I NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GEHEEL ZEELAND DIT BLAD VERSCHIJNT: DES DINSDAGS DES DONDERDAGS EN DES ZATERDAGS """binnénTAND^ 't Zigeunerkind. FEUILLETON VAN OVER PE GRENZEN BUITEN LAND NUMMER 2 DONDERDAG 6 JANUARI 1827 23a™ MARRANB NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Bureaux van Redactie en Administratie: Westsingel 75. GOES; Telefoon Interlocaal No. 207, voor Redactie en Administratie. Bijkantoor MIDDELBURG. Markt,1 en 2: Telefoon No.474. Abonnementsprijs f 1,90 per drie maanden, bij vooruitbetaling; Advertentiën van 1tot6 regels f0,9O, elke regel meer f 0,15; Contractregelprijsv te beginnen bij 500 regels, beduidend lager. GROOTEWAARDE VAN PUBLICITEIT WORDT BELEZEN IN ALLE KRINGEN De Kerk en het „gele ge vaar". Hot kan een twintig jaar geleden zijin, dat Wilhelm II, de toen. oppermachtige 'keizer van Duitschland, aan een professor der schilder-academie, de opdracht gaf, een symbolische teekoning te schetsen, naar 'n Idee van den keizer zelf. De kunstenaar kweet zich van zijn taak en do plaat werd over, geheel de wendd verspreid. De illustratie hracht in beeld een gehar naste en tot de tanden gewapende groep, dio do verschillende staten van Europa 'voorstelde; vóór deze keurbende stond de beschaving en 't geloof van 't Westen, be lichaamd in een idealistisch wezen, dat, •wijzend op een Aziatisch monsterachtig gedrocht, de krijgers toeriep: Volkeren van Europa, verdedigt uw heiligste góe deren! 't Is vooral sinds dien tijd, dat de be stuurd eren en regeerders van Europa zoo wel als de .Vcreenigde Staten een heftige agitatie begonnen tegen den vijand, dien men aanduidde met „het goio gevaar". Eecds lang bestond in dit verband, do vrees voor miatcricele schade en nu men, door de daad van den Duitschen keizer, daar een vroomi glimpje aan kon geven., leefde de actie in allerlei vormen op. Tegen de snol aanwassende "Aziaten trachtte de een zich te Verdedigen door uitsluiting, een ander door geperfection- neerdo bewapening en een derde dood -directe aanvallen", naar het zich laat aan-' zien, nochtans zonder veel resultaat. Hoe hemelhoog steekt hoven zulk soort politiek, onze TT. Kerk uit; de H. Kerk, die tocli waarlijk een beter verdedigster van geestelijke waarden is, dan de we- reldsehe grootheden. In Rome is men niet uitgegaan van het keizerlijk idee, dat do heilige goederBÈt alleen in het Westen veilig waren, (lang voor do ontwrichting van den wereld oorlog zag zij liet zedelijk verval der, oude beschaving) maar Tl ome heeft éijin priesterhelden uitgezonden, om! het Oos ten aldus .te bewerken, dat het de heiliga goederen waar dig wordt; ja desnoods'te gen het Westen kan verdedigen. Dit zijn geen woorden van grootspraak, want de feiten zijh aan te toonen. De arbeid van onze missionarissen isl zoo vruchtdragend geweest, dat na helj saeramenteele priesterschap, nu ook de hooge waardigheid van het bisschopsambt json worden toegekend, a!W1 d0 zes Chi- 'neesche zonen. En dat dit slechts een be gin is, dat bewijst een ander feit. Het is| amper een week geleden, dat het bekende Sint Petrus-liefdewerk, tot vorming vau 'n inlandsc'ho Clerus, in ons land een lee ning lieeft uitgeschreven, die bostemd is om den bouw vau 25 seminaries in China, Japan, Korea, ïndië en Afrika te bevor deren. -Van welk een wijsheid en inzicht ge tuigt deze opvatting! Terwijl men in de wereld der politiek alleen dacht aan geweld, toonde de Paus! aan, dat er zachter en beter mid^aten zijn oin millioenen-volkeren in to toornen, Waar de kracht nu bekennen moet, dat, zij te kórt schoot, wist en -weet de apos-i tolische liefde, dat zij winnen zal. 'Do Westersche volken vreesden de Oost tarsche heidenen en zij wilden hen ver delgen; de Kerk echter sprak: Maakt ze Christenen. r i De Kerk heeft het bij die woorden niet gelaten. Wat zij reeds bereikte duidt op een keerpunt in de geschiedenis. Do bisschopswijding der Chineesche priesters en 'de seminarie-bouw zijln vani wereldwijde betcekènis. Als altijd kent de Kerk haar tijd1 en' geeft de juiste richting aan. Mocht do wereld, de wereld van het iWesten zich laten beleercn in deze. 3.5) 0_q Ik zal 't boek maar sluiten en ecai .beetje nadenken. Dan kan ik makkelijken tkjjne ooren gespitst houden naar hetgeen ginds op de gang mbdht gebeuren. Zoo zit ik dan en dank laan alles!.., alias.alias. Eensklaps spring ik op. 't Is donker in tógne kamer en daar hangt een! zware walm. De petroleumlamp is uitgegaan, •jh tast naar de lucifers en kijk. hoe laat feet as. Vijf uur in den morgen Hoede hemel, dan toch ingaslaplen! En Katharina, Kaijharina! fEen schrikkelijke, zenuwachtige onrust overvalt mij, Mijne verbeelding schildert thyvtoorstelliagenafschuwelijk. Ik kan t niet uithouden. Ik sluip naar iKatharina. g deur aan den overkant. Door £t sleutelgat straalt eenig .licht. Ik kjllop, eerst zachtjes, dan harder. I i Geen antwoord. i Ik tril ja:an al mijn leden. j Ik bons op de deur. j „Katharina, geef! Ufltwoordli' awdelijke stilte. i Voor 't grootste deel ia zij schandelijk tekort geschoten in haar plicht, maar let is nog niet te laat. De velden in 't Oosten zijn wit, zijln rijp om te oogsten. En wanneer de wereld in haar kort zichtigheid halsstarrig blijft, dat wij 'ka tholieken dan voortgaan op den ingeslagen weg Bij 't naderen van „het gele gevaar'1'1 krijgt het: „Gaat en onderwijst alle vol koren" van don Goddelijken Meester weer 'nieuwo kracht en het feest van vandaag: de openbaring dos Heeren, aan de heide nen, zij ons een versehen prikkel, om 'heb werk der missie naar vermogen te steunen. Van modderpoel tof mii 1 lio en en s t ad. Onder dezen titel "schreef d.ezer dagen een correspondent van de Courant over de werkelijk wonderbaarlijke ontwikkeling van Buenos Aires, de hoofdstad van den' Zuid-Amcrikaan&c'hen staat Argentinië. Buenos Aires beteokent letterlijk: goe de luchten. Een naam die deze stad ont leent aan haar oorsprong. Aan de oor spronkelijke stad werd de naam overigens allerminst bewaarheid. Een Pransch rei ziger, die haar precies honderd jaar ge leden bezocht, vond als stad der goede luchten een onbeschrijflijk smerïg en pri mitief nest. D'c kust, waar hij aan land mwas gegaan, lag wijd en zijn met runder- schedeü bedekt. Verder landwaarts, tus- schon de huizen van één etage, wajrei» slechts weinig'straten geplaveid. De mees te waren moddergoulen, die alleen op de "kruispunten, waar de voet der mensehen meer dan elders werd neergezet, ovepschrie- den konden worden. Doode beesten lagen weken lang op straat. Op de -pleinen kampeerden Indiaansohe veehandelaars die den laatsten penning verdronken van het geld dat zijl voor hun kudden had den ontvangen. Men kan zich moeilijk dat verleden! voorstellen, als men thans voorbijl' de tien en twintig-étage-huizen van de Avenida do Mayo langs de stations der naar Bec- 'lijnsch voorbeeld aangelegde spoorwegen loopt, als men 's avonds den aangenaam- ïachten schijn der lichtreclames en etala ges van de Calle Florida ziet of urenlang met do electrisehe tram door de voorste den rijdt, in de hoop nog eens aan het laag ste huis te komen, welke hoop men ten slotte als volkomen Sjjdel moet opgeven. Buenos Aires bezit niet alleen niets meer cfat aan die vroegere toestanden herinnert, het is tegenwoordig een wereldstad in den enormsten zin deu woords, een superötad om zoo te zeggen, een „triumf van deg lineaal", zonder een spoor van organischen stadsgroei, een geheel dat afschrikt en verbijstert. In de 20 jaren tussehen 1895 en 1919 is de bevolking verdrievoudigd. In de volgende 10 jaren is zij opniouwi 300.000 ziölen rijker geworden; thans telt zij omstreeks 2 millioen bewoners; met da voorsteden mee, die niet kunnen gean nexeerd worden, omdat de onzichtbare) grens der provincie ze van het „bondu- distriet" scheidt, 23/a millioen. Djen groei bemerkt men niet alleen aan de periferie met haar meestal twee-étagige woningen. Ook het centrum is bestendig aan het uit breiden. Kaast de weinige lage huisjes van vroeger verheffen zich de „gemiddel de" huizen van 5 tot T verdiepingen. Maar anderzijds zijn reeds de wolkenkrabbers verrezen, met de gladde, kale, diep in het huizenblok vooruitdringende zijgevels, eaï zullen de leelij'ke schaduwen, die zij wer pen, zóólang behouden, tot ernaast overal evenhooge huizenmonsters zijn opgestaan, nadat do „gemiddelde" woningen.zijln neer gehaald. Dat neerhalen yan oudere hui zen gebeurt geregeld, omdat zij niet meer aan de moderne behoeften voldoen of te Daar overvjalt mij een waanzinnige; angst. Ik zie ternauwernood! Beaitla, dio huRond om' 't hoekje van hare 'deur kijkt. Ik wil naar buiten, een ladder 'halen, en dan door haar venster! Ik werp de huisdeur openOp de treden ligt Katharina en naast ha,ar ee® zw'ara bijl. ..Be,Beata hehelp—me!" iW;e dragen ze naar binnen. Vrij' spoedig komt ze bij: ze had niet lang op de treden gelegen. „Ga heen, beste Beata en nu„ Voor 'f eerst van je leven, zwijg." Ze; knikt al weenen Van ja, en zai haar woordi houden. Dar ja I" Op 't zien Van die gelaatstrekken en idie verwlaaide haren, ontgaat mijl htear iehrieteïijke naam'., Met groote oogen kijkt ze mij aan; ik geloof! niet eens, dat ze zieks is. "Haar' gemat is kalm1, hare oogten zijh droog, maar staan Vreemd', erg vreemd. Dan biecht ze op, en ook hare steimi klinkt vreemd.- „Ik heb mij willbn wreken. Hij heeft tegen mij' gelogen, en hij is ,een scholjt. 2t Ergste is, dat ik mijzeaye® heb wtegge- simteten door hem te bekennen, dat ik hem liefhad. O, Ihbe heb ik ham! dat gezegd! Jljn hij Was toch! de ellendigste kerel, die er laag zijh óm den hoogen grondprijs op te brengen. Zoo vindt men midden in de stad veel nieuwbouw en dus ook veel afbraak. Het noksilhouet der hoofdstraten ziet er bij dit alles natuurlijk schilderachtig uit Een geheel ander, in zijn soort meer uniform beeld vertoont de Boe», het Zuid waarts gelegen, uitgestrekte havenkwar tier. Alweer lineaalstraten, troosteloos Eerst hier begrijpt men, hoeveel! de Euro- peesche straten erbij winnen, dat ze bijina steeds in het verschiet door, een huizen- front worden afgesloten. In 'do Booa zijn de huizen laag, vaak van hout en dikwijls met gegolfd piaataj'zer bedekt. Deze bont beschilderde, dikwijls met aardige dak- friezen voorziene woningen zien er met dat al vriendelijk uit; zij hebben karakter en drukken niettemin elkaar niet dood' zij verdragen elkaar ïn hun buurschap en schilderachtigheid. Buenos Aires, millioenenstad reeds, is inderdaad het centrum van handel en ver keer van heel Argentinië het groote hoofd en het ruime hart van het land. Een vijfde deel -der lamdsbevolking, woont in deze hoofdstad met een ontzettend, oneven redig groot, aantal fabrieken, een haven die veel te klein ia en hoofdstraten nlie. vel te smal zijn. De regeling van h'cjt straatverkeer wordt hier een met den dag moeilijker op te lossen probleem'. Dn goedgeschoolde verkeerspolitie vervult haar taak uitstekend. Maar wat te begin nen, zelfs met inachtneming van de mo dernste ordemaatregelen, bijl zóó smalle ptraten? Om de opstoppingen te vermin deren, worden nieuwe diagonaalstraten aangelegd en bovendien zijn twee nieuwo ondergrondsche spoorwegen in voorberei ding, die echter veel te lang djuur.t. Die groei der stad kan de komst ervan nauwe lijks afwachten. Hot leven duurt in Buenos Aires tot diep in den nacht, of liever tot vroegi ïn den morgen. Wanneer des nachts dpi drie uur de machtige rotatiepersen vara „La, Prensa" gaan draaien, staan de hon derden krantenjongens reeds gereed om heil nieuws te distribueeren in de ook des nachts rijdende trams en treinen, waai' zij! vrijen toegang hebben. Zij, die krantenjon gens in de eerste plaats, vormen den scha kel tusschen nacht en dag van Ruenod Aires en zoowel voor den van het nacht leven huistoe keerenden „bon-vivant" a.fa voor den werkman, die reeds vroeg totj den arbeid geroepen wordt, brengen zij do welkome afleiding BELGIE De wrakken in dó Schelde Op| het wrak van de „Alps Maru", datj> reeds sinds maanden inl idfe Schelde zit, is, gelijk men weet, liet! s.s. „Andreas''' ge strand. i Het ongeluk beeff zich voorgedaandoor d'a.t een dar sleeptrossen brak en de tweofje -sleepboot niet in stapt was het sdhip to honden. Ondanks krachtige pogingen! eejner ber- gingsmaatschappij' slaagde men e-r niet! i®, de „Andreas" te reddjen. In den afgeloopfln nacht is het -s.s. !mid{- dendoor gebroken. Dit feit) hóeft groote opschudding veroorzaakt in -de Antwerp- scihe sdheiepvaartkringen, die maar niet hegrijpen kunnen) waarom: de regieering zoo talmtt' mot het opruimen Van wrakken. De burgemeester van Antwerpen vpu Ciauwcdaert zal dan ook bij de. eerste gele genheid de regieering interpelleerenl oveïj de nalatigheid en traagheid, welke zij aan den dag legt om de werken uit) fa voeren, die noodig zijn voor de veiligheid) van' het verkeer op de Schelde. Op de aankondiging vaml deze interpel latie is minister Baeds, dezen morgen ipaa-r Antwerpen gekomlen, om eani 'bezoek te bestaat; nooit stak een ezel,acihtigerezel ir» een leeuwenhuid! als dezen keer. Daar- ovier is mijn hart in opstand gekomen, en .'dacht aa-n niets anders meer dan aan w'raak, wraak omu zijn ellendig bedrog, om Zijne verachtelijke lafheid, om de duizend leugens, die hij- mij! heejflt vóóggespeld, omi zijne algeheele schaamteloosheid I Wat be- 'teekenden u|we oorVeegen Niets I Als ze 'ophielden te gloeien, voelde hij: ,ze niet meer. Een ding slechts kon mij voldoctu zijn dood tik kon aan niets anders meer denken, ik dacht aan niets anders djan aalnj do oude Zigeunervetrhajen, die van Wïaak spreken voor elk verraad. „Op zijn trouwdag wou ik mijn plan uitvoeren. „Ge kent het smajle gedeelte op hst toieer. Beata zei dat d$ bruidegom) na dis bruilocüt alleen !met zijne VrouWi zou| terug keeren. Hij" komt over 'dat meer en neemt 'dat smalle gedeelte, Want datïs idle kortste weg. Dat wist ik. ,JWa.nneer iemand nu e«n groot gat in het ijs Ih'akt, maar de jjsschol daarin laat drijven, zoodat do schrikkelijke valkuil, in het duister yam den nacht, niet is te be speuren, dan vliegt de slede mót ialles daarin neer, en er is geien redding jmx>i gelijk. Diat Wist ik ook. Dan fcjan je iza na- springen, en je bent gewroken. ,Ik heb met onze ijzeren bijl gehakt brengen akn het wrak. Na afloop daarvami heeft hij do verzekering gegeven, daif de wrakken onmiddellijk zullen wördehi opge ruimd'. i In Belgische bladen wordt er mót! na druk op gewezen, dat ihef verongelukte s.s. „Andreas" een Nederlandsobe loodfci aaml hoord' hiad- Sommige kringen gaan zalfa zoo vter, hieto' viernntwoardelijk te stellen. Men bewteert daar n.l. 'dat hij1 geen sleepj- 'booten hiad 'moetetn nemenj Van 'den anderelni kant ziet mien echjter zeer goicid in, dat de hooftljschuldiige mbef gezocht worilón in Birussei, W|aaa' rnten zoo,- ia.ls gewoonlijk .al te zetex get|alimd' ïbeeft met )de opruiming dei- wrakken. Bovendien! schijnt de „Andreais" slecht! geladen te- zijn geweest. MAROKKO Onrust in de Spaan se he ante. Volgens berichten uit Tetoean bli;,lffc er, eenige onrust heersehen in d-a Epaanseho zone. Twintig Spaanseho soldaten zijp in een hinderlaag gevallen en afgemaakt. Sjeik Oeled Aisja Elidri is met zijh fcroe-, pen afvallig ge.worden. Er is een levendige contrabande in wapens. Deze geschiedt via do Rïffïjnsohe havens, ondanks de waak-, zaamheid van do vloot. DE BALKAN Een nieuwe opstand in Albanië. De „Wreme" verneemt uit Skoetaxir Tengevolge van do draconische vonnissen, van den krijgsraad aldaar tegen de pcxso-' nen, die bijl den jongsteu opstand betrok ken zijh geweest, is een nieuwo opstand Uitgebroken. Eeven mohammedaansehe stammen moe ten zich bij dc opstandsbeweging aange sloten hebben. AMERIKA Een protestant over Mcxieo. Do AmerikaanschiP schrijver Sidney Su- ttherland, zoon Van erai Methodistisch pre dikant in Mexico, zelf in Mexico geboren, en opgoVosd, gaf een reeks vjêün brievau over Mexico uit, wiaiaxin hij, in tegenstel ling mót zekere tendentieuss schilderiln|gan zijner-geloofsgienoóten, zegt, dat geen op recht denkend m'ensdh de kerkvarvolgiliiig) in Mexico [Verontschuikligien o£ reehtvifliax- digen kan. i „Galles is een sluw) man", Schirijft hij'. .„Hij laat 'de .pmtesfanten in Mexico voor het moment miet rust, of speelt ze tegen de Katholieken uit, wnardoox hij bereikt, djat do Protestanten van het naburige land hem rustig laten Voortgaan. Maar luistert eens naar mijn voorspel ling, mijne vrienden!: zoodra hij Bome netdergcveld zal 'hebben, zal zich zijn haat tegen do overige geloofSgenootscjhlaplpen keeren en hij zal ze even ongenadiglijk' be strijden. .Dan zal hij' slechts hebben t'e herhalen wia.t heden de Protóstantsche leidende per soonlijkheden zeggen, die zijn vernietig gingsstrijd tegen de Katholieken zoeken jte rechtvaardigen." Over het lijden der Mexicaansche Ka tholieken zegt Sutherland verder: „Wanneer ik iemand het geloof aanl hef groote onbekende, daf aan de oVerzijllje 'vian Eet graf ligt', onfnetemf zoo beroof ik hóm v.an een schat, vjan een! 'troost, van een krachtbron, welke hij in dit geloof geVonden heeft. Hier is een volk, da.t in harden arbeid, in armoede en ontbering leeft, weinig onderricht is en (ai an heltwelk het levenl zeer weinig laiannemelijks biedt. 'Het eenige, Wat' hef duister van zijh aardsoh bestaan verlicht!, wordt hcib nu gewlelddadig ontroofkiL Hief mag niet ïnleer tot zijn zoo goedSfaifigen Vader gaan, hem zijn leed niet meer in het! oor Ruis-i Meren, zijn ra|ad en zijn zegen niet meea- ontvangen* eml dit' alles slechts, om'dat hef Toen de klok op den slottoren fwtmlK! sloeg, ben ik 'begonnen. ,Jk werkte ijverig voort. Mijne haren vielen uiteen, en heb zweet druppelde van imijn vdorhoofd in de sneeuw, maar ild bibberde toch van de kou. „I Was verschrikkelijk- 't Scheen me alsof elke houw in mijh hart drong, en 'b klonk ijhelij'k door de nachtelijke stilte, zoo luid, en zoo hol, en zoo dof. „Een breede gleuf ontstond, waai'uit het water opborrelde. En ik wilde een! heel groot vierkant hakken. Ik meende, dat zou mijl wel gelukken, want ik waft gestemd als iemand, die alles op het spel zet, en ik ben toch ook groot en eterk! i „Maar, weet ge, wie over het meen aankWaml? i i „Geesten en spoken „De duivel grijnsde lmij: uit de gleuf to gen, en later zat hij op den pijnbookn! aü lachte, en krijtechte en blafte. „Mijn engelbewaarder kwant van den berg, waarlangs ik als kind! zoo dikwijls geSllecd heb, naar beneden en weende. „Gij! kwaamt, en toen ge mij zaagt, stierft ge. i „En de Heiland kwant „Toen viel ik in de sneeuw en bleef langen tijli liggen; daarna stond ik op. „Allen waren weg. "Ik zag "de spleet. Het ijk zat goed vast; maar één van zijne den verblinden V^n! haat Vervulden bols jewieken zoo behaagt" Rebellie. Volgens een bericht uit Mexico hebben 200 opstandelingen do kazerne to Eeon in den staat Guanajuato aangevallen. Zij werden door de regeeringstiro'epen met ach terlating van 10 dood en teruggedreven.' Daarop zijn 11 opstandelingen, waaronder! 6 voorname burgers van "de stad, door de overheid gearresteerd en terechtgesteld-. KORTE BERICHTEN Meer dan 100 Braziliaansdim opd-a,11" delingen zijn zoo wordt bericht' da grens van Uruguay overgekomen «tt zijn door de Urugua.y'sche autoriteiten onb- wiapend. In ycrsdtieMen "Braziliaan^phe pro vincies is de sta,af van bolég al weer op geheven. Bij Foeyang, ten Westen van Shang- liai, moet eergisteren de slag om hef. be zit van Shanghai begonnen zijn. .Men' verwacht, dat de strijd rich spoedig tot het geheele front zal uitbreiden. Do toe stand te Hankoit fa voor 'de blanken cri-' tiek. Als do meest in aanmerking komendd kabinetsformateur in Duitschland wordt dr. Curtius genoemd. Z. H. de Pa.ua heeft eergisteren eert groep Katholieke 'jongelingen uit Mexico ontvangen, die naar Bome waren gekomen ter bijlwoning van de Aloysius-feesten. Do jongelingen legden een eed van trouw aaW het geloof af, dat zij beloofden, zoo liet moet., zelfs met hun bloed te zullen ver- mfledigen. Herdenking van den watersnood. Gistermiddag heeft te 'Deventer do plechtige herdenking plaats gehad van den' geweldigen strijld, dien Deventer in Ja nuari 1926 had te voeren tegen den hoogen waterstand. Het comité watersnood 1926, dat zoo uitnemend heeft gezorgd voor het bijeenbrengen van een fonds, waaruit aaPU do slachtoffers van den watersnood' een belangri|k deel der geleden schade is ver goed, heeft aan het gebouw van den ha vendienst een gedenksteen laten aanbren gen, vermeldende den hoogsten waterstand, ter plaatse geregistreerd. Het autnbusliedrijf der Nederlnailsóbe Spoorwegen. De UtreedifsciM correspondent Van het Hdbi. heeft in verband met een een, be richt betreffende de door die N.V. Alge meen® Transportonderneming (het auitobus- bedrijf der Nederland|9cihe Spoorwegen) aangevraagd® concessies, een omderhioud ge had met den heer R. Heg, den djireotteur ider onderneming. Aan 'het Verslag daarvan is h'ejt' volgónd® ontleend: Heel verkeerd oordeelde d|e heser Heg in *'t Bagemeen de manier, waarop dever- Sehidende concessie-aanvrage® door Gede- luteer'dbn der ondersdhleidjene provinciën werden bekeken. Het op-zich-ZeM beschou wen van iedere aanVraag móet noodgedron gen Voeren tof een cjiiaos, waaruit het on doenlijk is den wieg te vindemi Naar mijn m'eening, aldus de heer ^-Heg1, moeten Ge deputeerden voor iedere provincie afzon derlijk een plap vastsfelilien voor eem .air. gemeen economische verkeersregeling, Waarbij natuurlijk óók rekening miert! de bestaande aufoibusondememimigen moet wt>r den gehouden. Is een dergelijk pJaW een maal geprojecteerd', dan behlooren daaraan de binnengekomen, ia|anvragen getoetst te worden. Ailee'n op deze wijze is een behoor- ïij'cc verkeersregeling mlogeilijk. In DTente wordt op die manier ai ga- werkt, maar voor zoover mij bekend', is deze provincie de eenige, -Waar men het goed. aanpakt. paarden kon in de vore trappen en zift' poot verstuiken. Daarvoor was ik nu bevreesd. ,Ik ging toen naar den zoami van 'f bosóh en hakte trwee jonge dennen otrt- Deze sleepte ik met moeite over het ijjs eu legde ze vóór de spleet. „Dan bleef ik wachten. „Tegen den morgen kwam' do slede. HHjl zat er in met haar. Bijtijds zag hij! do deu nen, en week op zijl uit. ,Ik hoorde hem' lachen. „Hier heeft iemand zich een bruilofte verrassing veroorloofd," zeide hïjl „Daarna ging ik naar huis. Toen ik daar aankwam, dacht ik, eene moordenares mag hier niet blinnengaan, esU ik bleef op de treden liggen." Na dit verhaal' blijft ze s'til liggen s* ki^t me met groote, glazige oogen aan. Geen spier trilt 'in haar gezicht. Ik belt niet in staat een enkel woord te uiten. Ik wil telkens weer een meewarig woord zeg gen, maar mijhe gedachten zijtn met lam heid geslagen, en mijhe lippen Zijn ver stijfd. Onafgebroken kijkt ze mij aan met oogen zoo groot, zoo ontzettend groot DaU zegt ze op fluisterenden toon: ,JÖjk, nu zijfc ge dood! Blijf iiu fitil en... wacht... wadifc! Eerst ale de land kojnt, houd ik met hakken op en haal ik do dennen.1-* (Wordt? vervolg^)!

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1927 | | pagina 1