ZATERDAG 17 MAART 1934
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
r IN HET KRAAIENNEST
ONTSPANNINGSLECTUUR
J ALLERLEI
I GEKKE GESPREKKEN j
Het is verboden!
Het hoogste recht schijnt tegenwoordig
vaak het grootste onrecht te zijn. Aan
merkingen op justitioneel beleid zijn altijd
eenigszius riskant en meestal niet aan te
bevelen, maar wanneer de rechterlijke uit
spraken indruisehen tegen het meest ele
mentaire rechtsgevoel en het normale dus
gezonde verstand, dan mag] men toch wel
'n poging' tot verweer of protest onder
nemen.
lie Amsterdamsiche rechtbank heeft on
langs een man veroordeeld tot zeven'
dagen hechtenis, omdat hij! de mensidhen
trachtte te genezen, door de handen boven
■hen uit te strekken, terwijl hij gebeden
opzegde. De rechter vond dat dit onbe
voegd uitoefenen der geneeskunde was.
Wat zegt men nui van zooiets!
Moet 'n land nu .daarvoor juristen op
leiden.?
Gevangenisstraf, omdat men de 'gaven
welke men bezit, of meent te bezitten,
aanwendt tot hulp aau de lijdende
mensehheid!
Er zal mogelijk tegengeworpen worden,
dat indien de wet eenmaal het onbevoegd
uitoefenen der geneeskunde verbiedt, dia
fout bij den wetgever eu niet bij den
rechter zit.
Iloch dit zou slechts een verplaatsing
van de aanklacht beteekcnende onzimnig'-
heid bleef.
Echter: de wet is niet zoo dwaas. Met
onbevoegd uitoefenen der geneeskunde, be
doelt zij niet het belangloos offreeren
van onschadelijke dingen en middelen.
In het tegenovergestelde geval Zou men
immers niets een? iemand een beproefd
huismiddeltje miogen aanbevelen; men zou
geen goeden raad mogen geven. Het ver
vaardigen van de veie duizenden genees
middelen en het aanprijzen er van in boek
en blad, zou strafbaar zijn. Geen reisver-
eeniging] of spoorwegmaatschappij' zou re
clame kunnen inaken voor het verblijf
in gezonde streken. Zoo zou men voiort
kunnen gaan tot in het oneindige. Doch
waarvoor is dat noodig. Uit de gegeven
voorbeelden blijkt duidelijk gemoieg, dat do
wet alleen strafbaar stelt bet uitoefenen
der geneeskunde door onbevoegden, die om
persoonlijk profijt zaken aanwenden, ge
vaarlijk voor 't leven. En hoe af een
rechtbank in het opleggen van handen en
het uitspreken van 'n gebed een gevaar
lijke zaak kan zien, is ons een raadsel,
een bespottelijk raadsel.
Heeft de schrik voor het gebed de in
toga gestoken heeren zoo ontsteld, dat zij
die wonderlijke beslissing namen?.
Men zou het bijna denken, wanneer
men de vonnissen bekijkt, geveld ovier
hen, die werkelijk het leven van gevaar
lijk bedreigen.
Roekelooze chauffeurs komen er met 'n
paar rijksdaalders af; dood doior schuld is
meestal geen feit meer waarvoor men zijn
vrijheid verliest en slechts enkele dagen
geleden hoorde een verdachte, die voor - 'n
afschuwelijke vereeniging even afschuwe
lijke praktijken tegen het leven, op infame
wijze gepropageerd had, 'm boete van één
gulden tegen zioh cisdhen!
De gevangenisdeur slaat evenwel open
voor den man, die tot heil van zijn mede-
menseb bad!
.Verder commentaar overbodig.
UITKIJK.
street kwam vestigicn was kapitein Wil
liam Kidd, een bekend slavenhandelaar
en berucht zeeroover. De regeering! be
duidde hem eohter na eenige; jaren, diat
•hij zijn ongure praktijken maar elders
moest gaan uitoefenen, daar de slaven
markt ontstichtend was voor de kerkgan
gers, die Wallstreet moesten paasaeren.
Toen de Amerikaanse!» Vrijheidsoorlog
was beëindigd, kwam Wallstreet in 'bezit
van de Engelschen en toen deze w.eer hjet
veld moesten ruimen, dit was op het
einde der 18e eeuw, bleef er van Wall
street niet veel meer over dan «te© jsagiia
straat met enkele leeggeplunderde, half-
afgebrande huizen. Langzamerhand her
stelde Wallstreet zich'. Het naburige stad
huis, waarin vele belangrijke besprekingen
werden gehouden, zal hieraan niet vreemd
zijn geweest. Men achtte Wallstreet, zoo
schitterend gelegen in het centrum dei'
stad, als een eenige wijk voor hiet vestigien
van kantoren, magazijnen en bainkigleboiu-
wen en na vele jaren is Wallstreet, het
geen -het thans is, nl. het middelpunt van
internationale besprekingen tussehien New
York's geldmannen.
En ondanks het groot inwonersaantal
van New York en ondanks de enorme
uitbreiding' der stad ïs men thans; nog
doende nieuwe bouwplannen te ontwer
pen. En wanneer men eindelijk geen stukje
grond meer Zal hebben, waarop nog een
ettelijke tientallen verdiepingen boogie
Wolkenkrabber kan worden geplaatst, dan
zullen de Amerikaanse!» ingenieurs, die
ee ngroote schranderheid aan den dlaaj
schijnen te moeten legjgen, de etages' xrneit
nog eenige moeten yerhoogen
't Wiegekruisje.
't Hing op z'n eenzame studeerkamer
waar de wanden vol stonden met sta
pels l'ijfvige boekdeele.n het kleine
ivoren wiegekruisje, den rosenstrik' door
't witte ringetje getrokken.
De oude Jezuiet keek er naar met 'n
droevigen, langen blik, en streek mot. z'n
fijne, dunne vingers door 't naar achter
vallende grijze haar.
't Was de laatste herinnering, die hij
uit het kleine huishouden van Henk en
Miep had meegenomen. Hoe kjort waren
ze kamen gelukkig gcw'eest, deize twee
jonge menschen, nauw Vferecnigd door die
pen godsdienstzin, hooge plichtsbetrach
ting en edele zelfopoffering. Dijzen mor
gen was de uitvaart geweest van do
jonge moeder en 'haar eerstgeboren kindje).
Hjijl 'was er ook geweest. Nog vojojr, 't laatst
was de kist geopend en had h|ij( jha,ar
zien liggen met haar kindje in de armen,
bijna bedolven ouder den heerlijken over
daad van bloemen. Er waren paarse tul
pen, seringen, vioolt jes, narcissen, irissen,
gr"oio 'witte lelies en aronskelken. Schoon
lag het Zuivere doode gelaat naar omhoog
gewend te 'midden der bloemen.
En naast liem' ptond Henk, bleek zwlijt
gend, de groote, donkere oogen hunkerend
zoekend naar haar heele 'wazen. H|ijf kon
2Üj|n oogen niet verzadigen ,aan den aan
blik van de (loode. Kalm en rustig, met
de trekken in volkomen vrede, lag het
gelaat open naar boven, 't W.a.s of hij
de beeltenis van dit zuivere geiz'icht in
zich prenten wilde voor alt|ij(d. Hij1 bleef
haar aankpjken. Het deed hem! goed 'en
't gal' hem vrede: het gaf hem' een vast
heid, een steunpunt in den chaos van het
leven, dit schaone, doode gelaat. Een heer
lijke kalmte kwam over hem. Geen wilde
smart in luid geween. Maar toen hiijj den
beghijlpenden blik van z'n geestelijken
vriend in den Zijnen voelde, lei bijl plotse
ling de hand op z'n schouder en sprak
„Pater, het is zoo hard! zoo hard, maar
God vraagt dit offer! Gods wil geschiede"
Toen was de stoet begonnen, naar 't
kerkhof over de stille wegen, waar oen
zacht blauwe hemel hing te sohlijhen h»,-
ven de nog kale maar gezwollen takken
der groote bloomen; de struiken droegen
reeds den tooi van helgroene, blaadje», 't
.Was een heerliij|ke lentemorgen. Hij' liep
naast den oude Jezuiet. Blij! 't groote,
z'w.arte hek had de priester hem' onder
den arm genomen en leidde' hem' naar ''t
graf. Langzaam gleed de groote kist langs
de tou'wen tot op den bodeml van! het gat.
Hïji wierp een handvol bloemen, daarna
klonk de doffe smak van de eerste; schep
aarde top de kist.
Lang was Mjj op 't kerkhof gebleven
met den Pater, die hem als z'n vriend
zoo diep begreep en die Miep gekend
had van d'r prilste jeugdL
Tioen was hjijl naar huis gegaan w,aa.r 't
groote, daverende leven hem' w'eer zou
'opeischeu, waar z'n werk en zlijn lessen
hem weer terugriepen naar 't leven, dat
weer verder zlou gaan, altlijld verder, tot
aan de poorten van het Oneindige, waar
dat andere leven zou beginnen, waar
Miep nu was.
Eenzaam en verlaten stónd 't kleine
landhuis aan de beek, de Zon blakerde op
't ronde dak', duiven vlogen door den tuin.
Naast de groene bank kwamen de nar
cissen al boven den grond, waarvan ze
samen de hollen gezet haddenj.
In de veranda stond de wieg met kan
ten gordijnen waar het lang verwachte
kind eens in Zou kömeni. 't Wiegekruisje
had hjij| den Pater gegeven, als 'n laatste
gedachte aan Miep en 't kindje. Die had
t nog gew!ij|d, toen ze samen van Ober-
am'mergau waren teruggekeerd, waar ze
het gekocht hadden-
Langzaam! liep Lijf de kamers dp,or,
overal haar izliende als 'u stuk goudig
leveu, vol poiëlz'ie, dat uu plotseling af
gesneden was.
Klein hing er t kruisje aan den muur
op de eenzame kloostercel, tusschen de
hooge kasten vol ernstige studiewerken!,
Die giiijjze priester keek' er naar en
streelde met zu vingers over den kleinen
zilveren Christus: „Arme Henk, arme,
goeie kerel! maar ,met G,od zul je. Üe,zeu
slag lo boven komen. Ik zal iederen mor
gen aan 't altaar voor je bidden!
II|ij| zag hem 'weer zitten, twee jaren
geleden, hier op z'n cel tegenover hem).
Toen was hlijl nog protestant-
In de autobus had hij! hem- voor 't eerst
ontmoet. Dadelijk was hij' opgevallen tus
schen al die andere menschen door z'n
zielvollen open blik, waaruit stralend ide
alisme hem tegen sprankelde,. Ze waren
vrienden geworden en een héél jaar was
h!ij| gekomen op de pastorie om daar bij
den Pater 'de heerlijke waarheden van 't
Roomsclie geloof te leeren kennen. Wat
een vurig katholieke jongem'an was Wijl
geworden. Geen halfslachtig menseh, maar
een man van beginselen, eein kerel waar
men op rekenen en houwen k!on ten allen
tlijlde, die door een vuur zou willen, waar
het de goede zaak gold, Hiijj was eem
voorbeeld voor iz'n omgeving, ziqo diep
oprecht, ridderlijk' RlOiOirbseh
In Miep, het eenvoudige, zachte dorps
meisje, had Wijl de vrouw van z'n idealen
gevonden. Miep met het vraolijjke, zonnig
karakter vol opoffering en liefde, de trots
en de steun barer moeder, het zonnetje
van haar ouderhuis, goed, lief en be
zorgd voor iedereen; waar allen van
hielden.
Miep, het onschuldige meisje, nog niet,
do,or de wereld bevlekt, dat hiijj iederen
miorgen trof' aan de Communiebank.', die
zoo vurig bidden kon in stille devotfc,
voor 't altaar neergeknield, alsof haar '11
aureool van heiligheid omstraalde. Geheel
verslonden in gebed.
Als blijli ntuïtïe had hij gevoeld, dat dit
de vrouw was, waarmee hiij| door 't leven
dorst en gelukkig zou worden vóór tijd
en eeu'wigheid.
Boe enthousiast konden ze samen pra
ten over de Katholieke Jeugdvereeniging,
waar zij) leidster van wast Siaiien gingen
ze iederen Zondag naar 't lof, of! bezoch
ten op hun wandelingen de boschkapel
van den kluizenaar ginds ver aau den
Maasoever.
Wat hield ze van mooie boekon De
!heele serie van Pierre l,Ermite had hlij'
haar laatst gekocht, en hij; las er Waar
heele stukken op de 'wandeling uit voor.
Geen beter paar dan Henk' en Miep,
twee echte natuurkinderen, nog niet aan
gestoken door het verderfelijke, moder
nisme dat afstoiotend en bot inwerkt eï
waarvan de vmc'ht een wrange nasmaak
heeft niet flauw en waterig slap, zonder
fut en energie, maar echte, ronde, joviale
karakters, waarop men steunen kon. Ieder
had plezier aan dat stel en men plag ze
graag komen urn' hun hartel!ij|kheid en
vroolijlkheid, die voortkwam uit him on
bedorven rein innerliijjk en hun 'Christelijk!
ideale levensopvatting! Een man eu een
vrou;w! van de daad Een .aanwinst voor
het toekomend geslacht En z!ij[ was ge
worden Zijn vrouwtje1 j heet zonnetje
van zjijln huis! Alles had izïj bent 'ge
geven! Haar gcheele liefde, haar volle
itrouW'!En toch was ze als getrouwde
vrouw nog altijd een kind ge eleven in
haar denken en voelen. Hoe naïef kon ®e
meevoelen, als ze hoorde spreken over
tennis en zwemspprt, waar ze als jong
meisje veel van gehouden had. Wat hield
ze van pittige meisjesverhalen en kinder
versjes. Hoe kon ze soms alsi 'n school
kind glunderen, als ze langs speelgoed
winkels kwam, waar deftige poppen ston
den met schitterende Zijden uleeren aan!
Maar Miep was ook hét lieve huismoeder
tje, die zoo knus koken kon en *s mor
geus vóór schooltijld Iienlk; liet prikken
rn haar 'kookboek om' te zien wat zijl van
daag voor iiem moest iklaa.r makenoloi
hem straks biij| thuiskomst te verrasisien.
'n Ideale omgang hadden die twee, steeds
elkander aanvullend en opheffend naar
Omhppg
't Was een model huweiijjk! geworden!,
lederen morgen naderden zij, samieu tot do
lil. Tafel. Geen storm of sneeuw, gepn
regenvlagen kan hen van dit schoone ge
bruik ai'nouden. Twee pure idealisten wa
ren ze gebleven, geheiel opgaande in elkan
der en juist door hun diep ehristellijjk
huwelijk, elkaar nog beter 'begr'ij'pend en
aanvoelend in en door den keeriijlkien gods
dienst, waardoor ze elkander gevonden
hadden. Sterk, als 'n krachtige wind,
ilreel' hou steeds vooruit hun blakerend
gr.ootseh ideaal „De Witte Christus"!
Eu langzaam W;as na een jaar'f groote
bevende geluk in hun woning gekomlMU
De droom van 't jonge meisje, het inwen
dige onuitgesproken geluk van iedere
'Christelijke vrouw!
Iloe iiadden ze samen gedroomd van
dat groote blijde geluk, dat z'achtkens na
deren ging, als n stuik van heilig teer
verlangen, als 'n vlak van belofte.
In hun vriendelijke, zonnige woning a'ou
het er eens zlij(ii. t Kleine, snoezige jkin-
deke, zoo blijde verwacht met du ros®
wangókes en kleine poez'eligp handjes. Do
wieg hadden ze al samen uitgezocht met
witte kanen gordijjntjes en zijden deken
tjes. Met echt houten radepen, w;aarmeo
ze nijlden kon van de waranda. na,ar de
huiskamer en naar de salon. Twee echte
kinderen waren ze, ondanks hun 30 jaren
die Ze telden, altijld vol nieu'w'e: zonnige
ideeën, vol friseh geluk! En hun biecht
vader had 't 'kleine 'wiegekruisje komen
wijlden. Hiji de huisvriend en vertrouwe
ling van hen beiden.
Maar de laatste maanden was Miep
sukkelend geworden, 't Wierd steeds er
ger! Ze kwam' uiet meer op. 'n Verpleeg
ster kwam in huis!.
En 's avonds knielde hij) alleen bijl Miep
haar bed, vouwde haar de te witte han
den en samen baden ze 't avondgebed,
Hiijj wist 't, hïji vreesde 't ergste. !>e. dokter
had hem reeds herhaalde malen gezegd:
,,'t Is een zwak vrouwtje!" Reeds voor
't huwelijk had hïjj 't geweten, dat zij' niet
lang kon leven, maar ziijjn liefde was zoo
oprecht en onbaatzuchtig, dat hij alles
geolferd had, om de vrouw van zlijln Ver
langens en idealen, al :wias 't slechts voor
liiort, te bezitten. Bijl beschouwde het ,als
een groot geluk, en 'w;as er trotsch pp
om de eigenschappen van haar groot edel
karakter te mogen deelen icn haar wel-
dadigen invloed zoo, nablij! te miogen onder
vinden. En ziijj 'was trots haar langzame
maat zekere ziekte geworden, zij[n hoog
ste ideaal! Altijd vriendelijk; en opgewekt.
Voor iedereen 'n weldadige, invloed, zui
ver, blij' licht steeds uitstralend, totdat
zij) de laatste maanden niet taeer kon,
en te bed moest blijven, 't iWierd steeds
erger. De dokter kwam dagelijks en zei-
de hem zachtjes, dat het onherroepelijk
eindigde. De oude Pater Jezuiet was nog
bij! haar geweest. Ze wist dat ze eterven
ging. Ze voelde het! „Miep, ben je Ibang
om te sterven!" vroeg hijj haar kalm.
„Neen Pater: ik verlang naar Onzen Lie
ven Heer, maar m'n arme Henk! en hijt
kindje?." zuchtte ze. „Ikizou het zoo.'graag
zien voor ik stierf! 'k Verlang er zoo
naar!"
En dan keek ze met haar groote kin-
deroogen naar de leege wieg waarboven
't kleine ivoren kruisje hing aan den r,o-
sen strik'!
En 's avonds werd de Pater wéér ge
roepen. 't Kindje was gekbmen, nog even
gedoopt en stierf in de armen van Üe
Moeder.
Op de eenzame kloostercel hangt het
kleine wiegekruisje met de rose strik,
als 'n laatste teere herinnering vol wee
moed en opoffering uit 'n menschenleveu!.
De rattenvanger van Hamelu.
De sage van den rattenvanger vlam Hia-
meln, een van de merkwaardigste Duit-
sclie 'Sagen, wordt dezen zomer 650 jaar
oud. De stad Hameln a. d. Wezer, jn
dewelke deze sage speelt, is door den rat
tenvanger in de g'ansche wereld vermaard
geworden en tot den dag! van heden heb
ben de ratten er steeds een groote pol
gespeeld. Men kan er koekjes, choaolade
en snoepgoed in den vorm van ratten kop
pen. Eindeloos is het aantal boeken cn
prentbriefkaarten, gewijd aan de sage van
den rattenvanger. Het is in deze omstan
digheden te begrijpen, dat men het 650-
ja,rig bestaan v,an deze sage feestelijk zal
vieren. Dat zal geschieden van 20 Mei tot
2 September. Een uitgebreid feestpro
gramma is ontworpen. Hoofdpunt is de
feestweek, welke van 24 Juni tot Juili
wordt gehouden.
Dc sage van den rattenvangen beeft ze
ker -een historiisdhen achtergrond, alhipe-
wel hieromtrent positieve bijzonderheden
niet hekend zijn. Het volgende wordt
verteld:
I11 de Middeleeuwen werd Hamelu ge
teisterd door een muizen- en raltenplaag.
Het ongedierte nestelde in de huizen en
aan de oevers van deni "Wezer. Het vier-
slond alle voorraden en ondermijnde de
fundamenten van de vakwerkhiuizen. Op
zekeren dag, in het jaar 1284, verscheen
een onbekende in- de stad. Hij' droeg de
bonte plunje van een muzikant en deelde
aan de raadsheeren van Hameln mede, dat
hij de stad van ratten en muizen wilde be
vrijden. Men werd het eens. De man zou
z'ijn loon uitbetaald krijgen, zoiodra bleek,
dat hij zijn belofte 'had gehouden. En
werkelijk, de onbekende had niet gelogen.
Hij stapte door de 'straten, blies een liedj'e
op zijn fluit en onmiddellijk kwamen uit
alle huizen eu zolders geweldige scharen
van ratten en muizen te voorisohlijin. Zij
volgden den zonderlingen muzikant in
lange rijen tot in het water van dein We
zer waarin zij" verdronken. De muzikant
kon zwemmend aan land teru'gkeeren. De
burgers van Hameln waren zeer tevreden,
daar zij' thans van Je plaag bevrijd wa
ren. maar zij weigerden den man voor een
dergelijk gemakkelijk werk het beloofde
loon te betalen. Ontstemd verliet de mu
zikale rattenvanger de stad. Enkelen tijd
nadien keerde hij terug, verkleed als jaigler.
Op een Zondagochtend, toen de burgers
hun godsdienstige plichten in de kerk' ver
vulden, stapte hij' weer do,or de straten.
.Weer blies hij op zijn fluit. Ditmaal wa
ren het eohter geen ratten ,en muizen, die
hem volgden, maar een lange stoet kinde
ren van vier tot vijftien jaar, er waren er
in het geheel honderddertig, danste vroa-
lijk achter den man naar buiten. De rat
tenvanger verdween met alle kinderen in
den nabij Hameln gelegen Koppenberg.
Slechts twee kinderen keerden terug, daar
zij' te laat waren gekomen, maar het eene
kind was blind, het andere doof, zoodat zij
niets nauwkeurigs aangaande het gebeur
de konden berichten.
Hameln is nog heden rijk aan interes
sante Renai'SSiance-huizen. Aan de wraak
van den bedrogen rattenvanger herinnert
het „Rattenvangershuis" een prachtige
staal van Duitsche Renaissance. Het is
gebouwd in de jaren 16021603 als
bruidsschat voor eenadellijke dame. Een
kant van het huis grenst ,a,an de „Bumg'e-
losenstrasse" dat beteekent „trommelloioze
straat". Sedert het verdwijnen der kin
deren mag in deze straat namelijk geen
trommel-geroffel of fluitspel meer weer
klinken. Aan de andere zijde van het
huis staat een inscriptie, waaraan het hui»
den naam van „Rattenvangershuis'te
danken heeft. Deze inscriptie luidt aldus:
„Anno 1284 am Tage Johannis und Puuli
w.ar der 26 Juni dorch einen Piper mit al-
lerley Earbe bekleidet gew-esen 130 Kin
der verledet binnen Hameln gebom to
Calvarie bi den Koppen verloren". Eien
gedenksteen in de crypt van het Ro-
maanseh-Gothische Munster der staid her
innert eveneens a,au de sag.e. De steen is
afkomstig uit de stadspoort v.an. Hameln.
Deze poort werd. aldus een inscriptie, ge
bouwd „272 jaar, nadat de toovenaar de
130 kinderen uit de stad had ontvoerd".
Een derde gedenksteen vindt men in dein
gevel van het in 1610 in rijke Renaissan-
ce-vormen opgeriohte „Hoehzeitshaus"
waarin tot 1721 bruiloften werden gevierd.
I11 1631 had hier de keizerlijke generaal
Tilly zijn kwartier opgeslagen. Hier nam
hij1 het besluit de stad Maagdenburg te
verwoesten, een besluit, hetwelk ,aau 30.000
menschen het leven kostte. In den gevel
van het „Hoehzeitshaus" wordt een ,aan de
sage van den rattenvanger gewijde klok
geplaatst. In den aanstaanden zomer zal
zij worden ingewijd. Op bepaalde nren
zal men, op deze klok, den rattenvanger
zien versschijnen. Op zijn fluit speelt hij
het traditioneele rattenvangerslied. Tevens
trekken de hinderen en de ratten van
Hameln voorbij'.
Het asfaRmëcr van La Br ca
blet asfalt waarop de Amerikanen da-
gel'ijlks hun voeten zetten, komt uit de
r'ijfke vindplaatsen in Midden-Amerika, n;it
het Bermudez-asfaltuieer in Venezuela en
het asf'altmeer bijl La Brea op het Engel-
sche eiland Trinidad, nabiijl de uitmondjngs-
delta v,an de rivier de Orinoco. Dit' asfalt-
meer draagt den naam v,a,n meer ten
onrechte, 'w,ant het grqote ringvormige
bekken met een doorsnee va;n 8 tjpit 9 K.M.
dat tot den rand m'et versfijjfld aardpek
of asfalt (welkis andere namen bergteer,
jjodenlïjlm en bet urnen luden) gevuld is,
is geen eigenlijk' meer.
in een 'woeste omgeving, welkfcr planten-
armoede bijl de weelderige Hora, van het
overige Trinidad sterk afsteekt, ligt het
hekken, waaruit de 'bitumineuze dampen
opstijgen. Zonder gevaar kan men het
meer „betreden"; zlijn oppervlakte is hard
en vast. Over het a,ardpekveld verdeeld'
arbeiden de aan de moordende hitte ge
wende negers van Trinidad en het nabu
rige eiland Barbados en 'breken met lango
'ijzeren haken het asfalt in groote stuk
ken uit den harden korst los'. Op kilo
meters lange smalspoorbanen worden dan
do zwiarte blokken naar 'de opslagplaat
sen gevoerd, die aan den rand van het
bekken liggen'.
Wat liet ,as'f!altmeer op Trinidad echter
eerst tot een werkelijk' natuuiiw,onder
maakt, is het feit, dat zlij'n oppervlakte
gedurig op gelijke hoogte mot den oever
blijft. Dit feit heeft de wetenschap nog
niet op bevredigende wijze kunnen ver
klaren. Hoeveel jaren, ja, z'elfs eeuwen
reeds Columbus, de eerste blanke; man,
die ssijn v.oet op het eiland zette', liet z'ijn
schepen met aardpek! van La Brea, be
vrachten men ook uit den voprraad
van het meer heelt geput, tot heden
heeft men nog geen vermindering van do
massa kunnen cionstateereni-
Altijd maar door dringt uit de diepte
het aardpek naar boven en vuit in korten
tij'd weer bet gat, dat de negers met 'hun
punthaken in de korst hebben gehakt. Bo.
ringen hebben aangetoond, dat de massa
ook op groote diepte gelijkmatig verstijfd
en hard is, niet vloeibaar, zooals men had
aangenomen.
Het natuurwonder van La Brea is voor
de Trinidad Asfalt Maatschappij een ware
goudmijn, die onuitputtelijk is.
Ook elders wordt aardhars gevonden,
vooral in het zuidelijk' en westelijk ge
deelte van Azië, in den Kaukasus en aan
de Kaspische en de Doode Zee, in Per'zië,
Arabië, Jndië, China en Japan, op Cuba,
ook in enkele gewesten van E|Ur,opa, zooals
in Albanië, op Sicilië, in Italië, in het
zuiden van Frankrijk, in Tyrol, Beieren,
Schotland, Engeland, enz. Ook te Ba,sten
nes in het Departement des Landes, vindt
men .asfaltlagen. Gewoonlijk is de aard
hars, die men in dergelijke groeven wint,
sterk vermengd met zandsteen, kalk', enz.
Heden ten dage wordt dikwijls een
surrogaat, .verkregen door indamping van
steenkoolteer, als asfalt in den handel
gebracht. 1
.WAT MENIGEEN NIET W1EET.
De vreeselijke koude welke eenige we
ken geleden in de .Ver. Staten van Ame-
ka heerschte, was zoo groot, dat zelfs de
Niagarawaterval bevroor.
In Epping Upland, een Engclseh
stadje, reed George pool vier maanden
geleden een hoek om op z'ijn motorcycle,
kw'arn daarbij! in botsing met een lorrie
en brak een arm'. .Verleden week' maakte
George denz'elfden hoek! op hetzelfde mo
torrijwiel, botste op dez'elfde lorrie ,en
brak w'eer denzelfden arm'.
D;e „Royal Ulster Constabulary"- is de
eenige gewapende politiemacht der Brit-
sche Eilanden
D® gebouwen, het meubilair en de
inventaris v,an de „Bank pf Engeland"
zijn in haar balans opgenomen voor een
totaalbedrag van één pond sterling.
Als men dr. M. A. Etalmersoa van
de veeartsenijschool van den staat Pann-
sylvaaië mag gelooven, dan krijgen de
koeien, als zij' ontevreden 'worden, hoofd-
p'ij'n.
De Londensche dierentuin heeft een
officieelen lijkschouwer in dienst, dfe een
onderzoek instelt naar de doodsoorzaken
van elk in de „Zoo" gestorven dier.
Elkeen, die op de Wjmlbledionsche
links Hij' Londen) golf wenscht te spe
len, is verplicht een roode jas te dragen.
De beroemde huwelij'ksslmid van
Gretna Green, de romantisohe Enigelsöhe
figuur, die jaarlijks gemiddeld 300 jonge
paartjes bij' het aambeeld- trouwde, ia in
den boegen ouderdom van 84 jaar over
leden.
Een 91-jarige huisschilder in ruste
en zijn 90-jarige eohtgienoote. vierden op
2 Februari j.l. hun 70-jarige echtvereeni-
ging. Het zijn mr. en mrs. Albert iW(.
Kelley en zij, wonen in de stad Yarmouth
in den staat Massachusetts.
Het „Witte Huis" de ambtswoning
van den President der V. S., i» heelemaal
niet wit. Het is gebauwd van iblaulwen
steen. 1
Politie-agenten in Zuid-Amerika lar
ten des nachts vaak hun politiefluit I100-
ren om de inwoners te verzekeren, dat
ze hun plicht doen.
Hongarije heeft een wet, waarbij
het vrouwen verboden is- in haar clulbs
en in openbare plaatsen kaart te spelen.
„Waar k'an ik nw man vinden'?."
„Ik zou het u met den besten wil niet
kunnen zeggen. Hij zei, dat hij la'a,t zou
thuiskomen omdat hij o,p kantoor nog
wet werk moest maken."
Vrouw: „Waar zit 'het toch in. jtat wij
nooit wat geld kunnen sparen?,"
Man: „Dat kamt hoofdzakelijk! omdat
de nuren dingen doen, die wij oms niet
kunnen veroorloven!"
„Hoeveel zou me een veertiendaagsch
verblijf in Parijs kosten?." vroeg een man
aan zijn vriend. „Ik wil niet te veel uit
geven een tweederangs hotel en twtaede
klas reizen."
„Nu, ik denk, dat je het met je vroujw
zeer goed zou kunnen doen met tweehon
derd gulden."
„Maar ik ga alleen."
„Dan kost het je minsten? driehonderd!"
'l|
Samuel Hopkins beminde Sophia Simp-
kins, maar hij kon .geen moed' genoeg
scheppen om haar te „vragen" omdat hij
zoo verlegen wa.s als hij 'h'aar in gezel
schap ontmoette. ,Ten laatste besloot hij
zijn vraag per telefoon tot haar te richten
en dus belde hij! haar op.
„Miss Simpkin?'?,"
„Ja, hier miss Simpkins."
wilt u met me trouwen, miss
Simpkins?"
„Ja! Met wien spreek' ik'.?,"
Vrouw: „Hoorde ik het niet twee uur
slaan, toen je vannacht thuis kwam.?,"
Man: „Zeker, Marie. Het begon net
elf' uur te slaan em daarom zette ik de
klok stil, opdat je niet wa'k|ker zou wor
den." 1
Kleermaker: „Die jas past u ,al? een
handschoen, meneer."
Klant (droogjes): „Ja, dat merk' ik. De
mouwen dekken mijn handen!"
Eerste krantenberichtIn een haring,
gisteren aan de Schotsehe Oostkust ge
vangen, 'heeft men eeni shiilirigistuk gevon
den.
Tweede krantenbericht: De geheel®
Sc'hotscihe vissahersvloot h'eeft gisteren
koers gez'et naar de Oostkust.
Sandy, de Schot, reist m'et een vreemde
in een spoorwagen. Ze geraken in ge
sprek. De een biedt, na eenjgen tijdSan
dy een sigaar 'aan.
„Hebt u misschien een lucifertje'.?"
vraagt hij dan aa.n Sandy.
„Heb ik t niet direct gedacht, dat u
een bedoeling met uw vrijgevigheid had!?"