Tweede Blad ZATERDAG 26 OCTOBER 1929 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Christus Kerk. FEUILLETON De brief van den dood KERKNIEUWS VAN HIER EN DAAR Iedere lepel Kelpl- orn LLnV LenaiaWcil-teicl te Kpilnnee'-er», ONTSPANNINGSLECTUUR ii. i Hoe kwami iet dat de protestanten leerden, dat de Kerk die Christus sitic|btJ,te, een onzichtbare Vereenigingj_.was? De protestanten, zegt 'Mgr. Pot|beis, vve:oen door de Katholieken vpor een lastige vraag geplaatst. Gij; moet toe geven, zeiden deze laatsten tol) de her vormers, dat: Gods Kerk' onvergankelijk is. Zij bestond voor het jaar. 1517. Bij u, was ze niet, Wijl [u, kon ze zeifis niet zijn, xvant gij zelf waart er nog,niet. Waar was dan de Kerk Gods, als z'iji nietj.biji de Katholieken was Om1 zich uit deze verlegenheid, te redden beriep; zich het pxotcstanti|sm« pp de on zichtbare gemeenschapdoze alleen, zou volgens hen de ware Kerk, de één©, hei lige, aposbolieke, onvergankelijke zijn, zij allen is de Kerk der goddelijke beloften. De zichtbare kerken daarentegen, zijn menschenwerk, veranderlijk en verganke lijk. Tegenover deze dwaling) van jheti Pro testantisme staat de leer der B.-K- Kerk, die predikt, dat Christus een© zichtbare Kerk 'heeft gesticht. I In de H. Schrift wordt de Kerk als iets zichtbaars voorgesteld. De gewijde schrijvers vergelijken haar met eene stad' opi den top; eens bergs, m'et een licht, dat op) den kandelaar geplaatst wordt opdat heit vopr allen schijne, met een akker, een, visc'hnet, allen, zinnebeel den, die wijzen opi een zichtbare Kerk. Petrus en zijn opvolgers miaeten. de scha pen en lamineren hoeden, doch hoe z,ou Petrus en na homi de pausen lxet gebod van hun goddelijken Meester kunnen op volgen, zoo de schapen en lamineren, dat zijn de leden der Kerk, onzichtbaar zijn. Christus heeft het bestuur Zijner Kerk opgedragen aan menscben, dus iets zicht baars. Het bestu|ur ©ener vereeniging] kan echter zijn amibj, niet uitoefenen over iets onzichtbaars. Indien dan het bestuur en de leden der Kiexk iets 'Zichtbaars is, kan men niet meer spreken van een on zichtbare vereeniging. De leer der onzichtbare Kerk was ook onbekend hij de Vaderen der Kerk. Bij, dn woorden: „In die dagen zal de berg Gqds zichtbaar zijn", roepit de H. Joannes Chrysostomus [int i Zichtbaar, openhaar. „Dit heeft geen verdere toelichting noodiig, dit spreekt zoo luide als een trompet en toont den luister der Kerk van natur©, vanzelf. Want de zon is niet meer schit terend en het licht id niet meer helder clan de openbaringen en, tieekenea der Klerk zijn". En de groote kerkvader St. Auglus- tinus zegt: „Moeten wij u, broeders, de Kerk aantoonen, zoo,als wij: jnet den vin ger op d.e maan wijzen? Is ze niet) open baar, niet klaar zichtbaar? In wa.arlieid, zijl is de berg, over geheel de aarde zicht baar, de stad, waarvan gezegd is: de stad opi een berg gesticht kan niet, verbor gen blijven". Tot het waandenkbeeld eener onzicht bare Kerk is men in de leenste eeuwien niiet vervallen, schrijft de Duitsche g|elecrde Harnack. God schiep de mensdhelijke ziel in het bezit van een volle vrijheid. Hij; had den mensch aanstonds bij! zijne schepping in den hemel kunnen piaatsep.. Hij had ech ter besloten den mensch niet hoe te la|ten in het rijk der hemlelen, of hiji moest eerst lid zijn geweest van het rijk Gods op aarde, de Kerk. De maat van hun, geloof en liefde voor de Kerk hier op aarde zpu ook de maat zijn hunner hemelsche vneiuig- de hiernamaals. Opdat de mensch de Kerk zou leeren liefhebben, heeft) Christus haar gesticht met de kracht en de luister vau de schitterendste wonderenheeft Hij' haar versierd met de kenteekenen van heilig heid, eenheid en onverglankelijkheid, waar door zij tot het einde der eeuwen ta on derscheiden zal zijn van alle scheuringen. Ieder mensch kan de Kerk Gods ken nen, en is oo.k verplicht er lid van te worden, want Christus heeft haar alleen al de schatten der genade toevertrouwd om; ze uit te deelen aan hare leden, zonder welke niemand' kan zaligl worden. Het was ,een natuurlijk gevojgj van Jezus liefde voor den mensch, dien hij eeuwig) gelukkig wilde maken, dat Hij eene zichtbare Kerk' stichtte. De kerken, die zich heden,de ware Klerk van Christus noenijen, zijn haast ontelbaar, doch zij is alleen de ware, de door) Chris tus1 gestichte Kerk, die do kenteekenen harer goddelijken oorsprongheeft, welke zijn: eenheid, heiligheid, algemeenheid en apoitoliciteit. Elk kerkgenootschap, waar aan een enkel dezer, kenteeklemem onf T door A. FIELDING. (Vadruk verboden). 25) Voorzichtig! werd het venster geopend en een schrale figuur kwapi| naar binnen, gevolgd door een andere. „Wat zullen wc eerst doen?/' fluis terde oen zenuwachtige stepn'. „Mét onzo voeten ergens tegjen a,an- etooten was het spptitende antwoord, op onderdrukten loon. „Steek do zaklantaarn eens yven aan, Co." „Alles schijnt in orde", antwoordde de man met de zaklantaarn. „Ikf durf het er wel op wagen, het licht aan te steken/' Pointer 2ag, hoe de eerste man naar den schoarsteenpiantel góng. „Er liglt nu niets pneer/', zei hij! teloiurv gesteld. „Laat (me eerst nog eens rondkijken, Bond", antwoqiddc de anrfpr. Misschien ligu er nog iets in een la. Maar, voor we g;aan zoeken jvil ik' zeker weten, dat er niemnaud is.'-' breekt, is een valscho sekte. Het is) der halve van overwegend' 'belang ta weten opi welk kerkgenootschap wij kunnen toe passen: „Ik (geloof in, do één©, heilige, katholieke, en apostolische Kerk.'-' fr. STEPH. LODIEBS, O. CIST Nieuwkuijk. (Wordt vervolgd.) Opi den 23»(eu Zondag' 11a Pinksteren. Epistel van den H„ Paulus tot de Philipipdjnen. III. 1721 en IV. 13. Broeders! weest mijne navolgers en let op jien, die wandelen volgons liet voor beeld hetwelk gij' in on,s hebt. .Want ve len, van welke ik u dikwijls hdb @eze|g|d en nu al weenendo zeg, wandelen (als vijanden van Christus kruis; hun einde is üe verdoemenis, hun, buik is hun God en hun roem! isjhunne schande; zij) stellen allc-cn hunne zinnen op aarüscih© dingen. Maar onze Wandel is in den heimel, van waar wij ook' den Zaligmaker verwachten, enzen Heer Jezus Ohristjus, die ons ver nederd licihaaiml zal hervormen en het aan zijn glorierijk lichaam gelijkvormig mar) ken, door de werkende kracht waarmede Hij zich alles kan onderwerpen. Zoo dan, imïjn welbeminde en teedorgeliefdia broe ders, (mijne vreugd en mijne kroon! staat dus, allerliefsten, onwrikbaar in den Heer. Ik bid Evodia en smeek Syntyehe, dat zijl eensgezind zijn in dep, Heer. Ilc' bid1 u ook, mijn oprechte mbdehelper, liclp haar, die niH' mij', met 'Clemens en, mijne andere medehelpers, in het E|vangeli© gjearbcid hebben. Huune naim;cin staan in liet book des levens. Evangelie, Mattheus IX. 1826. In dien tijde, terwijl Jeizus tot het volk sprak, zie daar kwaiml oen overste die Ham; aanbad, en zeide: Heer! mijne doch ter is nu overledenmaan.) kom, lqg|' luwe hand op haar, en zijl zal leven. Jïn Jezus stond op, en, volgde hem) met Zijn© Leer lingen. En ziet, oen© vrouw, die twaalf jaren lang aan eene bloedvloeiing) leed, kwami van achter en raakte den boord van zijn kleed aan, en zeidei blij) haar zelve: indien ik slechts zijn kleed mag aanra ken, dan zal ik genezen zjjn. En Jezus keerde zich uml, en haar ziende, zeide Hij!; betrouw, dochter, nw geloof heeiffc n ge nezen. En van dat U[iir af was de vrouw •gezand. En toen Jezus in het liiuis van den 'Overste kwaimj, en, 'da treuirpij'pers en de woelend© menigte zag, zeide Hiji: gaat van hierwant liet dochtertje is niqfc dqod, inaar 'het slaapt. En zijl lachten H.eiml uit. En als do menigte pitgfedreven was, trad Hij binnen en vatte hare hand. En het dochtertje stond op en dit geruöhit verspreidde zich dojr die glejheel© land streek. Het nieuwe Miuseum! voor volk' eren'ku. nde t W. ©enen. H.el nieuwe inluseum voor Violberenkun- de te Weenen, dat reeds voor een dleel is geopend, zal, wanneer het geheel gereied is gekomen, na het muse|U[m! voor volke- renkunde te Berlijn het grootste en rijkste van het vasteland van Europa zijn. Met uitzondering van de oud-Eglypitiiscihe en de Oostenrijksche verzamleling. omvat het alle culturen yau de wereld. Het kost- .fa'aarst zijn de voorweirpjen uit den lijd van Karei VI en van do vóórlaatste en de laatste eeuw. Als grondlegger van deze verzameling kunnen wij; noemen Fer dinand von Hochstetter, die in het jaar 1876 de natuurwetenschappelijk© verza melingen van het voormalig natuiur-histo- rische hof'miuseamr geordend Heeft' in een ethnogiaphisohe anthropoligjsche en voor historische ai'deeling. De eigenlijke stich ter van het nieuw© miuseum' voor v'olke- renkun.ao in den Nieiuwep Burg js de vroegere Bonds'ministar B.iöhard Schmitz. Van het. totale miuseujnbezit dat meer dan .150.000 voorwerpen omVal, zullen ruim 6000 voorwerpen iu 9 toonzalen voor het publiek te ibezichtigien zijn. Op het oogen- blik is de verzameling van Oost-Azië, Noord- en Centraal Azië, en het noordelijk deel van Voor-Azië tentoongesteld. Men ziet) üiüer twee Chineesch© kamers, ©en slaapkamer met prachtig pronkbed, en een ethnoglraphische verzameling] van Chi na uit den, tegenwoordigen tijld. Bijzonder valt in het oog een pr,onksoherml in ge sneden roode Peking-lakwerk uit het voor malige keizerlijke jachtslot bij, J/eking. .We vinden hier Chineesche -kunstvoor- werj.ien, de kleodingi van de Chineesche bevolking van alle satnden, wapiens, mu ziekinstrumenten, gebruiksartikelen, waar devolle voorwerpen van de oud© stammen En abet een scherpizinnigheid, die Eoan- tei' hem) benijdde, kwam Cockiburn op den hoek af, waar d© detective verborgen zat. Onmiddellijk stapte Pointer naar .voren, een verouderd pistool in zijn bevende handen. Met de zenuwachtige stejm) van iemand, die zichzelf op het hachelijke inor inent, moed wil inspreken, sist© hij1: „Geen van heiden ©en stap maerl Ik ben een vreedzaam! man, maar op mijn woord, geen st,ap „Wat voor den duivel hebben we nu aan dc hand", sprak Bond met gesmoorde stom. „Wie je ook bent, jman, doe je vinger vau die schel af'. „Ik hen een vreedzaam' man", bibberde de stem weer, „maar i)£ sta er op, om' mijn plicht te doen. Nog]maals, geen stap of ik schiet al mijn zes kogels ineens) o.p jullie af." ..Groote God", kwam' Bond, deeM ge amuseerd, deels angstig). „Je bont zeker de veldwachter van het dorpi, op een nachtelijke ronde". ,,'L Komt er niets' op aan, wie ik! ben! Ik ken oen achtenswaardig anan, dat kan ik bewijzen". Weer maakte zijn roode vinger een beweging in do richting van den schelknop, „Bliji onet je hand' van die v-erwensphte uit het zuiden en zuid-westen van China, schitterende vrouwensiexaden. Ex wordt een overzicht gegeven van do voornaam ste godsdiensten en wereldbeschouwingen van China, het Boodhis'm'e, het Tauisme, en do ethische systemen, van Confusius, die in het jaar 479 vóór Christus stierf, eu van Lao-tse, wiens voornaamste werk „Het piacl naar de deugtd" is- Door vertalingen van typische teksten van do heilige geschriften van deze gods dienstige systemen krijgt de bezoeker een duidelijke voorstelling vau den gieestekj1- ken inhoud dezer systemen. Op oen altaar zit op een lotostnoon onder oen baldakijp, do vergulde bronzen figjujix jyan Boeddha. Zeer kostbaar is do verzameling van Ko rea. Het morst bezienswaardig "hiervan is een 2000 jaar oude gebeeldhouwd© gaaf steen van een ou.d-C'hincesoh lceizersgraf voorts is tentoongesteld kos|tbaar C'ea-a- miek uit de eerst© ©ouwen onzer jaartel ling, waaronder voorwerpen uit den tijd vau de Tang-dynastie. Als zinnebeeld van de wereldheerschappij) staat hier een 3600 Kg), zwaar uit liet zuiverste klok!- kenbronsi gegpt'en rpokvat, dat uitheit jaar 1661 dateert. Van hoog© kunstwaard© is een uit brons gegeten gqudvissehenlbekb keu in don vorm van ©en geopende lofcos'- blociu, met een draak als watertoevoer. Do J.npansc'he afdeeling geeft op de eerste De priester op den preekstoel (het was een kleine met Gotisch g'ebeeldli.oudwerk versierde preekstoel, eenvoudig evlenals ?t heele kerkje, dat in,ecr op een kapel gle- leek) was ongieveer van flenzclfden leeftijd als de overledene, maar hiji was klein van gestalte, terwijl de pastoor aan de eikenhouten kist kon men het nog zien lang vjin postuur geweest was. Hij maakte het kruistecken over do parochio van zijn afgestorven vriend en zei: „Do vred» zij niet u!" Daarop hield hij even stil en ieder voelde den scherpen blik' van den kleinen priester op zich g,exii©ht, of schoon niemand naar den preekstoel keelt. „Vrede zij met u, parochianen van mijn vriend", zoo ging de eigenaardige kleine priester op den primitieven kansel voort. En lie), viel niemand op, dat dit een tekst uit het Evangelie was, die niet op .hen toepasselijk was, ieder voelde, dat hijj hier juis) gekozen Was. En toen bij_v,ervolg)ds: „Evenals de Vader mij gezonden heeft, zoo zend ik u", vielen deze wqorden, de zenoingswoorden van het priesterschap, als' iparde steenen opi de zielen en bleven daar liggen, zóó hard cn zwaar, dat do adem stokte en het zweet door do poriën naar buiten drong', ondanks; do koele om geving1. De priester, die voelde, dat hij! de m'en- en dat reeds na LW Koe-st te bedaren, LLv»/ adem. V-vo.lir-ig6orgcw-»en l*e vfer^>herneem A^cer^ Abdd-siroop (Adv. in Blokschrift) plaats een overzicht van .d'o twee groote J apansche godsdiensten, het Boedhismie en Shinto. Verdei' vinden wij' hier wapens en wapenrustingen uit 'den tijd vani de Ja- pansclhe middeleeuwen, gesohenken van de Mikado aan Keizer Frans Jozef I, prach tig© brokaat- en zijden gewaden, kleurrij ke k'inoino's, aardigie No-maakers, 'C©n zeld zame muziekinstruimentenverzamelingl een schitterende J apansch© poppencollectie. Iets; zeer bijzonders is ook de plorseleiniver- zamieling, waaronder twee kostbar© Alt- Salsumav3,z'en. Tot de grootsite zeldzaam1- 'heden behooreu een 2000 jaar oude; bron zen klok, en oen oud© heschild»rde urn van de Biu-Kiu-eilanden. Bij' d'e afideeling) Mongolië en Tibet wordt Vjoornamelijk een overzicht gegeven v'a.n den godsdienst van do Lama's met hun schrikg^en. V.an da jagers- en visseherkvolken van Noord- Azie wordt eveneens1 een oyerzieht goigh- ven. Tenslotte ziet mien er] voorwerpen in go'bxuik lbdjl.de Ainu op het. schiereiland Saehalin, van de Tschuktscihen, Giljaken, Tunusegn en Laplanders. JVij, zien hier klceüingstuklken, vervaardigd van den bast' van hoornen, vau visöhvellen en die renhuiden, alsmede allerlei kunstvoorwer pen van deze volkeren. Behalve de nu reeds geopende neg|en toonzalen, zullen in het aanstaand© voor jaar nog' 16 nieuwe toonzalen yqor het publiek worden opengesteld. Terwijl aan de verder© uitbreiding; van het m|u»qum hard' wordt gewerkt, om' opk' v^n de andere volken een overzicht van hun cultuur te kunnen geven. WïE HU WAS dqor M. H. Dicht opeengedrongen zaten 'de men- schen in 'de inlet rouw behang)en kerk'. Zoo juist had een vr.eeah[rle priester den spreekstofil beklomlmen qm' hun te spre ken over dood ,eni vergankelijkheid, over het einde aller "dingen, tenminste, dat verwachtte m!en, want men was heden naar de kerk' gekomen, om een. uitvaart bij ie wonen, de uitvaart van den pastoor der parochie, die reeds op jeugdigen leef tijd overleden was. .Was imen bedroefd over ^diti vroege heengaan van dezen jongen lierdei Be droefd zijn, oóh, vele hpofdeni zouden zich fier 'hebben opgelicht tot protest, wanneer dit woord Juidop uitgesproken was, want al voelden zijl tbans eenigen weemoed, zooals de tegenwoordigheid van een dood© altijd opwekt, velen, waren tobh verheugd in het vooruitzicht dat) de pa rochie een anderen herder kreeg1. Maar daarvoor hadden zij nu niet juist den d(qod g'ewenseht: een verplaatsing! was ook' vol doende geweest. hel af, snauwde Bond. „Luister! iWij zijn vrienden van. de bewoners ,van dit huis. Maar wie hen jij1?." „ik doe wat werk vo/or mr. Thornton Y".n Bed Gates, antwoordde Brown met een ruk van Zijn hoofd in de richting yan do boekerij, „maar ik zou wel eens willen weten „Zeg., Bond, laten we naar Thornton gaan'zei Cock'burn en zich tot het on- noezele gelaat van Bi^iwn wendend: „Als liijl getuigt, dat we vrienden van hem) zijn, 'ben je dan tevreden?" Brown scheen dit voorstel van alle kaap ten te bekijken .en antwoordde feop laaitsihe: „Nu, ik wil niet te ver .g|aan. 't Is wel heel vreemd om op jullie manier binnen te kennen, maar als mr. Thornton beves tigt, dat je vrienden van bemi bent, dan heb ik niets meer to zeggen. Ik sta er •echter op, dat je elkaar een hand geeft en vlak voor mijl uit' lqopt. Ik ben een vreedzaam man, fna:ar „Och, schei uit met dat geleuter !C' Bonds geduld raakte uitgeput. „En. laat onder de wandeling in 's 'heimelsinaam niet de zes kqgels op) ons! afgaan." Bij B.ed Gates aangekomen liet Brown de twee vrienden voorgaan naar het ach tergedeelte yan het huis waar een licht- de eerste woorden van vrede sprak m'et geen enkel woord over, d[0od en verganke lijkheid, wel over het loven van zijn vriend, van hun studietijd, van de idpa- len van den overledene en, hoe zij! vtele uren van den nac'ht samen, doorgjebraeht 'had'den en gesproken over de toekomst. „En dan", ;zoo vertelde da vriend vgn den doode, „bouwde ik allerlei ludht- kasteelen", terwijl hiji geduldig zat te luisteren, ik sprak over een gfroote paro chie mot 'n piraphtige kerk, heerlijk© pai- ramenten, met 'n woning' waarin mein vanuit de vensters d© wijde velden dfer p;arocihie kon overzien, hij' had' echter zulke wenschen niet. Hij sprak toen roedis van een kleine, nederig© parochie en. on telbare malen maakt© 'hij plannen, ho.e hij alles wel zou inrichten, boa hiji hot zqu aanpakkenomi zijn kleine onaanzieolijjlte parofibie zóó te leiden, m'et al de liefde die in hem! was, ,dat zij nietsi ta kort zou)- ücn lcombni aan den rijken genadeschat der H. Kerk. „Hij was ©en schitterende redenaar." Eu -de steml van. den. redenaar) w.erdl krach)- tiger, als' bewijs van hulde voor, d© taiieni- ten van zijn vriend. Hij was zeer onder houdend eq gjeestiigi in gezelschap, een m|ur zikaal genie vau deu eersten rang, een gel ieerde, wiens werken reeds in zijn studiö; jaren bet grootste opzien verwekten" Hier hield de spreker ©en ©ogenblik -jp, en v'elen, 'zeer velen, hadden nu, tijd, om eens even na te denken. iWat, hum pasi- toior, die altijd 'zulke eenvqudig|a pir.eeken gehouden had, die, n|u ja, een leessbihlioi- t'heelc wilde hij1, inrichten, maai) dat lokte ec-n heel bij'zonderen strijd met de k'erki- m'eesters uit en hiji kon er tenslotte niet aan beginnen, omdat 'zijj geen geld beschik'- baar wilden stellen, miusiqus, ja, ja, zij herinnerden het zich nu, weer, maar men had geen tijd, men. vond het idee van een [priester, zelfs wat excentriek ja, ja. Maar de stem) daarboven ging) voort. „Hij heeft m|ij) een paar maal geschreven, toen hij paar hier verplaats!) werd. Do pmats was zeer naar zijn zin. De eerste brieven waren even optimistisch en, ent housiast als hij) zelf. Zij liepen over van plannen die hiji jen uitvoer zou brengen, van verbeteringen. De volgende brieven verraadden ietsl ,|-an zijn moedeloosheid en toen, schreef hiji heelemaal niet meier. Ik zelf, o, uu maak ilk er mezelf, da hit tereet verwijten van, ik stond ver van hier en had een z'ware verantwoordelijke piost, maar ik "had helm) toch wel eens kunnen bezoeken en. zien of ik helpien kom, want ik Voelde direct, dat hij! jjp6); reeihte man op de rechte plaats was." Nu gingen de hoofden tooh wat «ml- hoog. Zoo rechtuit te durven zagjgen, wat al die z'wijgende hersenen bezighield, dat had men niet verwacht. Do verstandige schijnsel viel op de heigj van. hulst. Mr. .Thornton zat aan zijn schrijftafel, doch scheen vo,or het qogenblik meer aandacht te wijden aan Schotsclhe whiskey dan aan Perzische kunst. Bond stak zijn hoofd door bet .geopende venster jiaar bin nen en sprak„Zeg, Thornton, zou je dien kennis van je, die hier acihter oms staat, niet eens vriendelijk willen vragen niet op ons te schieten, zqoals hij' van plan is?" „Geef ham' de verzekering, dat, w© gjnen beroepsinhrekers zijn", voegde Coekburn er aan to,e. Thornton zette haast.igl. zijn glas neer. „Wel hoofdinspecteur, het zijn,Mr. Boud en Mr. Coekburn; 2ij'..." „Hoofdinspecteur .Waar.?," vroeg Bond verwonderd en keek langs het belachelijke figuur met' het pistool in zijn. hand. Doch toen hij verder nieonand ontwaarde, staar de hij Brown aan. „Neen, m'aar die is gped!" Ook Coekburn viel op yerijuklten. topn bij: „Een Hoofdinspecteur „O, hamel, daar bederf ik da zaaklf' sUio'iiL bet opeens d.oor Thornton's brein, toen Pointer heim| bezorgd aankeek, en, n* binnengekomem (te zijm met de twee vi'ienden, deuren ©n veja^ters slqqt. vriepd zei bet dus ook, dacht men, en men leunde zich een beetje behagelijker als do laatste 10 minuten, tegen do onge makkelijke banken. Do predikant zag! de voldan© gezichten zijner toehoorders en glimlachte even. „Mijn overleden vriend", zoo gingj hij zeer ernstig voort, „behoorde tot de meni- fvhen en priesters, die alles, wat zij' doen, ook' het kleinste, heelemaal goed willen doen heel gped. En dat kon liij) hier niet. Hier ondervond hij; tot in de kleinsto nietigste dingen direct niets dan, tegen werking en ik ka,a het mie zoo goed' voort stellen, hoe hij' tooh zijn dagelijkSclh w,erk tot in de puntjes verzorgde, de .arm© priester, die zich bij: iederen stap voroon- deeld en geremd voelde en djie toch het werk, waartoe hij' zich als ware herder verplicht voelde giedaan te hebhen ©er die avond kwam." En ging het vandaag niet, had do col lecte niet hall" zooveel opgebracht als hij verwachtte, en kon, daarom) het beeld niet gekocht, de noodzakelijke reparaties niet gelenigd of de boeken vqor de Eerste H. Communie niet ,aang)escihaft worden ik noem! hier zoo maar enkele dingen op dan hoopte hij1 weer op de volgende dagjen of weken, of maanden, en di© hadden, qok weer hun eigen lasten en teleurstellingen, zcodat het tenslotte haasjtl nieit moer te dragen was. Wanneer nu al die terneer, drukkende kleine zorgen, al dat schrijfwerk en die conferenties, wanneer al wat nu, eenmaal tot het mloderne apios,t,olaat behoopt, door de parochie mieegledrajgen wordt, wanneer zijl de moeilijkheden pens wa)t' minder zwaar maakt, ja, voor, een: tijdje wegl- necml', ja, dan kon zoo'n arme pastpor eens verliohit ppademiqn. Of er komt eens ©ieu lief kind en geeft hem' zijn zakdoekje om zjoh hot' zweet eens af te drogen, of een .jonge vrpttw stuurt hem! uit haar tjuin mooie roze,n, een andere misschien de eerste bessen. Ja dan, En men bespreekt in "do pastorie cn op wandelingen, zulk' een herder is imlmers nooit meester van zijn tijd' de zorgen van hdt gezin en da heele paroahie, m'en no,'..digit heml eens uit tot een wandeling' door de velden, wa,nt alleen, glunt hiji zich daar den itijd niet voor, ja dan Bij iederen nieulwen „ja dan" bogen, zich de hoofden der parochianen (Keper en dra per, alsof zij' hun geweten .onderzochten, en zij boglcn zioh zooi diepl m|ogfelijfc opdat men hun „mlea c;ulpa, mea maxima eulpiaj" niet al te zeer zou zien, maar de steim van deu vriend daarboveu was nog niet klaar met haar oordlaeL „Ik voel, igbliiefide parociiianen. van mijn vriend, dat! hiji liier niet op de r,eahte plaats was, dat hij' er ten onder móest gaan dat zijne ziel, die niet gewoon was harde woorden be hqoren en te spreken, die iederen wenseh, zelfs dien der gjei- dacihte riaeds zoo graag' vervulde, maar het hier niet kon, pmdati de schaapjes en bij elkander niet verstonden. Zij! bei- gre-pen zijn goedheid niet en ik Vpeld© dal." Dit laatste „ik voelde dat" schreide als oen aanklacht tegein zich. zelf dopr de kerkruimte voort, terwijl de kaarsen rond de lijkbaar flikkerden en de oog.en van allen ©en paar onschuldige kinderoogten, uitgezonderd neergeslagen waren en m'et zich en dien doode afrekenden. „Ik ben even schuldig! als gij, beminde parochianen van mijn vriend." Langzaam en haesch kwam'en, die wooftlen uit c©n geprangd hart :en. haast toonlops vielen zij' opi de groot© lijkkist n,eer, „©u .tozauren met u kniel ik thans meer en hid God, dat Hij ons vcrgev[en inlog© wat wiji aan. zijn dienaar die thans in du &euwig|hej|d bij' Hem! is, ïnisdedten." De kleine priester was neergeknield' en had de handen vqor h,et glezieht gpslagen. Hij' scheen niet meer te, willen opreken, hij bau opk nauwelijks. Eerst wachtten d© menschen een opglem- blik, toon keili'en zijl naar d©n preekstoel. Daar knielde dp vriend van hun horden en hij',.had hun juist gezegd dat hiji zioh impt hen schuldig gevqeld© ten, opzichta van aen ontslapenen. En zij, zelf, wat mp,esten ze doen, hqe zouden zij! bet gloed maken De priester pp den kansel hief nu. het hoofd omhppg, zijn oogen stpnden vol tra nen en d© uitdrukking! van; zijn gelaat was zóó intens hedrqefd dat' zelfs' i't hardste gemoed niet pn|b,ewogen bleef bij' dat gezicht. Hij'hief de hand o,p, zegende de parochie ,en zei to,en nog): „Wij! zullen aan den doode trachten te vergelden, wat wij aan den levenden misdeden, we zuUen eerst voor keffi! Jjiddcn. Onze Vader Hel werd ©en goedgemeend en krachtig „Onze Vader" ep. toen de priester daarna opstond, den preekstoel verliet en de lijk dienst voortgezet werd, wisten, allen hoe veel zij misdaan hadden in het verladen ,en Jk vraag, u duizendmaal verontschul diging voor deze domheid", begon, Thorn ton, „maar ik wend zoq verrast „Amateurs zjjn amatefurs, mijnheer, viel Pointer heiml in de rede. „Ik sta er echter op, dat dit voorval door ieder van u, ver geten wordt. Ik wensch Brqwn te 'bliji- ven." „Hadden wij1 dus .g'eiijk, is zlij! iuderidpad vernoiord?" vatte Coekburn het gesprek weer op., en zich fp''' Brown wendend ging hjj verder: mootj weten, dat ilc naar heit eerst vond. ïk kan, d© ver schrikkelijke herinnering pr niat aan. uit mijn gedachten kwijt rakenT' .Zijn, stern stoute. Dadelijk vroeg Pointer eenige bijzonder heden over bet vinden van het lijk en het schot van den vorigen avond. Hij luis terde vol aandacht naar de antwoorden ep. informeerde tenslotte „Waarom drong u eigenljjk dezen nacht de studeerkamer van den kolonel binnen?" Coekburn haalde een 'enveloppe te voor schijn, m'et twe,o bebloede eindjes touw er in, precies hetzelfde touw, ?t welk Pointer in het zomerhuisje gevonden had en legde uit: £Wpxdt vervolgd.)/

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1929 | | pagina 5