V
one
g
inderkleeding,
LANGE
Tweede Blad
n met
IARI a.s.
ste dag.
ij entree
iddelburg
erkoopen.
KERKNIEUWS
COURANT
ZATERDAG 22 JANUARI 4027
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
en crediet
opcenten,
nd plaats in
9 tot 12 uur.
1 tot 57a uur.
7 tot 9 uur.
r ons bij
- FEUILLETON
Verloren sporen.
VAN OVER DE'GRENZEN
Voor onze vrouwen.
I. V. CAHEN'S
)Iden,
Ie dagen van de
deze verkooping
DERKLEEDING
IE KOK.
[13374-100
De vooruitzichten der ge
meenten.
Het jaar 1920 fceott weinig verbetering!
gébracht 'in den finaucieelen toestand, der
gemeentel), en do vooruitzichten voor 1927
ajto' vooral ook voor vele. kleinefe ge
meente» hr iiet, algemeen volstrekt uiif,
gunstig, liet'is nu eenmaal niet mogelijk!
'yioo maar onmiddellijk te ontsnappen nau
non grooten schuldenlast en een zware»
belastingdruk.
De toenemende schuldenlast stunt veelal
in verband ïr.e! -Jen al of niet snellen gro-a
rier gemeente. Het groots bezwaar is
(Iai 'ten aanzien van rente en: ailossinir
der'schulden nog niet in belangrijke mate
kou'worden bezuinigd'. En wanneer de
gemeonfen'het voor do industrie bezwaar
lijk'maken om te leenen op üe geklnteki.
daalt, 'het welvaartspeil, wftai jn weer een
gevaar'voor de gemeenten Zeiven ligt. Dis
gemeenten 'zullen derhalve in haar eigen
bdlang'zooveei mogelijk moeien aansturen
op m.Yunrpiug van d^ zaken, waarvoor
woruit 'geleend.
De 'zware lasten, welke vela kfoine en
■midd'elgi'cote gemeenten langzamerhand
moesten 'opleggen, hebben veelal een uit;
tocht van meergogoeden tengevolge
liad, natuurlijk tot groot nadeel in de eer
ste plaats van de mind'ergegoeden. Hen
eerste 'laak der gemeentebesturen is, vfe
vestiging van m-eergegoedeii te bevorderen
omdat de voordeden daarvan allereerst
ten goede komen aan de mindergegoslcn
en voorts het welvaartspeil der ingozigtei
nou Ie verhoogen. al naar do geaaitlbcid
dei' omgeving, do ligging, de bedrijven
JiW-
Denkt irnen nu nog tevens aan hot
vraagstuk der werklooz'onzorg, dian kin
niet worden ontkend, dat do financieeki
vooruitzichten der gemeenten in het alga
meen nog verre van rooskleurig, zijn. Moge
de regeling van de fihanoieelo varhou-
ding mot het Rijk hierin spoedig een ver
andering ten goede brengen!
De inensch leeft, in tiet heden, maar
niet minder in het verleden en in do toet
komst. Degene, die nog vele jaren voor
den boeg heeft Kikt natuurlijk hopend in
de toekomst, terwijl hij die reeds oen groot
deel van de levensreis hoéft afgelegd,
«teer geneigd is oiw terug te zien on to
vergelijken datgene wat was met datgene
wat js.
Naar de verhceriajk'ers van den „gooien
ouwen, tijd" woidt gaarne geluisterd zoo
lang zij zich niet schuldig maken aan
eenzijdige overdrijving, door uit het vork-
den alleen het goede in herinnering terug
te roeoen en dit. goede to stellen, ter ver
ge'Lijking, tegenover het kwade van he
den.
Toch gebeurt-Uit iaatsle maar al te
dLkwpls.
Wolk een verheerlijking .van oude ar
beidstoestanden treft men aan bij schrij-
vers.r en Sprekers over het arbeidsleven 1
Hoe wordt dan de oude (gemoedelijke
verhouding tusschen baas en knecht ge
steld tegenover het tegenwoordigs fa-
briekssysteem, waarin de directie raar
personeoel nauwelijks kent; tegenover het
jaehttempö van het tegenwoordige he-
'drijfsleven.
Velen wijten het tegenwoordig gemis
aan arbeidsvreugde aan de .nieuwe be-
drijfsverhoudingen. Zeker, vroeger toen
elke arbeider een geheel werkstuk maak
te, kon hij zijn ziel in zijn arbeidspro
duct neerleggen; toén kon elke handar
beider oen kunstenaar' zijn, en toen wa=
er ware arbeidsvreugde. De mijnarbeider
thans zal zeker niet in lang; gepeins necr-
zilten en droom oil over dien weg, dien
hot stuk steenkool, dat hij» heeft losge-
haktt 'zal aileggén voordat het tol asch ver
brandt. Maar vloeit liet 'gebrek aan ar
beidsvreugde ook uiot. heel vaak voort uit
bet andere bedenkelijke verschijnsel van
dezen tijd: arbeidsschuwheid Mogen de
verheerlijk ers van den „goeien ouw m
lijd" uitsluitend den nadruk leggen op
de arbeidsvreugde van vroeger, toen do
blijheid in den arbeid stond tegenover de
arbeidsmcehoid' van heden ten dage?
Arbeidsschuwheid en gebrek aan ar
beidsvreugde zullen Wijven voorkomen
zoolang het mcnschdom- in zijn geheel niet
verhuisd is naar Lui-lekkeilan-d, wa,ar een
enkele druk op den 'knop voldoende is
om de beschikking Ie verkrijgen over allo
goederen en diensten welke men begeert!
3.
Joe Haring weet er van.
Het was een donkere, woeste nacht Do
storm' loeide" en zweepte de toppen der
hoornen als rietpluimen heen en weer. In
bet wond, waar we ons met onze gedach
ten bevinden, werd van den storm niet
veei gevoeld, doch dat belette niet, dat ie
der, die er zich op dat uur in bevond, zich
repte om ergens onder dak te komen, want
er viel een fijne regen, die, omdat hij al
zoo heel den dag aangehouden had, nu
ook door het bladerendak der boomen'
heendrong. En van dat „zich reppen",
kwam voor twee reizigers, die hier onbe
kend waren, niet veel in. Ze waren rui
tens, en voor zoover men dat in de duis-
,i ws zien kon, geheel gekleed en gewa-
peiu oin zulk een' tocht te kunnen doen.
en dei ruiters echter was afgestegen
I;'' puard van den ander, die was
Mijven zitten, bij den toom, terwijl de
andere ruiter hot losse paard aan eene lip
achter zich liet loopen,
„Het gaat niet, heer Graaf'," klonk op
eenmaal de stom van den voetganger
„het is zoo donker, dat ik niets meer zien
kan. Wij zullen den nacht in het woud
moeten doorbrengen."
i
Va.n een ex-keizerin.
Woensdag overleed te Brussel, prinses
GharlcHe van België, de ex-keizerin van
Mexico.
De Brusselscho correspondenti van de
Msb. gaf over dez«| tragisdlua figuur, do
volgende bijzonderhedten.
Brinses Oharlotte was een dochter van
Leoppkl I en Van koningin Marie-Louisc
van Orleans waardoor zij ook de Meinldjodh-
tcr was van koning Philip. van Frankrijk.
Zij werd den 7»-(en Juni i84ü te Brussel
geboren.
Haar bijzondere schoonheid en haar
groote geestesgaven hadden rije atuxilacht
op haar gevestigd van aartshertog Maxi"
milaan van Oostenrijk broeder van kei
Zer Frans Joseph.
In Juli 1861 dus op 21 jarigen leeftijd,
trad zij met Maxiniilaan in hes huwelijk-
JJrie jaar na hun huwelijk begaven zij
zich, als keizer en kieizerui van da,t land
naar Mexico, hoewel bat in e^n tijdperk
van een halve -eeuw reeds 'dó keizers,
dictators, generaals on presidenten had, ge
had!
De familie der prinses had zioh aan
vankelijk tegen dit Mexioaansdhe avon
tuur verzet. De Mjexic&anso'iie tra
gedie, waarin zij eau hoofdrol speek-jen,
uuurde van Mei 1864 tot Juni 1667-
Direct bij haar aankomst in Mexico be
gon de keizerin iuletl de genegenheiit(. van
net| volk op tiaar persoon re concentreereai.
Zij speelde varder een belangrijke rol op
politiek gebied. Meer dan eens nana zijzelf
he tpresidentscha.p van den ministerraad1
waar, terwijl zij geen poging naliet, om al
de groepaewngen van het volk onder die
heerschappij van keiz?r Maximiliaan te
brengen.
Het einde van den oeoessie-ooriog. kwam'
eihler de zakan vertroebelen.
De keizerin siaagd® niet bij haar onder
handelingen over een concordaat niet liet
Vatioaan. s® I
T,oen Maximiliaan meende, dat dj? par
tij voor hem verloren was, aJs hij' ahtetj kon
rekenen op de hulp van. Frankrijk, wilde
liij albtauu doen van ofen keizerlijken troon
doch Oharlo-tte belette hem1, aan dat voor
nemen gevolg te geven. f
Het keizerrijk willende rediojen, besloot
z'ij' een uiterstfm stap te doen bijl Napoleon
UI. Met dat doei vorii-e^ zij-op 9 juli 1886
de hoofdstede van Mexico met die bestem
ming naar parijs, zonder eenig voorgevoel,
dat zij haar gemaal niet meer levend zou
weerzien.
De keizerin -had 11 Augustus 1866 te'
St. Cloud een onderhoudj met Napoleon en
keizerin Eugenie. De keizer zei, dat hij
niet van zijn voor-nemén kon afeian, dat be
stond in 'het terugroepen van liet Fransahe
xexpedttftaborps.
tip 22 Augustus daaropvolgende, hadjzij'
een nieuwe,, thans definitieve conferentie
mot Napoleon, dio bij zijn standpunt bleef,
vooral tengevolge van cte dreigendjft hou
ding der "V ereeaugdje Staten.
Toen de keizerin zag, dat; het behouiji
in Mexico van 'het Fr arische korps onmoge
lijk was, riep zij verbolgen uit: ,,'tls
goed. Wij zullen abdideeren" (aftreden),
waaróp Napoleon lakoniek' antwoordde:
„Abdiceert!
Deze scène mwqt! uiterst lievig zijn
geweest. Men moest de keizerin,
die bewusteloos was neergevallen, in een
ander Vertfdk brengen.
Zooals blijkt uit haar brieven aan Maxi
miliaan, moet Van dat oogenblik af een
zielsziekte haar hebben aangetast,.
In September be'gaf zij zich naar Rome
om- met den 'Raus over het sluiten van
een concordaat te ondcrhanutelen, waarom
trent zij met den nuntius in Mexico tot
geen resultaat was gekomen.
Z. H. stemde er in toe., haar na de H.
Mis van aclht uur in zijn priva.a1ikapel,
te ontvangen. Morgens toen de pauselijke
rijtuigen vóór 'het hotel reden om de (keize
rin en haar gevolg af te halen was Zij
reeds gereed, maar tot groote verbazing
van haaa- hofdaïnès, weigerde zij ijb door
de pauselijke etiquette Vereiscihte unantiile
op. het' hoofd tb dragen. Zij had-een capote-
hocdjc op, hoewel zij overigens geheel in
het Zwart was.
Bij een bescheiden opmerking Van mevr.
del Barrio, antwoordd|e zij scherp en
trotsch
U vergeet, dat keizers en keizerinnen
gewoon zijn de etiquofte te regelen in
plaats v!a.n haar te ondergaan.
Die woorden toonden rebdfe een geheéle
veraïidering, in de dtenkwijze. en m'aaiier.deT
„Hoor eens, Wilhelm, dat deed ik liever
toch niet. Ik huiver van do koude en zou
graag mijne natte Heedereh bij een go
vuur laten drogen, en om de waarheijd'
te zoggen, zou ik niet alleen wat waatni
eten en drinken in hot lijf willen hebben,
maar graag zou ik ook mi,ine stijve loden
op een bed uitstrekken."
„Ja, heer Graaf, ik..."
„Houdt nu toch eens op. Wilhelm, met
dat „heer Graaf." Hier in Amerika is
geen „heer Graaf," en als ge dan toch met
kracht en geweld den onderdaan wilt uit
hangen, noem mijl dan „Master," want dat
woord is hier altijd nog geldig. En wat
wou je nu zeggen?"
„Och, Master, ik wilde maar zeggen,
dat ik ook naar een dak' hoven mijn hoofd
verlang, want ik wind er geen doekjes
om, ik vertrouw de zaak niet al te best.
weet dat er niet alleen Indianen rond
zwerven in deze hossc'lien, anaar ook roo-
vars en moordenaars."
„Paardendieven, meen je!"
„Ja, zoo noamt men hier in dit vriiie
land roovers en moordenaars, dat weet ik'
wel. heer Graaf!"
„Hm! Master!"
„Ja, ja, Master!" zeide Wilhelm mees
muilend. „Master is in dit vrijie land ook
al een naam voor „heer Keizer," „heef:
Graaf," „heer Baron!' Edellieden heeft
men hier niet, maar „Kolonels" töj dé
vleet. Ha, ha, Kolonels zonder ruimen
keizerin aan, die anders even zacht en
vriendelijk als correct en vroom was.
In de Pauselijk© kapel werd bef fflipote-
Ued.je mét zakeren schrik' gezien. De Paus
hechtte or «elhter weinig, beteékenis aa.n
én ontving haar na de godscilienstoofenilug
in zijn bijzonder vertrek, waar een een-
ontbijt hem' waolitte.
IK: Pans begi'octta de arme vi-ouw met
eenige harfolijke woordenzonder naar
hem' te luisteren stak zij haar drie .vingers
in den kop' met chocolade van d(en H.
Vader en verklaard© ufi-t zij' van honger
stierf, maar uit vrees voor vergift niets
gebruiken wilde.
,De Paus liet een anderen kop komen
maar zij weigerde dién en dronk den eer
sten leeg; terwijL de paus beYel gal' twee
doktoren verklaêd als kameiiheiei'en te lialea
sprak zij met hem' neer rustig pin 'z'ekte
erstanOig over tie Méxieaansche zaken,
zonder to bemerken dat die Paus die een
vergadering, moest voorzitten, van onge-
dulct triliite om. het gospreik te eindigen, i
Toen hij liaar eindolijlk dqn wenk gaf!,
dat het beaoek geëindigdi was, verklaaidta
zij het V aticaan niet te willen zeriaiton
omdat aan den ingang haar moordjenaars
w.adhttcn. Alle moeite haar tot heengaan
te overreden bleef vruchteloosde B.aus
kou aan zijn werk| gaan, zij zou rustig hier,
blijven maar heengaan, voor den nacht,
dat nooit. t i
Men liet haar de Vatioaanscbe. biliotlieek
zien, maar zij. stond ei', op daq, Op Paus, hoe
vermoeid deze' ook was, hilar vergezolcje;
eerst toen zij zicih in een pirachtwenkt.ver-
diepte, kon H. zich ongemerkt verwij
deren. i
Toen het tijd werd voor het .djejeuner,
tiradhtte men haar opnieuw te.doen heen
gaan. Onmogelijk, rij moest hier eten.
Kwdinaal Antpneili nam' de eer dfer tafel
waar, en zij' iW'ilde aileieai eten uit Ihet
turd van mevr. del Barrio. Overigieuie
sprak zij geestig, verstandig, zelils op
gewekt. tl-
Zoo ging de dag om: het. djnar was som
ber, wan Oliarlotfe doeid niets d(an <le be
dienden angstig en wantrouwiand^annzien.
Do nadht viel en nu verklaarde zij pip hoo-
gen toon nogmaals deze zaal en het Vati
oaan niet te wilLon varlaten.
Men stelle zich den schrik voor: van
kardinaal Antónelli en het geheele perso
neel. De doktoren en de hpfhoudting
smeekten 'haar te. vertrekken, somdon alle
bezwaren op. Niets baatte. Oharlotte ver
klaarde dat zij boven alle gebruikén ver
heven was en zioh nergens veiliger voel
de dan onü'pr die bescherming van den 11.
Vader. In zijin overgroote goedheid^ ver
vuld van medelijlcjon Vjoor dia ongelukkige,
gaf Pius IX bevel in de biblilotueek twee
bedden op te slaan voor beajeja dames en
verder het, vertrek- zoo waardig mogelijk
met schooue meubels en kostbare wasch-
sfellen en kanctelaars, enz. a-is keizerlijke
slaapkamer in te richten. Men moést
Cihariotte in bed dragen, zoo uitgieput was
zij; de holdamio bleai! bij liaaa- waken.
's Morgens had zij moeite zioh té herin
neren, waar zij Was, maar verheugde zioh
zooclra, zij begreep op-hef Vatioaan te zijn;
de H. Vader onci|(;r dién indruk der ge
beurtenissen, kon zijn appartementap met
veria,ten, en liet haar weten dat rijtuigen
te barer beschikking stonden.
Maar nog wilde zijl lietj Pauselijk pileis
niet verlaten. Dé verlqgenhedd1 werd hoe
langer, hóe grooter. Tot geweld durfde
men zijn toevlucht niet nemen, daar de ge
volgen op haar zenuwgestel niej te voor
zien zouden zijn.
Eindelijk bedacht kawjinaal Antónelli
een list. De zusters van het klooster Bt.
Vincentius a Paulo zouden haar komen
verzoeken haar weeshuis t'e bezoeken- De
overste kweet zich handig- van haar rot,
en nadat de keizerin haar n|e beloftei <tila.d
afgedwongen datj zij er voor zou instaan,
dat er geen móorcl te' vre^zen was, stem
de zij' or in toe, mét de dusters in !d|e pauso-
lijke rijtuigen te stappan.
Gedurende dfeze dlémarclhes van zijn ge
malin, liep in Mexico, de geschiedenis van
Maximiliaan ten einde. Alléén kunnende
steunen «p het slekht» zeshonderd haan
schappen sterke Belgische expeditiekorps,
werd hij' door die Juaristen gevangen ge
nomen, die hom! .9 Juni 1867 te Queretaro
deden Tusillaeren.
Het was eerst iu Januari 1868, dat da
keizerin het' noodlottige1 nieuws vernani',
toen het .stoffelijk overschot van Maxi
miliaan in Europa werd teruggebracht.
Haar verdriet was onbesArijflijik.
Nooit cchter-he.cf't zij Van dat oogenblik
af nog met iemand! over Maximiliaan of
over Mexico gesproken. Gedurende 68 jaa
ten, ja, Kolonels zonder soldaat geweest
te Zi;inl Als de eerste de beste avonturtiblr'
de befte rijk geworden" is; koopt hij ziel#
den Kolonels-titel o-in' toch wat meer té
zion dan een 'ander, Amerika valt me te
gen, M a s t e r 1"
•Wilhelm drukte verbazend op dien nieu-
uen voor hem zoo ongewonen titeï.
,jNo> nu, "brompot, ga maar door! Ame
rika bevalt me ook wel niet, maai- -we moe
ten ons a,an de toestanden hier nog wen
nen."
„Ik vrees, dat we er al den tijid voor zul
len hébben, Master! Het is, zooals ze
thuis ad zeiden: eene speld in een hooli-
berg zoeken. Eijl slnron ona van stuur
boord naar bakboord, van links naau'
rechts, en zoo zijn we nu te laucl gekomen
'iu de bosseken van Michigan te midden
van Indianen en paardendieven en boeren
zoo ruw en lomp, dat
„Hei, hei, Wilhelm, wees in je booze
bui nu niet onrechtvaardig. He boeren,
die zich in deze woeste streken neerzetten,
kunnen we niet vergelijken met onze Duit-
scho boeren, die kailm daarheen lgven, te
midden van ad- de gemakken en voordee-
'len eener beschaafde maatsehappii;!. Zie
eens >an hoe ze, in eene streek, waarijnj
een Europeaan misschien nog nimmer een
voet gezet heeft dan om aan de armen der
gerechtigheid te ontkomen, zich neerzetten
te midden van een woud, dat ze in bouw
dand moeten herscheppen, bedreigd door
was z'ij een doodo voor d|g' wereld!.
Zij wist; niets van den johgsten oorlog.
Geen enkele Duit.scih.er heeft, uit eerbied
vbor haar persoon, gedurende, dp bezfetting
haar domein betreden.
Zij wist' evenmin, dat sedert d{en oorlog
ihee lwa,ti gekroonde' hoofden van hot too-
neel zijn verdwenen.
Op den 3cn Zendng na 11 riekoiiingJïU#
Eöistel v'. d. II. Paolus tot die "van Rome.
XII 16—20.
Broeders! weest niet laatdunkend bij,
u zalvenVergeldt nienfand kwaad) met
kivaad: beijvert het goede: niet alleen voor
God, maar ook voor alle inensehen. In
dien het mogelijk is, houdt zoo veel in u
is, vrede met alle mensdlien. Allerlioiistenl
wreak', u zelvien niet, maar geeft de gram
schap toe; want daar staat geschreven;
mij- is de wraakik! zal het 'Vergelden, z®gt
de Heer'. Daarentegen, indien uw vijand'
honger heeft, spijst hem'; indien liij dorst
'heeft, geeft hens ta drinken; waait, als .gij
dit doet, zult gij| vurige kooien op. zijn»
hooiid vergaderen. Laat u niet floor het
kwa,ad overwinnen; m'aar ovei'wint het
kwaad door het goedje.
Evangelie, Mattheus III 113.
In.dien tijde, als Jezus Van fpii berg
al'kwam, volgde Hem eene menigte vaai
volk. En zie een melaat-sche kwam Hem
aanbidden, en zcidteHeer, indien Gij:
wilt, Gij kunt m'ij zuiveren. En Jezus feta»
de hand uit,r aakte hem' aan, en zeicfc:
ik wil, 'vvbrd geziiiverd. En, terstondjweifl
zijne melaaisctnlieid gezuiverd. En. Jpzus
zeide hem'; zie toe, dat gij' het niemand!
zegt; maar ga, Vertoon u aan den ipriosfetf,
en draag de gift, op, f [ie Mo zes geboden
heeftl lot eene getuigenis voor hen. AJs llij
nu binnen Capharnainni kwam, naderde
hem: een hoofdman, (lie Hem bacil -en zeide:
Heer, mijn knecht, ligt te liuis lam, en lijdt
zwa.ro -pijn. Eu J ezus zeide !hem-; Ik zal
hem komen genezen, En dia hoofdman ant
woordde, en zeidp: Hoer, ik ben niot
waardig, dat Gij ondier mijn dak kómt,
maar epreek slechts een woord, ein mijn
knecht zal genezon zijnwant ik ben ook
een mensdh, die onder t\a macht Van een
ander sta, en soldaten eniger mij- hebpn ik
zeg tot 'hem: ga, en hij' gaat; en tot wsn
.anaér: kom:, en hij komt,; en 'tot mijnen
iknecht': doe dit, en hij fpst het, Jezus,
dit lioorende, was verwondpid', en zeide
aan degenen die hem volgdi»: voorwaar,
ik zeg u, ik heb zoo een groot geloof in
Israël niet gevonden. Ook zeg ik' to, dat uit
het Oosten en uit het Wiesten Velen 'zullen
kouten, én met Abraham', én lsaak' cn Ja-
tob, in hef, rijk der hemëleiu aanzitten»
maar dat de kincpren des rijkfe zullen in
de uiterste duisternisseai geworpen -npiytan,
daar geween en geknara der tiaji,d[!n zul
zipi. En Jezus zeide tot don hoofjüfcriSngi,
en ii gesdhiodde, gclijkl gij j/doofd(hebtl; en
de knedht werd ter ze it-' {.r uur ge zonk}.
De Bidweek.
Va-i* 18 Januari, het feest van St. Pe
trus Stoel te Rome telt 25 Januari het
feest van St.. Pa.uitus bekeering is het do
bidweek.
Voor menigeen is dit nog wat nieuws
En toch moet de idee er iu bij ajle katho-
Heken, want zij is zoo echt Roomsoh, zij, is
Apostolisch, en daarom valt ze mooi tus
snlien de feesten van St. Petrus Stoel en do
bekeering van den wereldapostel Paulus.
Toch. is zij niet uitgegaan van gen
Roomsche. Zij; is uitgegaan van een Angjli-
kaansehe geestelijke, Paul Francis, die och-
ter terstond er door 'Onzen Lieven Heel
vooi' gezegend werd, want hi:i is spoedjjj
daarna Roomsch geworden en na hem' hel,
geheele „Genootschap der Verzoening", dat
hi»1 gesticht had.
Wat wil nu eigenlijk die bidweek. Zij
wil zi;u ©en tijd, dat wij bidden, dat alle
m'ensuhcn tot do eene waarheid komen.
WdJ Roomse-hen, die niet- zoekende zijn,
nia-fir overtuigd dat wij do waarheid be
zitten, kunnen dit gerust doen, en -dit
doe?)do handden wij in den geest van
Christus, die in Zijn Hoogepriesterlijk ge
bed had: „Mo-geu allen één zi,m".
Als Paus Pius X dan ook van die bid
week hoorde, keurde hij! aanstond® het
plan goed en Zégende het, Ook vele Iris-
schoppen gingen terstond die bidweek aan
bevelen. Ook het Nederlandsch Episco
paat heeft haar aanbevolen. Na den dood
van Paus Pius ging Paus Benedictus in
dezéltde richting voort. Hiji kétorde d»
bidweek fn een afzonderlijke breve goed en
bloedgierige Indianen, .gev^étenlooze schui'-
ken van paardendieven, door .wilde dieren
en niet zelden door oversti-oomingen. Hun
ne naaste buren, mannen ajs zij zijlu, wo
nen soms een uur en nog verder van hen
al'. Wrik een' harden strijd hebben die
nienseho.il te voeren! En zoudt giji nu
willen, dat ze te midden daarvan even
net, 'fijn, beschaafd en voorkomend waren,
als onze boeren? Gijl wilt dan het onmo
gelijke. Als het niet zoo donker wa«, zou
ik zeggen„Kijk mij aaai Zie ik er nu uit
als Graaf Edgar von Eadenstein? Heb ik
lueoderen aan om' mij op straat in eeito
onzer Duitschc steden te vertoonen? Wie
denkt er in Duitschland aan om voor zijne
veiligheid zich te wapenen als een bandiet
u.).t de bergen van Ca,labrië? Immers me
m-and Maar bleven we, trots onze Mee
ding, toch niet hetzeil'do hart en lioofd
behouden? Wees eerlijk, Wilhelm', en er
ken dat we toch onder deze ruwe rnen-
scihen nog niets anders onderbonden heb
ben, dan hartelijkheid. Vonden we bij'nadht
in het ruwe blokhuis voor ons niet het
béste bod en ;het warjmete plekje aam den
haard? Kregen we niet het beste eten -eoi
drinken, dat ze liad'den? E,n wat moesten
vrij ervoor betalen? Geen rooden duit be
geerden zej. ntegendeel, ze rekenden zkb
dan betaald met het genoegen, dat we
hun deden in hun blokhuis een. onder
komen te zoeken, en "hun wat te vertellen
van de beschaafde wereld, waarmede ze
verleende aan alle deelnemers ©en vollen
aflaat.
Paus Pius XI neemt steeds persoonlijk
aan de bidweek deel.
Ook de Protestanten doen gelukkig mee
om do -eenheid der Christenen van den
Hemel af te smoeken. In 1920 nam het
werekl'oonigres der Protestaptoche en Oos-
tersche Kerken deze week voor hun geloo-
vigen ovor.
Sinds do Hervorming is .dit de eersto
maal, dat Róomseh en Protestant den Hei
■mlel een heilig geweld aandoen om de een
heid der Kerk te vragen.
Wat duidt dit op een ommekeer in de
mentaliteit der .protestanten 1
Wélke Roomsche zal nu niet meedoen?
Wjè zal -er zelfs geen propagandist voor
zijn?!
Wij ijveren voor d« Missiën ,en dat is
prachtig, maar nu wij onze omgevlnjj
kunnen helpen zonden wij; nu weigeren?
Niem'and late diet hidden en werken aan
anderen oyer: persoonlijke dienstplicht in
deze is vraag en ehsch van onzen tijd.
„Ons Noorden",
WEER; LANG HAAK EN LANGE -
EOKifcE-Y?
'i Is geen bewering o£ voorspelling van
ïnaar een willekeurig iemand, cüt cle pa$e-
kopjes zijn gedoemdi te verdwijnen.
fiiemand minder dan monsieur Gaston
Dankton, hoofd der firma „Emile". de be
roemdste Parijscbe dameskappej- en verie-
aenwoo-rdiger van het officieele Paa'ijsdv)
niode-coiniitó, heeft geprofeteerd. Aan zijn
woord is waarde te hechten.
En hij sprak:
„Hot korte haar is gedoemd te. ver
dwijnen. De regeering! van de chinigta
was „schitterend", doc.h zij nadert haar
einde, 'i'wee jaar, misschien nog >drie
jaren, zal zij z'ich staande weten te hou
den. Maar langere haardfracht staat voor
(do poort van de mode en haar „victorie))-
zen opm'arsch" zal niets kunnen weerliou-
den. En wanneer de vrouwen hem: haar'
langer la-ten groeien, dan au Hen ook die
i'.ofcke-n weer langer worden."
Op welke overwegingen grondt de lieer
Boudou deze voor vele dames ontsteU-end-3
profetie? Ten eerste op zijn kennis van da
psychologie der vrouw. Het- kort haair,
zegt hij, is nu, té algemeen geworden. D.u
vrouw, -die de aandacht wil trekken
wenscht zich van anderen te onderschei
den. Welnu, korter kan het haar niet
meer gedragen wo-rdén. De draent van
het koite haar is met het steeds nwuu!
korter worden de grootste perfectie voor-
bjjgestreefd. Er blijft daarom slechts co;
alternatief: langer haar. Be vrouw van
distinctie wenscht niet met haar kamer
meisje verward te worden. Om .dezkl
distinctie te bereiken voegt zij, overdag
een chigo)) aan haar kapsel doe. Bes
av.onds worden gouden en zilveren prui
ken gedragen. E-it z'al slechts kort duren,
üoodra het haar lang genoeg is gegroeid,
zal de lok weer in golvende krullen ii#
den nek ot over den schouder afhangen.
Nieuwe modes Zullen gecreëerd worden).
En over enkele jaren zal het korte haak'
verdwenen zijn.
Ook de geschiedenis der haardrachten
heeft de heer Boudou bestudeerd' en hier
op baseert hij mede z$n oordeel. Er zijn
menige periodes van kort haar 'in do
historic aan te wijzen; z® duurden meestal
niet langer dar) tien jaar. Tijdens de iFranf»
sche revolutie hield deze möde lfeti tets
langer ujt: veertien jaar, dat is dton ook
extra lang. En wat de geschiedenis tevens
aantoont, is, dat iedere korte-haar-periode
ook een tjjdperk was van korte rokken. Als
het dan weer mode werd het haar langer
te dragen, werden do rokken ook, ianalej'.
Wat er au voor in de plaats zal komen
Dat weet 'de profeet nog niet. Over tweio
jaar denkt hij dat heter te kunnen voor
spellen. In ieder geval gelooft hij- niet dat
he't oudcrwetsche knoedeltje ooit weer in
de gratie zal komen.
Spoedig »iet hij evenwel een overgangs
periode ontstaan, waarin het korte haar
toch in tengere golven zat worden gedra
gen, hetgeen de kappers in staai zou
stellen er al' meer mea ta doen., dan Juin
nu mogelijk is. Ook de hoedenmcUe zal
-de dames daartoe brengen. Zip kunnen
took niet altjjd dezelfde soort hoeden blij
ven dragen? En het korte ha,ar maakt het
den modistes haast onmogelijk een ander
model uit te denken dan de eeuwige, k'lok-
hoed. lntusschen heeft de heer boudou
een soort overgangsvorm uitgevonden, de
mosselschelp genaamd. Het i-s een cont-
vaak maanden aaneen niet in aanraking
kwamen. Als ik zeg: ,jh©f land valt) mij
niet mee," dan bedoél ik met „het landf"
Voel meer do Amerikaansche steden, waar
in zeden en gewoonten heersc'hen', wélke
een eenvoudig en eerlijk Duitseh hart
ergeren, on van je „Kolonels", die, dat
gee fik je graag toe, meestal onverdraag-
lï'ke, lomp en trotsehé. parvenu'a Zijln, heb
je hier ouder de fawmeys toch geen last,
is het wel Ze spotten zeiven, zoo hard' ze
kunnen, met die lui. Maar, Stil eanbl
even, schemert daar lipiks van ons niet
oen licht?" i
„Ja ik zie het ook! Misschien wel een
wachtvuur van paardendieven of India
nen!"
„Hot kan wel zlijjn! Blijf hier b'ijldeipaar-
oen! Ik zal gaan onderzoeken wat het is!"
De ruiter, dien we kennen af3 Graaf
Edgar vton Fadenstein, eteeg af en ging
voorzichtig liet bosdh' vei-der in, ziclhi rich
tend na.ar het licht. Een kwartier later
kwam' hij terug en zeide: „Het is geen
licht van êea wachtvuur'het komt uit
een huis. Bestijgen we onze paarden, -wanfr
op slechts enkele schreden afstandsl van
hier, bevnidt zich eene bebouwde open
plek. We zullen er zeker eene farm' vin
den."
„Een-e farm?"
„Nu ja., ©ene boerderij!, als je dat lieven
hoortl Kom, niet gee aanmeld
(.Wordt ver.volgd.)