ZUID-HOLLANDSCEI 11 ZEEUWSCHE EILANDEN. NIEUWS- EI ADVERTENTIEBLAD. ieT uwerij ilR, 111, i>N 104-6 Bich(er- erende tetaling. irii is. iLS. -oekeu •ten, Pr ijs- ld van Keurig ONZE EILANDEN voor de Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,51) Afzonderlijke nummers- 0,05 No. 36 Zaterdag 1 Augustus 1908 15E Jaargang Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per advertentiën van i5 regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,10 Groote letters naar plaatsruimte. De Volksziekte. (Slot.) Het is niet te verwonderen, dat de zorg der onvermoeide bestrijders van de tuberculose zich vooral richte op de kinderen, die het eerst blootstonden voor de aanvallen van den gevreesde» vijand. Wie onze vorige artikelen heeft gelezen, begrijpt, dat die slachtoffers het meest gevonden worden, waar slechte voeding, slechte woningen en vaak onreinheid de bondgenooten zijn van de verrader lijke ziekten. Sinds '1905 verrichten de vacantiekoloniën voor de kinderen uit de volksklassen haar zegenrijk werk. Haar doel is door goedvoedsel, fris- sche lucht en zindelijke omgeving de kleinen meer weerstandsvermogen te verschaffen. Op velerlei wijs tracht men dit te bereiken. Soms worden kinderen uitbesteed in gezinnen op het platteland. Men brengt ze de bosschen in of laat ze verblijven aan ons schoon Noordzeestrand. Daar voor worden tehuizen gehuurd of zoo als te Egmond voor rekening een er ver- eeniging gebouwd. In enkele groote ste den van ons land heeft men stadsvacan- tiekolonies. Daaronder verstaat men de verpleging der kinderen op een buiten plaats nabij de stad, terwijl ze'snachts in hun eigen huis zijn. Of die koloniën innerdaad helpen? Men heeft de kleinen maar te zien voor en na hun verblijf om overtuigd te worden van het groote nut dier instel lingen. De ingevallen wangen zijn reeds na een verblijf van een viertal weken in een paar frissche koon en herschapen Het fletse kleurtje maakt plaats voor een gezonden blos. Hel. gewicht neemt flink toe. En het blijft niet bij deze voor- deelen. In de kolonie leert het kind orde, tucht en zindelijkheid kennen. De om gang met beschaafde en ontwikkelde verzorgers en verzorgsters, die met on eindige vriendelijkheid en geduld de kleinen leiden, laat niet na een welda- digen invloed te oefenen op het kinder gemoed. In het huisgezin teruggekeerd wordt de kleine vaak de aanleiding, dat zindelijkheid en orde in den huiselijken kring toenemen. Vaak is zoo'n ziekelijke kleine ver wend en daardoor eigenzinnig en onver draagzaam. In de vacantiekolonië leert de patient zich schikken naar andrer wil. Voort durend worden gehoorzaamheid, beleefd heid en inschikkelijkheid als even zoo vele deugden bij hem aangekweekt. Waarlijk geen wonder, dat de ouders bij FEUILLETON. Uit het leven mijner oude vriendin. XIV. Hoewel ze mij zeer treurig aankeek, sprak ze geen woord over Eberhardt. Ik kon het toch nog niet vatten dat hij mij verstooten had, dat ik zyn stem nooit weer zou hooren, dat wij voor eeuwig gescheiden waren Haastig wees ik haar af, toen Hannah my in 't park wilde brengen, waar elk plekje iny aan hem herinnerde. „Laatmyalleen," zei ik, „zóó sterk ben ik nog niet Toen bracht ze my naar huis, en zat ik weer in myn eenzaamheid, en de klok tikte evenals vroeger, de kinderen vermaakten zich met hunne gewone spelen voor onze huisdeur, en Katrien's oogen keeken my aan, als wilden ze zeggen„Arm ongelukkig kindEn des avonds, als ik te bed ging, kwamen de gedachten, dan kwam de her innering, en myn arm hart vroeg altyd weer opnieuw: „Wat hebt gij toch misdreven, dat ge zóó rampzalig worden moest? Ik wist toen immers nog niet, waarom de thuiskomst zich blijde verbazen over de verandering ten goede naar lichaam en geest van hun lieveling. De steun aan die instellingen verleend is een gave voor het algemeen belang. Daarom vermelden we hier, dat de heer Bos te Egmond aan zee en jonkvrouwe Van Panthaleon van Eek, Bezuidenhout 53in den Haag gaarne giften voor dit doel in ontvangst nemen. Wijden wij ten slotte een woord aan den arbeid der Rotterdamsche "Vereeni ging tot bestrijding der Tuberculose. In de Rottestad heeft zij een consultatie bureau gevestigd, waar dagelijks spreek uren worden gehouden voor tuberculose lijders. In 1907 melden zich tot onder zoek 547 personen aan. Van af 't bestaan van het bureau bedraagt dit aantal '1906. De geneesheeren van het bureau onder zoeken iemand, die zich aanmeld nauw keurig. Blijkt het, dat hij aan tubercu lose lijdt, dan wordt hem niet alleen een doelmatige levenswijze voorgeschre ven, doch zoo noodig hulp verstrekt. Zoo werden aan 293 personen 20000 flesschen melk verstrekt en verder lig stoelen, ledikanten, dekens enbeddegoed, eieren, vleesch, havermout enz. Tien patiënten werden naar een Sanatorium gezonden eD 13 kinderen naar de Sophia- stichting. 80 patiënten werden verpleegd in de lighallen. Dat zijn eenvoudige gebouwtjes, die zoo geplaatst kunnen worden, dat de patiënten tegen tocht en ruwen wind zijn beveiligd. In die lighal houdt de patient des daags verblijf. Voor 't nachtverblijf zijn in de nabijheid der lighal bij particu lieren beschikbaar en voor dit doel doel matig ingericht. Daardoor is een behoor lijke en noodzakelijke Controle der pa- tienten mogelijk, wat niet zoo zou zijn, als men den patient 's avonds naar huis liet gaan. In het voorjaar van 1908 heett de vereeniging, daartoe in staat gesteld door een waarlijk vorstelijke gift van den beer A. S. v. d. Bergh, firmant van de bekende VitelJofabrikanten, te Katwijk aan Zee een prachtig zeehospitum kunnen bou wen. Het doel er van Gezondheid, levenslust en werkkracht te .schenken aan tal van mannen en vrouwen, die als kind slachtoffer dreigden te worden vanj de tuberculose. Voor haar zegenrijken arbeidt ontvangt deze Vereeniging t 4500 van 't Rijk, f 1000 van de provincie Zuid-Holland en f 4000 van de gemeente Rotterdam. Spijt deze subsidieën slaat de vereeni ging voor een tekort. Wonder is dat niet. De uitgaven voor het werk der barmhar hij zich van mij had afgewend, en dacht alleen, dat men mij belasterd had. Eerst veel later vernam ik de ware reden, en dat was gelukkig, want die zou my krank zinnig hebben gemaakt. Bergen was destijds gekomen om my alles te zeggen, maar mijn namelooze smart benam hem den moed, mij ook dat vernederend bericht te brengen. Hy zei mij slechts, dat ik zyne liefde verloren had, en dat was genoeg, om myn levenslust voor altijd te vernietigen Sedert waren er dagen en weken voor bijgegaan; .mijn vader was teruggekeerd. Wel had hij zich nauwelijks wegens mijn verandeid uitzicht en stille treurigheid verwonderd, maar des te meer verheugde 'them, mij au ia zyn woning te hebben, en in de schemeravonden verhaalde hy zeer veel schoons van zyne reizen. Mevrouw Renner kwam ons dan dikwijls gezelschap houden, en ook Katrien in haar leunstoel luisterde aandachtig, als hij van Rome sprak met zijn reusachtige St. Pieterskerk, van 't Vaticaan met zyne kunstschatten, of wanneer hy van Napels verhaalde: dat' aardsch Paradijs, datzoo wonderschoon moet zijn, met zijn blauwe zee en vuurspuwende bergen, den heerlijken, helderblauwen hemel, zooals men dien elders nooit aanschouwt. tigheid zijn zoovele, de [nood bij al die tuberculoselijders meestal zoo dringend. Waarlijk, wie aan den penningmeester dezer Vereeniging, den heer v. d. Bergh. voornoemd, zijn gave doet toekomen, helpt mede om den strijd tegen de ver schrikkelijke tuberculose met kracht te strijden. Mogen velen zich daartoe opgewekt Buitenlaudsch Overzicht De moeilijkheden, die ons land heeft met den despoot van Venezuela, vormen na tuurlijk het onderwerp van den dag. Het schijnt, dat de Nederlandsche minister-resi dent, de heer de Reus, niet erg diploma tiek heeft gehandeld door een stuk te schrij ven in een Amsterdamsch blad, waarin hij een weinig vleiend oordeel over Ve nezuela uitspreekt. Voor Sinjeur Castro is dat een voorwendsel geweest om den re sident uit te wijzen. De regeering ziet ech ter in dat dit smoesje niets wegneemt van de willekeurige handelingen van dien Cas tro, die den handel van Curasao geheel heeft stopgezet en de kolonie aan den hon gersnood prijs geeft. Het is inderdaad onbe grijpelijk hoe die Sinjeur zoo maar straffeloos zyn gang kan gaan. Elke maatschappij die in dat land is gevestigd, heeft hy het zaken doen belet, haar concessies willekeurig ont nomen, haar bezittingen vermeesterd. Zoo is het gegaan met de Asfaltcompagnie, de spoorwegmaatschappijen enz. Om protesten bekommert de man zich in het geheel niet. Van de Amerikaansche kanonneerboot „Facoma" liet hy de postzakken openen. De Amerikaansche gezant protesteerde uit drukkelijk. De Venezolaansche regeerings- pers schreef daarop brutale artikelen en liet zich zelfs zeer schampen over president Roosevelt uit. Maar 't bleef bij geprotesteer en de Unie liet den despoot met rust. Geen wonder dat hy hoe langer hoe overmoedi ger wordt. Zyn laatste daad is de ergste van alles. De zoogenaamde kustmatrozen, die de verschillende Stoombooten in Cura sao of andere Westindische eilanden aan boord nemen om de krachten dereigenbe manning te sparen, mogen niet meer in Venezuela komen of hij laartoe het recht heeft, daar vraagt de man niet naar. Hij heeft den maatregel genomen en een straf van eenige duizenden bolivars op over treding gesteld. Hoe de toestanden in het land zijn, blijkt uit de schandalige berichten uit de havenplaats la Guaira. In die plaats heerscht de pest, die zich voortdurend uit breidt. De slachtoffers kunnen geen dokter bekomen en sterven binnen '24 uurEen gezin waar pest voorkomt, wordt in het melaatschen-gebouw gestopt. De ratten, de gevaarlijke overbrengers der pest, loopen er vrij rond. Vaak, zoo schrijft een corres pondent, zageD we in de koffiehuizen dikke Soms voegde zich, na eerst verlof te laten vragen ook dominee Renner by ons. Dan hielden de beide geleerden zich op eene, voor ons bevattelijke wyze, met theologische vraagstukken bezig. Mijn vader had niet het minste vermoeden omtrent hetgeen ik tijdens zijne afwezigheid geleden en doorleefd had. Katrien had even trouw als ik, het stilzwijgen bewaard; waarom ook zou de oude man een leed met ons dragen, dat hij toch niet lenigen kon En de tijd kroop voortin onze stille woning in 't kleine dorpje merkte men bijna zyn voortgang niet, en toch verliep de winter. De lente kwam, en Hannah was als een beeld van geluk, met een zaligen lach haar dochtertje op den arm dragend, my'u kamer binnengetreden, 't Lief aanvallig schepseltje met de zachte, blauwe oogen der moeder, had my vriendelijk toegelachen, en we hadden menig gelukkig uurtje met elkander gesleten. Sedert de schoone slang Eberhardt's bruid geworden was, had ik slechts zelden het kasteel bezocht, en dan altijd wanneer ik zeker was, hèm er niet te zullen aantreffen. Hy was, na gedurende eenigen tijd naar Potsdam te zijn overgeplaatst, naar G. te ruggekeerd, eD wilde nu zyn jonge vrouw daarheen halen. Hannah sprak zeer weinig daarvan tot mijalleen deelde ze my zij delings mede, dat zij op de bruiloft zou ratten als kleine jonge honden rondtippelen. Geen der bezoekers scheen er erg verwon derd over te zyn! Wy hebben,"zoo schrijft hy, nog nooit een slok drinkwater in Venezuela durven gebruiken Aan de kust bij de stad staat het Melaat schenhuis. Enkele jaren geleden zijn de melaatschen uitgebroken. Er was geen geld voor voeding, noch voor wasch en al die nog loopen konden trokken 's nachts naar la Guaira on de omliggende plaatjes. Met de menschen in het hospitaal gaat het evenzoo. Koortslijders worden eenvoudig ontslagen, als ze nog niet genezen zyn, wijl er geen geld is voor hun onderhoud. Dikwijls ook vertrap pen de doktoren het om daarheen te gaan. Alles mankeert er of alles wordt gestolen Dat alles is het gevolg van de onzinnige alleen-heerschappij van dien meneer Castro Zyn verregaande brutaliteit komt goed deels wel voort uit de wetenschap, dat hij niet gemakkelijk te pakken is. Venezuela is groot en door haar ligging zeer sterk. Een strijd met een landingsleger is door de enorme bezwaren van voeding en transport voor een krachtige mogendheid vrijwel een onmogelijkheid. Het eenige middel zal wel zyn een afdoende blokkade der havens. Het staat er wel naar, dat het van Hollandschen kant daartoe zal komen. Het is dan maar te hopen dat een fiink 6skader dat werkje opknapt. Een dertigtal jaren geleden hebben we een dergelijk geschil met Venezuela ge had als de hangende kwestie. Toen is ons land heel weinig eervol uit de kwestie ge komen. Het is te verwachten, dat men dit maal afdoende zal optredenen. We hebben altijd nog wel een achttal bruikbare schepen beschikbaar, die meneer Castro eens aan het verstand kunnen bren gen, dat hij onze koioniön maar niet straffe- loos tot den ondergang kan doemen. In Turkije schijnt de beweging der Jong- Turken uit te werken, dat meneer de sultan tot een aantal hervormingen zal overgaan. Er wordt gemeld, dat'de grondwet, die in 1876 reeds werd ingesteld, doch al spoedig weer buiten werking werd gesteld, weer van kracht zal worden. Deze wet beperkt de alleenheerschappij van den Sultan doordat aan het volk deelneming aan den wetge venden arbeid wordt verzekerd. Vrijheid van drukpers wordt verzekerd. De vertegenwoor diging zal het recht hebben de regeering te interpelleeren en over de begrooting te beraadslagen. Dat lijkt haast te mooi om te geloovenDe Jong-Turken zullen zich waarschijnlijk door de mooie beloften niet zoo gemakkelijk laten bedotten. Achmed Riza, een der krachtigste leiders der bewe ging zeide tot een verslaggever van 't Ber liner Tageblatt ,De grondslag van onze hervormings plannen is de eenheid en onschenhaarheid van ons land. Wy willen behoud yan de dynastie, gelijkheid voor de wet, onafhanke lijkheid der rechters, gewetensvrijheid en deelneming van de volksvertegenwoordiging komen. Tegen wil en dank vernam ik van mevrouw Renner, die gaarne over de aan staande gebeurtenis scheen uit te weiden, dat de trouw-plechtigheid in de kerk zou plaats hebben, en wel des avonds zeven uur, dat het kleine bedehuis met groen en bloemen versierd, en met tal van kaarsen verlicht zou worden. „En op 't kasteel moet het óók zoo prachtig zijn," verhaalde zij verder. „De gasten komen van wyd en zyd,dan krijgt men weer eens iets te zien. U gaat toch zeker ook kijken, juffrouw Gretha, of zyt ge op de bruiloft?" Neen, men had my niet uitgenoodigd. Ik was immers nooit Ruth's vriendin ge weest, en ook Hannah en Bergen zullen 't wel hebben afgeraden de baron zal mis schien de eenige geweest zyn, die er aan gedacht kon hebbenhij scheen echter in den laatsten tijd niet meer zoo vriendelijk jegens mii te zyn als voorheen, en had zelfs eens op „domme streken" en „ondankbaar heid" gezinspeeld, omdat ik zoo zelden meer op 't kasteel kwam,— Ach, ondank baar was ik zeker niet! De huwelijksdag. zyn huwelijksdag brak aan. Met gouden stralen bescheen de zon de in lentetooi prijkende aarde, en de appel- boomen waren meer dan ooit met rosige bloesems beladen't geheeie dorp was in aan de wetgeving en vooral aan de vast stelling van de begrooting, strenge hand having der wetten, eerbied voor verdragen, bevordering van de aaneensluiting der nationaliteiten, in het ryk, verantwoorde lijkheid van liet ministerie aan het volk." Van de inmenging der groote mogend heden moet deze leider niets hebben, die is niets dan schadelijk geweest voor Turkije. Nu daarin heeft hy schoon gelijk. Uit andere berichten blijkt wel, dat de Jong-Turken de mooie beloften van den Sultan maar half vertrouwen. Zy gelooven, dat hy de maat regelen slechts genomen heeft om derevo lutie te bezweren. Als dat geschied is, zal de Sultan wel middelen vinden om de grond wet weer krachteloos te maken. Maar zy zullen niet rusten, voor de nieuwe consti tutie in werking is. Zij zullen de wapenen gereed houden, totdat een geheel vrije ver kiezing een parlement heeft tot stand ge bracht. Het Engelsche Lagerhuis heeft in derde lezing het ontwerp tot staatspensioneering aangenomen. In hetHoogerhuis, het bolwerk der grootkapitalisten, was tegen de wet nog al wat oppositie, 't Kostte te veel, was het argument van de rijke heeren. Een er van, een zekere lord Cromar, had in het Hoo- gerhuis gezegd, dat een oorlog in de naaste toekomst zeer waarschijnlijk was en dus voor 't ouderdomspensioen niet zooveel geid mocht worden uitgegeven, Minister Lloyd George stelde de vrees van den lord op vermakelijke wijze aan de kaak. Hy her innerde zich den tyd niet, dat de inter nationale toestand niet „ernstig" werd ge noemd Nu dreigde een gevaar van nabij, dus niet in de verte; was er nog slechts vijf jaar geleden geen sprake zelfs geweest van een mogelijken oorlog met Frankrijk? En wie denkt nu nog aan zoo'n moge lijkheid? Het is inderdaad te dwaas maar altijd weer van een dreigenden oorlog te spreken. En gevaariyk ook, want aan het einde zouden de natiën er toe komen om dien voortdurenden angst in een daad om te zetten en er op los te gaan vechten. Wat konden al die reusachtige geldbe dragen, die nu besteed worden aan militaire uitrusting, niet veel beter besteed worden aan verbetering van den toestand van het eigen volk. Ware het niet veel beter tot een gemeenschappelijke overeenkomst te geraken en de 400 millioen voor militaire doeleiden niet uit te geven? Als men, zoo zei de minister, met de in voering van sociale hervormingen wilde wachten tot er geen ophitsende artikelen door dwaze menschen in bladen werden geschreven, zou men wel alle hoop op verwe zenlijking voor goed kunnen opgeven Er was absoluut geen reden, zoo besloot h\i om te meenen dat Engeland met zijn ouderdomspensioneering zijn ffnancieële draagkracht te boven zou gaan. Evenmin was er sprake van dat Engeland zyn zes feestelijke stemmingde vrouwen stonden voor de deuren en spraken over de schoone bruid, en de kinderen bewonderden de eere poort, die men bij den ingang van 't kleine kerkplein had opgericht; ik hoorde het ver wijderd geratel der rijtuigen, die de vele gasten aanbrachten. Hannah kwam my nog even bezoeken, en omhelsde mij met tranen in de oogen; ik wist, dat zy deel nam in mijn lijden. Kalm vervulde ik mijne huise lijke plichten, terwy'l Katrien my V3n tyd tot tyd zacht de waDgen streelde. Toen het donker werd, begon de kerkklok te luiden, en verkondigde mij, dat hij nu weldra voor het altaar zou treden. Een vurig verlangen om hem nog éénmaal te zien, overmeesterde mij. Ik sloeg mijn sjaal over 't hoofd, en schuw achter de menigte die voor den hoofdingang stond, omgaande, sloop ik door een zijdeurtje in de kerk. Het schitterend licht verblindde mij, en angstig dook ik in den donkersten hoek ineen, achter de oude houten pilaren, die het koor en 't orgel schragen, en die nu met geurig groen, omwonden waren. Een schitterende stoet schaarde zich om 't kleine altaar, de bloemenpracht ver vulde het kerkgebouw met schier bedwel mende geuren. Hannah's liefelijk aangezicht straalde mij gelijk een vriendelijke ster tusschen deze bonte menigte tegen. Vrouwe v. Bendeleben keek zoekend het gebouw

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1908 | | pagina 1