IPS 2511 ppelrooiers R ZOON EUTEL, erbaar .DING liddellijk Jeveren teur,GOES(Z.) FOON 329 De ongeziene wereld of het leven na den dood. iHN I I r E COURANT Kreukelmarkt 7-9 15 I. 1923 idelharnis 1927 ZATERDAG 7 SEPTEMBER I9C9 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT TWEEDE BLAD FEUILLETON De brief van den dood KERKNIEUWS VOOR ONZE VROUWEN ONTSPANNINGSLECTUUR ASKANSY ICOGNAC c Leon Briand p. fl. f 3,00 Leon Briand - 3,25 Leon Briand ***-3,50 I Juste Mercier - 3,50 lx p. Liter -3,50 ix p. i/j Liter -1,80 jr7' in bemande fl. I 28, f 5,50 - 4,25 - 3,75 - 2,95 - 3,00 ,00 f 2,75 - 2,50 - 3,50 - 6,50 - 3,75 ,00 f 1,75 - 1,50 - 2,45 f 7,50 - 5,50 7,00 f 5,50 - 3,50 t omslag) - 4,95 5,50 f 5,50 - 4,25 e i - 4,60 - 3,50 5,50 f 3,75 - 1,90 19764-80 LIX'. DE MENSCH. i Zijn «sterfelijke ziel. Op 'mijn Venster-ruit, i Dees 'hflder-wittc morgen, Pi-aiclhjt Van vlrieséb'l)0ieim]en t 1 Als een Japanschp prent; Groeit ecfo|ter bleeke ten i i Aan zee-blauwe bpeml'len, Smielt weg de toov'ring, en .Weer effen fopt glas! i Ook zóó. een ziel, Veel weelde bewonderend En stoffelijk scfopon.:. .Valt één straat Uwer Liefde, O, (mijn Giod in den rijzlenden dag: Alle heerlijkheid sterft, en Vergaat Van de feërie dezer wereld' fHuber tBuyle). Ik geef toe, 0egt de materialist, dat de ziel nipt kan .worden afgeleid .uit de foerse- nen, dat de folprsenen slechte een instrument der aiel zijn. Ik geef' toe, dat de ziel ia fop'ar diepste wezen niets te taaken h'eeft met d® voort durende stofwisseling in de hersenen, dat tijdens het verloop; .Van een ménschen-lteVen de 'foexsenen zich telkens vernieuwen en de ziel toch) steeds dezelfde blijft- Maar dit alles, izlegt de materialist, be wijst alleen dat de Ziel nfet gebonden ia aan een bepaalde foprsenstof, im'aar er violgt niet uit, 'dat do 'ziel dn fyet geheel' niet aan een fojarsenstof gebbnden is. Zeker, fopt kan Zijn, Zoo, zal de mate rialist vervólgen, dat de foprsen-manaa niet de Ziel Ós, talaar de ziel kan ook niet be staan 'zonder hjersenen, evenmin alp üe musicus kan spelen Zonder instrument, Zoo geeft de materialist ons tyaji den eenen kant een gewichtig p;unt toe, n.l). de onstoffelpjkfomd1 dea- Ziel, die wij in een vorig .artikel fojefolben 'bewezen, maar 'VOn den anderen kant lotoclhient 'Eij een gewich tig punt, n.l. de ta|oigelijk[h|eód \Van een bestaan der Ziel hupten 'biet lichaam' of de onsterfelijkheid' der z&el- Baar bestaan kuiten het lichaam1. De hersen-takssa is (hjet instrument der Zielop d at ónstrutabnt wordt fopt kunst volle spel dea- psyefojische Verschijnselen gespeeld. Maar w,at Söl er gebeuren als de dood aan fie ziel fojw jinstrumlent ontrukt Als h,et instrument van den kunstenaar wordt vernietigd, ipoet dan ook noodzake lijk de kunstenaar" ten gponde g,a,an Immers nietj Welnu, als de dood aan de kiel liaai' instrutaónt ontrukt, moet dan daarom1 ook de Ziel noodzakelijk vernp|etigd worden? De kunstenaar k'an blijven Voortleven, Zegt de toaterialiiat, maar de ziel niet- Eiu waarom'? Omdat da kunstenaar nog een anderen irihpud k'an geven aan zijn. leVea buiten hjet tonenspel, de Ziiel nietl Hjet spel der tomen is npet de cenige levens- inli(oud v'an den 'kunstenaar, maar het spel dér psycfopsche verschijnselen :is ita- m'ers d'e eenige levena-ónhpud der ziel. ÏWat iin'oet de ziel doen, zegt fojj, als zo geen Voorstellingen, gódacfo/ten en begeer ten méér voortbrengen kan, als geen fcleu- renprachjt haar mleer kan boeien, als Ze geen actoorden taleer jliport ruischen, als geen Zadh,te geuren, en geen echóonhleid van edele v'ortaen kaar meer ontroeren 'jk'an? Dan rest kaar niets mleer; ze móet taet den dood Van fopt lichaam' ophouden te 'bestaan. Ook de dieren-Ziel imlmers overleeft (niet den dioodyjan hpt d|iieren-lickaam'- Blaar kórt 'bestaan wordt dan ook door den m'aterialist aangehaald pls .een bewijs tegen hpt oneindig bestaan der mienscfoen-ziel. I En wat Zou de Ziel van dood gevtagelte neg voor leekt en reden van bestaan héb- bten, als nu de vernietiging van hpt z'in- nenstelsel geen micrgejirood meer voor kaar lieh|t, geen grienende twijgpn het mleer lokk'en en h(et niet mteer jubelend' kan stij gen in de blauwe luchten? De dierenziel fojeeft er geen aanspjra,aik' op ,nogl, langer te 'bestaan. I Ads 'zij den ppfobiuw v'an fopt lidhaalmj, waarin Zij wtoont, fojeeft voltooid en voor de instamd!h|piuidliing v|an de soort heeft ge zorgd, is de levenstaak vlan de diiieren-ziel vtolbaiachit.... nu injag en moet Z'e Vergaan! Zóó ook taet de mensch,en-ziei zegt de taateiiafoiist, ;als er voor fo|uar geen levens inhoud mleer bestaan en geen kans om te werken, d an. magi Ze, ju, dan taoet ze ver gaan! I Vopr de dieren-Ztel ImOge deze redénee- GOES doom A. FIELDING. (Nadruk verboden). 4) -0 „Bond en Co.? Wat kamen ze djo.en'?,' vroeg Thornton. „Ze kwajmen eigenlijk ami den professor te bezoeken", was het antwoord. „Maar nu zij eenmaal hier zijn -en de rtoaml Van hun tennisprestaties pok' reeds toit hier doorgedrongen is, wa,arp|m( zouden ze nu niet een partij spelen U «n Mr". Bond tegen vader en Mr. Codkbumli" „Maar waarom' di Monti niet", wierp Thornton tegen. „Wanrorml hij niet in foiijn plaats? Hpor ik' nein' da,ai' niet in de laan'rf' Sibella leunde pvér bet kleine balclon. „Ja, hij is het met Bose", zei ze. „Moj.n zool Toe, trnag liet hein! dan en laat anlij met' -rust. (Wees eens lief! Zpg, dat ik rust. Zeg dat ik te Veel g^lr* ken heb, zeg -I". Zij rende al naar 4e stoep, toen de Italiaan het hek' open deed. Een eind lint, dat achter haar aan wapperde, deed kW ring opgaar, 'm^ar nipt vhor de menscfopn- ziel. Laatste en eenige, doel van hpt dier is: opfolonw en instandhpuding Wan het dieren- 'lichpata en Voortplanting of Vermenigvul diging der soort. i Levenstaak <cn lev'ensdioiel van den 'inéns'cfh, 'Zijn koogea." en verhevener. Wie zou durven beweren, dat een taensch, dlechtis op; de wea-eld is, om zijn licfojaatni 'te V|o©d<en, een geZin te sitchten en daarna vloor goed te Verdwijnenneen achter een taenschen-deven scfoiuilt een diiie- pere 'zin en beteejkefflils. Zékea-, als hpt dier .den op[bhuw' van het licfopata heeft vtoltoodld', en Voor de instemd- fojouding v.an da soort heeft geZorlgd, ip de levenstaak' 'vlan de diea-en-Ziel vk)lbnach|ti het dier stelt slechts bélang (iiu de wereld, vioor zoo ver 'als hot Voor zijn zelfbéhouid en de iustandh|oaid!iug Van 'zijn soort kan dienen. De vraag, maar reden of doel, naar den salm'enfopng dei" dingen, een yorsdhen naar onbektendte ooVzlaken ,een opwerpien van pLiolblelmleu, hoeft de hersenen v'an he,t dier nooit verlm|oeid. Geen Pool-Weer kwam hjet in dé gedachte foildhl eens ernstig bcZig te lijmden lm)et foet Poöl-onderZoek', evenals Generaal Ndb'ile en Z'n keMfoaftiigen plak kers. Nooit Ihiefolben de kóniing der woestij nen, da Leeuw, en vlorst van h)et woud, de Tijger, een 'Vergadering!, bijeeugerpier pen, ota de sqciale toestanden dei- lagere diersoorten te vterbetereni He.t dier fo'eeft 'geun spra'akveumlolglen, h]pt kan niet nadenkenhet ta'iist de vleu gelen van den 'geest, die de ménschjen-siiél dragen bot in jlipt paradijs van gedachten en idealen. I De trekvogels vliegen ook nu nogl pilct dëz'ëlfde starheid tegen Id'e Iglazten der Vuur torens, als Zij 'Vroeger in de lólchjt-Muren der Ph|oienic|i|slche kusten Vlogen.! En dé mlenschf? Welk een eindelbozen weg Qijfeeft de m'enscheüj'kc geest sinds' dién afgelegd! Sedert den tijd, dat die kteb viiren de eenMoüdige Jlijguten vaartujilgen waarscfoiuw'den vlcpr klippen, tot den ,tegen- wioordigen tijd, waarjiin de sclhlittei-end'e licfoh-glans der vUiurboreus 'de reulZenge- vaarten, oazé moderne liuie-sclit>pen, met hjun lading Van Wondei'en der techniek, dlcor de onstuim|ige Waren en jhó0l8'e deining voorlicfojt 1 Het dier hleeft geen begrip Van „gloed en kwaad" of slechts in zboverre tij» ze ilu betrekking staan ^joit d'en opbouw vau htet lichjaalm' èn de voortplanting der soort; gedreven door een blind óustindt mijdt h|et w'at schadelijk pn Z-nek't wat nuttig dw- vloOii- is. Ten slotte hjieft het dier pok geen godsdienst; hot k'ent geen aaiu'aepilngl.van fojoogere, heta'eteclhe machten, in vreugde en leed, in nood o| dood! Met andere w'oppden, koi-t sainiengeVat het dier kent de djilngen, waai'mlee het in aanraking k'om't slecfojts |i» ztooverre pis Ze nuttig of schadelijk' Zijn voor den opbbuw van hét dieren-liüchaaml en de instandhou ding der ld iior-sioioa*t. Die dieren'Ziol is in dienst van Ityet li|chaam' en in dienst Van de soort. Ze fojeeft slechts een Betame lijke en daarom' een vergankelijke waar de. A.ls hjet lichaam' sterft, ós h'aar taak vol'bracüdt en daarotal sterf! 'zij tegelijk tóet licfoham. De dood van het J,lichaam be- toélsent opk hjet einde dei- diierenziel En do levenstaak en levens-inhjoud der m'ensclhjen-'ziel Staat bij' h|et d'ier de ziel in dienst van de stof; hïj den taanscjtj staat de stof in 'dienst van de Ziell. D© taenscfoj staat als 'heer en mjacjh'tige gebieder tegenover de stof; fojet diiier staat als slaaf in diienst vau de stof! De m'ensch beeft heel de aarde door- Vorscht, de diepte der Zeeën gepuild, de 'hoogte der h'etoielen gemeten! Hij heeft het Ihëelal tot in Z'n uiterste hoeken door schouwd, de reuZen-soim|men van stof en la-acht bérek'end eni in atopien en efacltror nen verdeeld De edëmlenten staan donderend en vfernio- tigend tegen heta op', maar zijn triomf kreet «verjubelt hun storml-fanfaxesi Héoge bergmuren staan hem' in den weg maar hij baant' zicfol wegen dloor de 4iepu ten v'an het oer-gesteente. Ouil de laatste rotsen te dben springen, die het Panamlar kanapll nog ven-sperden, had talen 40 tan dynamiet over 1200 piijtgebloorde gaten verdeeld. E(n Zie op een gegeven pitomént di-ukte ergens in een weelderige villa pp 30.00 K.M. afstand, het Zesjarig dochtertje vfon den President op een ölectriisiclh' knop je en jd et reusachtige, steenbergen Mloigien struikelen en zijI zon zeken gev'allen zijn als di Monti niet nahr vbren gespronlgjen was en "haar in zijb arinen had opge vangen. Pore was niet te zien. Eén gecionde keek het donkere gezicht vain Hi1 Monfoi in foet donkere gelagt ,dat tot, fo'eanl ppgie- heven werd. Bén seconde keken Sibolla'e oogen in die, boven d-e hare. Het scheien Thornton, of de Italiaan niét' een vrouw Van (yleesch en bloed tegen zijln, borst gedrukt hield, maar een trillende vlam, Had di Monti's gelaat dien gLoed weer kaatst? Olf! was het de glans van zijn eigen gevoel? Thornton wendde zich ajfl; toen hij' weer opkeek, had di Mbnti haar losgelaten en stapte achter Bos» aan die hem' op bevelenden toon .toogieraepjei. had, mee verder te gaan. Sibella,, sterk hijgend, stond de beide Inenschen een «ogenblik bewegingloos na te staren vbor zijl hen langzaam! volg-de, Thornton geheel Vergetend. De uitdrukking op ha,air gelaat was Verre ,van gelukkig. Thornton schoof zijn papieren op zij, en ging zdj|n kleinen tuin in. Plotseling werd hij' jziiah1 hei feit bewust, dat hif midden in een zwoel klein drataa beland was. Vooral de la,a,t ste uitdrukking op Sibella's gezicht liet hem niet los. Hij1 had nog wel gedacht', dat de twee meisjes het 'foeel goedf mét als gruis dn de lucht... de béide Oceanen spoelden ineen! 1 i f - De mensch1 verscherpt Zijn oog met telescloop en misclrosooop en Zijn oor met mic'uophoonszijn stem1 v'uit hij aan met telefoon en geeft zijn woorden Vleugelen door tdegraaf.l 1 i Maar behalve deze stoffelijke wereld, waarin zijn oppermacht foeerscht, heeft de ziel van den mensch' nog een andere an- eindlig rijker, schooner en Waardevoller wereld waarmee Ze zich na den dood 'Van het lichaam1 kam bezig homden, n.l- ha,ar eigen innerlijke wereld, de geestelijke we reld. Hierover een .volgenden keer. Al'ktaaar. 1 G. VIS, Bector. Op Vlen zestiriuleii Zondag na Piakstereu. Epistel I. v'an den H'. Paulud tot de Ephazen. IH 13—21. Brcedei-s! ik bid u, dat gif, ota het- geno ik verdraag', niet kleinmoedig wordt; het strekt imtaexe toti uwen r.oemi. Des wege buig ik "mijne, knieën 'voor den Vader, onzen Heer Jesus Christus, die het hoof'd van het, gamsclhl gezin in dem hemel en op aarde is, opdat Hijl'u, inge- vblgo de rijkd'O,mimen Mijner glorie, sehen- ke, dat gij' door zijnen Geest' an'eb kracht versterkt wordel naar 'den inwendigem mensch; dat Christus door het gelop.ït in uw haft wone; dat gij1, in de lielflde gewor teld en gegrond, met alle heiligen mdOgt begrijpen, wat de breedte, de lengte, de hoogte en de diepte zij1, ,en Christus lïetffte kennen, welke alle wetemsohap lp hov'em boven gaat, épdat gijl m;et de gansohe volheid Gods wordt vervuld. Hem! dan, dia machtig is door 3e krajefot, welke in ons welkt, alles overvloediger te dioen dan wij verzoeken oh denken, Hem' zij eer in de Kerk, en door Jesus' Christus in alle geslachten, in de eeuwigheden der eeuwigheden. Amen. Evangelie, Lucas XVI I22. In dien tijde, als 'JazUs op een Sab bath in foet huis Van een voornaam Parizeer kwaan, o,m het maal te houden, gaven zijl"' acht op Hem'. En zie, een waterzuchtig anensch' was1 daar vbor Hem, en Jesus sprak' de Schriftgeleerden pn Fari'zeërs aan en .zeide :isl het geoor loofd op den Sabbath te genezen? Bm zijl zwegen. Hij' naml hem' dan bijl de hand, gema.s. ham1 en liet .hem' gaan. Em Hij- sprak toen toj hen en zeitiewie lal ju' onder u, die, ;ds zijn ezel of| os in aenem put viel, hem! niet terstond oipi den Sab1- dath daar zoude mittrekken? Em zij' kon den y'egv hierop niet antwoorden. O.ok sprak Hij tot de genoodig^cn eeno gelijkje- nis, en merkte op, hoe zijl ,de eerste plaatsen uitzochten; en Hif zeide 'tot 'hen: als gijl ter bruiloft genoodigfdzijt, g-.aait dan niet op de eerste plaats .zitten, of cv misschien iemand aanzienlijker, dan gij verzoent ware; en degene die u en hen verzocht heeft, 'inkomende, u dan zoude zeiggén: on'aakt plaats vOor dezen; en dan zoudt gij met -schaamte de laagste plaats meoten nemen. Maar als gijl genoodigd zijt, gaat óp de laagpte plaats zitten; opdat, als hij die u genoqdig|d hééft komt, u zegge: Vriend! g;a hooger op. Dit zal u eene eer zijn, vo,or degenen die mlade aan tafel' zitten. Wjant al die zich Verheft, zal 'vernederd, en "die zich vernadert, zal verheven worden. B,auwc kist. Er Wordt boweerd, da>t de geleerden een lijst willen sataenstellen, wiamrujit de naam' zal gekozen wordén, die als ofeiiquet mtoet dienen om omzien tijd te kwaliificeeren. Wil dezfo lijst volledig zijn, dan zal zekér een naam! a,ls „eeuw v;am de leMens- to'iddelenleer" da.ar aict oji omthrelcén. Wie (anker redeneert er niet m|et Weer of (minder air v'am gewicht oMer piroductie en distmiblutie Vam levensmiddelen en hun waarde ,aan koolh'ydra/ten, Vetten en erwilt- ten, mm Vam Vitamiimes maar te zwijgen. Dioot al die leekenwijshöid Wat gi-ajppig aan, to'dh (móet deze alg^taeene belamgstel- ling' v'an gïpote Waarde Zijn Voor di|e- genon, die streven naar een gunstige op lossing van het levfensmliddelenvraagtstuk Overdrijving as minder erg dan een voïlamrnlendb anVersc'hilliiglheid, terwijl juist dlcor die overdrijving de verstandige leek vtowlichtimg van deskundigen gaat waardeeren, als noodzakelijk', om' wegwijs te worden in den stroom1 van pjijeuwigi heden. Stat die nieuwigheden, Zoo vertelt Dr, A. ivan Ba,alte, de Dii-ecteu.r vam den Kieu- elkander kouden vindem. Maar voor dem tweeden keer was Sibella niet opj haar hoede geweest. Het "was of iets vneesto- lijk's haar beklemd 'hield. [En dan weer jjaig hij vbor ziehj het gezichtje, opgeheven namr di Monti, oniet een uitdrukking er opi, of beter, er in als het ware er geheel van dooir. drongen die het veranderd®, zooals een vlarni een stalen wand Meurt toet rooden warmen gloed. Thornt.cn keerde naar z'ifh schrijfwerk terug; hier wist 'hij tenminste, waar hi was. Hij werkte rustig door, totdat ten tweede male een geklop hem) "opschrikte. Het was Bose, die binnen kWaanj en het seheeu, alsof met haar het zonlicht de kamér instroomde. Thornton werd ',eVen Verblind door haar gouden haam, de vol maakte gestalte en het diepe blauw vlan haar gxoote qogen. Zijl was geheel in 't grijs gekleed en droeg een ketting vam amethyst, waaraan een hanger, viam lapis- Iazuri bengelde. ij r'j Eem mooie kleui-encjoimbinatie éii ook de juiste. Het schoot Thornton te binnen, dait Kose zichzelf een kunstenares noemde. Zij kon zeer aardig teekenen. Na haar binnenkomst deed1 zijl het Fr,an,- sche vlemster ajehter zich dicfot en begon ringlsdjiienst in zijn [Wenken voor het gezin, wordt ook geyek'end de beweging, dii.e foet gebruik' van rauweu k'ost propageert. 1 Iu bédfoeld blad' is d'eZe kwestie al eeua mem- besproken en' het is toaar goed, dat men nog 'bljjft waarschuwen tegen h'et gebruik' van rauwe toelk', wanneer dez'e niet afkotastig is van gunstig, bekend staande talodelboerderijen. Al de bezwaren, die geopperd jworden tegen het gAbuik1 van rauwen kóst, ne- im'en het feit niet; weg, dat over het algle- mieeu genótaién de huidige spijsbereiding .als Blaovele dingen lijdt aan overbescha ving. Zelfs onze jongens, die toch (het langst een eigen sfeer hebben bewaard, wmten 'bijna niet m'eer, hoe lekker e®n rauwe wortel, een knol of een stuk' koolraap smaakt. i Als wij ceus nagaan wat in ons land gewoonlijk' rauw gegeten Wordt, dan blijft dit bepeiht (pt vruchten em enk'ele salade- soorten, als ktopsla, komkom|méi»ia, ta- toatensla, en'Z-, integensteliimg (mlet andere landen, waar ook vele groenten rauw ge geten worden. SpinaZie, lanilijvie, zuringi, Brusselslof, ^raiische selderie, ^Wortelen, ronde raapjes, koolraap, blocmkóol, witte en nopde kool kunnen Zeer goed rauw ge geten worden. De bladgroenten woi-den Zorgvuldig1 na gekeken, -gewasschen, 'in elkaar- g'enold', qp stroo'breedte gesneden, toet wat 'gout bestrooid eu amngemlaakt met een salade sausje of verinengd ta'et met m'ayomnaise. Fransche selderie kan toen, evenals de tomfaten, alleen taet wat zbmt bestrooid, Opi den bofeihaml eten; ook de eerste spi nazie leent zódh' daar uitstekend voor. 'De koolsoorten jmfoéten Söhoomgelmlaakt en gesneden, mlet' wat Zout bestrooid, een paar uur dichtge.defct staam; minstens een tumbler vlocht per kool wordt er dam uitgeperst- Verder wordt de kool jtodbepqkl als sla, naar sHnfaalk gekruid! Als bekend ontogen wij Veronderstellen dat veel rauwe groenten Verwerkt kunnen worden in een hors do'euvre en nu behoe ven mioeders taet smalle 'beurzen niet te denken, dat dit een te testbaar gerecht z|o.u zijn; met wat restanten is heel gmedtoqlf wat m|cois of staakelijkb te bereiden voor degene, die over wat fantasie beschikt. Een 'hói-s d'oeuvre klam b'ijV. uitstekend gemhiakt 'wórden vkn BrilsseËA lof, Fnam- sche selderie, Wortelen, tooli-aap en blile- ten, toet in het mMden een bóeuf-tartar, met oplgospmten aardappielplu.rée kam mfen de vakvërdeeling Vortoón. Verder als variatie de schotel gegar neerd taet kappertjes, .pjakjes augurlc', schijfjes tomaat of partjes' simaaisappel en opgespoten mayonnaise. Bereiding: bestrooi het iBii-usselsdhl lof mót zlqut, waardoor Wat pieper is geplengd en laat het-,dicht gedekt een 'foalf piur etaam. Giet er dan het voclht af en bipd de groen te met oen paar lepels mayonnaise. 1 Bestrooi do worteltjes mot een klaiiu beetje Zout, -strooi er ook een beetje sui ker en wat .peper op, schud Zie door en maak Ze opl s'maak toet ,w,at cifa-aemsap. Maak de hluol- of lcooL-aapi aan plet olie en az'ijn. Baspi de 'biet opi pen kaasrasp, vernileng dit lm|et een .weinig gerapste to|iepi|kjwor- tel en tolaak z'e aan' met |w,'at zout, olie en azijn of - meng ij»01" de geraspte biet een paar lepels imlayommaise. Bloeuf-tart.ara is zöoals mlen weet ge schaafde biefstuk', opl sdbaak' gebi-aqht to'et Zout en pieper, pikt in het topïMen een pauw ei. De 'blaeuf-tartar kam pok worden ver vangen dooi- een visvh- of ivleesdhöalada, gem'aakt van rostamten gekopikte visch pf vleesA. I I I i I dooi] Charlotte Ursim,a. Aslsalnsy trekt zijn jap a,on en gaat naar de stad. En wie heml zoo' ziet gaan, Verwondert zich. .Wamt was Saml Askansy wel ooit uit gegaan tegen middernacht? Nooit! Des avonds nauwelijlsa meer na 7 uup. Omstreeks dezen tijd sluit hiji zicih op iu zijn huis, grendelde 'iedere demr en iedere la)de, zit lm de kamer bijf hef stompje kaars e,n gaat zitten poinzen over allerlei geheimkinniige geschriften. iWont Sam' Ask,amsy is völ wijsheid, als was hij de oude aartsvader. Men zegt zelfs, d,at er geen schrift op de heele Wereld bestaat, dat S.ami Askansy niet kan ontcijferen. Doch wie heml éénmaal hooren mocht want in het geheiml klopt zoo menigeen aan de deur van den Jood om' een wijs woord van hem! te vernemen en dat aarzelend „Mr. .Thornton, ik' pen... Ik heb u,w raad noodig." Hij' keek haar tamelijk'Verwonderd aan. Zif wendde zich plotseling af en ver volgde „Ik dacht, vader... Ik had] voider alles willen vertellen, voor hij!wegging, maar hij Vertrok zoo plotseling, dat 'ik nauwelijks den tijd' had, heml goeden dag te zeggen. Ik had heml willen uitleggen, hoo de zaken staan, opdat hij1 alles wist biji zijn aankomst te Verona. O, hemel". Ze wierp zich wamhiopiig op een stoel neer. „Mr. Thornton", begon ze opnieuw, „m bent heel aardig. Dat zegji iedereen.f' Het trofh enr, hoe ze zonder di® nieiening v'an iedereen nooit zpo'm hoogem dunk vam hem' gekregen, zou hebben. „Oom Beggie is natuurlijk ook aardig, miaar hij1 is zqo zopi zij- trok' haar- wenk brauwen samten, hij' kan de dingem ei zoo uitflappen, en graaf di Monti f' „Graaf di Moflti? 'B,eido,el je ,den .va dei' „Neen, Caugrande. Mr. Thornton, ik k'an niet met hem' trouwen. Ik1Zij sliste .een brok' in haar k'eél 'wieg, „ik durf niet. VaEer heeft wel gelijk! Hij is Van begin af aan tegen ons engagement! geweest. .Em Ja,ter ben ik' pok bi^gjanep zijh niet zelden echte Christenen! dip meent, dat Askansy de grootste 3er Pro feten is. En wie zich door Saml Askansy uit den loop der sterren de toekomst heeft, laten lezen wordt door niets moer misleid Doch sinds zijn klainzjon Benjai verdwenen is, 't allerlaatste twijgje vam zijn uitg.eleefdén stam1 zijh er reeds drie 3agep en drie machten verloopen; het schijnt dat Saml Askansy nu p lotseling geheel veranderd is. „Hij zal Benja wel "gaan zoeken'", zoo fluistpren de Joden elkander zacht in (jet oor, terwijl zij zich' Verbergen in do portaaltjes van hun woningen, want- niemand waagt het meer om hem te ontmoeten, ldat staam met hem te spreken. En Sam- Askansy dwaalt door de straat jes de smalle, kromme, donkere Jacobs- straatjes en kij'lrt niet op. Het lange bovenkleed sleept in het vuil der steegjes en zijn sandalen klepperen op het plavei sel als de yjpugelslag van een adelaar. „Nu gaat hiji ït'aar het Judasbyug5e.;" De Joden-vfouwen schudden slechts het hoofd. „Of hij Benja ooit vinden zal Doch niemand waagt het om hem' na te sluipen. En Sato Askansy dwaalt in den nacht. Nu en dan glijden zijm bevende vingertoppen nadenkend door den grau wen baard en zijn blikken glijden langs de sterren. Dan staat hij' stil. Daar is het brugje over den stroom, die de staid van het Joden kwartier scheidt het Judas- brugje! de Jodenstroo,m'! Z,op zegt het Volk ginds in de stakl. En Sam' Askansy k'nikt, lacht zelfs. De nacht is zwoel vdtn den adem! der ■eeuwigheid "en Mfonken hangt de maan in net eerste kwartier ,als een koralen- snoer dat plotseling brak. Traag stroom!' het riviertje, verdrpomd en zwijgend, het Jodenstfoom'pje 1 waar mee de men^chen spatten en dat toéh d» spiegel is van duizend klare sterren. "Wie kan ooit maar vermoeden, hoe groot Jehovai's liefde is? En Sam Askansy staat sltil eu buigt het. boofd. Een brutaal windje trekt aan zijn kaftan en speelt een weinig in de krullende haren. Zwaar dreun tde klok' van den Stepha- nus dom, 10 slagen gajmen ver in de diepe stilte. Nu sterft ook' iu het Jaoobssteegje het laatste licht dat "siclhuAter door de smalle spleten drong ,oofc de lamtaarn- tjos worden plotseling uitgedoofd. Het Jodenkwartier ligt daar nu, weirk'effjk .als een groote eeiha'du.w, die God vtergeet'. Doch daar boven in de stad flonkert nog het leven uit de kleinste straatjes bijl onderdduizend gekleunde lampen! En d^ar zal hij' Benja vinden. 1 Dat weet Askamsy, want de vio,ol zingt. Luid kraakt het-vermolmde hopt van het 'bruggetje onder zijp schreden. 'Hij balt do smalle vingers krampachtig tot een vuist ,en gaat haar'"de s'tad. Miduermatht is reeds lang voorbij. De bleeke sterren worden bleaker en bleaker. In het Westen sitijgen wolken op als nevelige dampen en door de leegte straten strijkt de wind. „Kom1 Benja!" zegt "Askansy tot den kleinzoon, houdt éijn heete k'inderhalnd vast en zoekt zi,oh haastig uit da stad te verwijderen; het gaat heel taóeilijk, want nog nooit! hadden de JiO|dan dit stadsgedeelte 'betreden. Dat hij Benja zou vinden in een zaal versierd met zijden tapijten en verlicht taet honderd luchters, waarop helle kaar sen glo'eiden, dat wist hij! Zooals Sam' Askansy alles weet. Da vreemdeling echter, dia zpven dalgjen geleden aau zijne aéhterdeur geklopt had o|ml zich door hem de toekomst te laten vóórspellen die vreemdeling had Benja heel zonderling aangekeken; toen hij' hem' op de yiool hoorde spelen. Vier dagen ldter toen de zon ondergjn'g Askansy weet nog nauwkeurig} "hoe laat het was toen .liet Benja zich verlokken in het schemerdonker, dat' 'som ber door de kronkelige straten trekt, zoodat men .Jiiets ziet, en .jlpor dien nevelsluier tot zelfs over heb Judals- brugje en verder over den Jodenstraom' naar da stad. En in de zaal mót zijln zijden behangsel heeft Benja .voor vreem de menschen moeten spelen. Zonderling, dat Askansy dit alles weet! Nog zonderlinger, dat hij' nu voelt, dat de tijd daar is, da't hij nu onid|erviuden moet, wat stille sterren hem) dieu nacht voorspelden, dat Benja, zijn kind, zou verongelukken op zijn levensweg. Sindsdien verliepen tien jaren, snel als te gelo.ov'en, dat 'ik1 bezig was eem fout te begaan. U helbt gehoord, hoe Cangtrand® aan de lunch die "v'ersidhrikk tlijk'e ge schiedenis vertelde? Alsof hiji en z'iiclh op beroemde. Ik begrijlp niet, wat «- v'andaagt over heml gekomen is. Ik ik| wil mijn verloving verbreken of .ipnminste, wat nijl als een verloving beschouwt,'' Zij keek Thornton aan met de ver schrikte oogen v'an een kind. „Wél, mijn lieve meisje", sprak' hij1 nuchter, maar völ sympathie, „waarom1 niet „Iemand zou hem eenigszinsi móeten vöofbexsidem", legde Bose uit. „Hij .tó zoo: zeker vair mij, en Ik', jiatuurlijk', ik' heb ja, ik heb natuurlijk gesproken, alsof ik zeker was v'an mezelf. Vioor,al den laatsten tijd. Juist, omdat ik' toen al mser en rnjjer begon te twijfelen. U: begrijpt m,ij wel, nietwaar?" Thornton zei, dat hij' er alles v'an be greep. „Hij speelt nu, op het «ogenblik met Mr. Bond, toaar- straks, als 'ui hem' tegenkomt in den tuin en dan eeing met' een paar woorden zoudt willen spreken over „Jarf' i (Wprdt vervolgd.)} li m Na. d i» I fe. k r n iin 1] II 1, m 'jet •et d. w fin7 in JJfen jk

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1929 | | pagina 5