2 ONZE EILANDEN van 25 JULI 1908. deugden, is het land van moord en bedrog niettemin een welkome bondgenoot, als de staatkunde dit wenschelijk maakt. Hoe is 'took weer: Mundis vulgis enz. het oude liedje van honderden jaren herl Het walgelijk proces-Eulenburg is ver daagd wegens ernstige ongesteldheid van den beklaagde. De doktoren verklaarden beslist, dat Eulenburg elk oogenblik door de opwinding dood kon blijven en uitstel be slist noodzakelijk was. Het gerechtshof ver- eenigde zich met deze zienswijze. Vele Duitsche bladen betreuren deze beslissing omdat het heele vieze zaakje nu opnieuw aan de orde zal komen. Eigenaardig is het dat de voornaamste beschuldiger, de thans wereldbekende Harden, van den beginne al' aan heeft voorspeld, dat Eulenburg op het oogenblik dat het vuur hem na aan de schenen werd gelegd, zich zou weten te ont trekken aan verdere vervolging. Hoe 't ook uitvalt, zoo verklaarde Harden aan een persman, ik heb mijn plicht gedaan. Bis marck had reeds gewenscht, dat een cam pagne zou begonnen worden tegen deLieben- bergers (de Eulenburgkliek), Hij is nu 10 jaar dood. Hij is gewroken, niet door my, zwakke schrijver, maar door de evolutie, onvermijdelijk geworden door de onvoor zichtigheid van hen, die hem langs slinksche wegen het vertrouwen van zjjn keizer had den ontstolen." Zou bij keizer Wilhelm bij de treurige gebeurtenissen welke zooveel opschudding hebben verwekt, niet meerma len de wensch zijn opgekomen dat de krachtige vuist van Bismarck nog mocht regeeren in plaats van den fluweelen greep van een von Bulow? Bismarck zou de rotte plek wel eer en krachtiger hebben uitgesneden Binnenland. Een spookhuis In een huis op den Binnen-Amstel te Am sterdam, waar men gemeubileerde kamers verhuurt, had sedert een tweetal dagen iemand, uit Australië afkomstig, zyn intrek genomen. Gisternacht, kort nadat allen zich ter ruste hadden begeven, werden de bewoners gewekt, door het inslaan van ruiten en het gerinkel van glas, vergezeld van moord-en brandgeroep. In allerijl kwamen de talrijke bewoners naar beneden stormen en zagen hoe de Braziliaan uit alle macht bezig was de ven sters aan de straatzijde in te slaan. Een 8-tal politie-agenten waren intusschen op het lawaai en hulpgeroep toegesneld en het gelukte den dienaren van de heilige Hermandad, bijgestaan door hospita en kost gangers den aan armen en handen hevig bloedenden Braziliaan tot bedaring te bren gen. Volgens diens verhaal had hij, kort nadat hy zich ter ruste had begeven, de kruk van de slaapkamerdeur zien omkraaien. Hierop zou men de deur eenige malen zoo hevig geforceerd hebben, dat een groote spiegel welke aan den wand hing, voorover op den grond in gruizelementen is geslagen. Inderdaad lag de spiegel dan ook in dui zend 3tukken op den vloer. Op dat oogenblik was de bewoner klaar wakker geworden, zijn bed uitgesprongen en had door het inslaan der ruiten alarm gemaakt. De drie agenten, door de bewoners ge ëscorteerd, ondernamen onmiddelijk een tocht door het geheele huis, doorzochten alle hoekjes en gaatjes echter zondereenig resultaat, de dieven waren indien zij er ooit zijn geweest gevlogen. De man, die een aanzienlijke som gelds bij zich had, wei gerde zelfs nog één nacht in het „spook huis" te vertoeven en zocht dan ook een ander heenkomen. In Wemeldinge was een vacature aan een school met 3 leerkrachten, w.o. een onderwijzeres. De onderwijzer vertrok en na herhaalde oproeping kon een voordracht worden opgemaakt, een voordracht van vier: twee onderwijzers en twee onderwijzeres sen, w.o. één gehuwde. De gemeenteraad is overwegend antirevolutionair en benoem de de gehuwde onderwijzeres. Uit de dierenwereld. Als een bijzonderheid wordt uit Sneek gemeld, dat een in vrijheid levende musch, een wijfje, zoo tam is ge worden, dat zij op geroep der dochter van den heer K. van der Veen aldaar komt aanvliegen en voedsel uit haar hand pikt, zoowel op het erf als in huis. Zelfs vliegt zij als de deur der keuken openstaat naar de kast, zeker om te kennen te geven, dat zij trek heeft naar een hapje, wat haar den luitenant gebracht had! ,,Moogt gij nu kalmer worden, Gretha," zeide hij een treu- rigen blik op mijn lijdend wezen werpend. „Beangstig u niet meer; God bestiert alles ten beste, al is Zyn doen voor ons ook menigmaal onbegrijpelijk. Gij schijnt thans veel verdriet te hebben," vervolgde hij, toen hij zag dat groote tranen mij langs de vermagerde wangen rolden. „Gij wilt uw leed geheel voor u zei ve dragen,—mocht het u echter eens t e zwaar worden Gretha, hierover in de nederige pastorie zultge ten allen tijde een paar harten vinden, die u zielsgaarne met raad en daad willen ter zijde staan Na mij nogmaals de hand gereikt te hebben, verwijderde hy zich. Ik had hem zelfs niet bedankt, en toch heb ik van af dat uur, geen trouwer vriend op aarde be zeten.— Ik was wat rustiger geworden, en begon weer moed te scheppenals hij las wat ik hem geschreven had, moest hy immers overtuigd zyn, dan moest alles toch weer goed wordenEn evenals in de ontwakende natuur, zoo kondigde zich ook in raiin arm gefolterd hart een nieuwe lente aan, en als om haar mijn eerste dank offer te wijden, vlocht ik mijn weinige bloemen tot een krans, en bracht die op het graf mijner moeder. Zeer lang zat ik op den kleinen -grafheuvel, met mijn arm om het eenvoudig maimeren kruis geslagen, thans, nu zy jongen heeft te verzorgen, zeker dubbel welkom is. Het diertje werd in den afgeloopen winter met vele andere rausschen dagelijks door haar gevoederd en schijnt daardoor zijn schuwheid voor den mensch te hebben afgelegd. Ook als er vreemden bij zijn, vliegt het op haar hand. Te Linschoten is een kindje van nog geen jaar oud, tijdens de afwezigheid der moeder, uit de wieg gevallen en met het hoofdje tusschen de sporten van een stoel bekneld geraakt. Toen de moeder terug kwam, vond zij haar lieveling in zoo deer- niswaardigen toestand, dat geneeskundige hulp helaas niet meer kon baten. Typhus dooimelk. Door de gezondheids commissie te Utrecht zyn in overleg met Burgemeester en Wethouders 20000 circu laires verspreidt, waarin wordt gewezen op een aantal gevallen van typhus die te Utrecht voorkomen, ontstaan door het drin ken van ongekookte melk en waarin dringend wordt aangeraden om geen melkte gebruiken dan na ze vijf minuten te hebben laten doorkoken. Door koken van de melk worden typ- husbacillen zeker gedood. Dit koken is ook zeer nuttig met het oog op andere ziekten, zooals tuberculose, mond en klauwzeer. Zakkenrollers op de Utrechtsche kermis! Ter gelegenheid van de Utrechtsche ker mis schijnt in die stad een bekwame zak kenrollersbende zich op te houden. Maandagavond werd op het Vreeburg een heer gewaar, dat men bezig was zijn zakken te doorzoeken. Hy greep onmiddellijk naar den achterzak van zyn broek, terwyl hy zich omdraaide en gewaar werd, dat twee personen zich haastig verwijderden. De politie werd van het geval in kennis gesteld en ging op onderzoek uit. Vrij spoedig had men het tweetal dat vreemdelingen bleken te zijn, te pakken. Op hen werd een groot bedrag aan geld gevonden. Uit het verder ingesteld onderzoek bleek, dat men hier te doen had met een inter nationale bende van zakkenrollers, die op zeer sluwe wijze te werk gingen, en ver moedelijk naar hier zyn gekomen, om tij dens de kermis 'n goeden slag te slaan. Beiden werden gearresteerd en naar het bureau aan de Ganzenmarkt overgebracht. Men vond daar bij de fouilleering op hen verschillende klein opgevouwen bankbiljet ten, waaronder ook één van f 25. Toevallig was juiat Zondagavond aangifte gedaan, dat een biljet van deze waarde van een heer, die de kermis bezocht, gerold was. Zelfmoord-neiging in dronkenschap. Een vrouw, die Zondagavond, onder den invloed van sterken drank verkeerde, wilde zich in de Lauriersgracht te Amsterdam verdrin ken. Door voorbijgangers werd echter ver hinderd dat zy zich te water begaf, waar na twee politiemannen haar in verzekerde bewaring stelden. Toen zij was uitgeslapen waren hare zelfmoordplannen eveneens ver dwenen. Een zonderlinge vondst. Te Assen heeft men naar de „Asser Crt," vertelt, bij het graven in een stuk land, 30 cM.onderden grond een kip, zittende op 20 eieren, gevon den. Vermoedelijk zijn bij het uitbaggeren van een sloot, die jaren geleden door het land heeft geloopen of bij het opbrengen van nieuwen grond, langen tyd geleden kip en eieren te gelijk bedolven. Boerenbedrog. Het „Dagblad v. Noord Brabant" verhaalt het volgende: In het stadje X. vertoonde zich onlangs op een aldaar opgerichte tribune een gelukzoeker, die de volksmenigte aldus toesprak 1 „Mijne ouders waren uit deze stad ik zelf ben ook hier geboren en heb vele jaren in vreemde landen doorgebracht, er steeds op peinzende, hoe ik eenmaal mijn liefde voor mijn geboorteplaats 't best aan den dag zou kunnen leggen. Toen is my ingevallen, dat het beste wat ik doen kon, zijn zou, iederen inboorling van deze ge meente 5 dubbeltjes te schenken. Dit zal mij veel, ja, zeer veel kosten, en daarom hoop ik, dat niemand van myn edelmoedig gebruik zal maken, die hier niet geboren en woonachtig is." De menigte drong met groote oogen en open mond dichterbij. Aller blikken waren op den groenen zak gericht, die over den arm van den edelmoedigen gever hing, die aldus vervolgde: Ik weet het, gij zyt zoo begeerig niet om mijn edelmoedigheid enkel naar die paar dubbeltjes te schatten. De vreugde die in uw aller oogen schittert, geld de ellendige som niet, die heden in uw hand en morgen zond een stil smeekgebed ten hemel voor myne liefde, en met nieuwe hoop en be moediging in 't hart, keerde ik naar huis terug. Ik kon aan niets anders denken, dan aan het antwoord dat ik verwachtte, of wie weetMisschien kwam hij zelve well O, hoe hartelijk zou ik hem dan ontvangen I geen woord van verwijt zou over mijne lippen komen I Onrustig liep ik van de eene kamer in de andere, en vond overal wat te regelen en te schikken, hij zou toch kunnen komen! „Maar kind, wat ben je toch onrustig zei Katrien, toen ik een nieuwe witte sprei over haar bed legde. „Komt er bezoek? Je doet zoo vreemd, sedert je zoo erg gevallen bent. Gister was je zoo bleek als de dood, en vandaag gloeien je wangen als vuur. Daarbij spreek je geen woord, en hoort men niets van je dan zware zuchten;zeg toch, myn lieveling, wat is er?" „Niets Katrien," lachte ik, hare verma gerde handen in de mijne nemend. „De lieve Lente is.op komst; voel je niet, hoede zon reeds warmte geeft Spoedig kunnen wij je op je rustbed voor 't open venster dra gen, dat zal je arme borst goed doen, hé?" De oude schudde het hoofd. „Wat is dat nu voor antwoord op myn vraag Waarom heeft myn Greetje dan zulke diepe, blauwe kringen om hare oogen misschien in de vuist van een gierigaard of woekeraar zal zyn. Neen, uw vreugde heeft een meer edelen oorsprong; de ont dekking verrukt u, dat hy, dien gy voor een vreemdeling hield, uw warmste, onbaatzuchtigste, uw aller belang beoogende vriend is. Doch, mijn geliefdenhet geld verleidt de jeugdigen en onbezonnenen tot drinken en dit veroorzaakt weer buitensporigheden van allerlei aard. Om deze nu te voorkomen en daardoor aan mijn weldaad een dubbele waarde te geven, schenk ik aan iedereen mijner medeburgers (hier tastte de spreker in den zak), een onschatbaar pakje waarin een doosje met pillen, wat kruiden en Gen pleister. De laatste heeft zyns gelijke in waarde niet voor zweren en wonden, hetzij die gesneden, gehouwen of geschoten zijn. Legt i de gewonde vóór het slapen gdan deze er op, zoo wed ik, dat de kogel zoo er een in zyn lichaam zit, er uit gaat en eer de morgen daagt het vleesch zoo gezond is als dat van myn vlakke hand. Wie tegenzin in pleisters en zalven heeft, kan niets beter doen dan de kruiden te nemendeze zyn de uitvinding der drie grootste artsen van geheel Europa. Draagt slechts een weinig van deze kruiden by u en gij kunt u zonder gevaar in het dichtste gewoel van een slag begeven. Ik zal u maar zeggenlaat u verwonden, kreupel slaan, tot biefstuk hakken hoe grooter, hoe dieper en talrijker de sneden zijn, des te beter des te meer eer voor my, en voor de wonder kracht der kruiden. De pillen verkondigen haar eigenlof; er liggen aanwijzingen in hoe ze te gebruiken. Ik wil alleen nog dit aanmerken dat zij ook aan vrijsters een man verschaffen, dat zy het bloed zuiveren, en het vel van het aangezicht fraaier maken. Sedert menschen heugenis zyn deze onverkrijgbare artsenijen met 6 dubbeltjes betaaldechter heb ik besloten mijn gegeven woord te houden. Ik dien de menschenlievendheid, en handel niet om SDOodgewin. Gelieft mij alzoo elk uw zakdoek, met eén dubbeltje er in alleen ter betaling der reiskosten en van jmijn beding toe te werpen, dan schenk ik u, uit eigen beweging, -het overige geld, dat ik zooeven beloofd i heb. Eenigen uit den hoop gingen zwijgend heen, doch de meesten bleven staan. Twee uur lang vlogen de zakdoeken; de zak werd ledig, de muzikanten speelden, en toen de milddadige kwakzalver zich des middags in de herberg te goed deed, had hij vijf en twintig gulden zuivere winst in zijn beurs. Chantage. Een Pransche collega deelt aan het „Hndbl." mede, dat hij te Amsterdam op ergerlijke wijze door een „gids" is beje gend. Logeerende in het Victoria-hotel vroeg hy den kassier wat hy een gids zou moeten geven om hem eenige uren rond te leiden. Aan de hotels staan steeds lieden, die1 verschillende talen machtig zijn, en er hun werk van maken, de vreemdelingen te ge leiden. De Franschman gaf den gids na afloop van den tocht meer dan dezen toekwam, n.l. drie gulden voor den tyd van drie uren, terwyl het tarief voor een geheelen dag, van 10—5 uur bijv., f 5 bedraagt. Naby het station betaalde de Franschman den gids uit, doch deze eischte op onbe schaamde wijze meer, en toen aan zyn verlangen niet werd voldaan, volgde een rijke stortvloed van grofheden in de Fran- scho taal. De vreemdeling, meenende dat in de groote Hollandsche stations, evenals aan deFran- sche, een politiepost is gevestigd, vroeg naar de politie doch werd niet begrepen. Toen had de gids nog de brutaliteit een voorbijstappend politie-agent aan te klam pen. De vreemdeling verstond echter geen woord van wat hy vertelde. Hy wilde even eens een verklaring geven, doch de agent haalde de schouders op, ten teeken, dat hy hem niet verstond. Toen verklaarde de gids, dat indien hem niet aanstonds vijf gulden betaald werd, hij den vreemdeling den trein zou doen missen en belette met geweld, dat de koffers in den coupé werden geplaatst. De Franschman, die geen lust had in een formeel gevecht, dat wellicht leiden zou tot een verhoor bij een commissaris van politie waardoor zyn vertrek zou worden vertraagd, gaf door den nood gedwongen toe. Doch hij liet het er niet bij, niet om het bedrag, doch ter wille van latere slachtoffers. Hij gaf zich de moeite, een brief te schrij ven naar het hotel, dat den gids niet meer in den corridor zal dulden, en diende voorts een klacht in by den burgemeester. Ook de volgende dag verliep, en hoewe mijne brandende, moede oogen niets meer op den straatweg konden onderscheiden, zat ik évenwei ook dien avond weer uit myn venster te staren Plotseling vernam ik haastige voetstap pen; ik herkende de militaire uniform, een sabel kletterde op de steenen, met beide handen hield ik my aan de tafel midden in de kamer, de deur werd ge opend, en my niet langer kunnende be dwingen, gilde ik: „WilhelmI Wilhelm!" „Juffrouw Gretha!" antwoordde my een andere stem. Ik zag dat het zijn hooge ge stalte niet was; 'twas Bergen, die in de deur stond; de uitgestrekte armen zonken neer, en ik staarde hem als verbijsterd aan. Hij greep myn hand. „Ik verzoek u te gaan zitten, alvorens ik u met de reden van mijn komst bekend maak. Ik heb u doen schrikken, nietwaar?"— Hij schonk my 'n glas water in, en zonder het zelf te weten, dronk ik het uit. Ik werd door een verschrikkelijk voorgevoel bevangen; met gevouwen handen keek ik hem aan, als smeekte ik om ontferming. „'tValt my zeer hard, juffrouw Gretha," zoo klonk zyn ontroerde stem, „de over brenger van een voor u smartelijk bericht te moeten zijn. Ik weet, dat gy een fier en moedig hart bezit, en daarom bid ik u, Op het eiland schouwen openbaart zich op sommige akkers in vrij hevige mate de ziekte in de aardappelen. Hier en daar ziet het loof zwart en er stijgt een benauwde lucht van op. Het kind leite alleen op zijn vlieger! Te Asten had een ernstig ongeluk plaats Het 10-jarig zoontje van de wed.Kortooms was naby den windmolen van S. met andere kinderen een vlieger aan het oplaten, toen het met achteruitloopen te dicht by den molen kwam en een slag van een der wie ken kreeg De arme kleine werd bewusteloos opge nomen. Hij was aan het hoofd ernstig verwond, zoodat de hersens er uit puilden en hy zal hoogstwaarschijnlijk het leven er niet af brengen. Maandagavond was hy nog altijd buiten kennis. Een zwervertje. De jongen, die na d6 Lus trumfeesten te Delft zwervende werd ge vonden, is nu, naar h9t Hbld. meldt, aan zijn familie teruggegeven. Na veel zoeken gelukte de Delftsche politie den woonwagen op te speuren op de Utrechtsche kermis. De knaap, die te Delft geheel van onder en bovengoed was voorzien, wilde liever niet naar het oude leven terug doch moest er wel in berusten. Het Utr. Dbl. vertelt over dezen knaap het volgende Op het kermisterrein te Utrecht staat op het oogenblik een woonwagen van een rond trekkende familie, waarvan alle leden den kost moeten verdienen met dingen, die nu eenmaal het bestaan van een zwervenden kermisgast en zyn gezin uitmaken; muziek zang en acrobatuur. Tot dien kring behoort een jongske van zeven, acht jaar, dat zoo'n afkeer heeft van het leven rondom hem, dat hij telkens den wagen ontloopt en dan by Je politie komt vragen om eten en ver blijf. Het kind huivert bij do gedachte weer naar den wagen terug te moeten en ge dwongen te worden tot het kenniswerk, waaraan het niet wennen kan, ondanks alle moeite. Het venjte is dankbaar en te vreden dat hij in de wachtkamer der agen ten mag zitten teekenen en knutselen en aldus het orgeltje vergeten kan, waar mee hij de straat op moet en geld verdie nen. Ook in Delft ontliep hy het ouderlijk gezin en ook daar zocht hy een tehuis by de politie. Er zit iets tragisch in dit geval een Kind dat den woonwagen ontloopt, omdat het niet blijven wil in dien kring, waarin het wie weet wat heeft ondervon den En het gejoel en lawaai van de kermis ontvluchtend, weet het zich veilig bij hen, die bescherming geven. Wat heeft dat jong leventje wellicht al gehad, waar van niemand iets beseft, zelfs nog niet als men den dreumes 's avonds ziet scharrelen in de omgeving der groote café'e, om voor z'n orgeltje de aandacht te vragen. Vanmiddag sloop het kereltje weer het politibureau binnen en vroeg te mogen blijven. Gearresteerd. Te Middelburg is gearres teerd en naar het Huis van Bewaring over gebracht P. J. R., agent in suikerbieten, sedert 1906 voortvluchtig. Een conflict met Venezuela? Uit New York wordt het volgende ge seind Blijkens berichten uit Carasas van 21 dezer, heeft president Castro den Neder- landschen zaakgelastigde, den minisrer-resi- dent J. H. de Reus uitgewezen. De minister van buitenlandsche zaken zond den heer de Reus zyn paspoorten met een schrijven, waarin hem wordt meege deeld, dat naar aanleiding van de gedachten door de Reus in zyn brief van 9 April neer gelegd, de president hem niet in staat acht om als vriendschappelijk bemiddelaar te dienen in de betrekkingen tusschen Vene zuela en Nederland. De brief van De Reus zoo meldt een nader telegram is waarschijnlijk een antwoord op het verzoek van Castro, dat Nederland een meer krachtig toezicht zal uitoefenen op de Nederlandsche schepen, varende tusschen Lagnaica (La Guayra?) en Curasao, waarop herhaaldelijk Venezo- laansche revolutionnairen ontvluchtten on der aangenomen namen. Dit is voorafgegaan aan de oneenigheid veroorzaakt door het sluiten van de haven van Curasao voor Venezolaansche schepen, in verband met pest in Lagnaica. De „N. R. Ct." teekent er by aanPre sident Castro schijnt erop toe te leggen, ons land niet slechts onwelwillend te be al uw fierheid en moed aan te wenden.— „Almachtige God!" stamelde ik, „hy be mint mij niet meer!" „Tracht hem te vergeten, arm kind." „Hij bemint mij niet meer,nietwaar gilde ik. Hij bleef zwijgen. Ach, mijn voorgevoel „En nu zeg mij alles, nu ik het ergste weet, zal 'tniet zoo pijnlijk meer zijn!" „Wat zal ik er nog bijvoegen zeide hij met trillende stem. „Ik kan u slechts .ver zekeren dat mij 't hart breekt, u zóó voor my te zien. Ik heb die rampzalige liefde zien opbloeien en weer verwelken, en ik ben woedend wegens de oorzaak dezer eed breuk Niemand weet dat ik hier ben Ik heb hem van morgen zien vertrekken, en was ook gisteren by hem, toen hij uwen brief ontving. Omdat ik begreep, hoe smach tend gij naar eenig antwoord zoudt uitzien, besloot ik het u, als deelnemend vriend te brengen en u te bidden, sterk en moedig te zyn en te trachten, hem te vergeten 1 En nu, beschouw uw jonge leven niet als geknakt; de goede God geeft balsem voor elke wondeLeef wel, gy hebt nog een zwaren stryd met uw zelve te voeren, moge uw vroom en rein gemoed, dat zich niets te verwijten heeft, u de overwinning doen behalen. Geef mij de hand, gy hebt in my en myne vrouw, trouwe vrienden voor ge heel uw volgend leven gevonden. Vaarwel handelenzyn laatste daad is er een van beslist beledigenden aard. In het volken rechtelijk verkeer is de uitzetting van een geaccrediteerden vreemden vertegenwoor diger een uiterste middel. Het komt ons zeer gewenscht voor, dat de Regeering in de gelegenheid zal worden gesteld, over het gebeurde een en ander te vertellen, en tegenover de Venezolaansche lezing de Nederlandsche te geven. Hoe eer aan de onwetendheid, die hier te lande heerscht een eind kan worden gemaakt, en de overtuiging zal worden gevestigd, dat tegenover de aanmatiging van president Castro met beslistheid en overeenkomstig de waardigheid van ons land zal worden gehandeld, hee beter. Ook aan de regeering moet het aangenaam zyn, te kunnen bewij zen dat zy hare roeping verstaat. Een nieuwe torpedoboot. Uit Vlissingen wordt gemeldDe op het etablissement „Feijenoord" te Rotterdam nieuwgebouwde torpedoboot G 9, i3 alhier aangekomen om op de reed6 te gaan proefstoomen. De boot is evenwel eerst in het droogdok alhier op genomen, omdat zij Maandag in de zand- kreek aan den grond heeft gezeten waar door vermoedelijk de schroef en het roer eenige schade hebben opgeloopen. Een nieuw herstellingsoord voor longlijders. De vereeniging Roomsch Katholieke Her stellingsoorden voor longlijders en2wakke kinderen, heeft onder de gemeente Groes- beek een uitgebreid terrein van ruim 170 H.A. aangekocht, aan den grindweg naar Nijmegen gelegen. Hetzelve is heuvelachtig en bereikt in 't oostelijk gedeelte een hoogte van 70 M. boven A.P., waar het prachtige vergezichten aanbiedt. Diepe valeien doorsnijden het westelijk gedeetle. Een zoo prachtige en gezonde ligging, te midden van dennenbosschen, heeft zeker geen inrichting van ons vader land. Men tracht nu overal comite's op te rich ten tot het verzamelen van geld, om her stellingshuizen op dit uitgebreid terrein te bouwen. Op den dag van aankoop is reeds een ruime gift geschonken door een wel doenater, die onbekend wenscht te blijven' Een onderscheiding. De hoofdcommissaris van politie te 's-Gravenhage, de heer H. J. Versteeg, is benoemd tot officier in de orde van den Verlosser van Griekenland. Een korte staking. Te Onstwedde (Gr.) hadden Maandag de arbeiders bij de te bou wen sluizen van het Alteveer het werk ge staakt. Ook Dinsdag werd niet gewerkt. Men eischte een vast weekloon van f 12 of ver korting van den werkdag. Dit laatste is niet toegestaan, de weekloonen werden echter op f 12 gebracht. Zoo liep deze staking gisteren ten einde en is het werk hervat. Een arbeids-conflict. Te Nijmegen heerscht sedert eenige dagen spanning in de bouw bedrijven. De oorzaak hiervan is de volgende: Door de Patroonsvereeniging „Nymeegsch Ambachtsbloei" en de afdeeling van den Ned. Aannemersbond werd eenigen tyd ge leden een arbeids-contract opgemaakt en dit ter teekening aan de werklieden aangeboden. In eene hierna belegde vergadering van de Kern (combinatie van de verschillende on- derafdeelingen van de Nijm. R. K. Volks bond) werd dit contract in den breede bespro ken, na de verschillende grieven daartegen gehoord te hebben, hetzelve onaanneembaar verklaard en besloten een nieuwe arbeids overeenkomst den patroons voor te stellen. Tegen dit beBluit werd slechts door één der werkgevers geagiteerd; een metselaar en aannemer L. H. van Benthem nl. verplichtte zyne werklieden eerstgenoemd contract, te onderteekenen. Toen dit jl. Zaterdagavond door deze laatsten geweigerd werd, volgde onmiddellijk ontslag, tengevolge waarvan thans 17 werk lieden, bijna allen huisvaders buiten werk zijn. Voor deze werklieden wordt thans door de Kern hulp gevraagd. Be Papendrechtsche zaak in de Tweede Ka mer. De heer Hugenholtz heeft 25 Juni ge vraagd lo. Is het onderzoek omtrent de ter te rechtzitting van het gerechtshof te 's Gra- venhage op 20 Februari 1. 1. door een aan tal getuigen medegedeelde ernstige mishan delingen, welke door de politie te Papen- drecht zouden zyn gepleegd, afgeloopen? Zoo ja, is de minister bereid, in verband met zijn toezegging van 20 Maart 1. 1. de uitkomsten van dit onderzoek onverwijld aan de Kamer over te leggen Aantwoord van den heer Nelissen, Minis ter van Justitie De ondergeteekende heeft eer, terbeant- Hij ging - roerloos lag ik in myn stoel. Nu was dan werkelijk de zon voor my on dergegaan, en alles uit; hij beminde my niet meer; o, die verschrikkelijke zeker heid! 'tWas my, of ik stikken moest! In mijne benauwdheid snelde ik met den kreet van: „Moeder, o moeder!" in de slaapkamer, en zonk voor Katrien's leger stede neder. Ik kromp ineen, wrong kramp- achtig mijne ledematen, en gilde en kermde, tot myn kracht was uitgeput. Katrien's zwakke armen hielden mij omstrengeld, en in onbeschryfelyken angst boog ze zich over mij heenzy wist wat er gebeurd was, en liet de lang verkropte smart uitwoeden. Als buiten kennis lag ik later op mijn bed, een zacht gekerm wrong zich van tijd tot tyd nog uit mijn borst, tot ik van ver moeienis in een soort sluimering viel. Toen ik des morgens ontwaakte, zat Hannah aan mijn bed. „Mijn man laatje hartelijk groeten," sprak ze, mij omhelzend. Plotseling stond de vorige avond met al zijn verschrikking weer voor mijn geest, en ik barstte opnieuw in tranen uit. „Myn goede, lieve Gretha!" troostte zy. „Je moet niet weenen, je moet kalm zien te wordensta op, laat ons eens een wan deling in het park gaan maken." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1908 | | pagina 2