Tweede Blad ZATERDAG 2 JULI 1032 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Geschiedenis van Zeeland. FEUILLETON Twee Zusters. VAN HIER EN DAAR ONTSPANNINGSLECTUUR Verschrikkelijke uren. FEUIL Twee (Slot) Het aanleggen van ©en dijk', nu ol' eeuwen geleden, verschilt gelwield-igl en voor hen, die niet! ©enige Kennis Ihebbten van de hulpmiddelen en Werktuigen van t-oen on nu kunnen onmogelijk' een Ver gelijking maken, rnaiar «Is men nllfcs goed ne-scnouwt, dan verdienen die mannein uit de eerste eeuwen meer onzie bewondering d«u die van heden. De mroeiilijklheidlein ■waarmee men uu te klu-m-plem heeft, dio h.addeu de middel-eeuw-era ook te nv-ex- «Owdnnen, en toch slaagden zij daarin, of schoon zij niet die gewéldig© tetfhniclk' hadden, die nu het wenk' ztoavleie-l verge makkelijkt. Schop, kruiwagen, paard en kar, dat waren de voornaamste en gtelwpon- lijki ook ©enigste middelen, waarmede zij dat reuzenwerk ondernamiein. Hun werk mag gezien worden en het nendeerdja steeds. Ook in dit laatste opziohè hebben de kloosterlingen voor het nageslacht een goed voorbeeld nagelaten, wianb hij Zulk een werk dient vo.orafl eierist goied onder- zooht te worden .oil het wiark uitvoerbaar is en ol' het voordeel oplevert, dat be hoedde voor een tqgeuvaller als nu bij' do drooglegging van de Zuiderzee het geval is. Daar bestaan nog talrijke oorkonden over die bezittingen der Cdstereiiënsex ab- bijen in Zeeland. Zij geven oen verhaal van -aanleggen en herstellen van dijken, over het aanleggen van wiegen en afwate ring, over de overeenkomsten en gebrui ken van koope-r en varklooper. Wij krij'- gen er een beeldl van den strijd tegen het water, die eeuw-ern geduurd hecht. Bij oorkonde van 1183 had graaf Phi lips van Vlaanderen al het land, gelegen tussohen Hontenisse en Osseni-ss-e, gecc'hon- ken aan de proostdij! van St. Pieter 'te Sit. Gillis in België. In 1196 gingen dooi' tus- sohe-mkomst van graai' Balduinus van Vlaanderen, deze gronden, die onbfidlijkt waren, over aan do Cistcrciënseirs van ter Duinen omdat de religieuzen van het Sit. Pieterklooster geen voordeel wisten to trekken uit deza landerijen. Verschillende stukken van de zijde der S|t. Pieterabdij stelden Ier Duinen in bet ongestoord bezit van dit land. Waar nog telkens hot zeqwater overstroomde. De kloosterlingen van ter Duinen begonnen aanstonds met den aanleg van dijken en zoo. ontstonden da Mariapojder, de Naor-dipioldhr cn Z-anldle. Da kapel, wier bouw ©en voorwaarde was geweest, die graaJ Balduinus gesteld had, werd eveneens gebouwd, want zij wordt in 1206 reeds in een oorkonde genoemd. De Cisterciënsers kregen in den loop van eenige tientallen jaren uitgestrekte lande' rijen in bat land van Hulst. In 1245 hadden zij 5000 gemet bedijkte en 2400 gemat oubedijk.be grond in eigen bedrijf. Het indijken van een stuik land, of schoon het gemakkelijk, 'lijkt, brengt veel meer moeilijkheden mede dan uien ver- moedt. Alleen reeds de verplichting dia men kreeg om geen sohade te berokkenen aan de naast-liggende poldeuis, leverde dikwijls groot® moeilijkheden op. Geld er Werkvolk, da groote moeilijkheid van he den, bestond toen orik reeds. Dit werd «foor de groote abdijen gedeleltelijk reeds voor komen doordat zijl dikwijls beschikten over ren groot aantal .leekeibro|adiers, die met moeite, vlijt en geduld dit werk onderna men, en in dit soort werk ook bedreven heid en ondervinding Kadjdiem. De hleieren van het land riepen dan ook meermalen de Cisterciënsers bijl diifc soort werk ter hulp, vooral wlannaer de moeilijkhed-ein groot wa ren en er gevaar bestond dat hun onderne ming Zou mislukken. Z,o.o zopd de abdij1 vlan ter Doest o.p ver zoek! vam den burggraaf' van Zeeland, toen het zeewater zijn land te Voorne reeds zes jaar overstroomde en geen enkele nieuwlo dijk, die men had aangelegd, bestand bleek tegen het waiter, verschille-udcl piaters en broeders om te traohtea den vieirlnirvn grond terug te winnen. In eein oorkonde van 1220 zegt de hceir Hhaodosius v;a,n Vooine, dat hij nooit! te vergeefs bij' do Cisterciënsers van ter Doest om hulp heeft verzocht. Gravin Maxigariet ging hulp halen bij de mcmnilkten vian tor Duinen wijl anders alles onjhierno-eipieiljk verloren zou zijn gegaan. Ossenisse was in 1290 voor de zlooveel- ste maal ondergeloioipen. T overge-ef la be proefden de bewoners den eersten Zouter liet gat in den dijk' dicht te maken, de stroomen en hiooge vloeden in den winter daarop vernietigden 'al hun werk. Do graai' zond ex den tlweeden zouter een hoop EiER,3TE HOOFDSTUK. Herla. Hen donkere middag in November. In Londen niet biet) miimst, waar, hól-wel heldere «m Zonnige Novemberdagen er niet violkiomen onbekend zijn, deze toch, dit moeit worden telgegeven, tot -da zeld zaamheden behooren. .Een eveneens weinig opgewekt to-oaodl binnenshuis. Eien groote voor het tegenwoordige doel ten minste voel te groote concert zaal1 in eeu openbaar gebouw, zeer verre van goed gevuld en eenigszins 6chenrarig verlicht; de 'flau,we verlichting nog ver ergerd door een vagen indruk van mist. „\rij|welr een pnislukhe avond," zei «ene dame tot haar naaste buurvrouw- „Ma,ar wat kan men ook om dezpn tijd ver wachten." „Ein toch," luidde ihet antwoord, is do stille tijd van! heb jaar nog de beste voor liefdadigheidsvoorstellingen. De mensdhen, die in de stad zijn, zijn blij' dat er iets te doen is." iWiant heit concert was er een voor ©en weldadig doel, maar blijkbaar niet ©en, werkvolk heen, doch! men slaagde toien evenmin. Toen ondernamen oip; verzoek van den landheer, do kloosterlingen, van ter Duinen heit werk. ilunne poging slaagde, maar het was voor de abdij in zekeren zin een Pynrhus overwinning ge-'weest. Hat aanleggen van een' nieuwen dijlk kostte vied geld. Do religieuzen zelf bezaten dit niet en waren zoodoenae genoodzaakt om tegen liooigo woekerwinst geld te lc-enen. Als bdoomiing voor nun moeizaam en verdienstelijk' werk schonk men hun dan dikwijls een gedeelte van het ingepolderd land. Maar- niet altijd liet uien deze religieuzen. iu tiet bezit van do op dezte wijizo verkregen goederen. H|eit reent van den sterk'sten werd vaak' uit gespeeld tegen deze monniken, en zij on dervonden weleems dat ondank 's werelds loon is. Een zekere Robert van Behhuno eisohle va.n 'tier Duinen 16500 ponden wegens de schade, dia hem door die niieuw-g bedijking zou zijn Veroorzaakt. Lalt er wist hij door voorgewende schadeposten nog andere gelden van do abdij los te krij- gen. Wanneer wij do oude kroniekei door bladeren dan bemerken wij, dat da Cister- oiënsers, bij het geestelijk welzijn, mol al hun krachten ook gewerkt bobben voor 'het tijdelijk geluk, voorspoed, en bescha ving van onze voorviaderen. Dit zal ieder een moeten erkennen, die onpartijdig de geschiedenis der middeleeuwen beoordeelt. Door hen kwam !h-et platteland tot groo- teren bloei. Ten b'elhoe-v-q van den land bouw legden de monniken afvoer .kanalen cn wegen aan, bouwden sluizen, regelden den waterloop en verbeterden den toe stand in het land. De arbeider is zijn loon waard. H|et moet ons dus niet verwonderen, dat do Cisterciënsers ook een klein bezit kneigem van bet door hen nan do zee ontroofde land. De. bezittingen der Cisteroiënsors zijn in den loopi der eeuwlen in undone handen overgegaan. Meer dan ©ens is het Voorgekomen dat zij door geldafpersingen ol om' de oorLogsbela,stengen be kunnen voldoen, genoodzaakt waren hunne, lande rijen te vcrkoopen of ook wiel deden zij zulks vrijwillig, omdat zij geen voldoende moedors hadden om den grond! zelf' te bewerken. Een groot gedeelte hunner bezittingen is eon ter door -overstro-oimiingca vertoiren gegaan. De doorbraak bij1 Biervliet in 1577 en later via.ni den Braakman in 1404 en 1440 werd oorzaak dat veel wienk doir Ciist'eroiensers voorgoed verloren ging. De 16de eeu'w' is de Zwaarste en ellen digste geweest voor Zieeland. Da vloeden van 1530, 1550 en 1570 deden een groot gedeelte van Zeeland, vooral daar w'aar de monniken hunne 'hofsteden hadden, on der water loopen. Toen wla-nen heit we derom de CisteroLensars die in den shrijid tegen de woedende baren voora-anston- deu en dat zij' voor hunne taiak' berekend •waren blijkt nog heden uit het hoofd be Walsoorden, dat een der merkwaardigste bouwkundige werken is van onza piw vindê. Het was echter den Cisterciensers nieit gegeven bet begonnen werk tot het einde te volbrengen. De opstand tegen Spanje de 80-jarige oorlog, belette hen langer aan de herstelling hunne krachten te be steden, ja op den grond w!a,ar hun zweet droppels w aren gevallen, daar1 werd hun later niet meer toegestaan den voet te zetten. De monniken zijn reeds lang uit Zee land verdwenen en W|a,r.e het miet, da|t dei geschiedschrijver hun w-erlkj had ap- gete-ekend, dan was dat ontzaggelijke werk, dat zij voor het stoffelijk Walva®,nt van Zieeland gedaan hebben, geiheel ver geten. De Cisterciënsers nebben geen kloos ters meer in do provincie, en maar wei nigen uit de provincie dragen hun kleed, maar een ding hebben tot op heden do Zieeuwen van de Cistcraën-seaia 'klooster lingen overgehouden, n.l. hun taaie Vol harding in den strijd tegen den eeuwen ouden vijand, de zee. Moeten zij soms ieltis prijsgeven, aanstonds worden van alle zijden krachten opgeroepen om| het ver loren stuk land' terug te wiunen. De Zeeuwen: Zij zijn trou'w aan hum wapeneen zwemmende leeuwl met als spreuk „Luotor et Epmigo." STEPH. LODÏERS, O. Cast. Leonardo da Vinei. Deze Rlorentiijhsehe séhilder, die van 1452 tot 1519 leefde, wjas niet alleen een dat do algemeen© ingenomenheid weg droeg, of mogelijk voor een wel goed en nuttig, maar slechts weinig .beklemd' doel. Het had moeite gekost om heit ge|wemsdhlte aantal medewerkers en medeWerfeltars bij een te krijgen, meer nog om de aoodiga beschermvrouwen, machtig tla worden en 't allermeest, om die kaartjes aan den man te brengen. Als natuurlijk gevolg hiervan was het oo-noerhgeibo-uwi sleiclbts schaars beziet. ,,'t Is tooh een. heel mooi programma," hervatte de eerste spreekster, t|eirwijl zij haar oog even op de nffiidhië" liet rusten. „Het doet mij gemo#tgen, dat ge dat vindt, antwoordde de anderei d|ame, djie er- ook nog eenigsziina de( hand in had gehad om tiet eon,eert tot Stand ta bren gen. „Deze laatste solo op \de vhoiojl 'was wel een weinig te lang." „Misschim! Maar er w'erdi toch goed geluisterd, zeer aandaohltig zelfs. Let maar eens op die twee meisjes daar. Ik heb hare gezichten, 'gadegeslagen. Zij schijnen verrukt eu geheel verdiept te zijn. Kijk nog eens evein naar hiahr. "W-at een paar Knappe meisjes zïjn 't boven dien!" Mrs. Balderson- zioo heette de tweede dame glimlachte. Wiat hare kannis z'ei deed haar genoegen. ,,'t Zijn een paar jonge vriendinnetjes van mij," antwoordde. zij! op, zaobten toon. der grootste tnleesters der Hp-oige Renais sance, toiaar ook be,iio©m|d «Is beeldhoiu'weir, Douw'mteestei\ iingeuieu,r en geleerde op, bijna elk gièibied. Die Italiaansche inge nieurs na 1450 begonnen ta rekenen op, papier en beter ,te meten. Ze gaven het hellend Vlak z'n congé en vervingen biet door hefwerktuigen «Is liet blok en takel, de windas en do kraan voel gelSjkend öp| die. Welke in onzo dagen nog bijl klein tonstructie'wlBrk wordt gebruikt. Maar Leonardo, 'misschien wel ihiet groptste geuio ooit oip, «.arde geboren en zeker de be- kWa,am!ste ingenieur, die ooit geleefd heeft, bleef hier niet bij! sta.an. Hij drong dao'r tot hoogten, die de twintigste eeuw n.o,g mhar vluchtig kan zien. E|en krachtig bcwïjis van zijn v'olm|aaktlneid liigt in da eenvoudige lïj'st v|an somlmlige, door hein in zijne notitieboeken beschreven m'ocha- piftmen. Zïjn aantoekënhoeken staan vol van dergel'ijko beschrijvingen. Alleen al door hun schetsen en teekenjngen zlijtn dc'z'o boeken goud wjaard. Het is interessant om| een boek mlct oude ingenieurs-teekc^ niugen door to lezen zio|nder aarzelen kan mien eir die vau Le.onai'do wit oppikkbini. Hïji wlas de voorlopiper van Copernicus op het gebied Van de bewegingen der pla neten on v,an Newton' m'et betrekking tot de zwaartekracht. Il'ij, veilnfaedde, dat de aarde dr,aaidfe'. Hij' ontdekte de glans van de aarde op liet donk'era deel van de miaan. Hij' reoonstruieierde dieren uit gevonden fossielen. De eerste plus- en imiintcekens werden door hqml gebruikt. Il'ij1 leidde af', dat hot vuur zich voedt miet ©en elelmient uit de lucht. Ilijl werkte foo-imlulos uit voor het water, dat uoodig is o|m| een kanaal te vullen. llSj imiat de dichthëpid van gassen. Do gcitijden bracht JiSjJ in verband mjet de zon. Iliji vond den baromlator uit «n ont- 'vviicrpi den themlolmetett'. Hlij' verbeterrdq het koimjpjae en de balans. H'ij' 'giebruiilfta 'wwimlwielcu, kettingen, tandwielein, piallen. I Ben door hepi! uitgevonden stemaaag Wordt nog steeds dn de tolaiiimic^gjroevcn van Carrara, gebruikt. ontwierp ©en stopmlbpot, een stpioim|- ptojnjp en ven Hïjl ontwï.e ontwierp dufik-iaplparaton, bakenns en reiddingsboeiicn. HSj' ontwierp, kranen, garen|miacihinle,a, draaibanken, bu|i|g(m|aic!hinie|s, im|ultiplex kliee- rensnËjlders, ba:ggeilmblens en ©en 'mlachiino Olm' lijzenen sta,ven te rollen en te trekken'. Auloimktieche lmach|iimes oms naalden te sjijipen ien goud le pletten Waren hqmj iniiot onbekend'. H|ij ontwierp oatijjjrultiein, baJliisha's,, kruisbogen, geisp|annen door windassen, ar- tiillleriewiagens, acliteii'laadkanonnelni, mleer- loop'Sgewieren. Hüjl 'kende het gebruiilk Vlan de par;aclh!ute. Hlij! ontwi'eipi vliiie)g(m(aichines en heli- icopitèifas. 1 Afear Wijf bracht het niet tot de flabbi- clage Vipi-nauwisluitende ïjfeieren pllatelm en dus |mfoest de Eeuw vlau de Machine nog twoe, honderd j.aar wadhtenu.v Do IgelWeldiga Verliezen vpn TVentino waren doorstaan, diet ejtadels van Verona en Vieenza hadden hun verschrikking voor ons verlopen; ook het transpbrt, naar do haven, van Livorna en via(u daa.r lilet Schip' na,ar Ronza hadden wc; zwljlgend Verdpa gen. Nu 'waren. w,e iu ons ballingsoord, op, 't eiland Ponza. jVer van 't vadfelrland, gedoeimd tot eeuwige werkloosheid, veroiordeeld tot langzame vertwijfeling, die tenslotte lot waanzin leiden imloest had ik' slechts één gedachte, dje (mlijln. h'oop| gaaudfc hield; vluchten, tot iöderen pjdijlsi, zellfe t,en kosto van mfn levfen! 1 i Weken, imhandon, jaren 'g|i|ngen vooii'- b'ijl 'in afschuwelijk gpestdoodende ©en- tomiigheid. Ik behield echter nog ©en vonkje lioop da.t. langzamerhand een ildeo fixe werd, dat nnlij! Voorr algleheiel© geeste lijk© inzinking bewaarde: „Eein,m|a,al zal de dag kopten wiaai'Opl je vluchten kunt!" Menig trouw1 ka|m|ê|''iaad rust thans on- der da groen® zoden, ginds op het eiland der verschrildiiiingen, vielen W.'aren bevrijd van hun l'ijdeu olmdat zSj vtolslagep krajhfc- ^Lnuigcn geworden wapeini, Imla.ar' tot het laatste oogenblik Van mijn levlen, zal ik Hen allen in .goéde vricndschapi gedenken. Zlij' "hebben m'et vreugde alios olpge- „ik heb z'e vooraan .gezet om de zgngers en zangeressen gloed te kunnen zien. Zij zijn voor een w'eelkf of' drie bij mijl geilbr geei'd't Is eigenlijk,' do allereerste Sfeer, dat zij hier in Londen zijn." „Workélijk Gezellig voor u om ze. te hebben... Zijn ze familie?," volgde toen. Mrs. Balderson antwoordde op half fluisterenden toon, totdat een licht ge- ruisch van verwachting door de Zaai ■haar waarschuwde, dat de korte pauze tusscben de lange vioolsolo en een. lied, dat nu klw'am, ten einde w'as ein zij wieer in eeu behoorlijkf stilzjw'ijlgen verviel. De tlw'ee zusjes vóóraan hadden ook samen gepraat, maar met Zeer ingehou den stem. „O, Cecilia," Zei do oudste der tweo een knap meisje mét. een sprekend ge zichtje en bruine oogen ,en haar, „,o Ceoiira, loopt omis dat niet mee? J2ie jo wel wat het eottto lieid. i's?" „Ja, dat heb ik al ik' 'rweeb niet hoe lang geleden gezien, mla-ar ik heb ',t j© met opzet niet gezegd, omdat ik daoht, dat 't dan eeno Verrassing voor je Zou .wezen. Ik wou, dat je 't uiet gez'iten had totdat 't begonnen was," zei do jongste. „Mal idéé van je," .antwoordde dé an dere lachend. „Je merkt, dat je niet op mi/ne bijziendheid kunt rekenen." Wi nifred, de oudste, was oen 'wioinig bijzien de. „Ik1 ben juist 'blij, dat ik het weet, otïerd voor hun geiziiudh©i,d.... 'zionder to w'arikëlem hebben zijl/hun lcvcin) gegaven voor hun 0|V;errtuigiing,. als elcihte vadert landers zijn Zij gestorven trouwl aan z'ioh zelf en trouw aan hun voLK tot iu dau dood. i Zoodra, echter na lapg, heel lang af wachten da eerste sChiredo gezet was, opende zich' een hel van kwellingen, fol teringen. zóó duiivelsob, dat mlem er zich |g|M"n denkbeeld vian kan Vortafeim. Een scliïjhbaar onbeduidend' voorv'al had don steen ,a,an het rollen g|eb'r.aie!hit eni ïn H',1 Imt besluit doen rijpen, piles te wa gen,. Ik had n.l. een gespjrek tusscPien twee soldaten van do wacht afgeluisterd! én daaruit bdmlarkt, dat dé cone Iiuiiltpnglcwloon groote sylmlplatliie: vPiOp Dluiitsdhland koes terde dmldat zïjp vader (vjrocger rijk jgelwloir- don "Was dn dat land. i i Deze ontdekking deed' in mïjï het plan rijpen oml deze soldaten niet (mleeir uit het oog te verliezen eu een pioging te wageln oml hen tot desert'eeren over te halen. 'Dlat deza poging |m|ij[ |mij|n "hoofd kon kósten, daar was ik van Jiet eerste oogenbliük al •ul van ovlertuigd ,an de vieu'sohrilkkelEjlke uren di'ei volgden, naidat ik dit' besluit g©- nom'eu had zou ik zelfs m(ijh grootsten vjijiand niet toCw'enSchen. Eerst mbest er eens voorziichtig ptojols- hoogte genojnen Worden. .Wjainlaeer ik wist da,t niemlantl op, mie lette^ wist' ik hem ongemerkt te naderen en enkele onbedui dende woorden ta|et heiml te wisselen, ota zoodoende langziamierhand zïjln belangstel ling voor mlij' ,.)pi te 'wokken, twen ik' een- <m|a,al zoo ver was, dat kijr gaamB met mij praatte, iging ik onvarwiaicht, rnlaar reso luut opi mlijln eigenlijk dool In still'o maichten, dat hüjj 'de wacht had' en due voor mij ta bereiken was, bewerkte sik lettel zóó la-ng. tof, hij' mh ten Slot,te sidderend' de hand reikte,we waren voortaan bond- glenooten i 1 1 (Toen ik op mlijln harden strozak lag kroeg dik oen gewoldige huiLkirtumpi, mijn slapien ha|m|erden, de, vorschrildceilijkste Km- taisiiebeeldeu doe.'mHen opi vopr nnjj'h geest ,de lafschuwellijkste gezichten bedreigden Imiij', schreden k'wla|mien diidlitcrbij,1 deden |m,ijn 'hart stilstaan. De iwlaclitcolmhiandant deed zijn gewone rondo'. Met een woesten kreet hief 'jfc afwe rend do handen omhoog. Verschrikt k'eek hïjl oml. Wjas |hct de doodsangst? Was het de koorts der wlaazin? Ik weet het niet. 1 i AUteiaii diit ©ene zpj (mlij! altijd in de gedachte blijven: 'hoe oneindig lang deze verschrikkelijke naclht Was.' J Nauwelijks had de. comlmiaudant de ba rak verlaten of de Wacht Werd afgelost en elk Van hun zware schreden was als een trap op piljn hart. D'e angst perste liet wiater uit alle poriën ik lag te 'ba den in mlij'n zweet en toch klappertandde i'k van, de kou. Even later werd er ins'p'ecti© gehouden wnt slechts bij hoog» uitzonderingen ga- neut-der. n de, barakken. Hai Ha! Nu hadden ze anteAlles jin voorbij1.' Het wlas slechts mijn overprikkelde fantasie. Zlij waren gékamlen om: te zien, of' blies- in orde was, o|mldat de wacht- comimiandant overeenkomstig zijp plicht, toüjii zonderling gedrag gemeld had. In duizend angsten bevond ©n sidderend m'oest ikT den mörgen afwachten, die maar niet kannen wilde, H»e verschrikkelijk is zoo n naciht, waarin iedere minuut een eeuwigheid duurt. Bij''het imorgenappèl was i'k niet in staat am! imljn blik op- te slaan, alles schemerde voor uniijh ao'gen, ik trilde en sidderde zóó dat ik' me haast niet op de been kon hom den, ;m'n hart bonsde zoo- alsof' (het bars ten wou. i i Hoe zou dat ai'lO'Open? Maar alles ging z'n gewone gangi ep langzamlerhand kalimleerde zich1 m'ijh over spannen zenuwen. Dat ik -er geen hart kwaal van gekregen heb, verwondert line nu nog. Acht en veertig uur imloe-st ik wsiöh'ten tot hij waer op waclht kwialmi en toen deelde hij m© mede dat hij! nog een kamer ra,ad met ons ontvluchtingsplan imgieWijd had, yant dat er -aan een vlucht mlet tweeën niet te denken viel. Volgens zijn Imteening was de zaak blonder een derdq iets ónmogelijks omdat wij' naar zijn vaste overtuiging mei de zware vis- schersboot •Wjaanmfe© we "imlonsten ontvluch ten nog ge.cn mijl ver konden zijjn oif ze hadden ons al ingehaald Aan zulk e.en risiiico 'wilde liijl zidh! in 'gpen ge.v;al bloot stellen. want ik mag mij graag viooraf ap iets verheugen." Zij' zag er jeugdig voor hare jiarm uit., ofschoon zij' 'b de mensdhen zon graag mocht laten gevoelen, dat zij „niet zbo ©rg jong meer Was." Hiare teint ,em de Zachte ronding v!an baar gezichtje zouden zeer goed bij zeventien, of achttien heb ben .gepist. Alleen een zekere basliiatih'diid en een klein weimigjei brush' maakten, da.t mien aan hare vier-en-tiwiratig jaren geloof Iton Siaan. Naohtelijke uren en warme balzalen, de afm-abtiag van ©en maalstroom van vermaken en te groot® opwinding hadden geen Verantwoording af t.e leggen inzake deze buitenmeisjes dn da.t op zicht geheel en al buitenmeisjes van den goeden ouderwetschen stempel. Celia, die nog geen twintig Was, was mooier dan hare zuster, slanker en blon der, een veel zachtere en lievere!, verschij ning, zionder eeniigei pretensie', wat tot op zekere hoogte misschien voortkwam uit haar volkomen vertrouwen op Winifireid en haar juist iets dubbel-hekoorlijiks gaf. „Ik ook," antwoordde Zij. ,.Ik' mag graag den naam Van d© Zangeres weten en mij haar vooraf voorstellen, vooral wanneer zij iets zial zingen Waar iemand zoo verrukt van is als Wij van en zij noemde htet lied, ©en oude bal lade. Als Ze leelijk of ongratieus is, doe ik, ztoodra ik hla-ar gezien h-eb, mijne D'ezie, Dektentenis miaakte mij' razend en buiten (mlczelven Vaf op|wiindi!ng,, beschul digde ik hem! van eedbreuk, wiant h'ij had in,© gezworen ©a- niömjijid ook maar een enkel woord! van te zeiggen en mp, had (hij het leek wiel eeu bespjottdingi een raeechten Italiaan deefgenoót gemtiakt van Ons plan. Het w as een prachtige keus eu hij' had ze zeker geda,an, opdat Wa des te zekerder gesuapt zouden worden. (Toen ijk echter in trnfijk V,erbitte(ring 1|0 luid werd, drnkta hïjl m» 'inpt «lil© kracht de hand opi den imjOnd en flujsterde jD;e be velend in het oor: „Geen on-aoiodige opj- winding Zwjjjgen pijs hlet gr,af en afw«ic|h|- tenf Ook ik sppol im'ett mlijln leven en d'j|ar bon ik 'm|e. ieder oogenblik van bewust. Altijd door |mjo,et ik oipj tl» loer liggen, voortdurend spiionneeren, alles zop nauw keurig im'ogelijik gadeslaan, maar mezejll 'miet igleen spier v,an ml'n gezicht vbrraden, .Weet iu d(an hoe 'm-oeilijik ih'ot is? Biedenk dat wij, evten schuldig; zijn als ,u, vanaf iiet oog'cnbl'i(k, wiaaropj. «wij! het plan fit ontvluchten ontworpjem cn vlaqrbereid héb ben. ip. 'plaats van het direct iaan ta geviqia „Maai zal de andeire ook zwijjgen vroeg ik mfet beklemd haj-t. „Zou, hij! «na in het laatsta oog'enhliik niei verraden?'' „Dat zal1 hij' niet doem, h'ij aal mét ons ontvluchten W|ant hij! heplfb er gegrond© redenen voor. Maar u bent zom opgewon den len weet u zoo weinig te beheerschien, d|ajt u tenslotte nog de ppirzaak zult zijn, dat het plan mislukt." D',e jonge solda,at, die geimlakkelijlk' poljn zoon kion zlijn sp^ak tot tepjl als tolt een ziiek kind en iangz'aimerhand W|wd' ik' rus- %er. I Langzaajri. o zooi langziaajn hropen do volg-cnde dagen voorbij] èn op at im|ij]n dmleeken om! toch een eind© |a,an dezen toe stand te mlaken kreeg ik oen onve|rbidde|- lijh „ne-en" ten .antwoord, dat geen tegel1" spraak duldde. Die gelcigeaheiiid ,was nog niet gunstig. Eten of drinken kon ik niet, voiojrtdur rend wlas ik ten prooi aan wianhpjpign twijfels, 's Nachts baadd© ik dn |m|ijp zweet rusteloos wentelde ik 'm!ij pp |m|ij|n etropzak, vreesel'ijkie spookbeelden bemim'cn 'mïj| ieder oogenblik van rust, tot op den dag v;au heden vervolgen zïjf mte nog. „Vandaag ïntoet u zich gereed hóuden! D|en jui'sten tijd kan ik iu nog niet raiedef deelen omdai alles afhangt van het onge stoord uitvoeren der laatst© voorbereidin gen het zal alliéht middernacht worden. Nog ©ems en voor het laatst bezweer ik u: beheersch u zelf' en bega in het laatsto moment geen domheden." Deze. 'woorden klonken dm mijn oor-, m|a,ar ik was later pas in staat z© te |bet- grijip-en. loan hij! mij al lang, veda,ten ]i«d. Ik zou du,s mfjn zenuwen in hedwajng houden. Hoe la.at het was, toen (hïjl lm© haalde? Ik wfeei het njet, |mjaar ik voelde Zijp hand dip mlij steivig omkneld hield en mij! niet los liet, voordat hij m|e veilig buiten ge bracht ihad. nu pas wist 'ik hetnu wachlj- te ons d» vrijheid of' ©ën bittere dopd! D|e hemlel, die reeds wekenlapg |h;eld©r m onbewolkt wia,s gelwéest, w,as nu z'wlaar bewolkt -en zwljigeud Wiees hij' daarop. Soen 'wlas (het alsof' er mijl schijlljem vlan de oogen vielen, -ik viel helm! ofn den hals. maar w'as niet in staat ©en woord v,an dank' pvlcr mlij'n lippen te krij gen. droge, snikken weiden opj uiiit mlijln koel en deden heel imfjln lichiaaml schud- dien. Mjet aaic'ht gewield 'duwde, hïjl Snte voor zich uit. - I (Vprdeii- ipltïjd Verder tot W© ten slotte het str,and bereikten. als eien kM'zonder het Snjins'te loven "tf rnlakcn uit het struikgewas, héb geweer in aanslag zijn en lm|ij|u vrilend. Jn het bagih wa® ik niet in staat oM ook im|a,ar iets in' mijn handen te houden -en de twee die dit wel voorzien hadden moesten ziiicfhf"zonder tafjl behelpen. 'Zij waren zi/cih e|r echter van 'bewust Van iedere imühuut, die <wö, Vruchteloos voorbij! lieten ga,an ons nop,(Rottig zou kunnen worden. Het wfus een artnlzalige visseliersboot, die ons n«,ar de Tiyaiheenscllite Zee voerde Waar de vrijheid 'of, hét nattei graf ons Wachtte l| Want levend zouden z|c ons (nfet ufeer hebban, dat hadden wie elkander gezwo ren. iWiila nooit de on'mfetelljkheM dei- zee ppoqquap uaaS,jW5 ueq 'wÓq uBjipa® vormen Van de veafmetelheid van ons waagstuk. Aan Guido, den visschorszoon, die pp, zee in zijn elqm|ent w!a,s, hebben wij htet té dapken dat de vlucht ondernom|e|u en Oi-k oogent oe en zla.l| ik al mijn beat doen om haar te vergeten. Maar haar naam is ...mooii? Neen, dat nu juisit niet, ma-ar tooh wel aardigeeu beetje vreemd „H-ortha Norneys". Heb je hem ooit ge hoord, Wiu.?"- i - „Norreys, zóó gespeld is een Iiieel goede naam,ziei Winifred, do nliwijze. „Maar Hertha? Dien naam heb ilk1 van mijn leven niet meer gehoord. Wij moeiten ihem eens opzoeiklen in onze opgavte van Chris telijke namen, Celia., als w-ij' |wiaer Maar ©en du'wtj© iaan haa-r arm Van de met een paar sohorpier oogen begiftigde C'e-lia miaakte haar op-eens sti-1, en juist als hare gastvrouw mat hare vriendin bleven zij stom en meer dan stom, onbe weeglijk van belangstelling, die spoedig v-ooi' ©en noig iwarmer gevoel te, toekijken boei d-e nieuwe zianger entree maakt© -en rustig op hejfc naar voren tr-ad. Toen zij' e-n weldra ookf hoorden tw doch sledhts één, schijnend; want na - eersten Heer bleef' 'het- beiden Wiinifrhl vooral altoos ommoigelijk om zich Her- t'ha Norreys in ihiare nflw-ezlghéid ""M anders dan zingende -voor te stellen, on mogelijk om die bekende miallodieiën Van hare lievelingsliederen te !h.oor-en zónder haar v,oor zich t© zien. (Wordt vervolgd). Bureaux van Redal Telefoon Interlocal Bijkantoor MIDDT GROOTE WAARDE VAN PUBLICITEIT Roode mon Vroeger, toen de f uit een achter da 1- ejókkende onwetende m die kringen altijd de „bewustheid" va. genwoordig h-ooxt na- zelfs meetingspeeche.' tal op t© noemen, ontter de socialisten van de thans werkk aan doorbrekende b in ©en geest van o Zeil® op de vo-oxnai' sooiaLstische leer i oneens met ©ljk-aar. ander vierkant it egei nen van de roode verband meer. Bén voo-rbe-eld. „H,et Volk" heef, per evenals Wl katholiek igeannt moraal van het ech hullen aohtor mooie s-ohelijkbeid", „piraeh „TUntige zekerheid", rood orgaan trekt d- meraad" v. d. Veen, tegen de geipnopiagei t. groot los. IT ij wrijf t zij-n pal ters de volgende i neus „Welnu, mijn gei delijkheió, dat, een 'heeft dan de uiterlii partij, gebiedt mij o dat het Marxisme, ders' pretendeer,'t te mij zeer waardevo. zeur uiterlijke) verk pelijke verschijnsele wil zijn een leve-nsl, en ondeugd zouden stelen, niet anders papdermoraal te p-o gemeen e-n dat het ■voor mij niet audi lige poging, om w boden als „sehepp- het godsdienstig ge de scliuunigsfe dro. zoodat ten opzicht dameuteele g-evoale tot contractbreuk Ik z'eg de dingeil hard, maar het w zijn. De heer Wiba er een autoriteit is bleekt tot een gi Misschien zo- hadden wij dit boe óm als opvoeders van ons te schuddei ken welk gevaar reele woekering in! het echtpiaar Wiba ten zijn dat het o maakt, hoe anigsti- I-italist-ische ve-rwo schen z'e-gc-n reeds verantwoordelijkhei Iwoo-xdelijkheidsgevc taak is bij individu voede-rs in de -e-erstj Dit ne-gatiev] ben in zteker de Wi over de partijleidi lofte af nog iets 1] men mij tot' dusver dert de techniek ,a! renproductie heef: eerder wo rebel-en met een te weinig,i eerste plaats een mensohenleiding, .We zouden al moe-ten zijn, als w Marxisme nog v -werking ongestoo: H et stemt ©iet dankbaarheid, dat tegen het bo-ek d Want in den rj die zij zon-g, bek laden, den meeistei| die soort, welk© de voordracht Wij bedorven worden, Tooh Was zij nie niet mooi en in -der menigte aohoo ter dan een zWakil dien zij weer op sJ druk, die, zóodra leeren kannen, no- uiibge-visoht. Zij lang, ofsiólioon vo dan gemiddelde 1 was treffend of o] gelaatstrekken l-o zij zulk een goed vormden mis nooit beWiOndierinl beid op zióh ze] vriendelijke oogeia len van geneigemh

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1932 | | pagina 6