L ZATERDAG 23 JULI 1932 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT ||i UIT DE PERS i|| If DAVERENDE DINGEN 1 ALLERLEI I GEKKE GESPREKKEN I S,to nml? Alsofer in de politiek den laatsten tijd nog ,geen harde wind genoeg was, zoO' kwaimlen enkele onzer bladen in paar weken geleden imlelden, dat er niets' milui- dcr dan stcntnl op til wlas in de Ui-IC Staatspartij. Br zou, sChrik niet, ''t wbrdt griezelig, een geheime organisatie gesticht z'iju, die zich den schioonen naapil vami (christelijke stoi-mltroepen." had verkoren, niet het onchristelijke doel een boosaardige omiwentelimg binndn oinze hechte kiezetrs- organisatie te bewierken. Zelfs de evenwichtige Maasbode werd er lichtelijk door beroerd en schoot uit haar slof in niets tuinder dan eön hoofd artikel. 1 Be niét-katholieke pers ging aan deze knallende sensatie allerlei besehou'wingejn wijden, afgestamd dn bezorgdheid of leed vermaak, al naar gelang de kleur. Doch hierover waren allen het toch eens, dat Verschrikkelijke krachten het koene ge bouw der R.-K. Staatspartij in zijn grond! vesten wlillen doen trillen. hebben .gen en ander rustig laten passeeren; gevoelden geen greintje aingst voor die geheimzinnige stormtroepen met hun ontzagwekkend aangegeven bedoelita* gen. Ben beweging die zóó geheimzinnig is dat ziyinauwleiljks wat van rich (laat hoeren en aimlpar 'n puntje vain haar neus geeft te zien, zal niet automatisch tot een imiftcht uitdijen, die aardschok kendo en ruïneuze daden kan bedrijven. Het laatst verschenen Maandblaadje van de R.-K. Staatspartij 'stel't ons urn Ct gelijk en brengt de opgeblazen geschiede nis tot haar w:are verhoudingen ter,u|g door er 'n .ironisch prikje in te geven. „II© Partijleiding is sinds eenige mlaan- dcn geheel op de hoogte van dezen nieu wen qpzet. Zelf's het eerste ontwerp van aelie^ dat later onder (meer 'deskundige hand aanmlerkelijjk ie gew'ij'ziig'd kwam te onzer kennis," lezen wljjJ ito genio©md arL gaan. Men moet er vOot- Waken, verluidt het voorts, iom de zaai al te tragisch op te vatten. Het zit zoon beetje (in da lucht, die van de Oostgrens hiqtüt om1 met stoimiafdleelingen te Werken en die nalat h geheimzinnig sfeertje te omhullen. Dit mag natuurlijk niet aangemoedigd worden, doch vloor 't overige zijn de bedoelingen dier inatiatiefnelmteTs gansoh niet revolu- tionnaiir en bedoelen siijr daaretalegen juist do Staatspartij te bezielen door- een vurig temlpo en vooruitstrevend enthousiasme, naar den geest der groote encyclieken. Bin vtoor die jetwat rolm(an,tische pa overigens brave jongens heeft men zich nu zoo bezorgd gemlaakt. Stoital?Ja, in gen glaasje water-! UITKIJK. haar kleine neefjes en nichtjes en diiia rakkers kunnen wat aan en ofschoon za daarenboven alle arme kindertjes van de parochie tot haar vaste klantjes had, nu naaide ze ook nog, soms tot 's avjonds laat, voor haar klein zwartje en ar gingen tel" kens zóó groote bezendingen onder- on bovengoed n.aiar toe, dat 't arme kind zeker van benauwdheid gestikt zou zijn, als 't. dat allemaal had moeten dragen; maar do zusters waren wijzer en kleedden er in aanmerking genomen de warmte van liét klimaat daar 't heele weeshuis van. Met ware moederlijke belangdfellmg bleef tante Trees in den loop der volgend© jaren aan de hand van de brieven «n por tretjes, die moeder Overste geregeld 'stuur de, de geestelijke en lichamelijke ontwik keling volgen van haai' pleegkind, tot ein delijk 't kleine ding van de linnenkast was opgegroeid tot een flink, lief' nagerlnnatje. Jan schreef, dat al menig verliefde negeir- jongeling ©en bod Was komen do.en op Ttsresia's klein z'wart handje, tot nog toe echter zonder resultaat. Toch wanen er uitstekende oandidaten onder geWleesi en ah moeder Overste er later dan op ge wezen had, dat het 'heel brave jongens wa ren, die haar zielker .gelukkig zouden ma ken, dan blad het meisje verlogen geglim lacht en gezlwfegen. En moeder Overste bad nooit verder willen aandringen, want. met waar, in .zaken, waarin alleen het hart moet spreken, ma.g men niet dwingen! 'En ondertusschen leefde tant© Traas ha.ar weinig bewogen leventje en naaide voor haar kindertjes hier in het barre Noorden en daarginds iin het warme Bui den daarenboven was ize penningmoes- lercs van deze vereeniging, fihiesauriarsteir van dien bond en nóg eens pannihfemees- teres van weer een andere liefdadiighieiids- vereeni.ging en in de parochie kon er geen goed wenk ondernomen worden, dat geld kostte, of ze Wisten er tante Trees voor te vinden. Ein altijd gaf z© maar weer, al zei ze er dan ook telkens la chend bi/, dat ze 't op die manier nooit volhield I Bén ding was nogal gelukkig al de broers en zusters maakten 't goed, zoodat za tenminste daar geen zorg over be hoefde te hébben. Ook de missionaris bleef 't best stellenalleen was hliji duurder geworden, sinds hiji benoemd was toit .procurator dar missie en te zorgen bad gekregen voor de ©enten, die er echter meestal niet Waren, izooals hij schreef. Laatst had ©en van zijn öonfraters1, die uit de missie ov,eir Was en zlijlu groeten was komen overbrengen, izelfs voor Vast verteld, dat Ihliji de opvolger zo.u worden van -den ouden, .Ziehen bis'schop. „Die deugniet biissdhWpll" had tante Trees toen lachend gezegd. „Dan zal h.ij zeker nóg duurder worden da.n ihlij! al is!" Eenigen tijd na dit bezoekl k'w'am er een brief van Jlan, niet met Wet bericht, dat hij den hoagen biisschjolpsmijlter z'ou op krijgen, maar met een ander, dat tante Trees zelfer .evenveel, zoo niet meer plei- zier deed. 't Ging .over kleine Tarasia.. Daar Was weer een huwelijksaanzoek geiweest van uoo'n Zwarten jongeling, maar zij hiad hem weer .afgelwlazien «n toen wad ze komen aanloopen bij. moeder Overste en ze had haar verlegen en 'bevend Van. zenuwachtigheid 'het groote geh|edm ge openbaard, dat er al zoo. lang leefdiet iu haar hartdat ze ook zoo gaarne in het klooster zou 'willen treden om er te leven voor God. jalleenNremand, zelts haar biechtvader niet1, had ze dit gezegd of durven zeggen, want ze meen de dat het iets te hoog9 en te verhevens was voor een arm nagarinnetj© zlooals zij. Hel' slot van deze aandoenlijke, geischlile- acnis was, dat klein Treesje nu in het najaar zou intreden in het kloosterze beloofd© aan haar pleegmoeder, dat za daar nóg meer voor haai- zou bidden dan z© tot nu toe gedaan had en Ze liet tot ook .aan haar over welken naam ze zou dragen in het klooster. Toen blad tante Trees met tranen in de oogen opgezien. naar de beeltenis van do heilige Teresia, die daar stond tus- sonen ba,ar blanke seringen en zonder er ook maar één oogenblik' bij' te dien- ken diat ze ook haar eigen naam gaf, had ze gezegd: „Terasia zal ze toeten 1" Dat schreef ze aan Jan. Tegen Nieuwjaar kwam ar toen oen brief uit Afrika, waarin de missionaris aan zijn „lief moedenke" schreef, dat h'et kleine Treesje v.an vraager nu Zus tor Teresia hleeitte en met grooten ijver ©n vurigheid' haar postulaat 'begonnen was. En uit d'e enveloppe kWam ook •weer een poir tret, wa a.ropi oen zwart zusterko stond .afgebeeld, dat mot haar donker .gezichtje in die Witte kap en met haar witte tanden en glanzende oogjes vroobjk de wereld inkeek, die ze pas bad vaarwel 'gezegd'. Zoo'n klein, dapper ding to.ciH 1 Tante Trees za,t mat heit porbrst in de handen in diepe, gadaclhtan verzouten. Ze da.cht na over haar eigen, voorbij© leven; de klooster-intrede van dit zwarte zustertje had braiiianeringen in haar wak ker geroepen aan het verre verleden Zooals haar kleine gelukkige Tereria, zoo 'tod ook zij1-,zelve in haar jonge leven er vurig naar verlangd om ook eens in hot klooster te mogen traden en er y.i«h te geven aan Onzen Lieven Hjeicr in algeheele toeWij,ding. Toen was moo- der .gestorven en haar bieobtvador, die haar plannon kende, had ernstig en ook vaderlijk' mot hiaar gesproken en v«p- klaaid, dat het nu klaarblijkelijk' Gods wil was, dat ze thuis bleef en moeders plaats innam iu het gezin; ze zou daar ook 'heel veel goed kunnen doen en ar ach geheel en al ten offer kunnen bren gen vpor de .anderen en da,t was; toejb eigenlijk ooit alleen het weizten en do kfers vau 'hot kloosterleven. Zoo had dat oude, goede, pastoorke gesproken en zie herin nerde zich ooit' nog, hoe hij bijl liet heengaan, glimlachend en todh op, ern st,jgen loon gezegd had, dat zijl nu geton Zuster, maar moeder Overste Word en aanstonds een heel klooster te besturen kreeg. Ja, Waarlijk, moeder Overate, dat had ze moeten zijn in haar klein kloosterke met zeven broertjes en vijf zusjes. Ze had getracht, zoo goed als ize kön|,, moed,mis plaats in te nemen en vaoir de klinderen te zijn een zorgende, liefheb bende moeder, maar somtijds za be dacht het met een stillen .glimjlaclh had ze ook 'w'el' eens moeten optreden als overste, met hlarde st.renghaiid. Doch, Goddank, allen Waren ,ze opgegroeid tot bra.ve memseton. En nu ten slotte, nu alle kinderen h!un bestemming hadden gevonden, nu was zij .achtergebleven, al leen.... eenmamNeen, niet eenzaam! Had zi, immers niet de dankbare liefde va,ii allen, voor wie izie gezorgd en ge zwoegd had, en vooral', 'had ze niet de de zoete voldaan,ing haiar plicht gedaan te hebben?. En had) zie nu ook mqg niet haar z'wart zustertje, d'aair ginds in tot. verre land En haar tranen benevelde, blik zocht, wc ei- de beeltenis van de hledli|ge Tjaresia en een stil gebed steeg opi uit .haar hart, dat haar pleegkimdje 'bat .geluk zou mo gen hebben, dat haar Zelve niejb gegeven En toen .ging me Maar (lie oude, krasse tante Trees, die mag nooit van haar le ven iets gemankeerd had, ineens ziek liggen Worden. En ernstig ziiiek ook, zoo ernstig z'elfs, dat de dokter het nooidig oordeelde, dat zie badiamdi wieijll. En tante Trees liet zichl bedienen, zoo rustig en kalm bedienen, of 't iats Whs wat ze iederen dag bij. dp hiand hiaidl. Met de zelfde bereidwilligheid, waarmede ze. heel haar leven lang zidhzelve geofferd 'had, bracht ze nu ook .bet offer van ihaar leven. Als Onze lieve Heer haar wlilde hebben, het w,as haar goed. 1 liet droeve bericht v.a,n tantes ernstige ziekte bracht een waren opstand' teweeg onder de familie, onder de biroans en zus- etrs ©n bijna nog meer onder de kinderan en onder „haar kleinkinderen", zoaals ze da derde generatie altijd pleagdle te noe men. Z© had handen vol Werk am allen te troosten en telkens weer zei ze met een stillen gelukkigen glimlach', diait ze nu eindelijk toch wel .eens wait, rust mocht gaan nemen; en dat kon ze nergens beter doen da,n bij' Onzen Lieven Heer in den hemel. Langzaam ging het naar het einde met tante Trees. Toen, op een van de laatste Meiavon den, kwam er een brief', di© teel groot en 'heel gewichtig nieuws bavaibte. 't Was een brief van Jlan uit de mis sie eu Dilia, haar oudst© zuster, die de laatste dagen bij: 'haai waakte, las hem voor, gezeten a,an de zijde van Kaar bed. Jan schreef, dat nu ging bewaarheid 'worden, waarvoor hiji al zoo lang ge vreesd had. Ongerust keerde tante Trees zich naar haar zuster. Hij zou, zoo, schreef' hlijl binnenkort aangewezen worden als opvolger van den ouden bisschop, di'e .ziahi 'Hoor ziekte en ouderdom igedwtongen zag om zijn Zwar© taak aan jeugdiger knaclhlten toe te v«r- troulwen. „Onze Jan bisschopEven vluoh- tigde er ©en glimlach! over tat vermager de gelaat van tante Trees, toen vulden zich hare oogen met tranen. En toen Dili© verder las, dat de nieuwe bisschop aller gebed vroeg, opdat hiji zijiu verheven taak naar bötiooren Zou k'unnen vervullen, toen l'luisterdle ze: „Dait zal ik; in dan 'hamel krijg ik er dan taj|d' voor Maar de brief bevatte nag meernieuWa en nu las Dili,a iets, Wat de zieke ont roerde tot in het diepste van haar ziel. „Nu moet ik u nog iets mededoelen, dat u missdhien zal bedroeven, maar daifc u ve-eleer met blijdschap moeit vervullen!. Uw pleegdochtertje, .zuster Teresia, is daor Onzen Lieven Heer opgeroepen toit de eeuwige belooning. Zijl heeft haar tai- lig leven bekroond met een heiligen dood. Bijl het verplegen van een besmettelijke zieke is zij' .zelve door de ziekt© aange tast en na eeniga dagen reeds bezWeklen. Zijl is gestorven als martelares h'arer held- 'hlai'tigo naastenliefde. Zij, had nog het geluk op Waar sterfbed da heilige1 pro fessie te mogen .afleggen, Waarnaar zij zoo vurig verlangd had Dilia 'zWeeg en toen zij van den brief .opkeek, Zag ze, dlat de zieke stil lag te schreien. Maar het Waren tranen van ge luk; nu immers zotui ze spbedig. Waar Rei ki'n,d mogen .a,ansdhou'wen Nog tWee dagen leefde tante Trees, toen stief ze. En al' zal tante Trees Waar schijnlijk Wfed nooit zalijg of heilig ver klaard worden, het is toclh zeker, dat ar na hia.ar godlvruchtig afsterven Weer een Teresia, méér in 'den hamel als1. (Carmelrozenj. fc'tboonheid uit Gods hand. Dr. Fjéron schrijft in „het Gezji": De zomer is de weide der natuur, waarin wij pis kinderen mogen gaan spe len. Het is allemaal maar zon en licht en geur pn bloei, wat men overal ziet. De zomer is zoo mooi. Hij bloeit open als een grootsch tooneel, waarop de moede mensch bet blijde spel dier ver kwikking spelen jnng. En dat js allemaal schoonheid uit Gods .eigen hand. Dat is het .kunst-, werk van jden Meester, dat door alle kunstenaars later is afgekeken. Dat zijn Bijn kleuren, Zijn boomen, Zijn bloemen. Zijn velden, .waardoor de mensch mag wandelen als door -een tentoonstelling van den goddelijkien Kunstenaar. Ja, ik .weet het wel, dat er v.elen zijn, die dez.e kunst niet voldoende keninierti en haar daarom niet zien en bewondc. ren; die nteenen, dat zij vei weg moeten gaan om schoonheid te zien|die waarlijk mieenen, dat de zon en de hemel elder mooier zijn, alsof de zon van ons land niet zou brandenAlsof de eenvoudige kinderen, die ;we zien spelen in onze dorpen, niet het natuurlijkste en schoon, ste zon-verbrande zomer-£e2icht zouden hebben 1 Alsof de duinen van Nederland niet even heerlijk en de heuvelen van Limburg niet even praentig zouden we zen als elders! Zeker, er zijn naturen en daar wil ik me zelf gaarne bij rekenen, al is het misschien geen teeken van fijn gevoel die gemakkelijker kunnen gemeten van het grootsche en majestueuze; die eerst op de hemelhooge hoogte van den Zwit scrsche berg, die echte diepe rilling van bewondering door hun ziel voelen gaan; die eerst op de wijde zee, als geen oever of land meer te zien valt. ,de gojt der onmetelijkheid pver hun ziel yoejer slaandie perst op een brakenden en krakenden .Vesuvius het geweld .van Gods almacht kunnen aanvoele'fi., In dit opzicht zijn wenicht de fijneie zielen, wier bewondering rec,ds rnedeiit- seld op het zwakste windje der natuur, voor ons land ler gelukkiger aan toe, .Want ons landje is vlak en eenvoudig. Maar toch is het zoo mooi. En qllen kunnen die schoonheid leeren begrijpen 'en bewonderen. Daarvoor moet men leeren „zien". Daarvoor moet men aRe vérwendheid en ontevredenheid want die bestaat ook in dit opzicht geweerd hebben uit zijn nart. Dezer dagen kieeg ik een bundeltje gedichten van iemand, die al zoo lanh ziek Js, ei) die nu weer eens puiten' mocht Ik weet niet of ze mooi zijp als gedicht. Ik geloof trouwens dat dit wel niemand, meer weet tegenwoordig. Maar dat zij mooi zijn als gedachte, |dat hoeft niemand mij: te zeggen, omdat ieder, die nog waarheid en eenvoud kan proeven, .er Jat vanzelf in moet voeleh. Een van flie gedichtjes heette ;,'t Ge luk". Ileit begon zoo mooi: „Een parelende grashalm, een droppieltje 'dauw, een klein beetje zonne, en 't geluk is er gauw". Zoo ging het door en iedere strophe, of ze jd'an begon met een grashalm, pf een bloesem, pf een mierel, of eer» vischje, eindigde in een geluk. En ik dacht me in dien geest weer aan dip voeten van Gezelle, die ons allen leerd,e lezen in ide naituur; die de heerlijkste verzen kon .schrijven over het kleinste „waiterding"die ons begeestefd vertelt, hbe hij gelukkig was en kon bidden, pis hij moc'lut .wandelen tusschen de koren velden of möcht klimmen op 'n stille hoogte. Inderdaad, de vreugde van zulk een ziel. die eindelijk weer eens naar buiten mocht na lange ziekte, en daar genietend staat te zingen van een „parelende gras halm" of teen „droppeltje dauw", is 'n les voor ons, verwende wezens. Na 'dit ,simj>ele gedicht was mijn Lim burg weer veel mooier en mijn land Weer heel gehoon. Zoo moge het u galan, goéde lezer, na "dn -„Hoekje", Il.as ©wig Wciblidie. Toen 'k een dezer dagen iln de knalnit (mjevrqulw Eairbart zag aijgebeeld, diiie 't heeft Weten klaar te ©pielen „h|e|a|l|e(mla,all alleen op haai eentje" de groote (plas qv|e|r te steken dl© ons werelddeel scheidt van dat van Uncle Salmi, moest 'k' er eraan denken, dat deze VrouW zio,o op 't eerste gezicht van het genus „vrouw" wiailnig mjeer Weg had. Een leeren motolrjiefklder, een Vliegerhellm'. en andere ondlepdieielleliii vlam het toilet, dat gewloonllijjk dat des vUiéjgers is en niet dat des vliegsters, zïj|n nu niet bepaald geschikt oml ons eraan te her inneren. dat de draagster vlan dit alles een dochter Eiva's is. En zoo scheelde het slechts weiniig. of' dit „Daverend© Ding" was gewlijü geweeêt aan „de ömlaniöiipati© der vrouw', haar verschijnselen en gev|ol- Igen." i i Dat 't niet zoo. imlocht zijin, heb 'k ta danken aan een 'kralnfen(ui|tknipsel, l&aiï voor tnie ligt en dat vertelt, doit mevjroluw Earhart er dadelijk na haar aankomst op uiit is .geweest o|m| kleeren te kodplan. Een buitengewone bijzonderheid is dit nii|et, want hebt ge wel eens ©an vrouw gezien, jjiie .uitging en niet inlet 'klearén thuis k'waim!. Met 'n mantelpak of! een blouse of in 't allergunstigst© gèvlalim|et een hoed en dat alles volgens de laatste imiode, die helaas nimmer da allerlaatste blijkt te zij|n? Het (merkwaardige schuilt dan ook niet zooizeer in het feit, dat zïj dafdellijk na aankomlst kleeren koidht als wel in de hoeveelheid die züj( Loiciht. „M|er .vrouW' Eiarhait kolcht" zoo leesi ilk „een twaalftal zoaherjurken,, een paai sBvondjaponmen én -imlantels, een paar do- zijh kousen, een paar schoienelni eu fer- scbejidene hoeden" oi£r in geld uitgedrukt: 12 zöm|erjurken a f'20,f' 24.0|( een paar (laat ons zeggen 3)' alvondjaponnen a f50,1' 150j, Idetot, idem mantels a f50,f 150, een paai doz'ij'n id. ad. kousen a 21,- f 63.— .een paar Schoenen ff 12,50 iverécheidiene 6j hoeden a flO— i i T GO,— hetgeen het niet onaardige ba- I drag oplevert van i f 675,50 Laat ons thans een wijle Imiet onze ge dachten vértoeven bij! den talan, gi|ntls «la Amleraka, die het genoegen heeft m'et dleizia koene oiceaanvliiegster geta-ouwVl te Zijln en wlien dus waarsc'hSj'nlijik eveneens het ge- .noegen ten deel zal Vallen olml de nieuw ste aanlwi'nsten Van zSjTui vrouw's garderobe te tmlogen betalen...4 i REIJNOUT Scliimuiel als bron van rijkdom. VaJi een beschimmeld stuk brood, een beschimmelden ui, een beschimmeld brok je kaas, heeft een mensdh ©ein natuur lijken afkeer en een en nader komt al spoedig in den vuilnisbak teredhlt. Eji daa.rom zult ge mooiLiJk1 kunnen galooven, dat men opizebtelijlk schimmel kweekt om er geld mee te verdienen. Ea toch) is het waar. j: In een laboratorium, van hielt Amexilkaan- scJh© Departemenlt van landbouWi te Ar lington, bij Wiaslhinglton D.C. onderhoudt men da.g .aan dag honderden sdhdimmel- oulturen. Men voedit die mat drulvem- suiker. De schimmel veiandlart teb drui- vensuikérwater ia druivensjudkleirz'uiur. Er is teel wa.t ondieizoeik en zioolkca noodég geWeest, alvorens ziulk' een uit werking bereikt werd. Wiant van alle edliimmelsoorten kent men er nog maar twee, die druwensuiklei in dr|uiiv«nsniiker- zuur omzettende een© doiet: dienst ta Arlington, de «tweede in Duilbsichland. Men heeft moeten nagaan wielkle warm tegraad het voordeeligst was24 graden Celsjus. Dan welke oplossing va.n diruiven- Buiker de grootsit© opbrengst verzekerde 25 o/o druivensuikler. dat is hier: een ongéwiensclhfcei echiimimiel- soort tussolhen de goedei in, moeist géwlaerd worden en wat er gediaan moeit wlorden als z© toch de bovenhand 'klrijgen. Ge beurt dat (a.l ktami tetl niet dilt'wijls voor) dan moet de geheel© cultuur wlagg|eglo,t©n, alle vaten moieten gereinigd en gesterili seerd worden en men moet van mfeet af beginnen. Nu vraagt ge nog: Wjat doet man mat d.i'uivensuikerzu.ur.? Wiel, ©ein Amerikaan- sülie kleurenfabriek kioopt e,r rqgelma.tiig zeer groote hoeveelheden van, ma.ar Wat ze er eigenlijk' mee doet, houdt z« strikt geheim. I i D© sclhe.ik'unde mengt ooi diuilV.emsiuükéi- zuur met calcium, eeu deir besta,nddeelen vani onz'e beenderen, da.t in de kunde, een tamelijk -giroat© rol Het h'eeft een onaangenameu smaak'. Met d'i'uiveiisuikér vermengd, «is tot een wit poeder, dat géhlee.1 smakeloos is'. De bereiding van druive.nsulbier:ziu,uir op handelsbasis i:s niet, de eerste nijverheid, waarbij uit schimmel proffijt getrokken wiordt. Citroenzuur wordt uit diltiroensap bereid, deukt .ge. Ja, maar een fabriek' te New-York brengit dagelijks tonnen ci troenzuur op de markt, da.t door middtel van schimmel verkbegen Woédt len dit synthetisch citroenzuur k'an heel gemak kelijk tegen het echte artikel coiiicurr: ©ren. Eic hoofdstad van Afghanistan. Ongeveer 100.000 A%ha.n)en en 300 Europeanen Wonen i|m "Kaboel, de stad di,e nog tegenwoordig Van bet mleest. na bij gelegen spoorwegstation en de haven slechts na een Wekenlajig© reis te bereiken is. 1700 lm,eter boven do zee ligt de Af- ghannsche hoofdstad, ten Zuiden Van do Hiindoekoesj, waarvan de bergtoppen tot 7000 (mieter hoolg ziijïi, en aan een Izfijj- rivier van den Indus. Het is een echte Oostersche stad, iiuet lage huizen, mos keeën cn nünarets, een stad, waardoor de kalmleel-'karavanen trekken, een rustóg© plaats unlet een arme Moharnjmjedaansenm bevolking^ veeleer een groot dorpi dan die| residentie Van een Koning. D:e ..jerzuchv tige Aimlan OeUah wenschte een ander© 'hoofdstad. Eieniijge kilometers van Kahoel, door een prachtagen weg «niet Kaboel ver- honden, liet hij' een nieuweu regeerings- zetel bouwen, die naar helm, „.DiarqeJ Aman' of het „Huis van -Aman/' wei cl genoemd. D«e Europeaan staat verWionderd te hij- ken, wanneer hij^ miidden iln Azië een Eiuropeesiche stad aamschioiuwt, m'et a-egee- i-ingsgebouwen, die in Darijs of'Dien Haag konden staan^ .met een Euriopeeseh raad huis en dito «ninisterswioningen. Op den 2Oen Eebruari 1623 werd da eerste steen voor het groote wiexk gelegd en het terrein ingewiyid, waarop zien, Wannleer alles volgens de pianluan was bebouwd, het aanstaande jaar een stad «niet 2.0.0.00 inwoners zou hebben gestaan. Men heeft eerst cementfabrieken ge bouwd en ambachtsscholen ingericht. Dooj den Koning werd destijds een ootmlmiissia aangewezen, die te Berlijh, Moskou, New York, Parijs en R|0ime allerlei kunstenaai's, vaklieden, geleerden, wist over te halen naar Kaboel te gaan omi mede te werken aan de technische doorvoering van het gehee.l j In Daroel Aman is alles met smaak in- gpriicht eli vaa 3e «noest moderne tech nische «middelen voorzien. Eir is een w'a- terleading, rioolstelsel, eleotrisch licht, te lefoon en centrale vea-warmling. jlteln ge deelte van de stad zou wiorden ingelicht als tuinstad. Bovendien heeft men nuizeu •ai© ^voorbeelden'1 ingericht, waardoor d« Aigh'amen kunnen leeren, op welke e|eji- voudig© doelmatige wïjtee, huizen kun nen gebouwd worden. Zeer zeker heeft emilor Aman O'eRali do geneilgdheid van zijn onderdainen ojm d(a JY|&stersche voorbeelden te volgen, wldl w'at overschat. Yoorloopig denken de Ail- ghanen ep nog niet na®, hun woniingei paar de „voorbeelden" in te richten. Ze voelen, integendeel, meer neiging oin een cn ander ta naboteeren. •WfAT NIET IEDEREEN .WEET- i AYaar komt «Ie naam Venezuela van daan j Amerigo A/cspucci, gaf ,de paalwonin gen der Indianen in cie kuststreken den naam, van „Klein /Venetië" f Venezuela). AVa,t is de bodeintormptie v.an de woestijn de Sahara? Gieen zandduinen, zooals men alge- ineen aanneemt; voor 90 piocent bestaat; die Sahara uit rotssteen en leemgrond. „Wat is de oorspronkelijke! naanj van de'stad New-York? Nieuw,-Arnsterdam, (als oorspronkelijke bezitting der Hollanders), Bestaan er Stekelvarkenfamilies, die „wanneer aangevallen hun stekels of .pennen tegen hun aanvallers kunnen afschieten?. Neen, dat is «een oude, re^ds lajng weerlegde, .doch niet uit te ip'eiien, (flajbel, Ummm MMUWWÉMMüWëlMMMHHHMrtkH mS D.e vogelhandtelaar spreekt: s,En toch zijn «er nog bedriegers in de wersrid „Hoezoo, wat is er dan gebeur.4?" vraagt zijn .vrouw, ,.Nou, daar ben ik den hallen ,dag bezig geweest om gen sijsjlo voor een kanarievogel te laten doorgaan en toen ik het eindelijk verkocht had, heeft dig oplichter me jnet een yalschen rijks daalder betaald i De chef verrast© iden boekhouder, daj hij ovier zijn boeken in slaap, gevalt len was, „Dat is nu de derde maal, dat ik je slapende vind 1" zei hij streng. „Ik hoop, dat u het mij zult ver, geven," antwoordde de boekhouder, „II. zal u de waarheid zeggen: onze baby, houdt mij 's nachts geregeld wakker." „Nu, zou het dan niet beter zij.n, dat je hem overdag mee naar het kantoor brengt J „Kerel, wat was jij vannacht in h toestand Waar ben je met het var kentje aangeland, dat je met het prijs, kegelen gewonnen hebt „In zijn stalv" i I Onderwijzer: „Wie kan mij een klele- dingstuk voor de handen noemten Leerling: „De broekzak, meneer Slankheidscursist voor oude he,eren; Eén, twee. éen, twee! Niet zoo hard mtei de galstieenen klapperen, mijnheer, Van Hupscheuitcnu brengt, de ander- cursisten maar uit de maat. j I ij i O Rosalie., we hebben heel de: hors d'oeuvre vergeten Gossie ja, mefrau; we zijn twee lechte sufferds. Dierentemmei "(tot het publiek): „Dit is de groote reuzenslang, de Boa Con strictor, die voor zijn ontbijt ailcen ai een heel schaap verslindt, (tot een toe schouwer): „Niet z-jo dichtbij komen asjeblieft." Pietje zit met z'n moeder aa|ti diq koffie. Plotseling' zegt Pietje: „Moeke, wat ben je toch stil?" „Zoo ,W.at moet ik dan zeggen, mijn jongen v,U zegt maar eens eenvoudig: neem toch noig een stukje koek, Pieter!" f „Hoe bevalt Buster Kealon jet „Wie is dat?" „Wat, weet je niet wie Buster Keaton is De beroemde Buster KeatonDat is toch de man, die nooit lacht!" 'n Kunst, met 'die slechte tijden!"

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1932 | | pagina 6