspensioneering zonder premie betaling invoerd. Wie weet of dit voorbeeld er niet toe zal leiden dat eindelijk ook in ons land een minister den moed zal hebben een dergelijk voorstel te doen. Als hij maar durft ingrijpen in de dikke buidels der groote lieeren, is het geld wel te vinden. We hooren onze brave Eerste Kamer, vooral meneer v. d. Biesen al kermen en weekla gen! In België is een wetsontwerp ingediend, waarin verschillende verbetering der volks scholen voorkomen o.a. verplichte aangifte van elke besmettelijke ziekte, verplichte inenting en herinenting. Hoe noodigzoo'n wet is en hoe de clericale regeering de scholen heeft verwaarloosd, blijkt uit het geen de Vlaamsche Gazette schrijft: „Vooral in de scholen zullen de kanton nale opzieners van hygiëne werk hebben. Op den buiten zijn de klassen broeinesten van allerlei aanstekelijke ziekten vooral van oogziekten, kroep en scharlakenkoortsen zonder dat men zich zelts de moeite doet de scholen te sluiten en de gebouwen te ontsmetten en te kalken, wegens de kosten! Om eenige franken verkiest men dat de kinderen elkander die kwaadaardige ziekten overzetten. Wij kunnen het geval eener gemeente eens aanhalen waar de openbare tusschen- komst van een volksvertegenwoordiger noodzakelijk is geweest om het plichtig ge meentebestuur te dwingen de scholen te doen ontsmetten. Zoo ver ging het, dat het kind van een der onderwijzers reeds door de kroep aangetast was en de school bleef bijwonen, terwijl uit zijn keel fluimen op den lessenaar vielen, waaraan nog andere kinderen zaten. In eene meisjesschool van dezelfde ge meente speelden of beter mengden kinderen, die aan scharlakenkoortsen leden, op dezelf de koer zich onder de leerlingen. Sommige scholen bevatten klassen die ook met de hygiëne overhoop liggen. De kwestiön: afzondering van zieken, beer-, teer- en waterputten, wegvloeien van riool- en brouwerijwater, ongezonde volks wijken en bouwvallige huizen, staande wateren en vuile beken en grachten, enz. zullen eveneens den komiteiten van bygiëne veel bezigheid leveren. Op den buiten is, uit hygiënisch oogpunt, nog schier alles te verrichten.'' Hoe veilig is toch het onderwijs in clericale handen Binnenland. Een koe gestikt in eenpaling 1 Zater dag werd een koe van den heer v. L. te Al phen (Geld.) weidende langs de Maas, ziek en stierf spoedig aan hevige benauwdheden. By het slachten vond men in den strot van het dier een ponds-paling. Een gevaarlijk lieer Een bewoner van de Hoefkade te 's Gra- venhage, een gewezen kellner, maakte het sedert enkele weken zijn huisheer, die de eerste étage bewoont van het bovenhuis, waarvan hij de tweede in huur had, lastig, omdat deze weigerde te laten witten. Gis termorgen vroeg was hij weer aan het ru ziemaken en toen zijn benedenwoner hen vroeg, zich rustig te houden, loste hij van boven af, terwijl de huiseigenaar onder de taap stond, achtereenvolgens twee revolver schoten, waarvan het eerste met los kruit. Dit trof den benedenstaanden man aan het hoofd boven het oog, zonder hem evenwel te verwonden. Het tweede schot miste en beschadigde den wand van den corridor. De voormalige kellner werd gearresteerd. De voetballer Van O. te Breda had Zon dag onder het voetballen op de Gasthuis- velden zijn jas even neergelegd. Na afloop van het spel bleek zy'n horloge verdwenen. Maandagochtend hoorden een bewoner van het Broederenkerkplein te Zutfen uit zijn kelder den benauwden kreet„Ik wil er uit!" De man durfde niet te gaan kijken en baalde politie. Toen bleek, dat zekere N. J. in den kelder zat, doch hij wist niet op te geven hoe en wanneer hij daarin was gekomen. De eenige mogelijkheid is dat de man door een nauw gat, van 20 bij 20 cM. den kelder in 't rond onwillekeurig dook ik nög dieper in de schaduw... Plotseling verstomde het zacht gedruis der menigte men hoorde een rijtuig naderen 't was of mijn hart stil stond. Aller oogen richtten zich op de deur ik vernam een zacht gefluister van bewon dering, he^ orgel dreunde, en nu schreden zij langzaam voorwaarts, de breedgeschou derde, slanke man in schitterende uniform, en aan zijn arm het hemelsch schoone schepsel in haar wit met zilver doorweven kleed, met de fonkelende brillanten op het donkerbruine haar, dat door een krans van oranjebloesems omlijst wasgelijk een door schijnende wolk golfde de sluier om de betooverende gedaante. Als verblind staarde ik haar aan. Ach, een schoonere bruid kon er op aarde niet bestaan Ik hoorde niets van de rede die de inze gening voorafgingik zag slechts het bruidspaar. Toen zij echter nederknielden, snelde ik als waanzinnig de kerk uit, ik zou het „Ja", dat zijn mond nu wilde uit spreken, niet kunnen aanhooren I Ik vluchtte in onzen kleinen tuin, in het oude verwilderde beukenboschje, waar ik zoo vaak als kiDd gezeten had; daar bleef ik tot laat in den nacht. De lucht was zoo zacht en bedwelmend, de DachtegaalzoDg met heldere, langgerekte tonen, er heerschte een geheimzinnige bedrijvigheid in de na tuur de lente zong haar oude lied van is ingekropen, vermoedelijk onder den in vloed van de warmte.... of wat anders! Bijna verdronken. Een kind van den Smid S.te Hoofddorp was in een onbewaakt oogenblik in het water gevallen van de Hoofdvaart. Toen een jongen van 13 jaar, Van de R., kwam aanloopen, zag hy twee beentjes boven water uitsteken. De jongen sprong terstond in de Hoofd vaart en had het geluk het kind van een wissen dood te redden, daar het al bewus teloos was, maar toch spoedig werd byge bracht. Een dappere wagenbestuurder. Tusschen Haarlem en Halfweg, ter hoogte van de Vinkenburg, zag, aldus vertelt het „N. v. d. D." een bestuurder an de electrische spoor, die met zijn wagen uit de richting Haarlem kwam, een meisje aan den kant der vaart staan, dat schreiend om hulp riep. Er liep geen sterveling op dit gedeelte van den zonnigen Haarlemmerweg. De bestuurder, J. J. van Gils geheeten, stopte dadelijk en sprong van den wagen. Nu zag hij, dat er een meisje in het water lag, het kind was al aan het zinken. Fluks sprong hij gekleed te water en bereikte spoedig het drenke lingentje. De man kon echter lastig aan wal komen met het kind, dat nogal spartelde. Daarop begaf de heer J. E. A. R. van Hel ten, inspecteur der Electrische Spoorweg maatschappij, zich ook gekleed te water en met diens hulp kwamen alle behouden aan wal. Aan de oplettendheid van Van Gils heeft het meisje haar leven te danken. Het was de kleine Betha Lords, oud 11 jaar wonende in de Pieter Baststraat, te Amster dam. Zij was met haar vriendinnetje gaan wandelen en ze waren voorbij Halfweg aan den kant der trekvaart gaan baden. Zy zijn met de electrische spoor weer naar Amster dam teruggebracht en kregen van de reizi gers geld, om met de gemeente tram verder naar huis te gaan. Te Amersfoort geraakt de vrouw van A. V. in brand; zy werd vreeselijk verminktaan bovenlijf, armen en hoofd. De oorzaak was weer roekeloosheid om een brandend petroleumstel te vullen. Een Engelsche dame op Marken! De vorige week, 't was een zonnige mor gen, reisde 'n vriendelyke Engelsche dame naar 'teiland Marken. Ze had 'nkiek-toe- stelletje in de linker- en een Baedeker in de rechterhand. Op het eiland, by de aanlegplaats der boot, stonden 'n 10-tal kleine, frissche Mar- kerinnetjes: aardige deerntjes, met roode wangen, gekleed in 't bekende eigenaardige costuum. De vriendelyke Engelsche dame vond ze snoezig, kuste 'n paar van die kleintjes gul- hartelijk op voorhoofd en wang. De kindertjes, goed getraind, vroegen om geld, riepen zoo waar: „money, money". En de vriendelyke dame gaf centen en vierduit-stukken en aaide de kinderen en vond ze lief. Toen kwam ze op 'n schilderachtig plekje 'n paar Markers met T vrouwen waren aan 't hooien. De vriendelyke Engelsche lachte geluk kig, strooide d'r laatste enkele centen voor de „money"-roepende miniatuur-Markertjes en richtte d'r kiekstelletje, om te kieken. Maar nauwelijks hadden de hooiende Mar kers gezien, dat de vriendelyke dame kieken wilde, of ze begonnen vreemde gillen uit te stooten en namen 'n dreigende houding aan en raapten groote steenen op om de Engelsche dame te gooien. Deze, bleek van schrik, niet wetend, wat ze tegenover het Markervolk (volgens Bae deker toch zoo goedig) misdeed, liet'r camera zakken en vluchtte weg, achtervolgd door gillen en schreeuwen... Toen de boot weer vertrok, riep de Mar ker spes-patriae nog steeds om „money....! money...! De nieuwe spelling zal in het oostelijk deel der provincie Groningen op de lagere scholen worden ingevoerd. De heer J. C. Wirtz, schoolopziener in het district Winschoten, heeft eene circulai re over de Kollewijnsche spelling verzon den aan de gemeentebesturen en eveneens aan de besturen der bijzondere scholen. De heer Wirtz biedt tevens zijn voor lichting aan over de nieuwe spelling, zoo die gevraagd wordt, terwijl een gedrukte lezing over die spelling erby is gevoegd. De brandweer geschorst. Ter oorzake van onderlinge tweespalt is de vrijwillige brandweer te Amersfoort door het dagelyksch Bestuur der gemeente voor eenigen tyd geschorst, terwijl het materieel beminnen en gelukkig zy'nin smachtend verlangen strekte ik de armen uit naar 't geluk dat ik bezeten, en thans voor altijd verloren had ginds op 't kasteel klonk het feestgedruitsch en i k was verlaten verlaten Ook dht ging voorbijde brandende smart, die zich in die Meinacht nog eens had lucht gegeven, werd zachter, 't Was alsof ik een wonde plek aan mijn hart gekregen had, die by de minste aanraking pijn deed. Mijn leven vloeide stil en eentoonig verder, myn vader zat over zijne boekeu, en ik moest my met het gezelschap der oude Katrien tevredenstellen. Op 't kasteel kwam ik slechts zeldenals vrouwe v. Bendeleben my somwijlen noodig had, liet ze my ont bieden. Wat zou ik daar anders ook uit voeren Met de pastorie onderhielden wy een vriendschappelijk verkeer, de oude me vrouw Renner hield inderdaad zeer veel van my. De jonge dominee was wèl terughou dend, maar toonde zich altijd zeer hulp vaardig hy leende mij boeken, verschafte mij bloemzaden voor mijn tuintje, en onder hield zich gedurende de lange winteravon den met mijn vader. Kort na de bruiloft van Ruth werd Ber gen, als adjudant eener brigade naar M. overgeplaatst. Dat was weêr een droeve dag, toen die beide edele nienschen my vaarwel kwamen zeggen. „Komttoch spoe- als gemeente-eigendom, zoolang is terug genomen. De ongehuwde 27-jarige Rink Kamstra, uit Goënga (bij Sneek) zou even met zijn makkers na kerktijd een bad nemen inde Swette. Pas is hij te water of de jonge man verdwijnt in de diepte. Toen men hem op haalde, bleek het leven reeds geweken. Bedorven vleesch. Welke listen men bezigt om slecht vleesch in een stad in te voeren, waar een keuring is, bleek gisteren weer in Den Haag. Een schipper kwam met zyn schuit voor de losplaats van vee en vleesch aan het Zieke, om varkens te laten keuren. Terwijl eeD keurmeester daarmee bezig was, zag deze twee kisten staan op de schuit en informeerde by den schipper, voor wien die bestemd waren en van waar ze kwamen. Toen nu bleek, dat ze afkomstig waren uit Gouwesluis en de afzender den schipper onbekend was, terwijl het adres luidde „Aan een heer Van der Man, Zuid-Buiten singel 167". waar geen Van der Man woont verlangde de keurmeester dat de kisten eens geopend zouden worden. En toen bleken zij vol met vleesch te zyn, dat by verder on derzoek ongeschikt werd geacht voor de consumtie. Het vleesch bleet by den keur meester en wordt vernietigd: het adres blijft bewaard, voor 't geval mynheer Van der Man zich mocht aanmelden. Een muziekfeest door blinden. De volgende week zal te Baarn het blin- denkorps van het „Koninklijk Instistuut voor doofstommen en blinden" te Woluwe by Brussel, op verzoek van eenige ingeze tenen, een avondconcert en een raatinée komen gevenhet concert op Donderdag 6 Augustus, 's avonds om half acht, de matinee op 7 Augustus,'s namiddags 2 uur. Omti'ent de jongste door dit Blindenkorps gegeven uitvoering, Donderdag j 1. als slot der nationale feesten in de Belgische hoofd stad, wordt o.a. het volgende gemeld: „Voor hen geen lezenaars, g<.en dirigeerstok, die hen leiddealleen een leermeester, die hun mondeling aangaf de nuanceering van het stuk, den tijd waarop zy moesten invallen. Aan artisticiteit liet het concert niets te wenschen over en de uitvoering was van dien aard, dat menig goed geschoold korps het moeilyk beter, niet eens zoo goed zou doenhet succes was uitbundig. En toen zy gespeeld hadden, gingen de blinden, geleid door hun leermeester, te midden van het hoerageroep der menigte, voorzichtig de trappen van de muziektent af, tevreden, gelukkig misschien over de bijvalsbetuigingen, richtend, schijnbaar, hun doffe oogen naar de menigte, die zij niet zagen, maar wie zy toch een paar genot volle uren bezorgd hadden. 'n Aardschok? De correspondent van de „Tel," te Pur- merend schrijft: Dinsdagmorgen, kwart over zes, werd ik wakker. Hoogstens een paar minuten daarna kreeg mijn huis een geweldigen schok, en schudde myn ledikant. Dit herhaalde zich om de l1/2 h 2 seconden nog tot 3 malen, doch steeds belangrijk in kracht afnemend. Op dat oogenblik passeerde geen bijzonder zwaar voorwerp miju woning; integendeel, alles was doodstil. Wie het keurloon betaalt! De gemeenteraad van Maastricht heeft met 13 tegen 7 stemmen besloten dat de keuring van het vleesch in het stedelijk slachthuis, welke door de slagers werd be taald, voortaan ten laste der gemeente zal komen. Aanslagen in de bedrijfsbelasting zyn ge heim! Door een burgemeester uit een dorp in Noord-Brabant was zijn wetenschap van aanslagen in de bedrijfsbelasting, die hy kende door de afkondiging van het kohier, dienstbaar gemaakt aan de regeling van aanslagen in den Hoofdelyken Omslag in zyn gemeente. Door den persoon, wiens aanslag tenge volge daarvan werd verhoogd, is nu een aanklacht tegen deD burgemeester inge diend, op grond van art. 47 der wet op de bedrijfsbelasting, De betrokken burgemeester en een paar leden van den Raad zyn reeds op de aan klacht gehoord. Een fijne xoraak. De „N. Gr. Ct." gaf het volgend grappige verhaal Behanger X. is gezeten burger van Gro ningen, is eigenaar van een flinke behan gerszaak en een man, die wat men noemt flink in de klanten zit. Tot ver buiten Gro ningen zelfs wonen menschen, die hij onder zijn cliëntèle mag rekenen. En het was om dig eens weêr, ach, vergeet mij niet," smeekte ik, en deed hen uitgeleide tot voor 'tbordes van het kasteel; ik zou wel mee naar binnen zijn gegaan, indien er niet juist een fraaie équipage in de laan ver schenen ware, waarin ik Eberhardt en Ruth herkende. Zy mende de paarden. IJlings sloeg ik een zijlaan inik hoorde nog dat het rytuig stilhield, en Eberhardt zeide: „We zijn toch nog gekomenRuth heeft zich bedacht, en haar pruilhoek verlaten." Toen klonk Ruth's lach my in 'toor: nog een laatst wuiven van Hannah en ook hdar had ik verloren. Daarna brak er een morgen aan, waarop ik in vertwijfeling aan 'tbed mijns vaders stond, al luider en luider zyn naam riep en toch geen antwoord ontving, waarop zyn koude hand de mijne niet meer kon vattenhy was ingeslapen om nimmer weêr te ontwaken. Toen ik hem zyn ontbijt wilde brengen, had ik hem dood op zijn bed ge vonden. Zonder een traan te kunnen storten liet ik my wegvoeren, en wierp my naast Katrien op de knieën; de tranen der oude vrouw vielen op myn haar, en ze hield hare armen om mij heengeslagen- de oude, verlamde dienstbode was immers nog het eenige, wat ik op de wereld bezat. Ik zie nog, hoe men de onder bloemen verborgen kist naar het kerkhof droeg. 'tGeheele dorp bewees den geëerden, ouden een van die verre klanten te bedienen, dat X. dezer dagen te Haren vertoefde. Hy was er met zyn jongste knechtje. Het knechtje was in Haren gekomen, duwend de behan- gerskar, waarop groote tapijtrollen lagen, z'n baas had een trammetje genomen. Dht kan een baas doen. En nadat baas en knechtje daar in Haren hun zaakjes had den afgedaan, zouden zy den terugweg aanvaarden op dezelfde wijze als zij geko men waren. Toen wachte X. echter een teleurstelling. De tram van zessen was juist weg, wachten tot acht uur wilde hy niet, er bleef dus niets anders over dan samen naar de stad te wandelerf. De baas was echter bet loopen niet ge wend, klaagde reeds na een kwatiertje, dat het zoo warm was en zoo vèr, waarop het knechtje dat als loopjongetje uitstekend loopen had geleerd, zyn patroon uitnoodigde dan maar op de kar te gaan zitten. De baas deed het. Het was stil op den weg, wie zou hem, geacht ingezetene van Groningen, hier zien. Tot Helpman kon het best gaan. En het geschiedde aldus, dat de algemeen geachte behangerspatroon X. by den Esser- weg op zyn eigen kar klauterde en zich door zijn jongsten bediende stadwaarts liet kruien. Kalm reed het karretje langs den rijksstraatweg verder. De jongen floot en de baas floot mee. Standsverschil verdwijnt gauw op zoo'n gemeenscbappelyken tocht buiten. In Helpman, waar vroeger het tolhek gestaan heeft, wilde de baas afstappen. Maar toen gebeurde er iets, waarop hy in 't geheel niet had gerekend. Knechtje had zijn gang versneld, deed alsof hy niets hoorde, toen de baas het sein tot stilstaan gaf. Helpman door, de natte brug over, de kazerne voorbij, steeds ging het op een sukkeldrafje. De baas kreeg het benauwd, zag reeds bekenden op den weg, riep, sehreewde, dreigde tegen zijn bediende. Niets hielp. En van de in volle vaart zijnde kar springen durfde de baas niet. En steeds harder ging het voort, den Heereweg langs, waar de menschen bleven staan kijken, waar zelfs zéér deftige klan ten hun behanger met verbazing aanstaar den. De baas schaamde zich en de jongen gaf het nog maar niet op. Overhit zag hy er reeds uit, maar steeds nog liep hy door, gegangmaakt- nu door de kar, waarop zijn patroon zoo'n prettigen rijtoer maakte. De jongen toonde „ausdauer", by had een Ma rathon race kunnen winnen. Op het Viaduct werd de baas razend van angst en schaamte. Met zyn hoed achter tegen het hoofd gedrukt, de handen kramp achtig vastgehouden aan het latwerk der kar, zat de geachte, gezeten burger van Groningen daar met een gezicht alsof hij minstens het vergaan der wereld nabij duchtte. In vliegende vaart ging het de sterke helling af en verder de kanaalbrug over, rechts langs het Heereplein. Toen kwam er uitkomst. Een tram, een kar, een juffrouw en een hond kwamen tegelijk de kar in den weg, beangst voor ongelukken, liet de jongen zyn wagen stranden op een trottoirband de passagier waagde den sprong, stond op straat, nieuws gierigen kwamen aanloopen. En de baas bang zich te blameeren voor eventueel passeerende klanten, verkropte zyn woede, hield zich zelf kalm toen de jongen met een doodonschuldig gezicht informeerde: „bin je nou nait gauw thoeskomen?" Kind verkocht voor f 5. Te Turnhout (België) ontmoetten de gen darmes van Hamont een kermistroep. Zij vroegen om de papieren en kregen een trouwboekje ter inzago. Daaruit bleek, dat een klein meisje niet was ingeschreven. De kermisreiziger ver klaarde dat hy het meisje 2 jaar oud te Roermond van een onbekende voor f5 had gekocht. Een nauwkeurig onderzoek wordt inge steld. Op de werf Boele-Pot te Bolnes is heden nacht J. K. uit Rotterdam, betrapt terwijl hij bezig was een boot met ijzer te stelen. Hy is in het arrestantenlokaal opgesloten en zal naar Dordrecht worden getranspor teerd. Een droevig ongeluk had Zondag te Mal den plaats: Terwijl de ouders naar de kerk waren, was hun eenig zoontje vau lOjaaraanhot koe hoeden en had bet touw om zyn lichaam gebonden. Het anders zoo makke dier sloeg op hol en sleepte het kind een 60 pas mee over den ongelyken weg. Bewusteloos werd de jongen opgenomen en terstond genees kundige hulp ingeroepen. Zijn toestand is zeer zorgwekkend. Geld. herder de laatste eer; de menschen ween den en snikten, en ik stond nog altijd zonder tranen aan mijn venster, en keek hem na;— nu was ik vader- èn moederloos. Toen kwam de baron en wilde my weêr op 't kesteel nemen, ik sloeg zyn aanbod echter met beslistheid af, en wees hem op Katrien. Wat moest er zonder mij van haar worden? Er bestond immers nog één wezen dat behoefte aan my had, en van deze taak wilde ik geen afstand doen. Wie weet, hoe lang ik die weldoende overtuigingdat ik voor iemand onmisbaar ben, nog zal mogen bezitten „Je moogt hier niet alleen blyven, je kwynt hier weg," zei de baron. „Ik eer je gehechtheid, maar je moet minstens eenige keeren per week op bepaalde dagen by ons komen. Je gaat hier in je stille smart ten gronde; je ziet er meer dood dan levend uit." „Laat my" antwoordde ik. „Ik blijf u altijd dankbaar thans niet, misschien later, ik kan immers niet EeDigen tyd lieten ze mij inderdaad met ruBt, doch toen kwam de baron weêr. „Nu ga je in elk geval vandaag met mij meê," zeide hy. „ik kan het niet verantwoorden, dat ik mij zoo weinig om je bekommer; ik ben thans je voogd, en gebied het." Tegen wil en dank liet ik mij meênemen. Dien avond zat ik geduldig naast vrouwe Duur bollenland. Te Noordwyk is dezer dagen een tuin verkocht, löOORynlandsche roede groot, voor dertig duizend vijfhonderd gulden. In 1881 kocht de verkooper dit stuk grond voor achttien duizend gulden en ieder een sprak van het gepeperde stuk grond. Er worden bloembollen op gekweekt. Dure zitting. De schorsing der zitting van de Staten van Zuid-Holland, tot Dinsdag, omdat de vorige Woensdagavond een lid ontbrak aan het getal, vereischt om te mo gen beraadslagen of stemmen, kost aan de provinciale kas pl.m. f 1000 aan reis- ver blijfkosten enz. voor het houden dezer ver gadering. Het Statenlid, dat de stemming, die de onvoltalligheid aan het licht bracht, had aanbod gedaan, die kosten in de provinciale kas terug te storten, maar van die royale aanbieding is geen gebruik gemaakt. Afdreiging! Zondag arriveerden te Breda drie perso nen, van wie de een opgaf portier te zyn aan een groot hotel in Den Haag, nummer twee lid van een detectivebureau en nuni mer drie bylooper. Deze drie heerschappen hebben zich Dins dag vertoond bij de echtgenoote van een zeeofficier, wonende te Ginneken. Zy hebben deze dame gedreigd met openbaarmaking van zaken, welke zy omtrent den zeevaren de beweerden te weten, of zy moesten geld hebben. De heer Doorman, gepensioneerd commis saris van politie van Zaandam, die tegen woordig ook in Ginneken woont, heeft zich met de zaak bemoeid en een onderhoud met de drie bezoekers gehad. Daarop is aangifte gevolgd by de marechaussee. Deze hebben het drietal gezocht en door inlich tingen van den agent van politie Van Rijs wijk hen gevonden in het Oranje-Hotel. Daar zijn zy gearresteerd en overgebracht naar den politiepost aan het station, waar een voorloopig verhoor is afgenomen. Het drietal is vervolgens overgebracht naar de marechaussee kazerne, waar een der drie is losgelaten; de andere twee blyven voorloopig zitten. Een Nederlandsch grondwerker, K. ge naamd, heeft te Bochum (Westfalen) zyn 18-jarige vrouw doodgeschoten. Hy is voort vluchtig. Een 16-jarige jongen, T. genaamd, ging te Arnhem in den Ryn zwemmen, tegen over de remise van de stoomtram. Hy ge raakte in de diepte en zonk. Zyn makkers, die hem niet konden redden, haalden hulp, doch te laat. Een half uur later is zyn ly'k opgehaald. Nederland en Venezuela. Men meldt uit Nieuwediep Het pantserschip Heemskerck vertrekt 11 Augustus naar West-Indië onder bevel van den kapitein ter zee Snethlage. Gemeene kwajongenstreek Op de Garenkokerskade te Haarlem liep een jongen met een hengel, waaraan een vischje bengelde. Daar zag hy een kat en dacht: ik zal je eens tracteeren en poes, belust op een lek ker hapje, had het vischje spoedig veror berd, doch tevens ook den haak, waaraan het bevestigd was. Nu hing in plaats van het vischje de kat aan den haak Het arme dier ging danig te keer en de jongen, verschrikt over z'n wreede daad, liet den hengel los en zette 't op een loopen. De kat heeft haar gulzigheid met den dood moeten boeten. Plaatselijk Nieuws. MIDDELHAILMS. Dinsdag namiddag ge raakte het SV2 Jarig zoontje van Kr. Schel- lius aan den Oostdyk in een onbewaakt oogenblik in de sloot achter de woning. Kort daarna werd het er levenloos uit ge haald, de te hulp geroepen geneesheer kon slechts den dood constateeren. Vrijdagmorgen werden de gemeente- fairbanken van wege de suikerfabrikanten- bond door den heer J. Molenschot na gezien en in goeden staat bevonden. De heer L. Buurveld is by inschy ving aannemer geworden van de te verrichten werkzaamheden aan het raadhuis alhier voor de som van f 2741. A.s. Maandagavond zal ter gelegenheid der verjaardag .van H. M. de Koningin moeder, de muziekvereeniging „Appollo" van Nieuwe Tonge alhier een concert geven in de muziektent, v. Bendeleben, en liet my vertellen van Hannah, en dat Ruth een flinken zoon had. Voorloopig bestond er nog een geschil wegens de voornamen Ruth wilde, dat hy Stanislaus zou heeten, en Eberhardt had gezegd, dat hy den dominee wel schriftelijk den naam zou opgeven. De baron bepaalde de dagen, waarop ik op het kasteel moest verschijnen. „Ik zal mij overtuigen, Gretha," voegde hy er bij, „of je verontschuldiging, als je niet komt gegrond is. Je moogt je niet zoo aan je smart overgeven, daar ben je nog veel te jong voor, 'tgeheele leven ligt nog voor je." 'tGeheele leven! Ik schrok er werkelijk van en dat zóó moeten doorworstelen Ontzettende gedachte! Lag ik toch maar- ginds naast mijne ouders't G6heele leven hoe lang is wel zoo'n menschenleven „Onze levensdagen zijn zeventig jaren" en ik was juist pas twintig geworden. Maar God is barmhartig, dacht ik, 't kan immers niet zoo lang duren! Ik was gehoorzaam, kwam stipt op 't kasteel, speelde schaak met den baron en las de courant voor, en by dag zat ik thuis, verpleegde mijn oude Katrien en bestierde myn klein huishoudenik deed alles, doch zonder vreugde, met gestorven hart. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1908 | | pagina 2