Marva
Marva
J^larva
arva
Marva
J^grvq
«WaSS:
nieuwe zeeuwsche courant
zaterdag 3 november 1928
-aaiennest.
Wat?!,
o MARGARINE voor
y ie allen
SEKARMDIMDE BLUE'BAMD FABRIEKEêN
SCHE caURAN r
Ontgoocheling.
fe de 'Fransche "Loge e,m
3 had, die voor haar de
moest inzetten met den
erkelijke goederen en de
osters, toen viel haar oog
arist van Casteree e<n Albi,
philosophic, ex-geneesheer
ster van Pons, den rene-
mibes, die zich uit hooide
iliteit, graag dit honden
dennen.
ïandlangers voerden de si-
ten prompt uit, maar van
congregaties, dat bestemd
i'onds der ouden v an dagen,
wditig veel aan den strijk-
at de Fransiche Senaat, in
;an fatsoen, Com[bes en kor-
regeering len in da gtoot
1' aan de vergetelheid prijsr
herinnering aam zijn onzali-
s mbgehjk nooit meer in
gerakeld, wanneer niet de
nretselarij en vrijdenkerij,
in de zaken, behoefte had
leven in de brouwerij. In
bt men voor zoo'n
Eissie in 't leven; in Frank-
in dergelijke gevallen een
hadden de zaak goed in
t. Zij lieten het uitbazui-
aonument gericht was tegen
jkheid, katholieken en voor
klooster-orden, aan wie de
minister-president ©enig
chaffen, niet uit edelmoedig-
nn'dat hij vreest datde
oed mét de Fransehe jnissio-
de missie verdwijnt,
itelijkheden hoopten bedoelde
iet katholiek'e k'amlp in rep
rengen, hoopten zij op ve(r-
relletjes, om-' daaruit weer
,n voor anti-papistiisehe pro-
mi aal prachtig. De bisschop-
ï-den tegen de veneering van
rin zij terecht een uitdaging
zagen. De paar katholiek'e
nden Verzat aan en ook1 de
angers van de Action Fyan-
a in dreigende beweging,
grijnsde, 't Beloofde mis; te
bisschoppen kon mem daar
schuld van geven. Da ont-
[t mönnment, met Harriot den
't hoofd, sloegen Kerk en
—g eens extra in 't gelaat,
het publiek voor het donter-
;en defileteren, hunkerend naar
te relletjes. En jawel, een
st, dringt met een bende van
s naar voren en slaat met een
alle macJht op de facia van
altaarden zoon. De. gendarmen
een gevecht ontstaat, de lei-
tot 'er plotseling schoten
n doode, vijf gewonden. Bloed
Bloed trekt een roode streep
ening van Frank'rijks vrijgeesr
komt over de hoofden dier ga-
itici.
fijnste puntjes hadden zij het
en zieeen paar zer
gendarmes, hun gewillige dier
wel, bederven alles, op hét
ze zich de overwinning zeker
misgeloopenmaar voor de
UITKIJK.
"do mijne, fluisterde hij Za.dht voor -zicht
Nu weet ik, dat je van :me houdt, nu heb
jij je zelf verraden en ik zal zoolang vfelch!-
jfcen, tot -ik je heb. Eeng zial de dag, de
groote dag komen, dat -ik jou jn (mijn sterke
>larmen zal sluiten en je koesteren zal in
jde warmeüde stralen mijner zonnielfefde.
Toen stond hij plots midden in het druk
te s,tadsverkeer(l zoo vreemld aan zijn
eigen intieme gedadhtenwereld. Met een
cEorgieke 'beweging trachtte hij zijn droom"
gedachten van zidh af te schjudden, .Sprong
is. een voorbijrijdende trapi en enkele mi
nuten later zat hij op zijn luxueus inge
richte jongezellenkajmer. Jack, ouwe
jjijugen, hoe lang zul je nog eigenaar ziju
ivan al deze weelde en Comfort ,'t Is
een genot rijk' te zijn, mompelde hij Wij
(zich zelf, maar rijk en het Eefste mfeisj-ei
wereld bezitten, schijnt niet samen
'ter
zulle» ;we er
als 'n kwajongen .weg te stu
t je me vroeger toch ,wel mlocht
altijd nog aan [datzelfde be
principe vasthouden -en weiger
mdat ik een baat je geld heb?
tje geld? Je bent rijk, schatrijk
- je al imteerl [dan eens gezegd,
lit met een rijken jman Zal tro-u-
wm maar een doodarm) kantoor-
it flink imioet werken, om| (den
udienen, imjaar ik zlo-u ,het, wan-
mmaal getrouwd wasj, niet kun-
agen, miss'dhien dikwijls' te moe-
l, aan wien ik ;al die weelde te
ld. I It 1
laat me doorpraten, je 'ziet hót
(dikwijls, wanneer de eeno partij
en de ander» niet, ,dat juist diiie
het huwelijk er de .dupe van
in in het gTijs-linnen pak zei
ar zijn oogen keken evten dohker
uit en om' zijn .mond kwam1 een
ien trek. Toen boog hij zijn slan-
sche figuur een weinig voorover
mtedsj e op de bank ..en vroeg lang-
3us, als ik arm; was, zou je niet
i hebben
indeelbaar oogonbEk rustten do
ogen in de donkergrijze tegenover
n Zei ze zlachtjes: Nee, ik geloof
sndde haar gezicht af en een fijne
jirde haar teere huid. De oogien van
l begonnen te tintelen en de trek
mond werd vaster. Toen nam! hij
zijn hoed Voor haar af en zei,
polijk: 'Adieu, Judith,
perwondering keek 'ze he'm! na, toen
groot» passen de laan uitliep. O,
kreunde ze. Toen keek ze vlug
bóek, want hij was juist op dem
komen en het kon zijn, ;dat hij' nog
keek. Maar de mén in;'t grijs-lia-
keek niet om1 en toch dansten in
en twee heldere lichtjes, die Iichj-
de lieve shnalende zon, die daar
:en hing aan den blauwen, wolkem-
lemel. En toen hij uit hjtt gezicht
ten was, gooide hij zijn hoed in
en ving hem' op zijn wandelstok
i als een uitgelaten jongen en zij°
krullen dansten mee op de maat
a vluggen stap.
jith, mijn kleine anlaisje, jij wordt
te kunnen gaan en dus
:|ets op moeten vinden.
Toen zette hij zidh aan zijn schrijf
tafel en tot laat in den nacht z|a|t hij te
-werken. Den volgenden dag nam' hijl eeU
ticket naar Londen, waar hij de eerste
weken verbleef. Zijn vrienden stonden
verbaasd over het geheimzinnig verd'wij"
hen van „vroolijke Jack", zelfs zijn in-
liemstien kameraad, John Hudson, wist
geen spoor vaan hem te vinden. [IntusJ<
sdhen zat Jadk niet stil; hij .voerde drukke
totrrespondentie m'et allerlei inrichtingen
voor Eefdadige doeleinden en hij trok van
'de eene plaats naar de andere.
Enkele maanden later maakten de kran
ten melding van de reusachtige sómlmlen
-die geschonken waren aan eenige moder»
(ingerichte ziekenhuizen, docW op verlan
gen van den milden gever bleef zijn naam
joabekend. Vreemde» wondtere verhalen de
den de ronde over den zonfllerEng .date
■nogenschijnlijk zijn gansche 'fortuin aaP
het weggeven was. Tot plots de pers
haar berichten staakte da,ar de sch|enk»r
van verdere publiciteit verschoond
wrasdh.be te blijven.
Judith', het kleine kantoormeisje, blad
de heridhten eveneens gelezen, maar zij
hid het Verband niet begrepen. Hét was
nu. bflna een jaar geleden, dat hun laatste
ontmoeting plaats vond en Ze dacht niet
anders, of de rol, die hij in haar kleine le
ventje gesppeld had, was ten einde.
'De club van „vroolijk'en Jack" sprak
natuurlijk ook over de buitensporige giften
en dit alles werd alras in .verband ge-
jbradht m'et Jack's Verdwijnen.
Op een zonnigen lente-avónd, toen Jbbn
-Hudson met wijdopen raimten en een geu
rige sigaret lag t e genieten van de, eerste
heerlijke zomerweelde;, rinkelde plots de
«telefoon, of er brand was. John .gooide zijn
eindje sigaret het raam uit en hing aaan
ten hoorn.
Hallo WeJ allenfaehtig. Jack, ouwe
jongen, ben jij 't? Wjaar kom. jij ineens vaP
'daan en waar- heb je ,al -dien tijd gezeten?
Kalm, Johnnie, ik ben vandaag weer
gearriveerd, maar ik ben veel te imtoe om'
een half uur met dat ding aan m'n hoofd
'te staan. Kom dadelijk even bij imie, wil je
Natuurlijk. Noord- of ZuidpoolreS'zligei
over vijf minuten ben ik' er.
Met driet, vier treden tegelijk vloog John
•naar beneden, op straat riep hij een faxi
oan en enkele minuten later stormidei .hij
by Jack de kamer binnen.
Hallo Jackie waar heb ja geateten,
wat hab je al dien tijd uitgevoerd? Edgen-
'lijk moest ik duchtig boos op je zijn, dat
jo zelfs mij, je besten vriend, dn den steek
iet.
Bedaar, old boy, ik Zal eerlijk op-
•hiedhten, miaar het blijft tussch/en ons'; -en
Jadk vertelde van het kleine meisje.,, ,dat
geen rjjken_man wilde trouwen en terwille
ivan wie hij een groot gedeelte tvan Zijn
fortuin had opgeofferd, 'k Hjeb nog zoo
veel overgehouden, dat we flink' kunnen
leven, besloot hij en nu John, ,op mi'n aan
staande verloving. Met een 'knal vloog de
kurk tegen het plafond ©n d© .pareüjende
champagne sdhuimlde dm de kristenen gla
zen.
t Intussöhen las' JuditJh;, op 3^|aa,r ©eiiVou-
■dige jongemmsjeskamer inlet ingehouden
■adem en bevend van opwinding het briefje
■dat de avondpost haar gebracht hjid.
.M'n kleine meisje, zoo stond er, nu
kom ik je opedschen voor mij alleen,, want
je houdt van me. Judith, i!k ,weeit 't, ik h(gb
t gezien, toen ik je voor 't laatst zag op
de baak in het park. Maar mijn kleine,
heve sijjfkopje wilde geen rijken man
trouwen en dus izait er voor mij niets an-
op, dan weer arm' te woredn. Mis
schien heb je in de kranten gelezen va»
den min, die bijna zijn heele, [kapètaaal
Weggaf. Judith, heb je nooit vermoed, wie
me man was en olm' wie hij zulke vxeehide1
dingen deed De groote hinderpaal, Idiie ons
«<headdc,_ds nu uit den weg .geruimd ik
nu niet rijk meer, we .zullen goed kim
den leven, maar dan heb je ,'t ook gehad,
■«n kom ok je halen, tml'n prinsesje en ik
al je ]ponen_ tot mijn liefste komngi'n.
Is mij wel 'ns ooit ztvaar gevallm, olmt
auiis weer weg te geVea, wat ,nog pas zbo
-wrt mijn mgendom was, toaar 't was het
cciug,.- middel otml jou te verovea«en.
Met een zucht sloot Judith de oogen;
naar slapen kopten en de 'fellle emotie
oeect het bloed door haar aderen bruaschfen.
8ctoe^Mn8, ZC g!ree!P! I)aI1|ier 1011 in:kt
Jadhie, Morgenavond om' zes uur zal
je wachteu, Judith,
soetl Z0U, ^^J'6 even op dei bus
VerhHH™ !6n emdje onteope® ;<«nl haar
Seten te -late»
vri«n<ten tet eerste .glas
Vtoeg8!]^® ^P061^ verloving,.
is nu. (dat 'mddsje
^en of ik haar misschien ooit ontmoet
hmr~ geloof, .dat je
Bladkburn U®/62llel1 hel^ 20 Judith'
liefst mtedsje ieenvau<ilg' «aur aller-
weken geleden een enorme erfOnis hééft
gekregen
De stoel, waarin Jade zat, was een
Zware' -clubfauteuil, maar hij vloog 'een
meter achteruit en de man mlet de donker
grijze oogen greep den ander bij de schou
ders. i L
Vertel op.
Bedaar Jadkie .ik zal je 'li iverteMien.
want het is beter, maar dadelijk de -heele
waarheid te hooren. Ongeveer 'n maand
geleden stond hier een berichtje in de
krant, waarin werd verhaaald, dat een ze
kere Judith Bladk'burne universeele erf
genaam was geworden van een onbekend
bloedverwant in het verre Amerika. En.
als ik mie niet vergis moet 'die kérel haar'
een sommetje Van vijftig duikend pondheb
ben nagelaten.
Verder, z'ed de andere man en toen
zweeg 'hij.
Enkele minuten later ging hij naar zijn
bureau en 'haalde pa-pier voor den, dlaag.
Toen schreef hij:
Judith.
Beschouw m'n vorigen brief als onge
schreven. Ik wist niet, dat jij nu rijk was
en begrijpt natuurlijk, dat ik geen rijke
'vrouw kan trouwen. Vergeef me dat ik
j'e lastig viel. i
Jia.dk'.
De korte briefjes van Judith en oacu
kruisten elkaar en toen Judith den inhoud
vloog een vroolijke, z'onnige lach over
haar frisdh, jong gezidhjt- Ze ging' naar
een kast, en haalde een krant -voor den
dag, -die z'e in haar tasahje stopte. Toen
Zette ze. haar hoed op en ging uit. Ze wist
waarf Jack woonde en spoedig stond ze
bij hain -op de kamer.
Met verwondering keek Jack haar aan,
zijn vuisten balden zich op Zijn rug en zij»
lippen klemden op elkaar. Beleefd1 bood
hij haar een stoel, m'aar bleef zelf staan.
Jadk, ken je mijn naamj? [Vroeg het
meisje.
Natuurlijk, antwoordde de man.
Maar weet je ook!, hoe hij gespeld
wordt
Ja. waaroml vraag je dat?
Toen haalde uit haar tasdtyje de krant.
Als je 't weef, dan kijk 'ns even
Ihdeir,, en Ze wees hem' 'hf;t [berichtje aan
van de erfenis.
Hier staat Judith Blackburne en
mijn naam wordt iminiers Zondier, gesldhre-
wen. Ik wist niiet, d-a.t mijn ,naa|m) een dub
belganger had en als (.uriosdtc.it heb ik
deze krant bewaard. Maar.... ik ben Mij,
Jackie, dat ik niiet Judith Blackburne m-et
(een e ben, zéi ze mlet .haar liefsten glim
lach...'.;
Toen voelde 'Ze twe© sterke armen om
hiaair heen... de slagboomen waren gevallen.
DE KINDEREN.
Wij houwe 'n hééleboel van elkaar',
hé! onderbrak Marietje 't spel eveen,
en liet peinzend 't blonde krullekopje, te
gen de zandhoop r.usten.
Nou! En of! lachte Elsje, dia
zwart en iets ouder was en ize keek naar 't
tengere Marietje met 'n gezichtje of ze
zeggen wou: jij bent me d'rl todh eentje.
En we blijven toch altijd ,en altijd
en altijd maar door en alle Ldagen m'et
elkaar spelen, hé
.77 dia! ■Nou! We zijn toch imlmlers
monies van mekaar
O ja,, da's waar ook, .hoe komt da.t?
J?uw mt>edel' is mijn tante en
mijn móeder is n tante van jou en je Vader
is n ooimte Van Unie en [mijn vader is jouw
ootoe., -en daarom zijn wij nichies! i
O, knikte Marietje, en ez yond Elsje,
heel wijs. En buurmeisjes' zijn we óók nog
,van mekaar, niet
Ja., 'n beetje wél. j it
iWiaarom (miaa-r 'n beetje
Omdat er nog wel vijftig (huizen
(tussdhen ons in staan, jullie wone» op
nurnm-er zés-, en wij op numtmler. twee en
zevehtog, wijsneusde Els-ja en wees gtelijk
trots'ch naar- de lange rijen Ztandïfeuuxtjes',
due ze met dé blikken vormpjes daar had'
voortgetoovérd.
Kijk es, wat 'n zooiiNou ben ik de
juffrouw uit (d-e taartjeswinkel en dhn
kom jij taartjes_ Wij m'e koopep, .Zloek m'aar
steentjes, dat zijn de denten!
k Blijf liever effe zitten zoo zei
Marietje m'et 'n slap gjimladhje.
i Ben je weer moei? 1
7" Ja, zwakte Marfetje's stdmlmetiei
en haar ïlets-blauwe oogjes dwaalden naar
de verte.
n .Els3"eJbleef lang naar 't witte gezichtje
kijken Toen ging ze naast Marfetje vzitten
en tiet de dhnne), witte vingertjesl idoor
haar stevigte, rose khuijsltjes gaah- Marietje
keek er naar, met dat zelfde, (lachje, maar
haar gezichte* betrok toen ze 't groote
verschil van die handjes zag en (wéér zochf
ten haar oogjes het einde Vani't landBchhp
En as we grho.t zijn mijtberde ze
weer blijven we dan tocthi (altijd puet
elkaar Spelen?
FlZ 5iea i- wt^éél ^r°ot «ziju, deed
Elsje (moedertjasachtng, want dan zijn we
móeder1^' net J'°W mdeder eH «^i11
O ja, hekeek Marietje de handjes cyeer.
Ding bleef het stil.
grmtT zei ze opeens: Wpr ,ik dan óók
Om'dat niet allemlaal d-e Hnderen
gr-oote menschen worden. Me broertje is
^ertje ge^n ioen ie »o.g
muar zöo kleon was, 'k heb j'm' in kissio
men liggen met _'n wit jurrékiel ,an m'et
best ^beu^ dat óók
0?°JeS nu »aar dewolken,
difi ZC n? WllleI1 oktdekken. En
die van Elsje hingen vast pan ',de beenige
handjes vau hpar vriendinnetje.
Mooi en stil zaten de twee meisjes' daar
■.tegen de gele zandberg.
n Paar mhschjes kwajmfen aangewinf
ze waren niet bang voor de kenri^Ti
lieren zkmnigen dag en zochtefn
stoord naar de Mskwie-konreltjeS, dteTl-
tijd daar te vinden waren en de Zbn kwam'
aandragen met w;armte, licht en kliur en
HET 15
cr~r^—
die, soms wel wat erg royaal
naar Moeders zin, op de
cntbijl-boterhammcn Xoordt
genomen.
HET.I5
UT-
NU BEMERK tK TOCH DAT
IK IN VELE GEZINNEN
WELKOM BEN. JA DAT ER
ZELFS NAAR HET fes MEISJE
VERLANGD WORDT. IK BEN
GEWEEST IN GEZINNEN
WAAR MEN DE DEUR VOOR
DE EERSTE MAAL SLECHTS
OP EEN KIERTJE OPENDE.
WAAR IK MET MOEITE NAAR
BINNEN SLIPTE EN NU
IK BEN ER MEER DAN WEL
KOM EN DE DEUR IS WIJD j
VOOR Ml) GEOPEND.
dieik zou kunnen.
doorgaan, doelt ooor dit-'
maat genoeg. Alleen
7 HET 15
de koffietafel,
HET 15
als de heerlijk gcurendei
gebakken aardappeltjes
worden binnengebracht,
'H ET-IS
Ui-
die zoo'n bros. bruin korstje
'aan den biefstuk geeft en
zoo doet verlangen om
maar gauw te beginnen,
waarmede U nu toch zeker
een proef neemt
h ET* IS r-aaf'
die slechts één kwartje p&
half pond kost.'
[FHEX45
arva
die in de Blue Band -
fabrieken zoo zuiver WQT&
toebereid,
-rr*
jXay
nk-if'
"M
leven. 'r
De zon begreep haar ta,ak vriendelijk.
iZij meende 'hiet best, die trouwe izón.
Vanaf de hui'zén-rij klonk handgeklap.
De moeder Van Elsje stond' in de de,ur
en wenkte, d,a(t 't tijd'was (Voor 't twaalf
uurtje.
Hand aan hand kwameu die mleisjes aan
gehuppeld. Ze kregen »lk 'n plak (snijkoek.
Elsje vermaalde in 'n p.apr tellen 'de, lek
kernij.
Marietje Zei: dank u tante en be
gon traag liet eerste kleine hapje te kau
wen, Zag niet dat tante haaf even hoofd-
schuddénd te bekijken stond.
Begin je nou nog niet [beter te eten,
Marietje? klonk 't zacht bestraffend.
Marietje schokte verlegen mht de smalle
schoudertjes. Ik' lust haast nooit' wat,
tante, wist zé enkel te zeggen,
Jemoet eten, kindje, anders word je
nooit flink en sterk. Nou mag ijé Marietje
'nog eventjes wegbrenjgten, Elsje 1
Ha,! klapte. Elsje di' mollige knuis
tjes.
Maar gauw terug hoorDe jboterhapi:
m'en staan al op tafel.
Ju, Moes.
Ze sloeg haar armpje oiri M-axietje-'s
lijfje en zöo gingen ze den kant va» num1-
mér zes op. 11
Dag tante Dir,a,aide Marietje zich nog
'half om. I i
Dag kind Flink eten, hooranders
mag je vanmiddag niet méér imfet Elsje
spelen t.
Ja» tante.
Fijn he, dat we zoo dicht ;,bij-elkaar
wonen, zOng zachthlij haar dunne etem-
(métje...
Nou he Maar vanmiddag mOet je
niet moei zijn, hoordpi vin 'k niks tle.uk.
"Wjj 'ho-uwe 'n heelelboel van elkaar,
he Elsje
Ja hoorl Dat Ihbéf j-e niet tzloo dik
wijls te zeggen, dat weten w|e| limtaters
al lang! En je kijkt altijd (Zoo- gek, als je
het Zegt; waarom dloe je dut?
Dat weet 'k niet eens. 1
De vriendinnetjes speelden in de» tuiin
van Elsje's ouders.
Binnen zaten de vaders en móeders,
daar werd gepraat, gelachen, koffie ge
dronken, hét was Zondag 1 v i
Marietje zag er werkelijk wat fbeiter uit.
■Tante's dreigemtent, van niet mjeer met
'Elsje te mogen spelen alS z» iniet flink
at, had 'n wondertje gedpaan er,was weer
iets Van 'n tint op haar (snuitje. i
Opeens hield bonnen het lachen op- E11
•'t praten werd veel harder, zóó hard',
dat de kinderen verbaasd floor dé serre
deuren kwamen gluren. De vader en .móe
der Van Marietje waren opgestaaan en
keken heel boos. c
Elsje's Vader en móeder stonden nu
óók kwaad op.
Het praten werd nog veel harder (en
de vaders lieten eikaar de vuisten 'zien,
en ze bonkten neer op de itafel.
Marietje! schreeuwde haar moeder
naar den tuin. Kotm'l Direct mée naar
huis!
Meteen liep zé de gang in, igewlgd
door vader. Ze kwam in dén -tuin en trok
■'t kind vjain 't nichtje weg, ien mé»' terug
de gang in, waar zé haaetóg(-driiflig ('t
méisje aan d'r mantel en hoedje hielp.
'Elsje kwam mét groot sohrjk-oogen het
drietal achterna loopen, doch werd direct
door haar móeder, dje erg leelijk' (keek,
naar (binnen gesjord.
Ik wil mét Elsjle blijven (spelen!
snikte Marietje. Maar v.ader en moeder
gaven niet eens antwoord, duwden het
kind meer naar buiten, met 'n harde slag
ging de buitendeur dicht.
Waarom gaan we zoo ineens weg,
huilde Marietje buiten. Ik wil mét Elsje
blijven sp'ejien
Je speelt nooit meer mlet Elsje!
beukte hard moeder's geluid in Marietje's
oortjes.
Waarom niet? Ze is mijn nichtje,
m'n vriendinnetje.
D'r zijn nog genoeg andere [nichtjes
en vriendinnetjes.
-Nee,, nee! jamlmlerde 't kind, ik wil
niet met andere Milderen spelen, alléé»
m'et Elsje!
Je hebt niks te willen. (Kinderen
'hebben geen wil. En no,u praat (je d'r niet
jm'eier over,hoor! Anders ga jemletéén naar
je bed!
Marietje kreeg 't gevoel, alsof'n ibreede
harde band héél stijf om d'r lijfje werd
gedraaidt en als 'zé slikken wou, (dun dadht
ze, dat haar keeltje werd dichtgeknepen.
Elsje, Elsje deed haar mondje .on
hoorbaar,, en als zé huilen wou, dan kon
zé 't niet meer. I
I Dat was dan zéker 't echte [Verdriet,
w-aar wel eens over gepraat' w|ejrd (door
groote ménsehen.
Papa opende de deur. Van nummér zés.
In de huiskamér van numimér twee en
zeventig waren 'n vader en 'n (móeder
achtergebleven met 'n Elsje, dat niet roteer
hun Elsje was.
Haar zwarte oogjes stonden wild, uiet
-mollig waren nu de handjes, miaar. jstijf-
gespannen vuistjes sloegen vader die 'haar
in bedwang hield, haar gezieltytje gjLo&idé
en haar stevige pootjes trappelden woest,
Echt ondeugend w-as Elsje nooit ge
weest, en nu was ze ineens' t'n leelijk Mhd,
dat maar dóór schreeuwde zonder naar
dreigementen te luisteren.
't Is gemteen! brulde zie. ('t Is ge|m|een
dat je Marjetje niet terughaalt, en 'k wil
nooitnooit, nooit mlet 'n landier; !kimd spe
len!
Groed! schudde moeder, haar flrijflti'g,
dan speel je heele|m'aal niet* maarl jmtet
-Marietje ga je nooit méér om!! En als
ik 't zie, dan 6la ik je naar binnen! E»
nou dinedt stil, of ik sluit ;je in de kast.
Waarom' is dat dan ineens (all'eim|aaL
zioo viel Elsje snikkend met haar;kopje
op 't stoelkussén.
Bat gaat jou niks aan» tVafl® en
moes zijn kwaad op Mannetjes vader [en
moeder, daar, nou weet je 't 'méteen.
Dat kan Marietje toch niet jhripen
En ik kan 't todh ook (niet helpen?
De twee groote ménsdhén, die zbo .klein
gehanjdeld hadflen, juist a|s djiie andere
twea, keken elkaar even aan bij ,dat wij'zé
gepraat Van 't «enigst kind, en (Z"wegein
een poos.
Elsje kreeg hoop» want zé voejdel j'n
crisis daar. Héél lief deed zé (tegen vafler
en moeder en vroeg: j
Toe, laat Marietje terugkomen.
Nee, 't kan niet, zlei ,de vader na
een kórt oogen-spel. I
Laat me dan bulten, attéto {mJa(ajr
bulten miet -'n spelen. i
Néé en nou is 'tliuit! 1
.Van uu af bleef Elsje 'n ander Mnd|r
kort, nukkig, stil. .Wiel huilde ze om!
Marietjei, maar daar wflidhte zé m|ee( Itoü
des avonds, .in d'r bedje. l
Vroeger was ze noojt koppig.
't Kind v,an numri® ^es stond lop, d»
stoep voor 't huis. f 1
't Kjind van nuintoier tweejen-lzleve|ntiig
leunde tegen de dichtst bij de woning)
staande lantaarnpaual.
'n Dujbbel vreugde-kreetje in de straat
Elsje gluurde naar binnen, kag, dat
'r moeder in de tu|in bezig (wias.
Langs de kozijnen schoof ze naaM ids
plek waar Marietje stond. Die deiefll .toe»'
ook 'n stuk otf twintig aarzél-stapjes'. t
Dagr
Dag....»
Ze Zwegen en stonden elkaar aou ltd
kijken. M'arietje Zag weer erg witjes), ;zelib
d'r lipjes hadden haast geen kleur mtepri
Met wie speel je nou? I (1
Met niemland. I i I
r 'Akelig hè
Ja, erg erg akelig, stotterde) Ma
rietje. En, en blijft dat nou-altijd duren?,
Eet ze er bang pp vólgen. I
Ik weet 't niet, ik ;vind, dat' groots
menschen Veel langer kwaad op. elkaar
blijven dan kinderen. Ben je woef möe?
J'a» alle dagen, 's Middags ntoef (ik!
'n paar uurtjes naar bed vau de dokter;»
miaar 'k slaap toch niet, en (,'a naichtsl denk
■'k óók hieel dikwijls. it- It
Wat denkt je dan? I'
Dat weet je best, klonk 'ti lals 'n
snikje, en toen nog 'n beetjei zachter:
Elsje, wij kenne evengoed weel ,vaa
elkaar blijven 'houwe hè
J'a, hoorNouEn ik .drootm! haasfc
elke nacht, dat we aan 't ispelen zijn, daaft-
ginter, (bij dezelfde zandberg. i i
Ik ook, dan is 'f ,zoo naar, als j'a
weer wakker (wordt.
Zulle we sam-eu eventjes, hleel (.even
tjes naar de Zandberg gaan?
Ik wil wel, maar miama, Jheb gezégd»,
ik, ik mag niet eens .bij ide de,uri vandaan,
en....... -
Hoog gillerig klonk 't [ineens van .num'*
mer zés:
Marietje! Marietje,! Diredt in huiaï
Als 'n geschrokken hertje vloog Ma
rietje terug. En Elsje vond, dat vaders P»
moeders akeEge méns'chen waren.
.U kunt 't probeeren mét 'n specfiiai-
list, somberde dokter's geluld dooir die
kamér. Maar-rej....
Z-'n gelbaar en z'n blik' spraken (al diredti
't vonnis. j ■-
Dus u denkt.. 1
VEegende tering, geien kruiden voofi
gewassen.
IWaar is Elsje nou? riep ('t zdeko
kind half dn ijlkoorts.
i fflïïe bedoelt ssa daan toch! (teikewf
Jnee als ik 't vragen mag?
Hm!, dat is 'r nichtje, |hior '«Et de
straat, maar u weet misschien, dat l
O;, n-ja, die kwestie. Ik -mag daar!
hiet in kómen» mjaar als u| het kind' nog
'n pleziertje kunt doen.
Be dokter ging heen. t't
Als twee oud© menschen MeVen de va
der en de móeder in de-kamfer achter.
Brie dagen ibleef Marietje om Ets jet
roepen. Tóen werd' 't hen te (tnjaichtjg en d4