MD-IOLLANDSCHE IN ZEEUWSCHE EILANDEN. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Bericht ONZE EILANDEN VOOR DE Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,50 Afzonderlijke nummers- 0,05 No. 23 ZATERDAG 2 MEI 1908 15E Jaargang Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukkeu en Advertentiën worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per advertentiën van 1—5"regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Na een sluimer van bijna zeven jaren komt de oude bekende weder om tot U. in een nieuw kleed gestoken lioopt zij wederom als vroeger in vele huis gezinnen te komen, om aldaar met blijdschap te worden ontvangen. Steeds zal de Administratie er op uit zijn om datgene te geven wat in de afgeloopen week het meest be langrijk was zoowel in Binnen als in Buitenland. De lezers van „Vooruit!" ontvan gen het blad geregeld, hetwelk hun GRATIS zal worden toegezonden. Op een goede ontvangst vertrouwt De Administratie van ONZE EILANDEN. Buitenlandse!» Overzicht. SHel gnut het liberale kabinet in Engeland lang niet voor den wind. Bij tusschentijd- sc.lie verkiezingen is reeds herhaaldelijk een conservatief verkozen en de liberale meer derheid slonk bij elke stemming opnieuw. Daartoe werkten vooral de ingediende drankwet, die duizenden belanghebbenden tegen de regeering deed stemmen en de Ier- sche party mee. Deze laatste, vry talrijke groep zag zich teleurgesteld in hare verwachting, dat het liberale kabinet hun zelfregeering (Home Rule) zou schenken. De krachtige beweging voor het vrouwenkiesrecht, die in Engeland zich steeds krachtiger uit, werkte even min ten voordeele van de regeering, want ook de feministen zagen zich in hare ver wachtingen bedrogen. De zwaarste slag even wel, die het kabinet kon treffen, was de langdurige ongesteldheid van den liberalen leider, Sir Bannermann. Reeds in ons vorig nummer vermeldden wij, hoe hy zich ge noodzaakt had gezien den Koning om ont slag te verzoeken. Vry plotseling nog is daarop deze week zijn doodsbericht gevolgd. Na den dood van zijn echtgenoote in Augus tus 1908 is de overleden Staatsman nooit meer de oude geworden. Hij trok zich het verlies van zijn geliefde vrouw zoo sterk aan, dat het gezonde optimisme, dat hem steeds kenmerkte, nadien nimmer meer is teruggekeerd. Bladen van allerlei richting schrijven uiterst waardeerend over Sir Bannermann. Zonder uitzondering betuigen zij hun leed wezen over het heengaan van een der meest op den voorgrond tredende Engelsche staats- FEUlLiJLETO 1ST. Uil liet leven mijner ontle vriendin. I. In het hooge, smalle huis aan de over zijde,' achter de met kanten gordijnen be hangen vensters, daar woonde zij, wier levensgeschiedenis ik u wil verhalen, 't Is een ongekunsteld, doch op waarheid gegrond verhaal, want mijne heldin, een oude, ongehuwde dame, heeft het mij zelve toevertrouwd. Hoe menigen langen achter middag heb ik, schijnbaar met een hand werkje bezig, mijn vis a vis gadegesla gen En als dan de nog altijd sierlijke ge daante, in het eenvoudig grijs lusteren kleed en met het sneeuwwitte mutsje op de glad gestreken grijze haren, met heur breiwerk of de courant lezende aan het venster zat, overviel mij altijd een diep gevoel van medelijden met deze eenzame. Nooit kwam baar iemand bezoeken. Eiken namiddag zag ik haar op een bepaald uur hare woning veilaten om een wandeling te doen. en eenige uren later zat ze dan weer breiend of naaiend in haar leunstoel aan't venster. Wanneer zy somwijlen, op warme zomer lieden, die daarbij zeer geliefd was om zijn persoonlijke eigenschappen. Een unionis tisch blad, dat de regeering steeds scherp bestrijdt, zegt, dat het Engelsche volk Camp bell Bannerman dankbaar is voor zijn be stendig, opofferend plichtbesef en de diensten, die hij jarenlang den lande bewezen heeft. Uit Zuid-Afrika, dat aan hem zijn zelfre geering te danken heeft, komen eveneens tallooze bewijzen van hoogachting voorden afgestorvene. Door den dood van Bannerman moesten veranderingen in het ministerie plaats hebben en als gevolg daarvan alweer heeft in het distrist Manchester een verkiezing plaats gehad, waarbij Winston Churchill een pas benoemde minister, een leelijke nederlaag heeft geleden tegen zijn unionistischen te genstander. Bij de vorige algemeene verkie zingen versloeg Churchill zyn tegenstander met vrij groote meerderheid en thans wordt hij zelf met groote meerderheid verslagen Wel een bewijs, dat het getij in Groot Brit tan je aan het verloopen is. De unionisteït-vpr- kneukelen zich aldat voor hen de tijd reeds komt om de regeering in handen te nemen! Te Müochen heeft het tweede Harden- proces een aanvang genomen en dit is ge ëindigd met een volkomen rehabilitatie van den veel vervolgden redacteur. De lezer herinnert zich wellicht, hoe het proces- Harden-Moltke op de veroordeeling van den eersten uitliep. Een redacteur van een Duitsch blad, de Neue Freie Volkszeitung, had beweerd, dat Harden een millioen ont vangen had van prins Eulenburg, een der beschuldigden in het vorig proces. Daaraan werd het dan toegeschreven, dat Harden en zijn verdediger niet getracht hadden prins Eulenburg van meineed te overtuigen, toen hij zwoer niets onzedelijks bedreven te hebben. Door een aanklacht wegens las ter kregen thans Harden en zijn advocaat Bernstein gelegenheid het bewijs van dien meineed te leveren. Nu immers konden ze verschillende getuigen oproepen. Wij zullen onzen lezers de weerzinwekkende bijzon derheden van het proces sparen. Het feit is dat Harden er volkomen in geslaagd is te bewijzen dat zijn beschuldigingen niet op losso gronden berustten. Dit werd door den rechter in het veroordeelend vonDis, dat tegen den redacteur der Neue Freie werd uitgesproken, dan ook nadrukkelijk verklaard. Voor Harden is dit natuurlijk een groote overwinning, Eulenburg is na dit proces een verloren man. Zonder twijfel zal legen hem thans een protest wegens meineed geopend worden, tenzij het gaat als in 't eerste proces Moltke. In Turkije dreigde dezer dagen weer eens een conflict. Sinds het begin der achttiende eeuw hebben verschillende groote mogend heden het recht in Turkije eigen postkan toren op te richten. De oorzaak daarvan is licht te bevroeden. De onveiligheid van den Turkschen postdienst maakte het voor den avonden, haar venster geopend had, kon ik haar aan een ouderwetsch klavier zien zitten, en ruiscliten lang-vergeten melodieën tot mij overo, uren lang had ik er naar mogen luisteren, terwijl mijne verbeelding zich met haar verleden bezighield Hoe komt bet toch. dacht ik dan, dat zij zoo eenzaam en verlaten is De buren noemden haar „de oude juffrouw Siegis- mund", móér kon ik echter niet omtrent haar vernemen. „Zy gaat met niemand om zij leeft geheel op zichzelven zij is ongenaakbaar" zóó luidden de antwoor den op mijne vragen. Hoe meer ik de oude dame ongemerkt gadesloeg, des te grooter werd mijne belangstelling, des te dieper mijn medelijden, des te levendiger het ver langen, iets naders omtrent haar te ver nemen. Op zekeren heerlijken zomer-avond wan delde ik naar bet stil en eenzaam kerkhof, om er een krans op het graf eener vroeg gestorven vriendin te brengen. Nadat ik hem om het marmeren kruis geslingerd had, zette ik mij even op het bankje onder den treurwilg, en dacht aan haar, die nu reeds 3edert een jaar onder dezen grafheu vel sluimerde: Zou 'tniet beter zijn jong, bemind en betreurd te sterven, dan een zaam en verlaten te leven, als de oude juffrouw van de overzijde? Plotseling hoor ik voetstappen achter my, handel onmogelijk zich op den Turkschen dienst te verlaten. Daardoor vindt men in Turkije een 30 tal Oostenrijksche kantoren, 24 Fransche, 17 Russische, 7 Engelsche, een Duitsche en 3 Italiaansche postkantoren.1 Italië wil nu in eenige steden nieuwe kan toren oprichten. Neen, zegt de Porte, zoo heet de Turksche regeering veelal, dat mag niet volgens de postovereenkomst van 1901. Gevolg: een vlootvertoon van Italiaansche oorlogschepen voor de Tursche havensteden. Gevolg alweer: de sultau haalde heel gauw bakzeil en 3tond de opening der gevraagde kantoren toe. Zoo gaat het met elke her vorming, die men in dat land wil bereiken. Meneer de Sultan speculeert, zoolang als hij kan, op ae verdeeldheid der mogendhe den. Hij weet wel, dat die meestal zoo naijve rig op elkaar zyn, dat een hervorming door de eene voorgesteld, bestreden zal worden door de andere. Alleen daardoor kunnen de moordtooneelen in Macedonië ongestraft voortduren en is elke maatregel krachte loos. Het Engelsche voorstel bv. om over Macadonië een Europeesch gouverneur aan te stellen met groote macht bekleed, zal wel den doofpot ingaan of zoodanig verwa terd worden, dat het geen doel zal treffen. In October van het vorige jaar had bij Shrewsbury in Engeland een spoorwegon geluk plaats, dat aan 18 menschen het leven kostte. Een commissie van onderzoek heeft omtrent dat ongeluk treurige feiten aan het licht gebracht. Het bleek toch, dat Martin, de machinist van den verongelukten trein, had geslapen. En de oorzaak ervan? Niet anders dan oververmoeidheid van den betrokkene. Hij is een volkomen matig man, die geen druppel alcohol op den ongeluksdag had gebruikt. Wel had hij verscheidene nachten 'achtereen dienst gedaan en door uitputting overmand, had hij geen weerstand kunnen bieden aan den slaap. Het onderzoek heeft aan het licht gebracht, dat overmatige arbeidsduur bij het Engelsche spoorweg personeel herhaaldelijk voorkomt en dus de veiligheid van den spoordienst allerminst verzekerd is. Net als bij ons, is men geneigd uit te roepen. Ook bij onze spoorwegen komen overmatige arbeidstijden blijkens de indertijd gehouden enquête herhaaldelijk voor. Gebeurt er dan een ongeluk, dan krijgt ook het personeel de schuld, terwijl de spoorwegdirectie^ de boosdoeners zijn. Het Engelsche publiek is thans verontwaar digd over de gebleken misstanden. Onge lukkig is de macht van spoorwegdirecties gewoonlijk zoo groot, dat er weinig tegen te beginnen is. Men denke maar eens, hoe de spoorwegdirecties in ons land de ministe- rieële voorschriften krachteloos konden maken. Toch blijft de particuliere exploitatie bestaan, tot de toestand eindelijk onhoud baar is geworden. De boycot van Japansche waren in Zuid- China neemt steeds grooter afmetiDgen aan en omziende, ontwaar ik haar, aan wie ik zooeven gedacht had; zy droeg haar grijze kleed, een zwarte sjaal, een oud-modischen hoed en parasol, en in de andere hand een krans van geraniums; ze wandelde met gebogen hoofd na ar 't oudere gedeelte van het kerkhof, en was weldra achter het hout gewas, uit mijn gezicht verdwenen. Mijne nieuwsgierigheid dreef mij in dezelfde rich ting voort, en ja! ginder lag de oude dame voor den met klimop begroeiden grafheuvel geknield, en hield haar gelaat in het donker gebladerte verborgen; ik plaatste mij achter een oude zerk, tot zy ten laatste opstond, en zich wederom met gebogen hoofd en met betraande oogen verwijderde, terwijl zy den geranium-krans op de grafterp ach terliet. Nu naderde ik de plaats waar zij gebe den had; daar stiet mijn voet tegen een voorwerp, en toen ik het opnam, zag ik dat het een in verkleurd rood leder gebon den boekje was, waarop nog eenige voor heen vergulde letters: W. v. E. zichtbaar waren. Ik stak het boekje bij mij, boog mij over de verweerde grafzerk, en las. WILHELM von EBERHARDT, Luitenant bij het Regiment 'infanterie Geb. den I Juli 1805. Gest. den 20 November 1834. Ik haalde het boekje wèer te voorschijn en houden de Chineezen vast aan hun be sluit, niet te rusten voor zy den Japanschen handel 10000 maal de boete voor deïatse Maroe betaald, nadeel hebben berokkend, dan is het einde er van niet te voorzien. De Japansche regeering begrijpt dat ook zoo. Zy -heeft een smaldeel van 15 groote linie schepen naar Zuid China gezonden, zooge naamd op vriendschappelijk bezoek. Het doel echter is indruk te maken op de Chi neezen en den ban der Japansche waren opgeheven te krijgen. Of het veel helpen zal, is de vraag. De beweging gaat overal met de grootste kalm te gepaard. Al trachten de Japanners on lusten uit te lokkeD, door de bewoners dei- steden over te halen hun waren te koopen, het helpt hun niet. De Japansche minister van buitenlandsche zaken schijnt aan de Chineesche regeering te hebben laten weten dat hij haar aansprakelijk stelt voor de schade die de Japansche handel lijdt. De boycottende bevolking bekommert zich daar over al weinig. Het is licht te begrijpen, dat een bron van verwikkelingen in deze kwes tie ligt opgesloten, want Japan zal niet nalaten, wraak te nemen, zoodra het daar toe kans ziet. In Italië heeft in 1907 een langdurig pro ces plaats gehad tegen den oud-minister Nasi, die van oneerlijke praktijken met de staatsgelden werd beschuldigd. Het proces eindigde met zijn veroordeeling en daardoor verloor hij zijn burgerschapsrechten. Hij ver beurde daardoor tevens zijn Kamerlidmaat schap. Maar spyt alles wat over den minis ter aan het licht is gekomen, zijn de kie zers in 't Siciliaansche district Trepani hun afgevaardigde trouw gebleven by herhaalde verkiezingen. Zoo ook ditmaal. Trepani koos Nasi met een overweldigende meerderheid nl. 2691 stemmen tegen 581 op zijn tegen stander. Dat is nog eens zyn dankbaarheid toonen Frankryk krygt in Marokko met zijn paci ficatie van dat woeste land hoe langer hoe meer te doen. Thans is het oproer tegen de vreemdelingen ook in de hoofdstad Fez uit gebarsten. Oproerige fanatieke benden heb ben de buitenlandsche Postkantoren ge plunderd. Wel werden de schuldigen onmid dellijk gevat, doch het is voor deFranscho imperialisten, die Marokko wenschen in te palmen, een te schoone gelegenheid om op meerdere bezetting aan te dringen, dan dat zij die ongebruikt zouden laten voorbijgaan, Binnenland, Ernstige ongelukken. Te Fijnaart is Zondag morgen de stoker der Z. N. Stoomtram maatschappij, G. V., toen hij van de in gang zijnde machine wilde springen om een wissel om te gooien, daardoor overreden, Zyn linkerbeen is geheel verbrijzeld. Zaterdagavond is op het stationsempla- W. v. E., Wilhelm von Eberhardt, hoe zonderling! En heden was't den le Juli, de geboortedag van den overledene. In welke betrekking mocht dat oude, eenzame meisje tot dien doode hebben gestaan? Volgens den datum op zyn grafsteen, was hy even dertig jaren toen hij stierf, en thans, na zoo lang vervlogen tijd, nog zulk een diepe smart? Zij moest hem dan wel zeer be mind hebben. Zou 'teen harer familie leden zyn? Doch neen, na veertig jaren wordt een neef zóó niet meer beweend misschien was het haar bruidegom Diit kon mogelijk zyn; arm, oud meisje, wie weet wat droevig leven gij achter u hebt? Zoo in gedachten verzonken, was ik tot voor onze huisdeur gekomen, en toen ik haar weder in den ouden leuningstoel zag zitten, nam ik een kloek besluit, stak de straat over, en stond in 't volgende oogen- blik op het portaal van de tweede verdie ping. Eenigszins angstig klopte ik op de deur, die na een korte poos geopend werd, én de oude dame deinsde een weinig ver wonderd achteruit. Toen ze mij echter her kende, zei ze op viendelyken toon „Kom binnen, mevrouw." Ik gevoelde mü zeer verlegen, omdat ik thans eerst bedacht, dat ik tegelijk met het vinden van 't boekje, ook mijn nieuwsgie righeid moest bekennen. Zij verzocht mij plaats te nemen, en keek my vragend aan. cement Terborg den rangeerder Boersbroek een voet afgereden. Arm kind. Op het Havengezicht bij Goes, 3 Zaterdagnamiddag een ruim anderhalf- jarig meisje spelende in een achter de woning gelegen waterput gevallen en verdronken. Verdwaald. Door de politie werden Zater dagmiddag aan denDelftweg, nabij deZweth, een meisje van vier en een jongetje van driejaar zwervend aangetroffen. De kindoren waren blijkbaar verdwaald, doch weldra kwam de yader van het meisje en do moeder van het jongetje opheldering geven. Ze hadden hun kinderen reeds in Vlaardingen en te Kethel gezocht. De kinderen bleken te zijn de 4 jarige Mina Mallekus en de 3-jarige Willem van der Gaag, beiden wo nende aan de Damlaan te Schiedam. Een hevige hagel- en onweersbui. Maan dagmorgen in de vroegte tusschen halfvijf en vijf uur, barstte er boven Leeuwarden een hevig onweer uit, dat gepaard ging met zwaren hagelval. Massa's hagelsteenen daal den op de stad neder en werden hier en daar door den wind tot zoo aanzienlijke hoogte opgehoopt, dat later, toen de hagel smolt, de dakgoten het water niet konden verzwelgen, zoodat deze en gene inwoner verrast werd door een ontlading van liet water aan den binnenkant van zijn huis. Eergisteravond laat lichtte het al nu en dan. Het weer was buiig den gansehen nacht. Ook na het hevige onweer rommelde het nog bij tijden. En thans is daarop een dag gevolgd, die eeider in een heel koude Maart dan in een Aprilmaand thuis behoort. Verscheiden telefoonleidingen schijnen door het onweder defect geraakt te zijn. Aan het ministerie van waterstaat te 'sGravenhage werd op 29 April aanbesteed; het uitvoeren van baggerwerk in het Noord-Pampus nabij de haven van Goede reede. Minst ingeschreven door de Inter nationale Maatschappij tot het aannemen van werken te Rotterdam, f 39,900. Benzine-bedwelming. Nabij de villa van den heer Wendelaar, op Zonheuvel, bij Doorn, is een diepe kelder, waarin de ben zine voor de verlichting bewaard wordt. Een loodgietersknecht begaf zich in dien kelder om een stuk gereedschap te halen, dat daarin was gevallen. Weldra bleek, dat hij bewusteloos was geworden een tweede knecht, die met een touw om zijn midden afdaalde, moest ook spoedig opgehaald wor den, omdat bij door de dampen bedwelmd werd. Allerlei pogingen, om den jongen man te redder), mislukten. Eindelijk klom een broe der van hem naar beneden, nadat de noodi- ge voorzorgsmaatregelen waren genömen. Deze gelukte het een touw om den bewus- telooze te binden, waarna deze werd opge haald. Dr. Van Laar was intusschen ter plaatse gekomen om geneeskundige hulp te verlee- „Vergeef mij, waarde juffrouw, "'zei ik ten laatste, „dat ik u even stoor; ik was zoo gelukkig iels to vinden, dat waarschijnlijk uw eigendom is, daar wy, naar 't my toe scheen, ons geheel alleen op 't kerkhof be vonden." De oude dame tastte ijlings in haarzak, toen verbleekte zij, en greep met beide handen naar het boekje. „O, duizendmaal dank," sprak ze, „dat zou een onherstelbaar verlies voor mij ge weest zijn." Daarop zweeg zij weêr, alsof ze reeds te veel gezegd had. „U kent my zeker, lieve juffrouw," her nam ik, we zijn zulke naaste buren, dat ik my nauwelijks behoef voor te stellen." „O, zeker ken ik u en mijnheer uw' echtgenoot; 'tis mijn éónige vreugde, uw gelukkig leven te zien. U zijt zoo vroolyk, zoo vergenoegd; de gullen lach van uwen man dringt zoo vaak tot in myn kamertje door. Ge zyt ook beiden nog zoo jongGod behoude u voor elkander." Deze woorden klonken zóó weemoedig, dat ik my niet kon weerhouden hare handen te grijpen, en te zeggen„Lieve juffrouw, ook wy stellen hartelijk belang in u: ge zijt zoo eenzaam, zoo alleen kom toch ook eens bij mij, ik wil u opvroolijken, met u babbelen en - Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1908 | | pagina 1