Limburgsche Bedevaart
naar Lourdes
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
vertrekt 9 en 10 Juni.
KERKNIEUWS^
ZATëROAG 29 MAART 1930
massaris in hoogst eigen persoon uit het
bureau naar huiten. Hij droeg een burger
pak en deed erg druk.
Zoo, Kid, begroette hij den populai-
ren kampioen-bokser, nog steeds in de
stad Ik dacht, da,t je op de huwelijksreis
■was.
Het gisteren teruggekomen. Nu ben
ik een degelijk stadsanénsch. Misschien
ga ik me wel interesseeren voor S tandheel-
denzorg oi' anders Armen-zorg. Maar wat
ik zeggen wil, zoudt u er iets voor voelen
om in een nachtclub, waar zwaar gespeeld
wordt, e.en inval te doen?
Daar zou ik wel wat voor voelen,
als je maar zeker van je zaak bent.
ïWeet je, da,t wij er zonder bezwaar in
kunnen? Ben je lid?
Ik heb geen entreebewijs, m'aar ik
weet, dat om dezen tijd de deuren nog inilut
gegrendeld zijn, en mét oen m'am o£' tiietn
komen wij er glansrijk in. Ik sta je borg,
dat er wat te halen valt. 't Is een vol
maakt speelhol!
Eer er tien minuten gepasseerd wanen,
was de commissaris terug met twaalf
gewapende mannen etn onder aanvoering
.van Kid ging het naar een groot pand,
waarin overdag verschillende firma's kan
toor hielden.
Tweede étage, derde die.ur links, fluis
terde Kid, en het gezelschap begaf zich
langs de trappen in de aangegeven rich
ting.
Alles lijkt rustig, Duisterde de com
missaris. Ben je overtuigd, dat je je niet
.vergist, Kid?
Uit den weg! Ik neem! de volle Ver
antwoording op 'me! antwoordde Kid en hij
wierp zich met al zijn krachten opi de
deur. Twaalf revolverménden werden ach
ter hem op diezelfde deur gericht, die
bijDa oogenblikkelijk uit het slot sprong
en den invallers toegang verschafte tot erin
anet overdreven weelde gemeubileerde zaal,
waar verscheidene dames en herren in
avondtoilet aan kleine tafels zaten te
kaarten. Als één man sprongen da hoe
ren op en renden de politie tegelmbat met
een wanhopige poging om hun vrijheid! te
redden. Er ontstond een hevig gevecht,
dat weldra eindigde met een overwinning
der politiemannen.
Kid had wat klappen opgeloopen en een
hemelsblauw oog, maar juist bijtijds was
tiij verder gegaan, naar andere kamers,
die achter de speelzaal lagen. Hij kwam
m een eetzaal, waar eein lange gedekte
tafel stond. Een kalfsleeiren schoen kwam
onder het tafellaken uitkijken. Kid trok
er aan en bracht zoodoende een betdi| pdie
naar boven.
Sta op, c-ommandeerde Kid; heb jij'
aan deze tafel bediend?
Ja uren eer, ik heb hier geserveerd.
Moet ik mee naar het bureau?
Dat ligt er aan. Luister. Zijn hier
misschien perziken? Als ze d'r niet zijn,
hen jij zuur.
.We hebben drie dozijn gehad van
avond, meneer, maar de heeren en de da
mes hebben ze allemaal opgegeten. Als u
z:n hebt om een eerste, kwaliteit sinaas
appel te -eten, dan hob ik hier...
Schiet op, dreunde de stem' van
Kid. Zoek de beele keuken rond en heb
het hart niet dat je hier terugkomt zonder
perzik
De jacht van den bediende hraolit als
resultaat één verschrompeld, uitgedroogd,
onrijp perzikje, dat inderhaast door de
klanten van d e club over het hoofd w,as
gezien. Het verdween in Kid's zak en da
geweldige vechtersbaas verdween onmid
dellijk met zijn prijs.
Maar op de onderste treden v,an de trap
struikelde hij over iets, dat daar door de
politieagenten verloren was, de eigenaar
.van de zaa'k, Harry Denvers.
Harry sprong op, ontdekte Kid en be
greep meteen aan wi-en hij den politie-
inval te danken had. Daardoor ontstond er
een geweldige bokspartij, want toevallig
was ook Harry een pugilist van niet te
onderschatten kwaliteit.
De strijd eindigde met een harden plof'.
Dat was, toen Kid min of meer vermor
zeld cp de straat werd neergegooid door
zijti tegenstander, die daarop in het huis
.verdween. Kid voelde een hevige pijn
m zijn liooid en had een gevoel of er
De Moucheron's handelstochten.
(S1 o t)
Dank zij de voorspraak van De Bun-
zeval, den fransehen gezant bij de Re-
igeeriug onzer republiek, is het mogelijk,
dat de Moueheron medewerking van de
dandsregeering ontvangt ten aanzien zijner
handelstochten. Met grooten lof laat deze
buitenlander ziok aan zijn koning .over
hem uit, heim noemend ner „kommie d'es-
prit et des mtoyens."
Van Balthasar vinden we pas in 1579
melding gemlaakt als koopman in de Mid-
delburgsche sialsarchievende stadsreke
ning van dat jaar noteert hem als huur
der van een zolder tot berging van rogge.
Zijn handel op het Oiosten, behoudens die
op Busland welke geheeli in handen is
van zijn broer Melohior, beteekent niet
veel. Wiant de Amsterdajmlmers beibben
de trafiek op het Oostland aan zich ge
trokken. Wat de vaart op het westten
betreft, in den beginne strekt deze zioh
niet verder uit dan tot de Canarisohe
'eilanden. Van hier en ook va® de Azoren
•wordt de nu nog zoo zeer gewaardeerde
Spaansche wijn gehaald. We zien Par-
'duijn en andere Middelburgers in een
maand tijds voor imeer dian zeshonderd
Vlaamsche ponden ter anlarkt brengen.
Middelburg is van ouds een stapelplaats
van wijnen, dank zij1 haar goede relaties
met Frankrijk. Ook tijdens de Middel
eeuwen heeft zij een zeer levendigen wijn
handel. Me.n kan de wijn ook wel uit
DuitschlaucT Ibetrekken, maar gxioote be
zwaren zijn daaraan verbonden. Vooreerst
het vervoer. Dit is uiterst mtoeilijk langs
ongebaande wegen en ménigmjaal overtref
fen de transportprijzen de kosten van
den wijn. En dan was men er nog niet.
Want het krioelt in de Rijnstreek van
vertraging'in zijn ledeim'aten was ontstaan.
Zijn rug kraakte en deed ook al pijn,
maar, in zijn zak -Was een perzikje, groen,
verdroogd, verschrompeld en onrijp, maar,
onbeschadigd door den strijdl
Ha, Kid was een prijsvechter. Dat voel
de hij zelf en zijn hart was licht Van
vreugde, toen hij voortliep door de nacht
stille straten naar huis. 'Zoo togen in dein
ouder, tijd de ridders huiswaarts na, een
ojriog, met zich voerend een moeilijk ver
kregen buit. O zeker, het was slechts een
perzikje, waaroml zijn vrouiw gevra,agd
had, maar Kiid had er voor gevochten met
m'éér moed dan alle ridders van vroeger
te samen. Bovendien, het was toch heusoh
geen kleinigheid om1 een perzikje te be
machtigen in een wintersche stad, wa.ar
de sneeuw hier eu daar nog te bespeturen
was. Zij had om een perzik gevraagd; zij
was zijn bruid. Welnu, iu zijn hand droeg
hij 'de perzik, die hij als een kostbare schat
haar brengen zou.
Onderweg wipte Kid nog even oen. apo
theek binnen, waar een rood lichtje hem
waarschuwde, dat de winkel heel den
nacht open was. De apotheker keek hom
door zijn brilleglaz-en vragend aan, toen
Kid sprak
Zeg. ouwe jongen, ik wou 'dat je
even die rib van m'ij wilde opmeten, cautie
kijken of-t-ie niet gebroken of verzwakt
is. Ik had zooeven een kleine Woorden-
tw'st en viel van de trap.
De drogist onderzocht hemt
Er is geen enkele rib' gebroken,
sprak de man der wijsheid dan. Maar je
hebt een buil op je hoofd, die ernaar [uit
ziet, dat je zelfs twee woordentwisten
gehad hebt en twee keer van dei trap ge
vallen bent.
O, dat komt wel in orde, lachte Kid.
Geel' ine maar even je kleerborstel te leen,
wil je?
De bruid wachtte in den rosen glans
der roode lam!p. De wonderen waren die
wereld nog niet uit ,want mat een flnkel
woordje al was het mh,ar om oen bloem
lol, o ja, een perzik snelde hij! Voor haar
da deur uit en volbracht wat zij van hem
verlangd had.
En nu stond hij naast liaar stoel en
legde het perzikje in haai' kleine hand.
Ondeugende jongen! fluisterde zij
toeder. Vroeg ik om een perzik Ik
zou veel meer trek gehad hebben in een
sinaasappel.
Gezegend zij de bruid.
Het ongeluk.
Er z'at 'n zwarte kater op dm stee-
non pijler van 't tuinhek! Hij zat 'r
hoog bovenop, en zijn kop draaide links
■en rechts (mét 'n echte» katersblik, stjl-
loer-end' om na 'n oogenblikje 'n verras-
send-opsohieibenidén sprong te wagetn.
'11 Zwarte kater bij huis! 'n Ongeluk!
Schuw keek Ni-na er naar, Kue,t één
oog achter liet gordijntje van haar ka-
m-erke. 't Scheen, dat di-e kat zulke vu
rige ongen had, e» af' en toe recht naar
haar v-ensfcer opkeek!
Jakkes! Ze werd' er zenuwachtig van,
Vervelend beest! Met 'n ruk ging het
gordijntje toe en Nina, was naar beneden
n Zwarte kater b'ij huis. 'in ongeluk
.Wie van 'r tantes had dat ook wear
gezegd
Nina bekeek zich in het spiegedke aan
de achterdeur. Ja, het w'as waiax, ze
had allerminst -een lief gezichtje: in den
zomer vol sproeten, 's winters brand-
puistjes. Echt imlooi was z-e nooit gejweest
maar den laatsten tijd vond, ze zich toch
c-rg v-erleelijkt. Droevig bekeek zie izidh-
zell. Zou voor haar ooit oen brokje geluk
weggelegd zijn Zou d'r ooit ieimiamd
tegen 'r zeggen: „NLna, ik hou van je!"
't „Was er te betwijfelen, nis ze napr
haar gezicht keek! En nvet zacht-schrij1-
nend wee ging ze weg, weg va» het
waarheid'slievende spiegel on haar man
tel aandoen, naar het kantoor.
Weembedig keek Ze op. toen ze buiteen
kwam. Zat me die kater daar' nog niet
te pi-nkoogen? Boos joeg ze hem w'eig c»
schopte tntet haar voet.
Moest die er nu ook juist tussehen-
komen Die was de schuld van a.l die
nare gedachten!
Maar die naa'e gedachten kwamen te
lloeren roofridders, die miaar al te gaujue
ecu glaasje dronken zonder het te be
talen. Menig kooper is door hun liefde
voor het edele druivennat er de dupe van
geworden. Al heel spoedig sluit de Mou-
rheron leveringsciontraiclen voor wij'n af
en na hem hebben dit tal van Middelburg-
sche kooplieden gedaan. De roofridders be
lmoren al lang tot het verleden, mfaar nog
bestaan rechtstre-eksehe elontmaicten voor
levering van wijn tusschen de Canarisohe
eilanden en Ned-erlandscbe wijtofipmfa's.
Zoo heeft de Middelbiu'gsche firma Dene
vers Erères nog een overeenkomst mét
Spaansche wijnbouwers te San Cruz looplen.
Maar weldra strekken de Moucheron's
tochten zich zuidelijker uit. Hier echter
blijken de Portugeezen geluchte Concur
renten, vandaar dat men op alle mtogal'ijke
gebeurtenissen voorbereid moet zijn. Deze
tochten zijn niet anders te ondernamen da»
met goed bewapende koopvaardijschepen.
Hoe echter aan geschut te komen? Voor
reederijen is het niet gemakkelijik' zich dit
te verschaffen. Thans komen de Staten
van Holland en Zeeland deze te hulp. door
een aantal stukken met toebehooren in
bruikleen af te staan, die zij op hun beurt
weer van de steden lecnen.
Het eerste verzoek aan de Zeeuwsche
Stalen daartoe dateert van 1594. Een ver-
eeniging van kooplieden de naam' wordt
ons niet vernield handeldrijvend op- Gui
nea, wordt ibij besluit van 27 Juli zestien
gotelingen met amlmunitie geleend, bene
vens een detachement soldaten -onder bevel
van een kaptiein. Bovendien worden zij
van in- en uitgaande rechten vrijgesteld.
Deze tocht schijnt sucoes te hébben gehad,
want het volgend jaar vertrekt andermaal
een expeditie, terwijl de hoofdleiding nu
berust bij Cornelis de Moucharon, een neef
van Balthasar. Hij zal aan de Afrikaan
rug, en terwijl ze doorstapte, overdaoht
ze hoe 't leven haar, toch ook 'n twin
tigjarige verlangende levensbloei», had
verwaarloosd, haar hart had geprangd,
versomberd'.
Versomberd, want ze had niks meer
liei, da.n wat boeken en da natuur.
Toen ze van kostschool kwam, blonk
't leven als 'n tuin, waar liefde en vreug
de te scheppan vallen mét volle handen,
en waar 't leed' zoet gedragen is toilet jtiwleie.
Vol mooie beloften ging ze da toekomst
in, glimlachend liefde gevend om er 'n
stukje terug te krijgen.
W at had z'e gevonden Brutale terug
houding en hoogmoedig verstooten. Op
'n dag kreeg ze van haa-r beste Vriendin
'n slag in 't aangezicht, een van die sla
gen die alles in je vernietigen, zoneter
nog 'n straal hoop te laten.
De eerste wonde in 'n nteisjeshart, en
de diepste, wamt ze dead 't mieietste pijn.
Ze had 'n heelen tijd 't niet kunnen aan
nemen,''t niet kunnen gelooven en 'r bin-
neste, hard en ijskoud. Daarbij, kwaim'
nog de vernedering, dat ze overal de laat
ste werd gesteld', otmld-at ze leielij'k was
en, werkte voor d-en kost.
Want ja, zew as nu eeum!aal leelijk. Ze
wist het wel, en bleef' er trotsch op,
hoeveel het 'r ook pijtodé. Dan zou nooit
iemand haar liefhebben om 'n paar mooie
oogen ot 'n k-ersenmiond, ma,ar wel om 't
innerlijke, dat toch alleen waarde geeft
aan '.tl-even.
Maar 't knaagde, 't ondermijnde, als ze
de kameraadjes van haar leefitijld Zag
wandelen, anet 'n geluk in de oogen aan
den arm van 'n verloofde en Tiescherm'er
en zij eenzaam1 dagelijks najair kan
toor.
Ze kende de wereld nu, da wlereiP: van
huiten schoon en ondoorgrondelijk als niirn-
lenoogen, die den visscher tegenlomktm
uit zeediepten, in klare mlanenachtem, maar
van binnen koud' en berekend. Zou ze dan
niet v'an iets kunnen hoiuden? Neen, de
natunir alleen bleet' trouw.
De natuur, 'n toitaoi boek. Dia genie
tingen bleven, verrieden niet, stierven niet.
Zij bleven.
Maa.r toch, onbewust misschien, haakte
zij naar dat ééne, waar allen eens toch
naar verlangen: d-e liefde van één ziel en
dat voor hen alleen, een gevoel, dat nooit
sterft, nooit vermindert, altijd aangroeit:
n oneindige liefde
Die leelij'ke zwarte kater, die aan zulke
saaie dingen denken deed!
Mistroostig stapte ze 't kantoor binnen,
t Was nog vroeg, maar de eerste chef,
mijnheer Karei, was toch al aanwezig.
Dag juffrouw Nina, al pp kantoor?
vroeg hij glimlachend.
Ja, antwoordde ze kortaf mlalajr
toch kwam er 'n glimlachje. Den eersten
chei kon ze goed lijden. Hij was altijd
vriendelijk geweest, -en hoe trouw haid hij
haar alles niet getoond, in de eerste maan
den, toen ze nog niets van kantoorwerk
ai wist? Och, 't was 'n beste jongeman.
E'-n ze- hield wel van hem'. Stil, neen ze
moest, van niemand houden, want er hield
ook niemand van haar.
Ze m'ocht 'm w'el lijden, niets meer; en
weerbarstig schudde ze 't hoofd in ge
dachten.
Ineens een luide lach. Verrast keek ze
op: 't was mijnheer Karei.
Hahaha'. schaterde hij. Wat lig je
toch met je hoofd te schudden? Moet je
misschien tegen je hart „neen'" zeggen?
Dat gaat toch niet, hoor!
Ze werd vuurrood! Hoe goed kon die
haar gedachten lezen? Rap ging ze aan 't
vverlc en zei heel den achtermiddag geien
woord meer.
Maar in 'r liooid honkte en storm|de het
van eerste chef', van zwarte katers en van
ld'., die tegen hun hart neen inbeten zeg
gen.
Zes uur! Boeken werden met viael la
waai dicht gekletst, schuiven en kasten
toegeworpen, schrijfmachines ged'ekt, de.
dagtaak was ten einde.
Nina zette juist haar lioe-d op, toen „de
Baas b:nnenkwam: „Wil er iemand even
nog 'n uurtje overwerken, er is haast
bijl"
Ze keek 'n oogenblikje rond zich, Marie
had n afspraak, dat wist ze; Jean was
sche kusten het Middelbuxgsehe handels
huis van zijn Oom nieuwen luister bij
zetten;
Aan deze vaart is nog een andere ver
bonden, n.l. die op Amerika, Daartoe be
hoeft men slechts den oceaan over te
steken. D-e Spaansche gouverneurs mlakën
het 'den Zeeuwen in dan beginne niet al te
lastig en van hun kant konten' de laatste»
door het geven van rijke geschenken de
Spaansche onderkoningen tegelmoe1.
De Moucheron's némen aan dezen nieu
wen handel dan ook actief' deel: in Mei
1595 verleenen de Zeeuwsche Staten hem
vrijstelling Voor alle goederen, ingeladen
op een schip! dat ter reedie van Vlissingen
gereed ligt om' naar West-Indië te ver
trekken. De tocht van dit schip gelukt
zeer voorspoedig, zéodat het binnen vier
mbanden terugkeert. En nu wille» de
Zeeuwen doen, wat Voor hen de Eingel-
schen en Franschen gedaan hebben, n.l.
handel drijven met de Indianen. Nog Voor
het jaar ten einde is vertrekt een tweede
schip met allerhande iartikeü|en zooals la
ken, fluweel, zijde, enz.
Balthasar gaat nog eerderzijn oude
landgenooten navolgend wordt een proef
genomen met de kabeljauwvangst in die
wateren van de Nieuwe Wereld. Met hulp
van Meuninex rust hij een schip uit, dat
blijkens resolutie der Staten zal! visschen
op Terra Nova, het tegenwoordige Ne-w-
Foundland, tegenover de kust van Catoado.
Nog een andere ibron van inkomsten
wordt voor d-e Zeeuwsche kooplieden ge
opend. In Italië is misoogst ontslaan
waardoor het graan.. aldaar geweldig in
prijs stijgt, Slechts door invoer van uit
Holland en Zeeland kon de bevolking
voor dreigenden hongersnood Worden ge
vrijwaard. Óm nu deze invoer te bevor
deren werkt Z. H. P-aus Clemens VIII
pas getrouwd en verlangde natuurlijk naar
z n vrouwtje. De eerste chef was zeker
al weg. Zij zou maar blijven.
Ik zal wel even komen, mijnheer
Och ja, ze zou maar ga,an. Wie wachtte
op haar? .Wie had haar lief of dacht alan
ha ir
Vlug trok ze 'r hoed af' en ging terug
in 't kantoor. Hoe koud zag die za,al er
nu uit! Met al die ledige. kasten en bu
reaux, half toe, half open, die gordijntjes
hall scheef, papiermanden opgepropt, en
porhouders scheef en scheel op <te lesse
naars. De ziel was weg, vond Nina..
Plots ging de deur open en mijnheer
Karei kwant binnen. „Juffrouw Nina, ik
zal wel even helpen, mijnheer wordt juist
weggeroepen."
Veel zegden ze niet, maar ze vonden het
echt genoeglijk met hun beiden aan een
bureau, onder den schemer van do lamp,
met die donkerte in de hoeken en kanten
rondom' hen, en zij in 't volle licht, gezel
lig, eenvoudig.
Wat voelde ze nou goed. dat ze tegen
'r hart „neen" moest zeggen!
't Schemerde al, toen ze sam'en huiten
kwamen. Nina moest 'n half uiur ver,
maar toch niets geen .gevaarlijken Weg.
Hoe kwam liet dan, dat mijnheel- Karei
vroeg: „Juffer Nina, mag ik even 'n eind
je in'eelocpen? Het is zoo eenzaam voor u,
zoo stil".
Ze knikte zonder erg. Had hij haar ook
niet trouw geholpen de eerste maanden
op 't kantoor?
-Weldra praatten ze over allerl-ef. Hij
zei niet veel, m'aar Nina, babbeldé zooveel
te meer. En zonder dat ze het zelf
voelde, vertelde ze hem al haar leed, haar
opstand tegen 't lot, haar angsten. Hij be
zag haar 'n beetje verbaasd, verrast dat
die uiterlijk-kalme natuur zooveel drift
bezat, en hoorde in haar stem! 'n geheim
verlangen naar wat liefde, 't Deed hem!
zoo goed, zoo goed.
Hier ontdekte ie opeens 'n schakel; hij
had 'n hart, dorstig naar 't hare, al lang,
zonder dat 't iemand wist, en zij, zocht
naar 'n liefde. En wat hijj nu al lang
geheim gevoeld en begrepen had, kwam nu
boven in 'n hartstochtelijk verlangen.
Ja. 's avonds onder stille lantaarns, in
simpele straten gebeuren vaak wonder
mooie reine dingen, die echter maar van
twee mogen gekend zijn.
Moet jij som's tegen je hart „neen"
zeggen
Neen, ze moest niet neen zleggan, want
"r kwam 'n heerlijke liefde tot haai',
met al haar gloed, en voor haar alleen,
trots haar le-elijkheid
Toen ze veel later thuis kwamf zat do
zwarte kater er nog, en lonkte miét 'n
bijzonder verstandig kattenoog.
Ze schrok, 'n oogenblikje maar, en stak
toen de hand uit om' te streelen.
Neen, katertje, dezen koer heV je je
rapping gemist. Je bracht de bewoners
v.an het huis geen ongeluk aan!
PROSPECTUS EN INLICHTINGEN BIJ:
Sccr. Kap. P. DRIESSEN, GRONSVELD(L
DE HETLIGE LUDUERUS.
26 Maart
Reeds in zijn vroegste jeugd toonds
Ludgerus een bijzonder ernstige», aard
te bezitten. Als andere kinderen speel
den, bleef hij alleen en verzanMdp boom
bladeren, nam een griffel en deed alsof
hij schreef en las. De bladeren noemde
hij' zijn boeken en bracht deze aan zijn
moeder. Als zijn moeder hem vroeg, wie
hem lezen en schrijven had geleerd, dan
gaf Ludgerus ten antwoord„Onze Lieve
Leer". Zijn ouders verheugden zich eeea.'
over den vromen aanleg van den jongen
en vertrouwden zijn Verdere opvoeding toe
aan den heiligen Gregorius, die pfe-ermalen
den heiligen Bonifacins op zijln reizen
op liet gemoed van den hertog van Flo
rence, de podesta's van Yenatië en Genua
opdat de sohiipjpers, inits voorzien van
Italiaansehe pasporten, vrijheid van in
komende rechten verkrijgen.
■De Spaansche koning, die van z'ijn kant
recht heeft de Zeeawen als oproerlingen
en verxakers van den Godsdienst te be
schouwen, bericht de koopvaarders, dia.t
zij bij het passeeren van de straat van
Gibraltar niet het minste letsel' z|al ge
schieden en op zijn médewerking kun
nen rekenen.
Legio is het aantal schepen welke van
uit Middelburg, Yeere en Axnemuiden rn'et
volle lading naar de Italiaansehe havens
stevenen.
Twee jaar -duurt deze handel. Er wordt
veel, téveel ztelf's aan de hongerlijdende
bevolking van het Ap|p(enrjmsc'h schier
eiland verdiend. Dan trekt zondeir waar
schuwing plots koning Philips III zijn
vergunning tot vrije doorvtaart in en een
twintigtal Zeeuwsche schepen vallen den
Spaanschen monarch in handen. Schip! en
lading worden prijs verklaardde opfva-
renden tot de galeien verwezen. Natuur
lijk heerscht hierover in ons land groote
ontsteltenis. Te mreer nog. -daar tweehon-
der schepen bemtad toilet de beste ipa-
trozen nog te Venetië en Gelnua liggen.
tVandaai dat de Straiten, -beangst voor
meerdere inbeslagnalmlen, de koopvaardij
vloot hier te lande verbiedt uit te Varen.
Terecht vreezen zij een verzwakking van
dé weerm'acht, van den staat als zoo
veel matrozen -door Spanje's Koning wor
den vastgehouden.
Maar de koopmlan, belust o(p| geld, weet
deze maatregel voor eiea belangrijk deed
te niet te doen, door de lading aan te
geven als bestemd voor een Fra-nsche
naven.
vergezelde en in Utrecht een school haid
gesticht. Ludgerus studeerde ook ateer-
dere jaren iu Engeland en werd in 777 te
Keulen tot priester gewijd. Na zajn wij
ding ging hij het Evangelie aan de hei-
densche Friezen verkondigen. Hij bekaardie
velen van hen en stichtte kerken en
kloosters. Door -een inval der Saksen in
Friesland, werd hij gedwongen zijn apos-
tolischen arbeid te staken. Hij ondernam!
een bedevaart naar Rome. en Verhlsaf al
daar gedurende, drie jaren in het klooster
Monte Cassino. Toen Ludgerus vernam!,
dat de Saksers waren onderwérpen, ging
hi, weer naar zijn vaderland terug. Hij
wi|dde zich nu hoofdzakelijk aan de be
keuring der Saksers en stichtte te Mimi-
gardetort, het latere Mttnster in "Westfa-
len, een klooster. Door keizer Kaa-el da
Groote werd Ludgerus tot eersten bis
schop van Munster henoem'd. De heilige
Bisschop had een groote kennis va.n de H.
Schrift en hij liet geen dag voorhij: gaan,
zonder zijne leerlingen eenige teksten te
verklaren. Bekend was ook zijn buiten
gewone godsvrucht en aandacht bij het
gebed, waaruit hij kracht voor zijn werk
putte. Eens werd de bisschop- bij den
keizer ontboden. De bode Vond de hei
lige met zijn geestelijken in het koorge
bed. maar de heilige onderbrak zijn gebeid
niet. Driemaal kwam de bode terug en
zeide, dat de keizer op den bisschop
wachtte. Eindelijk verscheen de heilige
en de vertoornde keizer vroeg, waarom
hij hem zoo lang had laten wachten. Luu'
gerus antwoordde: „Ik w-eet, wat ik Uwe
Majesteit schuldig ben, nraa.r ik dacht, dat
gij het wel goed zoudt keuren, als ik aan
God de voorkeur gaf. Overigens deed ik
slechts, wat Uwe Majesteit nfij bij het
aanvaarden van mijn ambt zelf heeft ge
zegd, dat is den dienst v'an God' voor alles
moe! laten gaan". De keizer reikte den
heilige diep getroffen de hand. Ludgerus
had zich ten doel gesteld om' ook a-an de
Noormannen en Zweden het Evangelie 'te
gaan verkondigen en'het geheele Noordem
tot het Christendom' te hekeeren, dooh
2waar lichamelijk lijden belette hem dit.
Ludgerus voorspelde nu de. invallen der
Noormannen e.n de vervolging Va» de
christenen, maar oolc wees hij erop,"dat de
vrede zou terugkeeren. Ondanks zijn ziek
te liet hij geen enkele van zijn da-gelijk-
sche. bezigheden na en las nog dagelijks de
H. Mis. Zelfs op den laatsten dag van
zijn leven, op een Zondag, predikta hij
nog en droeg voor de laatste mlaal het H.
Misoffer op. Den daaropi volgenden nacfht,
26 Maart 809. stierf' hij. Bij' Ludgerus'
graf geschiedden vele wonderen. Zijn over
blijfselen bevinden zich thans in de kerk'
te Werden. Het leven van den heilige is
beschreven door zijn neef, dé. heilige bis
schop Altfrid, die in 849 te Mttnster over
leed.
Onze 'missie in Ned. Oost-Indië.
Aan het jaarboek der R.-Kath. Missie
in Ned. Oost-Indië zijn de volgende ge
gevens en cijfers-ontleend.
Er zijn 4 apostolische vicariaten en '<J
apostolische prefect uren. In dézfe Werkten
36 orden en eiongregriaties. n.l. 16 manne
lijke en 20 vrouwelijke. Te zumfen telden
zij in 1929 1562 missionarissen, te weten:
270 priesters, 38 fraters, 260 broederfc en
994 zusters. Het daaraan vooWafga-anBa
jaar waren die cijfers 259. 34, 244 en
955, zoodat er -een vooruitgang niet 70 is.
De Jezuïeten zijn het sterkst vertegen
woordigd met 73 priesters. 38 fraters en
10 broeders. Dan de «mgregratie va» liét
Goddelijk Woord met 60 priesters en 26
broeders. Daarna, de Missionarissen van
het H. H-art toet 48 priesters en 30 broei
de zusters Ursulinen van de Bom. Unie,
ders. Onder de vrouwelijke Orden staan
die reeds in 1856 zich in Indië vestigden,
bovenaan mét een getal van 224; dato de
Franciscanessen van Heythuysen met 199.
Het aantel B.-katholieken in Ned.-Indië
wordt opgegeven als 274791. Hiervan zijto
64386 Europeanen en 210405 niet-Euro-
ipeanen. De meeste niet-Euroipleanen vindt
men in het Vicariaat der kl. Soendaf
eilanden, n.l. 150959. Dan komt het vica
riaat van Ned. N.-Guinea met 23197, dan
de prefectuur van Celebes mét 15764,
dian het vciariaa1: van Batavia inet 11343,
het vicariaat van Borneo- niét 5151, da
In dit opzicht handelt de Mouéharon
net als Xijn collega's hij zou echter be-'
merken, dat niet altijd de regtoering om/
den tuin t-e leid'en is. Als hij' op ean keer
z.g. naar la Rocheilie, bouwtarwe wil
uitvoeren onder voorwendsel dat het-
slechts gewone Ibrouwtarwe is, Wordt hem1
dit geweigerd.
Vlissingen, sinds eenige jareto als pand-'
stad in handen van Koningin Elisabeth en
stuurd door den Engelse-hen gouverneur
Sydny, is niet zoo vrij in haar handels-'
bewegingen als Middelburg en Veere. Da
Zeeuwsche ambtenaren (aldaar, die heim)
doen er van hun kant nog een schepje
bij. Om zich hiervan te overtuigen door
zoeken menigtofaal rechercheurs de op
stroom gereedliggende schepen telkens op
nieuw. zoo lat zij maandenlang oponthoud
hebben.
i Maar niettegenstaande al die hinder
palen en de druk der tijden welke zooiwéS
door vriend als vijand veroorzaakt wordt,
gaat de Zeeuwsche handel gestadig voor
uit. Middelhurg's beteekenis neemt van
jaar tot jaar toe; de nfakelaars kunnen
het op de voor eenige jaren opgerichte
'beurs niet méér af'. Vandaar, dat tal Van
makelaars uit Antwerpen waardoor de af-
sluting der Schelde nog slechts geldzaken
verhandeld worden, naap Zeeland's hoofd
stad vertrekken cn zich aldaar als poor
ter doen inschrijven.
Ook aan dezen tak van handel neemt
de Moueheron deel. Zes jaar arbeidt bij
'nu al te Middelburg en mét zuilk oen
succes, dat hij voor den opslag zijlner
waren plaats te kort komt, (Olm1 dit te
Verhelpen kocht hij eenige panden van het
veiling gebrachte Srhuttershoi van den
ÏBussche aan de zuidzijde van den Dam en
richt deze -als pakhuizen in),
D. A. DE STOPPELAAR.