2
ONZ
E EILANDEN van 9 MEI i
908.
Per hondenkar reed het paar tot voor
het raadhuis, waar de aanteekening plaats
had.
De laatste warme dagen hebben een
groote verandering teweeggebracht in den
stand der veldgewassen. Eensklaps vinden
de boeren overvloedig gras in de weiden
en haasten zij zich de runderen er heen te
zenden.
De kerseboomgaarden staan in vollen
bloei, leveren een prachtig gezicht en beloven
een rijken pluk.
Ook de abrikozen bloeien reeds.
En weinige dagen geleden was er nog
geen bloesempje te vinden I
De IJmuider quaestiel
Het Tweede-Kamerlid Pastoors kwam
Maandagavond te 7.20 in IJmuiden en ver
trok met den laatsten trein. Hy had een
conferentie met het bestuur van de afd.
IJmuiden van de „Vereeniging tot bevor
dering van 'de Ned. Visscherij" de heeren
Bakker en Groen.
Naar wy vernemen, zal de heer P. zich
wenden tot den Minister en alles doen wat
in zyn vermogen is om handel en reederij
van de opgelegde lasten te bevrijden.
Later had de heer P. nog een conferen
tie met den heer Vermeulen, lid van het
hoofdbestuur van de Vereeniging tot be
vordering van de Ned. Visschery, Met don
vischhandel te IJmuiden werd door den
lieer P. niet geconfereerd.
Ook de burgemeester, de heer J. C.
Weerts, die in het andere deel der gemeente,
n. 1. te Velzen woont, bezocht IJmuiden
en werd aangezocht te trachten door be
middeling van den Commissaris der Ko
ningin stappen te doen bij de Regeering.
Dinsdagmiddag kwamen, in verband met
de IJmuider quaestie, te 's Gravenhage in
een sectievergadering der afd. Zeevisschery
byeen de afdeelingen en het hoofdbestuur
der Vereeniging tot bevordering van de
Ned. Zee visscherij.
Ook het Tweede Kamerlid Lieftinck
bracht Maandag een bezoek aan IJmuiden.
H. b 1.
Het bestuur der IJmuider Vischhandel-
vereeniging:
Overwegende, dat het voor het publiek
van belang is te weten, waaraan een in het
maatschappelijk leven zoo ingrijpende sta
king te wijten is, als thans te IJmuiden in
den vischhandel heerscht en dat het wen-
schelijk schijnt, daarbij sommige misver
standen op te helderen, die. uit de mede-
deelingen van sommige dag- én weekbladen
zijn gebleken;
brengt ter kennis van het publiek:
dat het Rijk eenige jaren geleden zich
zelf heeft gegeven het monopolie van dan
visch-afslag te IJmuiden;
dat krachtens het op een algerneenen
maatregel van bestuur berustend reglement
op het gebruik van den Rijksvischafslag
en haven, tot op 1 Mei 1908 door hetRyk
van de bestede koopsommen werd ingehou
den, behalve 1 pCt. voor den factoor, het
geen hier niet ter zake doet, 1 pCt voor
het Ryk en 3 pCt voor den vischhandel
dat deze 3 pCt de zoogenaamde koop
manskorting, gebruikelijk is, zoolang er
vischhandel te IJmuiden is gedreven en die
handel daarop vanouds geheel is ingericht
en voor een groot gedeelte daarop dry ft;
dat de Regeering thans, zonder grondig
te onderzoeken, welke beteekenjs deze koop
manskorting voor het bedrijf der vischhan-
delaren te IJmuiden bezit en zonder over
leg met den handel, heeft bepaald, dat deze
koopmanskorting met 1 pCt wordt vermin
derd, opdat het Rijk dit 1 pCt zou kunnen
aanwenden voor de hoogere exploitatie
kosten van den Rijksvischafslag en -haven
dat de Regeering by monde van den vo-
rïgen Minister van Waterstaat over deze
zaak wèl vooroverleg heeft gepleegd met
de reederyen te IJmuiden;
dat die reederyen aanvankelijk den Mi
nister hebben medegedeeld, dat noch zij
noch de vischhandel dit 1 pCt voor hun
rekening konden lijden, doch ten slotte
aan Z. E. hebben verzocht, om, indien
het Rijk de meerdere uitgaven niet voor
eigen rekening wilde nemen, deze, voor
zooveel mogelijk, te bestrijden uit vermin
dering der koopmanskorting met 1 pCt, ze
in geen geval op de reederyen te verhalen,
welk laatste in het voornemen lag van den
Minister;
dat de Minister hieraan blijkbaar het ooi-
heeft geleend
dat de handelaren, hoewel te laat, immers
eerst door de dagbladen drie weken voor
1 Mei 1. 1. van bet voornemen der Regeering
verwittigd, alle minnelijke pogingen, die
denkbaar zyn, zoo b(j de reederijen als by
den Minister in het werk hebben gesteld,
groote liefde voor hare kinderen. Zy was
een voortreffelijke moeder, een goede huis
vrouw, en een der schoonste vrouwen, die
ik ooit gezien heb.
De oudste dochter Ruth overtrof haar
echter nog in schoonheid, doch bezat den
onbegrensden hoogmoed van beide ouders.
Met voor een kind waarlijk bewonderens-
waardigen tact, deed ze mij altijd gevoelen,
dat ik niet haars gelijken wasover 't al
gemeen bezat zij geen kwaad karakter. Ze
was reeds vroeg zeer koket, en vooral tegen
heeren de beminnenswaardigheid zelve.
Hannah, de jongste dochter, die denzelfden
leeftijd had als ik, was een schuchtere, lief
tallige blondine. Wy waren en bleven
boezemvriendinnen, tot aan baren vroeg-
tiidigen dood. Ruth stond altijd vijaDdig
tegenover ons, en vernederde mij in stilte,
zonder dat ik den moed had, mij deswege
te beklagen. O, ik heb dat trotsch, ijdel
schepsel, dat door alle menschen om strijd
bewonderd en gevierd werd,— eens gloeiend
gehaat; zy heeft mijn geheelelevensgeluk
verwoestIndien Hannah er niet geweest
ware, en ik my weèr in mijn ongezellig
tehuis had kunnen schikken, dan zou ik
reeds na verloop van eenige jaren naar de
pastorie teruggekeerd zijn. Maar mijn vader,
die den ganschen dag in zijne archeorolo-
gische studiën verdiept was (hy heeft zich
op dat gebied een beroemden naam ver-
om den hun bedrijf ondermijnenden maat
regel te voorkomen;
dat die maatregel ten laste van de geza
menlijke vischhandelaren te IJmuiden wil
brengen een som van niet minder dan vijf
tigduizend gulden 'sjaars;
dat de Minister niettemin de uitvoering
van dien maatregel zelfs niet heeft wilden
opschorten;
alle welke redenen de gezamenlijk han
delaren, zeer tot hun leedwezen hebben
genoopt door staking in hun bedrijf den
ernst van hun protest door daden duidelijk
te maken.
Het pestuur der IJmuider
Viscbhandelvereeniging.
J. G. SLIS.
G. DEKKER.
G. T. VON OTERENDORP.
W. VAN VOORST.
J. MED1K.
J. FALK.
H. LUSTIG.
IJmuiden, 5 Mei 1908.
In een Dinsdagmiddag te 's Gravenhage
gehouden vergadering van reeders van zee
schepen, belanghebbenden by den toestand
te IJmuiden, werd na langdurige discussie
besloten het volgend telegram aan den Minis
ter van Waterstaat te zenden.
De Dinsdag alhier gehouden vergadering
van reeders van zeeschepen uit IJmuiden,
Scheveningen, Vlaardingen, Maassluiss, Kat
wijk. en Middelharnis, kennis nemende
van den actueelen toestand te IJmuiden,
met wenschende vooruit te loopen op een
eventueele definitieve beslissing Uwer Ex
cellentie, en alleen het oog hebbende op de
groote schade, die de bestaande toestand
veroorzaakt aan reederijen en visschers,
verzoekt Uwe Excellentie beleefd doch drin
gend de genomen maatregelen 3 maanden
op te schorten, opdat belanghebbenden in-
tusscben gelegenheid hebben een mogelijke
oplossing in studie te nemen.
De handel in Zuiderzeeharing beleeft
critieke oogenblikken.
Op de Zuiderzee daalde de prijs tot 30
cents per tal. De vangst was zeer over
vloedig, en de markt te Amsterdam werd
Vrydag zoozeer overvoerd, dat hetmeeren-
deel verkocht werd voor 13 cents per mand
(ongeveer 210 stuks) dus bijna 20 stuks voor
1 cent. Een gedeelte werd door zgn. „nest-
boeren" gekocht voor eendenvoeren eenige
ladingen vonden haar weg als mest voor
de tuinbouwstreken.
De handelaars leden groote verliezen.
Te IJmuiden zyn binnengekomen de Mid-
delbarnissche vischsloepen „Johanna Hen-
drika", schipper A. De Koning, „Vertrouwen
schipper C. Van den Hoek, „Hendrika Adri-
ana", schipper H. Jordaan, „Anna", C. Lang
broek en „Middelbands", schipper. J. De
Korte. De besommingen zyn nog onbekend
daar wegens de staking der vischkoopers
te IJmuiden de visch opgezonden is naar
Antwerpen.
Miltvuur.
Door den heer A. J. v. Velzen, plaatsver
vanger-districtsveearts te Schiedam, is by een
geslacht rund van den veehouder P. Zeeuw
te Overschie miltvuur geconstateerd. Het
dier is onder politietoezicht verbrand en de
stal ontsmet.
Enkele slagers te Goes hebben den prijs
van dik vet spek van 40 tot 35 cents per
1/2 K.G. verlaagd.
In do Hoekschewaard komt onder de
paarden influenza voor; veel veulens ster ven.
Het ontslag van cis. Van der Valk. Door
de Synode der Ned. Herv. Kerk is bevestigd
bet vonnis van het Provinciaal Kerkbestuur
van Zuid-Holland, waarbij ds. M. II. A. van
der Valk predikant te Oud-Beierland uit
zyn ambt is ontzet.
Hen menscheneler. Te Wartena kregen
twee voorbijvarende schippers Vrydag een
zoo hoogloopenden twist, dat de een den
ander den neus afbeet.
Een lijk opgeliaald. Te Bijland. gem. Her
wen en Aerdt is Dinsdagmorgen uit den
R(jn opgehaald het lijk van een 35 a 40
jarig man, lang 1.80 M., zwaar gebouwd,
dik rond voorhoofd, neus breed en dik,
mond gewoon, kin rond, tanden gaaf, kleine
blonde knevel, geen baard, haar zwart en
gekleed in zwart cheviot pak, hooge schoe
nen met knipsluiting, grijze sokken, wit
overhemd met blauwe strikdas.
Geen verwondingen of teekenen yan ge
weld zijn aan het lijk te bespeuren, dat
hoogstens 3 dagen te water heeft gelegen.
Op het lijk is gevonden een knipmes, een
worven), de oude, droefgeestige Katrien,
eeuwig aan 't spinnewiel in de ongezellige
woonkamer, waar geen enkel spoor van
netheid of sierlijkheid te vinden was, kortom
alles maakte my het verblijf in vaders
huis onverdraaglijkik was gehecht geraakt
aan den rijkdom en de weelde, die my op
het kasteel omgaven. De oude Katrien
merkte wel, dat het mij tehuis niet meer
beviel, en dikwijls zeide zy„Dat heb ik
wel vooruit geweten
Intusschen werd Ruth „aangenomen", en
ging voor een jaar naar een instituut te
B. Nu brak voor Hannah en mij een gelukkig
„bakvisch-tijdperk" aan. Ook wy werden
tezamen door mijn vader „aangenomen."
Heimelijk zagen wij met angst de terug
komst van Ruth tegemoet, en dacht ik reeds
aan het noodlot, dat mij weder in het on
draaglijk leven in de pastorie zou terug-
stooten. Onze angst bleek echter te voor
barig. Een te Weenen wonende zuster van
vrouwe v. Bendeleben bood zich aan, om
de jonge, beeldsc.hoone dochter in de „groote
wereld" te brengen, welk aanbod door de
ouders met vreugde werd aanvaard. Dien
tengevolge kwam de baronnes met mijn
vader overeen, dat ik nog langer ter gezel
schap van Hannah op het kasteel zou blijven.
Niemand veiheugde dit meer dan mijik
gevoelde my zóó gelukkig en werd zóó
liefderijk behandeld, dat men geen verschil
zakkammetje, een stalen horlogekettingen
1 pfenning Duitsch geld.
Jeugdige duellisten. De Makassaarsche
correspondent van het „Soer. Hbld." schrijft
dat dezer dagen twee jeugdige Boegineezen
daar ter plaatse, die reeds lang ruzie hadden,
besloten hun veete met een duel uit te
vechten. Het waren een knaap van 10 en
een jongeling van circa 18 jaar.
Beiden namen een geweer en gingen naar
het strand. Zy stelden zich 10 pas van el
kaar op, met het geladen geweer bij den
voet. De leider van het gevecht riep: schiet
op! en daar werden de geweren vliegens
vlug in den aanslag gebracht en vlogen
twee kogels elkaar tegemoet. De eene trof
den knaap in de borst, de andere doorboorde
het onderlijf van den jongeling,
De laatste was dadelijk dood; de knaap
overleefde het gevecht.
't Vechten en ruziemaken schyntoverigens
te Makassar in de lucht te zitten. Ieder
loopt er met een mes, en als er een week
lang niemand doodgestoken is, is het een
wonder zegt het blad.
Vee-plagen!
Het vee, dat thans te Den Ham (Over-
ijsel) in de weiden komt, wordt zeer geplaagd
door een lastig en gevaarlijk soort insect.
Verscheidene beesten krijgen builen on
der den hals en worden dan ziek, terwijl
reeds een dier daaraan is gestorven.
Vóór vele jaren werd daar hetzelfde ver
schijnsel waargenomen.
In Zeeland is nog een groote voorraad
aardappelen. Alleen op Noord-Beveland zyn
nog eenige duizenden hectoliters te koop.
In Maart van 1906 bedroeg de uitvoer
van rundvee naar Belgiö 6162 stuks, in
dezelfde maand van 1907 was dit cyfer 4871
en in Maart van dit jaar 2634.
Men wil dezen belangrijken teruggang
toeschrü ven aan de vrees voor overbrenging
van mond- en klauwzeer.
Te pletter gevallen. Op de staatsmijn
„Wilhelmina", te Terwinselen (Limburg) is
Zondagmorgen de mijnwerker Ritzen, van
Caumer (gem. Heerlen), in een schacht ge
stort.
De ongelukkige, die nog pas 21 jaar oud
was, werd dood opgenomen.
Stijging der landprijzen!
Te Renesse is eeu hofstede verkocht, die
19 jaar geleden ook geveild werd.
Toen werd een stuk bosch en zandige wei
verkocht voor f 25 h f 30 per Schouwsch
Gemet, nu giDg het vooi f 160 f 360.
Een paar stukken bouwland, toen gegund
voor f 170 en f300, brachten nu op f600 en
f 705 per Sch. Gemet (41 A. 68 c.A.).
Eeu adder in 't gras!
Men meldt uit Hilversum aan den Ned.:
Door een van de leerlingen der Hoogere
Burgerschool te Hilversum is op het goed
„Groeneveld" onder Eemnes, een groote
adder gevangen. De onschadelijke ringslang
komt veelvuldig in het Gooi voor. maar de
adder, de eenige vergiftige slang in Neder
land, werd daar sinds menschenheugenis
niet meer gevonden. Het dier bevindt zich
thans in het Kabinet voor Natuurlijke
Historie der school.
Een bescheiden en een onbescheiden profes
sor. De Amsterdamscbe briefschrijver van
het „Utr. Dagbl." schrijft:
„Prof. Van der Waals, de beroemde natuur
kundige, heeft deze week wegens het berei
ken van den zeventig-jaïigen leeftijd ontslag
gekregen als hoogleeraar aan de Amster-
damsche universiteit.
Van der Waals was een geleerde van
groote waardige bescheidenheid, een die zijn
vak grondig kende en een uitnemend docent.
De studenten verliezen in hem den laatste
der toonaangevende geleerden in de facul
teit van wis- en natuurkunde: Van'tHoff,
Bakhuis, Roozeboom en Van der Waals.
Ben bescheiden professorer valt me
daar een aardigheid in van een minder
bescheiden hoogleeraar. Ik zal zijn naam
niet noemen, de man is dood.
Deze beroemde er zich op gesproten te
zijn uit eene familie van bekwame mannen.
„Myn grootvader," zeide hij, was dokter.
Mijn vader was een goede dokter. Ik ben
professor."
Dan zal uw zoon zeker een goede profes
sor zyn", merkte een student opdie
zeker niet bang was voor zyn examen!"
Vogelmoord. Onze correspondent op Texel
scbryft.'
Hield men 't vorige jaar een groote op
ruiming onder de sterns door duizenden
exemplaren te dooden, zelfs in den broedtijd,
zoodat men vele nestjes met verlaten eieren
met de eigen dochter kon bemerken soms
werd ik zelfs vooral door den baron
verwend. Ik had een zeer goede stem, en
daar de heer v. Bendeleben een groot lief
hebber van zingen was, liet hy my een
uitstekend muzikale opleiding geven. Ik
maakte al spoedig groote vorderingen en
kon hem geen grooter genoegen doen, dan
wanneer ik in schemerdonker zijne gelief
koosde liederen zonghij schonk mij daar
voor dikwijls zaken, die misschien voor m ij n
stand minder passend waren. Ik echter nam
met kinderlijke vreugde de vaak kostbare
gescheuken aan, en verbeelde mij, dat ik
daar het volste recht op had. Daar Hannah
een hartstochtelijke liefhebster van paard
rijden was, schonk hij ook my een prachtig
rijpaard en amazone-costuum. De baron gaf
ons persoonlijk onderricht, en zoo werd het
mijn grootste zaligheid, met Hannah tocht
jes te paard in den omtrek te maken. O,
dat waren gelukkige uren, en myne liefde
en dankbaarheid voor de familie, die my
zulk een leven vol vreugde verschafte, ver
vulden dagelijks meer en meer myn hart.
Zoo was een jaar na onze „aanneming"
verloopen, en daar er geen goede tante
kwam om ook Hannah de vermaken der
groote stad aan te bieden, brachten hare
ouders ons in kennis met den adel in den
omtrek, en vormden zy het plan, om in den.
aanstaanden winter de bals in de naburige1
of doode jonge vogels vond, ook nu weer
zyn de jagers bezig wat het vorige jaar het
doodende lood ontkwam, meedoogenloos
neer te schieten. Honderden worden al weer
van ons eiland naar Parys verzonden,|om aan
den modegril der dames als offer te dienen.
Schande, meer dan schande, dat onze dames
(die nog wel zoo gaarne voor teergevoelig
versleten willen worden) indirect de oorzaak
zyn tot deze moordpartijen. Wie kent ze
niet, deze mooie witte zeezwaluwen, die
onze polders en stranden stoffeeren. Wat
kunnen ze zich pijlsnel in 't water laten
vallen om hun prooi te bemachtigen, hoe
worden ze door zeelui als voorboden van 't
naderende land begroet. Reeds 't vorige jaar
vleide men ons, dat de wet op 't beschermen
van vogels wel spoedig gereed zou zijn.
Welnu als men niet voortmaakt zal 't voor
deze soort niet meer noodig zyn. Met onze
zee- en mantelmeeuwen gaat het denzelfden
kant uit. Er zyn kustvisschers,die 's zomers
in plaats van naar de Noordzee, naar de
Wadden trekken, om weken achtereen alles
neer te schieten wat onder hun bereik komt.
Dat de regeering toch spoedig maatregelen
neme. (L. e. V.)
Een smokkel-historie.
Men schrijft uit Enschede
Niettegenstaande het aantal kommiezen
te Glanerbrug in den laatslen tijd aanmer
kelijk is vermeerderd, schijnt daar toch
nog een uitgebreide smokkelhandel in suiker
te worden gedreven. Vooral de winkelier
W. aldaar wordt verdacht wekelijks een
belangrijke hoeveelheid suiker uit Duitsch-
land te ontvangen en hoe groote waak
zaamheid de kommiezen ook aan den dag
leggen, toch weet hij het zoo aan te leggen
dat, al wordt hij ook al eens verbaliseerd,
steeds vrijspraak volgt.
Gisterenavond hadden zich weer twee
rijksambtenaren achter zyn woonhuis, on-
middelyk aan de Duitsche grens, verdekt
opgesteld. Juist waren zy voornemens op
te breken, toen ze een man zagen aanko
men, met een zwaren zak op zijn schouders
die suiker bleek te bevatten. De man, dien
men wilde arresteeren, verzette zich hevig
en bij de worsteling, welke ontstond, wist
een vrouw, die zeker by den smokkelaar
behoorde, ongemerkt den zak suiker mach
tig te worden, waarmede zij naar de Duit
sche grens ijlde. Een der kommiezen het
bemerkende toen zy reeds een eindje weg
was, rende haar na en hield haar nog staan
de even vóór de grens. Ze bleek geen katje
te zyn, dat men zonder handschoenen kon
aanpakken. Ook van haar kant kwam hevig
verzet en zy wist op Duitsch grondgebied
te ontkomen, De smokkelaar, die door den
anderen ambtenaar werd vastgehouden,
slaagde er in zich eveneens los te rukken
en over de grens te verdwijnen, zoodat de
vangst dus op niets uitliep.
De plaats, waar de worsteling plaats
vond, was bestrooid met suiker uit den zak
die was opengescheurd. Naar wij vernemen
heeft de vrouw by de Duitsche politie aan
gifte gedaan, dat zij nog aan gene zijde
der grens door de Hollandsche ambtenaren
was vervolgd en mishandeld.. (Ned.)
De Grieksche Jantjes.
Men meldt ons uit Amsterdam:
Een aardige attentie heeft de consul-gene
raal van Griekenland, de heer R. Lehmann,
den Grieksen matrozen en onderofficieren,
dienende aan de hier liggende torpedoboot
Aaspis, aangeboden. Ter gelegenheid van
den naamdag van den Koning van Grieken
land brachten gisteravond een deel der be
manning den avond bij Carré door. Heden
avond maken de overige manschappen van
de hun door den heer Lehmann geboden
gelegenheid gebruik om een kijkje te nemen
in een Nederlandsch specialiteitentheater.
In de Birk, onder de gemeente Soest, is
op eenige meters van de spoorlijn door den
landbouwer J. F. aldaar het in een stuk
papier gewikkeld lijkje vannen pasgeboren
kind gevonden. Daar by de lijkschouwing
bleek, dat er teekenen van geweld op het
lykje te bespeuren waren, ishetlykje door
het gerecht in beslag genomen en naar
Utrecht vervoerd. Reeds een week geleden
had F. op die plaats het papier bemerkt,
doch er toen geen acht op geslagen. Toen
hij er nu weer voorbijkwam en het papier
met zijn stok wilde verwijderen, kwam het
hoofd te voorschijn.
Men schrijft uit Sliedrecht:
Hedenavond werd in de kerk der Chris
telijk Gereformeerde gemeente de orde op
bedenkelijke wijze verstoord. Sedert eeni-
gen tijd heerscht onder de leden dier
gemeente een weinig Christelijke geest
ze zyn in twee partijen verdeeld eenerzijds
de predikant met zyne aanhangers en an-
stad te bezoeken. Ruth werd tegen den vol
genden zomer tehuis verwacht, en dan wilde
men alle genoegens van het schoone jaar
getijde genieten. De herfstmanoeuvres zou
den in onze streek gehouden worden, men
verwachtte zeer veel inkwartiering, en dit
achtte men tevens een geschikte gelegenheid
voor het geven van eenige feesten, waarop
Hannah hare intrede in de wereld zou vieren.
Niets verstoorde mijn geluk, dan de gedachte
aan do terugkomst van Ruthzy was altijd
myn tegenstandster geweest, en thans, nu
zij volwassen was, zou zij haar afkeer van
mij zeker niet meer verbergen. Het kwam
echter anders.
Toen wij op zekeren dag van een wan
delrit terugkeerden, zagen wij een statig heer
naast den baron op het bordes staan, en
toen wy tuit het zadel gesprongen waren,
zei de baron„Lieve Hannah, reik je zwager
de handgraaf Satewski is de bruidegom
van je zuster."
De graaf keek nu eens mij en dan weC-r
Hannah aan, tot de baron ook my voor
stelde „En deze wildzang," zeide hy lachend,
„is de vriendin mijner dochter, en onze lieve
huisgenoote, mejuffrouw Margaretha Siegis-
mund,"
Luid jubelend viel ik Hannah om den hals,
en fluisterde„Nu is het geluk onzer vriend
schap volmaakt!" en toen snelde ik, tot
aller verbazing met het lange rijkleed over
derzijds eenige kerkeraadsleden met het
overige deel der gemeente. Nu is het de
laatsten gelukt te bewerken, dat de predikant
is geschorst en na de predikatie dezen avond
waartoe ds. v. d. Heiden en ds. Wisse waren
overgekomen, zouden de motieven, die tot
de schorsing hadden geleid worden voorge
lezen. De hoofdzaken waren: gemis aan ver
ootmoediging en het niet willen erkennen
van schuld. Maar daar kreeg men de poppen
aan 't dansen. „Ge liegt", zoo riep men. Dat
werd het sein voor eeu geweldig spectakel
waarby vc>or en tegenstanders zich geduchtig
deden gelden. Een aanwezige politieagent,
lid der gemeente, moest de orde handhaven
en spoedig kwam daartoe meer politie te
hulp. Na afloop werd door de kerkeraads-
party een vroeger ontslagen ouderling weer
in eere hersteld en morgenavond wil zy
een president kerkvoogd benoemen in plaats
van den dominee wat nieuwe standjes doet
verwachten.
De nieuwe verkeersweg op Flakkee.
In een uithoek van Zuid-Holland ligt ons
vruchtbaar eiland, door breede stroomen
geïsoleerd van de centra van handel en
verkeer. Oude gewoonten en kleederdiachten
hebben er, dank de afzondering jaren stand
gehouden; de typische keuvel der Flak-
keesche boerinnetjes getuigt er nog van.
Toch ging het moderne leven ons niet
gansch voorby en een boer snort bijwijlen
al op een stoomfiets, waar hy vroeger den
klepper aanspande. En thans is de tijd al
niet verre meer, dat het stoomros rennen
zal door de vruchtbare landouwen.
Wie thans na de mooie bootreis van
Rotterdam door het Spui (of wilt ge meer
afwisseling in de vaart, maak dan de reis
door het Voornsche Kanaal) de flinke bui
tenhaven van Middelharnis inkomt, ziet
aan den wal by de prachtige, nieuwe Tram
haven, in plaats van den eentonigen Haven-
dyk, groote stoomkranen, flinke aanlegstei
gers en een aardig stationnetje. Daar ziet
hy stapels rails, reuzenhoopen ballast en
dito stapels dwarsliggers gereed liggen, om
door rappe handen te worden verwerkt.
Drie millioen K.G. rails, 50,000 M'. ballast
zyn benoodigd voor de 50 K.M. lange tram
baan. Van Middelharnis is de weg reeds in
wording, langs den Oosthavendijk zich bui
gend achter de kom van het dorp, waar
het hoofdstation reeds kant en klaar gereed
staat. Daar moet wat gebeuren in die aan
eenschakeling van polders. Hier moet een
dyk worden afgegraven, daar een berm
worden opgehoogd. Alleen aan den Haven-
dijk moet een grondverzet plaats hebben
van 25,000 M3., en om bij Melissant den weg
te effenen tusschen de polders Nieuw-
Kraayer en Kraayenisse moet 43,000 M3.
verplaatst worden. Voor het geheele traject
van Ooltgensplaat tot Ouddorp moet niet
minder dan 600,000 M3. grond verzet wor
den. Daar zyn heel wat handen voor noodig.
De Flakkeesche arbeider wry ft zich ge-
noeg'lyk de banden! By den boer maakt
bij in dezen tyd al niet meer dan een kleine
gulden dagloon, by het tram werk kan hij
Zaterdags moeder de vrouw op zijn minst
met een ronde tien gulden verrassen.
Heel wat schikkingen met polderbesturen,
met dijkgraven en gezworenen zyn noodig
geweest, eer het groote werk kon aanvan
gen. Zoo'n coupure van een 70 c.M in een
kostelijken dyk is voor een dijkgraaf een
zaak van gewicht. Ware het niet, dat in
de binnendijken voor wegen-aanlag reeds
vroeger ingravingen waren gemaakt, het
had zeker meer moeite gekost de toestem
ming onzer dijkheeren te verkrijgen. En
dan de waterloozingWat al ijzeren buizen
zyn daarvoor niet aangevoerd; hoeveel
zwaarwichtige discussies niet gehouden of
de pijp 50, dan wel 60of 70c.M.middellijn
moest hebben.
Over al die vaarten en vaartjes moesten
bruggen worden gebracht. Van Middelharnis
tot Ouddorp zyn 17 diverse kunstwerken
daarvoor noodig. Daarvan is het mooiste
en merkwaardigste de rolbasculebrug over
de haven van Dirksland. Ligt zoo'n ding
er eenmaal, dan is het mooie er van niet
meer te zien. Als de onderbouw nog zicht
baar is en 66D technicus als de bereidwil
lige tramingenieur, de heer Kuypers, zoo'n
werk verklaart, valt het mooie ervan ook
den leek in het oog.
Het kenmerkende verschil tusschen de
gewone basculebrug en de rolbasculebrug
is, dat de by de basculebrug voorkomende
tapwryving by de rolbasculebrug is omge
zet in rollende wrijving. Bij de laatste valt
het zwaartepunt van het totale brugsysteem
samen met het aangrijpingspunt van de
kracht, die benoodigd is om de brug voor
schepen te openen. Hoe dat te verkrijgen?
Voor Rotterdam, dat de eer had de eerste
rolbasculebrug te bezitten (daarna zyn er
den arm, door het park naar my'ns vaders
huis. Ik sprong de uitgesleten stoep op,
liep Kartrien byna onderst boven, en storm
de de studeerkamer van myn vader binnen.
De bekende dikke tabakswalm sloeg my
tegendoch dat hinderde my nietik wierp
de ryzweep op een stoel, en sloeg beide ar
men om vaders hals.
„Ik moet u iets vertellen, lieve papa.
Denk eens wat zegt u er van Ruth
Plotseling rees iemand van de sofa op,-
ik keek hem vol verbazing aan, er kwam
zoo zelden iemand ten onzent, dat ik een
spook dacht te zien,— een slank, jong
geestelijke stond voor mij.
„Dit is myne dochter, heer collega," zei
mijn vader. De oogen van den jongen man
waren met verbazing op my gevestigd, en
't scheeD dat ik hem, in myn prachtig rijcos-
tuum, als dominee's dochter wel eenigszins
bespottelijk voorkwam.
„Schrik niet, dame," zeide hy, „u zult mij
hier vaker zien, daar ik tot dominee te
Weltzendorf beroepen ben."
Ik keek verschrikt naar mijn vader.
„Ja, Gretha," zei deze, „ik heb mijn eme
ritaat genomen, om mij geheel aan mijne
studiën tewyden,en eenige daarvoor noodige
reizen te doenoverigens blyft hier alles
onveranderd, de eigenlijke pastorie hierover
staat ledig, en daar dit huis mijn eigendom is,
behoeft hier niets gewijzigd te worden. (iü.uJ