licinale Levertraan
sdi
Koekpan
rentiehuis"
Tweede Blad
Hypotheekbank
6 cent
7 cent
ngs 25 cent
aanstraat 17 - Goes
ÏHULTE THIEME
icon 50 cent.
D. BAKKER
2 prijzen bij
iaanstraat 17, GOES
ts,
n op komst!
ÏUWSCHE COURANT
\ARDEN,KACHELS
st gratis plaatsen,
■eerende prijzen.
43 - Goes
APOTHEEK"
offen
ialité's
erplegingsartikelen
Babybalans
M. HOMBERGEN
I 21.700.000,-
f 21.700.000,-
f 504.000,—
:VEN a 99 /2
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1931
NIEUWE ZEEÜWSCHE COURANT
en teruggenomen tegen 15 ct.
P. J. GLERÜM - Opril - GOES
PRIMA OUDE KAAS
FIJNE LEVERKAAS
Duitsche LEVERWORST
ZEEUWSCH
TARWEBROOD.
Bij KAUFMANN
35 cent per po*0
35 cent per 9°"°
I 65 cent
s 120 cent (4 pond)
H. SMITS, Borsselen.
FEUILLETON
Het geheim van de Ruïne.
ONTSPANNINGSLECTUUR
1 1 -7—^
VOORSTAD 11
iet volgen eener
Ihekers-assistent.
BURG.
f 500,en f 100,
3TIE t 18173-48
|Mr. M. C. VAM DER MINNE.
r-
A
id
ag
ode Pilaren, Middelburg,
wegen steeds de
de eischen voldoet.
0,65 per pond
I 0,24 per ons
f 0,20 per ons
PRIMA
LANGE VORSTSTRAAT 22
BAKKERIJ GOES
tegenover de Landbouw-Bioscoop
vanaf 35 cents.
10 cent per ott*
n(Blikham)16 cent per °"s
voorraad strekt)
we Lanz-Dorschmachine, voorzien van j
ier, en met de enorme capaciteit
ninuut ben ik in de gelegenheid n
lage prijzen te dorschen.
Beleefd aanbevelend,
'erstrelct.
*t* Een gewetenszaak.
„Ik ben aid ,gieloo.vi|gia jomge-n aan idle
Academie gekomen en toe® jk eir lanldtar-
half ja,ar was, wlis <nijn overtuiging om-
gezéb gewottjden in d|ie> va® hlefc mleteBt
absolute dientonaitaioniaifeme. Ik wil1 hie®
wel uitspraken, diait rnijh beste, trouWe
■vader,, in die periode juren en uren lang
mot mij d)oen|d)e is .gaweiest om den schade
lijken invloe)d! Van d)e Academie te breken.
Maar hoew|el hij1 zielf aan een Rijksuniver
siteit g-estudiaerjl had, w|as fi^t hem, toch
SM geigev-ente .ondervangen jjfe aan"
vallen, die op het .Christelijk g,elooif wiex-
dien gedjaan." J
Dit wiajs hlet z«l%©tuig.eiiiils vlan «eu
man, cfte, wiat men -overig.enis van beim
zeggen moge, een grooifc denker wast, v,an
Minister Kuyper, op 3 (Maart 1904 af
gelegd in die Tweede Kamer.
Hi; hald' d|en pmtzagl-ijlken .invltoie-d' van
}iiet ^niiv^nsTfcair.a miidldteiL ia-om disii lijjv'o
ondervonden-toien h!i]| sltu|dlemt was, hoorde
bij Schpilte.n, ©,en der v.rij|zi-nni|gp baan.
brekers, nog het bestaan ah® womdpren
vofdhdligen, iet% wat ©Ijke liberaal in
1904 voo:r een ommogellijlk'hiaid! mioiast h©u-
der. in naam Ü|ar „wetenschap."
Het is dius ieen dlubbeibe red-eni, welke
bet bestaan van -eein Kathjelliiako .Univarsi-
teiit uooidig maakt: laHlejen (iloor haar kun
nen wij -eigen layen-sbesctoouwing (dlo-em
tam®. En dit dloiendg, knwm wij|,.mem-
saheu vormlen in diazo levensbeschouwing
gennMikt. i i
Do toekomst van ons lanid ziali in groote
mate bepaald w-;oild|an door ;d)e katholipkeni,.
ajo die grootste aaneengesloten volksgroep
vormen. .Wieje ons, teelden $viji niieit „bijl
rijnl Zelfs onziei piollitd|eke jmactoti, pelt's
onze kerkelijke bloiei zaL pns niat baten,
zoo wijl niet dia geschikte mann/en en
vrouynai hébben om die plaafc|an in te
nemen, wiaarvan de invlo,e|d| jjiiitgalat op
ons volk. I 1 I j
En die geschikt® n 'woTidan .allereerst ge
vormd op eigen universiteit.
Juist oanldlat d|e®a ©r te, zullen andere
naiversiteliten redeeming met hlaiar jnoetfen
Imudlen. .i ijli.il
Daarom zullen ziji Kakhiolieikie gelaelrdien
W-'t aondter mieer kunnpn voorbijgaan.
Juist, om Wederrechtelijke iaclhitieiruiitst el -
bug te voorkom©®, zoo betoogde yi|a Pip-
lestantsclh-e staatsman Grcien vlan Pxindte-
rex Miedis in 1850 in da Tweed© Kamer,
waren bijzondere universiteiten nootólig.
In 1880 waren ar laan allie Neidieirllarijdi-
sjbe Hijks-Univiersdilieiiten. betbialva ,in
dn go|dlg|eleerdi6 f aoullteiiten nog vi'eir
gcloovig|e! Cbnisitialijke pnof.essoren1
Da 'eteniga Kat|h:oliök.ein, tdiie jarenlang
btnoejndl 'Wieijd'en, waxren afvallogen
Om 'totale ontkiersticnteg. ta voorkomen
van bun volk, Stichtten dia gelopivige Pro
testanten hun Yrijia Universiteit ,ta Am
sterdam. I I i I i j; i
rn idïeiiislt van .Wjetensdhjaipl ,en Geloof
wend id|ei Katholieke Universiteit gesticht.
Gij weelt, «Jat zijlsleabts weinig steun
uit ,de opienbar® ka,sseal .geniet J. GijLwéet,
dart, Kij| niet belstalan kan dlan door uwie
hulp. iBetdjenkt, dat koe beter gijl, helpt,
boe entailer htst Wieak voltooid! is. Hiot
alleion te. idieëalen zin,, zoofdlab da ontbre-
kendie faculteiten worldle® aangeivuldl ,en
men te Nijim/egeu |0|0k genoesllrundta en
natuurwetenschappen z|al kunnen stu-
dleienen. Maar ook in ma|beirieelen zin.
Z'i;, ,diia t egem alia billij|k(hlai|d) in nn nog
weigeren,, ons Hoogar ündlerwij|s ,te subr
sidieieriein, znHen dloor uiw pfSer wetein
«at het onis bloödige ernst is; zij zullen
beigtijipiem, dlait die zaak yoox ons niet enkel
em eertezaiak maar een göwetenszliak te.
Zij znll'en naid|enk!en en tot het besef
tomen zooals .iilit ,oot miet hlet Liager
Ouderwijs (hielt geval is gawleast jilat
hel, vrij; Hooigiar Ondlerwijis), jilat ruim öeo
ferld® ivau biet volk .varlanigt, geen Hef-,
hebberijl ais. 1 i j
D» hisfcoriiei h|erft o.ns jiecht gejdiaan op
het (gabiield van Hager Pnüerwijsalge-
Heen ,-wordlt dia vroegere onderd|nikkteg
ais «n font 'erkend1. -,Maair in|d(ien
ouz'e |on,diere eiens wiailen bezweken.?, Injdlten
ïij bun offers oens .niet h|ad|dlen gdbnaabti
Indien |zij| göwaciht ka|d|dlen ojn het djoor-
breken ,van dlat juiste tezioht bij|, Jdle
andene.k? .Gijl wtaet zlelf bet antwwnjdlJ
Daarom, ,aLs straks het .UniVersibeits-
couaité ,uw gift komt vragen, wleigert niet
fflltar g.eieft 1 Btadlonkt, wat jpn'zla roeping
is in dit land!; beHlamkt ;hoc ;brao|dlnoioic|ilg
gftteieTldla geloovigen z'ijn en yan WeHik 'n
ycr strakkendlen invloeld! hun pptrtadeiu
un kan wezen. i
- 18
In de grootje wildnrniisöen van CaHor-
nie .en h,e!t uitgeist'rakte berglandschap bij'
is SlacTalm,en^to-rivi.ea•, wiaar hïjl dia harde
W.rakt biaid1 .am bet .gouldl ta zwken, d!at
htin h.et .recht zou gaven maar huis te-'
ta koeren, had! h|ij| naar Idldn mat efcer-
'eubepaalden dlonkeren hemel gekieken en
aeb lafgeiv'raaigd1, hoe hat z'ijn zou, als (iie
terugkeer 'werkalijlklhaiidl iwias gtwOiidlen.
hu hij .zlag zichzelf die piuide ruïne op-
Mimmien ,en ,Hachltjes het kasteel btenen-
?aan, waair Molly opi hem ztau wlaohten,
ïteals ze bteltaofd! haldl.
Alleen had' jidj gazogUl ,dait (haj! ma vijf
laar zon .terugkomen ,ma.ar het wiaren rar
asgien gewordon. i
Hat lijkt zoo gemakkelijk in vijf jaar
"wüuin te puakien als men zeventien dis 1
Ah kwlain jiijl de abëenen trap, fllie naar
''H linkervleugel yoeriïe maar die ka-
wiaar jiijl zijte belofte gadiaan blald'.
wild, .konijntje keek h«m van achter
granietblok inieuwsgierig aan en
^roBg toen ,we|g; een uil f'ladldterde ge-.
teffloos uit jdlichit klimop weg en vloog
cirkels boven het ei'mdeloioz© vertriek.
Aaien liep fenig2|aam de| triapgeln |op.
Hebt gijl geen Hnidenen,, dlehkt dan ia.ate
die van .an|dteijen! I
G'ij! .noclbi 0e nwien komien onmiidldellijik
in aanriaking Imtat „jstudie,",?..Vergist
n nietp>f gijl boier zijt of' airheddeir,
pachter lof iwinkleilier, mn|d|dlènisfcanidle,r of
kleine ambtenaar, 'vroeg óf lalat ten
langs iwegen, Welkta gijl niet vermoedt
in 'eien college of in ©en srihecidfegeretahit,
in «en bune,an of ,oip elen miniabariei, in 'ean
vertegenwoordligenldl lichaam of in pen
kazerne, in uw kamer of in «en zieken"
huis, 'Zult gijl onwillekeurig in aanraking
komen tmeit hestuddeijden,, de gevolgen zien
vlan istudlie 'en van 'n bepiaaldle werelkl1-
bescbouwinig, welke 0e stujdl'ta beïnvloed|d(e
van hen 'dia gij| ,znlt ontmoieben. En )dla,n
z'oudit gij! het veisohiil wiel clens kunnen
merken! i 1
Ma.akt ,de blaan vrij voor dp teoiefe1-
ning van Wetenschap dloor Katli|olieflslen
aian 'eig en'Universiteit 1
Hlelpt mee aan dia .vorming Van ons
geestelijk 'lavfen; 'toont anidleren, .wat eigen
geestelijk iavfen 'u wlaiarldl is. .Geeft in
die iztakedhlffildl, dat gij) ^t<et wiat Pians en
Biisischoppen u vragen; geiaft in tJe
blijmoadiga verwachting, 0at uw gavtan
landieriHtankenden la.n,djgfan;ootein de ooigen
zullen opemen; geeft opdiat onze kin-
Öeren zullen 'krijgen wat recht fel
Oentr. Comité d'er St.-Kaidtoond-st.
De geit van Manus Stoppelmans
Het was een heerlijke morgen.
Een milt» voorjaarszonnetje bracht kleur
en leven rondI toet boerderijtje. De hieeit-
rocid'e armen diepl in de dampend© massa,
stond vrouw Stoppelmans p.ver de wosch-
tobbe gelbukt. i i
Boven hiaar in den lindenboom zblng 'n
merel. Ze luisterde niet. De groote hor
tensia's in de groene bakken naast d'e
deur waren een kleurenweelde. Z[e\ lette
er niet op.
:t Is toch1 zunöe tmomp)eld© aa, Be
baad ovier het met aiepe zorgriimlpels
geplooide voorlhioofh strijkenidl, terwijl «r
dikkie schuimvlokken van de paars-glim-
m,eade armen gleden. Een ooganbiik
sbaardien haar ooigen niidenkenldl vooruit.
't Is toch zundle, herhaalde ze. Hlet
was toch 'n flinkta geit. Maar twaalf gul
dien! En Manns dee zoo aorig toen idlie
gisteraovend tlhuus kwam. Zon die soms...
Gtemongei, kwam een stem aohlter
haar. Z|e kelende zich ba,lf om. De eige-
maar van die stem was een m'ager bleek
mannletje, met levendig loerend© oogjes.
Aan z'n rechterhand biejldl bijl 'n fiets,
terwijl z'n linker een nikkel horloge uit
z'n Vestzak haalde.
Ben ik bier terecht bijl Btoplpelmans.?
Jao, dat dlenldta, beaaiolde die vrouw,
terwijl haar banden opnieuw te de inge
wanden der tobbe woelden.
'k Most dien baos z e,lv.ens spreken,
Vervolgde de bezoeker. ,W,aor is Hlie.?,
Achter te da iscbnur ,was het korte
antwoord.
De man stak bat horloge weer in z'n
vestzak en zette da fiets tegen 'n boom
stam. Dan viendlwaen hij! om den bpiek.
B^er Stoppejmaiis was in de schuur.
H^|; vaelde zich niet lekker dien morgen,
'n Tikjie katterig. En 'n vaag besef van
schuld droeg er toe bijl, om z'ijin humeiur
nog gemelijker te maken, 't Ging niet
goed! op de boerldterijl de,n laatsten tij|dL
Yoriigen herfst met monid- en klauwzeer
en nn d'e daling van den roggeprijs. E®
volgende week moeist de pacht betaaflkj
wordien. 't Hadl h'eiel wat zuchten en
klagen gekost. Maar er zat niet hmders
op. Hun besta geit, de zwartkop moest
weg. Een warme traan gleeldl over Mien-
tjes blozende wang, toen Manns met bet
besst in een kromming van den weg
verdlwelen. 1
De weg was lang 'en bij'na boomloos,
't .Was warm voor id|e,n tijjd' van (bat jaar
en Manus meirktta, dat bijl dorst kreeg. Eu
in z'n dorstig boofdl ontstonldl hpt vaste
plan, om zicbziedf na den verkoop op een
groot glas bjer ta trakfeeren. Ziooidlra de
geit dan ook van eigenaar verwisseld
was, bewoog Manus zich1 in dta riclhting
van ,.De Kroon". Vanuit z'n zak klonk
die welluidende muziek van zes rinkelenldie
rijksdaalders. Dat kan een glas bier
lijidleji.
Nn is het eien van de slechte ,yol|g:ens
sommige „prnvers" goede eigenschappen
van het bier ,dat het volgencte glas steieldfe
lekke1 rider is dan zijn voorgangers.
Toen Manus na een kwartier „De
Kroon" uitsla,pte, vomdl hij, dat die wereld
;er veel aantrekkelijker uitzag. Z'n fiets
Zijn folait .klopte heftiger, nlaaxmata hij
hlorger k'wiam, want ieidera steen riep idein
herinnering bij ,hcni wiakker. H|ij| begon
bet «udte .sohoollieldi weer te gingen ie(n
z'ijn stem klonk spookachtig tussctoein do
oude stieenen. jKw.ani maar ean van dlie
geesten van bet verledlan bijl hem om ©en
oetetje mat .hem te praten I Ma;a.r bSj
z'weieg, toen hij ap d'e plaats kwam, Jwalar
bij z'ijn jongensachtige, liefde haldl bekend.
De oaidia .kamer, waar dte .admiraal ge
woond' had, was ook meier .vervallen dan
toen; een dlikke bruine rat varblong zich
snel in ,die)a haand' en «en kolionie Ikleinie
torren knoop ,telgcn dia mnreln pp.
Brian's oogen ,zochltan het Vertrek af;
zijn prinses (was ©r niet. Zie wiaohtte niet
op, beml
Hij 'zuchtte ,en ging naar het vlenster,
waar 'hij' zich op da hneeidla steenen bank
neerzette 'en naar buiten keek, naar idlem
laatsten rooidlen schijn jdl'0 die zon h|a,dj
achtergelaten. i i
Kichaud! Inidlulie keerdic 'zich terstond'
om, toen' blij! 'bonen in dton vershen toren
gekomien was, ©n imierkt,ï, dat zijto vrouw
nergens te zi»n 'was; erger nog, |d,at (B'ij1
gevolgd! wleridl! Van eien v,an d|« 'laatste
onidershd triedien keek Anne Bramant
giimlachenidi naar hie|m ,op.
Maar het was geien aiingieuamia glkn-
laötl' I |l I I; li Ll 'l .1 I 'l ij
begon echter vreemde nukken te vertota-
nen. Misschien was ze wat draaierig
geworden dooildlat ze «en tijldlje in idle zon
hadl gestaan,. Als een zeilschip bij| tegen
wind, laveerde Stoppelmans over idle Straat.
En tot dusver is het niet o,pgeto,alder)d!, hoe
nij er in slaagde, levend1 liloor het wrie
melend beweeg van auto's en motorfiet
sen heen te bomen.
Buiten dte stad w'er|dl het rustiger en
warmer. De, onvermoe|idla zOn Bchtapit haar
gloeiende stralenbundels 'over idten wit-
zanungen weg. Hloewel het Zweiet langs
z'n gezicht droop1, had Manus 'n gevoel,
alsof hij was iMbgedroogd. Hlalfwieg ston)!1
een kleine .uitspanning. E|n opeeins gierdta
die fiets onder een nieuwen aanval van
draaierigheid op d'e openstaanldta d)eur toie.
M,et 't gevolg, dat in den laten na,mi|dl-
dag Manus «Stoppielmans zich te vo'et
huiswaarts bewoog. 'Z'n rijjwiel h,a|dl zich
zo rebelsch! 'getoond!, dat hijl zich ge
dwongen zag, het ,aan de hanld mee te
vacTen. 1
Dat alles 'was gister gebeurd'. Als een
flikkerend© fi'lm 'ging heel de gesch|ie|dle-
uis opnieuw 'door z'n doffe h'ersens.
De deur kraakte open .en in denschiuin-
vaitenaen lichtbund©! ibewöoig'n toanncdijk
wezen iep hem .toe.
Morge, Stoppelman.
'Van 's gelijke deedl |i|e bo,er, zich
afvragend', waar bijl die, stem meier b)a|il
gehoorn'. 1
Ken je m© niet mieer.?, Ik ben Vlas-
StT.". 'k Heb gister die geit van jo ge"
koent 'en nou is ia dlaold.
AVatteJ', teameld© de anldler onthutst,
d'ccö.?,
Ja, dioodl Je verstaia,t m« toch?
Ze lei venmorge mot dl'r poioiten stijf nit-
gestoke. i i
Opeens was id© Ci'-oomerige 'houlding v,an
Stoppelmans geweken. Wantrouwend
staarden z'n waterige oogen dien bezoe
ker aan. Een onbestemd! gevoel van on
veiligheid! bekroop hem.
En gister was 'ze zoo gezonnd' als
'n kip waagde hijl.
't Zei waar weze, zei dien ander met
toornig gefronste wenkbrauwen. Gister
avond gaf ik ze 'voer. Maar vrèt©
hou maor. Geen topiske klaover ging dl'r
deur. En schreeuw© dat zie J!eie. Toen
ben ik naor Manke 'Dries gegaon om
midaelrijne. ',t Kost© m'n "nen gulldlan.
En 't heeft niks geholpe, besloot bij
spijtig.
En wat wou je nou'? vroeg Shop-
pe'imans onnoozel. Maiar z'n stem beefde
lichtelijk.
Wat ik wou'? 'Da's me ook 'ne
vraag! Me geldl weerom natuurlek! Je
beigrppt toch ziekeir, id'a,t ilr dl'r geen ,ge!-
noega m«e neem. 'n Zieke geit veirkoope
en uan.
Ze was toen ni© zi-et, protesteendta
Sitcpfelmans met klem, ©n ik betaol gin
cent. Danh! ,a|di jei 'inaair 'n©n veearts
motte 'hable en plaats van diiejen kwak
zalver
't Is geen kwakzalver. Hijl geneest
alles, wat ia ond,er handen neemt.
En 'de geit dan? dleeld! Manus onvoor
zichtig.
Zeg, ga je m« veur den gek jhbuie
ook 'snauwde de ander hem toe.. Zin
kleine oogjes schoten vlammen. Wjaclhit
maar manneke. J« zult ©r meer van
nooren. 1
Z'n driftige voetstappen verdienen
door de deuropening.
Totn 'het geluid der voetstappen wegge
storven was, liet Stopipelmanis ©en zware
zucht. Hij greep die riek, zette ze aan-
stonidls weer neer. Hij! kon niet meier
werken dien morgen, 'n Somher visioen
van deurwaarders en politie ijoeimldle tel
kens voor hem op.
Wie was dat? Wat won die'? vroieg
Mientje, dte armen in den blauwen boeze
laar ger.ofdl. Wèrom sohreend©-n-iia zloo
handi? 1
O, 't whs over idle geit ,legdie bij uit.
Hij; bald! idle geit gekocht en noni fe zie
dloob. En ie wil z'n ge!|d| terug.
De geit dlood? hterbaallute Mientje
voor zich jhtaen. Hbo kan dlait?,
Noiu ja, 'n'e geit ken toch! krek zbo
go'ejt doo|d|gaon as 'nen mins. M'er zien
c'ente krijgt i'e niet w,eexom. ,Wlerom
loopt i'e pok naoir 'nen Icwakizalivter'? Hoor
's vrouw, |as-fcita nog 's weterkamt, pluite
w'e 'de d'eur. Bdgrepe?,
Z'e kinkta begrijpend. Maar ,een vaag
aagstegevoiel 'kon ze niet van zich! .afzet
ten. I
Tw'ee Öagen .waxen voorbijl toep 'n
fiets vooi- het huis stilhield!. Mientje
stcrud voiar h'et raam. Het volgend oogein-
blik h'ad z'e d'ei dtaux grenldlelid|. 't Was
„Waarom kom je mie achterna, wi'l jie
iets van miel?" flnistierdje bij1, terwijl! bjj1
door die toientemjencte dluisterniis naar ha,ar
kc©k.
„Waarom ik je achterna kom ©n wiat
ik van je wil?" lachte zte huid', terwijl z/-
dichter hij' hem kwam. „Vraag je dlat
nog?, 'Dit is toch zeker die dag, dip je
voor 'je 'huwelijk .vastgesteM haidl ons
huwelijk. 'Je hle'bt h(et nue 'wöl niet viertel|d'
toch ben ik het gewaar gpwfordjen en
daarom ben ik gekomen, nog juist pp
■tijd, hoop' ik."
Een zenuwachtig glimlachje speelde
cm Indlulie's lippen, toen h'ij1 antwooridldie:
„Neen, 'te laat; het hiuwiel'ijk heeft van
morgen al plaafg gelhadl! Gla jij| m'ajar
terug na,ar dien kostelijken bro,er van je
ejv 'je kostelijkia dochterI Als je het hart
hebt hier te blijlvpn, d|an z;ai ik
„Wiat 'zul ije dan?" i
„Dan 'z;al ik je laten arresteren !we-
gens poging tot 'afpersing
A'mne 'Rramant lachte we|er ©n Inidlulie
teek 'zemuwachitig in hjet xoudi, toen haar
stem echode tegen 0e muren van d'e
ruïne.
„Je "hoeft niet iztoo luidl te hpsrlaken 1"
.riep hij.
„Wie 'kan ons hooxeri? Er z'ijin bier al-
reen maar igeeSben ien insecten, meinie©r
inaiulie, en daaryoor ben't tochl ziekpr
niat bang.? Dia weten uw geheim toch
'Vlass'ems. "Z'n .oogj'es dlwaaliden izoekefcid
Tand. Dan trad 'hij op dia d'etur toe e|n
lichtte d'e klink Op. I til'
Vast, mompelde.' hij-
Hij liiep rond1 dia schnuir. Maar Pok' |dto
was gesloten. Schoudemopihalend giinig hij
na,air z'n fiets teirug.
Dat hiebble w'e 'w«ar gehad', zei Stop1-
pelmans, terwijl hij 'dte .grendels terug-
schocf. Zulke gasten taoge dl'r vpuir mijta
piart blijMe.
Hij! kiclek anld'ars niet kwaod', meofnldle
Mientje.
't Was wcier marktdag, 'een w.eek' later.
De wiegen naar de stad waren vol boeren,
V£0 ©n auto's. Onldar de jachtenldle m'as-
sa bevond' zich Manus Stoppielmans. Hij
ging eigenlijk alleen uit nieuwsgieriigbeild
naar de markt. 'Zaken blad! hjij| 'er niat.
Op het marktplein bemerkte hiijl öp-
«ens 't bleake 'hoofd' van Vlassens. Schuw
draaide hij! z'n gezicht in een an|d|ere
richting. Maar Vlasöers hadl hieim gezien.
Na (lenige oogenblikkeu hoorde Manus
zijn stem achter zich. 1
Zag, Stoppelman-s'.
Hij1 antw'ooirid'dle niiet, dleeld! alsof hijl niets
gehoond h|ad'. i -
Dan volgdie ©en knaep in z'n arm. Nu
mgeist hij, wiel omaiien. Hijj kaek te 't
lachende gezicht v,an Vlassers.
Gie waTid doof, geleuf' ik, .spotte
alezie. Zieg, weet je al, w,at de geit man
keerde - 'i i
N'eien, ©n 't kan me nilrs schele
eek, bromde Stoppielmans ontevreden.
Toorn üikkardle in z'n oogen.
Non, jeh oiaft me niat zoo. bwiaod
an te kijlae. De sik had z'n maag vol
bri-efloes bankbiri'efkeis.
Vol wiat,te.? stamieldte Man-us, alsof
hij niet goed' verstaan had'.
V,ol bankhriefkias ,v,an honderd en
tweeihondterdi gul]den. En di'r was nog ©en
van dunzend bij ook. Zia waore hallef
verteerd. Mer de nummers waore noig
- - I i LU M i
'Stopp elmans staiar'dle den anldler met
grdotverbaaisdia oogen aan. Z'n onder
kaak voerdla automatisch «en op- en
neergaande baw,eging uit. Hij hijgde maar
lucht. J i
Dunzend zteg je? kwam fret tus-
■scheu korte ad'emstaoten over z'n bevendte
onderlip. Enme van wie zijjn dia non?
Van mijlni neituuriiek, klonli het sar
rend terug. Ze znoten in da maog en 'ik
heb die ,geit gekocht met alles wat d'r iu
was. i ..tij, t
Dat zit nog 'nnen keer, daiair ben ik
niet miee ,tevr,ejen, schreeuwde S'topippl-
man-s, dóe het denkbaeMi niet kon ver
dragen, dat |d:« onverwachte schat hem
ontgaan was. D'r is neg pelieisie.
Hoor 'a Htoppclmans suste Vlassers.
De politie heb ik er z,eLv©ns 'al bij) ge-
haold. Meende gij|, dlat ik zooveul gelid!
voor me eige wou houe? N.ae man, dlan
kende Keeis Vlassers nfet. En nou mot
ill om twaalf uur Kiea- op 't beroo kom-
me. Z|B zegge, dait er meuglijk non 'men
go.eien fooi ,aamzit. Witte wa? Ga mee,
jeng. D,er ,zul je noodt ech'ao bij| lij'en.
Aarzelend ging Manus mee.
't Sloeg juist twaalf uur, toen zte heit
p olitiebnreaui binnentradten. i
Achter xDq tafel in 't groote viertnek' zalt
de commissaris {net een sigarenkistje voor
zich. Daarin lag «an brei'achtige mlosea.
Du half-Viprtearldte reislten van heit bankpa
pier. i j
Eien dlikk© heer in een witzijden Vest
haald© ©en Zakboekje ta voorschijn, Idht
bijl dien commissaris overreikte, 't Bleek
©•en Eransieh. veehandelaar te zijln, de eige
naar van dle biljetten.
Bi?b;C'e|d|zaam visohte een :aigent de week©
papiertjes «en voor een uit het kistje,
tegelijk haiidopi het nummer noeimenid.
Bica -trés bie®, knikte |de v-eiehan-
ldlela,ar, teen bleek, dlat er geein ontbrak.
Z'n ;ha,nd 'tastte in den bimnanzlak. 't VolJ
genid ooganbiik (bevond zich! «en kraaib-
nienw biljtat in Vlassers hanid. Een vla®
Ifondierd'. j i t
Pour vons dieux, ztai 'de Fransch'man
met een amicaal knikje. 1
Walt ziegt ie|? vroe-g Stoplpelmans
gejaagd'. I I I i i
Samen dleelen, vtertaialdie dte 'comm-is-
■saris. i I i I I i
Dien midldag (dlrita uur zalt een .onge
rust Mientje Voor heit raam. Nog wtas
Manus niet terug. Zou 'die soms weer
Maar n©«, hij| had immers geen z'akgieM
,die geit was al verkocht. In angstig©
spaniniing tuurlde z© den straatweg pp.
'n Vrachtauto nia|derde. 't Geluild Van
dien stampun'den motor dhong rumoerig
tot haar dloor. Opeens hield1 zijl met zWBff©
T,emsltoot«n stil. ,n Deurtje 'flapte pp©n en
niet." 1 1 I 1 1
Inidlulie 'keek 'Ann© in hlet gezichjt. Hoe
veel 'wist 'zijl? Misschien was bjeiü beter een
overeenkomst mieit ha,ar te sluiten; ze
verlangde immers na.ar gel|(if?, Toch hlui-
v^rda hij1 inwenldlig bij) o© g|ad|ach|te, dat
hij het geld van zijin vrouw zon moat©n
gebruiken om het zwijgen tje knopen van
een anderie Vrouw, dia h'iji vier jaar ge-
leid|en beloofd haldl te zullen trouwen.
„Hi W'E tae wrelien," z|ei aa langzaam
en mat Uaidruk op1 iejd(e>r w-oord, „mie
wreken om vier ellieadige jaren en 'n
verloren leven 1hat verloren l©v©n v|an
m'ijn kleine meisj©."- Toen yroeg zo:
„-Waar i-s Jaan?"-
„Aisiof ik 'dlat moet weten. En om|d|at
ilc niet veel tijdl ihjah, over dit onderworp
verder d|oor fe praten, zou ja me veel
genoegen do-en |d|oor m© even fe laten
piasisceren."- 1
Hij bewoog zich, alsof jhjij) jdJa tr.a,p af
wilde komen, maar Anne ibljeof omb'e-
wceiglijk slta,an. i
„Neen, nog nieit I Hi heb ©tergt n-o-g w.at
te zeggen -en jo «noot naar me luisteren.
Zoo,als ik gazejgd heb, is hpt alleen olm
wraak te doen, niat am gplldl. Hi w©e.t
niet, of jet waarheid iSppeokt met betrek
king tot Jo.an ik weet .afleieu, dlaf j©
van haar bostalan afweeit, (djait j-e hjajar
gezien en njeit haar gesproken hebt, ©n
ik geloof dlat jg haar hebt weggestuurd)-1
Manus liet -zich va® dta treeplank glijden.
Er sitapte noig ïepianldl uit. Vlaissexs!
Mdt wijldgetsiperld-a ;oogcn keek z'e ver
baasd toe. Btaide mannen vcijdlwien-ein ach
ter dun wagen, 'n Minuut v-exliep-. Dan
ope-en-9 schoolt de auto met «en walden ruk
vooruit en v-srdlwe-en in pijlsnelle vaart.
Helt .raoid-opgejwoh'dea. gezicht tegen Idle
ruiten gedrukt, ztag Mi-entje de tw«e man
nen 'helt bek b-inn-em stappan. Eu- tuosc'htan
hen 'li-e'p kllaigenldl «en 'schioonie geilt can
zwiailttoo-p. i I I
l' M
Het stemmetje.
Zoo-als haiadt jieidtaren avond, zlat vroulW
H-élème -t-a naaien. Op ©en stoal maast
hiaar lagen v-ersohiillendla fcletedinigdtnklk-en-
van die kinderen. Hier wiax-en galteoi iln
kouaen -m isokjes te stoppan, Üiaar scheu-.
ren in jurkj-eis en broeken Ü'ichlt te mak-en.
Ean knoopje kon haar oudfste dochtertj-e,
de H-jarige Hilgonid'a, er all beat olannaaien
en zij) w319 uc znietti weinig trotsc-hi op,
'dlaf zij- mqad-ar al helpen kon!
Mat «en zucht nam -da v-ronw da broek
v-au Henk van den stoel, om za nia te
kijken. Vol schrik hadl zijl 'hijl heit njtkiee-
•dein ©en groote eclieur in de baast nog
nieuwe „Kerstmishroek"- on-tidekt. De
kleine zonidaar zettei «en doo|d|ansohnlld!iig
gezicht -e|n verzekerde: „Moeke ',iik wiqet
heusch, niet, hoe dat gekomen is! Ik Iheib
ar -toch zoo goad opgepas-t, ik ban alleen
ma,ar één keer van de trapleuning afge
gleden," voegde jh.ijj «r veriagen aan fee.
„Ik.moet mo-rge® toch' eenia kijlkan, daar
z-i-t z-eke-r ,eein spijker in!"-
Moted-er bro-m-t een beetj-e en waarschuwt
hem toch eindelijk aens verstandig te
worden en niet zoo wijdl te zijhl Maar
de schen-r dis er nn «enmaaj «n di-e moet
genaaid! wouden.1 i i
Hélèn-e denkt aan den leukan wai|djzla|ng,
Het waren lie,ve, maar z'eeir dirnkk-e teui-
p-eramcntvoll'e kinderen. Ze lagen allllte
drie rus-tig in hun bqdjb en sliepen idle®
gtzenden .sla.ap- ©Ier kinldleren, H'ie nog niets
weten van zorg ©n ejii-endc, niet we
ten, hoe zwaar bet den oua-ers viaft, hun
-het noodige te verschaffen ho-e zwaar
Let voor een moeder i-s telkens en tel
kens maar weer de klceiren van ata kin|d!é-
ren, ,di-e haast ni'et meer te v-eirste|lllien zij®,
in o-rde te bitengen.
Ho-evCal avonden kan zij| «erst tegen
middernacht haar doodmoe Jich-ahm -ter
ruste leggten.
Ach, die bi-ttersl'eclhte malaisetijjd! Ook
zij! en haar man hejbben zw-aiar onder den
fllgcmecnen si-echten economiischlen toestand
te rijden. Er is haaist geen slag werk,
hoezee-r haar man zich ook inspant. En
dan i-s -het zuinig zijn iangs talla kanten 1
Ja, en was dit tenminste nog maar het
©enige. Maar Délène's hland-en vallen
onwillekeurig slap in haar schoot, Wet
©ene, wat haar anders altijd met vreugde
vervuld1 had, wat nu echter als een haast
niet te dragen last beteek-en-dteidjajt er
weer een kindje komen gin-g, ach God,
in dezen btenarden -tijjd), nn zij' ternauwer
nood d'e dlria anldlere mon-d|en voeden kon
den! i i
Ar menige traan h|ad d-a anna moe0er
in het geheim vergoten. Ook nu werden
haar ooigen vochfig, Niet om Wet kind
a meen! Zij had ztelf, o zoo gaarne nog
eens zoo'n engeltje in haar armen gekoes
terd 1 Zij had immers ajtijld h|aar zlalilg
smartelijk moejdferschapi alis ©en kroon ge
dragen. j 1
Maar, w|a|t izon die to^jko-mist brenigen?,
leider jaar w'eird' dta toestanld al cri-tiiek-er.
T-t-lkens was Wet: „Nu moet toch he-t
hoogtepunt bereikt zijjn pf heter, heit
ergste moet geleiden zij'n -want erger
kon htet niet wordtan!
En toobl was bet vo,ortd'urend! eltechter
göworldlen. j i i
Boe hadden Idle bea'dta ou'dlers ziohi tejkfens
op iéder dtar apdlea-e kinldieren vexihieugdl?
En nu?. Blaast als «en ongaliuk gevo-eldlein
zij het komien, als die oorzaak van meer
armqadla ©n meer zprgen! - i i
Ach, d|o jonga moeder kwam zich) ha|apt
wielerzdnwekkenld vpor met hiaar innerlijke®
afkaar voor dta o-nigeiborenc vruchit, dd-e zöo
bdédleT aan ba-ar hlaxt klop-tei! Heit arme
weaen-tje! i I I I I i
.Wos het niiét onschn,l|d% aam zijn be
staan
.W-fierlooa prijlsgagev-en aan fclfde of
koWdie.? Traan opi triaan rolde over h|are
wangen. B-ui-tlen etroomdle «i-a ragen He
druppels slaégen bard tegen Idle venster
ruiten. To,en diach-t Hélènte ,a|an haJar
ma-n. Da etakkleridl! Bij w-as ex nog «eins
op uit gegaan om w'enk ta zoeken. Zou
„Ik heb haalr injdehdaad gazie® en ge-
-s-plnoken -er was oen onbeschloifta lanid1-
loopeir hij' haar; di'ait is alias wiat dik
wedt."- I'll,!,
Anno .keek hem gespannen aa.n.
„Ik geloof, d'ait je m« voohliegt, ma-ar
ik ben ar n-iiet zeker van. Het ie ook wel
mogelijk, dat ja -aen r.e|dlen hebt, m'a die
schnEplaats v,an myn kind gebelm te
hon-d'en. Deiz'c maan|d|en, waalrin ik hab
gapirobeierdl haax ta vipdlen, hebben mij-
veel geleemd; ik heb gelaeijdl, dat ,al djezta
ianderijlan hi-ar v,an je .vrouw hoeren en
naalr ik verondtarst'el, nn van jou z'ijn."
Indhlie lachte.
„B-en jij misschien va® plan, 'ar aan
spraken op- Itha laten geldon L? Ga je
gang maalrl" l I
„O neen, het eenige ,wat ik' van plan
ben, is: mij te -Wreken en Joan w-eer tie
VindenZoolang ik haatr ni-at gavon|d|en
heb, zal ik jou nlqt m-at rust laten ik
b'en van plan je ov-ar-al te v-ollgen, j-e idiag
en macht aan je yanbrokjen belofte te
h'ea-inneren, aan jie -s|peeilh|u®s en dia mleln-
sch'en, die jij) tan gron|d|a hebt gericlht.
Ga, waair je wilt; verbeig je, wiaiar je
wilt, ik z-ail ja eteejds volgen; 0a viroiuw
en de liedje, die je mat zoo'n hlooglen
prijs gekocht heb, zullen je nooit gel'uk
!(.\V„-wilt vervolgd!.)