ZATERDAG 29 JULI 1933 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT f IN HET KRAAIENNEST [f DAVERENDE DINGEN H rillll ALLERLËi GEKKE GESPREKKEN g S tra,,a, tv uil. Van versohilll'ënde zijdein onbvfoig „de Tijd," naar dit blad verm'ejldt, ingezonden «tukken, -ergernis luchtend- o-v-eir de onbe schaamdheid van vronwen en meisjes, die in badpakken oil in manin-effljkleeiding, zoo genaamd spiortiet', door de steden zwer ven. De redactie schrijft daanoivlei- „ZciOi erg als dez-en zomer is: hielt in geen. der voorgaande jaren geweest.. Nieit zelden zieit, men, vooral Zondags, groepen vrou wen per fiets in ©e» soort toloius-e- zónder mouwen -en daaronder een uiterst ,kj)irt jiongensbroekje door dei gjwftei pirioivincie- s-ieden -toeren. De. overheid neemt clon stead® slapper houding aan tegen de'z-e sexen-niveïliêering en cynische zeden aan. lïtet schaamibeloiasi vensrihijnsitü is een gevolg v!an de in allies door-gekankerde -gelijkstelling van man em vroulwi, ziop-als die- door de radicale vrOiuwen--emancipla;tie in de moderne m-oir-aal-pipvatltinge® w-erd bavorde-id. Het, is een [uitwas naar het bolsjewisme, dat geien diffe'rentóa.tie, pok niet in de geslachte® will ©rkeninen, tegen olltei biologische en psyChologis-chei erva ringen in. - Zal de raepi otn heit s-te-rk© geziag .einde lijk o.ok da passiviteit- bereiken van de overheid. om haar to.t ingrijpen bei brengen tegen het huichelachtig, modieus- te k-oop laop-en van ontaard vrouwelijk' igevqe-l, dat de- openbare Zeiden helpt ontibiudein1 Nu de s-chaamiteloioz-e mislbaklsleft'B zich ook naedls in onze kleine- provincie-sfedje® vertopnen en lichtzinnig nagiev|o®gd wor den, mag de, verontwaardiging vkn het Amsterd-aiusche orgaan ook overal elders w-el -eens gehoord worden. Ein wanneer dit Waarschuwend protest weerklank vindt bij ons vtolk', dait' in het algemeen toch nog niet moreel in de gioot logt, dan zial de- oip dit punt all1 te laksche .o-vterheid -ongetwijfeld de gez'aghaadhavers bevélen om die pudermSjinicrs der goede zteden van de' openbare weigen te houden. Nieuwe 'wetten zijn niet noodig. Het is nog -altijd ieder Nederlander ven-bfid-em om zich in de kleeding van aindier geslacht te vertlqaniein, .eivbnafe V ver volging mogelijk is wegenis publieke--schen nis der eerbaarheid. In 'n paar dagen kan al dat, yuiil yam de straat geveegd wordenals- men maar wil en durft! i DJTKIiJlK. er nie,f dloor heen scheep. E» ziel Ik wist, daf d-ei hejmel belwplkf w|as, maar hoe kwam 'het.?, Boven aan heit venster achemerde .foiclh. een vital Jicht.. Ik richtte mij op ik wilde) -een gil gfewem van schrik maar dlotpr hqf gesloten Veius-tei' knikte mij een blleleik gelaat vertrouwelijk to,a en wenkHie- mij, dat ik zoju) Zwijgen. Het was een vriendelijk geizicht mei olauwe ecgen, thans was- aj. .mijn angst verawenen heb wenkte mij, als mnesit ik meegaan He.t meisje hield pillotgeling Pip. De deur werd geopend. Hilde- .sprong varsichrtkiJ opi en riep ontsteld: „Djaar! Daar ia heit Wee.r!" 1 „Zijit gij niet goed bij: hot Verstand, kind?." vroeg de -oude man, terwijl de jongens elkaar verbjiu|flt .aanstaard-en. „Ik göl-oiof' dat, gij in het vuur v|a.n je vear- tielling je goeden Peter voor eein zeespao-k hebt| gehoniden! Koim, Pelter!" riep hij thans we.e-r vroolijk tot den hinnemitredem- de, „zet je hi-e-r naaiStt j,q bruid en weeis niat| kwaad, indien zij je qok juist niet ge vleid heeft." P-eter was da jongste helpier in den vuurtoren. Hij zqtit-e zich naast Hilda neer en vroeg: „Zijl, gij ziek', kind?," „Ik moleit hat wel zijn," -antwoordde Hilda ien trachtte te glimlachen. „Sedert twiaatt jaar ben ik niab zqoi verschrokken als thans." „Laat die dwafe ge-schiedenis nu rus ten!" hernam de oude man. „Pelt-er, gij •zijd) -op itij'd gekomen. Ziet! D'a wijzer der klok staat bijna ap IwaajtlNog. ieien r-uk .en wij sturen hat- nie.u'we jaar in! - Hteif't de glazen «pi ,jonge®s|! iWjei z-ulllen taf -o:u;die jaar gee-n tranen nawaanen,, 't, was een droevig jaar vtaor do scheep vaart - heit heeft menig mooi v|a,arfuqg vernietigd, -en menig jong levbn ,ook! Gij hebt je dapper gehomden, mijn jon gen, gij hebt niet mij gewaakt, gij hebt nok niet gesidderd of' gaa.araeld, imiien het gold -eien medieme-nsch van het, graf 1e redden. Spreken wij daar niet over hat is immens .onze plicht zóó len niet anders], en Die daarboven mieit Zijn al ziende 00,gen zal uj -e'ens Ipon-an. Klinkt) jongens! heil het nieuwe- jaar! Wie wi|llau brengén en micnahf Idie iaën -od! de andere- van ons dit j-aar door Dien daarbavbln- worden -opgeroepen, dan niet ve-rsjaagd jVüoedig de reis omdiernom-e-n n-apr de hav-an, waar de -aenjwige zeekapitein -waakt -en hem -een harnachtigein z-eemanegroieb ige- braoht: „Zwaar was de reis, Hleier, m-aa-r mijn schip, is ongeschonden gebllewetn!" „Hloer.a „rilfcra hoera!" klonk het, in -dien kring en de glazen stieten -t-ejgeni ,e(tkaar. Olok Peter klonk met H-illidie-, zij d-rulkltie- 'hem de hand -en zij keken icjikaar aa,n. „Ook in dit jaar niet?" z-eiden de: stom me blikben. Peter len Hifid-e 'hadden elkaar sedert lang Sief, nfaar zij waren -te arm -om te- kunn-an trouwen. Daai-oan Werd het) telken jara nibgesltieöid. „Zoo, kinderen," Zei de oude toren wachter, terwijl hij- zijn l-eeg g-lais -o-p de tafel necrziatite-. „.Wïefflbolm in -het nieuw- jaiai!" en hij schukidei allen de- hand. De .glazen werden nogi eenmaal' gevuld, ule pijp-en lOlptni-euw gestopt toen plot seling ,a!lls een verre donderslag do,or den stormachtige» naicflid. klo-nk. In-eens werd heit doodstil in de khmer. Benige- oogen- blikkien gingen voorbij en wederom! hoorde me nduiidelij-k den somberen knal. Dat was het t-eeken, da,t le-en sdhip zich iii gevaar :Ke|v|o»d. Even zweeig het hullen vnn den storm^ foiejn vo-ar de derde- maal het rolle-n van het ,gesöhu(t in den Vuur toren doordrong. AlBlen spwongen oijpl en s-formden die trapiplen af. Tp-an zij heneden da deur openwierpen, wjoei de ijzige noor denwind h-en fegen-, Aa,n hum voieiten huil de -en bruiste h-at, en z-oover het oog kon zien, Stortte de -aene go-lvenberg op den andere. „Kinderen!" scbre-euiwda de pjude ma,n, „hier zijn menaohenl-evenis in gev'aa.r! .Wilt gij he'f uwe in dez-en nie-u'wjaarsnacht wa gen, cf wilt, gij iu)w| -evonm-ensehein -a,an hun lat oveftiafien'.?" Als uit één mond k|Iionk helt: „Ne-enf 'Vjqoruit „Goed dan! Zoo had ik liet van mijn jongens verwacht,! Maar allen moet gij- g,a-an! Niemand miag [aidhtewblijv-en, an ders bedwingt gij den Storm ni-e|t! Nieit versaagd, op- God v-ertxoiuwd, vwuit'I Allen in de grootte bopf!" En nu stiefgen zij de trap-, in de ro-tsieih uitgehouw-en -af, naar de pla-ate waar de grooi'e hooit lag. De oude sto-nd b-oiven aan -den ingang, «ni in zijn oegem waren tranen. Daar Voelde hij eensklaps! zijn rechterhand lomvat; het was! Hjld-e-, die angsü-g rielp: „Vader, laait' Peter ni-e|t m'ee uitvaren! Om Goidlswil, laaf Pater bij mij! Mijn voorgevoel mijn droomO God, ik zie ham nooif weer Dia ar riohftle zich -de zeea'oib wild op en met flikkerend -oog riep- hij„Wti|lb gij mijn kind zïjh?. S-dha-nde over u en mij', daf ik diit mo,e|t- belevenZopdit, -gij werke- lijk in staalt zijn, Peter to-t eein pllSioht- veirgatenden lafaard te- maken?. Wieg, uit mijn .oo-gen! Wieg, naiar de kamer, zeg ik ui! Uw-e liefde is nietjs dan fcvind jan: eigenbelang; Peter Z',a,l gaan en keert hij nielf terug, bid da, nvoor hem, maar dank Go-d, da.t Hij u e-enlpliehtgelroiuwen me-nseh lie|f liefhébben!" Hilde -boog h-at hoofd en keerde zich naar de irap. Zij wierp- nog een blik' naar beneden, wia,ar d-e b-ooiti juist van 'den oever -stak en in het Volgende oogenhlEk ■als -e-en na-ohbvagell1 hoog boven ppl diep rug van eien golf zweef-de. Daarna snel de zij de -en-ge wienfelfrapi op|, toit, aan den buitengang, die boven am de spit-si Van de-n vuurto-ren He-p. Aan de afeen-en borstwering zonk zij ne,er en sba,ard-e d-a zfee oyer, waar die hoof met de golven stnee-d. Zij z-ag z-e nui eiens opl-, dan ónderduikien, zij volgde den strijd nip leven -en do-od, zie, daar, ver, heel ver, z'weelif dc b-oiot nog !tha,ns is z'e, onder de golven doorgiegl'je-den. Ja. de oogen der beangstigde- Wde zijn ■scherp', m-aar ook' da kracht, heeft haar grenzen. Snijdend bla,a,s|t d-e siöo-rm ituis- sehen haar ooigladen e-n vo-rmt Irane-n in haar .oo-gem. Hjlde hou.dt z-e open, al doet het -ook pijn en al begint h-e-ur lichaam Sjtijf te worden. D-oich p-l-oitseling v-erbergt zij hei ge zicht) in h-aar rood geworden handen!. Hef oogenblik is gekomen, waarop haar ao-gei nniefs meier kunn-e» zien. Heit! istehelep'- j-e- is in de duisternis verdwenen. Maar- was het, daar nieit, alsof Peter voor haar vo-eiben .omhoog steieg, gedragen doior den groenen vloed?. B.ujgit hij zic-h niet o.Ver de borstwering en glimliaobt hij haar nje.t foe?. Zijn blauw, vriendelijk oo-g is Ver glaasd en zijn blonde haren zijin vochtig, ma,ar hoim, ko-m, omarm mijPeitex, is hef dan mogelijk', dat ik u weier h-elb-.?. Eu heit is als knikte hij„Ja V-oor altijd „Wat, laat de torenwachter .op- klaar lichten dag de lichten branden?." vrqegem da vissch-ers elkaar den. volgenden mo-rgen. „Dei oude z-al spoedig v.0|0r zijn post niet, meer deugen." Ma:ar, d-e o-uide man z-at boven op| dien toren bij het lijk' zijner bevroren dochter. Hij -dacht niet aan de lichten. Dies; mlotrgems vond' hij zijn kind aan da hors)tlweriog dar .gang dood, .en haar tranen wanan tot wifte piaarlen bevroren. Geen wopder, dat hij de lichten vergat uit tie doov|em. („Averboide's Wlelekblad.") Pinda,! Pinda! In de Prov. Gnon. Cpnrant scWjït een grappenmaker het volgend-a naiar aanlei ding va» het artikel va» Auto» Miwes „Hollandfahrt" in de .„Neu-e- D-eutsohe iE|undsclhan", waarin hij! gclirijVeiide over een ibe-zioek ,a,an onus .land-, o.-a„ het vol gende vertelt: ,,-Dp ,bin-da,-verkqopers behooren tot het stadsbeeld in iHjolland. He-t zijto Indiërs, die met den fatalistischen gelaatsujtdruk-- king, hun r,ap eigen, een apenqótjes-haindel drijven. Ilc h-e(b nieit gezien daf iemanij iets b'iji hun kocht. Herhaalde-lijlkl roepen gij:: „Binda, binda!" Dla|t b-eteeikent: lek ker! lekker!" I Wie onzer 'hflid floit gedaicht, diaf pinda., „lekker" b-atee-ken-de Ejn da,t C!hinee)z!en Indiërs Wiaren?, Men nioeit er een Piuitstelh geleerde voor aijn, om! het te ontdeklkt-n. Intusschen, alle respadt! Wie zijn er Weer ■wijizier doior geworden. Als ,eontra,-ibelee|f!cllheid mjogen hier eeniga interessainte -wetenswaardighieiien volgen, die ilc |Ofp imijh laatstei D|uitschland- fahxt heb dp-gedap» In Berlïjh ziet m-en op- de hpieken der straten ineengedoken verSchxioihpeld© man netjes en vrau'wtjes staan, rdie ,jS|ajt|Oeng" roepen. „Sjaitioeng," yermoedeEjlf atkojm- stig van het HöiogcLuitsiche Zieitung," toe- jeekent „opi-ulm" en dflelt opl een zëik!e)r sojort koo'plwta(ar, die- Zijlaanbieden. Wanneer tn-ein in een D;uitsc'he stad een -mienschellïjk -wiazen o-ntmfoiet, dat acht boe nen 'heeff't, heeft men. te doen toet pen Ipio- 'liti-e|be|afnbtiei of' lS|o;e-'p'o (uit het Chineesc-li beteekent letterlijjkl: dappere krijgsman, Ibeljast met de- regeling van hef verkeeg, de orde, d-e welvaart en de geldmjarkt). |D(e [Sijioe-plo's béhoioren, evenals de mi-erenj- eters, tot -dia familie der Wlormtongigen. Zij hebben gte-en tanden of klazen en vioev den zie'h met insecten. Zij! zij» 2 jMeter lang, waarvan het hopfd 1/3 beslaat en dragen hun jong "ok tijdens hun wenk) op den rug mede. Beflijn, samentrekking van Bier «n lijn (volgens den vermaarden ge,.'loog Haxzlburger, die bijl zij» tlipgenoc.ten in een voortre'ff'elSjken reu|k stond, doc-h niet hééft kunnen uitmgkle.n waar de w-oppden Ber en lijn Zelf vandaag komen) is be- x-oemd |o)m -zlijh p-r-airiën, -w'a.tervalleiu en fjorden. Berldjh Werd gesticht door Iwan Ijll, ligt dpi d-e henveiachtige terras-sein van de MoskWa hetgeien „leilfker" Ibe- teeke-nt en xnaaikt, vtan da iKara|k'orujn! gezien, mlet zijin g'roene en vergulde )n(os- lïeeën -e-n minaretten een sc-hilderaichtige|u indruk. Berlijn heielft. een woestij»,aichtig Icarakter. 'Op de Postda.mnx'er hqogvlukten graizten y.alcs, antilopen, schapien, geit-en en paarden, ,-buffels, varkens eu lctamqe-) leix. Berlijn beh-qor-de tot da door DlZjen- gis Khan en Któblai Kha.n 'Weheex-schfe steden. Het geeste-lSjk 'gezag (berust bij- ide» D|alai-Lama het werkelijlk bij dr. Gö'bl- bels. IW-ie nog me-er va» Berlijn wil varnq- mien, lc,an zich gex;u,st tot mijl Jwend-en. tWie iets van Nedex-land Wil weten, doet fuurffijk beter, aan Anton Mi-eves van -d'e „Neme Djeutsëha Bnndscha.u" te- schrij ven. Geheime sex-ten in Congo. P|e Jmiih-ni. Pieze sec-te, di-e nog geen 15 ja,ar be staat, 'beanerkt-en de missionarissen ihet eerst in het igejbied;rond de g»qote more». Haar fT.otem' (b-eschcnnlgeest) is vde sfang. Pie leden dezer sec'ta laggreji er -z-ic-h op toe |Om d-e slimheid:van hun fTjoteim' in zich aan te k'Weefcen om tóop hun doel n. ml. zich dqo.r alle mogelijik-e middelen rijk 'te maken, te toe-reiken. Paa-roml i'ka» iedereen zqo- nxaa-r hict direct \Ima,nist worden; wlant -de oxxkiosten zijix |in heit begin zwqar alleen rijke, iubioiqrlingen. worden itoiejgie- laten, -die da eerste .-tijd het honjoraiftim va» den tqqvien,aar, W-at Igeen kleinigheid is, en -d-e kosten i vnar offers «n onde-x-liond va» hun T.otemi kunnen betalen. Tgch la ten .Ze qok wel;eens iemamd toe, die hier toe niet in staat lis, xqaar dan iwjordtl van hen iets geëisoht, Waittzqq zwaar valt, dat zq dat nxet van Izich kunne» verkrijgen:: praktisch kunnen de armen idus nqoit, toetreden. Zfto werd ib.v. - van een vrquw die niet rijk genoqg twas, gevraagd, dat E'e haar ©enigst kind (zou lajen /qfferein .als sjpïj's voor den (/Tiotem-. 's 'Nachts komen -de leden in hun hei lig bosch bij-leen, w(aar -de taovenaar, kips- pen en geiten slacht tvqo,r de slang. Een gedeelte van het ibloed -wiqrdt op den grond uitgegoten, de rest verdeeld onder de slang, den tqovenaar en de v-ergaj d-ering. Diaarna vallen allen plat ter aarde ,om hun Tjotem' te aanbidden. Dte tweede -ceremonie bestaat in de bereiding van de dawlas (kleine bundeltjes hout met het bloed der (offerdieren bespi^n- keld, die onder de leden verdeeld wjor- den). Die d.awas moet Uien beschex'men' in het bereiken va» 'hun doel. Hieraan erkennen d-e leden elklander qok als broeders. 'Die invloed van dazeiseeta is geweldig grqot. Het is een heel aparte klas. .Ver schillende blanken, die inb-qoilingen (in dienst hadden, .zijn al het slachtoffer ge worden van die dieven |op gropte schaal. Pa Tam bw e. Die inbqoi-lingen, die -zich aan denT.am- bwa hebben verbond-en, zp.eken naar w,a,t zij! noemen middelen -olm hun hoofd te ver sterken hqoï'd hier te verstaan pis leven. Alle- middelen, die hiertoe kunne» 'brengen, -ztijjn g|oe-d en w|orden door den tqovenaar nitgeaocht «n in vergaderingen meegedeeld. Dïe vei'gaderingen hebben plaa,ts mid den in den nacht. P|e. tqovenaar sierb -zich op m'et allerlei vreeimdsioiortige dingen en komt .zjojo. onder da vergadering der laangeslotenen en leidt de plechtigheden. Eerst w'ordt een beurtzang gegojxgen tusschen den tqqvenaar, die z-idh zelf' hierin prijst, en da vergadering die alles .bevestigt. D|a middelen, dqor den toove- naai', den geiest va» den TamJbw-e, uitgfe- vonden, w)°rden mieegedeeid aan hen, diet hem raadplegen. D|aax-na giet da tqovenaar toij' -een dier panWe-zigen de „kinakjo" in de mogen, een vloeistof, W|a;ardioor -zo-0| iemand -ziener wlordt. Blij! wijze van izege- ning spuiwt de. tqoven.a,ar heml in de han den. Hae-1 de vergadering begint dan te -zingen en te dansen rond dan ziener, die nu plat ter aarde de u-it^praken van de Tamlbw'e Im-edede-elt, al naar gelang de vragen van den tnove-paar. 'Hij( to-ont aan Welk offer dc. geest Ibfan 'bevredigen. Gaat de .ondervraging |OVer een dief of moor denaar, djan Iwjijfslt de iziipner i-e|ma.nd aap, die dan d-e gif'tproef m|qe-t ondergaan: sterft hij, dqor het drinken van den gïftdromk, dan is h'ij| de schuldige, zqo| niet, da» is hij; onschuldig. Ei" is slqdhts één middel om aan de giftprfoef te ontkomen: een be paalde (prijjs ibe-tplen aan den tqo-venaar, die de giftdronk dan pnschad-elij|lii rnaa-kt. Pezie se-cte heeft tWee (bqsdhqimex'sdé adder en dx^ dulz'endpf/oit. Op- iedere ver gadering Wordt hun een witte kip gepfferd w-at ook alweer alleen d-e tooveniaar miag dloen. Dleizie- sact-e is niet zto geheinx, daf men haar led-en niet k-ent. Ze is Sbïji allen gevreesd. Uit de geschiedenis der waaiers. De waaier is w-el leen der ,qu|dsitjei ge bruikt- en luxe v-qorwerpien dep vroiulw. Re-eds vóór Christuis' gebqortle schijnt men Ixe-t gëbruilr van den waaier tei hebben ge kend. Immers opl ,o,ude giade-nbqteen©» ,0n Egyptische freisciofe .ziet mpn eeuiwenoxide aillbe-el-dingen van vrquwiep-, die- mek _ee» sierlijk géba.ar haar waaier haniiearen. Dez-e waaiers mqeiten, ,qpi dex-gelijkfe af beeldingen af' te gaan, van ^truisivfeeran' of boom-bladeren zijn geweesit- Vpprajl in het o.u-de Rlo-rne werden de Waaiers algemeien gebruikt; men ziag geien d'ainei een wan deling maken ztonder d-en geibruikeflijkein waaier mede fe nemen. Wlanneer zij ,-wia- ren vergezield v|an -een h,upinier bedieinden. dan werden d-e waaiers dopr laa,tsifesnioem- dem gedrageix .opx haar meestere® k'oelte toe fa wuiven. China, Is| het land, dab dopr alle eenwein he,en heeft uitgeblonken- iux he.t vervaardigen van waaiers-. (Vaak1 w-a- ren het schitterende kupisityqorwerpiein, dio alle«n ,als pronkstukken werden meege dragen. Zij waren belelgd nx-qt. een -grqoiti hoeveelheid kl-eiue boafb-are steentje-s ©u dikwijls rijk geborduurd ppi zlw|are zijde of satijn. In dei middeleeuwen ger,aak-te het gebruik van den waaier -op den ach tergrond. Alleen da -aanzi-oulijksibeiH «nder de vrouwen v'ertoio-nden zioh ermee. Mae ke-nde 'ham nioig lalfflaem in- de kerkdiansjttep, waar hij .werd gebruikt vopr zijn oor- syrionkelijk tloell, want in het Ojostex beuigde men den wa.ai-er tegen de vliegen plaag «p hat altaar en het preekgesjtoelte. Men plaatst© dan grqo-te Wtadvormige waaiers -opi lange st,él-en naast hot .altaar. Doer de zwa.arte. der bladeren wiuifden de waaiers voortdurend heen en woei', waardoor de lastige diex-tjas op- -een af stand werden gehouden. Hjoelw'el het ge bruik van een waaier in de VWasllei-eoh-e kerk vrijwel nufkefoois wlais, nam men deize gewoonte toch al sppedig v,an do Oqsferlingen over. Zij werden -dan ter versiering in de hoek-e». der kerke®, ge plaatst. De waaiexs werden p-ohtar niqt altijd gebruikt qm er bqelfa mee. ftoe to wuiven; zij werden qok -w-q lgebezigid onx dq xvarmte. fe Verho.ogen, (Wjant 'J»ij hef aanblaz-en van het haardvuur óf 'het altaarvuur bbe'weqs hij, .v|qor,all! in Eredj Oostxm, groqte xhenslben. H-qt gebruik' van waaiers is uit het Oiotsfen naar Eiuropa iftvergi-bracht ongevlc-er in de zasjfienda aquw. JVie dit gebruik heeft ingevoerd, is nieit m-eit zekerheid te zeggen; wel fe bekend, daf de invoering, vla® dit voor werp- in Europ-a d-en dames veel beroering braolii. Dooi- vejen werd hij mbf gajuicto begroet -en was al spoadig: z-eer geliefd. Anderen, -die niet in sltaat wareln een dergelijk voorwerp! a,an ta adhaffen, Woir- dein afgun-s!ig! öp| haar rijk-'erq Zuslteirq en strftoid'en tial v|an praait j-es: rond om- trenlt heit gebm-ik -en de- mani-er wa,aaiopi do dames haar lux-a waaiertje® hant-eei'-den. In de,z'en tjjd kwam n.l. de t-aall dier iwaiai- In de-z-en tijd kwia.ni n.l. do ha,al! diep waaiers in d-e mio.de. Bij de Eto'PfeDaren, jAsisyi-iërs en P-erzen wais dia .taal 'd-er waaiers- aïïapg Ibeikénd, doich eerst) Vele jaren nadat, da waaier .in (Ebropla 2ijn intrede ha,d gedaan, werd d-a ziopgfcn. „waaierfaal" (hier beklemd. Die waaiertaial in het Oosten en in liet .Westen vcrschijjen in veel opizichten ha,n eik.aar. D|e toe-slagen whaier in het Ojos- te», -wélka aan ©en lint: om: ften linlkëxia»nx werd gedragen, beteekende zo-oveef. als 4qt de. dame hatar krluzie reeds had t-epaajld en de oa.v,aller geen moeit© bebfqé-fdiei te doen lia,ar pp qem pf laadere wiijlz'e f© be naderen. Eiau waajer aan de lippen ge drukt beduidde: ik! de-nik a,an u; iw'erd hij snel toege;slajgen, dan wild-e dit zeggen; ik vrees, daf gij mij' bedriegt. Opi den gx-ond g©w|orp-en beteekende de w-aaier: Uw lie-fde wlordt. h-aaji'tiwioprd ie» waninieer een dame: het gelqat Inet den waaier toe dekte, beiteelke-nde dit, da,t izlijl hops Was pn niet langer mé-er van die comlpli-mpinties v-'i» ha,ar cavalier gediend W|as. D|e waai-er is echter piet alfijld van izulk een eiea';-, lijken vorm- gew-e-ast nis de laatsfe eeuwen het geval is. Toen h'ijl pas in de E|uflppe.e- sche landen werd ingevoerd, besfjbnden er drie modellen, nl. Ifllabelltum', va,an- iwiaaier en schijfwa,aiexdit lqatste model wias een bladvorm pp' e-en steel -en wel het ïneest geliefd. Djaarna, kwiam' de opvouw bare waajer in de- toode en hééft (Zich fat op den huidigen dag gehandhaafd. Algemeen bekend is, lda.t de waaiers i» de laatste jaren min of! m'aer p|pl den ach tergrond- zijin (geraakt. D|it feit schrijft men hotxf'cl|z!ak©lSjlk! toe- aan de „spjo.rtieive jpleriode," waarin d© wereld' iziioh thans be vindt. Émkn'ers in een -tfijjd, Waarin. Wijl jfhalns lqven, is het d|a» c(ok wel begpljplelïjlk', wanjt het gaat tegënw'oiprdig tmeer om dq snefheid dan om! de. gratie. 'Regen in cijfers. Da regenval is olpi elk' der vïj-fl wereld- deielen zeer versichfflend. D© mimslte re gen v-a.lt in Australië, n.l. jaarlijkss 4n doorsnee 47 cm. Dia.n volgf Euro-pia mat 61 Azië en Noord-Am|ex*iik'a, pik m'ertj 63 cm., Afrika met 81 .en tenslotte Zuiid- Amerika met 140 em. De totale re(gen- maissa. die jaarlijks opi hqtv aardrijk .nedetr- koimt is door den m-eteorojioioig Eriteflbe. oip- 112.000 kulbieikte kiiainqt,er berek-enidl. Daar 1 kubieke snefer water 1000 liter 1000 kilogram weiegt, toe-draagt duist bet gewicht dier iwaiter-maesa'is, die jaarlijks uit) ,de woilk'en o-p de aarde s;tropmen 112 milliard ton. 1 „Heb je van dien fantastische» brand gefoaen. -die gisteren he-etlf geWBIeid?," „Nee, ik lees geen kranten meer all meer -da,n veertien dagen!" „Zoo-, ,en wa,ar-oinx ni-ef?." „Tja, we-et je, ik heb een diamanten -armband gevonden, .en n-u betn ik' bang, daf hij onder de veiioren v-'oorweirpien ge- adverteexd wordtwamt zie je, dan ken ik mez'elf, ik ben nu- eenmaal' een dolmme, qerlijke kerel... 'en da,n ziqu ik niab anders kunnen doem dan heim- terugge ven." s- „We vieren vlandaag bij mij thuis eien dxensljboden-j-ntoilé." „Is- ze 25 jaar bij juffie!?," „Nee; 't is vandaag de 25-site, die- dit j-aav bij -ons in dienst; kdmit." 4: Aan den solici-tan-t word-en iniliohtin-gen ge-vr.a.a.gd -en hij antwoordt; „Ik hein -een half! j-a.ar in :aan' groiqtie ini-iolxting vaite-nwas|slcher 'giewleleistt." „En wa-arom "ben-t. ui daar W-eglgegiaan'.?." „Er 'kwam 'e-en aimnes|tie> meneer, e-n -fqen i B-eziopkér„U geieft zich hier vopr den -oudsite» in won-er '.uilf, qn futwi bujurmaitt zegt, dart. hij de oudsite is. Hjo-a zit dat.?, D-e oud'sfe man: „Och,, weat u, mieneer, hij is ook ©en op-suijér. Die qohjte oudsté; i® al -tweie ja,ar daod."- Dame des huizee: „W;a,ar ik de gi)qo|tste waarde aan hecht, is eerlijkheid. Mijn la.ajtsita meisje heieflt een -ziJivexien qqepi- lepiell van mij- meegenomen „O, daar behoeft meviiojuw -bij mij nieit bang voor te zijn. Ik h-eb j-uis|t een jaar voorwaardelijk'." j Eindelijk, is he|f e-oiovex. H-eltt teaitótie m'eubelstnk wordt na.ax' -boven gedingen. „Gioddank", z-u-chf mevrqxxw die ^Wart verlicht. - i ,,'Eir staalt nog «en kisit m-et glais|sch-erven in -de vestibule, mieivtoquw", merkt een der „embaHeurs" -opi. „Maar eien kisit m-et glasscherven heb ben wij heelema.a® nxqt", antwloordlt me vrouw beslist, l i „Ma,ar, mevrouw," z°glt nu ©en -tweede pakker, „u lia,d jiqch twe-e gropitte S(alón- qjniegelsi - i - T.uinm-an: „Zie eens, mevrouw, daf is nul -een tabaksplant in- vofllen bloei." Mevrouw: „Hé, tuinman, hoe- aardig! En h-oe. lang du-urt het noiu, -eer de sigaren Jansen wa-s -een-iga wieken geledeini xnieit va-cautie en bazo-dh't het kasfieel „D-e Dqor- welrth" -en bewlqnd-erde- bovenal' de ridder- ha,rnasls-en. „Ma.ar waf i k xvu 'wel ©ens jw|qu w-atie»," Zei -hij to-t den conciërge-, „is, wa,t' ,zoo'n ridder nu deed ,als hem em vO]qq beeftI"- .WAT MENIGE,EN NIET .WEET- Als men alle rioolbuizen van N-ew- York a.an elkaar zet, ziou men een b'uis verlfi'ijigen die vlan N'ew-York na,ar San Fr-ansislcö redlef 2800 mijl lang. 4000 mijl lang zijn dia waterleiding buizen van New-Yorlc, wlaaruit dagelijks 800 millioien gallon water gqtaplb wordt aan elkaar gezet, zlqxiden zij, lang genoeg zijn om! hef. wafer na,ar elk wdll- lekeux'ig punt, in de V.S. fa lelden. .Acht milfliqen koperdraad Vqor het -telefoon-net Qiggen onder de qtnaiten- van New-York genoeg ppt 288. dpaadf ringen «m den aequator te lqggen. Die vier kabel-s van de "BroiqkÜijnibruig besfaan ieder uit 269 draden; uit de telefoondraden va» N-ew York' zo» men 300 van zulk© bruggen knp-nen miak'ein. 1.700.000 felefonien hangen dan deze dra den e,en kwart militóoen meer, dan alle telefonen van gejx-eall Enseland1. led-ere minuut worden er on-geve-er 5000 gesprek ken door deze apparaten begonnen 7i/s' milioen in 24 u.ur; da,ar hef -gesprek! ge middeld -drie mimuifen dusurt, wordt in den loop van 24 uur een g-e,sjpire(li(tiji<I ^ér- kre-gen van 40 jaar aan één stpjk. Iedere New Yorker, die in den looip! van de-n dag de telefoon gebruikt, dlaehtis een minuut nutteloos wacht, dan bate-ekenit z-uillka een tjjidvexdie-s v|an meer dan dertien uur pea- dag. 143 tel-efoona.mto'tenarenhqblben 40.000 beambten onder hun betvel. Dagelijks ko men 300 aanvragen v'o-or telefoonaiansl'ui- ting inin ie-der ,arbeid-s,u(ur de(r toetrokken werklieden worden 40 nie-ujw'e ahb-nué's aangesloten. I I I Elk der graoite tefefiopnce»tralen van New York kan 10.500 telefonen bedienen; elke centrale be-Va-t .2-5.000 mijl draad, me-er dan een millio-e» .moinltjaged-ael-e», di© me-t -even grooite ziorgviildiigheid "bewerkt inmaten worden lalstof het jix(w:elien£twierk betrof. H-et èniurt een jaar opx ztolk een acntrale te bouwen en een tiwbadei jiaar om _haar, t,qt gebruik gereed, te moniteeiren ie» tei inatalle-eren. - 35.000 ip-rivé tel-efoonsichaikélhorden bren gen verbindinjge» tolt sfainid, die vaak in vele duizenden laoipen. Bijna, 31/a milfflioen exemplaren van- dein lelefoonigidls worden aan dtk-a .periodieke nieuwe uitgave gedrukt, wia.arvioior onge veer 7500 ton papier nqadig j:ij®. Dezer -da-gen qtjierf' -een Ianscha ma- troiois. -die houder van ee-n eigenaardig re- oord was: hij w|asi namelijk 1300 maal d-en A-tJian'tisichen Odeaan ovler geureest. Prof. Piociai'd zial ©,pi zijn Voligemide stxialtfoafe-ervluichlt, -di-e hij m'elt z'ij-n twee lingbroeder ia;an hef Miobigannteier voor- bereddf den dioh-teir Ga,brie-Ie d'Ann,ujni- z-io als pa-s's-agi-er m-e©nie|men. Bulgarije. In Bulgarije, waarVan da qpjplervplaktjB ongeveier 113.500 vjerlf. K.M. bieldra,agf l-eVen round 2600 Duitecheirei, 100.000 Zi- genn-ers, 350.000 T,urk-en ©n duiizbnidenjvan Armeniërs;, Ruisden en andere! vreemdelin gen, naast de 4.000.000 Buljg,aren. Bulgarije- brengf die mle-eslte rozenolie dar wereld vcnorf; da jiaarflijksche- piro- duotie schomimieM tusschen 2000 ©n 5000 Kg. Mem winf -er met' 1'4 milliqen wijn- Sfokken -o-p 427.000 H.A. land, Vopr -elk h-onf'd der bevblkmg per j-a,ar 20 liftr Wijn. Een Spiree'kVoo-rd zieigt. dat behalve kó-f- fi-ei, in Bulgarije allies- kan gedïjlein,! Mis schien -een toeieifje qpitimisitisldh, maai in elk geval Vindif men ©r tabaks- ein k'at-oeni- eultuiur, suikerpPlantages-, rijstvelden en Zijdorup'sfe-elt. O-ok de gi-aanqplbre-ngst (maïs, tarwe, rogge-, gerst', haver en gierst) ,is Zeer ruim, zoadat aanzienlijke hc-eVeelheiden daarVan geëxplorteerd kun nen word-en, Voiorniamelijk naar TurMjie, Belp-ië. Grolot Britani© en opk R.uisjliand. Op-d-e oniordeb'jké helllinge-n van den Bal kan. vooral Van de-n Me-in-en Balkian, in hef Rik- -e» in het' Rhod-o-ple-gebergte vindt man nog aanzienlijke to'enikan1-, dennemj en 'eik-enwoiuidiem. D-e buffel dient -er alls trekdier. De paar den zijn -er klein v,am gesfaflitfel e-n- worden haoifdzakelijk gebrui-kf fe-t rijden len h-et dragen Van lasten. De veeteelt gaat er "do ïaaitsita jaren ook flink voorui-t. Rlunderen en sahaplein worden vo-ornaimielijb uitgevierd naar Tur kije. Er zij-u enkele 'ij-Zeirmlijkxen, klojlleqi- mijnen en m«xmergroep;en,

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1933 | | pagina 6