r feuili ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1928 NIEUWE ZEEÜWSCHE COURANT i'; ■IS r In 't kraaiennest, j 7en uwst i i 't Lied van den dag ALLERLEI ook een opvatting. j zijns inziens. V Socialisten e Jonkvrou- I i L 0 r ft 'y 'l 5e 5 Ja a' i n.i M i l.< E Ei Eerbiled vooï; 't'l-qvjen s. v. p.! In verscheiden» plaatsen en streken is de politiemacht voorzien van wap|enen, die ietwat gevaarlijker zijn dan gumim|istok of sabel. jWje doelpn hier op; karabijn en revolver. i Tegen dit soort bewapening,is niets aan te nuerken, .wauniaer ze getaakt wordt, voor Zelfverdediging jpf voor bescherming van burgers, die naai' het lleVen worden ge staan door moorddadige individuen, wanfl geen politie-ag|ent of marechaussee behoeft zich. weerloos door een boef te laten af maken en evenmin Wég kij werkeloos blij ven, wanneer' de goedgezinde burgers wor den aangerand. IT f PTl i (Tot hiertoe is alles dus in orde, maar helaas wordt door de bew akers onzer vei ligheid wel eiens al te vlug naar het vuur- gvapen gegrepein en nogmaals helaas, laten hun reglementen somis deze lichtvaardig* htid toe. ,1 j i .Veel te dikwijls Wordt er gtesrihoten op menschen, wiier misdrijf in geen verhou ding staat tot den doodenden kogel, welke op hem' gericht wordt. .Wanneer bijvoorbeeld een op diefstal betrapte, die zich aan liet halt-geroep niet stoort, een schot wordt nagezonden door een agent, die niet van hardlooperij houdt, dan is dit zeker voor dien agent èrg ge makkelijk, maar of het ev|eu zeker is, dat zijn daad niet tegen het vijfde gebod strijdt, ;ib voor ons twijfelachtig. Bovendien komt het mteer dan laems voor, dat lieit bevel tot stilstaan niet begrejijein of .verstaan wordt, wat de handeling nog ergerlijker maakt. 1 I 1 1 1 Ook dez'e week heeft het lichtvaardig schieten weer 'n slachtoffer gemaakt. In de buurtschap Hemden hij Aalten, ont dekten komlmlieZjen een troep smokkel aar-e dile met balen koffjle dn tabak over de grenzen wilde tijekkbn. Toen aan de som matie oto' stil te blijven sltaan, gjaen gevolg werd gegevfen, mlaax de smokkelaars bun vrachtje afwierpen en 't hazenpad kozen, Roetten de komtali|ezleu er lustig .op los, waardoor twee der vluchtelingen warded aangeschoten en leen van. hen doodelijk getroffen bltyk. Men kan nu wel zeggen„Waarom bleven de hjerols niet staan, 'maar mlen mlag met evenvteel reden opmerken, dat noch op een poging tot smokkelarij, noch op eieu ongehoorzaamheid aan een komimfieznnbe- v'el, de doodstraf behoort b' worden toe gepast. 1 De beambte of die autoriteit teven hem', dile dit wel meent, heeft zto'n nijpend ge brek aan eerbied voor het lev'en van den menseh, dat hij in veel gevallen voor <lei samenleving gevaarlijker IJls), dan de man of vrouw die door hem' neergelegd wordt. UITKIJK. ik hem' smeelkend aanzag. .Wees niet bang, zuster, zei hij spot tend, als gij maar doet wat ik li zejg;, hebt ,gij niets te vreezen. I|k z'al den trein 'to Tonlon verlaten en als de conducteur komt. m,oet gij Unlet mij prutten, alsof illf naar mijn familie ga en gjj te Iryoin reeds kennis antet mij ge|miaa.kt hebt. Natuurlijk' beloofde ik helm) dat cu hij ging door met zijn toilet. Zijn haar was kort geknipt, 'maar hij zet(to een Zware vrouwenpr.liifk op en deed ringetjes in zijn ooren; hij had een band omi zijn midden uien hij losmaakte. Toen liet hij -mij oen wit cliemiset vast maken, -en Vroik hij, een lijfje aan, dat ik dicht moest rijgen. Gij kunt begrijpen mijnheer, h,oe mijn gedach ten w.arzn! Mijn handen beefden van opl gewondenheildde trein snelde maar steeds voort en bet is wel een uur stooni|Cns vu.d' Marseille naai' Tonlon. Ilij praatte druk ik geloof' dat hij he|t prettig- vond, na ecu tijd V;an eenzame opsluiting weer eens te kunnen spreken. Ilij stelde mij n.ogcens gerust, en zeide mij geen kwaad te zullen doen als ik lvem strikt gehoorzaamde. Hij liet mij bij' helt kruis. ,dat ik droeg, zweren, dat ik met niemand een woord over hem zou spnaken. En ik zal uw trein nakijken zuster, veegde hij er bij. Toen ik hem' gekleed had, ging ik' naar mijn plaats terug 'en lachte. Hij keek mij hoos aan en vroeg mij waar.om ik zoo be spottelijk deed. Ik zei hem, dat, zijn glelaajt zoo bleek was, en dat dit bij zijn zwarte haar geheel niet paste; hij zon dadelijk opgemerkt worden. Hij zat zoo'n beetje in zichzelf te bromlmen, (maar bracht toch onderwijl een flesohje v|eff en een borstel te voorsëhijn en begon zijn handen te kleuren. Het wilde evenwel niet vl'aeien. en ho.e hij; het fleschja ook soh|udde, het bleven stukjes. Ik zou wat spiritus npodig! bobben, zei hij nijdig. Ik beefde toen werkelijk van angst, want het was een hachelijke toestand, waarin ik mij bevond. Tpen kwam ik' op een gioe,den inval en 2101: Cognac heb ik niet bij mij, maar ik gebruik zoo nu en dan een medicijn, die spiritus bevat, en die heb iik altijd bij mij. lilt sahonjk wat van de, etheir in zijn fleseh'je en, schudde he.t. Dat hielp en cr ontstond een bruine vloeistof. Nauwelijks gaf hij zich den tijd mij te bedanken, maar begon ijverig zijn handen te kleuren, waar bij hij even. gemakkelijk zijn linker- ,als zijn rechterhand' gebruiktetoen kwam zijn gelaat aan de beurt, en ik lachte, wieer, maar ditmaal van vreugde; want ik had al mijn moed bij elkaar geraapt en voeldie, dat ik er in z'ou (slagen ham' fe vatiten. .Waarom' lacht ge nu wper? vroeg hij op barsolien toon. Omdat ge uw wangen veel te donker maakt; uw oogleden zijn wit, en om' uw lippen hebt gle o.ok «en hieelen kring ver geten, zeii ik, ziopveel mogelijk Vastheid aan mijn stem gevend- Goeden hemiel! riep hij uit, en zieh tot mij wendend, sprak hijNeen» gij den horstel en verf' mij. lk nam' den borstel, -en hield mij pf ik erg beefde, toen. ik 'hietmi aanraakte, Dwaas, 'die gij zijt, riep h'ij! uit. I,k zal je gaen lead doen, miaair zia dan toch hoe snel die trein rijdt er is geen. oegieni- blik te Verliezen* Goed, mijnheer, was mijn antwoord, 'miaar dan moet ge ;ook doiein, wat ilk u zeg. lik nam zijn jas en sloeg die om' lieim heen, zaoials in een kapperswinkel ge beurt, en terwijl ik hém! vroeg zijn oogjen te sluiten, begon ik die laden ta kleuren. Het volgende ooglanibM|k niaimi ik dein borstel in imlijn linfcerirand', miet innijn rechter deed ik het stopjie vian hlat ohlorofloirmifleschje af. en goot d'e hielfit van den inhoud uit op de watten, waarin hielt verpakt Was ge,- wei'st. Gelukkig w,as het oen groot Stuk, en terwijl ik den horstel liet vallen, drukte ik' hom1 de watten o.p neus en in'ond. Ilij was zoo verrast door mijn plotse linge handeling, dat hij het eerste oo,gen- blik volkomen kalm bleef, en toen hij zijn o,ogen opende, wierp ik ham; bet ileschje met verf in Wet gelaat, nog steeds de wat ten ondier zijn ne,us duwend. V.oor oen oogcniblik was hij verblindzijn armlern za ten in zijn jas Verward. Als nu da chloro form haar werk maai deed, dan was i'k gla red. Dien angst, die1 mij die o,ogenblikken vervulde, zal dik nooit vergeten. Hij trachtte hief nneis te grijpen; maar ik wierp liet van de bank, juist toen bemerkt» ik, dat de pogingen, om' zich tei verzetten, zwakker werden; nog eens drukte jk hem' de watten onder den neus, cu hij liet zijn hoofd hangen, terwijl zijn annum slagi langs zijn liahaami vielen. Ik ha,d geen ondervinding- van de wer king der verdaovleind© middelen, en nu be gon ik te vneezen, dat, ik he{mi gedood had. Ik mise,n|da wtefaeins gehoord te hebben,, dat somtaJiige gestellen -er al heel slecht te.gen bestand waren, «n j|k dacht nu tnlo,gelijk een lijk a,an Wet gerecht te zullen overleve ren. Hij zag cr ijzingwekkend ,uit Intel zijm hiall' gekleund gelaat. Ik plaatste fniju hard op zijn hart, «n voelde zijn pols, gelukkig ontdekte. i|k! d|a.t die klopte. Toen ging ik op dien grond zitten mlet zijn pols in mijn handen», hlat fleschjle chloroform! op mijn schoot, icjml, nis -zijn pols sneller begon te kloppen, tie rest van den inhoud op de watten ujt tie stou ten. Ik 'heb vele mlorilijike ur,en doorleefd, m'aar nooft een zaoals dit. IJlf ben niet wreed van natuur, «n terwijl i|k mog een Kwartier m'e-t 'mijn slachtoffer dn den treip doorbracht, verbaasde hiet mij, hoe ik zoo had kunnen hia-mdelein en het Scheen mij toe dat ik Martha Liecl-ar c niiojfc was. De toén imjin,derde zijn vaart en hield eind'elijk stil a.an 't stajtian. Twee coadupi- tours openden d® wagons. Ik bpirong ,op en liep het perron ;opi, nfat -anjdieus roepiend dan: Durette Durette Wiat is cr m'e-t Dur-eite? Vroeg mij een groof-e man, die naderbij kwam. Daar! daar! riep jk en wees op do coupé. Toen wond ik bewusteloos en ik weet niets miecr dan dat ik wakker werd in de kamer v-an dein Shef. Die (guoote mian stolde iziidhi Voor als Jcian Louvaiin, idirecteiur van die gevange nis te To,ulon. Durette ontsnapte gjistorem,, mlaar dat liij mij -doof een vrouw w-elej' ón ha,nulen ge leverd zlo'u worden h;a,d ik niet Ifnnnen ver moeden,, z:e|i die die-pie stem Van Jea-n Lo;U- vain. Zoo maakte ik kennis m,e|t miijn echt genoot. De Noorsche Frithiofsage. In de vearti|ende eeuw wbonde o.p hefl landgoed vlam den vrijhoef, Thorsten .Vi- kingson diens erfgenaam Ei'ithiof'. D(a hoe* ve lag op het uchiemeiiland, tegjenoverj Vaugues gehejpiten, dat destijds den naam Eraïnmles droeg. D|e gaheele 'landstreek rondom' de fjord word bohtarsoht door K.o> nling Bele, die op' dien te-genoverlig'gianden oevtu' zijn woonplaats 'had ter plaatsje, waar nu Balholmien ligt. Zijn een'ige dochter was de. pdhoono Ingeborg, die te z'amlen miet Frithiof op do hoeve van H'ilding, qen vrijboer was opge groeid Nadaf zij do kindea'scilioteuK'n ont wassen waren, ontwaakte in Frithiof iaën groote liefde voor zijn vropger speelmak- kcjtje Ingeborg. Bijna gelijktijdig waren Frithiofs vader en koning Bele gestor ven. Voor hun dood hadden zij hun eïfgij naam, Frithiof en de koningszonen H;edg,o en Hialfd.an, samlen geroepen en hen de be lofte laten afleggen, dat zij na hun dood in vrede en vriendschap mlet elkander zouden leven. Na den dood der beide va* ders aanvaarde Frithiof 'zijn vaderlijke hoeve, terwijl Hielge en Halfdan gemeen schappelijk het rijk huns vaders rjeg|eexden. .Kort daarop vroeg Frithiof den bei.deu broeders de hand hunner zuster Iegeborg, toen bij het graf van Koning Bele een bij eenkomst werd gehouden. Hooghartig we.es men zijn aanzoek af. Nilw|mler, jio-o zlaide Hielge, zou 'hij zijn zuster aan een boeren* zoon afstaan, wel echter mocht Frithiof een plaats in zijn gevolg innemen als hij wilde. Verontwaardigd weigjarde Frithiof dit voorstel, trok zijn zwaard, dat den naam ,,'Angurvadel" 'droeg en kloofde daarmede m'et leen slag het gouden schild van Helge, dat aan den glarechtshoom was opgehangen, daarbij de koningsbonten drei gende en zleggende, dat zij, zich Voortaan |voor dit zwaard ,in ,a,dht 'zouden mloeteii nemen. Frithiof keiaerdc huiswaarts vol woede over den smaad, dien itt'cn hteml had aangedaan. Weldra verschenen nu bod-en van den in het Noorden wenenden koning, lti-ug aan het hof van Balbolwen om voor hun be jaarden heer, di'e weduwnaar was, de hand van Ingeborg te vlagen wlelke vroeger met haar vader vaak het hof van Koning Ring had bezloeht. Hoonend wezien de broeders de boden van Ring af en zbmden h-e-n terug naar 'het hof van hun hieer. Mlet wraak zucht vervuld rustte deze nu een vloot van draaksdhepen uit en verklaarde den broe* ders den oorlog. Zijn macht was' grootor dan d'ie der Balholm'ers en de broers- brachten hun zlustar in vuiligheid in den tem'pel van den lichtgod Babhfer, die op een heuvlel 'gebouwd was. Men zond den pleegvader H'ilding paar Frithiof óml diens hulp in te roepen, waarop Frithiof in den nacht zich naai' don tam'pel hiqgaf wam' Ingeborg vertoefde, welke hem' verzocht zich mtet baar broeders tje .verzoenen en hun zijn hülp' te bieden. Djen volgyiden ochtend bezbolit Frithiof de bijeenkomst van strijders die op1 de gerechtsplaats! was bijeengeroepen en vroeg hij daar weder li» de hand van Ingeborg, waartegen hij gewapendo (hlulp wiildte beloven. .Allen (stemden 'toe, slechts HJe-lge weigerde ten schold daarbij Frithiof voor een tempel schender, die zijn leer .slechts kon hietrlstellen door een tocht naa.r de Wje^cilandon, waar de gevrclesde 'Jarl .Agantyr getelde o'm' .dezen tot het Vervullen ecner door hem ge dane belofte te dwingen In den nacht deed Frithiof een laatste poging oim' Ingeborg er toe te bewegen miet hem' de vlucht Ite nemen, doch haar efer irJe.gevierde ovw haar liefde en zij verzocht hem' de zware taak te volbrengen, di|a haar broeders als prijs tot het berdihem eenor verztaening hadden gesteld. f Frilhiiof stak mtet z'ijn sfchip1 Ellida in Zee. Zware storm|cn waren den zsOpJ'iietLen! bjjna noodlottig geworden, mlaar Frithiof 'berdikte toch du W|esteilanden, waar hij bij Jarl Agantry, die een vriend van zijn overleden vad|er was, gasltvtrijhielid vond. Na dat in het voorjaar tic sneleaiw verdVenen wUs, bereide Frithiof zich opi de terugreis1 voor, en de J|arl gaf hen, tier voldoening aan de gedane belofte, een groofen bundel goud mede, waarover hij vrijelijk miac.ht beschikken. Het Schip' bfereikte Fr amines* m'aar Fritlüof vond slechts! de puinhoo.pen van de hofstede, dilo door brand vernield was. Koning Ring had intusschen de bei de broeders ovlerwoimen en de hofstede van Frithiof, zijn medeminnaar, laten verwoes ten. Als prijs' voor de overwinning vloter hij Ingeborg als echtgenoofe mtee, anders' zou den de heidien broeders zoowel land als kroon vterloren hehhlen. Frithiof ontsltak in woede over. Ingjeborgs ontrouw en hij ging Zieh mlet zijn pleegvader Hilding be< raden, d'ie hem ie®n geruststellende mk'dc- deeling nam'ens zijn geliefde deed: zij be, minde hem- nog stdads' miaar om' ho-ogera belangen van geslacht, »n land to dien-en, had zij ziich opgeofferd. In zijn woede wilde Frithiof zich nu op Helge wreken. Hij trof heml aan 'in den tempel van Balder, terwijl hij een offeran de deed. In zijn toorn sloieg hij Helge m'et den bundel goud in het aangezicht, zoodat het bloed uit neus en mond Vloeide. Bij het nu ontstaande tweegevecht in den tem'pel wierp Frithiof Wet beeld van den god Balder omver, dat in het offervuur viel en verbrandde. Ook de tempel werd door het vuur vernield. Nu liep het volk 't,e hoop eu eisdhte, dat de dubbele tempel schenner zou ont hoofd of Verbannen worden. Frithiof wicri het verblijf "in liet land ontzlegd <>n m'cn verklaarde 'hem' vogelvrij. Hltarop voer liij thet de oji roof uitz'ijnde Vikings naar Grie kenland, bleef rlri|e jaren afwezig en begaf zich daarna, door verlangen naar Ingeborg verteerd, weder naar het vaderland, w'aa*' 'hij, in de vernromWing van opn bedelaar aan 'het hof van Koning Riing verscili'qen. Het koningspaar schcp-te btiliagen in den van zbo Verre gckonnjen zeemlan, hij werd Uitgenooddgd, den winter aan hjet hof te verblijven, wat door Frithiof wWd aan genomen. Elke vraag naar z'ijn vlerleden en afkomst weigerde hij te beantwoorden. Bij een sledevaart over het bevroren miecr redde hij het mlet de slede door het ijs gie- jrnkte koningspaar het lev|em Tijdeus een jachtpartij bleef de oudp koning Ring, dlie wegens zijn oudfcrdom1 den stoet niet genoeg vermbcht te volgen, in het gezel schap van .Frithiof achter. H'ij stelde jfrit- hiof voor -eeuigon tijd 'rust te n-emen in lje,t hosch, doch, Frithiof ried dit dep Koning af, bevreesd als hij was, dat hij dja verlei ding niet zou kunnen weierstaan, den sla- pendep Koning te doodidu. D|e Koning e,ch- tor hield aan, Frithiof breidde zijn mantel over zijn knieën uit en dp oude Ring legde zijn vermoeid hoofd .op Frithiofs schoot, waar liij insliep en zoo gerust sluimerde als een kind kan rusten aan die borst der moeder. D;aar yersëheien qen zwarte vo gel in liet bosch, die Frithiof toöZongr haast U Frithiof den m|an te doodeai;i die zulk een groot aapdjeel heeft in het leed, dat ovler IJ gekomen is. Even daarna cchtep verscheen ©en witte vogel i-u het kreupelhout, di|ei Frithiof in z'ijn ge zang voor oo gen steldé, dat hij doo.r hjet be gaan van een laaghartigen moord zijns naam als held, vrijwel het menige wat hem was overgebleven, zou verliezen, wat hij er ook verder mlode. mjocht winnen. Nadat de vogel zijn gezang"had g(eëindi!ejl ver dween hij op lichte vleugelen zbnnie'waarts. Frithiof, door de waarschuwing getrof fen, slingerde zijn zwaard Agurvad'el in het bosch, waarop de Koning ontwiaakto. Deze zeidie li-ëml, dat hij Frithiof reeds lang had erkend, en henni nu op de proef had ge steld -om- te onderzloieke.n of hij hem! zijn vertrouwen kon geven. Kort na deze ge beurtenis stierf Ring en werd Frithiof door het volk als voogd over den jongen Koning, den zbon van Ingeborg e.n Ring, aangewezen. Hij vond pchter ge.en rust daar nog sbe-eds de smaad dier verbanning op hem rustte. Hij 'begaf zich da,a,rom| naai' Balhoku-en, 'waar hij op- de plaats waar eens do Verbrande tempel had gestaan, eo« nieuwen lemip[el, gewijd aan god Balder, bouwde, On zkh mlet Halfdan, dien goe den broeder van Ingëblorg, vterzbende. De slechte Helge was intusschen door de miu- ren van een ineenstortenden tempel gedood -geworden. 1 l I 'I 1 !D|e vrede was nu wledergekesrd. Half dan bewerkte d'e verbitends tuisfedhen In geborg en Frithiof, die nu leindelijk 'zijn 'bruid veroverd had. 1 Sportvcrdwaziug. Het oifficieuze blad „Buidapcsti Iliir- lap" bracht Doiudendaigatvpnd eon lang hoofdartikel over heit verloren spel der Hong|ar,eia in die finale vap. het Olyimpisoh wa/texpnlortournpoi onder 't hpofJi „Boedapest weent" en, ooust'aitecndie, dat die s|tralten van de hoofldstad -een ndvolutionnair beeld topnden. Het artikel slpqt met de woorden: „Het hart van Boedapest is gebrhken de amiai't in Hongarije is evem 'erg als na den verloren oorlog". Waarom is u zioo verdi'iefig, Moiudertjo, idat u zoo schreit; Meisje, waarom toch die tranen In je mopiste meisjestijd? Jongen m'et je frisscbe wangen Waarom zijn z» nu niet droog. W;a,a.ro|mJ günst'rein er nu terne®, In je anders tintlend ioog? Wiarker, die' 'het harde leven Moeidig steeds hebt getrotseerd, Ito,or wat leed! en door wat droefheid Wlopdt pok uwe vreiugd verteerd? Is uw to-ekioimet of' uw laveu Weer opmieiuw in groot gievaar Waarom is uw hart gebroken? 'k Wil U troosten, zeg het miaar! Dreigt er weer opnieuw een porlog, Weer ellende en weer mopd, Kal er armoe weer ga,au. heersdien En dein lipnger eud» dopd? Zal er weer geen eten wezleni Vopr U zelf' en voor pw kroost, Zullen er wejer dagen kolaten Zonder vi-ejigdc, zonder troost? Neen? W|at meig dan d'oor-z'aak1 weizien Van dat natiomaal verdriet, Koinr, wees flink, verbijt uw tranen Zeg imij 't leed', dat is geschied! Neen, 't is geien verloren porlogj, Die ons dit h'ee® aangedaan, En waarin eens Hongarije Diep ten. onder is gegaan. 't Is veel erger dan de oorlqgl W-aar dees am|art aan is gewijd, 't Is de droefheid pm| de neêrlnag In den w,aterpolostrijd. TROUBADOUR. Schubert. Eranz Sehubert, wiens liondei'dst'e sterf dag dit jaar wordt herdacht, had als Zoo vele andere kunstenaars, een moeilijk fe- iven. Voor de kosten van zijn WegraJeintid liij stierf reeds op 31-jai'|igen leeftijd was zijn geldelijke nalatenschap ontoerei kend. En veel miskenning, geringschat ting en onderschatting was tijdens zijn leven zijn dejel geweppt. Een sterk staaltje daarvan is Jtet vol gende; ii, i Een tijdgenoot van den grootelu lipderen- (componist, de W|eens'dhja musicius Josief iFalu'baeh, was in z'ijn jeugd b!ediend(a bij een ntfazieldiandlelaar. Nadat hij ier een week weakzaam was, opende pp zekeren dag een onbekende kleinP mhn, met e«' n rol papier -in de hand, 'voorzichtig de deui'. Nauwelijks zag de uiitg|«ver hem1 of hij riep: „Hé daar, vandaag is er niets1!" Waarop de bezoelï|e|T zi-ch sohucihter; ver wijderde. "I| i ,,'Wliie was dat?" vroeg Jfnlubach. „Oh. ilie hpet Schub|e,rt," béomld© ffe uitgever geërgerd, ,.liij komt hjer aan houdend vragen, of er diets vpor hem' te verdienen valt...." Een ander tijdgenoot van Schublert, Jlo- sef von 'Spann, die tegelijk mlet hem op de keiz'erlijk® ^zangschool te Wteemen ,werd opgeleid, Verhaalt, du zijn „MVmloi- ren" het ontstaan der Bt'lkönijg-colnfpo,- sitie, wel pen der beroemdste liederen van den geniialun toondichter, aldus: „Op een namiddag ging ik met Mayr luifex naar Siehubea't, di'e topnlmlaals (1815) bij z'ijn vader „atni Hjim'melpforfgrunde'' woonde. Wij vonden (Schubert gloeiend van opwinding, bezig den „Erlkönig" uil een boek luidop te lezten. Hij stapte mle.er 'm'alen met het bo|ek op en neder; plotse ling zette hij zich ncter, en in korten tijd stond de heerlijk® ballade op het papier. Daar Sehubert geen klavuier ltegat, liepen wij met 'het muziekblad naar hlefc Conviclt, en daar werd de Erlk'ünliig nog dienzlelfden avond gezongen en lm|et geestdrift be-' groet. De oude hoforganist Ruzlicka speel de 'liet lied tenslotte z'elf, zonder gezang in alle deel|an optalerkkaam en mét be langstelling door, en was' diep bkswogleh 'over de compositie." I Het jaa-r daarop trachtten Sdhubert's vrienden eenige zijner liedehcu in 't 'licht te geven. Goethe werd in leen nederig vleiende» brief belangstelling voor dézle uitgave gevraagd, m'et de tjede om er de opdracht van te willen aanvaarden. Op dit, schrij ven heeft die dichtervorst nooit geant woord. In muzikale aangelegenheden ver trouwde hij op 't oordeel van zijn vri|end Zeiter. en diens eenvoudige *sstrofen-be handeling van zijn liederen en balladen was hem' liever dan die rijke, levendig schilderende muziektaal van den jongen Sehubert. Langen tijd nadien, toen Schuhlerl reeds overleden was, moest de 80- jarige Goethe zijn Verkeerd inzicht van vroeger erkennen, toen de g0niale z'ange- res Wlilhelmlina SchroderD'eyrient hem Schubert's Br]köuig-tomposlitie voorzong, te Weimar. De grijze dichter werd er tot tranen toe door be.wogenhij had nooit kunnen begrijpen, dat ;een muzlikaal ge nie in staat was' 'zooveel waanbjeid van uitdrukking „aan z'ijn .ve|rzep. te gjeivein, cr, 'zoo'n geheiptóiinnige sf|em om te weven, en er zoo'n diapjen zin aan ïnjee ta daelem. „Bescheiden, g|eimioedelijk ipn nxxdt ja* loei'sch, heeft Ödhubfeït .veel kuunenj waaa'deeren in en genieten van andorcr mtuziek, zegt een schrijven. „Daarom ook kon hij enjtiek beter vjex- drageu dan Beethovfen; dat zij hetaj mate rieel benadieeleu kon, was e©n overweging dié zijn hart niet bereikte. Hij compo neerde maar wat omdat hij mbpst. Eu zoo danken wij a,an een kort leven van weinig, rijkdom in huiselijk- en maat-, schappelijk op'zlicht, een lange reeks' mu ziekwerken, dpi blijken zullen den 'tand des tijds heel lang tp kunnen weerstaali. Sehubert oomponeerdc heel snel en h«e| veel; hij heieft, gerekend, dat de schep" pingsperiode hoogstens een 'dozijn 'jaren geduurd heeft, enorm! vteel gesohxevan. Zijn levenswerk olmjvat, bplialve de 9, symp'honiieën, 15 sixijkquar letten, viele sonates' en ldavlior werkten voor I han den, een'igp opera's en waLspn, eeniga honderden liederen, zboiwel voor geWeUg- de- en mtannenkonein als vöor één stem'. „En de'z'e vorm' van zijn kunst geeft hem! volle recht op een plaats in de eere galerij dor groote toonlcunstenaars." De „Erlkönig"-cdmpositie werd ges'öhrte* ven toen Sehubert nog pas 18 'jaar oud was. I I Uit het teven van Albierl de Mun. Graaf Albert de Mun, een der schoone figuren en der grootst® redenaars1 van Frankrijk nit d'e vorj'ge en hat begin van deze e®uw, verhaalt in zijn boek, „Ma* Vocation Sociale", ho® het ontvan gen van de II. Oomimun'te opl d« militaire school van Saint-Cyr weer In eera kwam'. „To,en ik. in 1862, behoorde tot de leerlingen dier School', zloiu er nooit iemand in de kapel de IIH. Sacrantenten ontvangen hebben. Op Paasohdag was' «r te z-es uur in den ïnbrglen algemeene uit gang en de leerlingen, die reeds vóór Ze ven uur te Parijs aankwalmlen, kondem daar, 'ieder naar zijn zin, c'otalnninicteiepem waar zij w'ilden. „In 1874 liwalm' er onder den ilnvloieid van eenige oud-studenten der J|ez'ujetsn een algemlaerie herleving. Die godsdien- stiigie beweging 'w'as zbo groot, 'dat (Jp Paasehdag in de kapel, onder hal llpot- tend oog hunner twijfelzileke ta|ak!kers, hon derd drie en tachtig studienfen der krijgs school de II. Comlmuniie ontvingen. Toian zij later dan do anderen in de eetzaal kwa'mlen om te ontbijten, veerden zij ont vangen m'et gespot «n gteflulilt, miaar een der ouderen, «en der: cavalerie, stond op sn riep luide: „Wja moesten ten minste zwijgen." Aanstonds1 hielden dp spot cu het geroep op' ®n da H- .Comlmumie hadt haai' burgerrecht in Saint-Cyr herkregen. „Dit was," zlegt cle Mun, „heit "begin ecner beweging, die niet mfeer zbu stil slaan. De Paasehoamlmuniies in de stehool zelve werden zoo talrijk, dat ar mbest worden vastgesteld ieen orde Voor da H'.H. M'iisls'en en voor "de afdeelingen der stu denten, die ®r bij mbehfcen tegenwoordig Zijn. HJJI K,ON DIE IIU.UR BETALEN. Die huiu'oplialer van de woningbouwvier- eenigiing, was al vijf welden na elkaar door baas Piletersen, zonder dat hij de vexsiohule digde huur'lteuningen had ontvangen, weg gestuurd. ,»Ik betaal je niet; voordat wie een nieu we kelderdeur igekrogen hebben", ziej Pie- tei'sen i®dejr|e week. Eindelijk kwam de nienlwte ktelderdeur en toen de 'huurophalier 's Maandagls| nieuwsgierig ol" liij nu wlat binnen, zou ki'ijgen, kwam, ontvling hij al het geld "dat hij hebben moest. „Blij, dat ik het nu eindelijk gekregen heb," zei bij, zijn geldzak djchtknoopland. Tustaelien twee liaakjleis, baas, fietersen was niet lliuis, mhax ziju oudste zoon Ma- nus hielp. „Ja; mijnheer." z'ai Manus. „Maar het heeft mbeitte genoeg gekost. .W,e hebbed wat van ons meubilair er voori mpetiep veikuojjen." I „Zoo, ik dacht anders dat jullie toch al niet te ve|el meubilair hadden." „Neen. dat hebben wc ook niet, niaar vader heeft d'e niéuwe kelderdeur ver kocht", zei Manus onstehuldig- Een gevaugenisblezocker vroeg eens aan ©eau gevangenbewaarder, die hem rond leidde.: „U, mbet nogal vteel ervaring heb ben.: wat dunkt u: heersolit ondepj dieven ook een soort aelrgevoel?" I I Het antwoord luidde: „Ik geloof niet. Er 'mogen u'iizbnderjngen zijn, maal' in 't algemeen mag wiel worden nangenoliné», tlat dieven eVen sleüht zijn als andere menstheni" 1 i i HEEL EDEL". Onthoud dit goed, jongens, z'ai de onderwijzeres, hjet is zaliger te geven dan 'te ontvangen. f I J'a, juffrouw, sprak ®en van de jongens, dpi zegt mijn vader ook altijd. Hat is heel ed|el vhn hieiml, laintwoordde de juffrouw goedkeuifcnd, wat is je vader Bokser, juffrouw, Zeil de jongen. Vader: ,„Nu hoe vindt ge den nieuwen meester?" j I Koos: '„Hij weet zboi goed als ,ftfijel9j want hij vraagt alles aan onaf" i MAAR SCHIJN. 1 j Twee pensionhoudsters hadden ruzie. „Hbe het oo,k z'ij, juffrouw de Brulin,! mijn kostgangers blijven toc'h maar lan ger dan die van uwes." „Dat denkt u maar, juffrouw de jWiit. 'Ze lijken langer te blijven, omdat ze zoor veel magerder, zijn.'-' Bureaux van Reda< Telefoon Interlocal Bijkantoor Ml DDE 8RQ0TEWAARDE VAN PUBLICITEIT Onze nationa In „De R.*K. Wer ?t volgende rake .stuf „De Telegraaf" wis de te deeJen. dat de en Draadnagelenfabrie landsch noemen wij nagels") naar Antwerp plaatst. Als reden dezer inrichling werf fje met het Gemeeni Het moge waar zijr de "druppel was, die overloofen, vde hoofd zocht moeten wordei praktijken, die het hu de Nederlaridsche n le krijgen. Het „Telegraaf'-ber reedefeeling: „Indiei Haarlem verdwijhi, eenige draad- en dra Neuerlanu veruwene Wij n. ogen „Je 1 handelsorgaan, nat geweten herit, dal d' dustrio wordt afgesl? vinger tot redding even troosten. Zóó e voorstelt, is hel gelu In Biabant de toch wellicht, dat i lands een provincie etaat in de buur Reek en Donk, en befstaan nog eenige die d» eer van het baat ver buiten onz houden. Zij bestaan ger dao oen halve van plan om te vei Maar, zoo- vragen niet diep, treurig, da dagbladen van ons de hoogte blijkt te z Nederland gemaakt v in de kolommen van i over achterlijkheid bij die bescherming vrag echter .de onkunde Jomlrent onze indu'strji De afstraffing, die krijgt, <is meer dan eigenlijke sphuldigenj jkigheid waarmeie der pers, over onz el "geschreven wordt zif sche Binnenhof. Hadden regeering I Woordiging, steeds dil ken aan onze eigeif !z^j om het groote 1 schools verdienen, dal komen, dat de leiJed ongestraft enormiteiJ male industrie kunnei| min als het dan diez'elfde industrie, delspolitiek van me vlucht in liet buitel De loyaliteit der oorlogstijd altijid ten Als iedere oorlog vei l het kapitalisme, danl plicht der socialrstel ■over te stellen. Hiei l lijke theorie dat opl klaring de socialistil ïnoeten antwoorden, r keer schoon opgezet, delt bet socialisme l 1914 staking predikt! en in de oorlogsjarel tiekst, bijv. Hervé. nationale heeft, nu c heeft gemaakt, voor] schiedenis dit problil zien. Men trachtte iul op te lossen op; twel 55) Mie bij het zien a voorheen met het tel ken had, zou een trew ben waargenomen. Hl al in zijn landsdracfl voorliefde uit de fijl "was, maar zlijh mooil mats en zijn oogen '1 kregen. Het .gezelscl avond rond; hem: ver:l geringer in aantal dl stond slechts uit dril stoel van den prins I den, die acht gaven I de kamer naai den reeds lang aanl kaarsen, ynaar menl lang nan den avonl heeren had iets bijzcl te vertellen. Hij hail maakt 'op den steil trotschen le^euw en f Vreeset ijk e kaken J boord. Dat was wj aan te hooren, seerden prins. De verteller was Wik gekomen, dat

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1928 | | pagina 6