essence „JUNO" /orststraat. oosendaal f- GOES verse kleuren, gewoon model. 3LHOEK Tweede Blad 3r, mooier, leuren groen )EL N.V., GOES e en grijs, iruin. ichthemden COURANT 's Zaad 38, GOES Uw zoons ig in: ook naar ar. NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT EN e Goes, FEUILLETON Steeds hooger. ONTSPANNINGSLECTUUR chje AGES. ss ft»» raat, Goes GOES, TELEFOON 376 RLIEDEN Eiken, Elzen enz. ex, Preswood enz. vele maten, 1 tot 4 Meter en van d en voordeelig. te teer, Carbolineum, blading op vrachtauto Aanbevelend. In Effecten. HTINQ. markturen zitting In bei ■da Bank- sa Eff aotanzakan BILLIJK. 18174-30 V Priester-Proletariër. [Naar Aanleiding van een artikel iin „De (Nieuw)® Eleuwh van .7 'April jglaïl prof. dr. Féron onlangls in het Zo|ndagnu|m|m|er van de „Mtfasbodeh eenigb .Weekend-Ge dachten ten beste, waaruit wijl er eenige willen onderstreepen. Ten eerste hééft de Priester zich wérkelijk niet te beklagen over belangstelling voor zijin gedrag en Zijn werk'. De Prolf. bedoelt ,bl|ijjkjbiaar over gebrek aan belangstelling. Ten fw©©- de, dat er in h'eltgeen jnfcn van We|tnl bb- geert, w.enschen en eisdh'en zijlnf, die dia metraal tegenover elkander staan. In dit verband is belangwekkend, wat Da". Aug|ustin "Wibbelt in zijn jongste baak „Die Goldena Scha.uk él'i schrijft opj blad zijde 1314 en v.V. iffijl wijst er op, dat niettegenstaande zoovelen Vairn unieening pi'eening ziijn, dat da geestelijken zlulk eeln gemakkelijk «n 'zorgeloos leven 'hebben, het opMerkteüijk is, datl de fllandrang naai den Priesterstand niet zoo bjjlzöndar sterk is en in alle Istandiem is teruggefoopOT, zoo,- 'dat in vele Bjsdo|m|mian gebrek ®|an. Pries ters is. Dat in 'deZon stand de persoonlijke roeping veel sterker imfoesp(reêikitl als in andere standen ligt Voor 'de hland. De roe ping kbm't van God, imlalar ,God ischiakelfc de natuurlijke 'factoren niet uit, en hier kluten vooral het Ibuisgazin en de school in aanimferking. Elen volk hiee'ft steeds do Priesters, die het verdient. Do waa|rdefé- ring van het Priesterschap is de |m|aatstaf van den godsdienstigen toesta|nd v!an het Volk, -want de Priesters kouten nu eenlmlalal niet uit deu he|ntel vallelu, mlalar groeien uit heb Volk op. Do Kerk kan slcclhts schifteu en vortm|en, voor opjleiding ©n toezicht zorgen, Imlaar Zei (móet do clandi- daten voor het Priesterschap ne|mlen, dio huisgezin en Volk haar bieden. Priester schap en volk zijb ilieei na. laan elkaar vefwint. .Wie Zoo igjemhkkelïjk 'den lappel scheldt, |mtoet niet vergeten, dat IhS/ daar mede ook dJem booiml scheldt. Vervolgens kojmit dr. Wibbelt te wi/zeai op de tegen overgestelde eischen, die Van verschillen de Zijden aan dien Priester wlorden g-e;- steld en hij' vervjolgt: „AMarafaal heel goed tanar toch wlat veel Veiriaogd voor sc|hbp|- selen, die ook imlaar [menschen zijh. Dó®rbij kom|t, dat de imteesten heel eenzijdig, zijn, in hun oordeel vellen en h'u/n. eischen stel len, zoodat de ©en© prijlst, w-at een 'ander a'fkaurt en e(m[ge(keea-d. D© priester mlqet zich troosten Imlet heit woord van St .Pa-u- lus: „(Niet door oen wereldlijke rechtbank ■word ik' geoordeeld; die mij! oordeelt is de Hoer'1. H6j[ mteet zorgen, dat hlij! dat oordeel kan doorstalan; ctmi heit andero •heeft hij1 zich niet veel to bekdmlmfeilen. Ieder ding hééft Zijn keerzijde. Zoo nok hier. Wanneer h'et volk saherpj op zij'n priesters let en aan hun leven eeni strem-i gen Imlaia-tstlaf aanlegt, is dat een teeken, dat het volk een verheven unfeening koes- terf over da waardigheid Van het Priest terschap. Dat is rechtvaardig; en goed. Maar wlanneer de kritiek ontaardt in hate lijkheid en oneerbiedigheid, dan is dat da slechte keerzijde der tmledaüle. Dalaruit blijkt een innerlijke lawmaking vapi Kerk en Priesterschap, die zeer bedenkelijk is, ook' al bezigt (men nog zulks sehpone -woorden over da „ideale''. Kerk' en het „ideale'1. Priesterdom. Dialarin logt iets van de zonde van Oha|m!, dia Zpottend op de naaktheid vlan ziijh vlader wees. He|ml h'eo'ft Gods vloek' getroffen.'- Tot zoovfer dr. Wibbelt. [Ons persoonlijk' wil heit Vooip kidmten, dat zijlj dio oltjijld tófgeven op de Priesters van Imn tajÜ beter deden im[et unander daaa-over te spreken en te sehrijl- ven, Imlaar Veal en vurig "en Vooiial op de Quatertfam|peirdiaigen God olml Priesters te bidden en zoo ptegelïjlk huisgezinnen! te stichten, waaruit eventueel Priesters kun-, nen voortkbjmten, die geheel eu al kumnelDi beantwoorden (üan de door hetmi gestelde eischen, zoo zij' niet Zelf in bun leven zulk een Priesterideaal te verwezenlijken vier- Imogen, Want nog eeins: Priesters valient nu een|m[aial niet uit den Heling, doch groeien op uit hek volk. 1 i A. v. W., p-r. I V Onderwijsstatistiek. Blijkenns de voorloopigb cijfers betref- jl'ende de aantellen scholen en leerlingen bij[ het voorbereidend 'hboiger- en middel- 'baar onderwijs n!a®r den toestand op $1 December 19(30 Waren er op genoemden datu|m- 56 gymbasila, 1'38 hoogere burger scholen, -waaronder 11 Imjqfc !3|-jlarigen culr- sus en eein gelijk aantel literair-econbmir sche, 40 lycea, 21 jmidd'©lbare meisjes scholen en .45 handelsscholen v,an uitoeni- 42 n H-ans glimlachte. Bieiumin zag met ver bazing, dat d'itlmaa,l hoegenaamd geen al sem in dlien glimlach sdhpol. Hïji keek zijn vriend eeinisi onderzoek-emd aan en knikte alsof hiji het met ziidhizeilf eens W'as geworden over een gestelde v'raag. GemakkeKjll; wiagelda hij zich Ween en Weer in H'ans' schommelstoel] en keek den dokter Zwijigend aan; deZe hadl op een andere stoel tegemovter dein officier plaats genomen en hiad Wiel' iets weg van een biechteling. jjEinlS" vroeg de Kapitein op gerelktem toon. i „En!3" lachte Hans. „Waarde exami nator, ik heb uw1 leer ter hiairtei genoaniein en ben igoed op- |weg, oim anij! ztel'f «in beetje minder gewichtig be achten, dam ik VT,oeg«r p-laoht te doen. Je 'Ziet dus, dat ïk een gewillig leerling ben. Zk> iikf er niet uit alsof ik herbaren -w'as „Jawel ,jalwel', zooiets van aen Beedtt- vierenden Hylius heb je Wiel av[er je.'* „Dus ben je over mijl teviredem'.?," „Zonder gekheid, Schnehtem: ik' ben blij-, dat je nu ®|at opgetteiimdéa' bent, dan ioopende constructie. In liet gehfeel 3Ö0 scholen. l i i 1 In .totaal wterden delzc scholen door 30.367 jongens en 14.036 Imteisjes', salmlen '45.0Q3 leerlingen, bezocht. In 'da cijïers is tweeërlei indeellingi van deze leerlingen gdmla/ikt. Vooreerst kon worden nagegaan lioeveel 'lcerlingten tot dk Qer gpnoe(mldlo schooltypen Impot Wordle-n gerekend, üa.aa-- nevens kon Worden vastgesteld hoeveel leerlingen gylmlnasi-alal onderwijs genieten op gyjmlnasia. en lycda (9545 ieerl.)hoe- velen hoogere burgerschboliondexwiijjs op hoogere burgbrsöhblenlycea of pfdeelin gen h.b.s. van imiddelbaaie imteisjessdhblen ontvangen (26J388 leerlingen), terwijlhier- bij! nog onderscheid is glejmlajakt tussöhen de 'wis- en natuurk'undi|gla en do literair,-, eoonomischc .afdiuclinigcn (respi. 22.499 leer lingen en 33§9 leerlingen); hoevelelnl glei- plaatst zijln in don onderbouiwi Van lyaep en van middelbard scholen Voor inteisjes, welke ,aen h.b.s.-,afdeeüing! hebben (4448, leerlinlglem)hoevelen er worden ondei-We- zen in de klasgen |middölbare imleisjesisohjool van lycea -:en [midiieilba.ro imieisjessehalon (1615 leerlinglan) en hoevelen er tot het handelsanderw'ijls worden gerekend (3007 teerlingen). 1 Uit de aijfers bUJkt, dat on|g|eiveor «wtea talaal zooveel jongens 'als meisjes op .do geuoamdo scholen zijn geplaatst. D© unie ke 'verhouding den- sexen is dus gelmliddcld als 2:1. "j D© inteisjes zEjh over de vterschiBonda schaoltypien edlilller niet steeds in gelijko vorlwuding als de jonglens vterdeeld. Ten uaasjtebij' is dilt Wel het gevlal bijj da gym nasia, de hooglerw burgerscholen |mtet -3- jarigen cursus en dia handelsschblen. Do gyimlnasia «mlvlatten 17,9 pet. der jonglens en 16,6 pet. der fm|eisjeö, de hoogtere bur- glersohiolen imiet (3-jar.igen cursus 4,1 pet. der jongens en 4,1 pet. der [meisjes en do handelssdhkxl'Cn 6,9 piot. dier jongens en 6,5 pet. der (mleisjes. Hier Vinden wij' de reden 2:1 dus ongeveer terug. i Op de hooigjere burgersdliblon |mfet '5-ja* rigcu cursus, Waar- imlear dto de helft Van het aan'dal jongens, dlat voortgezet onder- whj[s geniet, is giepjlaaibst (5-4,8 pet.), vindt mlon daarentegen slechits ©en derde gedeel te van de |m|eisjes (33,5 Ipot-). D© sexen verhouden zich' hier als 7:2. Olmgekeea'd gaan op de lyeela, fwlaaronder enkaio instel- Lingten speciaal voor (nteisjes, nlalar vtea-- hiaudimg pi|eer imiais-jes. Immers 16)3 pet. dor jongens en 24,4 pet. der imteisjes is daar geplaatst. Hier Verhouden zich d© sexen ongeveer als |3:2. Van de Imleisjies bezoekt ongeveer 15,1 plet. de jmiddelbarei imieisjossdhiolcn. 3a|m|env|attend 'ltan Wlorden vastgesteld dat laatstgeuoeimöe scholen Imlet de lycen dat gedeelte der |m|eisjes lopjviangen, dlat aan do hoogtere burgersdhbol imlet 5-jarigen "cursus antgjaat- I i,I I i De 'thans geboden cijïfers geven sledWts ©en globaal overzicht. ÏNladere bijjzbnder- •heden zullen tezljhertlijd 'in de statistiek van hot voorbereidend hooger- en imfiddol- ,baa,r onderwijs worden opgeno|m(en. BEjkens de Voorlobpiiga oijfers vlan de aantallen studenten der univ'ersiteiteini en hoogescjholen telde ons land in het studie jaar 19130/31 <12.061 studenten. H|eit Vorige jaar bedróieg! dit getel 11.489 zoodat er -een taenelmlng van 5' ptefi v|alt te öonsta- toeren. Deze veijmfeerdlelring, wtas ©vjen ,ri(ejrk bij de inlannelijke als bij de vrouwtelijko studenijen. i 1 - Het aantel studenten der hbogtebohblen na|mi naiar vca-hauding Veel sterker toe dan dat der universiit|edten. Terwijl bij| do unil* versiteiten een groei Van 9140 opi 9465 studenten, dus imlet 3.6 plet., valt wjalar te ne|m[e<.n, klolml het getal studenten deï hoog'esbhblen van 2<3i49 tot 2596', dus infet 1.0.5 pet. j i [Een nadei-0 beschouwing loert, dat pro centsgiewijke bij- de Technische Hoogej- school h'et belangrijkst acteres Valt wlaaï te nemlern, n.l. mlot 12.7 (pot. Het getal stuf denten der Landbouwhoogesehbol ateeg Im'et .8.6 pet. Geien der universitaire Sjbj- culteiten kan opj zoo gitooten giroei bogen. Do 'faculteiilen der letteren en wijfebiegteerts zagen halar stuflentental nog het sterkst, n.l. |m|et 5.4 pot. toeniejmlen. Het poroentage vrauWelijke studenten bedroeg in het studiejaar 19|30/'31 laan de universiteiten 21.0 o/o en aan de hooge- schoten 4.4"/o. - Bijzonder groot W!as het Ptintal vtou,'- iwtelïjke studente" hl de faculteiten der letteren en wïjtebegeorte n.l. 46.7°/o; ook in de vereenigde faculteiten der wis -pn natuurkunde en tetteren en Wijfebegeierta (studie der aairdrujkskimde) wlas het Woog, n.l. [3ig.Go/o. Daarnla volgen de ïhoulteiten der wis -en natuvui-k'undei |m|et 28.1 o/o en der [rechten |mbt 21.7 o/0 vrouWblijkc stu,- denten. Voor dlei overige faculteiten golden laatst." Hans zat voorovtergebogen, hoofd omlaag, do oo-gen op den Vloer gevestigd ©n de armen om de khjieën ge slagen met saamgevouWlen hjainden. Bemimin hessehou'wd© hem aandadhitiig. Geen spier had' zich bewogen op Schne- hsn's geziioht, terwijl hij- sprak', maar toch' leek het of ©r ©en bijiZotndieirein glans afstraalde van die knappe, m'anne-lijkte trekken. „Ik heb geluk gehad in mij-n praktijk', d. w. z. nog niet, maar er is lidhit' gekomen in. ®en duistere kwestie, èn daar hen bl'ij om. De hoofdzaak uurtje bij jou, Remmin. Zaam op mijl gewerkt." -Remmoin 1-aohite„Dus ab ben je dok ter geweest, Sobnahien1?,"1 H-an's hief het hoofd' opi: „Ja, Wa achit%, Remjmjiin, dat ben j*g .gö'wieiast.' De officier stond op' en rukte aan Zijn uniformkraag. Hliji gevoelde zich b het hart deed hem pijn onder de blin-' kende knoopen. Hliji sloot de lippien vast op elkander en Zette rijn gezicht in den geWlonen plooi van onvf©rsohiilli|gh©id. Maar toóh klonken hem d-e laatste Wloorden- yan Hans nog gedurig fa de ooren. Die waren fa vollen ernst gesproken en duidden op meer on dieper. Z-akier, dat had eip van moeten [kamen, doimkbp ,die hij |was, .dit het ik Iwas ©öhter dat Dat heeft h-eiil- 'de Vollg'en'dei percentages|gene|eskunde 1Ï.4 o/o handel'Swetbnschlapjpen 6»/o, theologie 5.1»/o, 'rechten en lettea-en en wljfe-beigjaertlo (Ned. Indisch reolhlt en indologïsehe. aljndio 3.90/0, Veearisenljkunde 0.6°/o (slechte 1 studente). Aan (tel Hiandelshoogesohblen bedroeg hlet pii-oeent vrouWeljke studenten 5.90/0, aan de Teelmis'chtei Hloolgesch'cpl i4.4o/o en aan do LlandbouWhool^esdlifool 2.G0/0. j Broederdienst. Terwijl hij zich hukte om den [bril op -te rapen, dien Bjobby hem spelenderwijs' van don neu-s had geslagen, daeh't Karei! piose- ling er aanlli oe bij- zióh' reeds sinds wielteu op dit bezbok aan z-ij'n broer had v-erlhienigd. Zes jaar lang Was ,hiji bijna onopkldudelijk op reis geweest en wanneer ja dan ge dwongen bent, voortdurend omd-er vtaeim- den (e vaifeerem, dan dank je er weieems met een tikje weemoed' -aan, dat elr; ergens in Holland ©en eigen broer van je woont, die getrouwd is en zich een gezin h|eeft geschapen. Op een meter afriands vochten tiwjee klein© meisjeis -zijn bloedeigen nichtjes eon aardig intiem zusterlijk twjtetje uit, waarbij ze elkander in neus en -armen, kne pen ©n een oorverscheurend Inddaaieuge- hu-il fuitkrijschten. Vanuit d© keuiken klonk da vinnige bitse stem v'on Annie, zijn schoonzuster-, die haar echtgenoot opriep: Z-eg, Piet, zou je mij- ni-eit eens ^kom'en helpen?. B-en jo van plan dien luaelcin avond in je luien stasl: te blijvlein zitten? Piet mompelde iets tussOhen zijn tanden en bepaalde zich! er. toe ewi be-stiraffeind woordje te richten toit z'ijn oudsten Zoon, dio zijn vingers in den jampot lidd gesto ken. i In de deuropening verscheen Kei zlure, ontevreden gezicht v'an Annie Rbselfag, Hoe is 't nu, Piet?, sniibd-et Ze. Ja hebt me toch belootel dat je den boel in do Keuken zoudt opruimen]? Ik ben doodmoe van het braden en bakken. En dan tot haar ZwiagerKarei, als je thee wilt 'hebban','moét je zp zdl'f maar zetten. Je w-cet waar de waferkeltóli en 'de Iheebus staan. Ik moet d© meisjes naar bed brengen. Karei Roseling slaakte orpnieuW' eon zucht en dacht er met iwialgevial-len aan, dat hij binnen acht dagen w'eeir tussdhen de wielen zou zitten, op -weg naar. Poten, A propos, Karei, leidde Piet opeens zijii gedachten af, je kunt m-a ©en stóldzamen reuzendienst beWijzen. Er 'kamt straks iemand, die me al hékhiaallldelijkf ges vraagd heeft, boeikhioud-er te: wiordieu in zijn ijzerhandel. Omdat hij zoo bleef aan dringen heb ik' al zoo half' en. half toe gestemd. Maar achteraf bezien, doe ik 't toctil maar lievpr niet. De betreklkfag, dio ik nu he.b, ma.g dau wel niet Zoo „vlast'* Zijn!, maar ze levert me nogal aardig wat extra's op. Kom jij' m© dusi vanavkMid eens Hink te hulp. Karei Roselfag. knïïrte teestemmend. Met' all© genoegen, Zei hij: onvleir- scliilliig, terwijl hij' rijn been-en trachtte los te maken uit den greepi der mollige kindarknuistjes. Toen 's av'onds d© ij'zerliandelaor v'er" scheon stak Karei van Wal: Mijn broer heeft me verbeid, Zei hij, van het aanbod, dat u hem gedaan heib-t. Ongetwijfeld een heel mooi aanbod!.... Maar de k'w-estie is, dat ik mijn! broer heb afgeraden, ar op in te gaa-n. Ilkf shjeb n.l. iets veel' beters vbor hem! De maatschappij Waarvoor ik reis, gaat .een filiaal oprichten in Heiland en nu be staat liet plan, mijn broer fat directeur te benoemen. De ijz.erhandelaar informeerde belang stellend naar de vooruitzichten, welke: de nieuwe betrekking b'ood, stelde daar tegenover de levenspositie, Wellkfe Karei Roseling Zich in Zijn ij'zerhandel ,zou kunnen verwerven. Doch tegen de argumenten, die Ka- rel opwierp, liepen alle betoolgen ta plteit- ter, en tenslotte moeslt 'de Sjzerliandelaar onveri'ichterz'ak'e heengaan. Piet schudde zijn broer w|arM de haind. Je hebt me een reuz'andiansli Ite- wozen, ouwp jongen, dankt© hij. Jjk kan het extra-geld, dat mijn tegenwoordige betrekking oplevert, heuscli| 'heel' slecht missen. Nadat hij met den taxiroha.uffeiur had afgerekend, stak Karei vroolijk fluitend den sleutel in liet slot v'an z'ijn huisdeur. Zooals altijd, wanneer hij Van een verre reis thuis kwam, vond hij' 't een heett-Iijk denkbeeld, weder zijn eigen kaariers te niet dadelijk te hebben begpap|en-, cm dub bele ezel, dat hiji .er nu nog verrast door IWas. - 'l „"Wiat i-s je laatst© sport, Rieanmin'?," „GeZondlheidsle©i-, getaakkalijlklhieid." „Zoo, zloo! Dus een vfeihlardc jon|^ -gezel! Een gezOndhrid-s-lhypoohloindi'ist!. Ha, -ha, 'haE|u dlan zooi door en door gezpnd te zdjlu ,-als jij bent, ffiemiminl"! „Ik leef zdodanig, dat ik' mijh gezond heid in eere houd en miaak heit mij'Zoo gem-akkelijlk' mogelijk hovendlan. De dienst 'brengt al ongemak genoeg. Voor ons." H'ans Keek hem nu op z'ijln be|U|rt! lang en onderzOeikimd aan. „Wat ben je vandaag ponnimiisitiöcihi, kapitein! Heit schijnt, dat iwij" van- rol'len verwisse!ld hebben. Maar iwiacht maar: ik ben nog lang nfet „Wiaterproolf"hht Kan weer veranderen. J© Kent mijl", „Wat duivel, wil je mjji nu mijn ge moedelijke 'levensbesdhoulwfag afhandig maken, dokter]? Dat zal j© niet lukken, -amiceik ben niet z'oo grillig als som mige mensehen. Vertel miji maar Ifevler iets nieuws. Iets pilkianfcs, een hieuiw© mop." Hans ging schijnbaar achteloos naar zij'n schrijftafel, om een paar boekten op hun plaats te byengen. „Veel bij'zOnidea-s weelt ik niet; hiot.is alles hij hot oude gebleven. Ik beta e|en betreden. En des te nieicf yiaardeiai-d© hij het eenvoudige Vrijgezteltenhome sinds ('t was nu twee jaar geleden) zijn geizlnsid-aar len na het bezoek aan zijn broer Pi-et ©on gevo'eligen k'üak hadden gelkrogem. In de vestibule struikelde hij pvto een grooten ldo-flfea-, welk© daar .vrij- on handig Was neergezet. Verbaasd vroeg hij zich af, wat die koffer beduidde, toen reeds zijn oude hoepita ham tegemoet kwam. Haar gelaat stond vrij koel en strak'. Ze gunde zich nauwelijks den tijd hem be hoorlijk te verwelkomen. Er is bezoek' voor u op Uwl kamers, lichtte ze h.em tamelijk onvriendelijk in. Een d-ame uw schoonzuster geloof ik) met drie kinderen. Ze zijn nu al vijf dagen hier, maar ik' hoop', dat u heel gauw naar een andere Woning voo-r hen zult omzien. Karei Reseling stond als met stomheid geslagen. Zijn schoonzuster rnieit drie kinderen op zijn kamers Al sinds vijf da gen Wat moest dat beteeKenen.? Toen hij d© deur van de zitkamer op'ein- de, trad Annie hein op- den drempel tege moet. Haar gelaat stond nog zuurder en ontevredener dan ooit. Kare-1 schrok. .Waar is Pi-et?, vroeg hij. Hij zwerft het heel© land rond om een baantje te vinden. .Wjant de fibriek, waarvoor hij werkte, is failliet gegaan. Nu staan w© op- straat. Karei moest zich aan de deurpost vast houden, om niet te vallen. Piet zijn baantje kwijt'?," steunde hij. Het is niet te geloovienl Met haar sdhierpe, stekende oogen keek zijn schoonzus-ter h-em doordringend aan. Piet is zijn haantje Kwijt, en wij zijin zonder middelen van bestaan. Dat is grootendeels jouw schuld. .Want als jij op dien bowugten avond niet zoo heftig tetgen den ijzerhand-elaar wlas te keer gegaan, dan z'ou Piet de betrekking in den ijzerhandel waarschijnlijk todh w'el nebben aangenoinon. Het angstzweet stond op- Karei Hose- ling's gelaat. Vanuit de aangrenzend© kamer klonk- het' geluid van brekend glaswerk, gevolgd' door een luid-en triomf kreet. ii Natuurlijk dacht hij' eu- niet aan, zijn zure schoonzuster met haar drie bengels bij zich te houden. M-aar hoe geraakte hij v-an hen ontslagen'? Annie zou de heele bu,urt op stelten zetten! K-ar,el Roseling verw'ensehte den broed-erdienst, dien hij -aan Piet bewezen had. Door den ijzerhan del-aai- de deur te wjj'zen, had' bijl Annie met haar drie snoeperige kindertjes bij zich binnengehaald. Karei Roseling zhehitte nog ©ens. .Van uit de benedenverdieping klonk een schril le angstkreet. -"Rloh-by was, in ©en gepre pareerd tijgervel gehuild, plotse-lling de oude hospita oip het lijf gesprongen. En dit Was nog maar het begin der ellende J. C. W. DUNGKE®. Een sfroopersdrama in de gevangenis. Wiaa-rom hij vast zlait, doet hier niets her z!ake. j Zijn naam moat ild ook verzwijgen; iin de gevangenis was hij nummer 179; ik noemde hem „Da Vo-gel". Op den rand van hlet hosohl gabonen, zoon van een v'ader dia als WiMstmooper bekend stond, liep er jagersbloed dloor zijn aderen, dat bijlzonder aan 't jeuken ging wanneer Jieti vogels gold. Bid w'ii daarmee niet bado&le-n dat hij- nooit de hand uitstak naar „wol", en zich enkel mot „pluimen" vergenoegd©neen, nooit liot hij' eensohoone gelegenheid vtorbij' .gaan om 't is eender wiellK -wild, vlast te Krijgen, doch rijh specialiteit bestond in 't stroopen van patrijzen en JaZauiten, daarin was liij vakman en Kon niemand hem te boven. V-an zijn kinderjaren af, wlas bijl als „Toofvogel" geboekt; geen n-est stond' zOo hoog of hij wist hef te genaken, zoo wel weggeborgen of zijn Speurzin wist het te ontdekkende lange, veelkleurige eier- Kr-ansen, di© 'Ih'uis den schoorsteen ver sierden, legden getui-gemis a,f! -van zijn v-uardigh-eid. Fladdepdle er fa die, Kerk, on der Mis of Oateohismusios ©eni muisch of z'w-alttw rond, hij allereerst h-ad Za gezien, en al zijn aandacht vloog met do vioigels mee. Des winters1, hij snceulw1, mocht hij er op boffein meer vinken,, roodiborstj-eSI en merels te vangen ,dan al zijn sohoolmak- Ke-rs. Groot.er gewlordm, besteedde hij- al den tijd die er ergens Kon aflgenoiUan iwöixlen, om sijsjes en lijst'erd vast te krij gen; en Zoo, geleidelijk, klom hijl totj d-e hoogste spprf vla,n de ladder, tot Üe vMlm»- paar dagen fa Neuenstadt gewtoest; 'da|t is alles."1 - j -j „En hoe m-ak-en d-e mensdhien Wat daar ginds'?,"- -tl! „Margare'thia Ktomt vknd'a.ag n-aar Han nover; zij gaat hij die lamiilii© Göben logeeren." 1 De officier stond Kaarsrecht, als Vast genageld aan den vloer. Hem fkuWIbllbs- jo verfde Zij'n maiger -geizicht. Hlans ging Weer naar zij'n schrijftafel cn hield zich bezag met h'et ordenen v-an z'ijn (beklemh|ij fceek zijn vriend' ni-et aan. „W-at -weerga! -Wlaiar heb n.u mijn notitieboek .gelegd? A'h'a., daaa- ligt hielt. ]Wiat z'ei je, Remmin,?"-' „Ik.?, Ik Zei niets.": „Je gaat todhl Zek-'er ook eens oeoi visite maken bijl de Göben, j« kenlli de lui immers v-an SahWarZfelse-n'.?" 1 „Zeker, destijds verztoohf d© oud© heier Göben mijl hem eens te 'kbimien blezlae- ken, maar dat heeïlt geen h|a-ast." „Geen haast Ik cjadhit zbo, als je nu een visite maakte ,dan Werden iwijl nllioht tezamen uitgenoodigd, .w'a-t niet zio© on aardig zOu z'ijn, dunkt mij."-, „M-aar ken jij de familie da,n al.?, Ben je al daar aan huis gefweest'.?,"; 1 Hans lachte ©en w-efaig ytarfegen „Neen, ik' heb d-e m'ensdhien nog nooit gezien." - - king van zijn vfak; 'li stroppen Van tónzleH en konijnen, kwakkels, p-abrijZen en fa- Zanten. 1 1 Ziet ge dien natuu-rm'ensoh- binnenvaH-ein in een gevangenis, dien wildzang aoKtier de traliën zitten van een oei! Daar, in die menschten-volière, .bleef De Vogel zijn jagersvuur onder de- asoh smeulen; in het l-apje lucht dat kern! ge gund' werd, konden zijn seh'erp-e spe,ur- oogen vogelen ontwaren, waar andenem niets zagen; hij bestudeerde d-e seizoenen, nam wind en weer, regen -em z'on i.n achit, mot de herin-neringen van vroeger die ©r fa,al en b.ezielifag aa.n gaven, en helt ge vangen-zitten zooveel te pijnlijker deden gevoelen. I Va-n uit zijn wamdelhbkje loerde hij' naar d© eerst© en laatste Zwaluw', fais- terde n-aar '-t geliriskras deu W-ilda ganz'en op hunnen doortooht naar bet Zuiden, be spiedde het trekken der leeuWterildbeoi door de grijze "herfstluchten, wist van lijster- kooien te sp'rekan die bij v'alaviomd ortetr de gevangenis gestreken Wanenkortom, d-a gekorttvleugelda ,vfeiJwijlde dag ©h nacht in d-e gevleugelde Wereld. Om hem' een bezoek te breingm dat kan plezier doen, moest men spretóm over hosoh en veld, hei en wei, jaOhiti en wild; hemi laten Vertellen over zijn khepian <-n listen om jachtwachters te VarZdhaJlken cn vogels fa knippen; luisteren moest men, en den meester les laten gCVein oVer de „stropkunde"laerea van hem hoa-Ihiooig de stroppen moesten gesteld wlorden vbor da v-ersohilfende soorten Van wlild, hpe wijd het oog van di© stroppen moest zij'n om zeker te zijn van zijh stuk, waar z© moesten, geplaatst worden, w'ellk' weScr "t vooi'deeligste was, enz. enz. Nooit was hij over z'ijn. vlak" uitgepraaten sprak hij daarover, don herleefde d© mlan, hijl fa zijn 'hok als beigraven üiag, d'a-n glinsterde bet in z'ijn oogen, dan trilde die stroom der bezieling dooi- zijn zenuwiemneit, dan Stond gansehi 'zijn wild -verleden Voor hem, dan v'emgat -hij he-t droeve heden, en pinkelde er een straaltje hoop- aan den einder Van de verre toekomst. Het fged'rag van De Vogel- IwtLS goed 'in dio gevangenis, er Iwerd helm derlhjalvie de toelating 'geschonken een sijsje in Zijin Oei te be-zitten. Dat beestje twlerd' natuurlijk vertroeteld alls een ©énig kindje, en zoo was 'hij jn het beZiit van 'hennepzaad', een Ware lek'k-emij ivoor alle slag vlan pluim- gédierie. Bet viel Voor dat 'hij ©enig© klor- reltj-es v-an dat Zaad op den dretrnpel! vlan zijn celVenSterfjjie strooide, onl vogels to lokken, ©n al'zdoi het genot' te smakletni zla daar vóór Zijn ooigem te zien ipndtippalen, en ihfet verleden op di© m'anier te- hlefdenk1- bein. Z-eKerien d-ag kkxmlt ©en -kopplell! duiven h'enij begroeten-, hat zkad oppikkein en al roek,edekbie©nd hein bedanken. Natuurlijk stelden die kerels zi-ch inlet één bazoek niieifc tevreden, d© beetjes die zU daar te happen 'Kregen wa'ren to lelcklar, zla Kwiamlen dage lijks terug om' getrakteerd to wórden. Het is ook gemakkelijk te verstaan dat onz'a 178, die als „roaflvtogel" fa de wlegl was gelegd, niet zloo onnoozel wlas in ziw'aet Van Zijn aansohijh t© Weaken 01m: dia dui ven hun krop' te v|ull:en. Hij Zat op een -ander plan te broeien; bij' zóu z-a van gen cn OpetenJa, imaar, „Zooi gaZeigd zoo ged-aan" kblmf fa d-e gevangenis Zelden'vlan p-as, en „willten is kunnen" ils ©en sprejuk die, tussch'en de viier muren, fa 't zóut mag gelegd Wórd-en gelijk de snij-baonn! Duiven Vangen en opeten! 't -Wias een stout bedrijf om in 't Hoofd' Van ecu gevangene te ontkiemen! En hbt uillivó-eiren dan? Hoe.?, -Wanneer.? Öp dat stuk', alvo rens hot uit te voeren, mioeigli geslapen worden. Ein hij sliep' er op/langer dan ©en kip die broeitöfadeilijk w'as zijln plan rijp, hij zóu Zijln slag dlaan;' d© Kans .Was 'te schoon, d© brokken Wapen ta 'fijn! Al iwla.s zijn consoientie Wel! wat stevi ger dan kladpapier, er ktieWeldc daar t-ocli zoo- iets fa Zij'n binnenste, dat hieirj praamde zijn plan te laten viax-en, om re- dlen yan dit, om reden vlan dat, een soort ■appelflauwte di© Zijn 'Korsfiig ge|weten scheen te beroenen. Doch D© Vogel ging er m-et vui-l-e v'oeten dioor ©n m-aak-te Iteut spel met die oamooZeil© aarzieliingen. 't Is zei hij, omdat men fa 't klot zoo flauw, staat, dat 'n mensCh zoo'n weifelende ge dachten in zijn Kop kan kirijlgen! Dat het nu reisduiven Waren die ik' ging opeten, da,t Zou niet' gepermitteerd rijn, maar '.t zij'n luxe-dui-vtendie moeiten aangaziieii worden -als wild, zóiowel allls d© patrij zen en de 'fazanten die ik vroeger buiten geknipt heb. 't Zijn iuiiSsCh|Len duiven van den directeur, 't kan zijn ja; ma-ar dat staat op hun Zwfagen niet te le-zen, daarbij die Zullen zoo goed te vangen ©11 te verteren zijn als ander». Neen, er vlalt 1 1 .1 „'Er is iets gebeurd, en Ghelta is er bij' fa het spel!" d'aahlt Remmin. - - „Hf ga nog een uurtje rijden," voegde hij- er luide bij'. 1 „En wanneer zi© ik je terug'?/' vroeg de dokter. 1 I' i I „Vanavond ,fa de kheip?/'; I „Goed! Adieu 1" I Den volgenden middag bracht 'Hans ©en hezóek bijl d-e familfa Von Göben, aan d© Tiergartenstïiaszie. Hdji trof dén president alleen thuisd-e mleisjes waren uitgegaan. Een poos lang onderhield hjij ziéhi met den ouden heer, Wtenld gejeSt- kr-acht en goedheid hém 1-eVendiig aan Zijn vader herinnerden. Blijha 'kion hjj- zljtó ge waarwording niet meer meester bl5j!ven, toen het eerwaardige, grij'zle hpofd zi'clb vriendelijk tot hem ovterboog. Depre sident vroeg vól belangstellliing naar ziij-n praktijk, sprak zonder 'frasen en fa het gejieel niet vormelijk, maar zfon ©esUvbudig, zoo vól Waarheid, dat Hans dezle "ogen blikken lang in herinneriihg bleven. Toen h'ij eindelijk opstond, «m hieen 'fa gaan, noodigde de oude heer ham zóó vlriiendle- lijflc uit, om 's avonds te kjomeni eten ,eai drong zoo hartelijk1 aan, toen d© dokter aarzelde, d-ai daze ten i|a,aksfe m|af ge noegen beloofde te z'ujlein kjomlen. 1 (Wtoffdit yeawloligd.)!

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1932 | | pagina 5