Tweed( i Kerstgedachten i 1 ft I ft i ft te i fc fc Voor de Kleinen. van OVER DE FEUILLE In twee wen 01 Hl m <s5 SS id 1 llll'Q m hum [#S sS i-:N»:. iS jg l fö® Door 't heilig zwijgen van den klaren nacht In puren glans van wond'ren starrenluister, Gaat zachtkens weer der eeuwen teer gefluister Van 't Kindeke, dat in een kribje lacht. Het Eng'lenlied op harpen en schalmei, Zingt langs den wijden Hemel vrede, vrede Uit de aardsche tempels stijgt die ééne bede De menschheid luisterten gaat weer voorbij. O, dat zij nóg die bede niet verstaat, En dooft den gloed van schooner dageraad. In broederhaat de zielen houdt gekluisterd.... Voorbij, voorbij met afgewend gelaat, Om te versmoren elke liefdedaad, Waarvan de blanke Kerstnacht biddend fluistert mm =-=ii Hi IS 18 Ét JW SS m r.k inm sA/s P SS W i1# „Stille nacht, Heilige nacht". giy'tr- ts» -r-'y Het was in den Kerstnacht van het jaar 1818 te Arnsdorf bij Salzburg. De vroegmis was ten einde en uit de parochiekerk stroom den de kerkgangers naar buiten. Aan het hoogaltaar waren de lichten uit gedoofd. alleen de zwakke glans van het „eeuwig licht" scheen in de gewelven. Nog hingen in een rozigen nevel de wierookwol ken in de gewijde ruimte, die zoo pas had weerklonken van den vromen zang der ge- loovigen en van het woord des priesters. Alleen de organist, Frans Gruber, was nog in de kerk. Peinzend zat hij voor zijn dichtgeslagen orgel. Was voor hem dan de Kerstnacht niet aangebroken, de geheimzinnige, de schoone, de goddelijke nacht, met zijn lichtglans, met zijn liederen, met zijn vroom huiselijk geluk? Daar dreunden uit de torenklok de volle tonen van het ver gevorderde nachtelijk uur! Als een droom ontwakend, stond de een zaam zittende op en legde eenige muziek boeken bij elkaar. Uit een ervan viel een vol geschreven blad. Hij raapt het op en stak het met een droeven glimlach bij zich. Het was de melodie van een Kerstlied, door hem gecomponeerd. Den dichter, die hem deze woorden had toegezonden, had hij deze nieuwe compositie beloofd, maar in de zware dagen, die hij had moeten doorleven, was hem onmogelijk geweest, zijne belofte te houden. Hoe zou zijn hart, door weedom ver scheurd, den goeden toon vinden voor een lied van vreugde en vrede? Hij sloot de kerkdeur en kwam in de open lucht. Zijn oogen dwaalden onwillekeurig naar het kerkhof. Wat boeide Gruber met onweerstaanbare kracht aan deze plaats Ach. onder die grafheuvels was er één, nog versch opgeworpen, die het overschot bedekte van zijn trots, zijn weelde, zijn alles, zijn eenig kind! O, maar hij had meer verloren. Zijn vrouw was na den dood van zijn lieveling tot diepe zwaarmoedigheid vervallen en haar toestand was hem een bron van zorg en smart!... In het huis van den organist bleef het intusschen stil, daar maakte de hand van de huisvrouw geen feestelijke toebereidselen... Had nu de arme vrouw niet juist zijne liefde noodig? Als hadde deze gedachte hem plotseling zijne geestkracht teruggegeven, ijlde Gruber het dorp in. Verlaten lag het huis. Hij schrok van zijn eigen voetstappen, toen hij binnentrad. De maan scheen door de witte venstergordijnen en wierp een bleeken schijn op het onbeweeg lijke gezicht zijner jonge vrouw, die bij de leege wieg van haar gestorven kind in stom me smart lag neergeknield. „Anna!" riep hij, maar zij verroerde zich niet. Hij legde zijn hand op haar schouder. Een stomme blik was het ant woord, en toen hij zich neerboog, om haar zacht op te heffen, weerde zij hem af. „An na", smeekte hij angstig, maar vergeefs zijn stem trof haar niet. Zijn oog viel op het klavier. „Kom" scheen dit hem te willen zeggen, „ik heb zoo menigen toon van vreugde voor u laten klinken, waarom ook niet een van troost Hij speelde en de oude vriend toonde zich ook ditmaal trouw. Eerst droevige, doffe accoorden, vol zwaarmoedig geluid, waarin de ziel schreitdan zachtere, meer teedere accoorden, als herinnering aan verloren ge luk, aan vervlogen blijdschap, harmonieën, sprekend van berusting in het lijden, van hope op een eeuwig weerzien. En ziet... Anna bewoog zich, de gewijde hand der toonkunst had haar geraakt en de ijskorst der gevoelloosheid, die haar hart om knelde, begon te smelten. Frans Gruber hoorde of zag echter niets van wat rondom hem gebeurde. Hij was ge komen onder de betoovering der muziek en zijne stem aan de tonen parend van het kla vier begon hij te zingen Stille nacht, heilige nacht Teeder Kind O, hoe lacht Liefde ons toe uit Uw heiligen mond, De aarde herleeft in deez' reddenden stond Thans klinkt de juichtoon van 't menschen- geslacht„Christus de Redder is daar En de Engel van den Kerstnacht zweefde ook deze stille droeve woning niet voorbij. Met diepe ontroering luisterde de vrouw naar het gezang. Toen het laatste accoord was afgespeeld en Frans Gruber wilde opstaan, voelde hij zich door twee armen met zacht geweld teruggehouden, een be vend gelaat knikte hem tegen met een innigheid als nooit te voren. „Frans", zeide zij, „ik had Onzen Lieven Heer en u geheel vergeten in mijn zondige smart. Ver geef het mij!" En nu werden de schoonste kerstlichten ontstoken in het huis en in het hart van den orga nist van Arnsdorf. En zijn kerstlied ging de wereld in en tot op den huidigen dag is het een der meest geliefde Kerstgezangen. Den 6en Juni 1863 stierf Frans Gruber te Hallein als koordirecteur, na een leven, grooten- deels aan het muziekon- derricht gewijd. EEN KINDJE IS ONS GEBOREN EN EEN ZOON IS ONS GEGEVEN EN DE HEERSCHAPPIJ IS OP ZIJN SCHOU DERS GELEGD EN ZIJN NAAM ZAL GENOEMD WORDEN: VORST DES VREDES. +«y* Kerst-Varia. BlfipnTnri wwi i'i" De opdracht van Jezus in den Tempel. EWS ff» Aardige versieringen. Laat 't cp het Kerstfeest in uw huis over al gezellin, licht en warm zijn. Met weinig kosten ku.it ge er zelf zooveel toe bijdragen. Allereerst de kerstkribbe, die krijgt in uw woon- of ontvangkantoor 't mooiste plaatsje. En dan zet ge in een der kamerhoeken een leuk, klein kerstboompje met véél kaarsjes. Alleen kaarslicht geeft zoo n sfeer van ge zelligheid Veel aardiger dan electrische kerstboomverlichting. En dan veel hulst, groene hulst. Zet er hier en daar in uwe kamers hooge bouquetten van, ze maken de vertrekken zoo rustig van toon Aan de licht kroon ook wat groene takken en onderaan een kerstklok. Nu maakt ge verder een aardige schoor steenmantelversiering. Van ijzerdraad maakt ge ringen, omwoelt die met groen vloeipapier en daaromheen worden takjes hulst met roode besjes en rood lint geslingerd. Op ver schillende afstanden bevestigt ge die krans jes aan uw schoorsteenkleed aan kortere of langere roode linten. Dezelfde versiering bo ven de suitedeuren geeft een vroolijk effect, vooral als dan in 't midden nog een bos mistletoe aan een breed rood lint wordt op gehangen. Van de losse roode besjes kan men slingers rijgen, die overal in de kamer dienst kunnen doen b.v. ook van het midden stuk van uw Kerstdisch naar de tafeleinden. Dat gloeiende rood op het witte laken, het staat zoo warm. En nu iets over tafelversiering. Er zijn velerlei kleinigheden, waarmee een huisvrouw haar tafel weet te sieren in de Kerstdagen. Het behoeft niet kostbaar te zijn met een klein beetje geld en veel han digheid en goeden smaak komt men al een heel eind. Zoo staat het alleraardigst om het tafellaken te versieren door eenige ellen rood zijden lint er over heen te spannen in twee richtingen, zoodat er vierkanten gevormd worden. Op de kruispunten kan men even tueele vazen, kandelaars of vingerkommetje plaatsen, opdat het goed blijft liggen. Na de Kerstdagen bewaart men het lint weer zui nig voor het volgend jaar of kan het even tueel voor andere doeleinden gebruiken. Kaarsverlichting is voor een Kersttafel het dankbaarst. Heeft men voldoende kandelaar: te zijner beschikking, dan is men al heel gauw geholpen. Aardig staat het dan om den kandelaar te ontgeven door eenigë tak jes hulst, of door een slinger dennegroen met roode zijden strik vastgebonden. Zelfs de gewoonste en leelijkste kandelaar kan met zulk een versiering dienst doen. Ook waxine-theelichtjes vormen een aar dige verlichting. Men heeft allicht niet ge noeg glaasjes, maar kan ze eenvoudig op een blikken dekseltje plaatsen of in een laag kopje, om het dan te maskeeren door een sierlijk omhulseltje van rood papier. Een waxinelichtje omgeven door 'n breede strook rood papier, in het midden ingerimpeld, waarbij de eene helft der strook is omgevou wen en op de tafel ligt, of rondom het lichtje zoodat het een rose schijnsel doorlaat, geeft reeds een heel aardig effect. Ook kan men de waxinelichtjes plaatsen in zorgvuldig afgepelde sinaasappelschillen. Dat is wel een secuur werkje, omdat het geduld vereischt de schil, die in een bloem vorm gesneden is, ongeschonden van de vrucht te pellen. Men maakt eenige sneden in de schil, die op een klein gedeelte na geheel rondom de vrucht loopen en begint dan voorzichtig van boven af de punten los te werken. In deze bloemvormige schil ge plaatst maakt het lichtje een aardig effect. De sinaasappels gebruikt men later voor dessert, of als men de afgepelde appels niet zóó wil presenteeren, glaceert men de partjes wat altijd een smakelijk dessert geeft. Nog een eenvoudige tafelversiering is het volgende: Ge neemt aardappelen of appelen, snijdt deze half door en boort er een gat in. In dat gat een rood kaarsje. De platte kant van den appel wordt op een vierkant stukje vloei geplaatst, dan het vloei omhoog slaan en er een smal rood lintje ombinden. De vloeipunten worden wat uitgehaald en het kaarsje staat in een keurig standaardje, dat het afdruipen van kaarsvet op het tafel laken voorkomt. Bij ieder couvert wordt zoo n kaarsje geplaatst. Over de tafel heen eenige asparagusgroen en hier en daar eenige roode Due van Toltulpjes. Voor servetten geeft ge papieren servetjes, die zoo'n kleurig aanzien geven met hun er op gedrukte hulsttakjes en kerstboompjes. Ontroerende Kerstviering in Polen. Polen kent 'n zeer devote, ontroerende Kerstviering. Tijdens de nachtmis worden de oude liederen gezongen, die in de 16e en 17e eeuw opgekomen zijn uit 't volk, en die eenvoudig en kinderlijk het Kerstgebeuren verhalen of de goedheid Gods verheerlijken. Al 't volk zingt deze liedjes, die 't erfde van vader en grootvader, mee. En 't zingt zijn geloovig hart in deze wijsjes uit, met ont roerende stem en gelukkig stralende oogen. Op Tweeden Kerstdag trekken de boeren naar de kerk met klei ne zakjes haver, die de priester zegent. Dan werpen zij handen vol korrels naar den pries ter, om met deze han delingen te herinneren aan de steeniging van den H. Stephanus, den eersten martelaar, wiens feest op Twee den Kerstdag valt. Daags vóór Kerst mis wordt heel den dag gevast 's avonds is dan 't feest van den Kerstboom. De Kerstviering is in Polen als vergroeid met de menschen 't openbare leven draag: er den invloed van. Een Poolsche Kerst mis is een feest, waar aan allen blij en de voot meedoen. Op straat zelfs is 't Kerstmis, niet zooals hier door de stilte die er die dagen heerscht, maar doordat een deel van de viering op straat plaats heeft. Een soort poppenkast n.l., waarvan het tooneel in drie verdiepingen is verdeeld (hel. aarde en hemel) werd van ouds door de dorpen voortgereden, om voorstellingen te geven. Liederen werden bij deze voorstel lingen gezongen, die door het volk worder meegezongen op eeuwenoude muziek. Dit oude spel, Jaselka, stammend uit de middeleeuwen, vindt onder de geloovige Polen veel bijval. Kerstmis en het weer. Sinds onheuglijke tijden beschouwt men Kerstmis als een belangrijk tijdstip in ver band met het weer. Stormt het met Kerstmis, dan zal het in Januari vriezen gewoon lijk zal de vorst dan met Driekoningen in zetten. Regent het met Kerstmis, en is het zacht, dan zal Maart z'n staart roeren of wel in poëzie Is 't met Kerstmis groen, Dan kunt ge met Paasch uw pels aan doen. Een ander rijmpje luidt Als Kerstmis valt op Donderdag Dan is de winter kras Guur weder heeft men ied're week. En stormen volgen ras. Schoon zal de zomer echter zijn En talrijk graan en vee Voor 't land geeft 't een gezegend jaar Ook vorsten loopt het mee. Hem, die deez' dag geboren wordt, Zal het gelukkig gaan. Hij wordt beredeneerd en wijs En groot door zijne daan. Als ziekten op dien dag verschijnen, Zij zullen spoedig weer verdwijnen. Als het met Kerstmis vriest, dooit het met Nieuwjaar. Als het met Kerstmis sneeuwt, regent het met Paschen. Zoo zijn er nog tientallen andere volks gezegden. Ze hebben geen wetenschappe lijke waarde, zooals vanzelf spreekt, maar het is wel eens aardig, ze te hooren. Doordat er zoo n overvloed van voorspellingen is, be staat licht de kans. dat er één uitkomt. Kerststemming De klokken zullen weer spoedig het heilig Kerstfeest inluiden. In die dagen zijn de menschen beter, mil der dan anders. De armen worden hartelijk bedacht. Haat en strijd luwen... Och, mocht dat feest van innige vreugde blijven voortduren. Feest van vreugde, om dat het liefde, vrede, geloof uitstraalt. Sedert de zonde in de wereld kwam, heb ben leed en lijden hier burgerrecht gekre gen. De aarde is werkelijk een tranendal. Maar hoe dikwijls konden de menschen dat veranderen in een vreugdendal, als ze wilden. Als ze goed waren voor elkander. Als ze in vrede wilden leven. Als ze wraakzucht, toorn, nijd wilden af leggen. De zonde is de vijand der vreugde. Daar om, weg met de zonde Hoeveel ellende en jammer zou verdwijnen. Ziekte, nood en dood zullen altijd der menschen lot zijn. Maar hoeveel dragelijker ware het leven, als de menschen de zonde heten en niet altijd elkan der pijn aandeden. Met Kerstmis is het werkelijk schooner dan op welken anderen tijd van het jaar. De men schen zijn reiner, milder, beter. Waarom niet het gansche jaar Vrede, we houden zoo vurig van den vrede Waarom aanvaarden we niet voor het geheele jaar: „Vrede den men schen op aarde, die van goeden wil zijn I" Ons maatschappelijk leven, de samenleving der standen is niet op Gods-fundamenten ge bouwd. Wat 'n onrecht, wat 'n harteloosheid ont moeten we overal. Alle menschen hebben Neem het Kind en Zijne Moeder en vlucht naar Egypte. recht op arbeid, op levensonderhoud, op I menschwaardig bestaan. Hoe is 't in werke-1 lijkheid In de stal van Bethlehem lag niet het Kind van een wereldsche grootheid, maar het I Kind van een arbeidersvrouw. Niet in een I voornaam huis kwam Hij ter wereld, maar in I een stal. Stralende armoede, die uit een don-1 kere grot schijnt Dit motief vervult de menschen in den Kersttijd. Allen willen nu armoede lenigen, tranen drogen. Waarom alleen in Kersttijd Gaat de stille nacht, de heilige nacht in-1 vallen, dan wordt het ook stil in de harten der menschen. Bij den aanblik van het stra lende Kerstkribje, bij de vreugde om het I kleine Kind, wordt Christus-haat belachelijk En bij menigen ongeloovige moet toch del gedachte opkomen, dat er geen Titanen-1 kracht van denkers en vorschers zoo groot zoo machtig is als die van 't kleine Kind in Bethlehem. Laten ze dan ook al in Rusland rumoeren I tegen dit hemelsche van alle feesten, 't Is zoo kunstmatig, zoo tegennatuurlijk, te woe den tegen die gewijde vreugde, die innige Kerststemming. Waarom maakt het hen kwaad, als alle menschen goed zijn? Kunnen dat edele men schen zijn, die het beste in den mensch zoe j ken te dooden Wat hebben de Kerstklokken een eigen I bijzonderen klank. Zij grijpen ons aan, zij] ontroeren Zij roepen onze gelukkige kinder-1 jaren in herinnering, waarin wij goed waren] en vroom en daarom gelukkig. Zij maken] zelfs grijze menschen tot kinderen, die bui-1 gen voor het Goddelijk Kind. Zijn het sons] de Engelen, die deze klokken luiden O, er I geschieden nu wonderen in de zielen Itt0 Kerstlied. Daar ligt in de kribbe lief Jesuke zoet het lammetje Gods dat ons zondekes boet Het komt uit den hemel waar de engelen zijn om ons te verlossen van de eeuwige pijn. O ziet toch hoe schoon het in 't kribbeke ligt, hoe 't lacht op ons allen met stralend gezicht hoe 't reikt met zijn armkes alsof het ons zei „Ik zie U zoo geerne kom allen bij mij Wij komen Wij komen O Jesuke zoet Bij U is het schoon en bij U is het goed Wij geven U alles 't zij groot of 't zij klein wij willen voor eeuwig Uw vriendekes zijn Bureaux van Redac Telefoon Interlocaa Bijkantoor Ml DDE GROOTE WAARDE VAN PUBLICITEIT Dit nummer bestas iWj e Het jaar 1932 zal i denis -een zwarte blad mer wellicht in de ges wereld een zoo algem<| economische crisis dit jaar haar lioogtepr tale ineenstorting var zaakte een malaise, w tak van nijverheid otd moest zijn de bewap Millioenen arbeiders zi gedoemd en aan de fd!i geleverd. In hetzelfde v;erbeide ontwapening»: rcldvrcde moest brenge nonnen -er weer lustig er helaas te bespeure teeken van economise, van een concreten stap de algemeene ontwapen gaat Rusland rustig di makelt van de heersche, voortdurend gestook nen zie Spanje voor te bereiden. Groote desillusie brt ontwapeningsconferenti bruari te Genèvei bijee 5-jarigen arbeid van commissie en een half' j een wel heel mager v] kwam. in den vorm vt gende resolutie, welke op een nieuw ontwapc de grondslag zal vot Januari van het nieut nieuwe zitting van de Nederlandsche 'delegatiil werk gedaan door „verboden" aanvalswap tanks..pantser-auto's, en monden boven een kali| en waarvan het gewic 50 Kg. Tastbare result- in de Conferentie niet I is er nog een klein li-c fungeert als de stok Uncle Sam heeft ook n kig voor Hloover veria kiezing duidelijk te ver indien de pogingen om komen, mislukten, Am zal zijn om zijn vloot bovendien, dat het er voor voelt om Europa kwijt te echelden. Ei nationalisme in Duitsch ging van d it land, dat ontwapenings-conferenti schijnenb ij het vroeger Frankrijk toch wel eeni, ben gemaakt. Althans publiceerde Herxiot ee: lingens trijd toifc stand voorstel waarin „Duit: in rechten erkend wex bevoegdheid werd toi dienstplicht weer in te oaartegenover het offer Rijksweer moeten bren: ligheid zooveel mogelij vraagt Frankrijk daar staten-onderteekenaa.rs wij-ze georganiseerd sta perkten omvang zoude zich verplichten dit teil den Volkenbond te steil tueelen aanval gez'amenl ook een eoonomischen b| te passen. Da Fransch den op 17 November *dk gevuld met een duide hooidzakelijk beoogt af duikbootwapein en zoo Hij nam het Kind en Zijne Moeder en vluchtte naar EgjP^e' 23 Zoo stond hij: daar, een stem achter zich h „Dat is nu, weer eer - lleeanende stem van ier sloop, en hijkeek in he de bekende bakkebaard nie van Schleicher, di mond, had -opengezet t Zijn sluikhaar als zwi nog in de hoogte van 'angst, voor het ovf schrik overwonnen, Hij klauwde zich zebv de armer, en plaatste z' Angst gehad is niel nu het was ook niet all iets moet men niet on/ts slecht weer en zoo wat s bij elkaar, en die den schip, moet dat alles in Dorr ens antwoordde De vriend legde hen wervelde pooten op de hem in de pogen met kl ein e k att enoog j esa Is boren wilde.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1932 | | pagina 8