IK „ZEELAND"
Roosendaal
EN
teur,GOESczBBi»ti
igens-
ifectie
idermeel
pfokvoer
ËIV
Tweede Blad
nkoopen|
liermeel
Z.
Jcvoer
Z.
iHE COUR any «atcBPAQ 27 FEBRUARI 1932
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
MACAZUN
Sat N5/
»tuum
K.G. f 3,00
K.G. f 0,85
(5 K.G. f 4,00
5 K.G. f 1,20
9,60
EFOON 162
to Goes,
laging 1932
ijwlel te moffelen voor
zerstraat, Goes
diverse prijzen
f is uw Bril stuki
- Vertrouwd adro»
rs-recept.
KT 2 - GOf*
aux, 3000 fl. Witte WIJo-
i Wijnen.
feuilleton
Steeds hooger.
VAN HIER EN DAAR
Tl
Tl
ONTSPANNINGSLECTUUR
Tijdbeeld'
d v Kamerlid van V(uiuren, dat
Ae Tweede Kamer beeft voor de
v!!Üke provincies, behlonrt tot de ie--
Nooxa j VolLsiverfcafferiwoordi^mff
POST Rt HEN ING
IC/993^=
cheni
a, dat wij het beste
zijn bijzonder laag,
erispelijk.
ba stof en afwerking. I
f 29,75
ae dessins f 27,50
misaisons) f 22,50
tichtzending.
lerverkoopers
fabrikant»
ir in Effecten.
CHTiNG.
da markturen zitting In bil
Bilde Bank- an Eff ectanzakei
BILLIJK. 18174-»
Ailes inbegrepen<
ANG.
fur werken,
ontbieden. "0t
Kraukalmarkt 7-®
aardoor verplichte co»'
per ieder kwartaal,
rijgen prima onversnedeB
is Rosenheim en Pil»» k®
U dat. Prijzen hl®'
onze Volksvertegenwoordiging
Z* wat zeer verstandig is, op een nauw
dl met bun kiezers pinjs stellen, ook
f"»™ de eigenlijke verkiezingsdagen.
Ct alleen ,dat hij met richting- en
voorlichtingJfieve®de artikelen ai de prov.
a Zijn menscheni tracht te bereiken,
j^j trekt er eveneens op uit om ze
- te spreken «n ze «n beter inzicht in
de tegenwoordige toestanden te gavlen.
Aan die laatste gewoonte danken we
een zeer instructieve redevoering, die dhr.
v Vunren te Leeuwarden hield en Wejlbe
wij belangrijk genoeg achten om er een
beknopt [uittreksel van te geven.
Dé wereld," zei sp:r. „is, Volgens do
o-angbare meening, tegenwoordig een gek
kenhuis geworden, waarmee men erkent
dat de mensdh, die eerst zijn geloof in
God en daarna in zichzelf verloor, nu in
duisternis rondtast.
Maar God is de Heer en de Meester J
De volken staan niet op zidhjzelf!
Allen gemeenschappelijk moeten alïer
belang uiteindelijk1 dienen. Dan is ook 't
nationale-, groept?- en industrieele belang
't best gediend.
iWat in ons land gebeurt, is zoo nauw
verbonden aan wat er buiten geschiedt,
dat om dat te beoordeelen, men zich moet
voorstellen wat er in den wereldoorlog
gebeurde. J 1 1
De crisis heeft 'n internationaal ver
schijnsel. Men zoekt vaak immers de
oorzaak bij degenen die men met zin
slagen koiv bereiken. Zeker, ook Staten-
Generaal, Staten en Raden zullen fouten
'maken. Dat is geen wonder. Men kan ook
daar van allerlei factoren geen kennis
dragen. De hulp kan daar echter niet
altijd worden geboden. Het is noodzake
lijk om de politiek van eigen land te be
zien, ze ook in internationale verboiudiin-
gen to bekijken.
Koe is 't nu in Nederland?, Ons land
is verarmd in vermogen en inkomen. In
vermogen wordt de verarming geschat
op 5 van de 15 milliard guldens. Rij
realisatie zou; de toestand wellicht nóg
slechter blijken.
Erger is, dat de nationale inkomsten
uit dat inkomen nog veel sterker vermin
deren. Er Zijn maar weinigen, die kunnen
zeggen, dat zijn inkomen niet gedaald
is. De artikelen dalen in prijs, hebben
geen afzet, geen vervoer.
Allen hebben zich in hun uitgaven te
beperken. Vooraf degenen die bezitten.
Erger is bet voor degenen, wier inkomsten
dalen beneden datgene wat men noodig
heelt.
Dat geen reizen- of WeeldeiuitgaVem
kunnen worden gedaan of mooie kleeren
kunnen worden gekocht is niet zoo, erg.
Maar 't geld ervpor ging naar anderen, en
dat is een groote verslechtering voor onze
middenstanders en arbeiders. De vermin
dering van welvaart Van den een süalalt
op den ander teruig. De WerkloozOn lijden
er 't meest onder, die Wel werken willen,
maar die alleen met de zorgen blijven
ritten. De staat, die tenslotte besübilkib
over inkomen Van de inkomens der bur
gers, lijdt er ook tenslotte onder. Een
crisis voor den banger is ook Voor dan
staat een meer dan te vreeZeu ramp. Alle
belastingen gaan achteruit en zullen nog
achteruitgaan. De staat voelt hét djaarbij
niet Vooraf, maar achterna.
De begrooting sloot met 'n tekort van
90 millioen. Spr. durft te voorspellen,
dat het daarbij lang niet Zal blijlvea. Dat
is ongeveer 't 'heele bedrag der inkomsten
belasting. Elen huishouden zal' naar den
kelder gaan als de uitgaven de inkomsten
te boven gaan. En, daar w!as men 't
over- eens, zoo gaat 't ook in den staat.
Daarom moest men extra gaan bezuinigen
en werd de commissie- Welter ingesteld en
nieuwe middelen werden uitgevondenbcm-
zuie-belastmg, ens?.
S<pr. vond alle maatregelen niet mooi,
maar ze waren onmisbaar. Het niet slui
tend zijn der begrootingen zou den gulden
met gaaf 'houden. Voor 'den oorlog Rep
t vertrouwen in 't geld ,geen gevaar;
sedert de inflatie is elk betaalmiddel eem
fcruadjo-roeT-m-niet. Daarom viel 't pond.
Een enkel bericht deed 'buitenlandsohe
kapitalen vluchten uit Nederland, omdat
men ook taer 't verlaten van den gouden
standaard vreesde.
En de staat heeft alle Vertrouwen noo
dig omdat leeningen moeten worden se-
©onverteerd.
7 j-L
Margaretha dpujkte hartstiodhteBkl haar
lippen op het portret V?
langs hail Wang» Tr®6tt
Had rij niet beter gedaan met noe iets
meer tot Hans te zeggen?. Zou het niet
ped geweest zijn, om hem eenvoudigweg
te zeggen, dat rij; met den besttetriwü
tante Hanna nooit zots faunen 'liefhebben?,
dafc het daarom Van haar 'kiant een
leugen zou zijp, tot haai- te komen, inet
e, verzoek om bij haar te mogen wbnen?
■Margaretlha nchtte zidh op. Moest zij
nog eens naar fcem toegaan? Nu, dadelijk?,
Haar hart Hopte wild
Wat zou htefc beste rijW?.
I 2 1t0nd 4 de dellr- Den tnop! hield
v,, s maar zïj[ liet heim Weder lofe.
Het ging piet. Hans zou, haar
be»ïfn« ta,II',e Hcihl nooit kunnen
K m» fJ' W-1S 200 ^e^Hdig, wan,
veroorderide ur Tr ^Üde ^Mggen bn
klwam mei ^Hdriings, jwat niet ovjeneien
naram met zijn ïnlzichtten
BCvS- e6? .Seè?6 er dan v'0feeH'
Bovendien deinsde rij er voor terug,
Dat destaat weer Veel moet feenm,
brengt weer b.V. moeilijkheden voor de
hypotheekbanken. Het gaat niet op, dat
productieve werken worden aangevat. Htet
geld ervoor moet men eerst kunnen krij
gen. En 't crediet van den staat lijdt dan
gevaar.
De inflatie zou te ver gaan, dan zöu
de gulden gevaar loopen. Een gedw'ongem
ieendng brengt geen uitkbnïst. In den
oorlog hoeft men daarover gepraat. Hjoe
Zou eonter dat nu kunnen geschieden, als
men het juit zijn bezit en zijh zaken en
rijn land moest los maken. De toestand
van den oorlog was anders dan nu. Nu
Zou zoo'n leening een ramp Voor allen
rijn.
Spr. zag de geVolgen van de inflatie in
Oostenrijk in de scihrijhendste tegenstelling
van rijkdom van den buitenlander en de
armoede van de Oostenrijkers, die niet
over de buitenlandsdhe waarden beschik
ten.
De bestaansmiddelen gingen eiken dag
achteruit, w'ant de kronen daalden nog
weer. Yoor zoö'n toestand behbeven we
hier misschien niet te Vreezen, maar men
ban moeilijk daarin vooruitzien.
In den oorlog was de toestand noig niet
zoo slecht. De weerstand tegen de crisis
neemt nu echter bij den dag af.
En daarbij komt nu do vraag om steun
voor landbouw1, vloor werkloosheid, voor
den (uitvoer. Dat is noodzakelijk. Spt.
heeft graag de genomen maatregelen ge
steund. Met den iheer Colij'n is spir. het
eens, dat elk' wettig middel moet worden
gegrepen. .Want het water moet niet
boVen de lippen stijlgen.
Spr. wil geen kwaad Van 't kabinet
zeggen. Achteraf is het zelfs misschien
geiukkig, dat het niet een rechts kabinet
is geworden. Nu kon Ihbt een erisiska,bi-
net worden. Men heeft het 't leVan ge-
gtind. En dat, omdat men niet weet, wat
er voor in de plaats zou, rijn gekomen. Do
ziel van 't kabinet de heer de Geer aan
't hoofd Van „Financiën" heeft 't Ver
trouwen bewaard. Men h'eeft 't kabinet
moeilijk voor erisiisblulp in beweging ge
kregen. Sedert is er echter Veel gteidaan.
Spr. noemt deze maatregelen. Millioenen
zijn o. m. voor de leniging der Werkloos
heid besteed. Men heeft dan graag de ate-
geering in al deze maatregelen gasteind.
„Eerst leven, dan philosofeeren" zegt
spr. den kkssious van onzen tijd na.
Men zal nog in den komenden tijd
jaren lang moeten werken, om deze crisis-
moeilijkheden te boVen te komen. Do
Staat, die - al deze kosten heeft te beta,
len, moet "het op het Volk' Verhalen.
Daarom moet gewikt en gewogen wtorden,
hoever men zal gaan. De Staat kan niet
meer helpen, al kan men het wsnschein.
Laat men bedenken, dat de huidige
maatregelen alleen door den tijd worden
gebillijkt. Wat gebeurt, kan niet- anders.
Er moot worden nagegaan 'hoe 't algemeen
belang het best kan Worden gediend.
Spf. eindigt met aan te halen de woor
den Van Mr. Aalberse, den nieralw'eu alge-
meenen voorzitter van den Partij'raad.
Hoeden we ons voor .al te groot pessi
misme. Eerlijk tegenover ons volk en
ons geweten, Vertrouwen we op .Gods
almacht en liefde; dan zullen we ook deze
moeilijkheden Van onzen tijd te boVen
komen. 1
Dc Poolsche premier waanzinnig?
De meest tegianstrijjdige geruchten doen
den laatsten fpjjd de ronde omtrent jmlaar-
sehalk Pilsoedski. Eenige dagen geleden
verscheen in (het „Prager fTageblattj'.' een
bericht, dat Pilsoedskl geestesziek was.
Hij zou zijp studeervertrek', waar hij dag
in dag uit gebogen zit over. Stafkaarten
en 'plannen ontwerpt voqt iphajutastisöhe
veldtochten, niet meer verlaten. Genoemd
blad wist verder nog te veptiellen, dat,
niettegenstaande die .uiterste strenge cen
suur, geheel Polen reeds op de 'b|Oiog[te( was
van den toestand van maarschalk Pilsoeds-
ki. Thans eoh'ter Wordt er bericktj, dat
Pilsoedski zich naar Roemenië Zal bega
ven, teneinde aldaar het 16de reg. infanitjö-
rie te bezoeken, waarvan hij eero-oomlmlan.-
dant is. Het blijkt echter wel, dat die ge-
zondheidstoetsand van Pilsoedski niet al
te best is, want na zijn bezloek "aan Roe
menië zal hij richl naar Hgypite begeven,
teneinde aldaar een rustkuur, it|e onder
gaan. Dit is niet de eerstja keer, dat Pil
soedski een rustkuur moet njE|m|en. In begin
van verleden jaar beeft Hj Oenige maan
den op Madeira vertoefd, terwijl hij! da
zomermaanden te Druskienini, ieen bad
plaats in Oost-Polen, doorbracht Evenals
nu heersdhte er ook verleden jaar ©en gif>o
hem zijn geloof aan tanite Hanna te ont
nemen. Ook tegenover 001m Frits zon dit
een onreoht zijn1. Tante Hanna was toch
zijn zuster. Noodzakelijikerwij|Ze zou daar
door een breuk ontstaan,
Margaretha huiVerde. 1
Om Godswil, dat ging niet.
Kij ging aan 'haar tafeltje zitten, voor
het bed en steunde haar hoofd in de
'handen.
Die daar beneden hadden gericht ovfer
haar gehouden. Hans geloofde aan t;hnte
lanna alls a,an ridhfzelf. Ein 'djaiarbüj! k'wlam,
at hij zoo veranderd Was. Hïjl was niet
meer rechtvaardig. Maar geluikkig Was
l °j*f Die vreemde trek op zij'n
g zae t legde daai'van getuigenis af.
mcuw mam Margaretha, het portret
linripn01?1 ter !llandi °m het aan haar
tippen te dpuikiken.
^Ein .ti, ui zou ik' n r
4 -op en luisterde
riü vo»tbf BBn rÜfcuig hield
bleef alles st™' m™uten'lang
loen, voetstappen benoden, in den, «gang
heen en Weer geloop, spa^ei. MriSkte
oen kermende zucht en sloeg beddte'handein
voor do oog». Hij ihad haar Weggestuurd
met eeai Itbel: „Adieu,!" gS
HooiJ Dat was zijn stem. Z8j| is ruw
t© geheimzinnigih'eid rondo(mi Pilsoedski en
rijp .plannen. Toen hij' met de torp)edoboo(t
,,Wieher; van Madeira Was vertrokken,
wist opeens niemand Waar hijj rictb! eigen-
bevond. De enkele getrouwen, die het on
getwijfeld wisten hulden rich in een ge
heimzinnig ZWijgen en deden geen m(o,eita
de zonderlinge geruchten, welue al spoai
dig omtrent Pilsoedski de ronde daden
tegen te spreken. Ook de maarschalk! zelf,
die vrij' onverwacht te Gdingen arriveer
de, liet niets los. Maarschalk Pilsoedski
de feitelijjke dictat01 van Polen, hoewel
hij, zicih vergenoegt met dien titel van [mi
nister van Militaire Kaken, is geen Pool
van geboorte, doch een Letlander. Hij
werd geboren in het .kleine plaatsje 2u-
lo£, nabij .Wilna oip 19 Maart 18,67 en zjaJ
dus binnenkort rij p 65en ver jaardag, her
denken. Over rijn jeugd en over de ge
boorte van zijjn Pioolsoh patriotisme heeft
Pilsoedski eens het volgende gesdhrfaven
„Het was ongeveer tien jaar na de onder
drukking van den opstand van 186|6|. Da
indruk, dien MujareLs repjresailles hadden
achtergelaten, was nogzoo levendig, dat
alleen het zien van een Russisch ambte
naren-uniform voldoende was, olmi de mlen-
sohen van sdhi'ik' te doen beven. In dien
tijd haalde mijn Moeder uit oen verborgen
schuilplaats, die aan h!a|ar alleen bekend
was„ een paar boeken, waaruit rij| ons
voorlas en waarvan rijj ons s omlmige pas
sages uit het hoofd Ret leeren. Het Wa
ren de werken onzer groate dichters. HM
mysterie, dat deze ©ogenblikken doorhui-
de, de gemoedsbeweging welks Mijjn Moe
der beving en die ,oleötrisc(h oversloleg
op ons, haai- kleine toehoorders, do yer-
iwisseling van het décor, dat plaats vond,
zoodra een of andere lastige getuige onz!o
conspjratieve bijeenkomsten stporde, dat
alles Ret in onzen geest stpjoren ach ter,,
Welke nooit rijn uit 'te delgen.'/ j
In het Russisch, gymnasium, dat ik
moest bezoekèh, kwiam mij het gehate
regime in levenden Rjve, in de gestalte
van de geüniformeerde Russische leeraars-
coips, tegemoet. Dag in dag uit moest ik
mijn onmetelijke en maehtelooze wloede
verbijten. Mijn moeder troostte mij' ech
ter en vermaande: „Geduld, mijn jongen,
geduld. Als je groot bent, zul je wraak
nemen." Volgens een ouderen broeder wu.s
de lievelingslectuur van den opgroeienden
Pilsoedski de biografie van Napoleon. Ook
de helden der Oudheid', zooals Miltialdfes,
Tanistocies, E|pja(miLnondas, (mlaakten >n die
pen indruk op hem. Tegen den Poolschen
dienter Sierozewski zeide Pilsoedski eens:
„Zij' ontroerden mijl tot het diepst van
mijn ziel en maakten Mij! gelukkig". Niet
lang daarna, toen Pilsoedski student in
de medicijnen te Oharkow' wa® geworden,
kreeg hij gelegenheid om actief in dei (ge
beurtenissen in te grijpen. Nauwelijks 20
jaar oud was Pilsoedski Russisch! staats
burger geworden en een dei- vurigste
revolutionnairen. Hij koesterde slechts één
ideaal, het tsarenregimia t6 doen vallen
en de revolutie uit te roepen. W.eglens 'zijn
idee's kwam Pilsoedski herhaaldelijk met
den rechter in aanraking, totdat hij, 21
jaar oud, werd veroordeeld om gedïurenldfe
tien jaar naar- 'Siberië te Worden verban
nen. In Siberië is hij evenwel niet lang
geweest. Met behulp- van geestverwanten
gelukte het hem te ontsnappen, en onder
een anderen naam terug te ke-eran. Na
zijn terugkomst uit Siberië ging hïjl zich
interesseeren voor de Poolsche arbeiders
partij. Deze partij was gevormd door
een aantal personen, die een Poolsoh rijk
.wilden stichten, dat geheel los van Rus
land stond. Pilsoedski werd een vurig
aanhanger van deze partij en hier kwam
hij tot de gedachte van de schepping een-er
Poolsche gewapende macht, hetwelk hem
ook is gelukt. In 1917 zag Pilsoedski een
zijner idealen verwezenlijkt, de verheffing
\&u Polen tot een zelfstandigen staat,
waarin Pilsoedski al spoedig een voor
name, zoo niet de voornaamste plaats
innam. Door de staatsgreep, v'an Mei 1926
kwam Pilsoedski, die eeh vurig patriot
was, aan de regeering en sindsdien is hij
eigenlijk degene die Polen regeert. Z'ijin
naamfeest, 19 Maart-, wordt in Polen als
een soort nationale feestdag beschouwd,
welke echter niet altijd even kalm ver
loopt. "Verloden jaar kwam het in Polen
tot groote betaagingen van de nationaal-
democratisch gezinde bevolking. Het zal
wel niet algemeen bekend zijn, dat Pil
soedski zich' behalve als dictator ook'
als een bekwaam en fijnvoelend psycholo
gisch! waarnemer on als een stylist van
meer dan gewone litteraire gav'en heeft
doen kennen. In .West-Europa kent men
Pilsoedski eigenlijk alleen als veldheer,
doch in zijn vaderland staat h'ijl als een
knap schrijver bekend. Niet alleen in de
politiek is hijf 'de leider van züjn volk',
en schor. Zoo spireeikt hij: a]a zajh bin
nenste in oproer is of hem pïjh doet. Ge
ratel van wielen. Het rijtuig is weg.
„Voorbij'," zeide zïj! luide en een ge-
vloei van troosteliqozc Verlatenheid k'wam
over haar.
HiOOFDSffüK III.
'Op het plein bij! de E|gidi|U|s!poort te
Hannover stond Hans Sehnehen, in ge
sprek met kapitein Reimimi-n.
„Het speet mij enorm, dat ikr niet
thuis Was, toein je bij mij kwam," zeide do
eerste tot den hem begrorilencten vriend.
„Ik heb gisteren je kaartje gevonden, toen
ik van mijn visites terugkwam."
„ik 'was Van plan je mijn oprechte
deelneming te betuigen, met Met tref-
fendverlies, dat je hebt geleden, Sichnejuen.
Hoe heeft dat toch zoo piliotseling pn
zoo onVerWaoht kunnen plaats vindein
„Ik heb veel verloren. Niemand, die
mij dit Verlies ooit vergoeden kan."
De beide heeren lielpten Zwijgend voort.
Hans Zwaarmoedig, Remmin onbehagelijk
zich gevoelende. De officier was geiein
vriend van gemoedsiklwestias. Hjij1 had een
nuchtere, weinig toeschietelijke aard en
sprak in don régel Weinig, iets wat hem
.niet deed juitbl-inton in de oogen der da
mes v-an zij'n kennis. De wereld en het
doch ook' op pultuireel gebied. Zij'n wer
ken, die achtereenvolgens het liöht .za
gen, zooals „Mijn eerste gevechten", „De
opstand van het jaar 1863", rijn hoofd
werk „De oorlog van 1920" en zijn be
roemd geworden dagorders, hebben een
groote 'wetenschaplpolijkihistioriscibe waar-
da en een mooie stijl. De roem van
Pilsoedski i-s besmeurd mot tallooze daden
die voortsproten uit rijn hoogmoed, zijn
heersdhlzuoht en geloofshaat. Die Katho
lieke Kerk in Polen heeft heel wat Van
hem te verduren gehad; daarin pnder-
seheidde hij' zich niet van de vroegere
verdrukkers. - t
Een onbekende vriendin
door P. M.
Op zekeren dag bracht een van mijn
vrienden een portret. Hij bracht het met
verschillende andere mee ,uit Amerika
en legde het voor me op tafel. Bet Waren
alle foto's uit Hollywood, op ieder der
portretten stond aan de achterzijde Ver
meld de titel van de film, de naam v!an
den regisseur en die Van de filmmaat
schappij, daarenboven de datum, Los An
gelos U.S.A.
„Ik 'heb Hibbie voor je meegebracht,
zei mijn vriend .en zocht tussohen. de
foto's; dan tro'k hij' er een uit, zette het
op mijn schrijfbureau, beschouwde het
nog i^ns lachend [uit do verte, schoof de
andere weer 'terug in rijd portefeuille en
wenschte me, zonder nog om te 'kijken,
goeden avond.
Ik' vond het eerst een gemeenie poets,
die hij me gebakken had. Ik ergerde mij,
maar tenslotte moest ik toch lachen en
knipte het licht aan. De schemering week
uit de kamer.
Zoo zag ik Hibbie voor de eerste, maal,
Duizenden memschen zullen haar zoo voor
den eersten keer gezien hiebben. Mijd
Vriend had haar op een uitstékende plaats
neergezet. De smalle, lange fotografie
stond onder een r.udker dahlia's die in
een blauwe steenen kruik zich als een
ster vol majesteit „boven mijn schrijf
machine verhief.
Een oogenblik' dacht ik naik' kon
toch niet toestaan, dat deze foto onder de
dahlia's stond, die Madeleine me 's avonids
te voren geschonken had. Maar nam het
toch ook niet weg; de dahlia's van Made
leine vormden zoo'n lieve geheimzinnige
versiering bij het teere gezichtje van Hib
bie. Een fijne witto rand omlijstte de
foto. Hibbie droeg een grij's Wollen man
tel, boven in den linker hoek» daar,
waar de witte kraag zich) langzaam Van
haar hals wegboog, za.t een bloem. 'Een
fijn, grijs vilten hoedje, sloot met soepele
plooien om haar hoofd, aan één kant kwjajn
er een golf zwart haar onder uit, donker
Bn springend. Een zwarte ketting, va»
groote paarlen zonk diep weg in de uit
snijding van haar mantel.
Zoo bekeek ik Hibbie, tenminste mij'm
vriend noemde h-aar zoo, Ik' weet eehter
niet eens, of dat haar naam is.
Van 'haar .gezicht !heb ik nqg niets ge
zegd en ik' kan er ook maar weinig van
zeggen, want ik ken het te Weinig. Hoe
langer ik er naar keek ,hoe strenger en
meer gesloten het werd, boos eigenlijk
niet, neen, maar het leek haast alsof trior
gewelfde, dankere lippen zich! vaster en
vaster opi elkander sloten, alsof de sta
rende blik heel diep opsteeg en die ZWarte
wenkbrauwen ziéh! meer en meer samen
trokken, alsof de fijne neusvleugels Ver
stijfden, alsof' haar gezicht zich Van mij
afwendde in een vreemde, zlijWaart'schie
houding.
Misschien kan ze mij 'wel niet uitstaan,
omdat ik haar zoo aanstejar, misschien is
Hibbie werkelijk boos op Mij.
Ik beproefde de foto te vergeten, maar
ik kou het niet over me verkrijgen om
do foto daar weg te nemen. Ja, tenslotte
ging ik meer aan Hibbie denken.
Zij ziet mij', dacht ik, zij; ziet hoe ik
dit of dat doe, zij' kijkt me aam, terwijl
ik mijn geld tel en rij! lacht, wanneer het
maar weinig, heel weinig is. Zijl sluit de
lippen wat vaster op elkaar, als zij be
merkt, hoe ik werk, hoe mijn vingers otvër
de toetsen der schrijfmachine vliegen en
het is alsof rij' zeggen wilde:
„'Lieveling, waarom kwel je je eigen
tochi zoo
Dan lacht ze zelfs meermalen, zoo
schijnt het me toe, als ik 's avonds thuis
kom, vooral als het is, zooals laatst:
druipnat van den regen, en als i'k dan
mijn pyama aantrek en in schemerdonker
een sigaret aansteek. Dan lacht Hibbie,
dan is zij: bij! me. i
Alsof hot zoo zijn moest, zag ik' Ma-
leven konden zijn ziel niet meer in be
roering brengen. Kijh illusies waren al
lang in rook" opgegaan en in geluk ztówwel
als in ongeluk zag hij niets anders, dan
een natuiurlijik' verloop der dingen. JW,at
baatte het ook, om daarover veel1 'te
■praten Daarom hield hij' zijfn gedachten
in den regel Veilig opgesloten in zijn
binnenste, liet zich! niet Veel .uit en kon
vaak met een ironisch lachje zitten toe
luisteren, wanneer anderen zioh! warm
maakten, voor een onderwerpi, dat in
dispuut was, of behagelij'k grinniken, wan
neer er waren ,die overmoedig wterdien
van blijdschap:. Al dat overdrevene was
maar gekheid en gezond kon het ook niet
zijn. Op het «ogenblik dacht hij! ma $Ver
een ander onderwerp voor een gtelsprleik.
„Je hebt hier dadelijk de handen Vol
werk kunnen krijgenje behandelt immers
assessor Lenz?.'"
„Ja! Om 'zijnentwil ben He 'in groote
haast van Rurgenstein teruggekomen, of-
schbon ik daar eigenlijk nog Wat had
moeten blij'Ven,voor mijd eigen zaken.
Maar de familie verzocht mij zoo drin
gend
„En hoe gaat het er mee?"
„Is geloof Wel, dat hij' het gevaar te
boven is; gisteren heeft hij de crisis
doorgemaakt," 1,1
deleine in die dagen niet. Op den kïag Van
Hibbie's aankomst zooals iik 't reeds
noem had zij m!ij de dahlia's gebracht.
Vreemd, ze waren niet Verwelkt, nog al
tijd niet verwelkt. Madeleine zag ik niet.
Ik! kon haar ook niet roepen. Het was
immers haast zeker dat rij1 niet th,uis was.
Maar het donker gezicht van HMn®
bracht mij mijh gedrag tegenover Made
leine in de gedachten. „Waarom beleiedig
je Madeleine?" vroeg ze mij, die ja toch
de bloemen geschonken heeft, waar ik
onder sta. Zonder haar was ik zeker niet
zoo mooi en zo,u je me niet zoo liefheb
ben. Ja, antwoordde i'k, Hibbie, maar alle
dagen komt er niet een, zooals jij1 bent,
,uit Amerika naar mij zie, ik vermoed
iets vreemds in jou, i'k denk', ik droom,
ik fantaseer, dat geeft mij die verlangens,
Hdbbie, kleine Hibbie, ik werk veel beter,
sinds jij er bent, dat weet je zelf.
Neen, antwoordde Hdbbie, neen, het
is niet zooals 't hoort, je moet Madeleine
roepen, ze wacht op je: ze heeft je de
bloemen geschonken, weet je, Vergeiet het
niet. Ja, maar ze zouden allang ver
welkt rijn, als ze niet bijljou stonden,
Hibbie. Dahlia's blijven anders nooit zoo
lang goed en Madeleine zou, zeggen,
dat ik de foto weg moest doen.
Fotografie, ik vergeet warempel' af1 en
toe, dat Hibbie maar een foto is maar
een foto? De mooiste levendigste foho die
men zich maar denken kan, dus toch
Hibbie.
Maar het is waar ik moet het be-
"kennen Madeleine komt niet. Vela
nachten waak ik met Hibbie, die mij vele
grappen en lievie dingen vertelt. Zij lacht
haar stem vjult de kamer, ik! lach naar
haar, ik kijk haar aia». Ja, dat is meestal
het slot, ik kijk haar aan, ik zie haar
zóó vaak en zoo graag, dat ik Kafir niet
meer wegdenken kan.
'O, Madeleine zal zich moteten haasten.
Maar rie, zegt Hibbie ondier de bloemen,
de dahlia's willen niet verwelken.
Zoo kwam er een avond, dat Hibbie
mij' vermoeid en met glazen oogen treurig
uit de witte omlij'sting aankeek. .„Wat
is er, Hibbie?" vroeg ik en keek haar iai
de oogen die zoo treurig schenen te glan
zen. Maar dezen avond gaf Hibbie mij
geen antwoord, en haar blik ha,d geen
andere beteekenis, cjan de teiederbiei(dl,
waarmee ze mij' thans omgaf- Ik kon er
geen verwijt, geen leed, g(aen smart in
ontdekken. Ik deed de lamp' uit, maar
Hibbie vervolgde mij' van de schrijftafel
en zag hoe ik met mijn brandende sigaret
in den mond de kamer op en neer liep en
'ten slotte schreiend naar bed ging,
Den volgenden dag was Madeleape
plotseling gekomen. Ze vertelde, dat ze
op reis geweest was, maar er zioh toch
over verwonderd had, dat ik geen letter
geschreven had. Ik antwoordde niets,
maai- zat diep over mijn manuscripten ge
bogen. De dahHa's hingen over mijn pa
pier irisehi en onverwelkt.
„Klaar wat is het toch eigenaardig, <te|t
die dabUa's zoo lang, frisoh blijven", zei
Madeleine nu eu legde haar arm om mijn
schouders, als wilde Zij mij; troosten. Zij
meende dat ik) veerdriet had. maar ik
voelde alleen angst. Zij' keek me aan
fang, met een anbestemden glans in ile
oogen. Toen ging ze tegenover me ritten
op den hoek van mijn schrijftafel en
schoof haair blond haar met haar hand
schoen wat terug, en keek me Weier aan,
aond-or verwijt, maar ook niet vrooiijk.
„Ik ken haar heelemaal niet, Madelei
ne", zei ik en Ret het hoofd zakken. „Een
foto uit Hollywood, die men voor Mij
heoft meegebracht. Hét staat daar zoo."
Ik kon niet verder. Ik keek naar do
foto. Het was bleek en onwerkelijk
glanzend en als de zon er op scheen, kon
men het gezicht van het meisje nauwe
lijks onderscheiden.' 1 1
Madeleine stond op en wilde iets pijn
lijks 2eggen. Maar daar ging] de deur
open en ea- kwam iemand binnen, de tocht
van de deur deed het portret van ile
schrijftafel waaien, dichtbij! de papiermand
kwam het terecht.
Mijn vriend zal wel gelachen hebben,
toen hij Madeleine dicht bij! mij' zag zit
ten en de dahlia's altijd boven ons
bloeiden.
Moederke.
Him huiske stond .midden in h'et dorp.
>n Oud, vervallen woningsk'e met Scheeve
ruitjes en >n enkele afgeleefde geranium1
op de vervelooze vensterbank.
D;aar woonde Bertus met zm oudelmtoo-
der. Ze hadden >t niet breed. Diaarhyi was
den laatsten tiijid alles tegengeloopén. De
eenige köe, die ze hadden, lag op) >n mor
gen dood. Blij! ui verzekering waren fzle
nooit geweest en geld, om >n -andere t|e
Kapitein Remmin zag zij'n vriend met
iets dat naar welgevallen en hoogachting
z'weemde aan. ZonderlingHij had een
Depaald Zwak voor den jongen dokter. Hjij!
geVoelde voor "hem meer dan Voor andere
mensohen, ©n bet kwam niet zelden Voor
dat hij, de weinig spraakzame man, zich
zelf betrapte opi lange gedachtenuitinlgen,
wanneer hij' in dr. Sehnéhhen's gezelschap
was,
„Je hebt een prachtig beroep gekozen,
ïchnehen," zeide hij'. „De mensohen te
kunnen helpen, hun ziekten en k'walen
te genezen, zie je, zooiets vind ik ©en
taak die de moeite van het leven waard
is." r
Hans was bleek geworden.
„Mijn beroep?! Als ik nog eenmaal
kiezen moest, dan zou ik nooit weer dok
ter willen worden."
Remmin zag hem verwonderd aan.
„Maar Solinehen, dat meen je todh
niet? Zeg jij' dat, een jong dokter, die
nu al naam gemaakt heeft en op; zooveel
prachtige genezingen kan bogen? Dat kan
je geen enrit rijin."
(Wordt vervolgd.) 1