Tweede Blad
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
r IN HET KRAAIENNEST "1
ZATERDAG 9 JUNI 1934
In eigen kring.
FEUILLETON
Het verborgen rijk.
„bh" r
KERKELIJK LEVEN
o ntspannTngsiectuub
de bom,
(Periseiiiopje).
Vele sell.o,one zaken en heilzame. dingen
li/cien onder den 'na,aan' dien ze dragen.
Éen Engelsch spreekwoord! zegt Wel:
„What is a name"! Wiat is een naam
maar die dat spreekwoord .uitgevonden
heelt, moet z'ij'n lioht ana:a,r gaan opsteken
in de zakenwereld a.l ia een artikel mog
ze,o goed van kw&IReit, ma,ar het heeft
een slechten .naam, het artikel gaat niet.
En omgekeerd :ga,a.t i0|0|k op. Hjaarlemimer-
ohe en oamillen zullen blijven' winnen
van de wetenschap; en de kwakzalvers
zullen 't veel drukker hekken .dan de
dokters. De maan# is .alles. Daarmee valt
en staat heel wat. D;at geldt niet alleen
voor de meer zakelijke, maa,ar .ook voor
de meer .ideëele dingen des .leyiens.
Het meest sprekende voorbeeld is wiel
het begrip; godsvruchtmaar sedert een
godvruchtig imensch gewoonlijk1 'n vroom
mensch genoemd wordt, en sedert het
woord „vroom" door <ïe vrijbuiters ge
bruikt werd om' ,er allen iniinaiohtend meo
te ho.onen die door Run haindel en wamde!
den liberaliseerenden heereln, 'tot verwijlt
werden sedert dien is' het begrip vroom
heid een zeer gevaarlijk onderwerp, waar
voor een 'andere naam dient gezocht to
worden.
Een dergelijk' geval doet zich vpor met
het woord en begrip: apostolaat. Som
migen zij'n een flauwte ïnjahSj! ala je nrcuar
't woord noemt: „Apostolaat". Onwille
keurig jrien ze zich zelf, alsi s|ohïjin|heilige
uitslovers die met puriteimsehe gezichten
aa.n hun klanten inplaats yarn een half oma
worst en twee ons doorregen' lappemi, oen
pond devotie en twee kiloi vrpome praat
jes doorspekte godzaligheid meegeven.
Apostolaat! ze gruwen er van. Ze
zien 't, als wat sch'ijinheilig geleuter en
vervelend gekwezel van menschen. die; to
pas en te onpas praten .oyer O. L.Hi. «n
O. L. H.-tje. «n zóó zedig gekleed1 zijn dat
ze bijna stikken in hun# boogie boordjes;
als wat gezanik ,van; menschen die eigen
lijk de rol van den pastppr overnemen en,
inpla.ats hard te werken vopr hu,n. Zaken,
hun tijd vermorsen met 't af&teken vam
geestelijke traetaatjes.
't Is echter zonder meer duidelijk, dat
dergelijke verscha alde en verschraalde piet-
luttorigheid niets met vroomheid en niets
met apostolaat heef't uit te staam. Even
min als je je naaste een plezier do,et iruet
een lekke sigaar of! 'n worsten-brniodje-
zonder-w.orst, evenmin kum je hem helpen
met een uitgedroogde preek en bijl tij' le,n
ontij te pas gebrachte gesuikerde en ge-
coniijie godsdienstigheid.
Met dit al en ondanks dit nllesj on'cliaaiibs
den kwaden naam dien onhandige men
sehen aam mooie dingen bezorgen, blij!
ven vroomheid .en apostolaat grapte en
broodnooidigo beho-elten in de wereld.
De beoefening ervan is misisehien .nog
meer een kwestie van takt dan yarn weten
schap; en meer een kwestie va,n .eerlijk
heid en oprechtheid dan van opgeschroefde
en geforceerde RoAmsichiigheiid 'waarmee
we ons Heilig Geloof' gop, vaak belachelijk
zien gemaakt.
Dezer dagen wjas ik even bijl Tante IC»
in haar goed-beklanten .groiemteniwinlkel,
om 'n paar pond spinazie .te klooipem. Die
doortrapte Rppimsche Tpmte ICo beschikt
in haar volstrekte en ongerept eerlijke
natuur over een takt oim haar medeiman-
sehen tot goede gedachten te brenlifemi .die
menig zielzorger haar kan benijlden.
Tante ICo woont in de nieuwe buurten,
van D'en Haag Waar veel van dat 'goedbe
doelende, maar oppervlakkige volkje
woont, dat zopwat leeft op jt randje v,a,n
het leven. Jonge stelletjesl di'e niet veiel
meer weten van ouderwetsohe degielijitóheid,
meedoen met de nieuwste snuf'jeis], vrouw
tjes, pas getrouwd, die hum omnoipzel twee
kinder-systeempje overal publieik te kqor
dragen als van zelf sprekende dimigem; die
de theologie des levens ontleeniein aam de
laatste film; 'die ze gezien hebben en al
lerlei .gewaagde theorieën oyer
en huwelijksleven in jjraktiilk brengen.
Voor de toonbank van Tarnte ICo,. .tus-
■sehen Bruis|selsoh lof en EEoornisdhe worte
len door, worden al die kwesties) behan
deld. Tante IC» met ha,ar eerlijk gezicht,
en haar goede hart, wianrvam iedereen
voelt dat het 't eerlijk meent wht het naar
de tong brengt, weet altijd het juiste
ontwioiord.
Deze week dan kwam een jong vroulwi-
tje die een baby verwacht bij! Tante ICio
bninenloiO'pen. Ze stond' daar nog al dik
in 't krijt en ze voelde dat er toch
56
Terwijl de lucifer brandde hekeken wijl
die plaats. Er wias een voeg .in den
rotsvloer en groote hemelda,ar, gelijk
met den grond1 was een stesnem ring. Wie
zeiden geen woord, we Waren .te opge
wonden en onze harten sloegen te wild,
dan dat wij: kónden spreken. Good1 had een
mes met een haak er aan; bijl maakte
itien open en wrpetts langs! den ring.
Deze 'begon te 'bewegen. Da,ar hij! va,n
steen was, was hij! in al die eeuiWen iniet
vastgeroest, wiat het geval geweest zon
zijnindien hiji va® dj'zer w:a,s ..geweest.
De ring stond na korten! ,tij|d' rechtop.
Daarna stak hij' zij'n hand .er in1, trok met
alig macht ,ma,ar tevergeefs; niets bewoog
zich. ...,La.at mij! eens .prabeeren"-Zei
ik on geduldig, want door -de lirigimal vain
den steen -juist jn den bock' .-„Waia het
onmogelijk voor twee man- oim tegelijk' te
trekken. Ik spande mijn uiterste krachten
in, maar zonder gevolg. Tpen probeerde
sir Henry^ het, maar het gelukte Jiean
evenmin. Good nam hierna weer zijp. haak'
en wroette langen tijld' op de plaats, waar
de lucht do.orheen. kwam.
iets afbetaald moest worden. Maar ze
had. koopziek', haar huislhoiuldgeld' weer
gedeeltelijk vermorst, en -Je rest uitgege
ven aan een bioscoop en een snoepje. Die
eenige uitweg was dus: een leugentjie.
Ze kwam binnenstappen! met een k'wasi-
bedroefld, 'n onhandig vertrokken gezicht je.
„Ik heb een leelijfce boiodsrahap' voor j,e.
Tante ICo. Ik heb1 vanmorgen .f25 ver
loren. Nou kon ik je weer niet betalen.
Verloren, vanmorgen ik' -denk bdj
Vroom en Dreesman. Maar denk dr om,
m'n man mag dat niet weten".
Maar Tante ICo .die de jonge vrouwtjes
dio geld verliezen bij' Vroom en Drees
man. kent, zei er direct lieel verzekerd
bóven op:
.Dat mag ik ook niet weten!"
„Neen dat mag, ik ook niet Weten!
Nee. Marie, luister nu eens. .Dat mag je
nu niet doen. Als je krap .zit, dat. .weet je
wel. gal jk de eerste ziijln om schikkelijk!
te wezen. Maag je moet niet liegen# jeiffl be
driegen. Wees niet boos dat ik' j,e dat zeg.
't Is voor je eigen bestwil. Bat moet je
noodt doen als je een kindje verwacht.
Want al dat slechte Wiordt in dat kindje
geboren. i
't Jonge vïoiuwtjo stond haar even aai»
to kijken, 't Was allemaal zon oprecht
en zo,a eerlijk!, Zoo, waarachtig gemeend.
„Ja, je hebt eigenlijk gelljik". Je bent
een schat.
Die ging, beter naar huis. Ze zal nooit
meer 25 gulden verliezen bij! Vroom en
Dreesman.
-Tante ICo heelt mot haar tact ruzies
bijgelegd in gtezinmeai,, menschen ..milder
gemaakt, ppstandigen verzoend' met hun
lot. I
'u Goed woprd en een goed voorbeeld
zijn het beste apostolaat.
H. D'Ei GREIEVE, pr.
DE HE,ILJGE, EAENABAfÈ'
ill Juni. i
Ofschoon deze heilige niet door Chris
tus-zelf a,ls éen der twaalf' aptotelen was
gekjozen, wordt Wijf toch door 'de ver
schillende kerkvaders1 en zcll's dooi den
evangelist Lucas* .ap|ostel genoemd. D'e
oorzaak hiervan is wel te Zoeken in het
'feit, dat deze heilige op( bijzondere wijze
door den H. Geest werd uitverkoren tot
het aiplgstolaat en dat hij' een zeer .g'ijoot
aandeel heeft gehad i,n .Ihot werk v,an de
prediking in de eerste tijden van het
Christendom. H'iji was-geboortig), van het
eiland Cyprus, waar zljln ouders, die tot
den stato yan Levi behoorden, een schit
terend buitengoed beZa,ten. In den be
ginne droeg hij' den naam1 van Josef', maar
na de hemelvaart noemden de andere apos
telen hem steeds Barnabas', hetgeen betee-
kent Zoon van tropst, of Zoon van den
profeet. N.a,d den dood van Christus1 was
plfij' het, die bot eerst zijn goederen ver-
pikpcht en de opbrengst aan de voeten
■plv.an de gp|»stelen nederlegde. Ook' hij
was degene, die Saulus na, zijb bekeering
naai' de apfo§telen veerde, terwijl de mees
ten hem nog vreesde als een vijhnd van
het Katholicisme.
Om Zijn groote deugden wordt Bar
nabas in de heilige Schrift genoemld:
een goed man, vol van heiligen geest en
geloof1. In Antiochië, waar h'iji geniigen
tijld werkzaam1 w,as, maakte hij' vele be
keeringen en werkte te Tarsus gedurende
een jaar samen met den H. P,aulus. In
zijn streek gebeurde het ook, dat do
heidenen aan de volgelingen van Christus
den naam' .gaven v,an Christiaai of' 'Chris
tenen. Om het groote werk' der bekeering
van (je heidenen te ondernemen bereisden
Paulus en Barabas tezamen clyrië, Cyp.-
rpg, Pam|p|hilie en Lycuonie. Eens pre
dikte de heilige in gez'elschapl .van ,St.
Paulus te Lystrië én verrichtte daar een
wonder, terwijl een groote menigte hei
denen ervan getuige was. Dez'e Meenden,
dat de goden gnder hen waren neerge
daald en gaven aan Barnabas den naam
v.aji Jupiiter en aan Paulus, die het woord
voerde, den naam van Mercurius. Dit
gebeuren is dopr den beroemden Eaplhael
vastgelegd in een van zijn cartons, welko
zich te Hampiton-Court bevinden.
Toen dan ö;ok Barnabas met Pa,ulu,9
o[pj de eerste kerkVei'gadering te JctauiZatóm
aanwezig was kónden z!ijl met recht en
rede spreken van de groote wonderen,
welke God door hen onder de heidenen
had gewrocht. Jia bet concilie reisden
lus en Barnabas t.eziamen weder naar
Antiochië, waarna zïjl van .elkander schei
den-; Barnabas reisde door naar Cypjrus.
Voor z]o|o;ver men kan nagaan .is de hei
„Nu Curtis", zei hij1, „probeer het nog
eens. je bent sterk voor twee. W.aoht
even", en hij! deed' een grooten Zwarten
halsdoek1 g,f, weikeu hij', gewoon aan net
heid in zijn Meeding.f;noe.gltii'd droeig, Hij
stak dien door den ring^.^Quatermain, pak
jij nu Curtis om het middel en span je
uiterste krachten in om te rukken .als
ik het woord „Nu," zeg".
Na een looigenblik wendde sir Henry .al
zijn enorme lichaamskracht aan, Gooid' en
ik deden hetzelfde, voor zoover de natuur
ons die had' gegeven. „Hemel! hemel!
hij geef't mee", juichte sir Henry en
het was of ik zij'n rugispieren kon 'hooren
kraken. Plotseling w:a,s er een knarsend
geluid, toen een luchtstroom ,en wijl la
gen allen op den grond.met -een jgïoioten
jilatten steen hij! ons. De kracht van sir
Henry had het gedaan en noodt kwam
spierkracht iemand beter te stade.
„Steek een lucifer „aa-n -- Quatermiain"
zei Hij', zoodra wij], weer overeind .waren
en onzen adem teruggekreojem hadden.
„Voorzichtig nu." Ik deed het en daar
voor ons, de hemel zij' .geprezen! was de
eerste trede van een staameni -trap.
„Wat moeten we nu doen vroeg Good.
„De trap .afgaan natuurlijk en ons
toevertrouwen aan de Voorzienigheid. Maiar
wacht even Quatermain, neem bet beetje
biltong en water mee, we khnmeu het
lige waarschijnlijk nog, in Rome geweest
en heeft hij;, ook te TVTilaan biet H:
Evangelie verkondigd. Tussöhen de jaren
60 .eh 70 is h'iji Op] Cyprus dóo-r da Jioden
in een hunner Synagogen gesteenigd' en
tengevolge daarvan te Salamina overleden.
ZSjih lijk werd in 488 gevonden. Omtrent
de echtheid van den "zendbrief! van Bar
nabas heeft men nooit eenige zekerheid
kunnen krijgenzij! staan dan ook niet
op den canon vermeld.
't Moest wel heel érg zijin, overwoog
Pastoor Pluijlmers, nu zelfls zfn kerkbe
stuur-secretaris pók al over „de kwestie"
wa,s kbmen spreken. Secretaris van Dijk
was anders, wat men noemt 'n evenwich
tig men. En SJeerooim, had '(m( in al dio
jaren, niet zioo nerveui gezien als daar
juist. I
„Heel de piamchie praat en "bablbélt..
Eerwaarde, het 'wiaa-dt 'n klein schandaal
tje. Vandaag of morgen barst 'die tam:
Dat loopt niet go/id af, dat gaat mis."''
Tja, barstende hommen, veroorzaken le
ven. Niets Zo» zeker. En da.n zeker aan
'n toizOndere school, die nog min of' meer
ha,ar sporen verdienen moet. 't Was
'n vervelende lbo cl. 'n Echte sneeuwbal-
historie. Gegroeid onder het rollen. Nu
scheen het opl 't laatst 'n onontvouwbaar
kluwen te zijfn geworden.
Secretaris Van Dlijfe' had 't nu weer
over de Rozenstraat, In den volksmond
beter bekend als de Ykoienbuurt.
Die Vermaas moest da,ar gisteravond, in
,,'n, kring van belangstellenden", wel .da
nig tekeer ,211111 gegaan. Eergisteren was
er nog geen sprake van 'n jongetje van
Vermaas. JTpen gin® het im|miers over
dat zoontje van Koeberg. Meester Duiver
hajl Joop Koeberg „gekacht^id", zegigen
de krant en - artikels. Heel vaderlijk ove
rigens en heel gewoon. Maar Koeberg S.e-
nior had naar aanleiding daarvan z''ji
stappen naar 't sclhnolplein gericht en daar
tegen 't piersoneel gedreigd Met niets min
der da,n den commissaris van politieToen
ha di't schoolhoofd, meneer Berghe, den
man beleefd doch .nadrukkelijk gevraagd
o;pts trommelen en ,a'n Sp'ruit al vast tnlee
te nemen.
Pastoor bqgreep 't werkelijlk' niet,'meer,
wat den menschen bezielde. Het moesten
toch wel zenuwen zïj'n. De eeu'wl der Ze
nuwen! Eén bonk' .tipgéwoadeinhieid.,
Als ie nu den koster Ts met 'm bood
schap) naar Vermaas stuurde, dan wou
die persoonlijk! allicht wel 'a oven op! de
pastorie kómen en konden ze.... Rïengg!.!
'Hemeltje-nog-aii, Pastoor schrok gr
van op, Zóó vinnig werd ór daar aan z'n
deur geheld, 't Schoolhoofd, meneer Berg-
he. De brave Mail werd 'binnengelaten
wit van opgewondenheid. Pastoor ibicod
beleefd 'n stoel. Meteen zaten de heeran
midden in „de klwcsfic" "t Was „hoog
water" Mj' Berghe.
„Nu moet u iets dóen, Eerwaarde! Met
vÜjlf', Zes 'komen ze aan m'n deur staan,'
't Lijkt wel "n demonstratie, 'k Durf1 hu,ri,
termen niet te herhalen. M'n vnjuw zit eh
te huilen. Wat ,z'e werkelijlk willen, als u
't mij! vraagt, ,'k! weet 't waarlijk niet. In
ieder geval, zie willen hun kinderen terug
naar de openbare school zenden!"
„Wat is er dan eigenlijk' geweest met,
Vermaas i I
„Ja,, Verm'aas uit de Rozenstraat.
Mijnheer van Dijk zei hier..."
„Van Verm'aas weet 'k niets af1, Eer
waarde. 't Eijfn menschen van 't Walp|ad,
de Achtersingel en heel die nieuwe w'ijk'
daar..."
Nu werd 't Pastoor ook' 'n beetje te
knap. IC'wam' de olplpositie dan warempel
uit alle hoeken van ,z'n parochie? Onder-
ban^ begon ie iets te begrijpen van de
opgewondenheid 'bij! van Dlijkf
.,'k Stel voor, Eerwaarde, dat u onmid
dellijk 't politie-bureau, vraagt en proces
verbaal laat m'aken tegpn 'n stuk otf
twee. Er moet nu 'n daad gesteld1 wor
den!!' ijl.'.
„Meneer Berghe!" schrok Pastoor.
„Ja, "k! méén 't werkelijk!, Eerwaarde.
Zooga.at 't niet langer!"
„!En, Zo,u 'tzooals u daar zegt,,
opl te lossen iziij'n ?''- i
„Toch wel te stuiten. Daarbij ,'fc'
kian me niet als 'n booswicht laten be
handelen. Absoluut niet. M'n vrouw zegt
ook i,V S 1 i
„Ik zal er werk' van giaken, meneer
Berghe. En geen moeite splaren. Maar
u moet me voor harde Maatregelen zekér
tijld laten tot morgen. Wie motgen geen
^verhaaste dingen doen. U piet en ik
noodig hebben."
Ik kroop weer terug naar onze plaats
bij! de kisten en toen ik daar wias, kreeg
ik een denkbeeld. Wij! hadden de laatste
vier en twintig uren niet te veel a,an dia
manten gedacht. Na wiat w'ij! er door be
leefd hadden, maakte bet idee alleen ons
ziek, maar ik dacht, da,t voor het geval
wijl uit dit spooikhol kwamen, 'n zak vol
ervan toch niet kwaad zou zijn. Daarom'
stak ik mijn hand in den1 eersten, kist
en vulde al mijin- jas- en broekzakken .en
daarna eu dit wias een gelukkige ge
dachte nam ik ook nog een paar han
den vol van de groote steenen ruit de
aerde kist. Daarna wierp ik nogpen hoe
veelheid in de deken van Poulata,, waarin
nu niets meer was da.n één waterflesleh en
een stukje biltong. „Vrienden1!" riep
ik „zoudt ge ook' ^liet wat diamanten
meenemen Ik' heb mijn zakken en de .dia
ken vol." „Kom toch Quatermain.
La.at de diamanten naar de maian loopen.
Ik hoop er nooit meer te zien," ant
woordde sir Henry.
Wat Goed betrof, hij' zei jiiets, .ik dehlf
dat hij afscheid' nam van wia,t er overge
bleven was van het arme meisje, dat hein
zoo, had liefgehad. En vreemd .als het u
moge schijnen lezer, gemakkelijk' thuis
zittende en denkende aam de groote, .wlaiar-
lijk onmeLelijike schatten, welke Wijl op.
niet. W.e hebben beiden '.vooral veel aan
Isaljnte in deze omstandigheden. Dunkt
u iZ'elf niet.?,"1 1 I
Ofschoon pruttelend, Berghe moest dit
toegeven. En in ieder gev,al w:as .zpn opge
wondenheid weer zoover gezakt, dat ie
'a lucifer noM eu ,zi'n gedoofde sigaar
weer aanmaakte, 't Begin vian roofeen is
immer 't begin van 'n betere stefmjhling.
'n Kwartier later 'zat Heeroom nog
heel zwaiar te pirakkizeeren over die
groeiende antipathie tegen z'n "bizondere
schoolj tl'
Grutten-ja, er was onlangs 'n vrouw
iets komen vertellen. Wie was dat ook al
weer geweest Geen Vermaas, geen Koe
berg. Deed er niet toe. Zulke dingen
kwamen inin of!Imeer geregeld terug.
Verkeerd geplaatste Zorg der oudefs in
de meeste gevallen. %>o blazen zó kleinig
heden tot geweldige vergrij|p|en op1.
Maar nu bleek' n»ta bene dat er reeds
drie hoeken waren, waar 'het k'wlaad nes
telde: De Rozenstraat, de Nieuwe W'ijk
en die buurt van Koeberg. Neen, de
heeren onderwïjlzers kónden niet aan deze
beleedigingen worden opgeofferd. En Se
school nog minder, 't Eene was al erger
dan 't andere. Maar 'n oplossing? Een
jusite weg? 't Politie-bureau. Alle
maal zloo ongewenscht, z|ï»i hard, Zoo.
Neen, dat was nikfe.v
Pastoor bekeek 't notitie-blaadje, Wiaa,r-
op ie, onder 't denken door, verschillende
namen had zitten krabbelen van betrok
kenen*. Vermóias, de gebelgde vader, en
(Koeberg, Senior, Vijoitw Bleek', Vroiulwl
iZant, meester Berghe, meester Duiver,
'n drietal mannen uit de Nieuwe Wijk.
Maar tuss'c'hen die namen trof i,e geen
o'plossiug. 1
Toen nam, ie 'n heel goed bfjsluit. De
kerk was niet Zoo ver al' en tusschen
Altaar en .'Godslangp] .is altijd wel het
iHooge Licht te vinden voigr 3,en meest-
duisteren noiodtoestand.
De volgende ochtend bracht 'n nog
grootere verrassing. Nu 'bleók dat ook de
Kapelaan en de qatechismus-les reeds '111
„de kwestie" gemengd waren. De kin
deren van moeder Z,uidem'a, van 't Oude
Marktje schenen „onheuscfa, onbillijk!, on
rechtvaardig" 'behandeld te zijh. Tenmin
ste volgens het buurvrouwen-oordeel, dat
min óf meer 'gepeperd langs het Oude
Marktje galmde., 1
Geen wonder dat kerkmeester van Dijk
andermaal op'flaogde. En ditmaal kwamen
z'n meeningen .en eisehen zoo ongeveer
overeen met die van meester Berghe;.
„Nu de pplitie er maar 's 'Ijijl om de
zaak uit te Zoeken!"'
Meneer Pastoor zag natuurlijk heel
goed het gevaar zitten. De bom* stond
inèlerdaad op barsteu. Maar eigenaar
dig genoeg sinds vanmorgen herinnerde
ie .zich maar aldoor '11 ouden stelregel van
z> vroegeren professor in de phetoriCai.
Bij 'God mocht hij rusten, de brave man
en verlost izïj'n van alle vreeselijke vol
zinnen). Genade-ja-, men z|»ui .aooi zgggen,
hoe kon 'n ma-n der welsprekendheid er
tenslotte '11 bruikbaren stelregel op - na
houden?, 1 i
„Ka.lmt-e, ignderzloek, en flan geiweld!')'
Dat zou Pastoor 's1 toepassen, 't Lijntje
met namen "was- zeer aangegloeid,. En 't
werk zpn niet meevallen*
Pastoor tnok' eerst naar de. Vlopiien-
bunrt. Vrouw Vemaos hield' 'n rede-vofijri-
vuist-weg. Pastoor begon al vast met alles
kalm te doorstaan -en te .oanhoprenj
„En toen 'zei meester 'Djuiver tegen
«nzen Henk... én toen Zei Henk'.1, cn
buurvrouw van hierblowen zei toe
maar toen Zei ik'.en die blaagt^yan-hier-
oyer kwam toon zeggen lze ,aeien ik
zei, mensch, toch, z'ei ik,en dat 'zbuden
ze mijn jongen niet behoeven te dopm
zei zoen ik iziei, dat mSjb jongen
zoo goed was als de hare en toien zei mlo
man i
Meneer Pastoor ging, nog,veel klanten
af... Maar niet overal Weef ie zoolang
als in 't begin. 'En i'egan igts tot 'm
door te dringen. De ,eene kwestie scheen
de andere te hebben opgeroapiein, dat werd
duidelijk, 'n Straf, door 'n onderwijzer
uitgedeeld billijk' genoeg overigens
wa)S in 'n buurt oorzaak' gqworden .van
sppt, van leedvermaak' oojé 'al, tus'schen
verschiRende bewoners oinderling. Daarbij
ontstond dan bet kpplpiig voornemen,,'k
Laat m'n hinders op geen .enkele sqhool
ringelooren, wat denken ze wel. 'k Loiop
niet aftn jcjuiand's leiband." 't 'Laatste
bij1 de sarrende spotternij van „Dat durf
je niet!" j i ..p
En dan Moot je in 'n Contrei als de
Vlooienbuurt of' 't Marktje dubbel dur
ven, anders ben je 't kind' van de reke
ning. i i
Rlepereer onze eer!
Zoolang de wonde te versoh was1, heb
ben wij kiesehheidslhalve niet willen rep
pen over het wreede voorval, maiar nu
meenen wif wel met eenige voorzichtig,»
zalving te mogen -spreken over -die smarte
lijke nederlaag, die ons vaderlandsob le-
gioen-van-elf op het dorre en 'hobbelige
slagveld t e Milaan moest ondergaan, tot
vertwijfeling -dei- Nederlandsche Ma,agd,
mijnheer Hollander en van al degenen#
met het bekendevloeiende Woeid! van wij
len Hendrik Tollens in de aderen.
„Oranje bóven!" „Je maintendrai!"
stond er wekenlang! boven' de sportbesfehpu-
wiugen in diverse .bladen.
„We gaan naar Rome",- dreunde de
radio-jaaz-band. „We gaian naar Rome"
hieven de lagere en- middelbare scholieren
in. koorzangen en1 soli 'aam. „We gaan
naar Rome" klank het in fabrieken en
werkplaatsen. „We gaan na,ar Rome"
galmde het uit de kelen van ambachts
lieden, beoefenaars der vrijle beroepen ön
schepelingen in geregelde «n; „wdlda "vaart.
Ja wie zong ,of floot het eigenlijk' niet
We begrepen, dat jlez'e krijgskreet hart
verscheurend' was) voor de dominee'a
Kersten. 'Ligbeek e.s".," doch wijl zagen
tegelijk in, dat in, het aanschijn van dit
enorme algemeen belang aan .elke persoon
lijke gevoeligheid het zwijgen moest wor
den opgelegd.
Het ging om de nationale eer, om niets
meer of minder dan dat! Asjeblieft.
En daarom plakten vijfduizend lainldge-
nooten zich vol met de rood-wit-blauwo
tinten; daarom' zetten zijl siuaasia.ppelkleu-
t-ige mutsen eu baretten op; daarom pak
ten zij reismanden am acte-tasseheu vol
met gekookte koiude eieren, brood met
Geldersche ham, zure zult van Zwanen
berg eu Hollandsclie pekelharing; daar
om beklommen ze gewone fietsen e® extra-
treinen, daarom werden ze uitgewuifd door
vrienden, vijanden, verwlanten, bekenden
en onbekenden.
Wanneer ooit 'n zelfde percentage
Italianen na,ar Amsterdam komt om hun
broeders daar te zien voetballen, zal ieder
rechtgeaard Hollander naar zijn voorhoofd
mogen wijzen en 'dieZuidelijke oimbe-
heersehte uitbundigheid vonnissen, als 'n
demonstratie die nergens o,p lijkt.
Nu ,kan de uittocht eohter doorgaan
voor een weloverwogen plan van koel be
rekende nuchtere mensoheh, die uit dien
aara der zaak' tot geen dwaasheden in
staat zijn. Men lette ,op het verschil s.v.p.j
Helaas, is wat zooi grootseh -en breed
Werd begonnen, op een kleinigheidje uit
gekropen.
Het Oranje moest gestreken; „ik" ver
mocht zich niet te handhaven.
„Tweedrie!" Hollander's laatstewaord
klonk als 'n snik en de duizenden die niet
over de Alpen waren* gakla,h;terd, snikten
bij! hun luidspreker mee.
Arme nationale eer! Vertreden donr
twee en twintig Zwitsersche plompe schoe
nen de eer... die toch .z'o,o, teer is!
We kunnen het er iniet bijl laten, zitten
overigens. i I
Aan gezien de ïhtennationale voetbialbe-
stuurderen het wel niet goed' zullen yin-
aen, dat .onze 'ploeg, zoolang eeini prima
doelverdediger ontbreekt, haar goal af
dekt met kippengaas, zullen wlijl ons, eens
gezind moeten vóórnemein, nooit of te
nimmer meer een Z,witsexseh kaasje ,aa,n
te spreken totdat die bergibewoinera weten
waar rij staan moeten ,um ,on'ze helden aan
de lauweren .te helpen, die wij! voor hen
eisehen. „Repereer omza eer", zijl thans
de leuze! j i
UITKIJK.
Eindelijk ging de eene buurt de andera
opstoken. Er liepen voor- ,en tegenstan4
ders tusscheu, "die de feiten eerst uit da
vierde of! vijfde hand te weten k'wam'en.
Dat deerde niejs. Z,e namen ze als onam-
stootelijk a,an. Zoo, groeide hun tegenzin
vopr de school van Heeroonnv
D'eze meende 'n middel te zien, olml da
za4ak opi te helderen, 'n Groot aantal pa
rochianen werd in z'n zitkamer op| da
pastorie genoodigd. Ze kwamen wat gaar
ne. Vrouw VeiMa,as heeft dieu miiddag
aRe klceren iu d'r hand genomen ,om: te
kijken wat nu wel ,,'t deftigst" stoaid,
Eu ze had gebladerd in 'n verfomfaaid
„Goede Manierenboekje" uit de negenti
ger j-aren. Zooals Vrouw Vermaas mlo,eten
er meer rij'n geweest. i
:B!ij z'n eigen onderwijzers moest Heer
oom ten slotte nog hef meeste pleiten
om de heeren te hewegep dez'e bijéénkomst
bij! te wonen, 't Lokte niet erg. Pastoor
deze wijize verlieten kan ik u verzieikieren,
aat wanneer ge acht en twintig uren met
liet vooruitzicht niets te eten en te drin
ken meer te zullen hebben, op die plaats
hadt doorgebracht, ge ,u er weinig om
bekommerd zioudt hebben, ,of ge *u niet
diamanten zo.udt hebben kunneu beladen
bil het afdalen in de onbekende diepten
der aarde, in de hoop te .ontkomen, aan
een afschuwelijfcen dood. Indien het mijn
levenlang niet mijin gewloomte w'as ge
weest, wat een tweede natuur iwasl ge
worden', om nooit iets- van waarde te laten
liggen, wat ik kon meenemen', dan; ben
ik zeker, dat ik mij! niet de moeite zoiut
hebben gegeven ,om mij'n zakken en de
deken te vullen.
„Kom Quatermain," herhaalde sir Hlen-
ry, die reeds op de eerste tredie stond van
de steenen trap, „ik zal het eerst gaan."
Hij liep langzaam vooruit en telde de
tredentoen hij! tot vijftien gekoimen
w'as. hield hij; op. „Hier is de bodem!
Goddank, ik geloof da,t er hier een door
gang is. Volg! mij! verder."
Good liep achter 'hem ,en ik kwam het
laatst en toen ik ,otp den grond stond, stak
ik een van de tw'ee overblijvende lucifers
aan. Bij! het lioht konden wïji zien, dat wij
in een kleinen tunnel stonden, die rechts
en links met rechte hoeken naar de trap
liep. waa,r wij van .afgekómen .wiaren.
Voor w'ij! verder iets konden uitmaken,
brandde de lucifer mijn vingiers 'en ging)
uit. Toea rees de moeilijke kwestie, wel
ken weg moesten we gaan?, Natuurlijk:
was het onmogelijk .om, te weten, waf de
tunnel was, of wa,ar hij! heen leidde. Die
eene weg, welken Wij! konden inslaaju, zoiu
ous tot veiligheid kunnen leiden en de an
dere tot den doioid. We waren geheel be,-
sluiteloOÊ', tot het plotseling Gooid! door de
gedachten -schoot, da,t toen ik den lucifer
had aangestoken, de tocht -de vlam- naoc
links had geblazen. „Laat ons tegen
den tocht ingaan," zei hij! „ludht dringt
binnenwaarts, niet buitenwaarts."
'-Wij besloten dien- raad te volgen en
lang® den muur voelende met -onze han
den, terwijl wijl de» grond voior ,ons| bij
i-ederen stap probeerden, vertrokken wij1
van die verwensolite .schatkamer op onz'en
verschrikkelijken verderen strijd om het
leven. Indien die plaatsl ooiit weer dopr
eenig ander mensch zou worde» betreden,
wat ik onderstel da,t niet het geval Zal
zijn zal hiji er de teeltenen vindemi vam ons
bezoek in -de open, kisten met juwieclem, de
uitgebrande lamp en de witte beende rem
vau de arme Po,ulat,a. i
(Wordt vervolgd.)