ZATERDAG 17 MAART 1934 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT r IN HET KRAAIENNEST ONTSPANNINGSLECTUUR J ALLERLEI I GEKKE GESPREKKEN j Het is verboden! Het hoogste recht schijnt tegenwoordig vaak het grootste onrecht te zijn. Aan merkingen op justitioneel beleid zijn altijd eenigszius riskant en meestal niet aan te bevelen, maar wanneer de rechterlijke uit spraken indruisehen tegen het meest ele mentaire rechtsgevoel en het normale dus gezonde verstand, dan mag] men toch wel 'n poging' tot verweer of protest onder nemen. lie Amsterdamsiche rechtbank heeft on langs een man veroordeeld tot zeven' dagen hechtenis, omdat hij! de mensidhen trachtte te genezen, door de handen boven ■hen uit te strekken, terwijl hij gebeden opzegde. De rechter vond dat dit onbe voegd uitoefenen der geneeskunde was. Wat zegt men nui van zooiets! Moet 'n land nu .daarvoor juristen op leiden.? Gevangenisstraf, omdat men de 'gaven welke men bezit, of meent te bezitten, aanwendt tot hulp aau de lijdende mensehheid! Er zal mogelijk tegengeworpen worden, dat indien de wet eenmaal het onbevoegd uitoefenen der geneeskunde verbiedt, dia fout bij den wetgever eu niet bij den rechter zit. Iloch dit zou slechts een verplaatsing van de aanklacht beteekcnende onzimnig'- heid bleef. Echter: de wet is niet zoo dwaas. Met onbevoegd uitoefenen der geneeskunde, be doelt zij niet het belangloos offreeren van onschadelijke dingen en middelen. In het tegenovergestelde geval Zou men immers niets een? iemand een beproefd huismiddeltje miogen aanbevelen; men zou geen goeden raad mogen geven. Het ver vaardigen van de veie duizenden genees middelen en het aanprijzen er van in boek en blad, zou strafbaar zijn. Geen reisver- eeniging] of spoorwegmaatschappij' zou re clame kunnen inaken voor het verblijf in gezonde streken. Zoo zou men voiort kunnen gaan tot in het oneindige. Doch waarvoor is dat noodig. Uit de gegeven voorbeelden blijkt duidelijk gemoieg, dat do wet alleen strafbaar stelt bet uitoefenen der geneeskunde door onbevoegden, die om persoonlijk profijt zaken aanwenden, ge vaarlijk voor 't leven. En hoe af een rechtbank in het opleggen van handen en het uitspreken van 'n gebed een gevaar lijke zaak kan zien, is ons een raadsel, een bespottelijk raadsel. Heeft de schrik voor het gebed de in toga gestoken heeren zoo ontsteld, dat zij die wonderlijke beslissing namen?. Men zou het bijna denken, wanneer men de vonnissen bekijkt, geveld ovier hen, die werkelijk het leven van gevaar lijk bedreigen. Roekelooze chauffeurs komen er met 'n paar rijksdaalders af; dood doior schuld is meestal geen feit meer waarvoor men zijn vrijheid verliest en slechts enkele dagen geleden hoorde een verdachte, die voor - 'n afschuwelijke vereeniging even afschuwe lijke praktijken tegen het leven, op infame wijze gepropageerd had, 'm boete van één gulden tegen zioh cisdhen! De gevangenisdeur slaat evenwel open voor den man, die tot heil van zijn mede- menseb bad! .Verder commentaar overbodig. UITKIJK. street kwam vestigicn was kapitein Wil liam Kidd, een bekend slavenhandelaar en berucht zeeroover. De regeering! be duidde hem eohter na eenige; jaren, diat •hij zijn ongure praktijken maar elders moest gaan uitoefenen, daar de slaven markt ontstichtend was voor de kerkgan gers, die Wallstreet moesten paasaeren. Toen de Amerikaanse!» Vrijheidsoorlog was beëindigd, kwam Wallstreet in 'bezit van de Engelschen en toen deze w.eer hjet veld moesten ruimen, dit was op het einde der 18e eeuw, bleef er van Wall street niet veel meer over dan «te© jsagiia straat met enkele leeggeplunderde, half- afgebrande huizen. Langzamerhand her stelde Wallstreet zich'. Het naburige stad huis, waarin vele belangrijke besprekingen werden gehouden, zal hieraan niet vreemd zijn geweest. Men achtte Wallstreet, zoo schitterend gelegen in het centrum dei' stad, als een eenige wijk voor hiet vestigien van kantoren, magazijnen en bainkigleboiu- wen en na vele jaren is Wallstreet, het geen -het thans is, nl. het middelpunt van internationale besprekingen tussehien New York's geldmannen. En ondanks het groot inwonersaantal van New York en ondanks de enorme uitbreiding' der stad ïs men thans; nog doende nieuwe bouwplannen te ontwer pen. En wanneer men eindelijk geen stukje grond meer Zal hebben, waarop nog een ettelijke tientallen verdiepingen boogie Wolkenkrabber kan worden geplaatst, dan zullen de Amerikaanse!» ingenieurs, die ee ngroote schranderheid aan den dlaaj schijnen te moeten legjgen, de etages' xrneit nog eenige moeten yerhoogen 't Wiegekruisje. 't Hing op z'n eenzame studeerkamer waar de wanden vol stonden met sta pels l'ijfvige boekdeele.n het kleine ivoren wiegekruisje, den rosenstrik' door 't witte ringetje getrokken. De oude Jezuiet keek er naar met 'n droevigen, langen blik, en streek mot. z'n fijne, dunne vingers door 't naar achter vallende grijze haar. 't Was de laatste herinnering, die hij uit het kleine huishouden van Henk en Miep had meegenomen. Hoe kjort waren ze kamen gelukkig gcw'eest, deize twee jonge menschen, nauw Vferecnigd door die pen godsdienstzin, hooge plichtsbetrach ting en edele zelfopoffering. Dijzen mor gen was de uitvaart geweest van do jonge moeder en 'haar eerstgeboren kindje). Hjijl 'was er ook geweest. Nog vojojr, 't laatst was de kist geopend en had h|ij( jha,ar zien liggen met haar kindje in de armen, bijna bedolven ouder den heerlijken over daad van bloemen. Er waren paarse tul pen, seringen, vioolt jes, narcissen, irissen, gr"oio 'witte lelies en aronskelken. Schoon lag het Zuivere doode gelaat naar omhoog gewend te 'midden der bloemen. En naast liem' ptond Henk, bleek zwlijt gend, de groote, donkere oogen hunkerend zoekend naar haar heele 'wazen. H|ijf kon 2Üj|n oogen niet verzadigen ,aan den aan blik van de (loode. Kalm en rustig, met de trekken in volkomen vrede, lag het gelaat open naar boven, 't W.a.s of hij de beeltenis van dit zuivere geiz'icht in zich prenten wilde voor alt|ij(d. Hij1 bleef haar aankpjken. Het deed hem! goed 'en 't gal' hem vrede: het gaf hem' een vast heid, een steunpunt in den chaos van het leven, dit schaone, doode gelaat. Een heer lijke kalmte kwam over hem. Geen wilde smart in luid geween. Maar toen hiijj den beghijlpenden blik van z'n geestelijken vriend in den Zijnen voelde, lei bijl plotse ling de hand op z'n schouder en sprak „Pater, het is zoo hard! zoo hard, maar God vraagt dit offer! Gods wil geschiede" Toen was de stoet begonnen, naar 't kerkhof over de stille wegen, waar oen zacht blauwe hemel hing te sohlijhen h»,- ven de nog kale maar gezwollen takken der groote bloomen; de struiken droegen reeds den tooi van helgroene, blaadje», 't .Was een heerliij|ke lentemorgen. Hij' liep naast den oude Jezuiet. Blij! 't groote, z'w.arte hek had de priester hem' onder den arm genomen en leidde' hem' naar ''t graf. Langzaam gleed de groote kist langs de tou'wen tot op den bodeml van! het gat. Hïji wierp een handvol bloemen, daarna klonk de doffe smak van de eerste; schep aarde top de kist. Lang was Mjj op 't kerkhof gebleven met den Pater, die hem als z'n vriend zoo diep begreep en die Miep gekend had van d'r prilste jeugdL Tioen was hjijl naar huis gegaan w,aa.r 't groote, daverende leven hem' w'eer zou 'opeischeu, waar z'n werk en zlijn lessen hem weer terugriepen naar 't leven, dat weer verder zlou gaan, altlijld verder, tot aan de poorten van het Oneindige, waar dat andere leven zou beginnen, waar Miep nu was. Eenzaam en verlaten stónd 't kleine landhuis aan de beek, de Zon blakerde op 't ronde dak', duiven vlogen door den tuin. Naast de groene bank kwamen de nar cissen al boven den grond, waarvan ze samen de hollen gezet haddenj. In de veranda stond de wieg met kan ten gordijnen waar het lang verwachte kind eens in Zou kömeni. 't Wiegekruisje had hjij| den Pater gegeven, als 'n laatste gedachte aan Miep en 't kindje. Die had t nog gew!ij|d, toen ze samen van Ober- am'mergau waren teruggekeerd, waar ze het gekocht hadden- Langzaam! liep Lijf de kamers dp,or, overal haar izliende als 'u stuk goudig leveu, vol poiëlz'ie, dat uu plotseling af gesneden was. Klein hing er t kruisje aan den muur op de eenzame kloostercel, tusschen de hooge kasten vol ernstige studiewerken!, Die giiijjze priester keek' er naar en streelde met zu vingers over den kleinen zilveren Christus: „Arme Henk, arme, goeie kerel! maar ,met G,od zul je. Üe,zeu slag lo boven komen. Ik zal iederen mor gen aan 't altaar voor je bidden! II|ij| zag hem 'weer zitten, twee jaren geleden, hier op z'n cel tegenover hem). Toen was hlijl nog protestant- In de autobus had hij! hem- voor 't eerst ontmoet. Dadelijk was hij' opgevallen tus schen al die andere menschen door z'n zielvollen open blik, waaruit stralend ide alisme hem tegen sprankelde,. Ze waren vrienden geworden en een héél jaar was h!ij| gekomen op de pastorie om daar bij den Pater 'de heerlijke waarheden van 't Roomsclie geloof te leeren kennen. Wat een vurig katholieke jongem'an was Wijl geworden. Geen halfslachtig menseh, maar een man van beginselen, eein kerel waar men op rekenen en houwen k!on ten allen tlijlde, die door een vuur zou willen, waar het de goede zaak gold, Hiijj was eem voorbeeld voor iz'n omgeving, ziqo diep oprecht, ridderlijk' RlOiOirbseh In Miep, het eenvoudige, zachte dorps meisje, had Wijl de vrouw van z'n idealen gevonden. Miep met het vraolijjke, zonnig karakter vol opoffering en liefde, de trots en de steun barer moeder, het zonnetje van haar ouderhuis, goed, lief en be zorgd voor iedereen; waar allen van hielden. Miep, het onschuldige meisje, nog niet, do,or de wereld bevlekt, dat hiijj iederen miorgen trof' aan de Communiebank.', die zoo vurig bidden kon in stille devotfc, voor 't altaar neergeknield, alsof haar '11 aureool van heiligheid omstraalde. Geheel verslonden in gebed. Als blijli ntuïtïe had hij gevoeld, dat dit de vrouw was, waarmee hiij| door 't leven dorst en gelukkig zou worden vóór tijd en eeu'wigheid. Boe enthousiast konden ze samen pra ten over de Katholieke Jeugdvereeniging, waar zij) leidster van wast Siaiien gingen ze iederen Zondag naar 't lof, of! bezoch ten op hun wandelingen de boschkapel van den kluizenaar ginds ver aau den Maasoever. Wat hield ze van mooie boekon De !heele serie van Pierre l,Ermite had hlij' haar laatst gekocht, en hij; las er Waar heele stukken op de 'wandeling uit voor. Geen beter paar dan Henk' en Miep, twee echte natuurkinderen, nog niet aan gestoken door het verderfelijke, moder nisme dat afstoiotend en bot inwerkt eï waarvan de vmc'ht een wrange nasmaak heeft niet flauw en waterig slap, zonder fut en energie, maar echte, ronde, joviale karakters, waarop men steunen kon. Ieder had plezier aan dat stel en men plag ze graag komen urn' hun hartel!ij|kheid en vroolijlkheid, die voortkwam uit him on bedorven rein innerliijjk en hun 'Christelijk! ideale levensopvatting! Een man eu een vrou;w! van de daad Een .aanwinst voor het toekomend geslacht En z!ij[ was ge worden Zijn vrouwtje1 j heet zonnetje van zjijln huis! Alles had izïj bent 'ge geven! Haar gcheele liefde, haar volle itrouW'!En toch was ze als getrouwde vrouw nog altijd een kind ge eleven in haar denken en voelen. Hoe naïef kon ®e meevoelen, als ze hoorde spreken over tennis en zwemspprt, waar ze als jong meisje veel van gehouden had. Wat hield ze van pittige meisjesverhalen en kinder versjes. Hoe kon ze soms alsi 'n school kind glunderen, als ze langs speelgoed winkels kwam, waar deftige poppen ston den met schitterende Zijden uleeren aan! Maar Miep was ook hét lieve huismoeder tje, die zoo knus koken kon en *s mor geus vóór schooltijld Iienlk; liet prikken rn haar 'kookboek om' te zien wat zijl van daag voor iiem moest iklaa.r makenoloi hem straks biij| thuiskomst te verrasisien. 'n Ideale omgang hadden die twee, steeds elkander aanvullend en opheffend naar Omhppg 't Was een model huweiijjk! geworden!, lederen morgen naderden zij, samieu tot do lil. Tafel. Geen storm of sneeuw, gepn regenvlagen kan hen van dit schoone ge bruik ai'nouden. Twee pure idealisten wa ren ze gebleven, geheiel opgaande in elkan der en juist door hun diep ehristellijjk huwelijk, elkaar nog beter 'begr'ij'pend en aanvoelend in en door den keeriijlkien gods dienst, waardoor ze elkander gevonden hadden. Sterk, als 'n krachtige wind, ilreel' hou steeds vooruit hun blakerend gr.ootseh ideaal „De Witte Christus"! Eu langzaam W;as na een jaar'f groote bevende geluk in hun woning gekomlMU De droom van 't jonge meisje, het inwen dige onuitgesproken geluk van iedere 'Christelijke vrouw! Iloe iiadden ze samen gedroomd van dat groote blijde geluk, dat z'achtkens na deren ging, als n stuik van heilig teer verlangen, als 'n vlak van belofte. In hun vriendelijke, zonnige woning a'ou het er eens zlij(ii. t Kleine, snoezige jkin- deke, zoo blijde verwacht met du ros® wangókes en kleine poez'eligp handjes. Do wieg hadden ze al samen uitgezocht met witte kanen gordijjntjes en zijden deken tjes. Met echt houten radepen, w;aarmeo ze nijlden kon van de waranda. na,ar de huiskamer en naar de salon. Twee echte kinderen waren ze, ondanks hun 30 jaren die Ze telden, altijld vol nieu'w'e: zonnige ideeën, vol friseh geluk! En hun biecht vader had 't 'kleine 'wiegekruisje komen wijlden. Hiji de huisvriend en vertrouwe ling van hen beiden. Maar de laatste maanden was Miep sukkelend geworden, 't Wierd steeds er ger! Ze kwam' uiet meer op. 'n Verpleeg ster kwam in huis!. En 's avonds knielde hij) alleen bijl Miep haar bed, vouwde haar de te witte han den en samen baden ze 't avondgebed, Hiijj wist 't, hïji vreesde 't ergste. !>e. dokter had hem reeds herhaalde malen gezegd: ,,'t Is een zwak vrouwtje!" Reeds voor 't huwelijk had hïjj 't geweten, dat zij' niet lang kon leven, maar ziijjn liefde was zoo oprecht en onbaatzuchtig, dat hij alles geolferd had, om de vrouw van zlijln Ver langens en idealen, al :wias 't slechts voor liiort, te bezitten. Bijl beschouwde het ,als een groot geluk, en 'w;as er trotsch pp om de eigenschappen van haar groot edel karakter te mogen deelen icn haar wel- dadigen invloed zoo, nablij! te miogen onder vinden. En ziijj 'was trots haar langzame maat zekere ziekte geworden, zij[n hoog ste ideaal! Altijd vriendelijk; en opgewekt. Voor iedereen 'n weldadige, invloed, zui ver, blij' licht steeds uitstralend, totdat zij) de laatste maanden niet taeer kon, en te bed moest blijven, 't iWierd steeds erger. De dokter kwam dagelijks en zei- de hem zachtjes, dat het onherroepelijk eindigde. De oude Pater Jezuiet was nog bij! haar geweest. Ze wist dat ze eterven ging. Ze voelde het! „Miep, ben je Ibang om te sterven!" vroeg hijj haar kalm. „Neen Pater: ik verlang naar Onzen Lie ven Heer, maar m'n arme Henk! en hijt kindje?." zuchtte ze. „Ikizou het zoo.'graag zien voor ik stierf! 'k Verlang er zoo naar!" En dan keek ze met haar groote kin- deroogen naar de leege wieg waarboven 't kleine ivoren kruisje hing aan den r,o- sen strik'! En 's avonds werd de Pater wéér ge roepen. 't Kindje was gekbmen, nog even gedoopt en stierf in de armen van Üe Moeder. Op de eenzame kloostercel hangt het kleine wiegekruisje met de rose strik, als 'n laatste teere herinnering vol wee moed en opoffering uit 'n menschenleveu!. De rattenvanger van Hamelu. De sage van den rattenvanger vlam Hia- meln, een van de merkwaardigste Duit- sclie 'Sagen, wordt dezen zomer 650 jaar oud. De stad Hameln a. d. Wezer, jn dewelke deze sage speelt, is door den rat tenvanger in de g'ansche wereld vermaard geworden en tot den dag! van heden heb ben de ratten er steeds een groote pol gespeeld. Men kan er koekjes, choaolade en snoepgoed in den vorm van ratten kop pen. Eindeloos is het aantal boeken cn prentbriefkaarten, gewijd aan de sage van den rattenvanger. Het is in deze omstan digheden te begrijpen, dat men het 650- ja,rig bestaan v,an deze sage feestelijk zal vieren. Dat zal geschieden van 20 Mei tot 2 September. Een uitgebreid feestpro gramma is ontworpen. Hoofdpunt is de feestweek, welke van 24 Juni tot Juili wordt gehouden. Dc sage van den rattenvangen beeft ze ker -een historiisdhen achtergrond, alhipe- wel hieromtrent positieve bijzonderheden niet hekend zijn. Het volgende wordt verteld: I11 de Middeleeuwen werd Hamelu ge teisterd door een muizen- en raltenplaag. Het ongedierte nestelde in de huizen en aan de oevers van deni "Wezer. Het vier- slond alle voorraden en ondermijnde de fundamenten van de vakwerkhiuizen. Op zekeren dag, in het jaar 1284, verscheen een onbekende in- de stad. Hij' droeg de bonte plunje van een muzikant en deelde aan de raadsheeren van Hameln mede, dat hij de stad van ratten en muizen wilde be vrijden. Men werd het eens. De man zou z'ijn loon uitbetaald krijgen, zoiodra bleek, dat hij zijn belofte 'had gehouden. En werkelijk, de onbekende had niet gelogen. Hij stapte door de 'straten, blies een liedj'e op zijn fluit en onmiddellijk kwamen uit alle huizen eu zolders geweldige scharen van ratten en muizen te voorisohlijin. Zij volgden den zonderlingen muzikant in lange rijen tot in het water van dein We zer waarin zij" verdronken. De muzikant kon zwemmend aan land teru'gkeeren. De burgers van Hameln waren zeer tevreden, daar zij' thans van Je plaag bevrijd wa ren. maar zij weigerden den man voor een dergelijk gemakkelijk werk het beloofde loon te betalen. Ontstemd verliet de mu zikale rattenvanger de stad. Enkelen tijd nadien keerde hij terug, verkleed als jaigler. Op een Zondagochtend, toen de burgers hun godsdienstige plichten in de kerk' ver vulden, stapte hij' weer do,or de straten. .Weer blies hij op zijn fluit. Ditmaal wa ren het eohter geen ratten ,en muizen, die hem volgden, maar een lange stoet kinde ren van vier tot vijftien jaar, er waren er in het geheel honderddertig, danste vroa- lijk achter den man naar buiten. De rat tenvanger verdween met alle kinderen in den nabij Hameln gelegen Koppenberg. Slechts twee kinderen keerden terug, daar zij' te laat waren gekomen, maar het eene kind was blind, het andere doof, zoodat zij niets nauwkeurigs aangaande het gebeur de konden berichten. Hameln is nog heden rijk aan interes sante Renai'SSiance-huizen. Aan de wraak van den bedrogen rattenvanger herinnert het „Rattenvangershuis" een prachtige staal van Duitsche Renaissance. Het is gebouwd in de jaren 16021603 als bruidsschat voor eenadellijke dame. Een kant van het huis grenst ,a,an de „Bumg'e- losenstrasse" dat beteekent „trommelloioze straat". Sedert het verdwijnen der kin deren mag in deze straat namelijk geen trommel-geroffel of fluitspel meer weer klinken. Aan de andere zijde van het huis staat een inscriptie, waaraan het hui» den naam van „Rattenvangershuis'te danken heeft. Deze inscriptie luidt aldus: „Anno 1284 am Tage Johannis und Puuli w.ar der 26 Juni dorch einen Piper mit al- lerley Earbe bekleidet gew-esen 130 Kin der verledet binnen Hameln gebom to Calvarie bi den Koppen verloren". Eien gedenksteen in de crypt van het Ro- maanseh-Gothische Munster der staid her innert eveneens a,au de sag.e. De steen is afkomstig uit de stadspoort v.an. Hameln. Deze poort werd. aldus een inscriptie, ge bouwd „272 jaar, nadat de toovenaar de 130 kinderen uit de stad had ontvoerd". Een derde gedenksteen vindt men in dein gevel van het in 1610 in rijke Renaissan- ce-vormen opgeriohte „Hoehzeitshaus" waarin tot 1721 bruiloften werden gevierd. I11 1631 had hier de keizerlijke generaal Tilly zijn kwartier opgeslagen. Hier nam hij1 het besluit de stad Maagdenburg te verwoesten, een besluit, hetwelk ,aau 30.000 menschen het leven kostte. In den gevel van het „Hoehzeitshaus" wordt een ,aan de sage van den rattenvanger gewijde klok geplaatst. In den aanstaanden zomer zal zij worden ingewijd. Op bepaalde nren zal men, op deze klok, den rattenvanger zien versschijnen. Op zijn fluit speelt hij het traditioneele rattenvangerslied. Tevens trekken de hinderen en de ratten van Hameln voorbij'. Het asfaRmëcr van La Br ca blet asfalt waarop de Amerikanen da- gel'ijlks hun voeten zetten, komt uit de r'ijfke vindplaatsen in Midden-Amerika, n;it het Bermudez-asfaltuieer in Venezuela en het asf'altmeer bijl La Brea op het Engel- sche eiland Trinidad, nabiijl de uitmondjngs- delta v,an de rivier de Orinoco. Dit' asfalt- meer draagt den naam v,a,n meer ten onrechte, 'w,ant het grqote ringvormige bekken met een doorsnee va;n 8 tjpit 9 K.M. dat tot den rand m'et versfijjfld aardpek of asfalt (welkis andere namen bergteer, jjodenlïjlm en bet urnen luden) gevuld is, is geen eigenlijk' meer. in een 'woeste omgeving, welkfcr planten- armoede bijl de weelderige Hora, van het overige Trinidad sterk afsteekt, ligt het hekken, waaruit de 'bitumineuze dampen opstijgen. Zonder gevaar kan men het meer „betreden"; zlijn oppervlakte is hard en vast. Over het a,ardpekveld verdeeld' arbeiden de aan de moordende hitte ge wende negers van Trinidad en het nabu rige eiland Barbados en 'breken met lango 'ijzeren haken het asfalt in groote stuk ken uit den harden korst los'. Op kilo meters lange smalspoorbanen worden dan do zwiarte blokken naar 'de opslagplaat sen gevoerd, die aan den rand van het bekken liggen'. Wat liet ,as'f!altmeer op Trinidad echter eerst tot een werkelijk' natuuiiw,onder maakt, is het feit, dat zlij'n oppervlakte gedurig op gelijke hoogte mot den oever blijft. Dit feit heeft de wetenschap nog niet op bevredigende wijze kunnen ver klaren. Hoeveel jaren, ja, z'elfs eeuwen reeds Columbus, de eerste blanke; man, die ssijn v.oet op het eiland zette', liet z'ijn schepen met aardpek! van La Brea, be vrachten men ook uit den voprraad van het meer heelt geput, tot heden heeft men nog geen vermindering van do massa kunnen cionstateereni- Altijd maar door dringt uit de diepte het aardpek naar boven en vuit in korten tij'd weer bet gat, dat de negers met 'hun punthaken in de korst hebben gehakt. Bo. ringen hebben aangetoond, dat de massa ook op groote diepte gelijkmatig verstijfd en hard is, niet vloeibaar, zooals men had aangenomen. Het natuurwonder van La Brea is voor de Trinidad Asfalt Maatschappij een ware goudmijn, die onuitputtelijk is. Ook elders wordt aardhars gevonden, vooral in het zuidelijk' en westelijk ge deelte van Azië, in den Kaukasus en aan de Kaspische en de Doode Zee, in Per'zië, Arabië, Jndië, China en Japan, op Cuba, ook in enkele gewesten van E|Ur,opa, zooals in Albanië, op Sicilië, in Italië, in het zuiden van Frankrijk, in Tyrol, Beieren, Schotland, Engeland, enz. Ook te Ba,sten nes in het Departement des Landes, vindt men .asfaltlagen. Gewoonlijk is de aard hars, die men in dergelijke groeven wint, sterk vermengd met zandsteen, kalk', enz. Heden ten dage wordt dikwijls een surrogaat, .verkregen door indamping van steenkoolteer, als asfalt in den handel gebracht. 1 .WAT MENIGEEN NIET W1EET. De vreeselijke koude welke eenige we ken geleden in de .Ver. Staten van Ame- ka heerschte, was zoo groot, dat zelfs de Niagarawaterval bevroor. In Epping Upland, een Engclseh stadje, reed George pool vier maanden geleden een hoek om op z'ijn motorcycle, kw'arn daarbij! in botsing met een lorrie en brak een arm'. .Verleden week' maakte George denz'elfden hoek! op hetzelfde mo torrijwiel, botste op dez'elfde lorrie ,en brak w'eer denzelfden arm'. D;e „Royal Ulster Constabulary"- is de eenige gewapende politiemacht der Brit- sche Eilanden D® gebouwen, het meubilair en de inventaris v,an de „Bank pf Engeland" zijn in haar balans opgenomen voor een totaalbedrag van één pond sterling. Als men dr. M. A. Etalmersoa van de veeartsenijschool van den staat Pann- sylvaaië mag gelooven, dan krijgen de koeien, als zij' ontevreden 'worden, hoofd- p'ij'n. De Londensche dierentuin heeft een officieelen lijkschouwer in dienst, dfe een onderzoek instelt naar de doodsoorzaken van elk in de „Zoo" gestorven dier. Elkeen, die op de Wjmlbledionsche links Hij' Londen) golf wenscht te spe len, is verplicht een roode jas te dragen. De beroemde huwelij'ksslmid van Gretna Green, de romantisohe Enigelsöhe figuur, die jaarlijks gemiddeld 300 jonge paartjes bij' het aambeeld- trouwde, ia in den boegen ouderdom van 84 jaar over leden. Een 91-jarige huisschilder in ruste en zijn 90-jarige eohtgienoote. vierden op 2 Februari j.l. hun 70-jarige echtvereeni- ging. Het zijn mr. en mrs. Albert iW(. Kelley en zij, wonen in de stad Yarmouth in den staat Massachusetts. Het „Witte Huis" de ambtswoning van den President der V. S., i» heelemaal niet wit. Het is gebauwd van iblaulwen steen. 1 Politie-agenten in Zuid-Amerika lar ten des nachts vaak hun politiefluit I100- ren om de inwoners te verzekeren, dat ze hun plicht doen. Hongarije heeft een wet, waarbij het vrouwen verboden is- in haar clulbs en in openbare plaatsen kaart te spelen. „Waar k'an ik nw man vinden'?." „Ik zou het u met den besten wil niet kunnen zeggen. Hij zei, dat hij la'a,t zou thuiskomen omdat hij o,p kantoor nog wet werk moest maken." Vrouw: „Waar zit 'het toch in. jtat wij nooit wat geld kunnen sparen?," Man: „Dat kamt hoofdzakelijk! omdat de nuren dingen doen, die wij oms niet kunnen veroorloven!" „Hoeveel zou me een veertiendaagsch verblijf in Parijs kosten?." vroeg een man aan zijn vriend. „Ik wil niet te veel uit geven een tweederangs hotel en twtaede klas reizen." „Nu, ik denk, dat je het met je vroujw zeer goed zou kunnen doen met tweehon derd gulden." „Maar ik ga alleen." „Dan kost het je minsten? driehonderd!" 'l| Samuel Hopkins beminde Sophia Simp- kins, maar hij kon .geen moed' genoeg scheppen om haar te „vragen" omdat hij zoo verlegen wa.s als hij 'h'aar in gezel schap ontmoette. ,Ten laatste besloot hij zijn vraag per telefoon tot haar te richten en dus belde hij! haar op. „Miss Simpkin?'?," „Ja, hier miss Simpkins." wilt u met me trouwen, miss Simpkins?" „Ja! Met wien spreek' ik'.?," Vrouw: „Hoorde ik het niet twee uur slaan, toen je vannacht thuis kwam.?," Man: „Zeker, Marie. Het begon net elf' uur te slaan em daarom zette ik de klok stil, opdat je niet wa'k|ker zou wor den." 1 Kleermaker: „Die jas past u ,al? een handschoen, meneer." Klant (droogjes): „Ja, dat merk' ik. De mouwen dekken mijn handen!" Eerste krantenberichtIn een haring, gisteren aan de Schotsehe Oostkust ge vangen, 'heeft men eeni shiilirigistuk gevon den. Tweede krantenbericht: De geheel® Sc'hotscihe vissahersvloot h'eeft gisteren koers gez'et naar de Oostkust. Sandy, de Schot, reist m'et een vreemde in een spoorwagen. Ze geraken in ge sprek. De een biedt, na eenjgen tijdSan dy een sigaar 'aan. „Hebt u misschien een lucifertje'.?" vraagt hij dan aa.n Sandy. „Heb ik t niet direct gedacht, dat u een bedoeling met uw vrijgevigheid had!?"

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1934 | | pagina 6