IPS
2511
ppelrooiers
R ZOON
EUTEL,
erbaar
.DING
liddellijk
Jeveren
teur,GOES(Z.)
FOON 329
De ongeziene wereld of het leven
na den dood.
iHN
I
I
r
E COURANT
Kreukelmarkt 7-9
15
I. 1923
idelharnis 1927
ZATERDAG 7 SEPTEMBER I9C9
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
TWEEDE BLAD
FEUILLETON
De brief van den dood
KERKNIEUWS
VOOR ONZE VROUWEN
ONTSPANNINGSLECTUUR
ASKANSY
ICOGNAC
c Leon Briand p. fl. f 3,00
Leon Briand - 3,25
Leon Briand ***-3,50
I Juste Mercier - 3,50
lx p. Liter -3,50
ix p. i/j Liter -1,80
jr7' in bemande fl.
I 28,
f 5,50
- 4,25
- 3,75
- 2,95
- 3,00
,00
f 2,75
- 2,50
- 3,50
- 6,50
- 3,75
,00
f 1,75
- 1,50
- 2,45
f 7,50
- 5,50
7,00
f 5,50
- 3,50
t omslag)
- 4,95
5,50
f 5,50
- 4,25
e i
- 4,60
- 3,50
5,50
f 3,75
- 1,90
19764-80
LIX'.
DE MENSCH.
i Zijn «sterfelijke ziel.
Op 'mijn Venster-ruit, i
Dees 'hflder-wittc morgen,
Pi-aiclhjt Van vlrieséb'l)0ieim]en t 1
Als een Japanschp prent;
Groeit ecfo|ter bleeke ten i
i Aan zee-blauwe bpeml'len,
Smielt weg de toov'ring, en
.Weer effen fopt glas! i
Ook zóó. een ziel,
Veel weelde bewonderend
En stoffelijk scfopon.:.
.Valt één straat Uwer Liefde,
O, (mijn Giod in den rijzlenden dag:
Alle heerlijkheid sterft, en
Vergaat Van de feërie dezer wereld'
fHuber tBuyle).
Ik geef toe, 0egt de materialist, dat de
ziel nipt kan .worden afgeleid .uit de foerse-
nen, dat de folprsenen slechte een instrument
der aiel zijn.
Ik geef' toe, dat de ziel ia fop'ar diepste
wezen niets te taaken h'eeft met d® voort
durende stofwisseling in de hersenen, dat
tijdens het verloop; .Van een ménschen-lteVen
de 'foexsenen zich telkens vernieuwen en de
ziel toch) steeds dezelfde blijft-
Maar dit alles, izlegt de materialist, be
wijst alleen dat de Ziel nfet gebonden ia
aan een bepaalde foprsenstof, im'aar er violgt
niet uit, 'dat do 'ziel dn fyet geheel' niet
aan een fojarsenstof gebbnden is.
Zeker, fopt kan Zijn, Zoo, zal de mate
rialist vervólgen, dat de foprsen-manaa niet
de Ziel Ós, talaar de ziel kan ook niet be
staan 'zonder hjersenen, evenmin alp üe
musicus kan spelen Zonder instrument,
Zoo geeft de materialist ons tyaji den
eenen kant een gewichtig p;unt toe, n.l). de
onstoffelpjkfomd1 dea- Ziel, die wij in een
vorig .artikel fojefolben 'bewezen, maar 'VOn
den anderen kant lotoclhient 'Eij een gewich
tig punt, n.l. de ta|oigelijk[h|eód \Van een
bestaan der Ziel hupten 'biet lichaam' of de
onsterfelijkheid' der z&el-
Baar bestaan kuiten het lichaam1.
De hersen-takssa is (hjet instrument der
Zielop d at ónstrutabnt wordt fopt kunst
volle spel dea- psyefojische Verschijnselen
gespeeld. Maar w,at Söl er gebeuren als
de dood aan fie ziel fojw jinstrumlent
ontrukt
Als h,et instrument van den kunstenaar
wordt vernietigd, ipoet dan ook noodzake
lijk de kunstenaar" ten gponde g,a,an
Immers nietj
Welnu, als de dood aan de kiel liaai'
instrutaónt ontrukt, moet dan daarom1 ook
de Ziel noodzakelijk vernp|etigd worden?
De kunstenaar k'an blijven Voortleven,
Zegt de toaterialiiat, maar de ziel niet- Eiu
waarom'? Omdat da kunstenaar nog een
anderen irihpud k'an geven aan zijn. leVea
buiten hjet tonenspel, de Ziiel nietl Hjet
spel der tomen is npet de cenige levens-
inli(oud v'an den 'kunstenaar, maar het
spel dér psycfopsche verschijnselen :is ita-
m'ers d'e eenige levena-ónhpud der ziel.
ÏWat iin'oet de ziel doen, zegt fojj, als zo
geen Voorstellingen, gódacfo/ten en begeer
ten méér voortbrengen kan, als geen fcleu-
renprachjt haar mleer kan boeien, als Ze
geen actoorden taleer jliport ruischen, als
geen Zadh,te geuren, en geen echóonhleid
van edele v'ortaen kaar meer ontroeren
'jk'an? Dan rest kaar niets mleer; ze móet
taet den dood Van fopt lichaam' ophouden
te 'bestaan.
Ook de dieren-Ziel imlmers overleeft
(niet den dioodyjan hpt d|iieren-lickaam'- Blaar
kórt 'bestaan wordt dan ook door den
m'aterialist aangehaald pls .een bewijs tegen
hpt oneindig bestaan der mienscfoen-ziel.
I En wat Zou de Ziel van dood gevtagelte
neg voor leekt en reden van bestaan héb-
bten, als nu de vernietiging van hpt z'in-
nenstelsel geen micrgejirood meer voor kaar
lieh|t, geen grienende twijgpn het mleer
lokk'en en h(et niet mteer jubelend' kan stij
gen in de blauwe luchten? De dierenziel
fojeeft er geen aanspjra,aik' op ,nogl, langer te
'bestaan. I
Ads 'zij den ppfobiuw v'an fopt lidhaalmj,
waarin Zij wtoont, fojeeft voltooid en voor
de instamd!h|piuidliing v|an de soort heeft ge
zorgd, is de levenstaak vlan de diiieren-ziel
vtolbaiachit.... nu injag en moet Z'e Vergaan!
Zóó ook taet de mensch,en-ziei zegt de
taateiiafoiist, ;als er voor fo|uar geen levens
inhoud mleer bestaan en geen kans om te
werken, d an. magi Ze, ju, dan taoet ze ver
gaan! I
Vopr de dieren-Ztel ImOge deze redénee-
GOES
doom A. FIELDING.
(Nadruk verboden).
4) -0
„Bond en Co.? Wat kamen ze djo.en'?,'
vroeg Thornton.
„Ze kwajmen eigenlijk ami den professor
te bezoeken", was het antwoord. „Maar
nu zij eenmaal hier zijn -en de rtoaml Van
hun tennisprestaties pok' reeds toit hier
doorgedrongen is, wa,arp|m( zouden ze nu
niet een partij spelen
U «n Mr". Bond tegen vader en Mr.
Codkbumli"
„Maar waarom' di Monti niet", wierp
Thornton tegen.
„Wanrorml hij niet in foiijn plaats? Hpor
ik' nein' da,ai' niet in de laan'rf'
Sibella leunde pvér bet kleine balclon.
„Ja, hij is het met Bose", zei ze.
„Moj.n zool Toe, trnag liet hein! dan
en laat anlij met' -rust. (Wees eens lief! Zpg,
dat ik rust. Zeg dat ik te Veel g^lr*
ken heb, zeg -I".
Zij rende al naar 4e stoep, toen de
Italiaan het hek' open deed. Een eind lint,
dat achter haar aan wapperde, deed kW
ring opgaar, 'm^ar nipt vhor de menscfopn-
ziel.
Laatste en eenige, doel van hpt dier is:
opfolonw en instandhpuding Wan het dieren-
'lichpata en Voortplanting of Vermenigvul
diging der soort. i
Levenstaak <cn lev'ensdioiel van den
'inéns'cfh, 'Zijn koogea." en verhevener.
Wie zou durven beweren, dat een
taensch, dlechtis op; de wea-eld is, om zijn
licfojaatni 'te V|o©d<en, een geZin te sitchten en
daarna vloor goed te Verdwijnenneen
achter een taenschen-deven scfoiuilt een diiie-
pere 'zin en beteejkefflils.
Zékea-, als hpt dier .den op[bhuw' van het
licfopata heeft vtoltoodld', en Voor de instemd-
fojouding v.an da soort heeft geZorlgd, ip
de levenstaak' 'vlan de diea-en-Ziel vk)lbnach|ti
het dier stelt slechts bélang (iiu de wereld,
vioor zoo ver 'als hot Voor zijn zelfbéhouid
en de iustandh|oaid!iug Van 'zijn soort kan
dienen. De vraag, maar reden of doel, naar
den salm'enfopng dei" dingen, een yorsdhen
naar onbektendte ooVzlaken ,een opwerpien
van pLiolblelmleu, hoeft de hersenen v'an he,t
dier nooit verlm|oeid. Geen Pool-Weer kwam
hjet in dé gedachte foildhl eens ernstig bcZig
te lijmden lm)et foet Poöl-onderZoek', evenals
Generaal Ndb'ile en Z'n keMfoaftiigen plak
kers. Nooit Ihiefolben de kóniing der woestij
nen, da Leeuw, en vlorst van h)et woud,
de Tijger, een 'Vergadering!, bijeeugerpier
pen, ota de sqciale toestanden dei- lagere
diersoorten te vterbetereni
He.t dier fo'eeft 'geun spra'akveumlolglen,
h]pt kan niet nadenkenhet ta'iist de vleu
gelen van den 'geest, die de ménschjen-siiél
dragen bot in jlipt paradijs van gedachten
en idealen. I
De trekvogels vliegen ook nu nogl pilct
dëz'ëlfde starheid tegen Id'e Iglazten der Vuur
torens, als Zij 'Vroeger in de lólchjt-Muren der
Ph|oienic|i|slche kusten Vlogen.!
En dé mlenschf? Welk een eindelbozen
weg Qijfeeft de m'enscheüj'kc geest sinds' dién
afgelegd! Sedert den tijd, dat die kteb
viiren de eenMoüdige Jlijguten vaartujilgen
waarscfoiuw'den vlcpr klippen, tot den ,tegen-
wioordigen tijd, waarjiin de sclhlittei-end'e
licfoh-glans der vUiurboreus 'de reulZenge-
vaarten, oazé moderne liuie-sclit>pen, met
hjun lading Van Wondei'en der techniek,
dlcor de onstuim|ige Waren en jhó0l8'e deining
voorlicfojt 1
Het dier hleeft geen begrip Van „gloed en
kwaad" of slechts in zboverre tij» ze ilu
betrekking staan ^joit d'en opbouw vau htet
lichjaalm' èn de voortplanting der soort;
gedreven door een blind óustindt mijdt h|et
w'at schadelijk pn Z-nek't wat nuttig dw-
vloOii- is.
Ten slotte hjieft het dier pok geen
godsdienst; hot k'ent geen aaiu'aepilngl.van
fojoogere, heta'eteclhe machten, in vreugde en
leed, in nood o| dood!
Met andere w'oppden, koi-t sainiengeVat
het dier kent de djilngen, waai'mlee het in
aanraking k'om't slecfojts |i» ztooverre pis Ze
nuttig of schadelijk' Zijn voor den opbbuw
van hét dieren-liüchaaml en de instandhou
ding der ld iior-sioioa*t. Die dieren'Ziol is in
dienst van Ityet li|chaam' en in dienst Van
de soort. Ze fojeeft slechts een Betame
lijke en daarom' een vergankelijke waar
de. A.ls hjet lichaam' sterft, ós h'aar taak
vol'bracüdt en daarotal sterf! 'zij tegelijk
tóet licfoham. De dood van het J,lichaam be-
toélsent opk hjet einde dei- diierenziel
En do levenstaak en levens-inhjoud der
m'ensclhjen-'ziel
Staat bij' h|et d'ier de ziel in dienst van
de stof; hïj den taanscjtj staat de stof in
'dienst van de Ziell.
D© taenscfoj staat als 'heer en mjacjh'tige
gebieder tegenover de stof; fojet diiier staat
als slaaf in diienst vau de stof!
De m'ensch beeft heel de aarde door-
Vorscht, de diepte der Zeeën gepuild, de
'hoogte der h'etoielen gemeten! Hij heeft
het Ihëelal tot in Z'n uiterste hoeken door
schouwd, de reuZen-soim|men van stof en
la-acht bérek'end eni in atopien en efacltror
nen verdeeld
De edëmlenten staan donderend en vfernio-
tigend tegen heta op', maar zijn triomf
kreet «verjubelt hun storml-fanfaxesi
Héoge bergmuren staan hem' in den weg
maar hij baant' zicfol wegen dloor de 4iepu
ten v'an het oer-gesteente. Ouil de laatste
rotsen te dben springen, die het Panamlar
kanapll nog ven-sperden, had talen 40 tan
dynamiet over 1200 piijtgebloorde gaten
verdeeld. E(n Zie op een gegeven pitomént
di-ukte ergens in een weelderige villa pp
30.00 K.M. afstand, het Zesjarig dochtertje
vfon den President op een ölectriisiclh' knop
je en jd et reusachtige, steenbergen Mloigien
struikelen en zijI zon zeken gev'allen zijn
als di Monti niet nahr vbren gespronlgjen
was en "haar in zijb arinen had opge
vangen.
Pore was niet te zien. Eén gecionde
keek het donkere gezicht vain Hi1 Monfoi
in foet donkere gelagt ,dat tot, fo'eanl ppgie-
heven werd. Bén seconde keken Sibolla'e
oogen in die, boven d-e hare. Het scheien
Thornton, of de Italiaan niét' een vrouw
Van (yleesch en bloed tegen zijln, borst
gedrukt hield, maar een trillende vlam,
Had di Monti's gelaat dien gLoed weer
kaatst? Olf! was het de glans van zijn
eigen gevoel? Thornton wendde zich ajfl;
toen hij' weer opkeek, had di Mbnti haar
losgelaten en stapte achter Bos» aan
die hem' op bevelenden toon .toogieraepjei.
had, mee verder te gaan. Sibella,, sterk
hijgend, stond de beide Inenschen een
«ogenblik bewegingloos na te staren vbor
zijl hen langzaam! volg-de, Thornton geheel
Vergetend. De uitdrukking op ha,air gelaat
was Verre ,van gelukkig. Thornton schoof
zijn papieren op zij, en ging zdj|n kleinen
tuin in. Plotseling werd hij' jziiah1 hei
feit bewust, dat hif midden in een zwoel
klein drataa beland was. Vooral de la,a,t
ste uitdrukking op Sibella's gezicht liet
hem niet los. Hij1 had nog wel gedacht',
dat de twee meisjes het 'foeel goedf mét
als gruis dn de lucht... de béide Oceanen
spoelden ineen! 1 i f -
De mensch1 verscherpt Zijn oog met
telescloop en misclrosooop en Zijn oor met
mic'uophoonszijn stem1 v'uit hij aan met
telefoon en geeft zijn woorden Vleugelen
door tdegraaf.l 1 i
Maar behalve deze stoffelijke wereld,
waarin zijn oppermacht foeerscht, heeft de
ziel van den mensch' nog een andere an-
eindlig rijker, schooner en Waardevoller
wereld waarmee Ze zich na den dood 'Van
het lichaam1 kam bezig homden, n.l- ha,ar
eigen innerlijke wereld, de geestelijke we
reld. Hierover een .volgenden keer.
Al'ktaaar. 1 G. VIS, Bector.
Op Vlen zestiriuleii Zondag na Piakstereu.
Epistel I. v'an den H'. Paulud tot
de Ephazen. IH 13—21.
Brcedei-s! ik bid u, dat gif, ota het-
geno ik verdraag', niet kleinmoedig wordt;
het strekt imtaexe toti uwen r.oemi. Des
wege buig ik "mijne, knieën 'voor den
Vader, onzen Heer Jesus Christus, die
het hoof'd van het, gamsclhl gezin in dem
hemel en op aarde is, opdat Hijl'u, inge-
vblgo de rijkd'O,mimen Mijner glorie, sehen-
ke, dat gij' door zijnen Geest' an'eb kracht
versterkt wordel naar 'den inwendigem
mensch; dat Christus door het gelop.ït in
uw haft wone; dat gij1, in de lielflde gewor
teld en gegrond, met alle heiligen mdOgt
begrijpen, wat de breedte, de lengte, de
hoogte en de diepte zij1, ,en Christus lïetffte
kennen, welke alle wetemsohap lp hov'em
boven gaat, épdat gijl m;et de gansohe
volheid Gods wordt vervuld. Hem! dan,
dia machtig is door 3e krajefot, welke
in ons welkt, alles overvloediger te dioen
dan wij verzoeken oh denken, Hem' zij
eer in de Kerk, en door Jesus' Christus
in alle geslachten, in de eeuwigheden der
eeuwigheden. Amen.
Evangelie, Lucas XVI I22.
In dien tijde, als 'JazUs op een Sab
bath in foet huis Van een voornaam
Parizeer kwaan, o,m het maal te houden,
gaven zijl"' acht op Hem'. En zie, een
waterzuchtig anensch' was1 daar vbor Hem,
en Jesus sprak' de Schriftgeleerden pn
Fari'zeërs aan en .zeide :isl het geoor
loofd op den Sabbath te genezen? Bm
zijl zwegen. Hij' naml hem' dan bijl de hand,
gema.s. ham1 en liet .hem' gaan. Em Hij-
sprak toen toj hen en zeitiewie lal ju'
onder u, die, ;ds zijn ezel of| os in aenem
put viel, hem! niet terstond oipi den Sab1-
dath daar zoude mittrekken? Em zij' kon
den y'egv hierop niet antwoorden. O.ok
sprak Hij tot de genoodig^cn eeno gelijkje-
nis, en merkte op, hoe zijl ,de eerste
plaatsen uitzochten; en Hif zeide 'tot 'hen:
als gijl ter bruiloft genoodigfdzijt, g-.aait
dan niet op de eerste plaats .zitten, of
cv misschien iemand aanzienlijker, dan gij
verzoent ware; en degene die u en hen
verzocht heeft, 'inkomende, u dan zoude
zeiggén: on'aakt plaats vOor dezen; en dan
zoudt gij met -schaamte de laagste plaats
meoten nemen. Maar als gijl genoodigd
zijt, gaat óp de laagpte plaats zitten;
opdat, als hij die u genoqdig|d hééft komt,
u zegge: Vriend! g;a hooger op. Dit zal
u eene eer zijn, vo,or degenen die mlade aan
tafel' zitten. Wjant al die zich Verheft,
zal 'vernederd, en "die zich vernadert, zal
verheven worden.
B,auwc kist.
Er Wordt boweerd, da>t de geleerden een
lijst willen sataenstellen, wiamrujit de naam'
zal gekozen wordén, die als ofeiiquet mtoet
dienen om omzien tijd te kwaliificeeren.
Wil dezfo lijst volledig zijn, dan zal
zekér een naam! a,ls „eeuw v;am de leMens-
to'iddelenleer" da.ar aict oji omthrelcén.
Wie (anker redeneert er niet m|et Weer of
(minder air v'am gewicht oMer piroductie
en distmiblutie Vam levensmiddelen en hun
waarde ,aan koolh'ydra/ten, Vetten en erwilt-
ten, mm Vam Vitamiimes maar te zwijgen.
Dioot al die leekenwijshöid Wat gi-ajppig
aan, to'dh (móet deze alg^taeene belamgstel-
ling' v'an gïpote Waarde Zijn Voor di|e-
genon, die streven naar een gunstige op
lossing van het levfensmliddelenvraagtstuk
Overdrijving as minder erg dan een
voïlamrnlendb anVersc'hilliiglheid, terwijl
juist dlcor die overdrijving de verstandige
leek vtowlichtimg van deskundigen gaat
waardeeren, als noodzakelijk', om' wegwijs
te worden in den stroom1 van pjijeuwigi
heden.
Stat die nieuwigheden, Zoo vertelt Dr,
A. ivan Ba,alte, de Dii-ecteu.r vam den Kieu-
elkander kouden vindem. Maar voor dem
tweeden keer was Sibella niet opj haar
hoede geweest. Het "was of iets vneesto-
lijk's haar beklemd 'hield.
[En dan weer jjaig hij vbor ziehj het
gezichtje, opgeheven namr di Monti, oniet
een uitdrukking er opi, of beter, er in
als het ware er geheel van dooir.
drongen die het veranderd®, zooals een
vlarni een stalen wand Meurt toet rooden
warmen gloed.
Thornt.cn keerde naar z'ifh schrijfwerk
terug; hier wist 'hij tenminste, waar hi
was. Hij werkte rustig door, totdat ten
tweede male een geklop hem) "opschrikte.
Het was Bose, die binnen kWaanj en het
seheeu, alsof met haar het zonlicht de
kamér instroomde. Thornton werd ',eVen
Verblind door haar gouden haam, de vol
maakte gestalte en het diepe blauw vlan
haar gxoote qogen. Zijl was geheel in 't
grijs gekleed en droeg een ketting vam
amethyst, waaraan een hanger, viam lapis-
Iazuri bengelde. ij r'j
Eem mooie kleui-encjoimbinatie éii ook
de juiste.
Het schoot Thornton te binnen, dait
Kose zichzelf een kunstenares noemde.
Zij kon zeer aardig teekenen.
Na haar binnenkomst deed1 zijl het Fr,an,-
sche vlemster ajehter zich dicfot en begon
ringlsdjiienst in zijn [Wenken voor het gezin,
wordt ook geyek'end de beweging, dii.e foet
gebruik' van rauweu k'ost propageert. 1
Iu bédfoeld blad' is d'eZe kwestie al eeua
mem- besproken en' het is toaar goed, dat
men nog 'bljjft waarschuwen tegen h'et
gebruik' van rauwe toelk', wanneer dez'e
niet afkotastig is van gunstig, bekend
staande talodelboerderijen.
Al de bezwaren, die geopperd jworden
tegen het gAbuik1 van rauwen kóst, ne-
im'en het feit niet; weg, dat over het algle-
mieeu genótaién de huidige spijsbereiding
.als Blaovele dingen lijdt aan overbescha
ving.
Zelfs onze jongens, die toch (het langst
een eigen sfeer hebben bewaard, wmten
'bijna niet m'eer, hoe lekker e®n rauwe
wortel, een knol of een stuk' koolraap
smaakt. i
Als wij ceus nagaan wat in ons land
gewoonlijk' rauw gegeten Wordt, dan blijft
dit bepeiht (pt vruchten em enk'ele salade-
soorten, als ktopsla, komkom|méi»ia, ta-
toatensla, en'Z-, integensteliimg (mlet andere
landen, waar ook vele groenten rauw ge
geten worden. SpinaZie, lanilijvie, zuringi,
Brusselslof, ^raiische selderie, ^Wortelen,
ronde raapjes, koolraap, blocmkóol, witte
en nopde kool kunnen Zeer goed rauw ge
geten worden.
De bladgroenten woi-den Zorgvuldig1 na
gekeken, -gewasschen, 'in elkaar- g'enold',
qp stroo'breedte gesneden, toet wat 'gout
bestrooid eu amngemlaakt met een salade
sausje of verinengd ta'et met m'ayomnaise.
Fransche selderie kan toen, evenals de
tomfaten, alleen taet wat zbmt bestrooid,
Opi den bofeihaml eten; ook de eerste spi
nazie leent zódh' daar uitstekend voor.
'De koolsoorten jmfoéten Söhoomgelmlaakt
en gesneden, mlet' wat Zout bestrooid, een
paar uur dichtge.defct staam; minstens een
tumbler vlocht per kool wordt er dam
uitgeperst- Verder wordt de kool jtodbepqkl
als sla, naar sHnfaalk gekruid!
Als bekend ontogen wij Veronderstellen
dat veel rauwe groenten Verwerkt kunnen
worden in een hors do'euvre en nu behoe
ven mioeders taet smalle 'beurzen niet te
denken, dat dit een te testbaar gerecht z|o.u
zijn; met wat restanten is heel gmedtoqlf
wat m|cois of staakelijkb te bereiden voor
degene, die over wat fantasie beschikt.
Een 'hói-s d'oeuvre klam b'ijV. uitstekend
gemhiakt 'wórden vkn BrilsseËA lof, Fnam-
sche selderie, Wortelen, tooli-aap en blile-
ten, toet in het mMden een bóeuf-tartar,
met oplgospmten aardappielplu.rée kam mfen
de vakvërdeeling Vortoón.
Verder als variatie de schotel gegar
neerd taet kappertjes, .pjakjes augurlc',
schijfjes tomaat of partjes' simaaisappel en
opgespoten mayonnaise.
Bereiding: bestrooi het iBii-usselsdhl lof
mót zlqut, waardoor Wat pieper is geplengd
en laat het-,dicht gedekt een 'foalf piur etaam.
Giet er dan het voclht af en bipd de groen
te met oen paar lepels mayonnaise. 1
Bestrooi do worteltjes mot een klaiiu
beetje Zout, -strooi er ook een beetje sui
ker en wat .peper op, schud Zie door
en maak Ze opl s'maak toet ,w,at cifa-aemsap.
Maak de hluol- of lcooL-aapi aan plet olie
en az'ijn.
Baspi de 'biet opi pen kaasrasp, vernileng
dit lm|et een .weinig gerapste to|iepi|kjwor-
tel en tolaak z'e aan' met |w,'at zout, olie en
azijn of - meng ij»01" de geraspte biet
een paar lepels imlayommaise.
Bloeuf-tart.ara is zöoals mlen weet ge
schaafde biefstuk', opl sdbaak' gebi-aqht to'et
Zout en pieper, pikt in het topïMen een
pauw ei.
De 'blaeuf-tartar kam pok worden ver
vangen dooi- een visvh- of ivleesdhöalada,
gem'aakt van rostamten gekopikte visch pf
vleesA. I I I i I
dooi] Charlotte Ursim,a.
Aslsalnsy trekt zijn jap a,on en gaat
naar de stad.
En wie heml zoo' ziet gaan, Verwondert
zich. .Wamt was Saml Askansy wel ooit
uit gegaan tegen middernacht? Nooit!
Des avonds nauwelijlsa meer na 7 uup.
Omstreeks dezen tijd sluit hiji zicih op
iu zijn huis, grendelde 'iedere demr en
iedere la)de, zit lm de kamer bijf hef
stompje kaars e,n gaat zitten poinzen over
allerlei geheimkinniige geschriften. iWont
Sam' Ask,amsy is völ wijsheid, als was hij
de oude aartsvader. Men zegt zelfs, d,at
er geen schrift op de heele Wereld bestaat,
dat S.ami Askansy niet kan ontcijferen.
Doch wie heml éénmaal hooren mocht
want in het geheiml klopt zoo menigeen
aan de deur van den Jood om' een wijs
woord van hem! te vernemen en dat
aarzelend
„Mr. .Thornton, ik' pen... Ik heb u,w
raad noodig."
Hij' keek haar tamelijk'Verwonderd aan.
Zif wendde zich plotseling af en ver
volgde „Ik dacht, vader... Ik had] voider
alles willen vertellen, voor hij!wegging,
maar hij Vertrok zoo plotseling, dat 'ik
nauwelijks den tijd' had, heml goeden dag
te zeggen. Ik had heml willen uitleggen,
hoo de zaken staan, opdat hij1 alles wist
biji zijn aankomst te Verona. O, hemel".
Ze wierp zich wamhiopiig op een stoel
neer.
„Mr. Thornton", begon ze opnieuw, „m
bent heel aardig. Dat zegji iedereen.f'
Het trofh enr, hoe ze zonder di® nieiening
v'an iedereen nooit zpo'm hoogem dunk
vam hem' gekregen, zou hebben. „Oom
Beggie is natuurlijk ook aardig, miaar
hij1 is zqo zopi zij- trok' haar- wenk
brauwen samten, hij' kan de dingem ei
zoo uitflappen, en graaf di Monti f'
„Graaf di Moflti? 'B,eido,el je ,den .va
dei'
„Neen, Caugrande. Mr. Thornton, ik
k'an niet met hem' trouwen. Ik1Zij
sliste .een brok' in haar k'eél 'wieg, „ik
durf niet. VaEer heeft wel gelijk! Hij is
Van begin af aan tegen ons engagement!
geweest. .Em Ja,ter ben ik' pok bi^gjanep
zijh niet zelden echte Christenen! dip
meent, dat Askansy de grootste 3er Pro
feten is.
En wie zich door Saml Askansy uit
den loop der sterren de toekomst heeft,
laten lezen wordt door niets moer
misleid Doch sinds zijn klainzjon
Benjai verdwenen is, 't allerlaatste
twijgje vam zijn uitg.eleefdén stam1
zijh er reeds drie 3agep en drie machten
verloopen; het schijnt dat Saml Askansy
nu p lotseling geheel veranderd is.
„Hij zal Benja wel "gaan zoeken'",
zoo fluistpren de Joden elkander zacht
in (jet oor, terwijl zij zich' Verbergen
in do portaaltjes van hun woningen,
want- niemand waagt het meer om hem te
ontmoeten, ldat staam met hem te spreken.
En Sam- Askansy dwaalt door de straat
jes de smalle, kromme, donkere Jacobs-
straatjes en kij'lrt niet op. Het lange
bovenkleed sleept in het vuil der steegjes
en zijn sandalen klepperen op het plavei
sel als de yjpugelslag van een adelaar.
„Nu gaat hiji ït'aar het Judasbyug5e.;"
De Joden-vfouwen schudden slechts het
hoofd.
„Of hij Benja ooit vinden zal
Doch niemand waagt het om hem' na
te sluipen. En Sato Askansy dwaalt in
den nacht. Nu en dan glijden zijm bevende
vingertoppen nadenkend door den grau
wen baard en zijn blikken glijden langs
de sterren.
Dan staat hij' stil. Daar is het brugje
over den stroom, die de staid van het
Joden kwartier scheidt het Judas-
brugje! de Jodenstroo,m'! Z,op zegt het
Volk ginds in de stakl.
En Sam' Askansy k'nikt, lacht zelfs.
De nacht is zwoel vdtn den adem! der
■eeuwigheid "en Mfonken hangt de maan
in net eerste kwartier ,als een koralen-
snoer dat plotseling brak.
Traag stroom!' het riviertje, verdrpomd
en zwijgend, het Jodenstfoom'pje 1 waar
mee de men^chen spatten en dat toéh d»
spiegel is van duizend klare sterren.
"Wie kan ooit maar vermoeden, hoe
groot Jehovai's liefde is?
En Sam Askansy staat sltil eu buigt
het. boofd. Een brutaal windje trekt aan
zijn kaftan en speelt een weinig in de
krullende haren.
Zwaar dreun tde klok' van den Stepha-
nus dom, 10 slagen gajmen ver in de
diepe stilte.
Nu sterft ook' iu het Jaoobssteegje
het laatste licht dat "siclhuAter door de
smalle spleten drong ,oofc de lamtaarn-
tjos worden plotseling uitgedoofd. Het
Jodenkwartier ligt daar nu, weirk'effjk .als
een groote eeiha'du.w, die God vtergeet'.
Doch daar boven in de stad flonkert
nog het leven uit de kleinste straatjes
bijl onderdduizend gekleunde lampen!
En d^ar zal hij' Benja vinden. 1
Dat weet Askamsy, want de vio,ol zingt.
Luid kraakt het-vermolmde hopt van
het 'bruggetje onder zijp schreden. 'Hij
balt do smalle vingers krampachtig tot
een vuist ,en gaat haar'"de s'tad.
Miduermatht is reeds lang voorbij. De
bleeke sterren worden bleaker en bleaker.
In het Westen sitijgen wolken op als
nevelige dampen en door de leegte straten
strijkt de wind.
„Kom1 Benja!" zegt "Askansy tot den
kleinzoon, houdt éijn heete k'inderhalnd
vast en zoekt zi,oh haastig uit da stad
te verwijderen; het gaat heel taóeilijk,
want nog nooit! hadden de JiO|dan dit
stadsgedeelte 'betreden.
Dat hij Benja zou vinden in een zaal
versierd met zijden tapijten en verlicht
taet honderd luchters, waarop helle kaar
sen glo'eiden, dat wist hij! Zooals Sam'
Askansy alles weet.
Da vreemdeling echter, dia zpven dalgjen
geleden aau zijne aéhterdeur geklopt had
o|ml zich door hem de toekomst te laten
vóórspellen die vreemdeling had Benja
heel zonderling aangekeken; toen hij' hem'
op de yiool hoorde spelen.
Vier dagen ldter toen de zon ondergjn'g
Askansy weet nog nauwkeurig} "hoe
laat het was toen .liet Benja zich
verlokken in het schemerdonker, dat' 'som
ber door de kronkelige straten trekt,
zoodat men .Jiiets ziet, en .jlpor dien
nevelsluier tot zelfs over heb Judals-
brugje en verder over den Jodenstraom'
naar da stad. En in de zaal mót zijln
zijden behangsel heeft Benja .voor vreem
de menschen moeten spelen.
Zonderling, dat Askansy dit alles weet!
Nog zonderlinger, dat hij' nu voelt,
dat de tijd daar is, da't hij nu onid|erviuden
moet, wat stille sterren hem) dieu nacht
voorspelden, dat Benja, zijn kind, zou
verongelukken op zijn levensweg.
Sindsdien verliepen tien jaren, snel als
te gelo.ov'en, dat 'ik1 bezig was eem fout
te begaan. U helbt gehoord, hoe Cangtrand®
aan de lunch die "v'ersidhrikk tlijk'e ge
schiedenis vertelde? Alsof hiji en z'iiclh op
beroemde. Ik begrijlp niet, wat «- v'andaagt
over heml gekomen is. Ik ik| wil
mijn verloving verbreken of .ipnminste,
wat nijl als een verloving beschouwt,''
Zij keek Thornton aan met de ver
schrikte oogen v'an een kind.
„Wél, mijn lieve meisje", sprak' hij1
nuchter, maar völ sympathie, „waarom1
niet
„Iemand zou hem eenigszinsi móeten
vöofbexsidem", legde Bose uit. „Hij .tó
zoo: zeker vair mij, en Ik', jiatuurlijk',
ik' heb ja, ik heb natuurlijk gesproken,
alsof ik zeker was v'an mezelf. Vioor,al den
laatsten tijd. Juist, omdat ik' toen al
mser en rnjjer begon te twijfelen. U:
begrijpt m,ij wel, nietwaar?"
Thornton zei, dat hij' er alles v'an be
greep.
„Hij speelt nu, op het «ogenblik met
Mr. Bond, toaar- straks, als 'ui hem'
tegenkomt in den tuin en dan eeing met'
een paar woorden zoudt willen spreken
over
„Jarf'
i (Wprdt vervolgd.)}
li
m
Na.
d
i»
I fe.
k
r
n
iin
1]
II
1,
m
'jet
•et
d.
w
fin7
in
JJfen
jk