I
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GEHEEL ZEELAND
DIT BLAD VERSCHIJNT: DES DINSDAGS
DES DONDERDAGS EN DES ZATERDAGS
"""binnénTAND^
't Zigeunerkind.
FEUILLETON
VAN OVER PE GRENZEN
BUITEN LAND
NUMMER 2
DONDERDAG 6 JANUARI 1827
23a™ MARRANB
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Bureaux van Redactie en Administratie: Westsingel 75. GOES;
Telefoon Interlocaal No. 207, voor Redactie en Administratie.
Bijkantoor MIDDELBURG. Markt,1 en 2: Telefoon No.474.
Abonnementsprijs f 1,90 per drie maanden, bij vooruitbetaling;
Advertentiën van 1tot6 regels f0,9O, elke regel meer f 0,15;
Contractregelprijsv te beginnen bij 500 regels, beduidend lager.
GROOTEWAARDE
VAN PUBLICITEIT
WORDT BELEZEN
IN ALLE KRINGEN
De Kerk en het „gele ge
vaar".
Hot kan een twintig jaar geleden zijin,
dat Wilhelm II, de toen. oppermachtige
'keizer van Duitschland, aan een professor
der schilder-academie, de opdracht gaf, een
symbolische teekoning te schetsen, naar 'n
Idee van den keizer zelf.
De kunstenaar kweet zich van zijn taak
en do plaat werd over, geheel de wendd
verspreid.
De illustratie hracht in beeld een gehar
naste en tot de tanden gewapende groep,
dio do verschillende staten van Europa
'voorstelde; vóór deze keurbende stond de
beschaving en 't geloof van 't Westen, be
lichaamd in een idealistisch wezen, dat,
•wijzend op een Aziatisch monsterachtig
gedrocht, de krijgers toeriep: Volkeren
van Europa, verdedigt uw heiligste góe
deren!
't Is vooral sinds dien tijd, dat de be
stuurd eren en regeerders van Europa zoo
wel als de .Vcreenigde Staten een heftige
agitatie begonnen tegen den vijand, dien
men aanduidde met „het goio gevaar".
Eecds lang bestond in dit verband, do
vrees voor miatcricele schade en nu men,
door de daad van den Duitschen keizer,
daar een vroomi glimpje aan kon geven.,
leefde de actie in allerlei vormen op.
Tegen de snol aanwassende "Aziaten
trachtte de een zich te Verdedigen door
uitsluiting, een ander door geperfection-
neerdo bewapening en een derde dood
-directe aanvallen", naar het zich laat aan-'
zien, nochtans zonder veel resultaat.
Hoe hemelhoog steekt hoven zulk soort
politiek, onze TT. Kerk uit; de H. Kerk,
die tocli waarlijk een beter verdedigster
van geestelijke waarden is, dan de we-
reldsehe grootheden.
In Rome is men niet uitgegaan van het
keizerlijk idee, dat do heilige goederBÈt
alleen in het Westen veilig waren, (lang
voor do ontwrichting van den wereld
oorlog zag zij liet zedelijk verval der,
oude beschaving) maar Tl ome heeft éijin
priesterhelden uitgezonden, om! het Oos
ten aldus .te bewerken, dat het de heiliga
goederen waar dig wordt; ja desnoods'te
gen het Westen kan verdedigen.
Dit zijn geen woorden van grootspraak,
want de feiten zijh aan te toonen.
De arbeid van onze missionarissen isl
zoo vruchtdragend geweest, dat na helj
saeramenteele priesterschap, nu ook de
hooge waardigheid van het bisschopsambt
json worden toegekend, a!W1 d0 zes Chi-
'neesche zonen. En dat dit slechts een be
gin is, dat bewijst een ander feit. Het is|
amper een week geleden, dat het bekende
Sint Petrus-liefdewerk, tot vorming vau
'n inlandsc'ho Clerus, in ons land een lee
ning lieeft uitgeschreven, die bostemd is
om den bouw vau 25 seminaries in China,
Japan, Korea, ïndië en Afrika te bevor
deren.
-Van welk een wijsheid en inzicht ge
tuigt deze opvatting!
Terwijl men in de wereld der politiek
alleen dacht aan geweld, toonde de Paus!
aan, dat er zachter en beter mid^aten
zijn oin millioenen-volkeren in to toornen,
Waar de kracht nu bekennen moet, dat,
zij te kórt schoot, wist en -weet de apos-i
tolische liefde, dat zij winnen zal.
'Do Westersche volken vreesden de Oost
tarsche heidenen en zij wilden hen ver
delgen; de Kerk echter sprak: Maakt ze
Christenen. r i
De Kerk heeft het bij die woorden niet
gelaten. Wat zij reeds bereikte duidt op
een keerpunt in de geschiedenis.
Do bisschopswijding der Chineesche
priesters en 'de seminarie-bouw zijln vani
wereldwijde betcekènis.
Als altijd kent de Kerk haar tijd1 en'
geeft de juiste richting aan.
Mocht do wereld, de wereld van het
iWesten zich laten beleercn in deze.
3.5) 0_q
Ik zal 't boek maar sluiten en ecai
.beetje nadenken. Dan kan ik makkelijken
tkjjne ooren gespitst houden naar hetgeen
ginds op de gang mbdht gebeuren.
Zoo zit ik dan en dank laan alles!..,
alias.alias.
Eensklaps spring ik op. 't Is donker in
tógne kamer en daar hangt een! zware
walm. De petroleumlamp is uitgegaan,
•jh tast naar de lucifers en kijk. hoe laat
feet as.
Vijf uur in den morgen
Hoede hemel, dan toch ingaslaplen!
En Katharina, Kaijharina!
fEen schrikkelijke, zenuwachtige onrust
overvalt mij, Mijne verbeelding schildert
thyvtoorstelliagenafschuwelijk.
Ik kan t niet uithouden. Ik sluip naar
iKatharina. g deur aan den overkant. Door
£t sleutelgat straalt eenig .licht. Ik kjllop,
eerst zachtjes, dan harder. I i
Geen antwoord. i
Ik tril ja:an al mijn leden.
j Ik bons op de deur. j
„Katharina, geef! Ufltwoordli'
awdelijke stilte. i
Voor 't grootste deel ia zij schandelijk
tekort geschoten in haar plicht, maar let
is nog niet te laat.
De velden in 't Oosten zijn wit, zijln
rijp om te oogsten.
En wanneer de wereld in haar kort
zichtigheid halsstarrig blijft, dat wij 'ka
tholieken dan voortgaan op den ingeslagen
weg
Bij 't naderen van „het gele gevaar'1'1
krijgt het: „Gaat en onderwijst alle vol
koren" van don Goddelijken Meester weer
'nieuwo kracht en het feest van vandaag:
de openbaring dos Heeren, aan de heide
nen, zij ons een versehen prikkel, om 'heb
werk der missie naar vermogen te steunen.
Van modderpoel tof
mii 1 lio en en s t ad.
Onder dezen titel "schreef d.ezer dagen
een correspondent van de Courant over de
werkelijk wonderbaarlijke ontwikkeling
van Buenos Aires, de hoofdstad van den'
Zuid-Amcrikaan&c'hen staat Argentinië.
Buenos Aires beteokent letterlijk: goe
de luchten. Een naam die deze stad ont
leent aan haar oorsprong. Aan de oor
spronkelijke stad werd de naam overigens
allerminst bewaarheid. Een Pransch rei
ziger, die haar precies honderd jaar ge
leden bezocht, vond als stad der goede
luchten een onbeschrijflijk smerïg en pri
mitief nest. D'c kust, waar hij aan land
mwas gegaan, lag wijd en zijn met runder-
schedeü bedekt. Verder landwaarts, tus-
schon de huizen van één etage, wajrei»
slechts weinig'straten geplaveid. De mees
te waren moddergoulen, die alleen op de
"kruispunten, waar de voet der mensehen
meer dan elders werd neergezet, ovepschrie-
den konden worden. Doode beesten lagen
weken lang op straat. Op de -pleinen
kampeerden Indiaansohe veehandelaars
die den laatsten penning verdronken van
het geld dat zijl voor hun kudden had
den ontvangen.
Men kan zich moeilijk dat verleden!
voorstellen, als men thans voorbijl' de tien
en twintig-étage-huizen van de Avenida
do Mayo langs de stations der naar Bec-
'lijnsch voorbeeld aangelegde spoorwegen
loopt, als men 's avonds den aangenaam-
ïachten schijn der lichtreclames en etala
ges van de Calle Florida ziet of urenlang
met do electrisehe tram door de voorste
den rijdt, in de hoop nog eens aan het laag
ste huis te komen, welke hoop men ten
slotte als volkomen Sjjdel moet opgeven.
Buenos Aires bezit niet alleen niets meer
cfat aan die vroegere toestanden herinnert,
het is tegenwoordig een wereldstad in den
enormsten zin deu woords, een superötad
om zoo te zeggen, een „triumf van deg
lineaal", zonder een spoor van organischen
stadsgroei, een geheel dat afschrikt en
verbijstert. In de 20 jaren tussehen 1895
en 1919 is de bevolking verdrievoudigd.
In de volgende 10 jaren is zij opniouwi
300.000 ziölen rijker geworden; thans telt
zij omstreeks 2 millioen bewoners; met da
voorsteden mee, die niet kunnen gean
nexeerd worden, omdat de onzichtbare)
grens der provincie ze van het „bondu-
distriet" scheidt, 23/a millioen. Djen groei
bemerkt men niet alleen aan de periferie
met haar meestal twee-étagige woningen.
Ook het centrum is bestendig aan het uit
breiden. Kaast de weinige lage huisjes
van vroeger verheffen zich de „gemiddel
de" huizen van 5 tot T verdiepingen. Maar
anderzijds zijn reeds de wolkenkrabbers
verrezen, met de gladde, kale, diep in het
huizenblok vooruitdringende zijgevels, eaï
zullen de leelij'ke schaduwen, die zij wer
pen, zóólang behouden, tot ernaast overal
evenhooge huizenmonsters zijn opgestaan,
nadat do „gemiddelde" woningen.zijln neer
gehaald. Dat neerhalen yan oudere hui
zen gebeurt geregeld, omdat zij niet meer
aan de moderne behoeften voldoen of te
Daar overvjalt mij een waanzinnige;
angst. Ik zie ternauwernood! Beaitla, dio
huRond om' 't hoekje van hare 'deur kijkt.
Ik wil naar buiten, een ladder 'halen, en
dan door haar venster!
Ik werp de huisdeur openOp de
treden ligt Katharina en naast ha,ar ee®
zw'ara bijl.
..Be,Beata hehelp—me!"
iW;e dragen ze naar binnen.
Vrij' spoedig komt ze bij: ze had niet
lang op de treden gelegen.
„Ga heen, beste Beata en nu„ Voor 'f
eerst van je leven, zwijg."
Ze; knikt al weenen Van ja, en zai haar
woordi houden.
Dar ja I"
Op 't zien Van die gelaatstrekken en
idie verwlaaide haren, ontgaat mijl htear
iehrieteïijke naam'.,
Met groote oogen kijkt ze mij aan;
ik geloof! niet eens, dat ze zieks is. "Haar'
gemat is kalm1, hare oogten zijh droog,
maar staan Vreemd', erg vreemd.
Dan biecht ze op, en ook hare steimi
klinkt vreemd.-
„Ik heb mij willbn wreken. Hij heeft
tegen mij' gelogen, en hij is ,een scholjt.
2t Ergste is, dat ik mijzeaye® heb wtegge-
simteten door hem te bekennen, dat ik hem
liefhad. O, Ihbe heb ik ham! dat gezegd!
Jljn hij Was toch! de ellendigste kerel, die er
laag zijh óm den hoogen grondprijs op te
brengen. Zoo vindt men midden in de stad
veel nieuwbouw en dus ook veel afbraak.
Het noksilhouet der hoofdstraten ziet er
bij dit alles natuurlijk schilderachtig uit
Een geheel ander, in zijn soort meer
uniform beeld vertoont de Boe», het Zuid
waarts gelegen, uitgestrekte havenkwar
tier. Alweer lineaalstraten, troosteloos
Eerst hier begrijpt men, hoeveel! de Euro-
peesche straten erbij winnen, dat ze bijina
steeds in het verschiet door, een huizen-
front worden afgesloten. In 'do Booa zijn
de huizen laag, vaak van hout en dikwijls
met gegolfd piaataj'zer bedekt. Deze bont
beschilderde, dikwijls met aardige dak-
friezen voorziene woningen zien er met
dat al vriendelijk uit; zij hebben karakter
en drukken niettemin elkaar niet dood'
zij verdragen elkaar ïn hun buurschap en
schilderachtigheid.
Buenos Aires, millioenenstad reeds, is
inderdaad het centrum van handel en ver
keer van heel Argentinië het groote
hoofd en het ruime hart van het land. Een
vijfde deel -der lamdsbevolking, woont in
deze hoofdstad met een ontzettend, oneven
redig groot, aantal fabrieken, een haven
die veel te klein ia en hoofdstraten nlie.
vel te smal zijn. De regeling van h'cjt
straatverkeer wordt hier een met den dag
moeilijker op te lossen probleem'. Dn
goedgeschoolde verkeerspolitie vervult
haar taak uitstekend. Maar wat te begin
nen, zelfs met inachtneming van de mo
dernste ordemaatregelen, bijl zóó smalle
ptraten? Om de opstoppingen te vermin
deren, worden nieuwe diagonaalstraten
aangelegd en bovendien zijn twee nieuwo
ondergrondsche spoorwegen in voorberei
ding, die echter veel te lang djuur.t. Die
groei der stad kan de komst ervan nauwe
lijks afwachten.
Hot leven duurt in Buenos Aires tot
diep in den nacht, of liever tot vroegi ïn
den morgen. Wanneer des nachts dpi
drie uur de machtige rotatiepersen vara
„La, Prensa" gaan draaien, staan de hon
derden krantenjongens reeds gereed om heil
nieuws te distribueeren in de ook des
nachts rijdende trams en treinen, waai' zij!
vrijen toegang hebben. Zij, die krantenjon
gens in de eerste plaats, vormen den scha
kel tusschen nacht en dag van Ruenod
Aires en zoowel voor den van het nacht
leven huistoe keerenden „bon-vivant" a.fa
voor den werkman, die reeds vroeg totj
den arbeid geroepen wordt, brengen zij
do welkome afleiding
BELGIE
De wrakken in dó Schelde
Op| het wrak van de „Alps Maru", datj>
reeds sinds maanden inl idfe Schelde zit, is,
gelijk men weet, liet! s.s. „Andreas''' ge
strand. i
Het ongeluk beeff zich voorgedaandoor
d'a.t een dar sleeptrossen brak en de tweofje
-sleepboot niet in stapt was het sdhip to
honden.
Ondanks krachtige pogingen! eejner ber-
gingsmaatschappij' slaagde men e-r niet! i®,
de „Andreas" te reddjen.
In den afgeloopfln nacht is het -s.s. !mid{-
dendoor gebroken. Dit feit) hóeft groote
opschudding veroorzaakt in -de Antwerp-
scihe sdheiepvaartkringen, die maar niet
hegrijpen kunnen) waarom: de regieering
zoo talmtt' mot het opruimen Van wrakken.
De burgemeester van Antwerpen vpu
Ciauwcdaert zal dan ook bij de. eerste gele
genheid de regieering interpelleerenl oveïj
de nalatigheid en traagheid, welke zij aan
den dag legt om de werken uit) fa voeren,
die noodig zijn voor de veiligheid) van' het
verkeer op de Schelde.
Op de aankondiging vaml deze interpel
latie is minister Baeds, dezen morgen ipaa-r
Antwerpen gekomlen, om eani 'bezoek te
bestaat; nooit stak een ezel,acihtigerezel
ir» een leeuwenhuid! als dezen keer. Daar-
ovier is mijn hart in opstand gekomen, en
.'dacht aa-n niets anders meer dan aan
w'raak, wraak omu zijn ellendig bedrog, om
Zijne verachtelijke lafheid, om de duizend
leugens, die hij- mij! heejflt vóóggespeld, omi
zijne algeheele schaamteloosheid I Wat be-
'teekenden u|we oorVeegen Niets I Als ze
'ophielden te gloeien, voelde hij: ,ze niet
meer. Een ding slechts kon mij voldoctu
zijn dood tik kon aan niets anders meer
denken, ik dacht aan niets anders djan aalnj
do oude Zigeunervetrhajen, die van Wïaak
spreken voor elk verraad.
„Op zijn trouwdag wou ik mijn plan
uitvoeren.
„Ge kent het smajle gedeelte op hst
toieer. Beata zei dat d$ bruidegom) na dis
bruilocüt alleen !met zijne VrouWi zou| terug
keeren. Hij" komt over 'dat meer en neemt
'dat smalle gedeelte, Want datïs idle kortste
weg. Dat wist ik.
,JWa.nneer iemand nu e«n groot gat in
het ijs Ih'akt, maar de jjsschol daarin laat
drijven, zoodat do schrikkelijke valkuil, in
het duister yam den nacht, niet is te be
speuren, dan vliegt de slede mót ialles
daarin neer, en er is geien redding jmx>i
gelijk. Diat Wist ik ook. Dan fcjan je iza na-
springen, en je bent gewroken.
,Ik heb met onze ijzeren bijl gehakt
brengen akn het wrak. Na afloop daarvami
heeft hij do verzekering gegeven, daif de
wrakken onmiddellijk zullen wördehi opge
ruimd'. i
In Belgische bladen wordt er mót! na
druk op gewezen, dat ihef verongelukte s.s.
„Andreas" een Nederlandsobe loodfci aaml
hoord' hiad- Sommige kringen gaan zalfa
zoo vter, hieto' viernntwoardelijk te stellen.
Men bewteert daar n.l. 'dat hij1 geen sleepj-
'booten hiad 'moetetn nemenj
Van 'den anderelni kant ziet mien echjter
zeer goicid in, dat de hooftljschuldiige mbef
gezocht worilón in Birussei, W|aaa' rnten zoo,-
ia.ls gewoonlijk .al te zetex get|alimd' ïbeeft met
)de opruiming dei- wrakken. Bovendien!
schijnt de „Andreais" slecht! geladen te-
zijn geweest.
MAROKKO
Onrust in de Spaan se he ante.
Volgens berichten uit Tetoean bli;,lffc er,
eenige onrust heersehen in d-a Epaanseho
zone. Twintig Spaanseho soldaten zijp in
een hinderlaag gevallen en afgemaakt.
Sjeik Oeled Aisja Elidri is met zijh fcroe-,
pen afvallig ge.worden. Er is een levendige
contrabande in wapens. Deze geschiedt via
do Rïffïjnsohe havens, ondanks de waak-,
zaamheid van do vloot.
DE BALKAN
Een nieuwe opstand in Albanië.
De „Wreme" verneemt uit Skoetaxir
Tengevolge van do draconische vonnissen,
van den krijgsraad aldaar tegen de pcxso-'
nen, die bijl den jongsteu opstand betrok
ken zijh geweest, is een nieuwo opstand
Uitgebroken.
Eeven mohammedaansehe stammen moe
ten zich bij dc opstandsbeweging aange
sloten hebben.
AMERIKA
Een protestant over Mcxieo.
Do AmerikaanschiP schrijver Sidney Su-
ttherland, zoon Van erai Methodistisch pre
dikant in Mexico, zelf in Mexico geboren,
en opgoVosd, gaf een reeks vjêün brievau
over Mexico uit, wiaiaxin hij, in tegenstel
ling mót zekere tendentieuss schilderiln|gan
zijner-geloofsgienoóten, zegt, dat geen op
recht denkend m'ensdh de kerkvarvolgiliiig)
in Mexico [Verontschuikligien o£ reehtvifliax-
digen kan. i
„Galles is een sluw) man", Schirijft hij'.
.„Hij laat 'de .pmtesfanten in Mexico voor
het moment miet rust, of speelt ze tegen
de Katholieken uit, wnardoox hij bereikt,
djat do Protestanten van het naburige land
hem rustig laten Voortgaan.
Maar luistert eens naar mijn voorspel
ling, mijne vrienden!: zoodra hij Bome
netdergcveld zal 'hebben, zal zich zijn haat
tegen do overige geloofSgenootscjhlaplpen
keeren en hij zal ze even ongenadiglijk' be
strijden.
.Dan zal hij' slechts hebben t'e herhalen
wia.t heden de Protóstantsche leidende per
soonlijkheden zeggen, die zijn vernietig
gingsstrijd tegen de Katholieken zoeken
jte rechtvaardigen."
Over het lijden der Mexicaansche Ka
tholieken zegt Sutherland verder:
„Wanneer ik iemand het geloof aanl hef
groote onbekende, daf aan de oVerzijllje
'vian Eet graf ligt', onfnetemf zoo beroof
ik hóm v.an een schat, vjan een! 'troost, van
een krachtbron, welke hij in dit geloof
geVonden heeft.
Hier is een volk, da.t in harden arbeid,
in armoede en ontbering leeft, weinig
onderricht is en (ai an heltwelk het levenl
zeer weinig laiannemelijks biedt.
'Het eenige, Wat' hef duister van zijh
aardsoh bestaan verlicht!, wordt hcib nu
gewlelddadig ontroofkiL Hief mag niet
ïnleer tot zijn zoo goedSfaifigen Vader gaan,
hem zijn leed niet meer in het! oor Ruis-i
Meren, zijn ra|ad en zijn zegen niet meea-
ontvangen* eml dit' alles slechts, om'dat hef
Toen de klok op den slottoren fwtmlK!
sloeg, ben ik 'begonnen.
,Jk werkte ijverig voort. Mijne haren
vielen uiteen, en heb zweet druppelde van
imijn vdorhoofd in de sneeuw, maar ild
bibberde toch van de kou.
„I Was verschrikkelijk- 't Scheen me
alsof elke houw in mijh hart drong, en 'b
klonk ijhelij'k door de nachtelijke stilte,
zoo luid, en zoo hol, en zoo dof.
„Een breede gleuf ontstond, waai'uit
het water opborrelde. En ik wilde een!
heel groot vierkant hakken. Ik meende,
dat zou mijl wel gelukken, want ik waft
gestemd als iemand, die alles op het spel
zet, en ik ben toch ook groot en eterk! i
„Maar, weet ge, wie over het meen
aankWaml? i i
„Geesten en spoken
„De duivel grijnsde lmij: uit de gleuf to
gen, en later zat hij op den pijnbookn! aü
lachte, en krijtechte en blafte.
„Mijn engelbewaarder kwant van den
berg, waarlangs ik als kind! zoo dikwijls
geSllecd heb, naar beneden en weende.
„Gij! kwaamt, en toen ge mij zaagt,
stierft ge. i
„En de Heiland kwant
„Toen viel ik in de sneeuw en bleef
langen tijli liggen; daarna stond ik op.
„Allen waren weg. "Ik zag "de spleet.
Het ijk zat goed vast; maar één van zijne
den verblinden V^n! haat Vervulden bols
jewieken zoo behaagt"
Rebellie.
Volgens een bericht uit Mexico hebben
200 opstandelingen do kazerne to Eeon in
den staat Guanajuato aangevallen. Zij
werden door de regeeringstiro'epen met ach
terlating van 10 dood en teruggedreven.'
Daarop zijn 11 opstandelingen, waaronder!
6 voorname burgers van "de stad, door de
overheid gearresteerd en terechtgesteld-.
KORTE BERICHTEN
Meer dan 100 Braziliaansdim opd-a,11"
delingen zijn zoo wordt bericht' da
grens van Uruguay overgekomen «tt zijn
door de Urugua.y'sche autoriteiten onb-
wiapend.
In ycrsdtieMen "Braziliaan^phe pro
vincies is de sta,af van bolég al weer op
geheven.
Bij Foeyang, ten Westen van Shang-
liai, moet eergisteren de slag om hef. be
zit van Shanghai begonnen zijn. .Men'
verwacht, dat de strijd rich spoedig tot
het geheele front zal uitbreiden. Do toe
stand te Hankoit fa voor 'de blanken cri-'
tiek.
Als do meest in aanmerking komendd
kabinetsformateur in Duitschland wordt
dr. Curtius genoemd.
Z. H. de Pa.ua heeft eergisteren eert
groep Katholieke 'jongelingen uit Mexico
ontvangen, die naar Bome waren gekomen
ter bijlwoning van de Aloysius-feesten. Do
jongelingen legden een eed van trouw aaW
het geloof af, dat zij beloofden, zoo liet
moet., zelfs met hun bloed te zullen ver-
mfledigen.
Herdenking van den watersnood.
Gistermiddag heeft te 'Deventer do
plechtige herdenking plaats gehad van den'
geweldigen strijld, dien Deventer in Ja
nuari 1926 had te voeren tegen den hoogen
waterstand. Het comité watersnood 1926,
dat zoo uitnemend heeft gezorgd voor het
bijeenbrengen van een fonds, waaruit aaPU
do slachtoffers van den watersnood' een
belangri|k deel der geleden schade is ver
goed, heeft aan het gebouw van den ha
vendienst een gedenksteen laten aanbren
gen, vermeldende den hoogsten waterstand,
ter plaatse geregistreerd.
Het autnbusliedrijf der Nederlnailsóbe
Spoorwegen.
De UtreedifsciM correspondent Van het
Hdbi. heeft in verband met een een, be
richt betreffende de door die N.V. Alge
meen® Transportonderneming (het auitobus-
bedrijf der Nederland|9cihe Spoorwegen)
aangevraagd® concessies, een omderhioud ge
had met den heer R. Heg, den djireotteur
ider onderneming.
Aan 'het Verslag daarvan is h'ejt' volgónd®
ontleend:
Heel verkeerd oordeelde d|e heser Heg
in *'t Bagemeen de manier, waarop dever-
Sehidende concessie-aanvrage® door Gede-
luteer'dbn der ondersdhleidjene provinciën
werden bekeken. Het op-zich-ZeM beschou
wen van iedere aanVraag móet noodgedron
gen Voeren tof een cjiiaos, waaruit het on
doenlijk is den wieg te vindemi Naar mijn
m'eening, aldus de heer ^-Heg1, moeten Ge
deputeerden voor iedere provincie afzon
derlijk een plap vastsfelilien voor eem .air.
gemeen economische verkeersregeling,
Waarbij natuurlijk óók rekening miert! de
bestaande aufoibusondememimigen moet wt>r
den gehouden. Is een dergelijk pJaW een
maal geprojecteerd', dan behlooren daaraan
de binnengekomen, ia|anvragen getoetst te
worden. Ailee'n op deze wijze is een behoor-
ïij'cc verkeersregeling mlogeilijk.
In DTente wordt op die manier ai ga-
werkt, maar voor zoover mij bekend', is
deze provincie de eenige, -Waar men het
goed. aanpakt.
paarden kon in de vore trappen en zift'
poot verstuiken.
Daarvoor was ik nu bevreesd.
,Ik ging toen naar den zoami van 'f
bosóh en hakte trwee jonge dennen otrt-
Deze sleepte ik met moeite over het ijjs eu
legde ze vóór de spleet.
„Dan bleef ik wachten.
„Tegen den morgen kwam' do slede. HHjl
zat er in met haar. Bijtijds zag hij! do deu
nen, en week op zijl uit.
,Ik hoorde hem' lachen.
„Hier heeft iemand zich een bruilofte
verrassing veroorloofd," zeide hïjl
„Daarna ging ik naar huis. Toen ik
daar aankwam, dacht ik, eene moordenares
mag hier niet blinnengaan, esU ik bleef op
de treden liggen."
Na dit verhaal' blijft ze s'til liggen s*
ki^t me met groote, glazige oogen aan.
Geen spier trilt 'in haar gezicht. Ik belt
niet in staat een enkel woord te uiten. Ik
wil telkens weer een meewarig woord zeg
gen, maar mijhe gedachten zijtn met lam
heid geslagen, en mijhe lippen Zijn ver
stijfd. Onafgebroken kijkt ze mij aan met
oogen zoo groot, zoo ontzettend groot DaU
zegt ze op fluisterenden toon:
,JÖjk, nu zijfc ge dood! Blijf iiu fitil
en... wacht... wadifc! Eerst ale de
land kojnt, houd ik met hakken op en haal
ik do dennen.1-* (Wordt? vervolg^)!