ZIJNEN Zeeland! Roosendaal Ur9GOES(ZeelaRd) E Zn. niet |g 15 April. 3000 fl. Witte Wijn. De ongeziene wereld of het leven na den dood. .HE COURANT ZATERDAG 12 APRIL 1930 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT GOES Goes, TWEEDE BLAD FEUILLETON De gestolen goudmijn. 3> Historische Kroniek ONTSPANNINGSLECTUUR IrAte-9 kGENTEN: L. K. KRAMER W. A. DE GROENE dljke C. VAN BOVEN en C. DE LEEUW lamme P. WALRAVEN rp P. VAN DER WEELE e P. SCHUERMAN lath C. DE GOFFAU C. J. DE GOFFAU (dijk P. J. PLATEEUW opgelost, voorname- :en van de stad Goes. ran het gesprek ge- sin g te vinden. Zelfs e geleerde menschen |ist te kunnen vinden daarvoor. En wat eemt nu het initiatief ^TERREIN inrich- igenover de nieuwe 214X7-82 ot: in EHecten. ïHTING. Se markturen zitting la hel |id8 Bank- en Effectenzaken BILLIJK. 18174-30 Kreukalmarkt 7—9 ardoor verplichte con- er ieder kwartaal, gen prima onversneden Rosenheim en Pils, het dat. Prijzen hier fijnen. do Biographic (tevens geschiedenis) van keizer Cladius (Via Cl audi i Cap.: 25). Phlegon, een vrijgelatene van keizer Hadrianus, geeft in een vam zijn werken eenige bijzonderheden wcict o-vler de zons verduistering, die bijl JeZus' dood plaats vond en zegt van Hem1, dat Hij eern proleet was, die: veel toekomstige ge beurtenissen wist te Voorspellen, die .ook later werkelijk zijn geschied'. (Origenes, contra Cclsumi II. 13.33.59.) Jsodsdie schrijvers. Behalve, in de brieven van Paulus en iin de eerste levensb'eschrijlvingein van Jezus, de Evangeliën, vindein wij' ban uitdrukkelijk getuigenis over JeZus van Nazareth bij' den vermaarden joodsohen geschiedschrijver Flavins JosephjüB, ge boren vier jaren na Christus' dood. in zijn werk „Over de Joodsche oudheden", waarin hij' de geschiedenis geeft van den aanvang der wereld af tot aan dej Ver woesting van Jeruzaleml. Om' het groot belang van dit getuige nis, geven wij' dit hier in zijn geheel weer. Het luidt aldus: „To dien tijde leefde Jezus, leien wijs Man, als men Hem' tenminste een Man mig noemen; want Hij1 was werker van veel wonderbare dadeneen Lciera-ar dier menschen. Hijl ha>d! velen vam de Jodetn, maar ook velen uit het heidendc|m- tot getrokken, Hij1 was de Christus. En toen Pilatus Hem op een aanklacht v'an tie voornaamste mannein van ons volk tot den kruisdood veroordeeld! hald, lieten toch zij', die Hem' het eerst bemind' hadlden, van Hem niet af, want Hij' verscheen, huirt op' den derden dag welder levend* '(daa|r de goddelijke profeten dit en duizend ain- dee wondere dingen van heml voorspeld/ hadden. Nog op lieden hjeef't hot geslacht der christenen, dat naar Heml 'ge.noefmd wordt, niet opgehouden te bestaan." (Ant. :18.3.3). Ziehier de- voornaamste getuigen uit de oudheid, die voor het bestaan van JeZus van Nazareth pleiten. 'Ongetwijfeld! is hier de vraag gewet/i tigd: als Jezus van Nazareth zulk een beroesmld Wonderdoener is gewoest, zoo dat Zijn rechter Caïp-has vlan Hem' kou getuigen „dat de geheel© wie.reld' jHienr naliep", hoe komt het dan, dat Zijjni optreden bij joden en heidenen niiet een veel ruimere plaalts in de litteratuur van dien tijd heeft ingenomtan, cm dat slechts zoo weinig tij!dgenoote,n cr m'elding vam maken. i 1 Vooreerst dient hierte worden opge merkt, dat heel veel van du geschriften dier tijdgenooten vtoor ons verloren zij.n gegaan en dat wijj Verschillende geg-ek vens slechts bezitten uit de tweedehand Vervolgens, dat do Romeinen al bitter weinig notie zullen genomen hebben vam hetgeen beweend1 werd ba geschieden in een afgelegen hoekje v'an hum 'm'achjtig wereldrijk, n.l. Palestina. De joden golden v,bor de verlichte ro meinen als barbaren; hun Messias al® een politieke tegenstander, dia zijh lamd- genooten zou bevrijden van het jiuk van Rom'e, waarvoor zij) zich derhalve niet zoo hijzonder interesseerden. Wij miogen niet uit het oog verliezen, .dat de oude wereld over minldleir ",coin!m;uL- nieatiemiddelen beschikte dan de onze; bijzonderheden over groote persoonlijk- hoden wenden eerst langzaam' verspreid. De eerste christelijke schrijver, dia van Julius Caesar Rom'e's grootsten veld heer melding maakt, is Orosius, onge veer 500 jaren na diens dood' I Mohamlmteld, de stichter v'an den mo- hamlmeldaanischen godsdienst, stierf' in 632 en de eerste iW-esberschie sohrijjvter, die melding van heat maakt, stierf in 1124, ongeveer 500 jaren later (Apol.II, b'ez.16) Alkmaar. C. VIS, rector III De woorden des Eeuwigen Levens De Christus Zijn Persoon. „Uw prinselijke lucht; met een reuk „van zon en zómter; het licht blinkt „warm' en dieip. „Mijn kajn'er is als mlijn gemoed, „roerloos van ongesproken ge'luk. El' is „geen schaduw, alles is sc'hoone kalm- „te, lichtende rust; aau 't open venster „ade.m't fijntjes de morgen, een honi- „mel bromt in een bloeim. Diep in „mijn hart hoor ik de stam' Van God. „Behoed mij', glorierijke Vader, voor „het leelijke en het ledige; voor do „zonde van onwaarheid, voor den gru- „wel der leugen. Help mij' waar zijn tot „in mijn zwakheid too, o God, en m!a,ak „mij diep en rijk aan schoone, groote „begeerten en fijne geestelijke neigingen „Heel den dag heb ik verlangd! naai „dit stille uur nïet U. Ik ben mij' zeer „bewust vau Uw nabijheid: mijn hoofd „leunt aan Uw bloemige wang ik „weet dit heel zeker. Mijn geest is vol „heldere herinneringen; al mij» ge- „daihten zijn beeltenissen van U. De „lichte vensters van mij» hart staan licht en groot: Uw kalm'e handt be schildert ze met kleuren van hemel en „aarde: middenin als een kostelijks bloemi de warme schitter van Uw „Hart!" (Jac. Schreurs) Heidens the schrijvers Plinius. Een ander niet minder beroemd getuigej- nis is dat van Plinius Caelici'us Secundus. Plinius werd' geboren in het jaar 61 na Christus. Uitstekend geschoold onder de Riding van den vermlaa-rdem. Rhetor Guin- tilianus, werd hijl-een kundig, geslepen advocaat, die zijn cliënten kosteloos verde digde. Als gunsteling van keiaer Trojanns (98—117), wien hij! bij, diens terugkeer uit Syrië een vleiend lof-gedicht had op gedragen, werd hij' benoemd tot consul en vetoefde in 't jaar 111 als buitengewoon stadhouder in Bithynië. We leven volop1 iu den tijd der christen vervolgingen en ook keizer Trojanus duldde de christenen niet in zijh uitge strekte wereldrijk eu daarom' moesten de stadhouders in zijn wingewesten de chris tenen vervolgen en uitroeien, .Blaar Pli nius was 'n rechtschapen Bi'au een! oude overlevering weet to verhalen, dat hij later op 't eiland Kreta door ïitus den leerling van Paulus, zou zijn bekeerd en den marteldood is gestorven en had een te edelmoedig hart, om .allen, die den naam van christen droegen, zoo maar zonder vorm' van proces te laten ombren gen. Daarom vraagt hijl zijn keizerlijken begunstiger hieromtrent raad! in een brief die ons als een gewichtig historisch; do cument tot heden toe bewaard is gebleven. „Caelieius Plinius aan Trojo, den Kei zer." Na een zeer vleiende inleiding a,an het adres van den keizer, gerft hij! een uitvoerig verslag van zijn optreden te genover de christenen. „Ik heb ze zelf ondervraagd. Zij', die bekenden, heb ik tot driemaal toe aan een verhoor onderwor pen en met allerlei straffen bedreigd. Als ze na dit alles hardnekkig bleven, heb ik ze laten terecht stellen." Dit alles is geschied op hoog hevel van den machtigen Caesar, maar deze han delwijze kan ten slotte den rechtschapen Plinius niet billijken. Vandaar de drin gende vraag: „wat te doen, genadige Heer met' die massa Christenen, v;au iederen leeftijd, rang en stand, v»n heider ge slacht, die hier niet enkel in de stedlgn, maar ook in da dorpen e« opi 't platjta land, de tempels onzer goden ontvolken en hardnekkig weigeren wierook en wijln te offeren Voor uw beeltenis in dein. temt- pel? Allen ombrengen, allean omi den naam, dien ze dragen? Want allem verze keren, dat hun ge'heele söhjuld! en hun geheel» dwaling hierin bestaat, dat zij gewoon zijn op een vastgestelde» flag vóór zons-opgang bij' elkaar te komen .en liederen te zingen ter eeuw vam Christus, dien zij als een god' Vereeren. (Kirch Ejn- clir.bez. 10). Zoo schreef een heidensehje stadhou der 80 jaar na den dood van Christ),us Ook het antwoord van keizer Troja nus op dezen waardevOllen brief is tot op den dag van heden bewaard' gebleven. D» geschiedschrijver Suetonius ver meldt den Christus in 't voorbijgaan in Hij1 ging rechtop zitten, wreed' ziju oogem uit, en liet zich weer gemakkelijk terug vallen. Plotseling Viel zijn oog op iets, dat schitterde en dait vlak bij! de plaats lag, wa,ar Dave bezig was geweest met koken. Hij kroop -er naar toe, beurde het voorwerp opi, ging weer terug eu bekeek het nauwkeurigineens onderdrukte hij' een schreeuw, kneep ziju hand stevig dicht en zag angstig rond; als ©e» dief kroop hij weer naar de plek toe en Zocht naar meer zacht glanzende stukjes. Hij! vond nog twee of drie kleine deeltjes, en fluisterde: Goud! ©n liet ze in een bin nenzak glijden. Toen ging hij weer liggen, trok de deken over zich heen en sloot zijn oogen. Maar hij! was klaar wakker en dacht na, heel diep. Plotseling klonk er een geweerschot, miaar dezen keer was het verder weg, hijl stond op en zocht rondom' zich heen. Ja, zeide hij) zachtjes bij! zichzelf, hier is het. Toen Barry en Dave terugkeerden Von- ,^uu ®lst klaarblijkelijk in een toon01! ,F', zoo stil mogelijk, om! hem' "Oial met wakker te m!aken, begon loApril 1794 gaf de Nationlale Con ventie te Parijs bevel, dat de Blsch van ■Jean Jacques Rousse/a» naar het Pan theon zou worden overgebracht. In het Pantheon word-en zijl bijgezet, die iu de Fransehe geschiedenis een ZCe® groote rol speelden. 1 14 April 15 74 had de slag op de Mokerhei plaats; deze Veldslag van de Hollanders tegen de Spanjaarden liep' min der gunstig Voor ons af. Hier sneuvelden Dave het vroege ontbijt gereed te m'aken. Spoedig was dit klaar en Barry raakte zachtjes den bezoeker aan. Deze opende de ocgen, geeuwde en keek mlet goed geveinsde verwarring o.m( zich heen. 1 O, ik herinner het mie, zeide hij' dankbaar. Ik heb heerlijk geslapen en ge voel m'e in 't geheel niet moer vermoeid. Hartelijk dank. Prachtig, zeide Barry. Eu ik hoop, dat u een goeden eetlust hablt gekregen. Daj hier heeft een paar vogels geforai- cUm en er is net nog genoeg brood o,ml onzen honger te stillen. Ik maak misbruik van ruwe gastvrij heid', zeide de gast. Mag ik den muanr we ten van dengein© aa,n wiem ik zooveel ver schuldigd ben Ik heet" Stanley Carras- ford. Eu ik heet Barry iWynton, zeide Barry. Ik beu blij' kennis m'et u te mar ken. Hij stak zijn hand uit en Car rasford schudde haar krachtig. Ik geloof duit u ock op jacht bent Ja, antoordde Carrasfórid. Zoowel voor afwisseling als voor rust. Ik heb taij' zelf overwerkt en mijn d'okter zond mij hierheen. Bet is hi'er een mooie streek. Het voorschrift vau den dokter hoeft een Zeer goede uitwerking op m'iji gehad, want ik ben weer geheel geniezen. Is ,u ook hier heen gekam'en, om zoo maar eens een Lodewïj'k Vak -Nassau en zijn broedend Hendrik, wier lijken men nooit heeft kun nen terugvinden, j 15 April 162 9 word de grootste Nederlandsch-e wis-, natuur- en steqre- kundige Van Nederland uit zev'entieudte eeuw, Christiaan Huygens geboren. Zeer bekend zijn z'ijn onderzoekingen aau slin gers en ziju imleeir nauwkeurige beschprj/-' ving v'an de gedaante en dein) ring vlam Saturnus, alsmiede v'am de ontdekking v'an een maan Van deze planeet. Huygeu's overleed in 1695 te 's-Grav'enhage. 16 Apu'il 15 33 wend .Willam.' I, graaf' via,n Nassau en Prins v'an Oranje, grondlegger v'an ons ouai'halnkelijk! Ne derland te Dillenburg! geboren. Zijln va der was Graiaf Willem/ Van Nassau Dil lenburg en z'ijh móeder Juliana, dochter van den graaf van Stolberg. D'e jonge Prins Van Oranje genoot zij'ni opVoeding aan het hof' van keizer Karei iVi 'te' Brussel. In het jaar 1551' hu/wde hij! met Anna, erfdochter v,an Maiximiliaian va» Eg'mond, graaf van Buren, enZ. Toen keizer Karei V in 1555 afstand deed van den troon, ontving prins WilleM de opr draekt om de keizerlijke troon en schepter aan den Roomsch-koning Ferdinand over te b'rengen. Prins Willem/ verloor in 1558 ziju gemalin. In denzelfde» tijd viel d!e benoeming Van Margaretha vau Palma tot landvoogdes der Nederlandten op aan raden Van kapdinaal' Grarwelle en z'eer tegen den zin der Nederlanders. Iets later werd een verzoek van Oranje en 'driehonderd andere edellieden om vrijheid van godsdienst in de Nederlanden door Philips afgewezen. .Vanaf het jaar 156$ was Prins Willem' openlijk de Vijand v:a,n Spanje. Belangrijke feiten in de»' oorlog tegen Spanje waren oja,. de inname van den Briel in 1572 en d'e VerVaR'en-ver- klaring Van Philips II vhu de troon der Nederlanden als antwoord op dte Vogel vrijverklaring van den Prins vla» Oranje. In 1582 (deed een Spanjaard te Ant werpen een aanslag o|p| den prins, waarbij deze licht werd gewond. Op 10 J/uli 1584 werd de prins doodelijk getroffen door eenige pistoolschoten. Dó dader Bal4 thazar Geirairds Van. dtezten te Dólft ge- pleegden aanslag werd direct geVangen genomen en ter dood Veroordeeld'. Op 3 Augustus werd de Prins in de Nieuwe Kerk te Delft begraVen. 17 April 157(7 viel dó stad Tholen van de Spanjaarden af en erkende Prins Willem vau Oranje. 1 1|8 April 1 6 6 jG( had dó vrede van. K-leef plaats tusschen, Nederland en Ba rend van Galen, bisschop Va» Munster waarbij' laatst genoelmlde dó Veroverde pl'aiat- ken Doetiehem e» Lochelm1 terug gaf en afstand deed vjan de heerlijkheid! Boreulo. 19 April 1 7 7 5 had de eerste veld slag plaats tusschen do Eingelschen cn d'e opstandelingen in Noord-Amerika. Het was dc slag b'ij Lexington tusschen de Engel- sche troepen en do Virginische militi welke laatste werd aangevoerd' door .Was hington, een der grootste m'an'nen uit den t'ijid van den Amorikaianscliein vrijheid) oorlog. i Niet zoo moeilijk en toch zoo zeldzaam. Nu ja, ik hoor, dalt gijl een keer aan-' gename, prettige reia hebti gehaid, waar van gij nog menigm/aal en lang ziilt kun nen vertellen; het doet mij' groot genoe gen, dat het jullie goedl b'evajlen is en je wel behouden zïjfc teruggekeerd'. Bij deke woorden, leunde imierVrouiw Scheller wat achterover in den hoók der isofh. Zij'legde hteide handen ovór elkaar, liet ze langzaialm) in haren schoot zinken en ke«k met een milden glimlach, naar het jonge paiax, dat' tegenover haar .z'at. Zeker, moeder, Zeide de jonge schoon zoon, on'z'e huwelijksreis was Zeer, zeer belangwekkend en schoon; niet waar, Em ma? daarbij' keek hij' zijn joinge vrouw met een blik' vol' van tevreden gejuk in de groote. bruine oogen. I D'e schoonste rnijhs levens, Frans, antwoordde Emimla en! legde dó lian'd, die sedert tien dagen den trouwring droeg, op den schouder van haren man. Ho® dikwijls rejjds kad zij! in diezón klortein tij'd den ring bekeken en zich. innerlijk verheugd, aan do zij'de van eien goeden en godsdienstigen man door het leven' te mogen gann. -1 Glimlachend keek de móeder naar het jonge paai'. Zijl herinnerde zich den dag en het uur, toen ook zïji, dertig jaair ge leden, met al do genegenheid haars har ten een edelen rnlan' de h'alnd tot htati echt- reisje te (mlaken. No», dat nu niet zoo zeer, antwoord de Earry. Mij» sehuldeisohers inplaats vlan den dokter, dwóngen Imlij hier heen to gaan. Ik m/oeist Engeland' verlaten, zóoals zoovele anderen, die m'en ontmoet in Pritsch Columbia- Ik hoop-, dat u sndoes gielfad helbt, zeid® Carasfoi'd] b'elangstellend'. Earry haa-lda rijn schouders op. Indien u bedoelt, Id'at ik hier |m!ij» iortuin gqmlaakt heb', Vergist u zicii. Ik ben begonnen im-et op eon boerderij! te gaan werken zooals imten over het ailgeim'eiein dóet tornar ik had er gauiw genoeg van, da t ook toog al dikwijls voorkomt, en ging derhalvle op stap. Het is oen veel plieizie- riger m'anier om aan den kost te komlen. Dat is Alles wat ik op dia boerderij! Ver diend belb. Ma,ar ik heb er geen sp'ijlt vim. Ik heb volo-p gedógenheid! gebadi oiml te ja gen-en over het algam'eein eien goed'an tjjld' 'meegemaakt. Mooi zoo, steimldte Oar.asfbrd in. ,U schijnt «en mitstekemdte 'dienaar te helbbem. Da v'e J.a, nog al 1 zóidó Ba.rry snel c» begon meteen zachtjes te spneken. Hijl is een van de aRerbestan. Maar ja kunt hem: nauwelijks eeu dieaiaar noemieu, want hij' ziet wel, dat ik he)ml geen loon geef en dat alle (mieto'sdhetn in dit land! gelijk zijn. Alles deiele» wij sanion. Wij onfe- verhbnd kad gei'eiktzij da/cht aan al de vreugde eu het familiegeluk, dat God hun had geschonken; miaar tevens doeon'- den voor haar o,p' al de doorwaakte naoh- ten, al do bittere uren aan hot ziek- en sterfbed van hare kinderen en echtgenoot. Vier volwassen kinderen hiald zij' door d!en dood verloren en Em'mia Wals haar laatste. Na veel hidden! en rijp oVerleg ha'd z5|. deze dochter toevertrouwd aan. eeu man, wiens karakter het geluk vau haar kind verzekerde. Maa|r het was nu de tijd niet tot ernstige gedachten laan' de [toekomst en liare beproevingen, wólke gaem echt paar, geen gezin, geen sterveling be spaard blïj'venI Op dit loogenblik 'trad het dienstmeisje binnen o'm 'een kleinte verfrissching te brongen; daarna keerde zó zich na,ar het jonge paar en zeide: Mag ook ik u gelukwemschen, da,t gij gelukkig weer thuis zijt van de reis? Bank je, Truitje, da»k je hartelijk, zeide Frans vriendelijk. I Dank je, Trui, wij! hebben' z'eer veel plezier gehad, voegde Em'mia erbij! Weet je, Frans, dat Geertrui met jullie z'a'l gaan vroeg de weduwe, nadat de dienstbode da kamter had' verlaten. Ze schij'nt een flink meisje te 'rijin; overigens laait ik deze aangelegenheid ov'er aan m'n vrouw, gaf' Frans ten antwoord. Laat mij van. dezte gelegenheid' ge bruik makten, kinderen, om jullie op' iets te wijzen, wat ik hoogst belangrijk acht; ik bedoel op den omgang in'et onze on dergeschikten. ErnlmJa heeft haar dienst meisje thuis en jij, Frans, hebt je enf- ployé's in do zaak. H-et is nu eenimfalal door deu Schepper zioo ingericht, dat Hij' de moeste m'enschen er toe bestemd heeft, d'oor 'anderen te dienen hul» b|nood te ver dienen. Wel Zo-u iedereen gaarne onafhan kelijk zijn, mei,a» bet grootste deel d!ar toten- sch-en brengt z'ijk leVen door j» voort durende afhankelijkheid van andlere». Nasr de verhouding der mcemdlaren, tegenover, dc minderen, is het lcvten, vooral' va» de»' laatstgenoemden, mteer of minder geluk kig cn aangenaam. Een goede Verstand houding tusscheu meester en knecht, me vrouw eu dienstbode behoort, lielaais, tot de zeldzaamheden in dezó wereld; onte vredenheid en misnoegen Verbitteren het leven van ijVerige werklieden, dic> door ernstige plichtsbetrachting recht' hebben op tevredenheid' en welbehagen in hun beroep. Vele mensehen verkeeren in den waan, dat het in strijd' is met hunne waa/rdig- heid, met hunno ondergeschikten op' een vriendelijke wij'ze te verkeeren. Ten einde hun aanzien hoog te honden schïjint hu» een gebiedend® houding en aa»taiatige»d)e toon noodzakelijk, -en vergeten te» oenen male, dait ec'hte m'eercferheid en ware ziele- grootheid die middelen gehóel kunnen ont beren. Waarlijk voiorname en edelgevbrm- de karakters ztiUen niet vervallen in die fouten. Hun rechtvaardigheidsgevoel ien hunne wn.nrdeering van den memsch ie» diens verheven, eeuwige hóstemiming laat het niet toe, iemand! daarom! met min achting te 'behandelen, wij'l' het! noodlliot of juister gezegd, de goddelijk© Voor zienigheid, hom' op een nód'erigei p|la,ats gesteld heeft. Een waarlijk -edrili miensch lot er opi hoe iemand' is, hoe hij' zijn beroep- vervult, zijt plichten nako-m-t wat hij1 is, koimt er bij' hemi niet opI aian. Wie aanspraak maakt ojpj goedhartigheid, zal niemand het dagelïjksch leven door krenkingen verbitteren. Ilc herhaal u ech ter, geliefde kinderen, Zulke edete karak ters zij'n heden' ten dage zóldzteimer dten echte paalden U heeft gelijk, moeder, antwöordd-e Frans ernstig, -en ik d'ank u, dat gijl eins nog eens er aan herinnerd h-eht, juist nu wij' o,p 't |p|unt staiau, een eigen haard te vestigen en zooals men Zegt, m/eesber ©n meesteres over anderen te worden. Ik heb' het steeds hatelijk gevonden, ondergeschik ten te minachten, omdat zte niet zoovleel geld ten vermogen bezitten; den rijkdo-m' als maatstaf' Van beschaving en bekwaam heid te beschouwen, lijkt mij' onbillijk'. Zeker, Frans, harnaimi dei weduwle, onbeschoftheid kanm'erkt den onbeschaafde eu wie da Weerloosheid en aanhankelijk heid -dor ondergeschikten slechts geblraikt tot een hoogmoedige behandeling, open baart daardoor z'ijn laag karakter. Zoekt •daarom uw eer er in, ulW positie te doen strekken tot zbgeil en nut uw'er onder geschikten, hun waarde, hun deugd, hun trouwe vervulling der beroepsplichten ten' volle te erkennen on watwilletold hu» be hulpzaam te z'ij», óm' in de werel'di vooruit te komen. Voor vriendelijke waaröeering, voor gepaste loflpjrij'zing zijn alle men schen ontvankelijk) en vooral hij! flinke sterke karakters werken d-eZe middelen - imoetten elkaar in Vancouver Island. Ik Verkeerd© toen in ©an veiel ernstiger toe stand als gijl gisteravonden hij verzorgde m'ijl als een moeder en deatdla letterlijk het laatste s-i.uk -brood imlter mij. Davie ©en. die naar! H'ij' lachte..miaar het was dia lach van ismland, die (dieip bewogen is. 1 -Ik begrijlp hèt, izeidle- Carasford' ïriad-e- v'oelend. G© -zij/fc ,zóer gelukkig z'oo'n vriend gevonden ha hebban. Hij' z-a.g omi naar Dave, die bezig was alles in te pakken. Ik zie, dat n gaat vertrekken. Mag ik misschien Vragen waarheen d'e reis gaat? Wij' gaan straotm'alfwa.arts naar Oam'- borne, dat naai' im'en beweert een stad! is van ongeveer Vijlt' cm dertig mijlen hier Van-daan ligt. We bdbben hier een bootje, waar we aill© drie gelmlakkelijh in kunnen en n kiHi't dan in Prance's Crossing uit stappen. U is wel goed, zeide Carasfónd'. Ik Heb. het buiten-gewoon getroffen, dait ik rui gisterenavond ontmoette. La,at mij u een hand geven. Als mtern veel reist, neemt mten njat veel bagage, rn'ede en dezei was da» ook vlug geborgen in het IndiaainsChe sohjudtje dat lu-stig op d-e- golven 'danste a,an den oever der rivier. Barry drong er op aan, dat Carrasford hot zich gamlakkelij'k zou m'aken. Barry en Dave grepen de roei spanen. Terwijl zij' stroomafwaarts clr©- veel zekerder dan vitten en omvtersdhiMg!- heid, want dat kweekt slechts ontevreden heid en belet het vtoMie ontwikkelen hun ner. talenten en bekwaamheden'. LWord/t een dienstbare im-et deelnemende goedheid be handeld, dan zal Hijl meer bellang stellein in de zaak van zijh patroon einl dam bloeit ook in 'zïj'n gemoed ©nder de warine straliem van wed-erzijldsche wiaaa'deerdng, de Zeld zame, schoone hiloamf der dieugd vam on baatzuchtigheid. Wie geen hooge gedach te van zich zelv'em koestert, is meer dan hij- d-enkt. Natuni'lijik bestaan er aam den and-eren kant ook! klippen, n.l. ongepaste vertrouwelijkheid em vatbaarheid vbor vlei erij': het eene deugt zóo min als 't andere. Emma, je heb't trouWems gemoegzlaflim! gezien hoe het er in je ouderlijke huis toeging; je verlaat nu dit huis. Doch z'efc in je eigen woning voort, wat je gezfon en gehoord hebt. U zult over mij' tevreden zijh, moe der, z'eide Emma. En nu kinderen, genoeg van den ernst, komt hier! DharlMj1 stomd de weduwe op- en 'vulde d-c glazen. Dtas, op een goed begin, een goede voortzetting en eeh goede voleinding, de glazen klonken' togen elkaar. Ik hoop-, dat het ons niet moeilijk zal vallen, zeide Frans, te handelen vól gens uwe vermaningen. I Zij» schoonmoeder antwoordde i Niet zoo moeilijk, mlaiar toch! zóo zeldzaam Ter zelfder ure, waarin mevtouw Schel ler tot hare kinderen spirialf, stond in een dorp-, twee uur van de start vieiPwij!- derd, een jong, sterk tn-eisjd voor haar moeder. Het meisje was gekleed in een eenvoudig jurk zónder oenigh versiering cn opschik-dit stond! haar echter lieer mooi, want de hl-ociende kmc-ht der jeugd! welke ook het eenvoudigste gewaiald! waar devol doet Söhijh-en: Mooi was Liesje zóo- heette het meisje juist niet, miaar het fteissche rood der wangen, de helder», vrien'dlcb lij'ke oogen gaven a»n haar gelaat e»n bijzondere schoonheid' en Vooral blonk daaruit een rein, onbedorven, godsdieta1- stig gemóed. Haar gelaat vertoornde, wat- zij' in haar hart dioeg: het heerlijke beeld der .o-nschuld, hetwelk ha-air grootste en ecnigste sieraad uitmaakte en ontegenl- zcggelij'k oneindig kostbaarder is dan die oorringen, halskettingen, lairmbahde» enz. van alle goudwinkels ter wereld'. Nu, ga dan, kind, in Gods naar» cn blijf braaf, zteide moeder. J|e komt nu in de stad-, waar het veel anders is, dan hier bij ons in 't dorp', maaji" ook veel slechter. Maar dit troost mij', dat| 'je in een goed huis komt; ik' zou wel is waar huizen voor je hebben kunnen vinden, waa-r je een hooger loon zo.udt kunne» verdienen, maar wat btat mijl een hoop geld, als je ziedi in govaar koimt? Bij' mevrouw de weduwe Scheller zul-t je het zoo goed hebben, als een dienstbode het maar kan hebheu. Het liefste zou ik Wij) u thuis blij ven, moeder z'ei Liesje. Ja, kind, dat zóu ik: ook liever hebt „ben, antwoordde de vrouw', maan dat gaat nu eenmaal niet; de jongere broertjes e» zusjes word-er grooter en hteginnen al Meer en meer te kosten; denk' alleen m'aar aan dc schoenen voor ons allen, Weflk -een bedrag dat in een jaar beloopt. J/o vader en ik werken wel is waa» nog flink, maar w'ijl kunnen heel Best een steuff ge bruiken, opdat wijl ons niet zoo- zeer hoe ven te behelpendaarin moet jij' ons bijstaan: hier is voor jou geen werk geno-eg, daarom moet je hijl anderen Wat verdienen. God heeft het nu eenmaal zóo bteschkt, en 't is zij'n heilige wil, dat' jij! als dienstmeisje meehelpt ons brood te verdienen. Ik heb het trouwens in mij» jeugd ook gedaan en steeds mij' getroost met hetgeen de Zaligmaker heeft gezegd: „11c hen niet gekomen ont gediend te worden, maar om te dienen.''' I Dat heeft de eerwaards heer pastoor mij ook gezegd, móeder, antwoordde Liesje Je gaat nu weg, Elizabeth, zloo sprak hij' tot mij, blijf' zöoals je nu bent, dian, zal alles goed gaan. Bedenk dat steeds vela Heiligen uit den werkenden, stand zij» Voortgekomen. De wereld: wiel is waar beschouwt den dienstbaren statod als ge ring, dloch christelijk beschouwd is hij zeer eervlol en rijk aan verdiensten, omdat een leven van nrmloedie, geringschatting cn gohoorzaia|mheid mteer overeenkomt m'et het leven van den Gwddelïjken Zalig maker, en veilige» tot een goeden dood en ten. hemel leidt, dan esn lieven in rijkdom! en weelde. Wees daarom' tevreden, Eliza beth, wees tevreden! met je stand en de wederwaardigheden daarvan, öm'dlat de hcmelsche Vader h-et zoo mlet je beschikt heeft. Den Allerhoogste zijn de armten en vin, naim' Carasford de omgeving nauiwi; keurig op; het Zou kunnen gebeuren, dat hij! -de juiste plaats weer eens zou móeten opzoeken, dacht hijl bij! zich Zelf. Voor iemand, die hier niet hek-end' was, zou dleze reis, indien niet onmogelijk, dan toch Zeker mlet bijna onoverkomelijke gevaren zijn verbon'den. De rivier stroom/de sneler waren on verwachte ondiepten en plotseling© draai kolken; er ware» rotsen, die mlen kon zien, -miaar er waren er ook, die juist on der de oppervlakte- van het water waren en die mó-n niet kon ziem, maar die m'ein op het gevóel imbet gissen, iets wat' den ervaren schipper spoe-dig leert. Met hun pij'pi in den niond stuurden de beidie man nen rustig het 'Zwakke sölieepje opi zijn gevaarvollen tocht. Kalmte was ook op het gelaat van den derden rnlan to legem, maar het was slechts een masker, d'a.t de innerlijke angst verborg. De kleine stuk jes goud sokenen te branden in zij» zak en zijn vleesch in vuur en vla-ml te zet ten. Dit alleen vroeg hij' zich af en was hij over bezorgd: Zijn zij heer en mteesfer over dat stuk land? (Wordt Vervólgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1930 | | pagina 5