NIEU\ Verkeerslessen van den A. N. W. B. ZATERDAG 2 APRIL 1932 NIEUWE ZEEUtWSCHE COURANT VOOR ONZE VROUWEN Plaatjes met praatjes. feuilleton Steeds hooger. 10c les. Verteer van rechts gaat voorJ ANWB TOePlSTENBOND VOOR NEDERLAND In de achtste les ihlebben wc al geroerd, dat het verkeer van rec|hlts den yoorrlang heeft. M I j i Die regel is gemaakt, o|m|dlat .op een kruispunt voertuigen off fietsen, .die van verschillende kanteen komen, niet tegelijk kunnen p'asseeren. 1 1 i De wielrijder opj het linker plaatje doet het dus goed; hij' laat de groentekjar, die van rechts komt, plasseemen en 'hüjl is daar voor van .zlijjn ïiets gestia|pjt. Dlat klan nie mand anders zïjjn dlan sli|m[m|e; Jantje en het meisje, dat ofpi (hleit1 trottoir sta'at te wachten tót zé veilig kan oversteken, is natuurlijk weer zijn verstandige Zusje EulaÜia, Op het xe,cjhter plaatje doet Piet opi rijn fiets het verkeerd en hij komifc leelijk' in gevaar1. Zijh. voorwiel heeft ial een trap van het jgialard beet en jhfet is zïjh eigen schuld als hij1 een pngeluk krijgt, w'ant hij had den landetr moeten laten voorgaan. Soms zïjh de straten of wegen bij een kruispunt of hoek zooi smal, dat h'eh (m(oei- lijjki is bijtijds te zien, .of er van den ande ren kant ook iets alan komt. Diaak.olm) zlal een voorzichtig,e en verstandige ï'ietsifer, chauffeur of' voerman in zkro'n gevlal zïjh vaart minderen en het kruislpjunf langjzlaalni naderen, zoodat hijl dadelijk stoppen kan als da.t noodig is. 'Siomtóige menschen laten het verke|ei' van rechts wel voorgalan, maar blij1 ven cp hun fiets zitten, hoewél zé bïjha stil staan. Dlat kan gevaar opleveren, want met het voorwiel Imtaeiten dan allerlei be wegingen worden gemaakt oimf .het even wicht te bewaren en dajardoor wlorden dan weer anderen gehinderd. Acrobatiek op de 'fiets is altijd gevaarlijk. Menschen met lange beenen kunnen met éélnl voet opi den grond stil staan en tpich op het zadel blijven zitten en kunnen dan dade lijk weer doorrijden als de verkeersagent het teek'en geelt, maar wie niet ziulkle lange beenen heeftx doet betier af te stlapi- pen. Je 'zit er gauw genoeg weer opi! zachtjes te vertellen. Grietje luisterde gespannen toe, maar ze kon. niets ver staan. „Moeder sprak zoo zachtjes natuurlijk over haar." Toen dacht ze weer aan de zakdoekze haalde 'm onder het kussen vandaan en gooide 'm onder het bed; daarna ging ze stil liggen. Buurvrouw kwam met moeder de gang door. Moeder deed idje Idfehr van 't kamer tje open en z'ei: „Daar ligt nu onze luie meid." Moeder probeerde het lachend tie zeggen, maar Ze liep gau'w1 naar de huis kamer terug. Buurvrouw ging bij1 Grietje's bed zit ten en vertelde opgewekt vian de ondeu gende streken, die haaar rakkers weieir hadden .uitgehaald. „Manr, ik sla» er mee de mattenklopper op," besloot ze. Daar moest Griet je tioeh wel om lachen. Toen buurvrouw de mannen 't pleintje op zag komen liep Ze het kamertje uit., ter wijl ze riep: „O1, m'n erpels, m'nen bans!'! V oordat vader en de anderen naar hiet fabriek .gingen, kwamen ze nog eventjes bijl Grietje kijken. „Zeg vader, deinkt-e- vana.Vond nie. Den. dokter komt", Vroeg 't meisje. Vader bromide wat. Sjen en Bet kwamen met appels aandragen. „In dieën dure winkel op de Ginnikestraot geh'aold",, Zeiden Ze. 'Om halif tw'ee gingen ze naar 't fabriek en 't was weeT stil in 't buisje. Alleen buiten op 't pleintje joelden enkele kin deren. 's Avonds kwam de dokter. H;ij bad 'n paar instrumenten meegebracht en onder zocht het meisje voor de tweede keer. Op Zijn vraag, hoe of ze at, Zei moeder wanhopig: „Zelfs deze lekkere dkige, mot- se nie hebbe", terwijl ze op 'n schaaltje abrikozen wees, 't geschenk van buur vrouw. Toen lei de doktér in 't gangetje in korte woorden uit, dat Grietje T.B.C, h'ad. „Tering", zei hij1, to,en moeder niet- begri/pend d'.r hoofd schudde. 't Was ai in 'n ver stadi|um. 't Kind moest er heel lang mee geloopen hebben. ,,'t Is np winter", zei hiji, „dus kan z'e niet buiten, maar als 't eeniigazlita kan, moet ze in de frissch© lucht liggen. En dag en nacht de ramen open." Nadat de dokter nog eenige aa.nwijzim. gen gegeven hiad, ging hij weg. Buur vrouw k'wam onmiddellijk aanlaopen. „Enne.... w-at is 't?" vroeg ze. „Tering", zeii vader met 'n Zütht en moeder begon te snikken, met d'.r schort voor d'r oogen, 't hloofd tegen de muur geleund. „Och heerelieve.... tering!" riep buur vrouw, maar ze maakte d'r zin niet of. Moeder was naar de huiskamer geloopen. ,,'t Is jullie schuld", riep Ze, „jullie schuld mee oe verdommese dordrijiverij. Da kind most en zou naor de fabriek. Nou ligt ze d'r..." Bet en Sien zeiden niets. Slien ging do huiskamer uit en Bet plukte zenuwachtig aan het tafelzeil. Grietje is gestoxveu. Op 'n druilerige, regenachtige morgen ie ze begraven. Toen de kist het huisje uitgedragen w-end, be gon moeder hardop te snikken. Met mee* warige gezichten stonden de menschen voor fop® huisjes. Langzaam reed de lijkwagen naai' de kerk. Twee kransen hingen er aan: „Vian je ouders" en „Vian j© oudste Zusters". Vader, moeder1, de zusters en enkele fa milieleden volgden. '(„(lïjd/sohr. voor R.-K. Ouders") De Ring. Zij stemden beiden aan het station. Zoo dadelijk zou ;de trein binnen stoo- men dip hem, meevoerde:, Albert, dis voor hen beide; wat' beteekende. Natuur, lijk beteekende hij veel voor Mies, zijn vroolijk zusje. Zij was nog maar epn bakvisch geweest to;en hij heenging en de groote reis aanvaardde, ze was; nu een jiongiediaimie'. maar even vroolijk pn onbezorgd als toen, i En hij beleiekende ook iets voor Nek ly haar vriendin, die vroeger ook zijn speelkameraadje was geweest, Maar dat was nu al voorbij. Al had Nelly haar beste vriendin niet kunnen, weigieren mee t,e gaan om hem af te halen, Als ziji het had geweigerd zoujmen er misschien juist iets achter giezqcht hebben. En daar stonden ze nu te wachten op het binnenstoormen van den trein. Toen dan eindelijk de trein binnen kwam, daar wuifden zij beide naar, de coupé waar ze, hem zitten zagen en hij wuifde terug naar twee fnssche vroolijk/e jongeda mes, die hem verwelkomden. Maar de trein liep nog 'een heel eind door tot heel aan het eind van het perron en toen zij er bij gekolmuw' waren, was Albert al uit zijn coupé gesprongen, hij stapte resoluut op Nelly toe, en kusite haar dat het klapte, j 0,i Mies1, zei hij, ik zon je dadelijk uit duizenden herkend hebben, wat zie je er voordieelig- uit. Nelly was doodverlegen en wist de •eerste pogemblikk.en niet wat te zeggen, maar reeds was de werkelijke zuster van den «teruggekeerden broer ook naaï voren gekomien ien la,chte: Mijnheer Albert zal toch zeker het vriendinnetje van zijn zuster! ook nog wel kennen. Maar natuurlijk, riep hij, zich er toi bepalend haar d© han'dhe drukken, maaï natuurlijk Nelly ken ik je nog. Ook uit zooveel duizenden, ant woordde zij vroolijk, nu ik zal het maai gelooven, Tetvijl de teruggekeerde broer zijn bagage-recu aan de witkiel gaf. richtte de vroolijke Mies eenige woorden tot haar vriendin. Hij, haar broer verwissel de hun met elkaar, o, dat kon een leuke grap .worden, die moesten zij nog evien volhouden. En toen Nelly prates teerde;, noemde zij haar „flauwerik",, dreigde ze en smeekte ze, tot Nelly et eindelijk in .berustte, Maar over pen uur zoo bedong zij, zou men hem de waarheid, zeggen. Een uut dlat leek die vroolijke Mres lang genoeg om haar broer zoo heet te nemen, dat zij hem later met zijn grappige vergissing minstens een, jaar kon plagen. Ze gingen nu naar een restaurant, want er was afgesproken dat zij eerst in Amsterdam zouden dineer en, voor zij den triein naar het provinciestadje na men, waar ze -einde.ijk thuis waren.. En nu had de zuster van Albert, die zes jaren in Indië had doorgebracht, een soort plager,g genoiegen edn z.ch niet van een bijzonaer aanminnige kant te laten zien. zij was da jongeman een beetje al te sarcastisch, al te vrijmoedig ook. Hij bleef in haar de vriendin van zijn zuster zien en had gpen oogenblik het idee dat hij .voor dan mal gehouden werd. Er waren drip kwartier van het uur cm. toen Mies, die tot nu toe voor Nelly doorging, zich even verwijderde van tafel, Nog een kwartier, fluisterde zij te gen haar vriendin, ik heb nog oen kwar tier, je verraad me niet hoor. Toen Albert met bet meisje alleen was, wendde hij zich levendig tot haar en ziei'die W,ajt een desillusiewil je wel gelooven, Mies, dat ik me je vriendin heel anders had voorgesteld Maar, ze is heel lief, ik verzeker je dat,.. j— Ja, dat zal wel; maar, ze is ver anderd. En jij bent ook veranderd. Meen je dat Toen ik wegging vervolgde Albert was ik heel blij, lat jullie zulke goede; vriendinnen waart. Uit je brieven las ik ook steeds weer met genoegen, dat ld® vriendschap bleef en jullie nog jnieier onafscheidelijk waart geworden dan vroeger. Ik wil je nu wel zeggen, waarom. Jij was vroeger altijd zoo'n wildebrbas; zij was zoo lief en bescheiden, meer vrouwelijk. Ik dacht, zij zou 'n goeden invloed op jou uitoefenen, ten ik meende dat ook uit je brieven te kunnen opmaken; nu vind ik jou terug, zoo lief en zoo aardig, als ik me haar altijd baad voor gesteld. Maar, drommels, waarom stelt ze zich zóo aan wat doet ze onecht Neen, verdedig je vriendin nu nietze is anders geworden, heel anders dan ik me had voorgesteld. Maar, dat is afschuwelijk, riep Nelly wianhop.'g. Ik mo,et je zeggen Neen. neen, zeg maar niets! Ik zal wel onbillijk zijn, Maar weet je. Mies, ik heb ze als ik in de binnen landen was. pen zoete droom' gedroomd; ik meende, ik dacht, dat .het iets zou worden tusscben N'elljj en mij. als ik terugkwam. En weet je. ik kocht gis teren in Parijs een mooien ring ik wilde haar idien aan den vinger steken, maar dat doe ik niet; die ring moet jij nu maar als 'n cadeautje aannemen. Ik heb voor je^vrjendin wel een an dei- cadeautje in mijn koffer. En de voortvarende Albert nam >een doosje uit zijn vestzak en z'eide Hier, steek dien dadelijk bij ie. 2e is me al zeer tegengevallen. Maar, Nelly pakte den ring niet aan. -- Neen neen, zei ze zenuwachtig, je kunt mij dien ring niet geven, je weet niet je weet niet wat je doeft Wat, zou jij dan willen dat ik hem toch aan Nelly gaf en hem haar aan den vinger stakneen. neen dat kan ik niet doen. Nee natuurlijk, dat zeg ik toch niet. maar je vergist je, dat is, dat is,- o. ik weet niet wat ik zeggen moet, mijn heer Albert ik schaam me zoo. Albert zag haar verbaasd aan. Hij be greep haar heelemaal niet meer. Op dat critieke oogenblik trad Mies eensklaps achter hen. .Wat, zci-de zij, hebbtn broer en zus nu al one enigheid, nee maar dat is toch ongeloofelijk. Ja ontken net maar niet ik zie het aan jullie gezichten. Och, schei toch uit, riep haar vrien din wanhopig, hij wil mij een ring geven als cadeau pit die kan ik toch niet aan nemen. Een ring, iukldc het antwoord, brengt men bij voorkeur niet mee voor zijn zusje. ,Was die ring werkelijk vooi uw zusje bedoelt Albert of voor mij Albert zag liet spottend gezicht voor hem en eensklaps ging hem een licht op.. Eensklaps was het hem of hem de schellen van kie oogen vielen. Hij sprong van tafel op. Dat is schandelijk, aride hij, dat is schandelijk wat jullie tweeën met mij aangedurft hebt, ik vergheef bet u nooit Nelly, want gij waart daar toch atie ernstig voor. Ik vergeef het je nooit als je deze ring niet aanneemt. Zij verborg haar gelaat in tie handen van verlegenheid. Maar zij kreeg 'den ring. Iets 'i»ver de oijjV|j»ding. Als vader zijh betrekking buiten de deux heeft, kpmt vanzielfspirekend heit, grootste gedeelte der opvoeding op de moeder neer. Niet alle telaeders rijn tiegen hun kinderen opgewassen en als z'ij| hex- haalded'ij'k {hkar «ooms en dochters moeten verbieden 'en zij' bij het uitdeelen van straf' eem groote mond of een brufetal antwoord krijgt, weet de mopder ten einde raad wel eens niet wiat zij; moet doen o|m; haar gezlag te handhaven en z'egt dan: t,Wacht matar, flls je vader straks tlhiuis komt. zal ik het heta! vertellen!" V»io(c ,een jongen houdt dit wel 'ns een bedrei ging in. maai1 de tegenwoiojrdigtei imjeisijes zijn meestal heelem[aial niet bang vppr haar plapa. En als vader des avjopdis met rijm dochter eens een .aplpeltlje wil gaian schillen, begint izie tegen hem' ta redeneeren en te argumentieeriein, dofdh va,* der- kan ha|ar niet overtuigen. D© moe der' heeft miet !h,at sip^ele feit, dat zlij den vader als boem'an afsciliildertj reeds haar z'wlakheid doen blijken en daardoor verliest riji veel meer haar prestige dlan wanneer rij aelf' ha|ar dochter iztou aan pakken. Die tegenwoordige tijü eisch'fc trou wens veel mie,er van den va,der en de| mloe- der, dan dat rijl lalleen dei opvoeders van hun kinderen izijjn, neen,, ilni de eerstje pjaats moeten rij! kaïmleraden, de trouwe vrien den wiazen, die hun kinderen overal niet raad en diaiad teirz'ij'de staan. Do tegen woordige mioieders. jn|oglen het misschien wat moeilijker hebben, linlalar aan den an deren kant blij|ven zij, ails zijj voldoende niet hun kinderen anjeeleven, ook vaejl lan ger jong. De jeugd, die technisch! "voelt, prutst van alles ©n nog wlat: met elektrici teit en vindt het vanz|elfl slplrekend, dat vader en moeder hebben weten, hoe de draden moeten bevestigd wenden en hoa alles werkt. Het is onz©i plicht, er vop;r te zorgen, dat do kindéren ons nieiti „ach terlijk" vinden, iets, wat rij: ia! heel glauw z'eggen, als wij' telkens en telkens wjeleii' arbeiders moeten laten kojmten vloior da kleinste karweitjes, die er in huis moei ten worden gedaan. Ook de mlate van vrijheid, waarin wij onze kinderen ojpjv.op- den, moot niet wlorden overdreven. W'ij kunnen zie toch maar nieit hun glang latefn gaan, thuis lhten komen wanneer het! hun schikt en daardoor den glang vian het huishouden in de war laten sturen. Er moet absoluut regel iu huis rijh «n van jongsal' alan moeten wijl otniZ'e kinderen daaraan gewennen als aan iets, waaraan geen ontkomen is. Op, tijd thuis, behioiorlijk schoon aan tlaffel rijn eindhien, diei met do vrijheid niets te maken hébben, in tegendeel, die ook de moeder nog ©enigen vrijen tijd voor zichzélf overlaten. En dan, als onz© kinderen vian ons veiilajngen, dat wij hun kamerladen rijn en jhiiui overal b:ij helpen, moeten wij' ofmlgekeerd dat zelfde standpunt innemen en vup oUz'e kinderen verwachten, dat ook zij' behlulpf. z'aam zlullen 'zfij'n. Het is niet vian het grootste belang' joïf rij! buiten de deujr hulpvaardig z'ijin, wlant d'at kan politiek wezen, maar juist zit do verdienste in het hielpen binnenshuis w'aa.r niemland het ziet en waarvoor zliji.ppik geen pluim krij gen. Laat de moderne "imfaeder dus niet dreigen met „Ik z'al het tegen je vader Zéggen", maai' llaten a.lle huisgenoioten trachten in harmonie |m|et elkaar te leven en dat is de talak van de. moeder olml Aait haar kinderen lal bïjT te brengen a|l® iets vamzelfl sp|rekénds als de kinderen nog nauwelijks loopcn en praten kunnelm. W!AT NIET lEiDEREEN WEET- De bekende Ba-uyère-Tabakspijipen, die eerst sedert 1854 in den handel zijn,, worden uit het buitengewoon harde hout der- Heidekr.uidwortels vervaardigd1. H,eV heidekruid maakt namelijk, onder zekere omstandigheden wortels die tot 50 kilo gram wegen. i In Japan zijn dikwerf' spiegels in 't' gebruik, op welker ruigzijde magisch© in scripties en ornamenten gegraveerd zijn. Valt er nu een lichtstraal zóódanig pp, het glas van den spiegel, dat liet, licht op1 een wit vlak terug kan Kaatsen, dan verschijnt daarop alles wiat zich aiclhjfcer den spiegel bevindt. Hoe dit mogelijk is, kunnen onize natuurkundigen' tot nu toe niet verklaren. De lro'Mieboonen werden ontdekt door de geiten. De kpftle is een der genotmiddelen diie tot ons dagelijikscïi menu behooren eu wel zóó dat we haiar niet eens meer uiti pns leven kunnen wegdenken. Wat wla. seen stevige, miaaltijd pis aan het sjot de aiafmlatisch bruine drank de levtensgeeesten niet kwam ppifrissohen! Vele beroiemde (mlannen wisten den htaefr- lijken smaak en opwekkende uitwerking van de koffie nalar waarde te schatten! H.oe de koffie als genotmiddel eigenlijk ontdekt is zal de meeesten wél onbekend zijn: Een Arabisch© herdier hoedde rijn geiten. Opj zékeren keer viel hlet hem op-, dat de dieren wlelke t ofc nu toe heel rustig gegraasd hadden, plotseling lustig in heit rond begonnen te dartelen. Hehzellfdie Heit constateerde hij! meerlm|alen opi "dezelfde weideplaats. Hijl sprlak met ©en prior van een klooster over dit vérschijlnsel en nu begonnen beide mannen i® de berwus;t|e weide te zioieken naar het kruid 'dlaifc die eigenaardige uitwerking op de dieren hlad. Bij' dit onderzoek vonden zij onbekende vruchten en dez'e vruchten waren koffie* boonen. i I De plri,or nam zie (m|ea na|ar huis en kookte zie op|. Toen hij[ den drank! pnojefde constateerde hij: bij zich Zelf' den opjwek- kenden invloed. De juiste koffieber|eiding eu behandeling der koffieboonen, woiopal het branden (h-'eiefffc men pas veel tater uit- In ieder geval wordt beweerd dat de Aziatische geiten htet eerst den haerlïjjken •smaak en d© opjwekktende uitwerking! del' koffieboonen wisten ta waardeeiem. E«n wandeling met den kanarievogel. Het gebruik om in de avondkoelte Jnlet den kanarievogel in da stad te gaan wan* delen een gebruik dat al eeuwen en eeuwen in Pleking bestaat is thans door het gemeentebestuur dier stad stad ver boden. Met den vertroetelden kanarie vogel ©en wandeling te maken werd Van piudsher door de mandsehlun als ©en der meest gelielfkoosde ontspanningen be schouwd. Maar volgens de meening Van den burgemeester van Péking. is dit een ontspanningdie slechts tot luijh'eid voert, en daarom hebben de pjolitielagenten sitreng bevel geikregen om de lediggangers die er dergelijke genoegens op na houden, te ar- resteerem. Bijl de talrijke vogelhandellaars in Péking hééft de|zte verordening Veel (kwaad bloed geiZet. Zïjf beiweren dlat geen .gevederde zanger iets ordentelijks prcis- teeren kan, als hij niet dagelijks in een Trissisiche luciht gebracht w|ordk Corruptie bijl politie en justitie. Naar men weet is er in den staat New-York een enquête gehouden door een commissie onder leiding van rechter Sea- burèy, naar beweerde misstanden bij po litie en justitie in dien staat. Deze com missie heeft thans haar rapport gepubli ceerd. Daarin wordt zeer duidelijk aange toond, dat er in New-York vooral bij de lagere gerechtshoven schandelijke toestan den bestaan. De benoeming Van deze la gere rechters wordt geheel belhieeirseht door de democratische politieke organisatie Tammany Hall, die invloed kan oefenen op, den burgemeester van New'-York Voor zoover het de lagere rechtersajnbtan iu die stad betreft. Het resultaat van dien in vloed is bedroevend. Elen partijdige recht spraak is er het gevolg vian, waarbij' poli tieke vriendjes steeds worden beschermd, en politieke tegenstanders geschaad. Do commissie wijlst er verder op, dat er een eind moet komen aan de ondervraging in den derden graad. Met ondervraging in den derden graad is bedoeld! geestelijke: en pihysieke marteling. Het komt bij' deze ondervraging, die in de politiebureaux wordt toegepast, herhaaldelijk1 voor, da.t de verdachten worden geranseld tot|d'at zij maar bekennen om er van af' te zijn. Vol gens bet rapport moet daar onmiddellijk een eind aan komen en de verontwaardi ging van de openbare meening in New- York is van diien aard, dat nu; eindelijk eens gebroken wordt met dit verderfelijke systeem. Ook moet naar het rapport wil, de aanstelling van de reohters geschieden na een gewone verkiezing. Mochten er na twee jaar ambtsuitoefening van zoo'n rechter klachten over zijn optreden zijn, dan zou hijl niet moeten worden herkozen. De Rili'sja. De Rikisja of Karu Majia-, zooals het ding II n Japan wordt genoemd, is niet •Zoo'n ou.d transportmiddel alls de measito menschen misschien wel gelooven. De Riksju. is geen uitvinding Van Japian, nocihi v'an 'h'et Oioisten. Zij dankt haar bestaan aan een Amerikaan. Weliswaar wordt in Japan, evenals in China,, de mensch tot Voortbewegen Van vradhiten, sinds eeuwen oude tijden gebruikt. En wel in den vorm van dragers van draagstoelen. Zij ver voerden de voorname lieden, wier eociala positie !h|un verbood te vloet te gaan, in de nauwe en ongemakkelijke palainkijnen, Eerst in het jaar 1870 liet een vertegen vdoordiger van de Ameriikaansche regee- rinig Vo.or eigen gebr;urilk een soort rolstoel „power oar", of „jin rtóki-sja" in het Obineesch, maken. Dit transportmiddel had dadelijk in Japan succes en al spoedig was de draagstoel door de rikisja, ver drongen. Veie jaren lang bleef' de riksja het meest gebruikte vervoermiddel in Ja pan. Maar nu schijnt ook haar laatste uur geslagen te rijm. Ook in Japan neemt het aantal auto's geregeld toe en zoo wordt de riksja al meer en meer verdron gen. Het is een feit, dat niet te betreuren valt, want, afgezien Van het ethische in zicht, dat het tegen alle gevoelens van humaniteit strijdt om de mensch als een sooit last- en trekdier te gebruiken, is ook de arbeid van den riksjakoelie buiten gewoon vermoeiend en oingeziomd. Deze mannen bereiken slechts hoogst zelden iels meer dan den middelbaren leeftijd1; ze sterven meestal' jong aan eern hkrt- ziekte. De dag is gelukkig niet ver miaex, dat ook de laatste riksja van de straalt zal züjin verdwenen. „Tk wil zoo'n papegaai hebben. Sp'reekt Wij!?," i 1 Spreken! Hij' is Van Amsterdam naar Den Haag gewandeld en hij) heeft de haeila tijid naar de weg gevraagd." „Ren jij aan de barometer Marie.?," 1 1 „Ja mevrouw', 't is vlandaiag m'n vrij© dag en ik h!eb 'm op mooi wear gezet." „Foei, een jongen v'a,n jqujw leeftijd, die naar tabak' nuik't!" „Ja, mama heeft me juist een kuis ge-- geven." 1 i „U moet toeh! ee.ns een avondje bij, on,s komen. M'n dodhiter z'al zingen en: op de piano spelen em om neigen lU|U,r ihlebben wla soluper." lil „Prachtig, dan zal ik' ztorgen dat ik er oan negen uur ben." Ik wil in'n sall)a,ris hebbe. Me imfoedeé zegt dat ik zlonder m'ns allaris niet; thuis mag kolmjinfe." I f Baas: „Ik ben benieuwd of je moeder jé zal herkennen met een Qlange baiaird." Bureaux van Redactie en Administratie: Telefoon Interlocaal No. 207, voor Red Bijkantoor MIDDELBURG. Markt 1 en GROOTE WAARDE VAN PUBLICITEIT Het verbruik van vleesc eieren en boter in Duitschlan Wil hebben een levendigen handel eieren en boter naar Duifcsehiand. vooruitzichten voor dezen uitvoer n< dit land zijn echter niet al te schoon, oorzaak hiervan ligt niet in de ma,iai| alsof de Duitschers wegens gebrek betaalmiddel zich het gebruik van d<| voedingsartikelen moeten ontzeggen, mt zouden wij 'haast zeggen, hoofdzakelijk dit te wijten, aan invoervterbod of hör invoerreöhfcen. In Duitsehland is het gebruik van ter, eieren ©n vleesch, na zoovéél jat van malaise en werkloosheid, die bek zooals wij wéten, grooter zijn dan bij en reeds eerder begonnen, zek'ej? z'oo gn ja in sommige gevallen zelfs grooter voor den oorlog. IV ij mogen daaruit echter niet, beslukl dat de koopkracht van Duitsehland e' groot is als voor den oorlog. Al ie verbruik van de allervoornaamste leVe: middelen in de laatste jaren niet vermi derd, zoo is het gebruik van gen al: mi delen, zooals bier tabak, fruit, sterk i genomen. Eien sterke verminderinj Düilsche kcopikracht als gevolg v'an dril en werkloosheid vertoont zich sterk deze laatste artikelen. Misschien was het gebruik van de lei noodzakelijkste levensmiddelen, zoo, ooter, eieren, vleesch en aardappelen, c sterk aehiter, uitgegaan, maar de ster daling der prijzen dezer artikelen, is h: een hulp geworden in den nood. meesten der werkloozien hébben gelen g* meer om levensmiddelen of iets andu te koopen, tenzij zij, gesteund worden, nu echter het gebruik van boter, vlee| en eieren grooter is als zelfs voor wereldoorlog, dan blijkt hieruit, dat werkende stand zich. beter voedt en meer geld voor besteed dan vtaorhi< Hét boterverbruik vertoont in 1931 recordcijfer. Het volgende lijstje to dit duidelijk aan. Boterverbruik p. hoofd. Prijs p. 100 1913 1926 1927 1928 1929 1930 1931 6,78 Kg. 5,12 Kg. 6,18 Kg. 7,05 Kg. 7,50 Kg. 7,55 Kg. 7,60 Kg. 235,70 R.MI 340,72' RAI 346,42 R.M 359,17 R.M 343,75 RA! 279,02 RA 213,52 RA Duitsehland dekte in 1931 ruim 80 van zij'n botergebruik door eigen r| Auctie. Op dit gebied iis de toestand: tl zelfs beter beter als voor den oorlog. (I bruikte men in 1913 per hoofd 3,46 reuzel, in 1931 iis dit gedaald tot 3,28 Het gebruik van vleesch is toegenom| en uit de cijfers blijkt ook hier weder dit voedingsartiikel goedkooper is als vil den oorlog. v'leesehgebruik in kilo's per hoofd lekend 1913 1926 1929 1930 1931 49.49 45,41 51,60 50.50 50,70 Varkensvleeseh is een der liavlelii gerechten biji het Duatsehe volk. vleeschschotel bestaat voor 32 o/o uit kensvleesch. Het rundvleeisch bedral 18 o/o van hét vleeschgebruik. De prijzen van v'arkensvleesch wal 1913 voor 50 kilo 69,59 R.M. 98,30 RAI. ^29 103,40 R.M. ïq!? 87 ®'M' n 65 50 R.M. ^ec' 01 56,30 R.M. In sommige kringen hier in ons 1 hoorde men den raad „eet meer eier Jammer genoeg is bijl ons volk bijl'd met de overtuiging doorgedrongen uitstekende en goedkoop© voedimo- wii den. in het ei. 23 „En dat ik vrij ben; vrij: &arh( dat mi, ^is geschonken^Dat 1,,*^ die kan heenvliegén waa?heeV ik besef nn eerst recht hef J-J. i ueü voorre* HA AR „MODE'L"-ECHfr,GE|NOOTJ mijn vader, aan mijn goeden, Verst<!mJ vader.' 11 Margaretha omhelsde 'haar vriB„l hartstochtelijk. ,Houd hein in eere, Clara; wijd. alles wat in je is, Want hiji verdient J En werk met alle kracht, die je is gel venJe bestaan is een dag van licht zonneschijn, Clara! Elen jubelhymne 5 je leven Worden!"; die goede papa!" juichte Cl weder, vol innige dankbaarheid. „O alles spreken wijl tezamen. Ik zeg elke gedachte, die bij mij opkomt, wordt er niet boos om, Wanneer ik' - •andere gedachten ben, dan hij' en tegenspreek. Hij Iaat mij 'kalm redem «n vaak genoeg kom ik ten slotte tot meening terug. Hij staat in levcnsvérv ring en inzicht zoo hemelhoog 'ba "ma*. Maar hij' wil, dat ik zelf zoek

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1932 | | pagina 6