DE BUI ndscii f in het kraaiennest J. DE GR i ii 'allerlei 111 i gekke gesprekken j De roman van Rc ZATER0AG 30 SEPTEMBER 1933 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Letteren en Kunst. De bekende I van 54 cent i doch kost thai maar komt e> zult versteld LAGE! Lange Vorstsf Kasten Spiegels T S Het beste en KLOKSTRAA Bedden Matrassen BOEK EN BLAD VOOR Dl A. TILHOE - St. Hooge b FEU1LLI 't H o p e 1 ia o s g oval. Telk-ens wanneer de woordvoerders deli.' anti-p|aj)istisclie dwe-rgpartjijltjes in de Tweede Kamer met w,oede losbarsten te gen de ji-erk' en hare instellingen; telkens wanneer d;eze onverzjoenllijlzle wezens het Evangelie misbruiken om er hun wilden hapt achter te verbergen, moeten w|ijl glimlachen. Niet zoozeer om de verstokt heid van hun gemoed dan wel om 'do barre domheid in hun optreden, die meest al t,ot een clownerie wordt, i &oogena|a:md handelen deze doldritligen uit pure bezorgdheid v»or het protestan tisme, dat zijl tem ernstigste bedreigd aneenen door het katholicisme, hoewel Uit ,geen vinger naar" hen uitsteekt, all hun ikruit verschieten rclijl in de richting van RlOUie, alle energie wendden zijl aan pm dit te heleedigen en te grieven, Ziijl dolen niets anders dan hun vuist hallen tegen 'u vlijand die geen -oortog wil. Door 'n waan-idee bevangen, vechten zlijl tegen Windmolens en slaan geen acht op net echte gevaar, waarin het protest autisme verkeert -en wapr menig geloofsgenoot van hen door verloren gapt. y,an scheldwoorden tegen het „heiden- sche" Biome vloeien hun no;oit moede lippen over en onderwijl decimeert helt moderne heidendom vpprtdurend hun .eigen gelederen, pluist het „heidenséha" Bjome Mlijlkt tienma,al meer weerstand tegen het ongeloof en de geloiof'sonverschiklig'heid te bezitten dan de andere kerkelijke groepten. De pas gepubliceerde resultaten der jongste volkstelling stellen dit onweer legbaar in het dicht. iWÜe er aan twijfelen mocht, raadplege het volgende llijlstje, waar de détailge gevens van de verschillende provincies ziijlu opgenomen. Percentage o u'k e r k e 1 lijlk enl Noord-Holland 28,51 .°/o Friesland 23,17 .°/o Groningen 21,48 ,°/o Zuid-Holland 16,45 ,°/o Oveiiijlsel 11,67 ,°/o, 1 .Utrecht 11,59 o/o Drenthe 1 11,29 o/o Zeeland 6,25 °,o Gelderland (1,13 ©o Noord-Brabant 1,12 ,°/o Limburg 1,03_ o/o, Men ziet het voor eigen oogen: de Itetholieke provincies Noord-Bfa,bant en Limburg, hebben het prachtigst .weerstand geboden aan de heidenseho vloedgolf. Zo,a goed als pngerept heeft de Ka.th. Kerk, en door die kerk het Godsgeloof, zich kinnen handhaven. Stel daarnaast eens de uitgesproken protestansche pro vincies Friesland en Groningen, om nra,ar te zwijgen van Noord-Holland! Nu mag men zeggen dat onkerkelijk nog juist niet wil «eggen ongetoftvigf, maar iedex-een zal moeten toegeven, dat wie dijn kerkgenootschap vaarwel zegt, daarmee den laatsten 'band doorsnijdt, tlie hem nog hond aan zlijui geloofsbelevenis en dat zlonder die belevenis negtetn-em-i negentig van de honderd naar het onge loof .aïlzaikkén. i i kWip hadden verwjaeht dat de anti-piapisl- tfeohe dominees na het versehlijinen V,an deze voor hun verpletterende clijifleirs tot het besef waren gekomen, wie of hun gevaarlijkste wïjhnd was. Uit de jongste Kamerdebatten is evenwel geblolkon, dat zijl van hun don Quiehotterie nog niet ge nezen zlijin. Tegen zlaoveel kortzichtigheid en on wil staat men machteloos. BJJijift de hoop. dat hun awlgtjingjen wlijlzer geworden zlijta en verstandige»- lei ders kiezen. i i UITKBJIK. tusschen Jörgi en Agnes van den mole naar. Omdat, dei «mid een afdoende radeD liad. juist daarom was Jörgi driftig ge- Woraen, hij werd' vuurrood en z/ijn oogen schoten vuur. Toen strekte hij plotseling de hand uit „Zoo!" Meteen draaide hij zich om en gaf den smid een geweldigen slag in het. gezicht. Van dien dag af wa,s de vijandschap tegen hexn algemeen geworden. Hij was er erger aan toe dan een schurftige, hond, zonaer meester. In den ouden tijd had men hem eenvou dig met. s'teenen het dorpi uitgejaagd. Maar daar hij in onze; eeuw leefde, liet de pastoor, een goedige, oude man, hem roe pen. „Jörgi, dat kan zoo, niet langer! Ik moet orde houden hier. Ik s,meek. je, ga uit je eigen. Je bent een jonge, sterke kerel. Ga, heen, de wereLd is groot en sterke armen kunnen ze overal gebruiken. Anders zal het spoedig erger zijn dan klappen." Bij deze woorden kreeg Jörgi een wel dadig gevoel. Hij lachte, iets wat hijl zel den dee,d. Hij kreeg niet veel goed ge meende woorden te hoeren, daarom lachte hij thans. „Ik ga, eerwaarde:. Ik ga naar het steenen huis boven de kloof1." Daar woonde hij nu, in het steenen huis. boven de kloof, 1000 meter boven het dorp. Het was een ellendige keet,, van lompe steenen opgetrokken, met één ver trek. dat den houthakkers een schuilplaats hood, wanneer zij onverwachts doior een onweer overvallen werden. Geen mensch had ze willen betrekken. Maar voor Jörgi was ze juist geschikt. Zij lag midden in hot dichte woud. Hij was houthakker geworden, waar voor hij overigens buitengewoon geschikt bleek. Wanneer de- bijl suisde, en zich met taai» woede in het hout vast zatte, z'ooda.t da gele spaanders ter dikte van -een hand in het rond vlogen, wa.nneer eindelijk' de stam krakend omlaag donderde, dan laaide er een wild vuur op onder zijn borstelige wenkbrauwen. Hij leefde geheel op- zich 2-elf in de hut. die hij zeer gezellig ingericht had. Dak vond tenminste Roosje, een wees, die beneden in het dorpi woonde en da,ar een droef besta,an had. In den zomer, wanneer ztj bessen «n kruiden zocht, klauterde zij dikwijls naar da steenen hut. Dan babbelde, zij met liem of dronk een kopt koffie met, hem, dia zij in de hut zette. Roosje was zijn ©enigo afleiding. Aan haar besteedde hij alia mensehelijke teederheid, die in hem w,as. Toen kwam deze zeldzame vroege. Len te. De sneeuw lag huizenhoog „en vulde alia kloven en spleten. De kloof was een grijs groen schitterende wirwar van ijs blokken en sneeuw. Zelfs Jörgi, da gi gantische natuurmenscli, had voor de ge weldige mlacht van den winter naar het dorpt moeten vluchten. Onverwacht sloeg toen het weer oan, met 'n vreeselijk-ei föhn (heete, droge wind). In het dorpt heersohte watersnood. Alk mannen, vrouwen, kinderen cm grijsaards sloegen de handen ineen, voor het red dingswerk. Jörgi stond' vooraan, maai wat beteekenen zulke dammen, door enkele honderden menschenhandem opgeriöhht, tegenover de natuurkrachten! Alles, wat in den weg kwam, werd meegesleurd. Het, dorp lag wel eenigermate besehut. Slechts enkele huizen stonden in. h-et dal. waarin de: kloof uitliep:, ook' de molen, do molen was stevig en trotseerde da wate ren. De andere huizen stortten onder het aanstormend geweld der golven in elkaar. Zeker, de molen hield' het uit. Maar, daarbinnen bevond zich een hulpeloos mensch, het kind van Agnes en de smid. Toen de plotselinge overgang kwam, had men het. kind' in huis gelaten, in de hoop dat de storm spoedig uitgeraasd zou zijn. De grooten waren huiten bijl het reddingswerk noodig geweest. Toen mén weer om 't kind dacht en het wilde halen, was het te laat. Het waiter, dat rond het huis raasde, scheen iedere weg waar langs hulp gebracht; kon worden, afl ta snijden. Een hoop menschen stond voor dein drei genden watervloed: en gaf' de ouders, die verdwaasd' van angst heen en weer lie p-en, nuttelooze raadgevingen. Hellp-en?. Hoe was, hier hulp mogelijk?, Hoe zou men daar over heen komen1.?, „Het is maar een steenworp ver!" snikte .Agnes. Ja. maar een steenworpi afs-tands, die in iederen meter den dood verborgen hield. Als men de boot maar had, die achter het huis hing! Als men bet water een die-per afwateringshed gaf'! „Als er iemand helpen kan dan is liet Jörgi!" Dat. was ae eenige hoop -cup- redding. Men zei niet.: Als er iemand helpen kan oan is het de boeman! Men zei: dan is het Jörgi! Jörgi! waar was Jörgi.!! Men haalde hem vair de plaats waar hij bij het reddingswerk werkzaam [was. Hij stond nu tussclien de ongeruste menigte >efn noorde niet. wat men tegen hem zei. Hij stond daar onbeweeglijk als een ro-ts. Over allen lieen keek hij naar den molen. Hij weerde ngnes, die zijn arm omklemde, met de: hand af'. „Een touw!" riep hij. „Ik ha,al het kina!" i Men bracht oen touw. Hij bond zich net eene einde om het bovenlijf -onder de armen door. Toen nam hij een langei stok. rlij hield hem -als,of1 bijl een sprong imet. den polsstok naar den molen maakte. Hij rekte zich uit. In zijn oogen glom het zelfde vuur ials wanneer hij een boom onder zijn slagen deed vallen. „Houdt vast! Geef mee, naar gelang is g'a-i Altijd strak gespannen, houden. Zink ik dan moet. ge trekken! Maar zonder rukken regelmatig, langzaam! Ik -ga met God!" Hij sta,pita in het water. Zatte zich schrap teigen dei golven, terwijl hij den stoK als steun, gebruikte. Pas voor pias tosti e hij voorwaarts. T,oit aan de barst reikte nu he,t water, even daarna, tot aan den hals. Langzaam wikkelde; het touw af. „Hij haalt, het niet! H|iji haalt het nie-t!" Lieye God, als hij maar over de diepe plaats komt!" De menschen a,an den kant begonnen hardop te bidden. "Jörgi kwam over de diepte. Hij stiet zich met den stok af, liet hem drijven, en zwom verder. Hij zwom met wilde slagen opi den kruin van een hooim to,e, bereikte liem, kwam opi adem, zwom naar den vol genden en za,t eindelijk opi den drempel van een raam in het molenhuis. Hij deed geen enkel teeken. Ma,ar allen, heit geheela dorp-, da,t uit-gelaopen was- om getuige te zijn van 't schouwspel, wenkte en schreeuwde hem toe. Hi; sloeg liet raam in, maakte het touw van de horst, los en bevestigde het aan het vensterkruis. Toen ging hij in. huis, en kwam terug met het. kind, dat geweldig te heer ging in zijn. ruwe armen. De boe man had het gehaald! Jörgi trok dei hooit, die de onstuimige wateren tegen den" gevelmuur hadden ge drukt-, na,ar zich toe. Hij hond z'e aan het einde van het touw. Voorzichtig Jegde hij er liet kind in. Toen gaf' hij aan de mannen die aan den oever 't andere eind van heit touw vasthielden, het teeken. Zij wisten nu, wa,t zijl te doen hadden. Jörgi stiet af. De hoot m-oest aan twee machten gehoorzamen, aan den stroom van liet- water en aan de, spanning van het touw. In wilde vaart schoot zij naar den oever toe, in bedwang gehouden door Jörgi. die met geweld de, roefepanen han teerde. Vlak hij da opgewonden menigte stiet dc- boot -aan land. Jörgi gaf het kind aan de moeder. Tot- den v.a,der zei hij„De oorvijg heeft nu een pleister!" Hij schudde de handen die hem toege stoken werden, want hij 'was- een goed hartige kerel. Maar eigenlijk w.a,s| alles een heel pijnlijke situatie. Toen de smid Jörgi uitnoodigde- om met hem mee te ga,an ,zeida hij: „Dank1 je. Er is nog veel werk. Bovendien wacht Roosje op me.'! Koes Meckel. De bekende roman- en tooinaelsohrijver, Kees Meek'el, hoopt den 7en October &.s. zijn vijftjgsten verjaardag je herdenken. Kees Meekel, die een groot deel v,an zijn le-ven in lieit buitenland heeft doorgebracht, en thans sedert jaren in Frankrijk ver blijft. werd geboren te Amstelveen in 1883, als zoon van een welgestelde boeren familie. Hij studeerde eenigen tijd aan de Seminaria te Hageveld en .Wiaxmond en be-gon daarna een litterair zwerversleven door Engeland, waar hij hoofdzakelijk een grondige studie van Shakespeare's wer ken maakte, door Denemarken, waar hij ve-el omgang had met; den bekeerling Jo hannes Jörgensen e® door Rusland, al waar hij de Werken bestudeerde- van Dos- tojefski, Turgenief en anderen. Gedurende zijn verblijf in Rusland maakte Meekel zich ook meit de Russische taal en zeden vertrouwd, teneinde de p-ennevruchte® der groote Russische schrijvers oorspronkelijk te kunnen lezen. Van Rusland vertrok Meekel naar Canada, waar hij als cowboy 3 3 t en farmer het harde leven der Canadeesolw Ijewoners leerde kennen. Gedurende die P"e'■■ jaren, .welke Meekel in Amerika door- bracht, schreef: hij- zijn bekende roman moes „Van Comboys en Pioniers" een- schets uit het harde prairie-leven. Dit bo-ek be- a hoort tot een zijner beste litteraire war- keil, Dan volgen zijn werken „Het slot op wmitiimam tien Mond" en „Da Sitad des Levens" J waarin hij diepe levensproblemen heeft|3l«D uitgezegd in een simpelen, raken, steeds persoonlijken stijl. Verder moeten van SUGCBSTQÜt Meekel worden genoemd] „Volk van Hol- |Qygg y land" een bundel schetsen; de roman „Adel'' en „Melkdorlog", „De Val van den Dictator", in welk laatstgenoemd verhaal Ijt - del schrijver de figuur van Mussolini ver werkt. Na, zijn roman „Van Cowboys; en Pioniers" schreef Keee Meekel uo-g een soortgelijk werk, getiteld „Do laatste Coiw.- boy". In dit hoek' wo-rden machtig en aangrijpend verschillende toestanden itft lief oowboyleven in het ruwe land vaD Canada beschreven. Meekel schreef ver- scheiden© drama's in Shakespjaare-stijl. De IBl idHlC'S schrijver koestert een groote .bewondering looiB, PUP van den beroemden dramaturg. Vermo-ede- lijk naar aanleiding van zijn diepgaande studie over jSha-kespieare's werken schreef Meekel ook enkele aangrijpende dramati sche: tooneelspelen, waarvan wij noemen „Da Nar", oen spel in vier bedrijven, hetwelk in Holland vo,or het eerst w'crd opgevoerd door „Het Sohouwt-ooneel". H-et weergaloos, int ens-medelevend spiel van Jan Museh deed dit stuk' een spaces wor- s koopan den. Voorts schreef Meek-el „Fergupt en r| steunt Galiéne". „Innocentius" en „Jeruzalem", j De goedmoedige ruwheid -en ongeveinsde rB ï®®*-- meeniugsuitingen van het Canadeesche L volk, waaronder Kees Meekel zoovele ja ren heeft geleefd en gearbeid, uit zich vaak in zijn litteraire werken. Dit is dan ook de reden, waarom velen hem „grof" noemen. T.ocli vindt men onder het lezein van zijn romans, zooals „Melkoorlog'' en „Da Laatste Cowboy", veel aantrekkelijks en vaak ontroerends. Men moet -echter in heit oog houden, dat Meekel bet ruwe, werkelijke realisme, van het leven zelf heelt medegemaakt en zijn ondervindingen daarom ook oprecht en eerlijk tracht we« ta geven en het afstootende- en sombere in hat boerenleven der Canadeesche farmers niet tot een sprookje wil fantaseeren. Meekel woont reeds sedert 1922 met zijn gezin in Frankrijk, thans in de huurt van 1 ërigeux. Hij liet zijn woning inrichten tot een origineele Fransche boerenhofstede, hier en daar heb Amerikaansoho systeem der farmers aanbrengend. Eén gropi, ruim vertrek dient tot Meekel's: Werkkamer. Hierin hangen ook eenige zelf-geschilderde doekjes, want Meekel is buiten een be gaafd roman- en toioneelschrijver, -eeni niet onverdienstelijk teekenaar. Nog in den herist van dit jaar z,al hij J. L. Veen te Amsterdam een nieuwe roman van hem verschijnen, genaamd „De Zonneburg" een werk uit den Hollandsehen polder. Mem-en van den katholieken boekhandel nangeeift met do oplossing van vele moei- Ijijjkheden tevens. j - Moge deze eutjaloog een vlucht nemen nis de pdelaar van f3|t. )J;an, die op den modernen en sprekenden omslag vtoorklotoit. In Noord- iDllttiriifin dnlnlstntli LKNIAAR 633 - Ecu daad. l i De R,.-Kl. boekhandelaren- en u.itgevera- vereeniging „8t. J,a,n" hoéft .een dia,ad gesteld, een befangnijjte dftad, door dö uit gifte v,an een c;a,talogl.l|ts der katlholickii) Ned'erlandsche Ihoakeu. Het is een geweldig, uitgebreid werk geweest dat aeer veel zorgen en z'cfer ■veel geld vergde, redenen waarom liet zoolang uitgesteld is geworden, cn toc'h moest men zich een en ander getroosten om don jarenlangen achterstand in te halen en om met rede verbetering te mo gen verwachten. Deze catoloog stelt den kjaflhelieken lezer en boekenvriend in staat, terstond te vind-cn wat luijl zoelkt; hijl gééft liem antwoord op duizend vragen en tevens een overzicht van piles, w;at op d'e Ikatho-. liek-e boekenmarkt verscheen. In 'n nij'penctei -behoefte is thans voor zien cn het kan niet anders, of deze da-ad zal flijjkelij'k' zijn rente opbrengen. Honderden oude hellenden komt men in den catalogus tegen. Met velen Zal men de kennismaking willen vernieuwen en daar kunnnen uitgever, boekhande laar, hooper en tenslotte onze géheella katholieke gemeenschap niet anders dan goed bijl varen. De indceiing van liet hoek is buiten gewoon overzic'hlellijlk. Al de boeken zij'n naar hun aard onder gebracht in tien ru brieken, tefwiijH in deze rubrieken d,e| nuances -ook weer tot haar recht komen. Om liet dien gebruiker nog g-eonakkelliji- kér te maken, ontwierp men 'n register op de auteurs-namen en een op denambn -der rubrieken -en anonym© Werken. De elafaloog is nijlk! geïllustreerd en kreeg van pater Kruitwagen een inlei ding mee, die klonk als 'n klok! (w',a,t hel derheid van betoogtrant pangaaf en die bovendien op meesterlijke Wijze de pro- 10 GROOTE PEKELHARIf 8 GROOTE BOKKINGS 1 POTJE ZURE HARING 1 POTJE ZURE HARING 1 POTJE MOSSELEN sar Wij blijven het KAAS EN Fl< Financieele instelling wensehj enkele R.-K. 1 Flinke positie, terwijl bij geble aanstelling. Brieven onder no, Onze omgang met anderen. De omgang met andere menschen is e-en kunst, die heel v-elen niet verstaan. Vandaal' de huiselijke twisten, de ongenoe gens tusachcn man en vrouiw, t|ujsschen broers en zusters -onderling, fuisschen vrienden en bekend-en. V:apda,ar de .verbre kingen van vriendschap, de echtsclheidin- gen, de verwijderingen "tussch-en familie leden. i Het ligt in den aard van den teaenseh om te wenschem, da,t "zijn haan koning kraait. Iedereen wi-1 zich graag laten gelden, ra,a,d geven, een ander zijn' meaning opdringen, -en vooral: elk1 efeeht heb recht voor zich -otpi, om zich thuis „te tapuen zooals liij zich voalt", met andere Woord-en, om thuis toe te geven aan alle luimen en stemmingen ein zijn huimeiur niet te be dwingen. Doch dia,ar ga-aifc het nu juist «ui De twee grondregelen v,o,or een vreed zaam gelukkig f'amiliel-eiven zijn ,,Wia-t gij niet wilt dat u geschiedt, Doe dait ook' een ander niet" en: „Oordeelt niet, -opdat gij niet geoor deeld worde". „Alles begrijpen is1 alles vergeven", zei dei Madamie de Sitaël indertijd zoo terecht! .Wlann-eier men zich in een anders: toestand weet te verplaatsen, wanneer men dus ,a,l zijn gevoelens; en drijfveeren begrijpt, O, hoa veel vergevensgezinder en verdraag zamer wordt m,en dan, Dei mensch is gaarne geneigd zichzelf opi een voetstuk te zetten en vandaar af de woorden en daden van andere mien- schen te bekijken. Ofwiji zetten een ander op een voetstuk, kijken naar hem omhoog, en verwijten hem alles, Waarin hij niet precies handelt, als overeenkomt mét zijn verheiven positie. Reide methodjen zijn al -even verkeerd. Sommigen vinden het noodig, an'derep voortdurend opi hun 'fioiuten, gebreken «n tekortkomingen te wijzen, wal Stellig piet bijdraagt tot de verbetering epvan, ,en meestal sléchts onwil en wrevel Wekt, en dikwijls een verWijidering veroorzaakt. Een beetje mildheid, een gpedigle veront schuldiging, e.en dulden in-pikuafö van direct kwalijk te nemen, zou vrij' Wat beter uit werking hebben. Een haastige conclusie-, een vooropge zette argwaan, een kwetsend ongeloof a-an argumenten en exguisesi, ia ontelbare malen oa oorzaiak geweest' van mfelversta-nd en daardoor hoogloopende ruzie. Ook is liei; hoogst irriteerend voior de tegenpartij, om zicli met een so.o-rt van Schadenfreude te hooren toevoegen: „Ik heb 't je wel gezegd!" Beter is liet-, vrfen- delijte doel 'ta nemen in da door den ander ondervonden teleurstelling -ein aan zacht woordje van troost fe sptrejken. Alle! mensehén zijn niet hetzelfde; de smaken verschillen, de opvattingen' vlam twee huisgenooten zijn aoms geheel tegen overgesteld aian elkaar. Wij zijn niet allen voigens hetzelfde patroon geknipt! En onzé zielen zijn niet allen in denzélfdlem vorm gegoten! Maar meestal kennen wij van aegenen, met- wie wij intiem omgaan, wel de zWaikkë jdekken, de kwetsbare gevoeligheden, en doen dan het baste, d-eza zooveel mogelijk la ontzien, en er iemand niet. .zij liet schertsend, en dus niet k'wiaad bedoeld, tn»e te plagen, zo,oiaJis| dikwijle geschiedt'. 1 i 1 i Opgewektheid ia een Wonderbare eigem- sohiapi in den omgang; de opgewektheid van één huisgenoot zal aanstekelijk wer ken opi het heele gezin. Opgewektihleid is natuurlijk heel iets| onderis dan buJïelDi van vroolijka opgewondenheidopgewekt heid is een harmonische zielestaat-, die weldadig Werkt op ieder milieu. Een oorzaak van veel onaangenaamhe den is, als men ar twee stel manieren op nahoudt: een voor huiteinsihiuiis. Menigeen die| in gezelschappen zeer geliefd! is, en wordt gewaardeerd, is een lastige, grillige, zelfzuchtige huisgenoot. E-e-n woordje van lof, .een Woordje van .appreciatie opi zijn tijd, hééft meestal ©en gelukkige uitwerking. Hoa dikwijls gebeurt het niet, d-a-t, wanneer iemand gestorven is, men .opeens tallooze goede eigenschappen in hem of haar ontdekt. Van de dooden wordt meestal niets dan goeds gesproken. .Wlaar- om kUnnen we ons niet aanwennen dit ook van da levenden te doen, ten er niet mee tp wachten tot het ta laait isfS Het leven van degenen, van wie wij houden, em die ons het naast staan, zal eindeloos veel aange namer erdoor werden, enons eigetn laven tenslotte immers o.ok'.S In welk land wardt het meeste getroiu'w'd? E-en onlangs uitgemaakte statistiek weas aan, dat percentsgewijze het grootste aan tal huwelijken plaats' heeft in: Hongarije en daarna in Saksen. Pruisen: yolgb daar op en steeds in dalende lijn komen: Oos tenrijk, Engeland, Denemarken, Italië, Frankrijk, Nederland. Dan komt' Zwitser land, België en Noorwegen; minder weer zijn Schotland en Zweden. Doch het land waar het -allerminst© wbrdfc getmoiuiwd te Ierland, waar op de 1000 inwoners s!©ohtis 9 huwelijken pLaa-t© vinden! Men ziet, jdat Nederland inzake huwelijken nog z:ooAn kwaad figuur niet maakt! .WAT MENIGEEN NIET WEET- Volige-ns -de jongste gegevens zijn er thans in Tsijeeho-Slowakije 3000 Duit- s-c-he vluchtelingten. In Frankrijk zij)n' ©r 30.000, in h-eit Saargebied 500, in Neder land .8000 en in Zwitserland 2000. Het a.ant-al vluchtelingen, dat zich in EingejLand, Denemarken, Scandinavië, Oostenrijk ©n- Spianj-e bevindt, is1 gering en zou niet meier dan -een piaar honderd bedragen. - Het grootste Stuk koper, da,t destijds opi heit Koiperieiland (Kam-sjatka) werd ge vonden, woog zeven Russische- ptondem -en werd in het, mu-seum -dier Academie van Wiettenschiaplpen te, Leningr.a;d ge-plaatst. Reeds in da grijze Oudheid maakte men gebruik van pusitduiven. Maitra-ssen kwamen gedurende da lOd© eeuw in gébruik'. De Romeinen ken den echter reie;d® ©en soort -onderbed, dia-t zij „ma, tra,h" (.ligbed) noemden. Xjat-er brachten de Mo.oren d-a „matrah" naar Spanje, vanwaar de matras zijn weg vond naar Frankrijk Duitsohlajid, etc. OVERTROFFEN. „Dje- IJzerhrand moet toch verschrik kelijk onder de piant-o-fffel zitten!" „Zitten, zeg je.?. Man, laat' me niet lachen. Hij knielt er onder!" TWEEËRLEI .WERKING. „Frits heeft gisteravond een magnifieke jaö uit het café meegenomen." „Zo-o, en zit-ie goed.2" „Als -aangegoten. En Frits [Ookzoo vast als een muur... achter de tralies!" ONTSPANNING. „Goede man," zegt de dokter, terwijl hij bedenkelijk zijn grij's hoofd schudt, tot den patiënt, „u lielbb vóór alles rust noodig, zoek ergens e-en klein nest waa-r u onge stoord, ver van de drukte en de beslom meringen van uw zaken- rustig een dag of veertien kunt doorbrengen." De platiënt schiet in een haast onbedaar- lijken lach en zegt: „Rust dokter, vind ik nergens zoo veel en zoioi goedkoop als in mijn winkel; da,ar komt heel den li-even dag g-een sterveling." UITWIEG. „Daar heb ik alweer een valseha rijks daalder in do cassia. .Wiat 'n geme-eniteit toch van zoö'n mensch! Frits, kom 'ns hier!" „Ja, .vader." „Hier heb je 'n riks. Loop eens even naar den sigarenwinkel en ha,al me ecu doosje Dubecs vo,or een kwartje!" UIT JANTJEi'S ORSTE-LSCHRIET. -en de heerlijke ozonrijke lucht van onze eenig mooie vaderstad bewerkt, dat men in korten tijd een hongen, leeftijd bereikt!" I KATHEDER-BLOEMPJE. „Verscho.oren, ik' heb je al wel hon derdmaal gezegd, dat je niet zooveel moet p-raten. Beantwoord me nu eens kortweg de vraag „Wie was- Karei de Dikke!" met een duidelijk ja, of neen!" DE DIKKE. I U „Wiat is dia corpulente Jansen t,och!" „Boekhouder." „Nou, dan tooh zeker een dubbele,!"- HIJ KENT II,AAR. Zij: „No,oit, no-o-it koimi ik weer hij- je terug!" i - Hij: „Ja, en verge-et dan asjeblieft niet mij een paar bruine e-n eemi [p>aar zwarte schoenveters mee te brengen!" KUNSTTENTOONSTELLING. „Kijk eens, waf. een werbwaardig schil derij, de weide is blauw, het beekljia geel en de bo,om«n zijn rood „Hoe noemt de schilder heÜS'® „In het jeugdig groen!" Bureaux van Reda Telefoon Interloca Bijkantoor MIDD groote waarde van publiciteit De Jaarvei van den R.-K. i Middel! Zondag vergaderde te Go-es de R.-K. Rij hurg, onder voorzitter Üno. die in zijn ppien uitdrukte, 'dat Den Bo had toegelaten, wa,a ze-tel verloer. In d we,er hersteld moeiten Biocten wij 'werken K-.-K. Sitaateplarfij. wat te doen. Spr. dat misschien komt -o; zoover van ,ons ver- ring verwacht s-p-r. v, Nieuwe frischh-eid he allerlei gekleurd© hemt missen, omdat wij bez: lament in onze beigin moeien wij zo-eken in in het innerlijke» He-t groot door -celvormi kunnen wij niet; wél van hun ijver overn-es Vier plaatsen zijn d in Zeeland aan-geiwez1-- meerderen moet,en er Het geldgebrek -hei- kieskring in zijn hew- dal daar verbetering; afgevaardigden da-ar i voor zullen werken. Met -een vurige opi aan de- Staatspartij e" om bijstand eindigde De notulen der vorige goedgekeurd'. Mej. Meijer (Vfiss fjoen tegen het te la, ueze vergadering. Dq sc-cretaris, mr. dat dit verband hield vergadering. Om onze- doen behandelen, moes worden. Me]. Meijer verklajn j-roteisteerd was -om leacu te verantwoorde Bi;-, do ingekomen st.u ..cimisgevingen van v'e: de heeren Lookiefeer rientl van de- kiasve-r. C gevaardigden waren g geld mankeerde. Hierna bracht dr. jaarverslag uit. Herin de Kamerverkiezingen, ling van den verloren) gaven, do-ch anders waren Wat de ander-e De Tweede-Kamer-v vervolgde liet; verslag danig belangrijk «tuk eischf, dat over het Werkzaamheden van h deels daardoor in Helaas was -de iuvl de financiën vaan den merkbaar. De uiterste boden zijn, wil de Rijks, ti-eel gebied zijn hoofd den; en daarnaast is ni vereenigin-gen hun ver Jaarlijks kan deze k: ha alclde kiesvereenig te laat en zijn dikwijls leden jaar stond in mij nantiën zouden- goed k de afdeelingen beter van hun plicht onr o,p af lei dragen. Er zijn a dit; zeer veel te wenach alle afdeelingen hun pi onze penningmeester mi leegc kas staan en zelf tangen kunnen voldoen Deze kla,e'ht ken ik halen al begeeft mij eenige uitwerking z-al h 38 - Ik vrees, dait, ik j-i tatie niet kan aanneim Myers. Ik heb om ha, rentie met een collega, bij F-ergerson -eten. Ik geluncht. Rob's gezicht verried ge-beurt -anders niet v; Londen ontmoet. H-eit Neen, ik kom hr< ogenblik dacht Myers Haftjngs het doel van Terteli,eil) maar hij lie achverwege-. Wat zou z n boemel-aar, dat g-e ^''cusm-eisj-e intereese-ere Ik stiond juist na toen, zei de dokter. Wrouw zoo iets voor b: tecfjd en nu ik toch in het wel meteen koo Het is een eerste 1 goed slagen, zei seerd. zijn metgezel x

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1933 | | pagina 6