Limburgsche Bedevaart naar Lourdes NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT vertrekt 9 en 10 Juni. KERKNIEUWS^ ZATëROAG 29 MAART 1930 massaris in hoogst eigen persoon uit het bureau naar huiten. Hij droeg een burger pak en deed erg druk. Zoo, Kid, begroette hij den populai- ren kampioen-bokser, nog steeds in de stad Ik dacht, da,t je op de huwelijksreis ■was. Het gisteren teruggekomen. Nu ben ik een degelijk stadsanénsch. Misschien ga ik me wel interesseeren voor S tandheel- denzorg oi' anders Armen-zorg. Maar wat ik zeggen wil, zoudt u er iets voor voelen om in een nachtclub, waar zwaar gespeeld wordt, e.en inval te doen? Daar zou ik wel wat voor voelen, als je maar zeker van je zaak bent. ïWeet je, da,t wij er zonder bezwaar in kunnen? Ben je lid? Ik heb geen entreebewijs, m'aar ik weet, dat om dezen tijd de deuren nog inilut gegrendeld zijn, en mét oen m'am o£' tiietn komen wij er glansrijk in. Ik sta je borg, dat er wat te halen valt. 't Is een vol maakt speelhol! Eer er tien minuten gepasseerd wanen, was de commissaris terug met twaalf gewapende mannen etn onder aanvoering .van Kid ging het naar een groot pand, waarin overdag verschillende firma's kan toor hielden. Tweede étage, derde die.ur links, fluis terde Kid, en het gezelschap begaf zich langs de trappen in de aangegeven rich ting. Alles lijkt rustig, Duisterde de com missaris. Ben je overtuigd, dat je je niet .vergist, Kid? Uit den weg! Ik neem! de volle Ver antwoording op 'me! antwoordde Kid en hij wierp zich met al zijn krachten opi de deur. Twaalf revolverménden werden ach ter hem op diezelfde deur gericht, die bijDa oogenblikkelijk uit het slot sprong en den invallers toegang verschafte tot erin anet overdreven weelde gemeubileerde zaal, waar verscheidene dames en herren in avondtoilet aan kleine tafels zaten te kaarten. Als één man sprongen da hoe ren op en renden de politie tegelmbat met een wanhopige poging om hun vrijheid! te redden. Er ontstond een hevig gevecht, dat weldra eindigde met een overwinning der politiemannen. Kid had wat klappen opgeloopen en een hemelsblauw oog, maar juist bijtijds was tiij verder gegaan, naar andere kamers, die achter de speelzaal lagen. Hij kwam m een eetzaal, waar eein lange gedekte tafel stond. Een kalfsleeiren schoen kwam onder het tafellaken uitkijken. Kid trok er aan en bracht zoodoende een betdi| pdie naar boven. Sta op, c-ommandeerde Kid; heb jij' aan deze tafel bediend? Ja uren eer, ik heb hier geserveerd. Moet ik mee naar het bureau? Dat ligt er aan. Luister. Zijn hier misschien perziken? Als ze d'r niet zijn, hen jij zuur. .We hebben drie dozijn gehad van avond, meneer, maar de heeren en de da mes hebben ze allemaal opgegeten. Als u z:n hebt om een eerste, kwaliteit sinaas appel te -eten, dan hob ik hier... Schiet op, dreunde de stem' van Kid. Zoek de beele keuken rond en heb het hart niet dat je hier terugkomt zonder perzik De jacht van den bediende hraolit als resultaat één verschrompeld, uitgedroogd, onrijp perzikje, dat inderhaast door de klanten van d e club over het hoofd w,as gezien. Het verdween in Kid's zak en da geweldige vechtersbaas verdween onmid dellijk met zijn prijs. Maar op de onderste treden v,an de trap struikelde hij over iets, dat daar door de politieagenten verloren was, de eigenaar .van de zaa'k, Harry Denvers. Harry sprong op, ontdekte Kid en be greep meteen aan wi-en hij den politie- inval te danken had. Daardoor ontstond er een geweldige bokspartij, want toevallig was ook Harry een pugilist van niet te onderschatten kwaliteit. De strijd eindigde met een harden plof'. Dat was, toen Kid min of meer vermor zeld cp de straat werd neergegooid door zijti tegenstander, die daarop in het huis .verdween. Kid voelde een hevige pijn m zijn liooid en had een gevoel of er De Moucheron's handelstochten. (S1 o t) Dank zij de voorspraak van De Bun- zeval, den fransehen gezant bij de Re- igeeriug onzer republiek, is het mogelijk, dat de Moueheron medewerking van de dandsregeering ontvangt ten aanzien zijner handelstochten. Met grooten lof laat deze buitenlander ziok aan zijn koning .over hem uit, heim noemend ner „kommie d'es- prit et des mtoyens." Van Balthasar vinden we pas in 1579 melding gemlaakt als koopman in de Mid- delburgsche sialsarchievende stadsreke ning van dat jaar noteert hem als huur der van een zolder tot berging van rogge. Zijn handel op het Oiosten, behoudens die op Busland welke geheeli in handen is van zijn broer Melohior, beteekent niet veel. Wiant de Amsterdajmlmers beibben de trafiek op het Oostland aan zich ge trokken. Wat de vaart op het westten betreft, in den beginne strekt deze zioh niet verder uit dan tot de Canarisohe 'eilanden. Van hier en ook va® de Azoren •wordt de nu nog zoo zeer gewaardeerde Spaansche wijn gehaald. We zien Par- 'duijn en andere Middelburgers in een maand tijds voor imeer dian zeshonderd Vlaamsche ponden ter anlarkt brengen. Middelburg is van ouds een stapelplaats van wijnen, dank zij1 haar goede relaties met Frankrijk. Ook tijdens de Middel eeuwen heeft zij een zeer levendigen wijn handel. Me.n kan de wijn ook wel uit DuitschlaucT Ibetrekken, maar gxioote be zwaren zijn daaraan verbonden. Vooreerst het vervoer. Dit is uiterst mtoeilijk langs ongebaande wegen en ménigmjaal overtref fen de transportprijzen de kosten van den wijn. En dan was men er nog niet. Want het krioelt in de Rijnstreek van vertraging'in zijn ledeim'aten was ontstaan. Zijn rug kraakte en deed ook al pijn, maar, in zijn zak -Was een perzikje, groen, verdroogd, verschrompeld en onrijp, maar, onbeschadigd door den strijdl Ha, Kid was een prijsvechter. Dat voel de hij zelf en zijn hart was licht Van vreugde, toen hij voortliep door de nacht stille straten naar huis. 'Zoo togen in dein ouder, tijd de ridders huiswaarts na, een ojriog, met zich voerend een moeilijk ver kregen buit. O zeker, het was slechts een perzikje, waaroml zijn vrouiw gevra,agd had, maar Kiid had er voor gevochten met m'éér moed dan alle ridders van vroeger te samen. Bovendien, het was toch heusoh geen kleinigheid om1 een perzikje te be machtigen in een wintersche stad, wa.ar de sneeuw hier eu daar nog te bespeturen was. Zij had om een perzik gevraagd; zij was zijn bruid. Welnu, iu zijn hand droeg hij 'de perzik, die hij als een kostbare schat haar brengen zou. Onderweg wipte Kid nog even oen. apo theek binnen, waar een rood lichtje hem waarschuwde, dat de winkel heel den nacht open was. De apotheker keek hom door zijn brilleglaz-en vragend aan, toen Kid sprak Zeg. ouwe jongen, ik wou 'dat je even die rib van m'ij wilde opmeten, cautie kijken of-t-ie niet gebroken of verzwakt is. Ik had zooeven een kleine Woorden- tw'st en viel van de trap. De drogist onderzocht hemt Er is geen enkele rib' gebroken, sprak de man der wijsheid dan. Maar je hebt een buil op je hoofd, die ernaar [uit ziet, dat je zelfs twee woordentwisten gehad hebt en twee keer van dei trap ge vallen bent. O, dat komt wel in orde, lachte Kid. Geel' ine maar even je kleerborstel te leen, wil je? De bruid wachtte in den rosen glans der roode lam!p. De wonderen waren die wereld nog niet uit ,want mat een flnkel woordje al was het mh,ar om oen bloem lol, o ja, een perzik snelde hij! Voor haar da deur uit en volbracht wat zij van hem verlangd had. En nu stond hij naast liaar stoel en legde het perzikje in haai' kleine hand. Ondeugende jongen! fluisterde zij toeder. Vroeg ik om een perzik Ik zou veel meer trek gehad hebben in een sinaasappel. Gezegend zij de bruid. Het ongeluk. Er z'at 'n zwarte kater op dm stee- non pijler van 't tuinhek! Hij zat 'r hoog bovenop, en zijn kop draaide links ■en rechts (mét 'n echte» katersblik, stjl- loer-end' om na 'n oogenblikje 'n verras- send-opsohieibenidén sprong te wagetn. '11 Zwarte kater bij huis! 'n Ongeluk! Schuw keek Ni-na er naar, Kue,t één oog achter liet gordijntje van haar ka- m-erke. 't Scheen, dat di-e kat zulke vu rige ongen had, e» af' en toe recht naar haar v-ensfcer opkeek! Jakkes! Ze werd' er zenuwachtig van, Vervelend beest! Met 'n ruk ging het gordijntje toe en Nina, was naar beneden n Zwarte kater b'ij huis. 'in ongeluk .Wie van 'r tantes had dat ook wear gezegd Nina bekeek zich in het spiegedke aan de achterdeur. Ja, het w'as waiax, ze had allerminst -een lief gezichtje: in den zomer vol sproeten, 's winters brand- puistjes. Echt imlooi was z-e nooit gejweest maar den laatsten tijd vond, ze zich toch c-rg v-erleelijkt. Droevig bekeek zie izidh- zell. Zou voor haar ooit oen brokje geluk weggelegd zijn Zou d'r ooit ieimiamd tegen 'r zeggen: „NLna, ik hou van je!" 't „Was er te betwijfelen, nis ze napr haar gezicht keek! En nvet zacht-schrij1- nend wee ging ze weg, weg va» het waarheid'slievende spiegel on haar man tel aandoen, naar het kantoor. Weembedig keek Ze op. toen ze buiteen kwam. Zat me die kater daar' nog niet te pi-nkoogen? Boos joeg ze hem w'eig c» schopte tntet haar voet. Moest die er nu ook juist tussehen- komen Die was de schuld van a.l die nare gedachten! Maar die naa'e gedachten kwamen te lloeren roofridders, die miaar al te gaujue ecu glaasje dronken zonder het te be talen. Menig kooper is door hun liefde voor het edele druivennat er de dupe van geworden. Al heel spoedig sluit de Mou- rheron leveringsciontraiclen voor wij'n af en na hem hebben dit tal van Middelburg- sche kooplieden gedaan. De roofridders be lmoren al lang tot het verleden, mfaar nog bestaan rechtstre-eksehe elontmaicten voor levering van wijn tusschen de Canarisohe eilanden en Ned-erlandscbe wijtofipmfa's. Zoo heeft de Middelbiu'gsche firma Dene vers Erères nog een overeenkomst mét Spaansche wijnbouwers te San Cruz looplen. Maar weldra strekken de Moucheron's tochten zich zuidelijker uit. Hier echter blijken de Portugeezen geluchte Concur renten, vandaar dat men op alle mtogal'ijke gebeurtenissen voorbereid moet zijn. Deze tochten zijn niet anders te ondernamen da» met goed bewapende koopvaardijschepen. Hoe echter aan geschut te komen? Voor reederijen is het niet gemakkelijik' zich dit te verschaffen. Thans komen de Staten van Holland en Zeeland deze te hulp. door een aantal stukken met toebehooren in bruikleen af te staan, die zij op hun beurt weer van de steden lecnen. Het eerste verzoek aan de Zeeuwsche Stalen daartoe dateert van 1594. Een ver- eeniging van kooplieden de naam' wordt ons niet vernield handeldrijvend op- Gui nea, wordt ibij besluit van 27 Juli zestien gotelingen met amlmunitie geleend, bene vens een detachement soldaten -onder bevel van een kaptiein. Bovendien worden zij van in- en uitgaande rechten vrijgesteld. Deze tocht schijnt sucoes te hébben gehad, want het volgend jaar vertrekt andermaal een expeditie, terwijl de hoofdleiding nu berust bij Cornelis de Moucharon, een neef van Balthasar. Hij zal aan de Afrikaan rug, en terwijl ze doorstapte, overdaoht ze hoe 't leven haar, toch ook 'n twin tigjarige verlangende levensbloei», had verwaarloosd, haar hart had geprangd, versomberd'. Versomberd, want ze had niks meer liei, da.n wat boeken en da natuur. Toen ze van kostschool kwam, blonk 't leven als 'n tuin, waar liefde en vreug de te scheppan vallen mét volle handen, en waar 't leed' zoet gedragen is toilet jtiwleie. Vol mooie beloften ging ze da toekomst in, glimlachend liefde gevend om er 'n stukje terug te krijgen. W at had z'e gevonden Brutale terug houding en hoogmoedig verstooten. Op 'n dag kreeg ze van haa-r beste Vriendin 'n slag in 't aangezicht, een van die sla gen die alles in je vernietigen, zoneter nog 'n straal hoop te laten. De eerste wonde in 'n nteisjeshart, en de diepste, wamt ze dead 't mieietste pijn. Ze had 'n heelen tijd 't niet kunnen aan nemen,''t niet kunnen gelooven en 'r bin- neste, hard en ijskoud. Daarbij, kwaim' nog de vernedering, dat ze overal de laat ste werd gesteld', otmld-at ze leielij'k was en, werkte voor d-en kost. Want ja, zew as nu eeum!aal leelijk. Ze wist het wel, en bleef' er trotsch op, hoeveel het 'r ook pijtodé. Dan zou nooit iemand haar liefhebben om 'n paar mooie oogen ot 'n k-ersenmiond, ma,ar wel om 't innerlijke, dat toch alleen waarde geeft aan '.tl-even. Maar 't knaagde, 't ondermijnde, als ze de kameraadjes van haar leefitijld Zag wandelen, anet 'n geluk in de oogen aan den arm van 'n verloofde en Tiescherm'er en zij eenzaam1 dagelijks najair kan toor. Ze kende de wereld nu, da wlereiP: van huiten schoon en ondoorgrondelijk als niirn- lenoogen, die den visscher tegenlomktm uit zeediepten, in klare mlanenachtem, maar van binnen koud' en berekend. Zou ze dan niet v'an iets kunnen hoiuden? Neen, de natunir alleen bleet' trouw. De natuur, 'n toitaoi boek. Dia genie tingen bleven, verrieden niet, stierven niet. Zij bleven. Maa.r toch, onbewust misschien, haakte zij naar dat ééne, waar allen eens toch naar verlangen: d-e liefde van één ziel en dat voor hen alleen, een gevoel, dat nooit sterft, nooit vermindert, altijd aangroeit: n oneindige liefde Die leelij'ke zwarte kater, die aan zulke saaie dingen denken deed! Mistroostig stapte ze 't kantoor binnen, t Was nog vroeg, maar de eerste chef, mijnheer Karei, was toch al aanwezig. Dag juffrouw Nina, al pp kantoor? vroeg hij glimlachend. Ja, antwoordde ze kortaf mlalajr toch kwam er 'n glimlachje. Den eersten chei kon ze goed lijden. Hij was altijd vriendelijk geweest, -en hoe trouw haid hij haar alles niet getoond, in de eerste maan den, toen ze nog niets van kantoorwerk ai wist? Och, 't was 'n beste jongeman. E'-n ze- hield wel van hem'. Stil, neen ze moest, van niemand houden, want er hield ook niemand van haar. Ze m'ocht 'm w'el lijden, niets meer; en weerbarstig schudde ze 't hoofd in ge dachten. Ineens een luide lach. Verrast keek ze op: 't was mijnheer Karei. Hahaha'. schaterde hij. Wat lig je toch met je hoofd te schudden? Moet je misschien tegen je hart „neen'" zeggen? Dat gaat toch niet, hoor! Ze werd vuurrood! Hoe goed kon die haar gedachten lezen? Rap ging ze aan 't vverlc en zei heel den achtermiddag geien woord meer. Maar in 'r liooid honkte en storm|de het van eerste chef', van zwarte katers en van ld'., die tegen hun hart neen inbeten zeg gen. Zes uur! Boeken werden met viael la waai dicht gekletst, schuiven en kasten toegeworpen, schrijfmachines ged'ekt, de. dagtaak was ten einde. Nina zette juist haar lioe-d op, toen „de Baas b:nnenkwam: „Wil er iemand even nog 'n uurtje overwerken, er is haast bijl" Ze keek 'n oogenblikje rond zich, Marie had n afspraak, dat wist ze; Jean was sche kusten het Middelbuxgsehe handels huis van zijn Oom nieuwen luister bij zetten; Aan deze vaart is nog een andere ver bonden, n.l. die op Amerika, Daartoe be hoeft men slechts den oceaan over te steken. D-e Spaansche gouverneurs mlakën het 'den Zeeuwen in dan beginne niet al te lastig en van hun kant konten' de laatste» door het geven van rijke geschenken de Spaansche onderkoningen tegelmoe1. De Moucheron's némen aan dezen nieu wen handel dan ook actief' deel: in Mei 1595 verleenen de Zeeuwsche Staten hem vrijstelling Voor alle goederen, ingeladen op een schip! dat ter reedie van Vlissingen gereed ligt om' naar West-Indië te ver trekken. De tocht van dit schip gelukt zeer voorspoedig, zéodat het binnen vier mbanden terugkeert. En nu wille» de Zeeuwen doen, wat Voor hen de Eingel- schen en Franschen gedaan hebben, n.l. handel drijven met de Indianen. Nog Voor het jaar ten einde is vertrekt een tweede schip met allerhande iartikeü|en zooals la ken, fluweel, zijde, enz. Balthasar gaat nog eerderzijn oude landgenooten navolgend wordt een proef genomen met de kabeljauwvangst in die wateren van de Nieuwe Wereld. Met hulp van Meuninex rust hij een schip uit, dat blijkens resolutie der Staten zal! visschen op Terra Nova, het tegenwoordige Ne-w- Foundland, tegenover de kust van Catoado. Nog een andere ibron van inkomsten wordt voor d-e Zeeuwsche kooplieden ge opend. In Italië is misoogst ontslaan waardoor het graan.. aldaar geweldig in prijs stijgt, Slechts door invoer van uit Holland en Zeeland kon de bevolking voor dreigenden hongersnood Worden ge vrijwaard. Óm nu deze invoer te bevor deren werkt Z. H. P-aus Clemens VIII pas getrouwd en verlangde natuurlijk naar z n vrouwtje. De eerste chef was zeker al weg. Zij zou maar blijven. Ik zal wel even komen, mijnheer Och ja, ze zou maar ga,an. Wie wachtte op haar? .Wie had haar lief of dacht alan ha ir Vlug trok ze 'r hoed af' en ging terug in 't kantoor. Hoe koud zag die za,al er nu uit! Met al die ledige. kasten en bu reaux, half toe, half open, die gordijntjes hall scheef, papiermanden opgepropt, en porhouders scheef en scheel op <te lesse naars. De ziel was weg, vond Nina.. Plots ging de deur open en mijnheer Karei kwant binnen. „Juffrouw Nina, ik zal wel even helpen, mijnheer wordt juist weggeroepen." Veel zegden ze niet, maar ze vonden het echt genoeglijk met hun beiden aan een bureau, onder den schemer van do lamp, met die donkerte in de hoeken en kanten rondom' hen, en zij in 't volle licht, gezel lig, eenvoudig. Wat voelde ze nou goed. dat ze tegen 'r hart „neen" moest zeggen! 't Schemerde al, toen ze sam'en huiten kwamen. Nina moest 'n half uiur ver, maar toch niets geen .gevaarlijken Weg. Hoe kwam liet dan, dat mijnheel- Karei vroeg: „Juffer Nina, mag ik even 'n eind je in'eelocpen? Het is zoo eenzaam voor u, zoo stil". Ze knikte zonder erg. Had hij haar ook niet trouw geholpen de eerste maanden op 't kantoor? -Weldra praatten ze over allerl-ef. Hij zei niet veel, m'aar Nina, babbeldé zooveel te meer. En zonder dat ze het zelf voelde, vertelde ze hem al haar leed, haar opstand tegen 't lot, haar angsten. Hij be zag haar 'n beetje verbaasd, verrast dat die uiterlijk-kalme natuur zooveel drift bezat, en hoorde in haar stem! 'n geheim verlangen naar wat liefde, 't Deed hem! zoo goed, zoo goed. Hier ontdekte ie opeens 'n schakel; hij had 'n hart, dorstig naar 't hare, al lang, zonder dat 't iemand wist, en zij, zocht naar 'n liefde. En wat hijj nu al lang geheim gevoeld en begrepen had, kwam nu boven in 'n hartstochtelijk verlangen. Ja. 's avonds onder stille lantaarns, in simpele straten gebeuren vaak wonder mooie reine dingen, die echter maar van twee mogen gekend zijn. Moet jij som's tegen je hart „neen" zeggen Neen, ze moest niet neen zleggan, want "r kwam 'n heerlijke liefde tot haai', met al haar gloed, en voor haar alleen, trots haar le-elijkheid Toen ze veel later thuis kwamf zat do zwarte kater er nog, en lonkte miét 'n bijzonder verstandig kattenoog. Ze schrok, 'n oogenblikje maar, en stak toen de hand uit om' te streelen. Neen, katertje, dezen koer heV je je rapping gemist. Je bracht de bewoners v.an het huis geen ongeluk aan! PROSPECTUS EN INLICHTINGEN BIJ: Sccr. Kap. P. DRIESSEN, GRONSVELD(L DE HETLIGE LUDUERUS. 26 Maart Reeds in zijn vroegste jeugd toonds Ludgerus een bijzonder ernstige», aard te bezitten. Als andere kinderen speel den, bleef hij alleen en verzanMdp boom bladeren, nam een griffel en deed alsof hij schreef en las. De bladeren noemde hij' zijn boeken en bracht deze aan zijn moeder. Als zijn moeder hem vroeg, wie hem lezen en schrijven had geleerd, dan gaf Ludgerus ten antwoord„Onze Lieve Leer". Zijn ouders verheugden zich eeea.' over den vromen aanleg van den jongen en vertrouwden zijn Verdere opvoeding toe aan den heiligen Gregorius, die pfe-ermalen den heiligen Bonifacins op zijln reizen op liet gemoed van den hertog van Flo rence, de podesta's van Yenatië en Genua opdat de sohiipjpers, inits voorzien van Italiaansehe pasporten, vrijheid van in komende rechten verkrijgen. ■De Spaansche koning, die van z'ijn kant recht heeft de Zeeawen als oproerlingen en verxakers van den Godsdienst te be schouwen, bericht de koopvaarders, dia.t zij bij het passeeren van de straat van Gibraltar niet het minste letsel' z|al ge schieden en op zijn médewerking kun nen rekenen. Legio is het aantal schepen welke van uit Middelburg, Yeere en Axnemuiden rn'et volle lading naar de Italiaansehe havens stevenen. Twee jaar -duurt deze handel. Er wordt veel, téveel ztelf's aan de hongerlijdende bevolking van het Ap|p(enrjmsc'h schier eiland verdiend. Dan trekt zondeir waar schuwing plots koning Philips III zijn vergunning tot vrije doorvtaart in en een twintigtal Zeeuwsche schepen vallen den Spaanschen monarch in handen. Schip! en lading worden prijs verklaardde opfva- renden tot de galeien verwezen. Natuur lijk heerscht hierover in ons land groote ontsteltenis. Te mreer nog. -daar tweehon- der schepen bemtad toilet de beste ipa- trozen nog te Venetië en Gelnua liggen. tVandaai dat de Straiten, -beangst voor meerdere inbeslagnalmlen, de koopvaardij vloot hier te lande verbiedt uit te Varen. Terecht vreezen zij een verzwakking van dé weerm'acht, van den staat als zoo veel matrozen -door Spanje's Koning wor den vastgehouden. Maar de koopmlan, belust o(p| geld, weet deze maatregel voor eiea belangrijk deed te niet te doen, door de lading aan te geven als bestemd voor een Fra-nsche naven. vergezelde en in Utrecht een school haid gesticht. Ludgerus studeerde ook ateer- dere jaren iu Engeland en werd in 777 te Keulen tot priester gewijd. Na zajn wij ding ging hij het Evangelie aan de hei- densche Friezen verkondigen. Hij bekaardie velen van hen en stichtte kerken en kloosters. Door -een inval der Saksen in Friesland, werd hij gedwongen zijn apos- tolischen arbeid te staken. Hij ondernam! een bedevaart naar Rome. en Verhlsaf al daar gedurende, drie jaren in het klooster Monte Cassino. Toen Ludgerus vernam!, dat de Saksers waren onderwérpen, ging hi, weer naar zijn vaderland terug. Hij wi|dde zich nu hoofdzakelijk aan de be keuring der Saksers en stichtte te Mimi- gardetort, het latere Mttnster in "Westfa- len, een klooster. Door keizer Kaa-el da Groote werd Ludgerus tot eersten bis schop van Munster henoem'd. De heilige Bisschop had een groote kennis va.n de H. Schrift en hij liet geen dag voorhij: gaan, zonder zijne leerlingen eenige teksten te verklaren. Bekend was ook zijn buiten gewone godsvrucht en aandacht bij het gebed, waaruit hij kracht voor zijn werk putte. Eens werd de bisschop- bij den keizer ontboden. De bode Vond de hei lige met zijn geestelijken in het koorge bed. maar de heilige onderbrak zijn gebeid niet. Driemaal kwam de bode terug en zeide, dat de keizer op den bisschop wachtte. Eindelijk verscheen de heilige en de vertoornde keizer vroeg, waarom hij hem zoo lang had laten wachten. Luu' gerus antwoordde: „Ik w-eet, wat ik Uwe Majesteit schuldig ben, nraa.r ik dacht, dat gij het wel goed zoudt keuren, als ik aan God de voorkeur gaf. Overigens deed ik slechts, wat Uwe Majesteit nfij bij het aanvaarden van mijn ambt zelf heeft ge zegd, dat is den dienst v'an God' voor alles moe! laten gaan". De keizer reikte den heilige diep getroffen de hand. Ludgerus had zich ten doel gesteld om' ook a-an de Noormannen en Zweden het Evangelie 'te gaan verkondigen en'het geheele Noordem tot het Christendom' te hekeeren, dooh 2waar lichamelijk lijden belette hem dit. Ludgerus voorspelde nu de. invallen der Noormannen e.n de vervolging Va» de christenen, maar oolc wees hij erop,"dat de vrede zou terugkeeren. Ondanks zijn ziek te liet hij geen enkele van zijn da-gelijk- sche. bezigheden na en las nog dagelijks de H. Mis. Zelfs op den laatsten dag van zijn leven, op een Zondag, predikta hij nog en droeg voor de laatste mlaal het H. Misoffer op. Den daaropi volgenden nacfht, 26 Maart 809. stierf' hij. Bij' Ludgerus' graf geschiedden vele wonderen. Zijn over blijfselen bevinden zich thans in de kerk' te Werden. Het leven van den heilige is beschreven door zijn neef, dé. heilige bis schop Altfrid, die in 849 te Mttnster over leed. Onze 'missie in Ned. Oost-Indië. Aan het jaarboek der R.-Kath. Missie in Ned. Oost-Indië zijn de volgende ge gevens en cijfers-ontleend. Er zijn 4 apostolische vicariaten en '<J apostolische prefect uren. In dézfe Werkten 36 orden en eiongregriaties. n.l. 16 manne lijke en 20 vrouwelijke. Te zumfen telden zij in 1929 1562 missionarissen, te weten: 270 priesters, 38 fraters, 260 broederfc en 994 zusters. Het daaraan vooWafga-anBa jaar waren die cijfers 259. 34, 244 en 955, zoodat er -een vooruitgang niet 70 is. De Jezuïeten zijn het sterkst vertegen woordigd met 73 priesters. 38 fraters en 10 broeders. Dan de «mgregratie va» liét Goddelijk Woord met 60 priesters en 26 broeders. Daarna, de Missionarissen van het H. H-art toet 48 priesters en 30 broei de zusters Ursulinen van de Bom. Unie, ders. Onder de vrouwelijke Orden staan die reeds in 1856 zich in Indië vestigden, bovenaan mét een getal van 224; dato de Franciscanessen van Heythuysen met 199. Het aantel B.-katholieken in Ned.-Indië wordt opgegeven als 274791. Hiervan zijto 64386 Europeanen en 210405 niet-Euro- ipeanen. De meeste niet-Euroipleanen vindt men in het Vicariaat der kl. Soendaf eilanden, n.l. 150959. Dan komt het vica riaat van Ned. N.-Guinea met 23197, dan de prefectuur van Celebes mét 15764, dian het vciariaa1: van Batavia inet 11343, het vicariaat van Borneo- niét 5151, da In dit opzicht handelt de Mouéharon net als Xijn collega's hij zou echter be-' merken, dat niet altijd de regtoering om/ den tuin t-e leid'en is. Als hij' op ean keer z.g. naar la Rocheilie, bouwtarwe wil uitvoeren onder voorwendsel dat het- slechts gewone Ibrouwtarwe is, Wordt hem1 dit geweigerd. Vlissingen, sinds eenige jareto als pand-' stad in handen van Koningin Elisabeth en stuurd door den Engelse-hen gouverneur Sydny, is niet zoo vrij in haar handels-' bewegingen als Middelburg en Veere. Da Zeeuwsche ambtenaren (aldaar, die heim) doen er van hun kant nog een schepje bij. Om zich hiervan te overtuigen door zoeken menigtofaal rechercheurs de op stroom gereedliggende schepen telkens op nieuw. zoo lat zij maandenlang oponthoud hebben. i Maar niettegenstaande al die hinder palen en de druk der tijden welke zooiwéS door vriend als vijand veroorzaakt wordt, gaat de Zeeuwsche handel gestadig voor uit. Middelhurg's beteekenis neemt van jaar tot jaar toe; de nfakelaars kunnen het op de voor eenige jaren opgerichte 'beurs niet méér af'. Vandaar, dat tal Van makelaars uit Antwerpen waardoor de af- sluting der Schelde nog slechts geldzaken verhandeld worden, naap Zeeland's hoofd stad vertrekken cn zich aldaar als poor ter doen inschrijven. Ook aan dezen tak van handel neemt de Moueheron deel. Zes jaar arbeidt bij 'nu al te Middelburg en mét zuilk oen succes, dat hij voor den opslag zijlner waren plaats te kort komt, (Olm1 dit te Verhelpen kocht hij eenige panden van het veiling gebrachte Srhuttershoi van den ÏBussche aan de zuidzijde van den Dam en richt deze -als pakhuizen in), D. A. DE STOPPELAAR.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1930 | | pagina 6