P",
EN 99
DDELBURG
Jkgra-
HEEKBANK
lL"U BIEDT?
ANK, NIJMEGEN
Tweede Blad
len aan speciale prijzen.
AZIJNEN
REDIETEN
feuilleton"
Machtiger dan de Keizer.
>CHE COURANT
oen!
5TREKt;|
Bietenspaden,
n, Victoria,
en Keuken-
>1 Bascules,
'ijk© Artikelen.
Ijzerwaren.
RG.
ic. VAN DER MINNE.
51-192-200
EED.
ING.
10% korting.
EKANTOOR
KKER,
antoor te GOES,
'sAvonda nr. 290
HTSTRAAL OP
'AD 14346-30
poonnummer 2865."
I a 99'/,
®8'/j
ZATERDAG 1 OCTOBER 1927
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Nicola Machiavelli.
VAN OVER DE GRENZEN
KERKNÏEUWS-
Voor onze vrouwen.
Voor d© Keuken
Ontspanningslectuur.
DE VAANDRIG.
In at kraaiennest. I
VtXf
rferen
LSD.
>CH o o N..V
elen aan
prijzen:
id, A. BOONMAN.
iERVE: f353.060.—
en f 100,
9783-48
148S4-32
Irden bezorgd door 't
larb.nkta Schiedam)
elen, welke
.stilet hebbes
en tijd reeds
ypotheek, enz.
00,- en 1100,-.
tellingen, alsmede bil
n.z. 17, middelburg.
:k beschikbaar.
In de laatste maanden. heelt ie aie-
zamenlijke pers van. Europa en de Ver-
eenigde Staten eindelooz© artikelen ge
wijd" aan Nicod'o MjachjavellSi, die voor 4
eeuwen terug; te Florence stierf. Cultische
onderzoekingen waren zeer schaars ver
tegenwoordigd. dithyrambische l'ofcymnen
nen des te drukker. Het eind© van ai'
deze verheerlijkingten was steeds de al'ge-
hcele rechtvaardiging van Maciriveli'i's
theorieën en methoden.
Een g'root letterkundige, ,éen buiten
gewoon stylist, ,een (gevierd staatsrad?)
ziedaar do drie punten, di.o met ta!lL
looze variaties in tijdschriften en dag
bladen zonder ophouden ontwikkeld! wer
den door journalisten van naa-m en Hai
ders van de eerste broek'.
Op een paar uitzonderingen na heeft
men met 'de grootste pijnlijkheid verme
den om te spreken van net anti-üfenl*
calisme Van Machiavelli., daar dit schijn
baar niet meer hij den tijdgeest past,
ofschoon hij een uitgesproken vijand van
do Kerk geweest is.
Als letterkundige en stylist hooft dlo
Florentijnsche staatsman ongetwijfeld groo-
te beteekenis: bondig! als Tacitus, eenvou
dig als Caesar en Welsprekend als Li vims.
Maar in zijn brieven en blijspelen over
treft 'hij vaak de vunzigheid en ongebon
denheid van Petrarca. En uit zijn boek
„Principe" en ujt vele bladzijden ziij'ner
„Discorsi" zou men geneigd zijn aan te
nemen, dat M.achlaivellii enkel en aMjeen
geschreven heeft om tyranhen te maken
en hen te laten heersóien Zonder schaam
te nf wroeging.
In zijn tijd had de Katholieke Kerk
geen heftigeren tegenstandei dan den glroo
ten Fl'orentijner. In da „Ricordi" schrijft
Machiavelli over da Kerk en haa.r gees
telijkheid het volgende:
,,1'k heb steeds verlang® r,aar den on
dergang van den Kerkel'ijiken Stiaa.t. Ik
Zou in staat zijn meer van Maarten Luther
te houden dan van mij zel'f, omdat i'k
hoop. dat zijn partij dezen onde.rgla.ng
zal voltooien of toch, ten mmste de vleu
gels zal knipp'en aan de vervloekte tyran-
nie der priesters. Drie dingen zou ik nog
graag voor mijn dood beleven: een re
publiek, Italië bevrijd van alle barbaren
en de wereld verlost van de overhear-
zching dezer schurkachtige priesters!"
Geen wonder dat de uitgever van do
„Uniita Cattolica" te Florence bij deze
drie wenschon uitriep ..Waarlijk, drie ge
loofwaardige, teékenendie uitlatingen, dio
hoekdeelen spreken!"
Om het karakterbeeld van diezen zeld-
ziimen Fl'orentijner te voPooien, jnoigu
hier nog een typeerenda trék vermeld
worden. Be wijze, waarop, Caesar Borgia
zijn tegenstanders uit den weg ruimde,
noemde Machiavelli „hot toppunt der wijs
heid". Ook stelde hij den eisda op; dat
Italië moest bestuurd worden met do ge
strengheid van den leeuw en de geslepen
heid van den vos.
Lord Macanl'v noemde Machiavelli „een
gToteske verbinding van tegenstrijdjiga
eigenschappen, van egoïsme en edelmoe
digheid van gruwzaamheid en (welwillend-
heid. van verraad en trouwe vaderlands-
•liefde." Zelden heeft de pToote Engjelséhte
geschiedschrijver zoo kort en bondig over
een karakter geoordeeld.
Frgderik de Groote was ïn zijn, oordeel1
nog veel strenger. „Machiavelli bederft die
politiek en vernielt de wetten eener ge
zonde zedeleer."
Feller zeg't van M'achiavelll's „Princi
pe": „Het is een van de verderfelijkste
hoeken, die ooit onder de menschen ge
bracht zijn."
Met volle recht heeft de H. Stoel dan
ook in 1559 alle werken van Machiavelli
op den Index geplaatst, omdat zij het ge
loof ondermijnen en de goede Zeiden en
de openbare zedelijkheid in gevaar bren
gen.
Machiavelli was een van de merkwaar-
diglsto verschijnselen uit de middeleeuwen,
dien tijd van groote misdadigers en groote
boetelingen, toen heiligen en hoidenerf
zijdo aan Zijde in, dezelfde straat woon
den, Italië zelf bie'dfc voorbeelden ter sta
ving van deze bewering te kust en te keur.
De Italianen voelen, dat Maohiavellii op
hun land den blaaimi heeft geworpen van
huichelarjj. verraad en bedrog'. Zij Zijn
op geenerl'ei wijze trotsch op hem, on
danks al zijn literaire waarde. Daarom
bleef de viering van zijn eeuwfeest ook
uitsluitend aan het buitenland voorbe-
houiden, dat de „eervolle" taak kreeg d'en
Floreritijnschen diplomaat te verheerlijken,
en de schaduwzijden van zijn karakter
te verdoezelen.
32
In een hoog en ruim, vertrek, dat bij
dag door Gothische vensters verlicht werd
:zat keizer Frederik, bij de gro-ote schou
we, bij een hoog! opvlammend vuur van
eiken Mokken, naar het scheen in djeue
gedachten verzonken. Hij. was nog in do
volle kracht van het l'even, en een buiten-
igewoon krachtig gebouwd en sohooln mian.
''och bewezen de diepe rimpels in z'ijn
'hoog voorhoofd tn enkele grijze ha,ren
in den vollen, Monden knevelbaard, dat
de stormen-des levens oo-k hein aange
vallen hadden. Hij was heel alleen, want
Y'tone was in de naaste wachtkamer, en
de schildwacht, die bij de deur stond o,mi
on ingang te bewaken en te verlichten,
was een Saraceen, die geen woord van
eenige Europeescne taal verstond. De ktei-
,er vele Saraceenen in dienst, doch
m'v 6 mensonen in dit ruwe bergk'li-
■naat hunne Oostersche kieeding: niet kon
en dragen, zoo hadden althans de man
en van de lijfwacht voor een deel de
sewone kleeding der Duitsohe soldaten
an. Le keizer was, we weten: dit reeds',
Een feest in And al u si e.
Den 18den September bezoc' ten wc
■een volksfeest in Oüvenza, een kleine
plaats in de provincie, Badajoz, aic' t hij
de Portugeesche grens. De stad is feest©
■lijk versierd met vaandels eh auirlanlers.
In het midden der stad staat een uilt
planken opgebouwd podium voor het or
kest. Rondom het plein staan talrijke
kramen met waardelooze prullen, welk©
•do Spanjaarden van 'net vlakke iana ech
ter veel koopen; ook vindt men er de
onmisbare roulette (voor alle soorten
■loterijen geeft de Andalusiër meer nog
als de Spanjaarden van ae Noordelijke
Provinciën zijn laatste cent).
Na oenige straten door geloopen te
hebben, komen we in het centrum der
stad. De café's zijn overvol -met land
lieden, die in de meest opgewonden stem
ming' het eene glas na het andore, de
eene flesch na de andere lee:'Hinken.
We zien een verkoop plaats voor to.eghngs
kaarten voor een stierengevecht, wij koo
pen ook een kaart om eenmaal deze
dierenmishandeling1 te z-ien, teneinde er
iets over te kunnen schrijven. Slaan we
het publiek eens gade dan zjen we, dat
niet alleen welgestelde lui, jonge meisjes
met prachtige rnantilles en sluiers, maar
ook de armsten der armen present zijn,
met gescheurde kleeren, zonder schoe
nen, hun laatste cent hebben ze gegeven,
om dit schouwspel bij: te wonen. Br zijn
duizenden menschen, er heersc'it een
vroolijke feeststemming.
De muziek begint en weldra ziet men
de matadoors met hun ciuaarillen, be
staande uit drie banderillero s en drie
picadoors te paard. Aan het hoofd gaat
een ruiter die van den voot-'itfcr -den sleu
tel' ontving van 't holk, waarin de stieren
tijdelijk zijn ondergebracht. Met stormt
achlige toejuichingen worden de bevech-
ters ontvangen, eenmaal gaan z'e do arena
rond ter begroeting van de toeschouwers
en als de deur zich achter den laatsten
bevechter sluit stormt de eerste stier
de arena in een machtig beest met een
geweldig grooten nek. Voor een oogen-
blik is hij als het ware verblind door
den plotselingen overgang van don aon-
kren stal naar het helle daglic.il maar
nauwelijks ontdekt rij' het eerste roode
doek of hij stormt er op tos. De bande-
rillo moet zich met een sprong over het
barrier redden. Reeds ziet de stier een
nieuwe vijand die hem, handig onder zijn
armen laat doorglippen. Nu. kent de ma-
tadoor ongeveer de houding van zijn
tegenstander en ontvangt hem van ziin
kant met eenige sierlijke bewegingen wel
ke een gTooten bijval oogsten. Nu is de
beurt aan de picadoors. Een trompet
geschal is het teeken en mien leidt de
geblinddoekte paarden binnen. Het zijn
afgematte oude paarden wel'k© het gc-
heele leven gewerkt hebben, en nu op
oen zoo'n gruwelijke wijze lot vermaak
van de toeschouwers gedood worden. De
picadoor heeft een lange lans met sterke
ijzeTen punten. De stier wordt Legen het
paard opgehitst en boord zijn 'krachtige
horens in het liciaamt van het weerïooz©
dier. Hier is het de kunst van den piica-
door te paard te blijven en zoo moge
lijk door lanssteken den sier van zj h aï te
houden. Meestal echter worlt de berij
der toch op den grond "eworpon, vlugl
.komen de helpers hem bijstaan, zelf kan
hij niet opstaan, daar de beenen met
zware ijzeren banden gepantserd zlijn ter
beschutting' teaen de horens van den stier
Is het paard nog niet dood, dan wordt
de wond gebrekkig 'verbonden, dikwijl
slechts met een bas stroo gedicht, en
dan gaat het weer verder! Het paa.rlen.-
materiaal is zeer kostbaar en dikwijls
worden per dag minstens 15 paarden ge
dood. Wij zagen een p.aaTd dat nog twee-
maat de arena rondging, terwijl de in
gewanden over den grond sfeep-len. Vaak
bijten de arme dieren in hun doodstrijd
zoo vast in den. nek! van den stier, dat 'zij,
nauwelijks verwijderd kunnen worden.
Eerst wanneer hun krachten verlammen
laten zij los. Wij zagen hoe een bijzonder
sterke stier een paard op de norens door
de geheele arena droeg.
Zulk een stierengevecht zal geen enkel!r>
buitenlander kunnen bevredigen. Het is
oen uilgesproken dierenmishandeling. Ter
wijl anders kunst en moed een rol spelen,
is dit slechts ruw geweld met een wreed
heid. welke eigenlijk niet in onzen tijdl
past.
Nu is de beurt aan de banderillero's,
die het dier vier paar oijien met weer
haken in den nek schieten. Het dier wordt
steeds woedender, maar langzamer,ïaiid!
verminderen zijne krachten en doet zich
het bloedverlies gevoelen. Nu komt het
.zwaar verkouden en zat nu, als een oud
man in het vu;ur te staren. De heele uit
drukking' van zijn gelaat toonde evenwel
ook aan. dat hij treurig gestemd 'wa,s.
Het kon niemand verwonderen dat hij
zoo treurig' was. want dien dag had zijn
oudste zoon, zijn lieveling, Koning Hen
drik', afscheid van hem! genomen om in
Italië, voor levenslang, binnen een kas
teel opgesloten te worden. Verdriet heb
ben is echter geen reden om ook boos
te zjjn. en ieder, die wat te zieg'gen of
te vragen hoeft, af te snauwen. Een Page
van de keizerin, die hem: was komen
vragen, wanneer de keizer aan het avond
maal kwam, had hij toegebeten: „Zeg
aan mijne gemalin, dat, ik' kom, wanneer
het mii behaagt, of wegblijf wanneer mij
dat lust." Peter van Vinea, zijn beste
yriend en de grootste staatsman van zijn
tijd,, die hem den raad gegeven had om
met de Lombardische steden een eer
vol verdrag te sluiten, was weggezonden
geworden mei een, ruw: „Ga! Zulk een
raad kun aileen een lafaard mij geven 1
Ikl zal die oproerlingen van de aarde
verdelgen, hunne steden pint branden en
hot heele land in een woestenij doem
vork'eeren!"
Meer dan een uur lang bleef de keizeï
werk van den matadoor! Met een doek,
waaronder de deg'en is verborgen vraagt
hij eerst den voorzitter verlof dien stier
'te mogen dooden. Dan gaat hij M zlijlri
tegenstander af en onder het gejubel der
toeschouwers laat hij heim onder het dioek
doorloopcn. rechts-, links-, staande knie
lend, maakt draaiingen en kunstige zwen
kingen. Nu ,is het oogenblik gekomen,
dat hij hem den doodsteek toebrengt. Hij
moet hem op een bepaalden plaats in
den nek treffen, 't geluk is gunstig, die
dogen zit er tot op de helft in, de stj'eij
wankelt nog even en valt da.n als een
boom neer. N;ct altijdl treft d'e Sitier-
vech-ter ineens goed oh moet' hij som®
steek op steek toebrengen onder grooit
gejoel der opgewonden menigte, die htem
nu toejubclt, maar hem een volgend keer
beschimpt. Eens werd een stierenvechter-
de e'ehoo'.e arena door vervolgd en toen
hij zidh over de barrier wilde redden,
viel hij zoo ongelukkig, da,t hiij een arm!
brak. Na het einde v,an den strijd gaat
het volk bevredigd naar huis, of verdeelt
het zich in veTsc.iillendo café's en verzla-
melt zich 's avonds wederoml bij concert
en Andalusischo volksdansen.
Op hetzelfde terrein, waar 's middags
do bloedige ijselij'ko volksvermaken plaat»
hebben, haalt 'savonds-de circus-clown
onder een he'deren nachthemel zijn dwakle
grappen uit.
Op den lTdcn Zondag na PMïsterfn,
Enistel' van den tl. Paulns tot de E.c- lézen.
IV. 1—6
Broeders 1 ik bid u, ik gebied u in den
Heer, dat gij waardig- het beroep' bewan
delt, tot hetwelk gij geroepen zii't; ver
draagt elkander in liefde, met alle ootmoe
digheid, zach'tmoedieheid en i'aiifrmoediig-
heid. Tracht de eenheid des e'eestes door
den band van vreie te bewaren, één
lichaam' en één gees't, gelijk gii tot een©
hoop van uwen roep geroeepn zgj. Ljaar
is éen Heer, éen geloot, een doop,
één God, den Vader van allen, die boven
allen, door allen en in ons allien is; die
gezegend is in de eeuwigheid d!er eeuwig
heden. Amen.
Evangelie, Mattheus. XXII. 35 46.
In dien tijde kwamen de Farizeëi's bij
Jezus, en een van hen, zijnde een leeraar
der wet, ondervroeg Hem; om Hem t©
toetsen: Meester! welk is het grootste
gebod in de wet? Jezus zeiae hem: gij
yul't (d;en Heer uwen God beminnen, uit
geheel uw hart, uit geheel uwe ziel, uit ge
heel uw verstand. Dit is het grootste en
liet eerste gebod. En bet tweede, aan dit
gelijk, is: gij Zult uwen naaste beminnen
gelijk u zei ven. Van deze twee geboden
hangt de geheeïe wet en de Profeten. En
toen de Farizeiirs kijeen waren, onder
vroeg Jezus-hen, en zeide: wat dunkt u
van den Christus, wiens zoon Hij is? Zii
antwoordden Hem: do zoon van David.
Hij zeide hun, hoe noemt David Hem in
den Geest dan Heer, zeggende: de Heer
heeft tot m'ijnen Heer gezegd: zit aan
mijne rechterhand, tot dat ik uwe vijanden
stel' tot eene voetbank' uwer voeten. In
dien David Hem dan Heer noemt, hoe
is Hij zijn zoon? En niemand xon hem
oen woord antwoorden, noch heeft iemand
Hem van dien dag af meer durven onder
vragen.
LAVENDEL,
Wij lezen in een Engelsch blad. dat
er van het jaar overvloedig veel laven
del is. Men weet het: de Engelschen ver
werken de sachets met lavendel in velerlei
sierlijke vormen, om er haar kleer- en lin
nenkast van te voorzien. Het schijnt, dat
men thans zelfs de poppetjes, die dienen
als mascolte in de auto's, met la-ViodeJ
vult.
Bij ons is de toepassing van lavendel
als middel tegen motten veel' minder alge
meen dan in Enigeland. Mén kweekt ook'
veel minder lavendel in eigen tuin. Jam
'mier! Onze overgrootouders wisten wel
lavendelgeur te waardeeren en wij heb
ben lavendel als parfum! zelfs geruimen
tijd gaarne toegepast, totd'att de molci'o
weer de voorkeur schonk aan een anderen
geur dan het frissche, bescheiden reukt
water, dat beter bi] hot type van de Hol-
landsche vrouw past dan de meer brutale,
opdringerige bloemenextracten. Als müd'-
del tegen motten in huiskamer of kleer
kast is lavendel echter verte te verkiezlen
boven de duffe naphtaline, die aan bet
begin van den winter een gehecle tram1 be
nauwd kan maken als een enkele dalm'e
haar mof of bont voor het eerst weer
zoo zitten, doch toen hief hij; ziicih öpi,
floot, en vroeg aan Ottone, die terstond
binnentrad: „Ik hoorde u zoo even spre
ken. Wie was daar?"
„Men zeide mij; heer keizer, dat jonker
Eitel van Neuenburg, -de page der keize
rin, gekomen is, en, u een brief van zijn
'vader wil overhandigen."
„Doe dien knaap hier komen," beval- de
keizer en bleef in, bet vuur staren, zelfs
.toen Eitel reeds binnen -de hal getreden
was. j
„(Jonker Eitel van Neuenberg!!" (riepi
Ottone, die Eitel binnenliet, docfi zelf in
de wachtkamer bleef.
Langizaaim hief de keizer het hoofd op.
Het kostte hem moeite onn, na zoo lang
in de vlam gestaard, te hebben, personen-
en voorwerpen aan het einde der ziaal te
onderscheiden. Maar de deurwachter, die
dit scheen te begrijpen, liet het volle
licht op den joi^ker vallen.
Iets wilds,-iets tijgerachtigs kwia-mi over
het gelaat van den, keizer, en gedurende
oenige oogcnblikken staarde hij Eitel' zoo
aan. Mot de handen op de leuning! hief
hij zich in z'ij'ra zetel o-p-, sprong toon op
en riep, bijna brullend ,uit: „Wiet zijt
gij? Spreek' op!"
„Heer keizer," antwoordde knaapi ver
draagt. Wie zelf zijn bont bewaard, spate
zijn medcmenschen. Hot is mogelijiki, dat
naphtaline mieer afdoend is, maai' met
goede zorg voldoende luchten van het
goed, het wikkelen in courantenpapier en
dergelijke maatregelen kan, men eveneens
waken teg'en do ongewenschta gaatjes en
dan kan lavendel', waarvoor molton toch
op de vlucht gaan, het overige doen, als
men de pakjes maar ververscht, wanneer
de geur verzwakt. En men spaart d'e reuk
zenuwen van zijn medomenschon en 'kal
meert wellicht hun zenuwen, want er ligt
in den sour van lavéndel een suggestie
van rust, van de rust uit den tijd, waarin
ons uit de degelijk voorziene linnenkasten
een eeur van lavendel tegemoet kwam,
FRUIT 0.1' TAFEL.
Er wordt in ons land nog' veel te weinig
versch. fruit gegeten, al worden dan ook
enorme hoeveelheden sinaasappelen en
bananen ingevoerd. Dat is d'uhboi jam
mer, omdat ons land' zeer groote moe veel
heden prachtig fruit voortbrengt. Dc adn-
plant va.n fruitboomgaarden néémt nog
steeds'; toe en voortdurend wordt aan de
ciultuur meer Zorg! besteed. F-uit moet
geen luxe-artikel zijn, maar geregeld door
iederen gezonden mienscii gebruikt wor
den. Vooral do kinderen moeien nail het
geregeld eten van. fruit] gewend worden
(tong geleerd is oud gedaan. Natuurlijk
zijn er menschen. die niet veel' fruit eten
en er zijn en z'elfs, die het. in hel] geheel
niet kunnen verdragen, maar over het
algemeen doet het fruit niemand kwa-ai;
integendeel den moesten monschain moet
het eten van meer ooft aanbevolen wor
den. Doéli ,het te gebruiken fruit moet
rijp en onbedorven zijn. Het laatste moet
van alle toenséheKjtó voedsel gezegd wor
den. Maar er wordt toc'h nogal eens fruit
geconsumeerd, dat op het kantje a,f is.
vooral in tijiden van g.roote productie, als
de handelaren niet spoedig' genoeg alles,
wat z'ij ingekocht hebben, konden kwijt
raken. En da.n alle fruit moet vóór het
gebruik afgowasschen on. afgeveégd wor
den, als het zich, tot het laatste leent ep
anders late men, het na h,et waaschcn op
een vergiet uitlekken.
TTamhalIctjos.
300 gr. ham', 500 gr. gekoök'to aard
appelen, 100 gr. oud .bfloo!;!, 1 oüT 2' diereii,
peper, nootlm'ustóiat, 'frituurvet. ,Beriei|dmg
De |ha)m 'fijn bakken en verm'engenj im|et dp
fijn gemalen koude aardappelen. Het brood
weeben in de eieren en wat mélD, peper
en noottnuscaat toevoegen en dit verMelnl-
gen naet de aardappelen en ham) tot irten
een samenhangend geheel hae® "Verlcregeml.
Hiervan ronde baRetjes vórmten, d'ezedoor
losgeklopt ei ien paneerlm'eal hajllen en ze
in good wsrm' frituurvet vlug licht bruin
bakk'en. Ze presenteeren miet 'mlae'aroni etn
fiij-n gehakte peterselie.
Vriicliten-frême.
2 sinaasappelen,', 3 pislangs, paar stukjels
ananas, perzik, k'ersen en- laandbeieinl au
jus uit- de inlegflielsch1, stuikcr naar sm|aoih„
1/2 L- water, 250 gr. suiker, 3 eetlepels' sher
ry of' m|adera, 2 d.L; slagrooln'. Bereiiding:
De vruchteu, zoo- noadig, iu schïjtflje® of
stukjes verdeden. Met elkaar verlmtengen;
ze 'dik bestrooien tnfet 'gui'kbr en een uurtje
lofen staan. De suiker iluet h^t waiter Ho-
ken tot een dik stroop jé en het - öchuilmi
verwijderen. Het stroopje koud laten wor
den en er dan wijfu of iets kleurstof door
mengen. Kleine kristallen sdhaaHltjesi of
platte glaasjes met de vruchten vulllfen 'en
'hierop iets van die stroop gieten. H|eit ge*
heel bedekken met wat slagroom; en ver
sieren m-et eeu geconflijfc keirsje.
Het regiment stond in slagorde op een
helling van den spoorweg ,en diende het
geheele Pruisische leger 'tot mikpunt. Men
füsileexde elkaar op 'n afstand van vier
en twintig ffitetOT. Officieren riflpen„Lig
gen", maar flieimanid wild© 'gehoorzamen
en het fiere regiment bleef staan, om Zij'n
vaandelgeschaard. Op d'e uitgestrekte;
door de onderguai'dle- zon beschenen vlak
te gejeek deze m;eiiigte mannen, in dikken
rook gehuld, -eeu kudde, in het open vehj|
door een geweldig onweer veTUast.
Er viel een regen van kogels op die
helling. Men hoorde niets dan heit geknet
ter van het gew'eervuur, het doffe geraas,
wlaarlmiede do eetketeltjes in de sloot rol
den en de kogels, die trildfen- over het
slagveld al® de gespannen snaren yan 'n
akelig en iuidkllinbeutl nistriupi-ent. Van
schrikt, „ik ben Eitel, de jongste zoo-u van
uw neef hertog Albrecht van Neuen
berg. Ik kom u bij de vriendelijke groeten
mijner .ouders, een brief van mijn vader
breng'enl"
Na dit gezegd te hebben haalde Eitel
den brjef te voorschijn en wilde naar den
keizer gaan.
..Wegl Weg, knaapjl Gij ziin. do zoon
van mijn. grootsten vjjandl Weg]! W<*g
van hierl"
Doodeljjk ontsteld over ziul'k een ont
vangst, ging da knaap do hal uit, doch
vond iu het andere vertrek Peter van
Vinea, die Eitel bij de hand greep- en tot
hem zeide„Trok u die slechte ontvangst
niet aan, Jonker 1 Morgen z'al de keizier u
heel anders ontvangen. Hij heeft mij', den
kanselier, die hom jaren trouw diende,
voor „lafaard" gescholden en bijna do
hal uitgejaagd. De keizer is buiten zich-
zelven van verdriet o-mi zijn zoon, kbninrt
Hendrik, en hij weet niet, wat hij doet.
Heb geduld Jonker! Peter van Vinea zal
u beschermen."
Door deze vriendelijke woorden wat tot
bedaren gebracht, verwijderde Eitel' zich
niet den kanselier.
Met driftige schreden liep inmiddels do
keizer do hal op| en neer, telkens mom-
IIMIIIM
'n Amerikaanscih sproiofcje.
Voor enkele jaren werkten er in een
fabriek te New-York, twee ODgeschoten.
jongens, die uit naijver een diepen wrok;
tegen elkaar opgevat nadden. Twistziek',
en vechtlustig' van aard als heiden wa
ren, leidde die gemeenschappelijk© afkeer
voortdurend tot hevige ruzies. Bl'eef het
eerst hij woorden: weldra gingen zij; tot
handtastelijkheden over.
In de werkplaats konden zo elkaar
niét bereiken, maar eenmaal buiten de
poort, vlogen zij elkaar bijna rlagolij|ks in
de haren. De politie moest cr vaat aan
te pas komen ea daar die -hot eindelijk
moe werd, sloeg za er m-et den suimlmi-
sfok flink op los en stoot ten leste de
kemphanen voor eenige uren, in 't cac'bot
|D-e p'olitie-rechter deelde 'n geldboete uiiit
en dreigde met strenge straffen hij her
haling' van de kloppartijen. „Ze moesten
zich als redelijke menschen schamen"
zei die, „voor dia onbeschofte ruwheid."
Do zondaars bogen rouwmoedig het
'hoofd doch niet zoodra keerden zé in
eigen omgeving, terug, of 't lieve, leven
beg'on weer.
Weer trad de politie op; weer gingen,
ze in 't caohof en de rechter liet z© voor
veertien dagen „den bak indraaien."
1 'n Oude werxman, met nun lol be-
w-og'cn, gaf hun, eindelijk] 'n goeden raad.
,,'t Gaat van kwaad tot erger met juilic".
sprak hij ernstig, verander van tactiek,
of de gevangenis wordt jullie blijvend
pension! 't Vechten met elkaar, laten, zal
waarschijnlijk 'n te zwaar olfer zlijn en
daarom is do ;eenigste ojpossing, dat
jullie bcideu boiksl'cs gaan halen bij eon
meester en oefent teg'en elkaar.
Aldus geschiedde en nooit waren er
in de Vereen,igde Statein amateur-boksers
géweest, die er zoo op- l'os timmerden
als de twee aartsvijanden; nooit waren
er ook amateur-boksers geweest, die zulke
snelle vorderingen maakten in do boks-
sport dan zij. Het medemensch-mi.s,han
delen werd hun bovendien zoo ljef, d'at zij
zich ook in razernij teg'en de overig©
beoefenaars in de vuislvechtenji Keerden,-
neuzen in- en tanden uitsloegen, zoodat
zij in minder dan geen tijd kampioen en
schatrijk werden.
De afgiunst onderling] bleef echter en
zoo treden ze minstens tweemaal 'sjaars
in den ring om) éllkaar officieel af te
ranselen. 1
Dat zijn d o dagen in Amen,Ka-
Duizenden verdringien zich om1 h'efc
strijdperk en de politie heeft nu. honder
den voorzorgen genomen, otxi do knorik-
portij ongestoord voort te laten g|aan.
De politje-rechtcr acht hét z'iclh een,
eer, al's hij na afloop, de handen mlag
drukken van de nationale helden jein in-
plaats van de gevangenispoort, gaat nu
de deur van het Witte Huis te Washing*-
ton voor hen o,pen; worden zij' miet hoof-
sche manieren ontvangen door den presi
dent, die schreit van. ontroering, al's hij
in zijn speech de talenten,, zijner giastem
roemt en dank prevelt voor de eer van,
'hun bezoek.
UITKIJK.
tijld tot tijid verdween het vaaridfeE he
vea de hoofden uitstak, ia dein roolf, dlan
klonk een ernstige en 'figre steanl boven
het gekerm d^r gewondèn uit: „Hotvaan
del, jongens, hert vaandel...." OnimidkUdltgk
wierp zic'h eeai officier in den rondga
d!a(mj> en het vaaud© Iwappierde, ais her-,
lleéfld, opnieuw boven -het veld'.
Twee en twintiggnfaa Ivielheti- ®w©0
em twintigmaal werd rijJa nog lauwe Stok
ontglipt aan de hand van een stetrvendla
gegrepen, weier oimhoog 'gestoken, en toem,
'bij het ondergaan van 'de zomi, wat erl nog
over was van het regiimfent nauwelijiks
een handvol mhn9chapp»n langzaam)
den aiftoelht blies, wajs het vaandel nieé
pieer dan een doorschoten lap in d'e ham
den van sergeant Hörnus, den drie elf
twintigsten vaandxjg van dien dag,
II.
Die sergeant Hornus wast een ou|de snor-,
nebaard met drie strapen, die nauwelijks
zij'n naaan wist te sjpellen en twintig jaar
noodig 'had ^had om' zijh on^ei-oFficiers'-:
strepen te halen. Zijh laag, bol voorhoofd;
zijn rug gebogen onder den ransel drukte
al de ellenidë van den vondeling uit. Daar
bij' stotterde hij een béetje, aniaar um1 vaan
drig te Zij'n behoeft men niet Welsprekend
ta wezen. Op den avond na d©n slag zei idfe
kolonel tot hein: „Je Ihébt biet vaandel
kerel; welaan behoud het". En op zijh ar-
möiadige kapot jas naaide de m&ijklcitenster
duidelijk de gouidbn tweedei iijuitenantsbies.
pelend: „Hij was hetl Hij, de-knaap' uit
mijn droom!"
Opeens stond bij stil en z'eide„Ottone,
uwe broeders moeten hiér k;omienl"
Re dienaar verwijderde zich' en nu,
haalde de keizer uit een kist, die hem1 op
al zijne reizen vergezelde, een metalen
doos voor den dag en zette ze op een-
tafel.
„Verwijder u, Ottonnel" sprak de kei
zer, en toen deze in het andere ve'rtrék
verdwenen was, opende de keizer flie doos,
haalde er een verschrompeld ding uit ©n
vroeg; aan de twee: „Kent gii dit'?"
„Ja, heer! Het is een hart' Wij weten
.wal het isI" zeide Guido.
„Gij hebt mij bedrogen, schelmen," sis
te de keizer. „Gij hebt dal kind niet gé-
dood. De Pago Eitel van Neuenburg is
die knaap! Liegt niet! Ik' weet, dat hij
het is!"
„Heer keizer," sprak nu, Lufej, „wij
hebben het kind niet kunnen (loeten.
Gods Engel keek hem} uit de oogen. Wij
hebben eene ree .gedood' on licit hart
van dat. diertje, is dit'hart. Doe met ons,
wat gij wilt! Wij danken God, ttat net
kind behouden bleef. Wij kunnen nu, zon,
der vrees sterven!"
(Whrdt vervolgd.)