!K^nrn ftynfixx/idt's zenwwiaöSsüen Loop der treinen op de Zeeuwsche lijn met voornaamste aansluitingen. (Zomerdienst 1927) 1 ZATERDAG 11 JUNI 1927 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Ontspanningslectuur. Het adelijke vuurscherm. onze damrubriek "gemengd "nIeuws n XXII Moekim», Teukoo Pangliina. Polêiu. WéAbMk>endc name® uit <le gesclhiciifdlutóvaH den Atjehoorlog. Gedurende zij®; gouver neurschap van Aljeh (leed hij ziöh' niet alleien kenïuen als een uitnemend mildtaidri, maar ook als eem uiitnemémd bestuurder. Inmiddels Was liij in '98 'beyorldterd tot generaal-majoor en imi 1900 tot luitenant)- generaal. Ook het „virtus nóbiliitatti''ivle!r- wierf hij in zijn Atjeheche periode. Kort daarna had .hij de zeldzame ondjexstlaei-. ding gekregen van. de .benoeming,totcfom1' mandeur der M.Wi.O. en enkele jaren later verkreeg hij de hoogst militaire onder' scheiding, het Grootkruis der M. W:. O. Deze schitterende militaira loo.plbaan.lipd .Van Heutsz achter den rug, toeni hij in 1904 (werd benoemd tort) gouvernmu'-getó raali Yan Ned.-lndië als opyplgeij vara gou verneur-generaal Roosebootm. Als land' voogd heeft hij in tal vjan andere gebie den. der buitanwestemi eveneens het Né- derlandech gezag gevestigd en be vestig jj. Hij heeft daanbij ruimschoots gebruik gc« maakt van zijn kennis van personen, in Atjeh verwbrven, en vele officieren, in zijn school gevormd, heeft hij op, expe ditie gezonden Waar een dar talrijke! stro ken van denl archipel, Waar het nooidig Was ons gezag te doen gelden- Tjoif (de genen, die in Atjeh tot Van Heutsz' ver trouwden behoorden, werd (de latere an|i- nister) Colijn door hem wel het meest gewaardeerd omi diens inzicht in bestuurs zaken. Majoor Cülijn heeft, als reg|Bermgs- commissari® belangrijk padifiaatietwlexk ge daan in kort tevorelü onderworpen gebiev den en is .Vain Heutsz1 ook anderszins vaak een raadsman geweest. Nog meer onderscheidingen zouden van Heutsz ten deel vallen. Twee jaar voor zijn aftreden als goiuverneuivgeaeraal weojdl hij tot commandeur in de orde van (den Ned. Leeuw benoemd en bij zijn aftraden verwierf hij het Grootkruis. Kort na zijn optreden hadi hij van den Duitscnen kei zer reeds het Grootkruis van d.en Rooden Adelaar ontvangen. Ook is hij, gedurende zijn Atjehsche periode, benoemd tot ad judant in buitengewonen dienst van HM, de Koningin, Na ommekomst van zijn landvoogdij, heeft generaal van Heutsz. (izooals Lc- var. der steeds werd genoemJiC zich eerst te Amsterdam gevestigd;, daarna te Buss urn. Hij is zelden meer in het openbaar opge treden. Alleen heeft Mij nog in gesonrtfit! deelgenomen aan den strijd inzake niet In dische defensie. Lie laatst© jaren van jzijnij leven is hii sukkelend geweest.. Ü.adeit November '22 woonde hij in Zwitserland Te M'ontreux is hij. in Juli '24 overleden en in het naburige Harens vooriocVpigl ter aarde besteld, vanwaar zijn stoffelijk; .overschot, nu, dus bijna drie ;aar na izijiri verscheiden naar Nederland is over ge bracht. Op den eersten Zondag na I'iaksterWi. Epistel I van den H. Joapmies. 1 IV. 8—21. .AJilelRliéf'sten 1 God is liefde. De liefde van God tot ons heeft ziuh hierin vpir;- toond, dat Hij zijnen eeuig giéborcnjeW Zoon in de wereld heeft gezonden, opdat wij dobr llf.m zouden leven. Hierin be staat de liefde niet, dat wij God bemiiad hebben, maar da.t Hij ons eWst bemind en, zijnen Zoon tpr verzoening vpor onze zonden gezonden ihóeft. Allerliefstenin« üien God ons dus heeft bemind, zoo moe ten wij elkander ook beminnen. Niejmjajnd' he©frt, God ooit gezien. Indien wij elkanj- d«r beminnen, blijft God in, ons, en zijne, liefde is in ons vo.lmaa.kt. Hbrult wijten Iwïj, dit wij in Hem blijven, en Hij in ons, dat Hij ons van zijnen Geest hiaelfb mjejdegedieel'd. Wij hebben gezien en ge tuigen, dat de Vader zijnen Zoom beefib geonden, als den Zaligmaker (der wlereld. gezóndön, als den Zaligmaker der wierel'L in J%irt Wijlt God, en hij in God. jWTj hfliben ook erkend en gelooid de lieflde van God tot ons. God is liefde, en dia 'in, de liefde blijft, blijft in God, en God in hem. Hierin be&taat de volmaaktheid de)' 1 iéfde van Godl tot ons, dat 'wij vjer- trouw^n hebben in dem dag des oordeels; want gclijk Hij is, dus zijn wij in, deze Wereld. In de wereld is geene vrees; maar de volmaakte liefde drijft de grees uit; '.want de vrees heeft straf op het oog. En die vreest, is niet vplmaalbt in de liefde. Laat ons God d^rhialve beminnfln,, omldat Hij ons eerst heeft Ha emind. Indieinl iemand zegt, dat 'blij God bemint, en ^ijaojnj broe der haat, die. is een leugenaar; indiiénf hij zijnm broeder, wielken Mj ziet, niet be mint, liloe kan hij' God bominrnjeii, wjplkfefol hij niet ziet? Ook hebben wij dit gieibbd van God, dat die. God bemint, zijnau broeder ook moet betminnen. Evangelie, Ludas VI 3G42. In dien tijde zeidia Jezus tot zijne leer lingen: Wjeest ba.im(h'artig, gelijk uW Va der barmhartig is. Oordeelt niet, en gij Zult niet geoordeeld Worldón: veroondfcM(lrtj niet, en gij zult niiet vwoordedd Wor'dieta.. Vdrgeeft, ion u zal vergeven Wbrdfe®. Gééft, e» u 'zal gegeven Wordenmeni zal eene goede, en opgehoopte, en geschudide' en overloopendiei maa.t in uWenl sdhtoot sitor,- ten. Want met die mha.t, daar gij mielde meten zuR, Zal mten u wnderoim' nfdfcen. Hij Zeidie ihlun dan «pn© gelijkéniskan Wel de epDie blinde den anjdere leiden vallen Zij ni^t beiden in eenien kuil De leeirling is niet boven zijneta! mieester, mhar een ieder is volmaakt, als Mj' is gelijk zijn' mgester Maar Wat ziet gij dem 'Splinter in lhet oog uws 'broeders, i«n bemerkt den ibalk niet die in u'W eigien oog is? oflhoa kunt gij tót'uwten broedeir zeggen: broe der, laait mjj den splinter uit ,uwi oog njé- men, daalr gij den balk in uW .eigieln! pog niet ziet Schijnheiligeliclhit eerst don balk uit uw eigen, oog, en dan moogf) gij zien, om den splint^ uit hot oog vara ,uW broeder te ligtun- i kalmeeren U en houden Uw geest helder. Buisje 75ct.Bij Apoth. en Drogisten Ze klémde de tahd'ea stijf opeen era wrong de napvous-beaeiglijke, rozige han den samen- Haar neusvleugels: trildelDi en zij sloeg de oogen neer om' to betertHefav dat de taan, dia tegenover haar zat, zou bemerken, hbeveel moeite zij had om niet uit te barsten van over kropte wbefdta- - Diep-gekrenkt als ze. Wais door wa.t hij daar gezegd had.En de jloraipboutigo man, die ibehiagelijk in het versleten, 'fateuil tje achterover leunde, bleef maar kijken, met dat hinderlijke schampgr-s'pc^temS^ trekje op z'n geziout. Z'n oogen dwbalden, met miniadhlten1!! laksdhe loomheid, door de kamer. Tuurde even naar schilderijtje» aan don ivlanldl... Naar de snuisterijen op lhet penapjtf-taifeiltje. Naar de poppetjes op den. sehbopgtee.'nm'an- tel Naar een vuurscherm miet geborduurd achter gebarsten ruitje.Borduursel,, voorstellend een familiewapen, met gevje- derden helm Toen hij naar da.t scherm keek werd de grijnslach nog iets inte|n3er. Hij haalde de, wenkbrauwen op en knik te zoo yan :tjonge-tjonge, da.'s iniet mis, hour. Zij zag bet. wel en kon zich Ibijnal niet inecr inhouden.Maar de man in het ver sleten lauteuillje had haar in zijn macht heelemaal. Hij keek nu van het vjiurseherm na.a.r de dame, vice-versa. Zonder iet» te zeggen, aal oen maar glimlachend en hoofdsehiidi- van: Da's niét mis, da's fijn spulletje.., Geen spier .bewoog zichl op haar strak, bleek gelaat. „Nog van adel?" vroeg hij en schoof den hioed dien hij vergeten had af te zetten, een tikje, naar aclhteiren schoof zich' nog vad sig,beha gclijk op zijn stoel.Leunde 't kjooitt achteruit «n bleef haar zóó aamkij- ken, me,t matelooze minaidhfting yam geldkerel, voor Jwïen alleen „oenteiu" iemand in de w'ereld! waarde geven. „Neen", zei xde dame, ,Wo zijn niet va® adel, mieneer Dirksen. Maar mijn vader za liger had Wel een familiewapen, begrijpt u Anders niet." ,;0óól" replicteeTde (hij, „dus eigenlijk zoo-vee lals kouWo bluf h'è?..." En hij grinnikte met vetlagen Huk, daarna schud dend met zekepe vproratlwlanjidiiging, van: toch niet fijn: zoo'n verlakkerij. Zij: verduurde, dé foltering met heroieke giilateiiheidgcWend als zij. reeds alng Was aan alle vernederingeaii, die armoe o,pieg]t. In de gaten (had hij' '(.mtusseh'enl Wel, dat ziy zidl» met giefwleld moest beheer- seh'en. En het besef va.n diemi Zw'ijgjen'dcn trots prikkelde de huisbaas. Hij Iw'erd plotseling ernstig. Nijdig en stroéfl-eirnstig. De vettige spotlach! V|0rdWeen. Met z'n harde, dikke vingers trommelde hij op de. 1 euning va.n het fauteuiltje, Art. telkens kreunde en kraakte onder toet- ge- wiioht r-a.n z'n corpus. „Afijn!" zei hij, ,ik w'cet er nou alles Dat rommeltje hier is bij elkaar geen tfwiin tig gulden waard. Een afgebrande boet. Ik vind 't flessrihcntrokkerpWerk om er een mimseli zóó to laten invliegen,', .Ztcje. l)a.'s eagenlijlk net precies als met die ticrar lantijnljes op dat vuurs'clherjn. Hij genoot van 'thanr krenkdm ep vpr- nederen. De aderen op z'n, voofkoofdl wa ren gezwollenin z'n oogen vonkte fcelsche lust om te folteren.Al Wa.t er in den bruut leefde van hiaat tegen de hoog heid van meerderen in ontwikkeling, aan zuchit om de macht van z'n dentenl te laten voelen 'tkWam nu los. Haar Wlas 't of de keel d'r Wefd! .dichtge schroefd met ijlzéron knejep. .Maar in dc Worsteling om' hiemJ niet te laten Zien, dat zij Smoest uitbarsten, irai gloeiende tranen, valnl bloedig-gelhiooinidWd trots, overlwbn zij1, toch..Uiterlijk verduurde zij: kalm zijn schimptaal. jEn hij, huisbaas, hioonde ®n' schold veijdler. „Daar most straf op' staan 1" riep ihüjj niet verkiezend te letten op (haar smoêjcdnid' gebaar, in huisje van half-sjteensyjmWertl toclhi te denken, aan de buurtjes, die Woord voor WOord konden, verstaan. „Je pure afzetterij: 'is 'tl" sdhraeUlwIdQ meneer Dirksen, „jouW inboedel is, voor den ftliksem, geen tien pop waard! Met dat ibedrieigelijke vod' erbijEn, zijn vuur«sclhïieitie(nde oogen loerden maar liet scheian. „Meneer Dirlcsen, Wat ik u; Mdlden mlagl zei de zachte, door lijden Wat rauW en heesch geworden stem van de bleeke. vpouw En zij Wees naar de 'bovenburen!. „Niks geen meneer Dirksen", schroeuwi- de hij „niks geen praatjes! Cente mot ik hebben.Me eénte, en alnfdetrfe g^tónaiejiMsi. Bijl 'mij hbef' jiei niet an to lonnimei mjet) (dia feimelp'raatjes.Betaalzoo als ik en andere eerlijke memsclhlen óók' doem! Betaal.En draai d« mensehlem met je zoogenaamde voornamïglhWd geen radvtoo* do oogen! Z'n van nijdigheid trillende hamlde|n; tast ten, 'ifimmelden in den! .binnenzak van zijn overjasHij 'haalde een reep papier to voorschijn.Hield 't haar vóór, zoodat het m.eetrilde en fladardte unlet 'tgesiid der van zijn dikke, rooie. knuisten. „Daar!" idireeuwdo meneer Dirksen,: „me kWetansje!Heib-ie lood Van me drie verschenen maan dén) Hdb-ie lood?" Zij ylijkbleek' van angst en zielepijta' poogde iets te ov.tWringen anhi h'aar vale, kurkdroge lippen. Menjeer Dhksen Was opgestaan. Z,n forsdlio figuur vuldei het htimertjo met plom'pdreigende ruwlhieiJd). En plotseling klonk' !h|et geluid vatni rin kelend glas, dat breekt. Met z'n zWare modder schoen en ivaldtiie oien schóp gegeven tegen het vuur'^eiWeirta. Hij keilde 't ding tegen. Iden sclhooristeelu, dat de gebarsten ruit in Wel vijftig stukjes vloog.En de srlhWjes gruisden tegen hH borduursel. Hij schopte er nog eens tegen. ,jWég mie.t die fleasflilomt^rfcfbik'prijOm de lui een knol voor den incus to draaien he Dat ze deuken, zullenallemadhtigl, Wat 'tvoorname madam! Nou, as ik zóó ven. in me huis krijg, dan ben! ik bon af. JaWel, een lïjne femilio!... Je pure fles ftc|hlen,trekkers!" En-het. hoonend gevlam v,a,n z'n woeste drfifitoogen vuurde, [dreigde tegen heit) strakke gelaat van de vrou'w. Die nu t.oeh naar hem opzag met een Mik, waaruit hét* sneekende verdw!e.ne|ni wds.Maar meneer Dirksen,(Ije. graag Wou doorgaan voor iemand, diilé z'n w'ereld kende, voelde nu t,oc|h. id'at-io iets te vier ge gaan was. Hij schaamde zie-h en keek hét raam! uit.. Toen met plots-bedaarda wbéd(e/op fme,el-anderen toon, eeu klein tikje wlillepd' goedmaken z"n ruwheid: ,,'t ls toch 'w'aar z'ei-ic nu heel ge- Woon pratend' „denkt, u bijgeval Idiat ik m'n menshem met ntooi© praatjes kan af schepen?... Geen WWestie van hooa-! Als-ze bij 'Difksen met een tkwdtlamsjjé komt, dan mot Dirksen opdokken.Eln as ik mijn mensdhemi zeg: ja, ziert,-u, me.- heer óf juff'irouW, dio 'dame in m''n Imir denhuis laat me wachten.Da's uw! Zaak» snapt-u dat?" Hij vroeg 't. vjak bij' haar staande^ zoo- da,t z'n ahoholiseh'e ademi tot- haaf door drong. 1 „We zullen spijkers met koppen slaan"! zei 'meneer Dirksen', merkend dat-ie nu al een rond uur hii de, üiime geWeiest' Waa. Z n overjas dichtknoop.end ctni z'n ^hoed) recht schuivend op 'thioohd. „Kijk 'shier", zei-ie, u brengt me uiter lijk overmbrgen-ohtend u 'ziert,,, ik zertj u •niet die duimschroeven aan! vóór tlwlaal- ven he.t huurdontraet met de - handtrjfeei- niing vo.n dien) borg, Waar, je oyer spréékt. En as die t,eekent, dan is 't aelcöo,tjd. Al zoo: met 't pootje van dien borg erop, of vóór he.t einde V,m de maanldj gaaf u cr uit.Menschen, die er zulke pracihtiga wapens op na houden, die keume toclh' waar lijk wel een fijnen borg krijgen.Anders zou ik dat ding maar verbrandlen.Dat haalt je nog kolen uitl" Liep Weg, zonder te groeten. Sloeg dc straatdeur met een smak il'iclit, dat het bordpapieren hiiisja in die buurt van fatsoenlijke armoe" trilde en. siddferde. in een stilvergeten middaguurtjo van strafzitting is afgedaan de (treurig zaak van heit bleeke, verarmde vrouwtje,1 dat haar huisbaas had' bedlrogen door eau valsche handtoékening te zetteia op haar huurcontract.Om te vcriiooden, dat zij' een haar teringzieke dochter op, straat Zouden gezet wórden. Toen ik haar terecht zag staan, had! ze heelemaal niets mie er. 't Schamele inboe- dcltje was, voor huursclkuld viarkodhft. En de teringzieke dohter naar 't Gast huis veryjoeird.„Voor de armen", dó echte en officieel©" nu. Meneer Dirksen heelt zich de wteelldiel veroorloofd yan het half-stukgdtiraplte vuurscherm te beWaren.Hij heeft, er een nieuWé ruit op laten zette® Z-nl 'tding prijkt nu in zijn huiskamer. Aan vrienden v.ertelt hij' smakelijk' lachend de historie van dat „flesschen- trekkgrs-ding". Maar, "Wanneer kenlndssan jiem' .beZoeken, dan kan meneer Dirkselp mét Zekere „in- nerjlijke voldoening" ontwaren, hoe 't sdhouWspel van dat gaborduurld'a fa.milie- Wapen „indruk maakt". Dat denkt hij' zoo 'hij zicjhjzieOïf mbcht ie er toch' Wiel van hébben. Wlanlt) de gevangenisstraf die het bleeke vrouwtje moest ondergaan, heeft hem! niet vergoed detr uim honderd! pop, die hij' 'bij hét .Jsrtrop- pie" tekort kWam. Behalve dg onkost)e|n. „Jan!" zéi kort na dit 'droef gelbeuren, een van z'n broers it egani hemdie Difksen nooit recht had kunnen lijden. „Jan je bent toch altijd nog '1 misnunij zooals ik je steeds gekend heb'!" Toen broer Evert dat zéi,, knauwde Jan Dirksen dermate stevig op den steel van zijn tabakspijp, dat het ding stuk brak. Evert grinnikte. Dacht bij zicihzeH'; „Toch is er nog iets goeds in hem» al 'zóu je "tniet zeggen. 'tHart is gjoed', maai de omloop deugt niet! Oplossing van probleem No. 12. Wit24-20, 23-19, 28:39, 42-37, 34-30, 49:18 üwart14:20, 13:33, 17:28, 41:32, 29:43. Damprobleem no. 13. 1 2 3 4 5 46 47 48 49 50 Zwart 14 schijven; wit 16 sehgven. Oplossing volgende week. Correspondentie over deze rubriek wordt niet gevoerd. De vlucht van ('hamlwrlin. Cha|m)berlin en zijn passagier Levine hebben bijl de ontvangst van journalisten te Beriijin nog eenige bijzonderheden mee gedeeld over hun tocht. Do „Tijmies" geeft er een verslag van, waarvan we het een ep onder ontleenen. Oha(mberli® vertelde eerst over de groote moeilijkheden bij de opstijging. Hij) noem de het een wonder dat daarbij) nieuiiau^ van de dichte menigte, die op het vliegveld geschaard stond, gedeerd was. Toen de. „Columbia" eenmaal in de lucht was bejmterikte Chamberlin al gauw, dat zijn induotie-ioompas niet deoigde. De naald draaide als een tol in het rond. Dat was een leelijlke strop daar bij nu geheel moest afgaan op een oud magnetisch eómpa,s van he.t soort-dat gebruikt wordt als men over békende landstreken vliegt. D;eze prim|itieve orienteering was zoo lastig, dat, Chamberlin bij Raap Cod, toen bleek, dat bijl al aardig uit de koers was, Levine vroeg of Mji het ook geraden aehttio terug te keeren. Dóch daar wilde de wak kere passagier niet van hooren. Hijl wees den vlieger op den spot van het publiek eq vooral in de p-ers als zij omikeerden. „La ten we liever in den Haring-vijver ontko men, chili tcrugkcoren" zei hij'. Die overweging was ook voor Chamber- liu beslissend en vol jnood zetten we door, of schoon ter hoogte van Nova Scotia bleek, dat de „Columbia" mlijlen ver uit den koers was en door tegenwind ook 21/2 ujur over tijd. „Voor aarzeling was bet echter geen tijd jn-eer en zoo beten we onze tandep op elkjaar en begonnen de groote reis over den Ooaa<an". Onze voLgepde schrik wae onze ont moeting mét een ijsberg. In hét eerst konden we jm|aar niet uitmaken wat het wja®, pms toen we lager gingen vliegen za- gen we djat het een ijsberg was. .Wjj! dach ten, diat we alles overdacht hadden, d|it we konden ontmoeten, maar geen van ons had laian een ijbberg gedacht. Vóór wij den At- laintisehen Oceaan achter ons hadden, had den wé een vijftien tot twintig groolte ijsbergen gezien en wel een honderd kleine. Wijl gebruikten hen om er onzen koers naar te regelen, daar zij Vast schenen te leggen. Apropos, de ijsbergen mpjakbem in het maanlicht een grootschen indruk. Na de ijsbergen kwam er mist en die hinderde ons erg. .Wij kregen den mist, waar wij dien vostrekt niet verwachtten. .Wij) ont weken den prist door wat Zuidelijker te vliegen. Eén keer wias de mlist zoo dik', dat Chamlberlin tot 15.000 voet steeg in de lioop er boven uit te kojmen, maar vergeefs. Hoogen konden wij bij het gewicht van ons toestel, niet stijgen en ypijt daalden vervolgens tot enkele voeten boven het Dit lalles terwijl wij ons moesten richten water, maar- 00 kdiaar was olies mist. op .een compas, waar wij;1 niet in geloofden, zoodjat wijl volstrekt niet wisten, waar wij- ons bevonden. De temperatuur steeg spoe dig boVen 60 graden en, wij) begonnen te vreezen, dat wij te ver zuidwaarts waren. Tegen middernacht wisselden wij signalen, ongeveer 600 mijl van de kust van New- Poundlandi met een schip ,dat op kor ten afstand voorbij kwam:, maar wij konden njet uitvinden welk schip het was. Wij wierpen herhaalde malen ons zoeklicht uit en zij- erkenden het, want zijl antwoordden op dezelfde wilze. .Wij' daalden tot d(icht- bij om te trachten den naam te lezen. Wij vroegen ons op dat oogeablik af of wij boven Ierland, Engeland, Frankrijk of Spanje zouden aankomen, zoozeer waren wij de richting kwijt in den storm van mist en wolken. Toen kwam de volgende emotie, de „Moiuretania". Plotseling kwam zij bene den ons te voorschijn, ongeveer^op tien muilen afstand en wij- vlogen er heen. Wij cirkelden eenige mialen boven het sdhip rond en lazen duidelijk den naam. Wij wuifden ook ma,ar de passagiers op het dek. Levine gaf met zijln hand signalen als een telegrafist en een officier op het dek van de „Manretania" groette en gaf te ver staan, dat hij begreep-. Ik denk, dat het de kapitein was. Wij daalden tot pp 50 a 100 voet boven de Mamretama en. vlagen er vlak langs. Wij schommelden een „exemplaar van de New York Times op dat achter in het vliegtuig lag en keken de zeetijdingen dll om te weten te komen, op welken diag dé Mauretania nit Southampton vertrokken was. Op gf-ond hiervan berekenden wij wat ongeveer haar positie moest zijn toen wiy haar te zien kregen en hieruit bere kenden wij weer onze eigen positie en zagen dat "wij ergens dicht bij: Ierland of Engeland waren. Het eerstvolgende oogenblik van opwin ding was het eerste land ilat in 't zicht .kwam. Wij weten nog altijd niet wat hef. was- Levine was overtuigd dat het Ier land was, omdat hij gehoren is op "lï Maart -S,t. Patrick's D|a.y (den ler- se'hen nationalen feestdag). In elk geval was het Ierland of Engeland. Wij wisten toen dat hef succes op komist was. Boven de 'Noordzee werd het toestel onhandelbaar. Cbamlberlim zeide: „Ik kan er niets mee beginnen". Levine vergeleek het met een steigerend wild paard. Daarna- dachten wij dat alles vrij gladjes zou gaan, nu hert. gevaarlijke stuk van de reis ach ter den rug was. Maar ons wachtte nog een groote verrassing. Nadat wijl een heel stuk over het, Efuropeesche vasteland wa,- ren gestevend en goed en wel op- wegl naar Berlin waren, werden wij gedwongen tot een hoogte van ongeveer 20.000 voet bo ven den grond te stijgen en daar den hee- lon nacht, te bli jven. Het kan best dat wij nog hoogcr kwamen, omdat ons registreer1- toestel geen hoogte daarboven kon aan wijzen. Onze thermometer wees 18 graden beneden het vriespunt aan. Het was stellig koud. Wij bleven daar den heelen nacht vóór wij ons naar omlaag konden wagan. Het. warén geen prettige uren. Diaarm ige- beuride er niet véei bijzonders meer oim' ons over op te winden want dft deden wiy niet toen wij voor de eerste mi al ge dwongen waren in Duitschlamd te landen, omdat onze benzine opraakte, en ook niet toen het toestel op zijjn neus bij: Koftbjis neerkwam. Vlissingen V 6.42 6.05 7.06 7.12 901 11.35 13 14 16.13 18 25 18 41 18 49 19.34 22.05 Amsterdam C. S. Middelburg 5.52 6.16 7.16 7.22 9.15 11.45 13 25 16 21 18 59 19.44 22.16 Den Haag Arnemuiden 6.24 7.29 9.22 11.52 16.29 19 50 2123 Rotterdam D. P. Noord-Kraaiert 6.33 7.38 9.31 11.59 16 36 19.57 22 31 Rotterdam B. 'a-Heer-Arendskerke 6.41 7.46 9.39 12.07 16 11 20 05 22.39 Utrecht Goes 6.12 6.61 7.35 7.55 9.49 12.17 13 (6 15.04 16.53 19.2 J 20.15 22.47 Arnhem Kapelle-Biezelinge 7.00 8.03 9.57 12.25 15.13 17.00 20.22 Don Bssch Vlake 6.24 7.09 7.48 8.10 10.06 12.33 13.59 15.21 17.08 19.33 20 30 Breda Kruiuingen-Ierseke 7.15 8.16 10.12 12.39 15/27 17.11 20.36 Roosendaal Krabbendijke 7.25 8.25 10.21 12.49 15.37 17.23 20.45 Wouw Rslland-Bath 7.32 8.32 10.28 12.56 15.44 17.29 20.52 Bergen-op-Zoom Woensdrecht 7.44 8.41 10.40 13.07 15.57 17.40 2103 Woensdrecht Bergen-op-Zoom 6.50 7.55 8.13 8.54 10.50 13.18 14.24 16.07 17.51 19.59 21.15 Rillaud-Bath Wouw 8.05 9.03 10.58 13.27 16.17 17.59 21.24 Krabbenljjke Roosendaal A 7.04 8.15 8.27 9.12 11.07 13.36 14.38 16.27 18.03 19.26 19.46 20.13 21.33 Kruiningen-Ierseke Breda 7.28 9.05 10.22 11.45 14 09 15.09 17.07 18.37 20.12 20.41 23.06 Vlake Den Bosch 8.45 9.58 11.53 12.39 15.23 15.58 17.53 19.31 20.30 21.25 21.29 Kapelie-Biezelmge Arnhem 10.09 11.55 15.26 13.58 17.07 19.16 21.30 001 Goes Utrecht 9.49 11.00 13.48 13.48 16.11 17.03 19.00 21.12 2121 22.29 's-H.-Arendskerke Rotterdam B. 8.17 9.47 12.40 15.23 15.50 18.27 19.26 20.59 21.31 23 06 Noord-Kraaiert Rotterdam D. P. 8.25 9.55 12.48 15.31 15.58 18.35 19.34 20.33 21.06 21.39 2314 Arnemuiden Den Haag 9.16 10.25 13.24 16.01 16.29 19/20 20.08 21.09 21.40 22.18 23.52 Middelburg Amsterdam C. S. 10.15 11.34 14 34 17.17 17.31 20.33 21.16 22.48 23 25 Vlissingen 1 2 2 3 2 6 4 4 6 5.15 5.21 5.58 6.05 6.46 6.57 ?.09 7.17 7.29 7.36 7.47 7.56 3.03 3.16 8.24 3.32 3.41 8.50 8.53 2 6.50 7.46 7.57 3.07 3.15 3.27 3.31 3.44 3.5 L 3.53 9.07 9.15 9.23 9.31 9.39 9.48 3 6.25 7.32 8.08 8.16 7.17 5.33 8.18 9,02 9.37 9.53 10.11 10.23 10.35 10.55 11.03 7 49 8.28 8.35 9.49 10.01 10.12 10.22 10.35 10.43 10.54 11.01 11.10 11.18 1) Alleen 's Maandags. 5) Alleen Dinsdags 6) 2) Niet ep Zon- en Alleen op Zaterdag Feestdagen. en op Zon- en 3) Alléén op Zen- en Feestdagen. Feestdagen. 7.39 8.43 9.24 9.82 8.52 8.24 9.43 10.29 11.00 11.16 11.42 11.54 12.14 12.22 9.04 10.09 10.40 9.38 10.39 10.42 11.51 12.51 4 9.18 10.22 10.51 10.59 12.14 13.14 4 10.02 11,01 11.32 11.40 10.35 1023 11.38 12.25 12 52 13.01 13.12 13.21 13.32 13.39 13.43 13 54 14.01 14 11 14.18 14.25 14.33 14.41 14.49 15.00 15.08 15.16 15.25 15.32 15.40 5 10.54 12.01 12.39 12.47 14.20 14.36 15.02 15.14 15.34 15.42 1 13.03 14.08 14.36 14.44 13.33 13.20 11.46 15.30 16.00 16.09 16.19 16.27 16.39 16.46 16.55 17.02 17.09 17.19 17.26 17.34 17.42 17.50 17.53 14.35 15.38 16.05 1613 15.03 16.33 17.38 17.51 18.21 18.31 18.54 19.02 2 15.49 16.56 17.32 17.41 17.25 18.17 19.17 19.28 19.38 19.46 19.58 20.05 20.14 20.21 20.28 20.37 ■20.45 20.52 21.01 21.09 21.17 3 17.08 18.09 18.17 16.07 16.18 17.25 18.17 19.27 19.41 19.54 20.05 20.20 20.28 20.40 20.47 20.66 21.08 21.17 21.26 21.36 21.47 21.56 2 19.41 20.39 21.07 20.02 19.44 21.04 22.20 22.36 22.54 23.05 23.17 23.37 22.46 4) Boottrein, loopen iu Yerbaud met den „Ze#land"-dienstJ op een reg^elmatigen loop deeer treinen is niet altijd te rekenen

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1927 | | pagina 6