NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. ZUID-HOLLANDSCHE IN ZIBÜWSGEE EILANDEN. ONZE EILANDEN VOOR DE Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,50 Afzonderlijke nummers- 0,05 No. 33 ZATERDAG 11 JULI 1908 15 6 Jaargang Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per advertentiën van 15 regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Buitenlandse!! Overzicht. Een gansche week heeft het proces-Eulen- burg reeds aller aandacht in Duitschland gespannen gehouden. ''Daar de terechtzittingen geheim zijn, komt het publiek niets te weten van de eindelooze verhooren van Eulenburg en de getuigen. De Duitsche bladen brengen een tweetal onthullingen, die er zeker niet toe zullen bijdragen om het geloof in Eulen- burg's onschuld te versterken. Een brief door vorst Dohna-Schlobitten, een der meest vertrouwde vrienden van den Duitschen keizer, aan Eulenburg geschreven, wordt in de pers openbaar gemaakt. De brief van Dohna is geschreven naar aanleiding van het optreden van Eulenburg voor een paar jaar tegen den geheimraad Pierson, directeur van de Koninklijke gene- raal-intendance. Eulenburg beschuldigde dezen van knoeierijen in zijn beheer. Met deze beschuldiging had Eulenburg geen an der doel dan Pierson's superieur, graaf Hockberg te treffen, die destijds generaal- intendant was. Vorst Dohna trad in dat ge schil als bemiddelaar op. Het conflict ein digde met Pierson's volkomen eerherstel. Uit den nu gepubliceerden brief blijkt dat vorst Dohna van Eulenburg een heel on- gunstigen indruk kreeg. In den brief heet het: „Deze geschiedenis blijft op u zitten en zoo schijnt het ook te zyn met onthullingen van mevrouw Bach en de onbetaalde reke ningen van Kautsky. Gij zijt zoo leugen achtig dat ik mijn geweten bezwaard voel, zoo'n kerel in de omgeving van onzen ge- nadigen keizer gebracht te hebben." De tweede onthulling is voor Eulenburg nog veel ernstiger. Harden had verklaard dat Eulenburg een aantal boeken over on- zedelijko onderwerpen bezat. Eulenburg beweert steeds dat hij van zulk vuil niets afweet. Maar in zijn bibliotheek heeft men nu een zestal van zulke boeken gevonden. Zij waren verpakt in een pakket, waarop Eulenburg met eigen hand het adres ge schreven had van zekeren graaf Wed el, die uit de omgeving des keizers is weggejaagd omdat het vast stond dat hij zich aan on zedelijke dingen had schuldig gemaakt. Deze onthulling zal zeker het geloof aan Eulenburg's onschuld niet versterken! Wat in dit proces zeer pijnlijk aandoet, is de schrille tegenstellingen tusschen de behandeling van dezen hoogen misdrijver en menschen uit anderen kring. Een sociaaldemocratisch redacteur die tot gevangenisstraf wordt veroordeeld, wordt als de gemeenste boef behandeld. Geen enkele vernedering blijft hem be spaard. Eulenburg wordt ontzien als een schippershondje en behandeld met eerbe toon alsof het den braafsten man ter we reld goldl Geen wonder dat zoo iets de heftige verontwaardiging van duizenden opwekt. Yoor de socialisten is het geval intusschen een buitenkansje, want men kan niet ontkennen, dat zoo'n optreden der rechterlijke macht de beschuldiging van „klassejustitie" rechtvaardigt. In Zwitserland kan over belangrijke ont werpen van wet een volksstemming worden gehouden, die'het ontwerp doet aannemen of verwerpen. Zondag zijn er weer twee gehouden. Het belangrijkste is wel geweest het referendum betreffende het verbruik en de fabricage van absinth. [Deze drank is nog erger dan onze jenever. Het groote gevaar ervan is hierin gelegen, dat eenmaal geproefd, het zoo moeilijk valt, zich het gebruik verder te ontzeggen. De aangename smaak van den drank is naar men zegt, nog grooter gevaar dan de werking van den drank op zichzelf, omdat hij eenmaal gebruikt, tot verslaafdheid voert. Welk een ontzettenden invloed dit vocht, dat wel eens „de groene fee" wordt ge noemd, uitoefent, blijkt uit tal van geschrif ten van doktoren. Zoo heeft onlangs dr. Weber 246 geval len onderzocht waarin geestelijke stoornis voorkwam als gevolg van het absinthge- bruik. Uit dr. Weber's geschrift blijkt, dat 40 pCt. der drinkers aan alcoholische toe vallen lijden, dat deze verschijnselen zich reeds op middelbaren leeftijd voordoen en dat deiiriumaan vallen, gepaard met heftige angst verschijnselen bijzonder vaak plaats hebben. Moord en zelfmoord zijn mede veel vuldig het gevolg van absinthgebruik. Reeds in 1905 ving men in Zwitserland den strijd tegen de absinth aan. Toen bleek dat een absinth-drinker zijn vrouw en twee kinde ren vermoord had. Als gevolg der gevoerde actie kan wel het ontwerp worden be schouwd, waarover Zondag werd gestemd en dat het verbruik en de fabricage van absinth verbiedt. Met 235232 tegen 135702 stemmen werd de wet aangenomen. Het absinthverbod treedt over twee jaar in wer king. De absinthfabrieken, die natuurlijk groote schade zullen Hjden, zullen waar schijnlijk een schadeloosstelling krijgen. Het tweede referendum betrof de opne ming van een artikel in de Grondwet, waar bij het Landsbestuur de bevoegdheid erlangt wettelijke bepalingen betreffende de am bachtsnijverheid voor het geheele land vast te stellen. Het doel is tot een regeling te komen van de verhouding tusschen werkge vers, werknemers en leerlingen, vakoplei ding, vakvereenigingen enz. enz. Men kan niet ontkennen, dat de Zwitsers de zaken krachtig durven aanpakken. FEUILLETOJV. Uit het leven mijner oude vriendin. XI. Och, dat verwonderde mij niets van de gravin, want ze lijkt in niets op andere dames, toen ik laatst in haar slaapkamer kwam, ben ik me geweldig geschrokken toen stond ze voor haar toiletspiegel in een prachtig, vuurrood atlas kleed, met 'n on- geioofelyk Jangen sieep, en de lichten schitterden zóó op de vonkelende steenen die ze in heur zwarte haren en om hals en armen had, dat ik er bijna blind van werd, en ze keek lachend in den spiegel en was blij, dat ze zoo wonderschoon was. Maar ik trok de deur heel zachtjes dicht; ik kon bet niet aanzien, juffrouw Gretha, van een vrouw wier man eerst sedert Kerstmis onder de aarde ligt!" Het suisde mij in de ooren. Dat was nog dezelfde Ruth, dezelfde hartelooze, bereke nende kokette, die zij reeds als kind geweest waswat moest ik aanvangen, zoo zij ik waagde het niet, mijn opkomende schrik kelijke gedachte te voltooien. Japan gaat de Westersche mogendheden navolgen in vele dingen, ook in ministerieéle crisissen. Het zittende kabinet onder Saïonji heeft zijn ontslag aangeboden. In Mei j.l, zijn in Japan algemeene verkiezingen gehou den, die voor de regeering niet gunstig zijn uitgevallen. Met groote moeite was een twijfelachtige meerderheid van een paar stemmen te verkrijgen, die het onmogelijk maakte het regeeringsprogram af te werken. Thans zal waarschijnlijk een Kabinet- Katsura optreden. Katsura is een der ge- slepenste Japansche Staatslieden. Reeds in 1902 was hij president van den "Raad van State en door zijn politiek hoopt men dat Japan spoedig de moeilijke tijden waarin het verkeert te boven zal komen. Het was zijn ministerie dat tot den oorlog met Rus land besloot. Aan zijn bewind is het niet het minst te danken dat die krijg tot een gunstig resultaat voor Japan leidde. Het af treden van het laatste kabinet is eigenlijk nog een uitvloeisel van den Japansch-Rus- sischen oorlog. Tengevolge daarvan zijn de belastingen buitengewoon drukkend. De Japansche schuld is met 1200 millioen toegenomen Om de rente te betalen heeft de iegeering tot allerlei belastingen haar toevlucht moe ten nemen, wat de buitenlandsche politiek zeer in verwarring bracht. Alleen een zeer voorzichtig financieel be heer kan Japan uit zijne moeilijkheden redden. Het kabinet Katsura treedt dan ook onder zeer ongunstige omstandigheden op en het zal niet gemakkelijk gaan het volk tot groote opoffering elk jaar weer te bewegen. De lezer heeft wellicht al meer dan eens het woord Bysaniisme gelezen. Wat dit is? Dat is de kruipende onderdanigheid van een staatsburger tegenover den Yorst, het opgeven van zijn eigen meening tegenover diens wil, het zich nedrig, buigend, glimla chend neerleggen bij elke beleediging, van eigen eer door één, die hooger op den maat- schappelijken ladder staat. Helaas dat er zooveel menschen zonder ruggegiaat zijn, die zich dit alles laten aandoen. De grooten zouden zich geen halfgoden achten, als de kleinen het hen niet maak ten. Byzantisme is een heel leelijk verschijn sel, dat ongelukkig in onze dagen maar al te zeer voorkomt. Vooral in Duitschland is het op te merken. Het Berliner Tageblatt vermeldt een paar treurige voorbeelden, hoe het in Pruisen gaat met iemand die er een eigen meening op na durft houden. Een hoofd van een school in het distrikt Posen hield op 's keizers geboortedag een feestrede. Hij toonde zich een vurig vereer der van Wilhelm II. Maar zeide hij, de kei zer heeft tegenstanders, eerlijke tegenstan ders, die ook het recht moeten hebben vrije lijk voor hun meening uit te komen. Over de sociaal democratie sprekende trok hij een dikke scheidslijn tusschen die partij en zichzelven, doch hij drukte tevens den wensch uit, dat er niet meer sociaal democraten maar meer sociale democraten gevonden zouden worden. Naar aanleiding dezer rede is hij oneer vol uit zijn betrekking ontslagen 1 Is het niet diep-treurig dat zoo'n man die moedig en onbeschroomd voor zijn raee- ning durft uitkomen, wordt verstooten uit zijn betrekking? Kruiperij en slaafsche goed praterij doen in den Pruisischen Staat meer opgeld dan eerlijk pal staan voor zijn over tuiging. „En was de luitenant óók vroolijk vroeg ik. „Dat niet, juffrouw. Hij keek reeds somber toen hij aankwam, en nog verdrietiger toen hij de kamer van de gravin verliet; de gravin had onaangenaamheden met hare moeder gehad. Juist toen de luitenant aan kwam, had zij het ontbijt op hare kamer besteld, en toen zei ze tegen Johann: „Ik laat mijn neef verzoeken een kop koffie bij mij te komen drinken, want mijne ouders hebben reeds gedronken." Ik was juist in de kamer toen hij kwamzij richtte zich even overeind, reikte hem de hand voor den morgenkus en zette 'n paar oogen nu, ik dacht dat de luitenant wel moest smelten!" „Zwijg, Lieze, daar wil ik niets van hoo- renvertel me liever iets andersMijn hart kromp bij deze mededeeling ineen. „Tk wou nog maar alleen vertellen, wat de luitenant zeide, toen ze hem zelf 'n kop koffie inschonk," begon de babbelaarster weer. „Hij keek haar boos aan, en zeide „Katrien beweegt zich, Lieze. Och, kijk eens naar haar. Ik stel er waarlijk geen belang in." Lieze kwam weer bij mij zittenZe slaapt maar ik ben toch benieuwd, wat daaruit worden zal." Ik sloot de oogen, en hield mij slapende. In mijn geest woelde de tegenstrijdigste gewaarwordingen; nu eens vertoonde jaloezie my de ontzettendste beelden, en dan weer behield het verstand de overhand en zeide „Oordeel niet te schielijkIk werd zóózeer door vrees voor die schoone kokette bevangen, dat ik mijn gelaat in de kussens verborg, om niets te zien of te hooren. Eerst tegen den ochtend werd mijn gemoed wat rustiger; Lieze was op den stoel in slaap gevallen, ook Katrien slui merde, en ik bad den Hemel om geestkracht en vertrouwen. Zoodra 't volkomen dag was, begaf ik mij. onder voorwendsel even wat frissche lucht te willen scheppen, zoo haastig mogelijk naar Marie, om te vernemen of er gister ook een antwoord op mijn laatsten brief gebracht was Mijn gang was echter helaas, weer tevergeefsch, en 't was alsof de demon der ijverzucht mij schaterlachend achter volgde, zoo snelde ik, langs binnenpaden weer naar huis. Bij myn binnenkomen staarden mij de diep ingezonken oogen van Katrien met een uitdrukking van medelijden en liefde aan, en haar oude, beenderige hand tastte zwak naar de mijne. „Goed kindfluisterde zij, en sloot de oogen weder. Mevrouw Renner verliet haar plaats by het ziekbed, en wenkte my, haar in de woonkamer te volgen. „De dokter was hier," zeide zy op gedempten toon. ,,'tSpyt me zeer hetu te In Rusland is dezer dagen overleden graaf Nicolaj Pawlowitsch Ign&tjew, de booze jeest van het Russische volk, de verpersoon- ijking van reactie, bureaucratie en joden vervolgingen. In 1828 geboren werd hij op 30 jarigen leeftijd naar Azié gezonden, waar het hem gelukte met de Yorsten van Khiwa en Bokhora vriendschapsverdragen te slui ten, die zoo dubbelzinnig gesteld waren, dat Rusland er aanleiding in vond om die twee staten in te lijven. Daarna werd Ignatjew naar China gezon den. Hij wist dat ryk over te halen het geheele Awoergebied aan Rusland af te staan Daarna werd Dij beiast met een zending naar het Balkanschiereiland. Daar werd zijn woning al spoedig de verzamelplaats van al degenen, die samenspanden om de bevol king van de Balkanstaten op te zetten tegen Turkije en deze onder Russischen invloed te plaatsen. In al die Staatjes, in Bosnië, Serviö, Montenegro, Bulgarije en Rumenie werden Russische agenten aan 't werk ge steld om de bestaande ontevredenheid aan te wakkeren en Ruslands invloed te vergrooten. Daartoe werd geen geld gespaard. De ge meenste leugens moesten dienst doen en Nicolaj stond dan ook bekend als de „Leugen- pacha". Door zyn intrigeeren kwamen al spoedig Bulgaren in opstand. Woeste benden Turkscbe soldaten vermoordden duizenden mannen, vrouwen en kindei en. Die moorden, in de geschiedenis bekend als de Bulgaar- sche gruwelen, deden Ignatief zijn doel be reiken. Gladstone's woord bracht de veronwaardi- ging tot het kookpunt. Ruslands troepen rukten Turkije binnen. e wanhopige tegenstand der Turken leidde echter tot nederlagen der Russen by Plewna en Kars in Klein-Azie. Alleen dooi de grootste opofferingen wisten de Russen zich te haudhaven. Het tractaat dat daarop tot stand kwam, gaf Rusland groote voor- deelen, doch het Congres van Berlijn deed die allen weer te niet. Dat leidde tot den val van Ignatief. Toen echter de reactionaire Alexander III na den moord op zijn voorganger aan de regeering kwam, wörd Ignatief minister van binnen landsche zaken. Zyn gruwelijke jodenver volgingen zyn 't eenige resultaat zijner heerschappij geweest. Met hem, zoo zegt de Kölnische Zeitung, verdwijnt een der ergste vertegenwoordigers der bureaucratie die aan Rusland zooveel kwaad beeft berok kend, een man, die zich in de diplomatieke geschiedenis den naam heeft verworven iemand te zyn geweest, die niets ontzag en zijn doei steeds Jangs kronkelwegen vervolgde. Het is maar jammer dat er in Rusland nog zooveel van die soort overblijven. Hoe het in dat heerlijke land toegaat bewijst de geschiedenis van 't blad de „Roesz". In zyn laatste nummer heeft het blad een overzicht gegeven van zyne avonturen en zyn conflicten met de heerschende mach ten. Telkens werd de „Roesz" vervolgd. moeten zeggen, maar 't kan toch niet anders; by denkt, dat Katrien verlamd zal blijven later zal ze misschien wel in een leunstoel kunnen zitten, maar met werken is 't ge daan. Gij zult dus een flinke sterke dienst bode moeten nemen, en nu heb ik gedacht, dat ge my er een genoegen mee zoudt doen, door mijn Anna te huren, die kan flink werken, en dan neem ik een jongere. Gy kunt haar zeer spoedig krijgen, want het huis moet immers óók in gereedheid zijn om uw vader te ontvangen, nietwaar? Vooral in zyn studeerkamer ziet het er nog zeer onordelijk uit." Diep geroerd betuigde ik de verstandige, edelmoedige vrouw myn dank. Zy ging weer naar huis, om voor 'tontbyt van haren zoon te zorgen, en ik nam haar plaats aan 't ziekbed in, en peinsde met het hoofd in de handen geleund over mijn toestand, ter wijl Lieze de kamer in orde bracht. Onophoudelijk dwarrelden de gedachten aan Ruth en Eberhardt door myn hoofd. Zoo ik Wilhelm slechts even kon spreken, om hem voor de valsche, schoone vrouw te waarschuwen 1 Myn hoop was vergeefschde dagen ver liepen, en Marie bracht mij geen brief. Myn ongeduld en angst werden ondraaglijk daar ik het meisje van mevr. Renner had over- gekregen, kwam Lieze my niet meer helpen, en kon ik dus van haar ook niets meer Het schijnt dat de ambtenaren het zorg vuldig lazen om te zoeken naar uitdruk kingen die aanleiding konden geven tot vervolging en straf. Telkens werd de straat verkoop verboden of het blad geschorst. De redactie gaf eindelijk een anderen titel aan haar werk. De „Molwa" verving de „Roesz". Maar de „Molwa" werd ook vervolgd en verboden. Toen gaf men de „Dwat. zaty Wek" (twintigste eeuw) uit Dat blad, hoe wel de redactie zeer voorzichtig was ge worden, vond ook geene genade in de oogen der autoriteiten. De vervolgingen begonnen opnieuw. Nu hernam de „Roesz" zyn ouden naam en onder dezen naam is eindelyk het blad gestorven. De reactie triomfeert. In middels is de hoofdredacteur van de „Roesz" veroordeeld tot een jaar vestingstraf, een redacteur van de „Molwa" tot drie maan den gevangenis, een redacteur van „Dwad zaty Wek" moet een jaar gevangen zitten, een collega heeft anderhalf jaar vesting straf gekregen en een ander moet nog terecht staan en zal er niet best afkomen, want men heefteen lange acte van beschul diging opgemaakt, prijkende met niet min der dan dertig politieke misdrijven. Journalist te zyn is geen aangenaam baantje in Rusland. Welk baantje echter zou daar wel aan genaam zyn? Binnenland. 0p de Friesche meren. Nu de heerlijke zomerdagen weer zyn aangebroken, komen de sportmenschen, zoowel uit eigen land als ook van ver over de grenzen Friesland bezoeken, om niet alleen per flets of langs de lyn der Ned. TramMy. uitstapjes te doen maar vooral ook per „boeier" of „jacht" of „roeiboot" de schoone Friesche meren te bezoeken en aldaar vroeg in den morgen den hengel uit te werpen. Het is dan ook een bijzonder genot voor de liefhebbers in deze vischryke wateren, de talrijke „baars" of „voorn" te verschal ken, en by gunstige weergesteldheid keert menigeen met rijken buit beladen terug. Tengevolge van den Noordenwind der laat ste dagen is de visch evenwel naar de diepte geschoten, en de vangst gering, zoo dat op een zachter koeltje gewacht wordt. Afgezien echter van de meer of mindere vischvangst is ook reeds een bezoek aan do ruime Friesche wateren, om daar te spele varen, de moeite dubbel waard. Slechte tijden voor de visscherij. Men schrijft uit Vlaardingen: Met de haringvisscbery gaat het op het oogenblik slecht. Niet alleen hier, maar in alle reederij- plaatsen in Nederland is de aanvoer gering. Bedroeg zij in 1907 tot 6 Juli circa 12.000 tonnen (over geheel ons land), thans be draagt dit slechts de helft, 6000 tonnen. Wat de kwaliteit van de haring betreft, die blijft zeer uiteen loopend. De prijzen vernemen. Werken, dacht ik ten laatste.— bezigheid is 't eenige wat ray helpen kan. Ik liet vaders studeerkamer uitruimen en schoonmaken, ontdeed de groote menigte oude boeken vau de veeljarige stof, en zotte mij op zekeren dag aan 'twerk,om ze weer op hunne plaatsen te zetten. Dat was echter lang geen makkelijke taak, want met de Latyn- sche en Grieksche titels wist ik geen raad.— Ik stond juist radeloos met zoo een per kament gebonden klassiek der oudheid in de hand, toen plotseling de deur geopend werd, en dominee Renner binnentrad. „Ik kom u myn hulp aanbieden," zeide hy vriendelijk. „Mijne moeder wist waar mede gy bezig waart, en zendt my bierheen. Ik zie terstond, dat ik niet te onpas kom," en hij nam mij het boek uit de hand. „Dit zyn de werken van Ovidius, ik geloof dat ze hier hebben gestaan. Wees zoo goed en reik mij de gelijksoortig gebonden boe ken, met opengeslagen titelblad aan. Ja, zoo is 't goed." Werktuiglijk gaf ik hem het eene boek na 't andere aan. „Ovidius— hier, Virgilius— hier, we zullen gauw klaar zyn." Ijverig regelde hy de door my toegereikte werken het pijnlijke van zyn bezoek ging door zijn vriendschappelijk optreden verloren. Na verloop van een uur was by met zijn arbeid gereed, en betuigde ik hem mijn welge- meenden dank.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1908 | | pagina 1