Tweede Blad
ZATERDAG 26 OCTOBER 1929
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Christus Kerk.
FEUILLETON
De brief van den dood
KERKNIEUWS
VAN HIER EN DAAR
Iedere lepel Kelpl-
orn LLnV LenaiaWcil-teicl te Kpilnnee'-er»,
ONTSPANNINGSLECTUUR
ii. i
Hoe kwami iet dat de protestanten
leerden, dat de Kerk die Christus sitic|btJ,te,
een onzichtbare Vereenigingj_.was?
De protestanten, zegt 'Mgr. Pot|beis,
vve:oen door de Katholieken vpor een
lastige vraag geplaatst. Gij; moet toe
geven, zeiden deze laatsten tol) de her
vormers, dat: Gods Kerk' onvergankelijk
is. Zij bestond voor het jaar. 1517. Bij
u, was ze niet, Wijl [u, kon ze zeifis niet zijn,
xvant gij zelf waart er nog,niet. Waar
was dan de Kerk Gods, als z'iji nietj.biji de
Katholieken was
Om1 zich uit deze verlegenheid, te redden
beriep; zich het pxotcstanti|sm« pp de on
zichtbare gemeenschapdoze alleen, zou
volgens hen de ware Kerk, de één©, hei
lige, aposbolieke, onvergankelijke zijn, zij
allen is de Kerk der goddelijke beloften.
De zichtbare kerken daarentegen, zijn
menschenwerk, veranderlijk en verganke
lijk.
Tegenover deze dwaling) van jheti Pro
testantisme staat de leer der B.-K- Kerk,
die predikt, dat Christus een© zichtbare
Kerk 'heeft gesticht. I
In de H. Schrift wordt de Kerk als
iets zichtbaars voorgesteld.
De gewijde schrijvers vergelijken haar
met eene stad' opi den top; eens bergs, m'et
een licht, dat op) den kandelaar geplaatst
wordt opdat heit vopr allen schijne, met
een akker, een, visc'hnet, allen, zinnebeel
den, die wijzen opi een zichtbare Kerk.
Petrus en zijn opvolgers miaeten. de scha
pen en lamineren hoeden, doch hoe z,ou
Petrus en na homi de pausen lxet gebod
van hun goddelijken Meester kunnen op
volgen, zoo de schapen en lamineren, dat
zijn de leden der Kerk, onzichtbaar zijn.
Christus heeft het bestuur Zijner Kerk
opgedragen aan menscben, dus iets zicht
baars. Het bestu|ur ©ener vereeniging] kan
echter zijn amibj, niet uitoefenen over iets
onzichtbaars. Indien dan het bestuur en
de leden der Kiexk iets 'Zichtbaars is,
kan men niet meer spreken van een on
zichtbare vereeniging.
De leer der onzichtbare Kerk was ook
onbekend hij de Vaderen der Kerk. Bij, dn
woorden: „In die dagen zal de berg Gqds
zichtbaar zijn", roepit de H. Joannes
Chrysostomus [int i Zichtbaar, openhaar.
„Dit heeft geen verdere toelichting noodiig,
dit spreekt zoo luide als een trompet en
toont den luister der Kerk van natur©,
vanzelf. Want de zon is niet meer schit
terend en het licht id niet meer helder
clan de openbaringen en, tieekenea der Klerk
zijn". En de groote kerkvader St. Auglus-
tinus zegt: „Moeten wij u, broeders, de
Kerk aantoonen, zoo,als wij: jnet den vin
ger op d.e maan wijzen? Is ze niet) open
baar, niet klaar zichtbaar? In wa.arlieid,
zijl is de berg, over geheel de aarde zicht
baar, de stad, waarvan gezegd is: de
stad opi een berg gesticht kan niet, verbor
gen blijven".
Tot het waandenkbeeld eener onzicht
bare Kerk is men in de leenste eeuwien niiet
vervallen, schrijft de Duitsche g|elecrde
Harnack.
God schiep de mensdhelijke ziel in het
bezit van een volle vrijheid. Hij; had den
mensch aanstonds bij! zijne schepping in
den hemel kunnen piaatsep.. Hij had ech
ter besloten den mensch niet hoe te la|ten
in het rijk der hemlelen, of hiji moest eerst
lid zijn geweest van het rijk Gods op
aarde, de Kerk. De maat van hun, geloof
en liefde voor de Kerk hier op aarde zpu
ook de maat zijn hunner hemelsche vneiuig-
de hiernamaals. Opdat de mensch de Kerk
zou leeren liefhebben, heeft) Christus haar
gesticht met de kracht en de luister vau
de schitterendste wonderenheeft Hij' haar
versierd met de kenteekenen van heilig
heid, eenheid en onverglankelijkheid, waar
door zij tot het einde der eeuwen ta on
derscheiden zal zijn van alle scheuringen.
Ieder mensch kan de Kerk Gods ken
nen, en is oo.k verplicht er lid van te
worden, want Christus heeft haar alleen
al de schatten der genade toevertrouwd
om; ze uit te deelen aan hare leden, zonder
welke niemand' kan zaligl worden.
Het was ,een natuurlijk gevojgj van
Jezus liefde voor den mensch, dien hij
eeuwig) gelukkig wilde maken, dat Hij
eene zichtbare Kerk' stichtte.
De kerken, die zich heden,de ware Klerk
van Christus noenijen, zijn haast ontelbaar,
doch zij is alleen de ware, de door) Chris
tus1 gestichte Kerk, die do kenteekenen
harer goddelijken oorsprongheeft, welke
zijn: eenheid, heiligheid, algemeenheid en
apoitoliciteit. Elk kerkgenootschap, waar
aan een enkel dezer, kenteeklemem onf
T
door A. FIELDING.
(Vadruk verboden).
25)
Voorzichtig! werd het venster geopend
en een schrale figuur kwapi| naar binnen,
gevolgd door een andere.
„Wat zullen wc eerst doen?/' fluis
terde oen zenuwachtige stepn'.
„Mét onzo voeten ergens tegjen a,an-
etooten was het spptitende antwoord, op
onderdrukten loon.
„Steek do zaklantaarn eens yven aan,
Co."
„Alles schijnt in orde", antwoordde de
man met de zaklantaarn. „Ikf durf het
er wel op wagen, het licht aan te steken/'
Pointer 2ag, hoe de eerste man naar
den schoarsteenpiantel góng.
„Er liglt nu niets pneer/', zei hij! teloiurv
gesteld.
„Laat (me eerst nog eens rondkijken,
Bond", antwoqiddc de anrfpr. Misschien
ligu er nog iets in een la. Maar, voor we
g;aan zoeken jvil ik' zeker weten, dat
er niemnaud is.'-'
breekt, is een valscho sekte. Het is) der
halve van overwegend' 'belang ta weten
opi welk kerkgenootschap wij kunnen toe
passen: „Ik (geloof in, do één©, heilige,
katholieke, en apostolische Kerk.'-'
fr. STEPH. LODIEBS, O. CIST
Nieuwkuijk.
(Wordt vervolgd.)
Opi den 23»(eu Zondag' 11a Pinksteren.
Epistel van den H„ Paulus tot de
Philipipdjnen. III. 1721 en IV. 13.
Broeders! weest mijne navolgers en let
op jien, die wandelen volgons liet voor
beeld hetwelk gij' in on,s hebt. .Want ve
len, van welke ik u dikwijls hdb @eze|g|d
en nu al weenendo zeg, wandelen (als
vijanden van Christus kruis; hun einde
is üe verdoemenis, hun, buik is hun God
en hun roem! isjhunne schande; zij) stellen
allc-cn hunne zinnen op aarüscih© dingen.
Maar onze Wandel is in den heimel, van
waar wij ook' den Zaligmaker verwachten,
enzen Heer Jezus Ohristjus, die ons ver
nederd licihaaiml zal hervormen en het aan
zijn glorierijk lichaam gelijkvormig mar)
ken, door de werkende kracht waarmede
Hij zich alles kan onderwerpen. Zoo dan,
imïjn welbeminde en teedorgeliefdia broe
ders, (mijne vreugd en mijne kroon! staat
dus, allerliefsten, onwrikbaar in den Heer.
Ik bid Evodia en smeek Syntyehe, dat zijl
eensgezind zijn in dep, Heer. Ilc' bid1 u ook,
mijn oprechte mbdehelper, liclp haar, die
niH' mij', met 'Clemens en, mijne andere
medehelpers, in het E|vangeli© gjearbcid
hebben. Huune naim;cin staan in liet book
des levens.
Evangelie, Mattheus IX. 1826.
In dien tijde, terwijl Jeizus tot het volk
sprak, zie daar kwaiml oen overste die
Ham; aanbad, en zeide: Heer! mijne doch
ter is nu overledenmaan.) kom, lqg|' luwe
hand op haar, en zijl zal leven. Jïn Jezus
stond op, en, volgde hem) met Zijn© Leer
lingen. En ziet, oen© vrouw, die twaalf
jaren lang aan eene bloedvloeiing) leed,
kwami van achter en raakte den boord van
zijn kleed aan, en zeidei blij) haar zelve:
indien ik slechts zijn kleed mag aanra
ken, dan zal ik genezen zjjn. En Jezus
keerde zich uml, en haar ziende, zeide Hij!;
betrouw, dochter, nw geloof heeiffc n ge
nezen. En van dat U[iir af was de vrouw
•gezand. En toen Jezus in het liiuis van
den 'Overste kwaimj, en, 'da treuirpij'pers
en de woelend© menigte zag, zeide Hiji:
gaat van hierwant liet dochtertje is niqfc
dqod, inaar 'het slaapt. En zijl lachten
H.eiml uit. En als do menigte pitgfedreven
was, trad Hij binnen en vatte hare hand.
En het dochtertje stond op en dit geruöhit
verspreidde zich dojr die glejheel© land
streek.
Het nieuwe Miuseum! voor
volk' eren'ku. nde t W. ©enen.
H.el nieuwe inluseum voor Violberenkun-
de te Weenen, dat reeds voor een dleel is
geopend, zal, wanneer het geheel gereied
is gekomen, na het muse|U[m! voor volke-
renkunde te Berlijn het grootste en rijkste
van het vasteland van Europa zijn. Met
uitzondering van de oud-Eglypitiiscihe en
de Oostenrijksche verzamleling. omvat het
alle culturen yau de wereld. Het kost-
.fa'aarst zijn de voorweirpjen uit den lijd
van Karei VI en van do vóórlaatste en
de laatste eeuw. Als grondlegger van
deze verzameling kunnen wij; noemen Fer
dinand von Hochstetter, die in het jaar
1876 de natuurwetenschappelijk© verza
melingen van het voormalig natuiur-histo-
rische hof'miuseamr geordend Heeft' in een
ethnogiaphisohe anthropoligjsche en voor
historische ai'deeling. De eigenlijke stich
ter van het nieuw© miuseum' voor v'olke-
renkun.ao in den Nieiuwep Burg js de
vroegere Bonds'ministar B.iöhard Schmitz.
Van het. totale miuseujnbezit dat meer dan
.150.000 voorwerpen omVal, zullen ruim
6000 voorwerpen iu 9 toonzalen voor het
publiek te ibezichtigien zijn. Op het oogen-
blik is de verzameling van Oost-Azië,
Noord- en Centraal Azië, en het noordelijk
deel van Voor-Azië tentoongesteld. Men
ziet) üiüer twee Chineesch© kamers, ©en
slaapkamer met prachtig pronkbed, en
een ethnoglraphische verzameling] van Chi
na uit den, tegenwoordigen tijld. Bijzonder
valt in het oog een pr,onksoherml in ge
sneden roode Peking-lakwerk uit het voor
malige keizerlijke jachtslot bij, J/eking.
.We vinden hier Chineesche -kunstvoor-
werj.ien, de kleodingi van de Chineesche
bevolking van alle satnden, wapiens, mu
ziekinstrumenten, gebruiksartikelen, waar
devolle voorwerpen van de oud© stammen
En abet een scherpizinnigheid, die Eoan-
tei' hem) benijdde, kwam Cockiburn op den
hoek af, waar d© detective verborgen zat.
Onmiddellijk stapte Pointer naar .voren,
een verouderd pistool in zijn bevende
handen. Met de zenuwachtige stejm) van
iemand, die zichzelf op het hachelijke inor
inent, moed wil inspreken, sist© hij1:
„Geen van heiden ©en stap maerl Ik
ben een vreedzaam! man, maar op mijn
woord, geen st,ap
„Wat voor den duivel hebben we nu
aan dc hand", sprak Bond met gesmoorde
stom. „Wie je ook bent, jman, doe je
vinger vau die schel af'.
„Ik hen een vreedzaam' man", bibberde
de stem weer, „maar i)£ sta er op, om'
mijn plicht te doen. Nog]maals, geen stap
of ik schiet al mijn zes kogels ineens) o.p
jullie af."
..Groote God", kwam' Bond, deeM ge
amuseerd, deels angstig). „Je bont zeker
de veldwachter van het dorpi, op een
nachtelijke ronde".
,,'L Komt er niets' op aan, wie ik! ben!
Ik ken oen achtenswaardig anan, dat kan
ik bewijzen". Weer maakte zijn roode
vinger een beweging in do richting van
den schelknop,
„Bliji onet je hand' van die v-erwensphte
uit het zuiden en zuid-westen van China,
schitterende vrouwensiexaden. Ex wordt
een overzicht gegeven van do voornaam
ste godsdiensten en wereldbeschouwingen
van China, het Boodhis'm'e, het Tauisme,
en do ethische systemen, van Confusius,
die in het jaar 479 vóór Christus stierf,
eu van Lao-tse, wiens voornaamste werk
„Het piacl naar de deugtd" is-
Door vertalingen van typische teksten
van do heilige geschriften van deze gods
dienstige systemen krijgt de bezoeker een
duidelijke voorstelling vau den gieestekj1-
ken inhoud dezer systemen. Op oen altaar
zit op een lotostnoon onder oen baldakijp,
do vergulde bronzen figjujix jyan Boeddha.
Zeer kostbaar is do verzameling van Ko
rea. Het morst bezienswaardig "hiervan
is een 2000 jaar oude gebeeldhouwd© gaaf
steen van een ou.d-C'hincesoh lceizersgraf
voorts is tentoongesteld kos|tbaar C'ea-a-
miek uit de eerst© ©ouwen onzer jaartel
ling, waaronder voorwerpen uit den tijd
vau de Tang-dynastie. Als zinnebeeld
van de wereldheerschappij) staat hier een
3600 Kg), zwaar uit liet zuiverste klok!-
kenbronsi gegpt'en rpokvat, dat uitheit jaar
1661 dateert. Van hoog© kunstwaard© is
een uit brons gegeten gqudvissehenlbekb
keu in don vorm van ©en geopende lofcos'-
blociu, met een draak als watertoevoer.
Do J.npansc'he afdeeling geeft op de eerste
De priester op den preekstoel (het was
een kleine met Gotisch g'ebeeldli.oudwerk
versierde preekstoel, eenvoudig evlenals ?t
heele kerkje, dat in,ecr op een kapel gle-
leek) was ongieveer van flenzclfden leeftijd
als de overledene, maar hiji was klein van
gestalte, terwijl de pastoor aan de
eikenhouten kist kon men het nog zien
lang vjin postuur geweest was. Hij
maakte het kruistecken over do parochio
van zijn afgestorven vriend en zei: „Do
vred» zij niet u!" Daarop hield hij even
stil en ieder voelde den scherpen blik' van
den kleinen priester op zich g,exii©ht, of
schoon niemand naar den preekstoel keelt.
„Vrede zij met u, parochianen van mijn
vriend", zoo ging de eigenaardige kleine
priester op den primitieven kansel voort.
En lie), viel niemand op, dat dit een tekst
uit het Evangelie was, die niet op .hen
toepasselijk was, ieder voelde, dat hijj hier
juis) gekozen Was. En toen bij_v,ervolg)ds:
„Evenals de Vader mij gezonden heeft,
zoo zend ik u", vielen deze wqorden, de
zenoingswoorden van het priesterschap,
als' iparde steenen opi de zielen en bleven
daar liggen, zóó hard cn zwaar, dat do
adem stokte en het zweet door do poriën
naar buiten drong', ondanks; do koele om
geving1.
De priester, die voelde, dat hij! de m'en-
en dat reeds na
LW Koe-st te bedaren, LLv»/ adem.
V-vo.lir-ig6orgcw-»en l*e vfer^>herneem
A^cer^ Abdd-siroop
(Adv. in Blokschrift)
plaats een overzicht van .d'o twee groote
J apansche godsdiensten, het Boedhismie en
Shinto. Verdei' vinden wij' hier wapens en
wapenrustingen uit 'den tijd vani de Ja-
pansclhe middeleeuwen, gesohenken van de
Mikado aan Keizer Frans Jozef I, prach
tig© brokaat- en zijden gewaden, kleurrij
ke k'inoino's, aardigie No-maakers, 'C©n zeld
zame muziekinstruimentenverzamelingl een
schitterende J apansch© poppencollectie.
Iets; zeer bijzonders is ook de plorseleiniver-
zamieling, waaronder twee kostbar© Alt-
Salsumav3,z'en. Tot de grootsite zeldzaam1-
'heden behooreu een 2000 jaar oude; bron
zen klok, en oen oud© heschild»rde urn
van de Biu-Kiu-eilanden. Bij' d'e afideeling)
Mongolië en Tibet wordt Vjoornamelijk een
overzicht gegeven v'a.n den godsdienst van
do Lama's met hun schrikg^en. V.an da
jagers- en visseherkvolken van Noord-
Azie wordt eveneens1 een oyerzieht goigh-
ven. Tenslotte ziet mien er] voorwerpen
in go'bxuik lbdjl.de Ainu op het. schiereiland
Saehalin, van de Tschuktscihen, Giljaken,
Tunusegn en Laplanders. JVij, zien hier
klceüingstuklken, vervaardigd van den
bast' van hoornen, vau visöhvellen en die
renhuiden, alsmede allerlei kunstvoorwer
pen van deze volkeren.
Behalve de nu reeds geopende neg|en
toonzalen, zullen in het aanstaand© voor
jaar nog' 16 nieuwe toonzalen yqor het
publiek worden opengesteld. Terwijl aan
de verder© uitbreiding; van het m|u»qum
hard' wordt gewerkt, om' opk' v^n de
andere volken een overzicht van hun
cultuur te kunnen geven.
WïE HU WAS
dqor M. H.
Dicht opeengedrongen zaten 'de men-
schen in 'de inlet rouw behang)en kerk'.
Zoo juist had een vr.eeah[rle priester den
spreekstofil beklomlmen qm' hun te spre
ken over dood ,eni vergankelijkheid, over
het einde aller "dingen, tenminste, dat
verwachtte m!en, want men was heden
naar de kerk' gekomen, om een. uitvaart
bij ie wonen, de uitvaart van den pastoor
der parochie, die reeds op jeugdigen leef
tijd overleden was.
.Was imen bedroefd over ^diti vroege
heengaan van dezen jongen lierdei Be
droefd zijn, oóh, vele hpofdeni zouden
zich fier 'hebben opgelicht tot protest,
wanneer dit woord Juidop uitgesproken
was, want al voelden zijl tbans eenigen
weemoed, zooals de tegenwoordigheid van
een dood© altijd opwekt, velen, waren tobh
verheugd in het vooruitzicht dat) de pa
rochie een anderen herder kreeg1. Maar
daarvoor hadden zij nu niet juist den d(qod
g'ewenseht: een verplaatsing! was ook' vol
doende geweest.
hel af, snauwde Bond. „Luister! iWij
zijn vrienden van. de bewoners ,van dit
huis. Maar wie hen jij1?."
„ik doe wat werk vo/or mr. Thornton
Y".n Bed Gates, antwoordde Brown met
een ruk van Zijn hoofd in de richting yan
do boekerij, „maar ik zou wel eens willen
weten
„Zeg., Bond, laten we naar Thornton
gaan'zei Cock'burn en zich tot het on-
noezele gelaat van Bi^iwn wendend: „Als
liijl getuigt, dat we vrienden van hem) zijn,
'ben je dan tevreden?"
Brown scheen dit voorstel van alle kaap
ten te bekijken .en antwoordde feop laaitsihe:
„Nu, ik wil niet te ver .g|aan. 't Is wel
heel vreemd om op jullie manier binnen
te kennen, maar als mr. Thornton beves
tigt, dat je vrienden van bemi bent, dan
heb ik niets meer to zeggen. Ik sta er
•echter op, dat je elkaar een hand geeft
en vlak voor mijl uit' lqopt. Ik ben een
vreedzaam man, fna:ar
„Och, schei uit met dat geleuter !C'
Bonds geduld raakte uitgeput. „En. laat
onder de wandeling in 's 'heimelsinaam
niet de zes kqgels op) ons! afgaan."
Bij B.ed Gates aangekomen liet Brown
de twee vrienden voorgaan naar het ach
tergedeelte yan het huis waar een licht-
de eerste woorden van vrede sprak m'et
geen enkel woord over, d[0od en verganke
lijkheid, wel over het loven van zijn
vriend, van hun studietijd, van de idpa-
len van den overledene en, hoe zij! vtele
uren van den nac'ht samen, doorgjebraeht
'had'den en gesproken over de toekomst.
„En dan", ;zoo vertelde da vriend vgn
den doode, „bouwde ik allerlei ludht-
kasteelen", terwijl hiji geduldig zat te
luisteren, ik sprak over een gfroote paro
chie mot 'n piraphtige kerk, heerlijk© pai-
ramenten, met 'n woning' waarin mein
vanuit de vensters d© wijde velden dfer
p;arocihie kon overzien, hij' had' echter
zulke wenschen niet. Hij sprak toen roedis
van een kleine, nederig© parochie en. on
telbare malen maakt© 'hij plannen, ho.e hij
alles wel zou inrichten, boa hiji hot zqu
aanpakkenomi zijn kleine onaanzieolijjlte
parofibie zóó te leiden, m'et al de liefde
die in hem! was, ,dat zij nietsi ta kort zou)-
ücn lcombni aan den rijken genadeschat
der H. Kerk.
„Hij was ©en schitterende redenaar." Eu
-de steml van. den. redenaar) w.erdl krach)-
tiger, als' bewijs van hulde voor, d© taiieni-
ten van zijn vriend. Hij was zeer onder
houdend eq gjeestiigi in gezelschap, een m|ur
zikaal genie vau deu eersten rang, een gel
ieerde, wiens werken reeds in zijn studiö;
jaren bet grootste opzien verwekten"
Hier hield de spreker ©en ©ogenblik -jp,
en v'elen, 'zeer velen, hadden nu, tijd, om
eens even na te denken. iWat, hum pasi-
toior, die altijd 'zulke eenvqudig|a pir.eeken
gehouden had, die, n|u ja, een leessbihlioi-
t'heelc wilde hij1, inrichten, maai) dat lokte
ec-n heel bij'zonderen strijd met de k'erki-
m'eesters uit en hiji kon er tenslotte niet
aan beginnen, omdat 'zijj geen geld beschik'-
baar wilden stellen, miusiqus, ja, ja, zij
herinnerden het zich nu, weer, maar men
had geen tijd, men. vond het idee van
een [priester, zelfs wat excentriek ja, ja.
Maar de stem) daarboven ging) voort.
„Hij heeft m|ij) een paar maal geschreven,
toen hij paar hier verplaats!) werd. Do
pmats was zeer naar zijn zin. De eerste
brieven waren even optimistisch en, ent
housiast als hij) zelf. Zij liepen over van
plannen die hiji jen uitvoer zou brengen,
van verbeteringen. De volgende brieven
verraadden ietsl ,|-an zijn moedeloosheid
en toen, schreef hiji heelemaal niet meier.
Ik zelf, o, uu maak ilk er mezelf, da hit
tereet verwijten van, ik stond ver van
hier en had een z'ware verantwoordelijke
piost, maar ik "had helm) toch wel eens
kunnen bezoeken en. zien of ik helpien kom,
want ik Voelde direct, dat hij! jjp6);
reeihte man op de rechte plaats was."
Nu gingen de hoofden tooh wat «ml-
hoog.
Zoo rechtuit te durven zagjgen, wat al
die z'wijgende hersenen bezighield, dat
had men niet verwacht. Do verstandige
schijnsel viel op de heigj van. hulst. Mr.
.Thornton zat aan zijn schrijftafel, doch
scheen vo,or het qogenblik meer aandacht
te wijden aan Schotsclhe whiskey dan
aan Perzische kunst. Bond stak zijn
hoofd door bet .geopende venster jiaar bin
nen en sprak„Zeg, Thornton, zou je
dien kennis van je, die hier acihter oms
staat, niet eens vriendelijk willen vragen
niet op ons te schieten, zqoals hij' van
plan is?"
„Geef ham' de verzekering, dat, w© gjnen
beroepsinhrekers zijn", voegde Coekburn
er aan to,e.
Thornton zette haast.igl. zijn glas neer.
„Wel hoofdinspecteur, het zijn,Mr. Boud
en Mr. Coekburn; 2ij'..."
„Hoofdinspecteur .Waar.?," vroeg Bond
verwonderd en keek langs het belachelijke
figuur met' het pistool in zijn. hand. Doch
toen hij verder nieonand ontwaarde, staar
de hij Brown aan.
„Neen, m'aar die is gped!"
Ook Coekburn viel op yerijuklten. topn
bij: „Een Hoofdinspecteur
„O, hamel, daar bederf ik da zaaklf'
sUio'iiL bet opeens d.oor Thornton's brein,
toen Pointer heim| bezorgd aankeek, en,
n* binnengekomem (te zijm met de twee
vi'ienden, deuren ©n veja^ters slqqt.
vriepd zei bet dus ook, dacht men, en
men leunde zich een beetje behagelijker
als do laatste 10 minuten, tegen do onge
makkelijke banken.
Do predikant zag! de voldan© gezichten
zijner toehoorders en glimlachte even.
„Mijn overleden vriend", zoo gingj hij
zeer ernstig voort, „behoorde tot de meni-
fvhen en priesters, die alles, wat zij' doen,
ook' het kleinste, heelemaal goed willen
doen heel gped. En dat kon liij) hier
niet. Hier ondervond hij; tot in de kleinsto
nietigste dingen direct niets dan, tegen
werking en ik ka,a het mie zoo goed' voort
stellen, hoe hij' tooh zijn dagelijkSclh w,erk
tot in de puntjes verzorgde, de .arm©
priester, die zich bij: iederen stap voroon-
deeld en geremd voelde en djie toch het
werk, waartoe hij' zich als ware herder
verplicht voelde giedaan te hebhen ©er die
avond kwam."
En ging het vandaag niet, had do col
lecte niet hall" zooveel opgebracht als hij
verwachtte, en kon, daarom) het beeld niet
gekocht, de noodzakelijke reparaties niet
gelenigd of de boeken vqor de Eerste H.
Communie niet ,aang)escihaft worden ik
noem! hier zoo maar enkele dingen op
dan hoopte hij1 weer op de volgende dagjen
of weken, of maanden, en di© hadden, qok
weer hun eigen lasten en teleurstellingen,
zcodat het tenslotte haasjtl nieit moer te
dragen was.
Wanneer nu al die terneer, drukkende
kleine zorgen, al dat schrijfwerk en die
conferenties, wanneer al wat nu, eenmaal
tot het mloderne apios,t,olaat behoopt, door
de parochie mieegledrajgen wordt, wanneer
zijl de moeilijkheden pens wa)t' minder
zwaar maakt, ja, voor, een: tijdje wegl-
necml', ja, dan kon zoo'n arme pastpor
eens verliohit ppademiqn.
Of er komt eens ©ieu lief kind en geeft
hem' zijn zakdoekje om zjoh hot' zweet
eens af te drogen, of een .jonge vrpttw
stuurt hem! uit haar tjuin mooie roze,n, een
andere misschien de eerste bessen. Ja dan,
En men bespreekt in "do pastorie cn op
wandelingen, zulk' een herder is imlmers
nooit meester van zijn tijd' de zorgen
van hdt gezin en da heele paroahie, m'en
no,'..digit heml eens uit tot een wandeling'
door de velden, wa,nt alleen, glunt hiji zich
daar den itijd niet voor, ja dan
Bij iederen nieulwen „ja dan" bogen, zich
de hoofden der parochianen (Keper en dra
per, alsof zij' hun geweten .onderzochten,
en zij boglcn zioh zooi diepl m|ogfelijfc opdat
men hun „mlea c;ulpa, mea maxima eulpiaj"
niet al te zeer zou zien, maar de steim van
deu vriend daarboveu was nog niet klaar
met haar oordlaeL
„Ik voel, igbliiefide parociiianen. van mijn
vriend, dat! hiji liier niet op de r,eahte
plaats was, dat hij' er ten onder móest
gaan dat zijne ziel, die niet gewoon was
harde woorden be hqoren en te spreken,
die iederen wenseh, zelfs dien der gjei-
dacihte riaeds zoo graag' vervulde, maar
het hier niet kon, pmdati de schaapjes
en bij elkander niet verstonden. Zij! bei-
gre-pen zijn goedheid niet en ik Vpeld©
dal."
Dit laatste „ik voelde dat" schreide als
oen aanklacht tegein zich. zelf dopr de
kerkruimte voort, terwijl de kaarsen rond
de lijkbaar flikkerden en de oog.en van
allen ©en paar onschuldige kinderoogten,
uitgezonderd neergeslagen waren en
m'et zich en dien doode afrekenden.
„Ik ben even schuldig! als gij, beminde
parochianen van mijn vriend." Langzaam
en haesch kwam'en, die wooftlen uit c©n
geprangd hart :en. haast toonlops vielen zij'
opi de groot© lijkkist n,eer, „©u .tozauren
met u kniel ik thans meer en hid God, dat
Hij ons vcrgev[en inlog© wat wiji aan. zijn
dienaar die thans in du &euwig|hej|d bij'
Hem! is, ïnisdedten."
De kleine priester was neergeknield' en
had de handen vqor h,et glezieht gpslagen.
Hij' scheen niet meer te, willen opreken,
hij bau opk nauwelijks.
Eerst wachtten d© menschen een opglem-
blik, toon keili'en zijl naar d©n preekstoel.
Daar knielde dp vriend van hun horden en
hij',.had hun juist gezegd dat hiji zioh impt
hen schuldig gevqeld© ten, opzichta van
aen ontslapenen. En zij, zelf, wat mp,esten
ze doen, hqe zouden zij! bet gloed maken
De priester pp den kansel hief nu. het
hoofd omhppg, zijn oogen stpnden vol tra
nen en d© uitdrukking! van; zijn gelaat
was zóó intens hedrqefd dat' zelfs' i't
hardste gemoed niet pn|b,ewogen bleef bij'
dat gezicht. Hij'hief de hand o,p, zegende
de parochie ,en zei to,en nog): „Wij! zullen
aan den doode trachten te vergelden, wat
wij aan den levenden misdeden, we zuUen
eerst voor keffi! Jjiddcn. Onze Vader
Hel werd ©en goedgemeend en krachtig
„Onze Vader" ep. toen de priester daarna
opstond, den preekstoel verliet en de lijk
dienst voortgezet werd, wisten, allen hoe
veel zij misdaan hadden in het verladen ,en
Jk vraag, u duizendmaal verontschul
diging voor deze domheid", begon, Thorn
ton, „maar ik wend zoq verrast
„Amateurs zjjn amatefurs, mijnheer, viel
Pointer heiml in de rede. „Ik sta er echter
op, dat dit voorval door ieder van u, ver
geten wordt. Ik wensch Brqwn te 'bliji-
ven."
„Hadden wij1 dus .g'eiijk, is zlij! iuderidpad
vernoiord?" vatte Coekburn het gesprek
weer op., en zich fp''' Brown wendend
ging hjj verder: mootj weten, dat ilc
naar heit eerst vond. ïk kan, d© ver
schrikkelijke herinnering pr niat aan. uit
mijn gedachten kwijt rakenT' .Zijn, stern
stoute.
Dadelijk vroeg Pointer eenige bijzonder
heden over bet vinden van het lijk en het
schot van den vorigen avond. Hij luis
terde vol aandacht naar de antwoorden ep.
informeerde tenslotte
„Waarom drong u eigenljjk dezen nacht
de studeerkamer van den kolonel binnen?"
Coekburn haalde een 'enveloppe te voor
schijn, m'et twe,o bebloede eindjes touw
er in, precies hetzelfde touw, ?t welk
Pointer in het zomerhuisje gevonden had
en legde uit:
£Wpxdt vervolgd.)/