N
Tweede Blad
Juliana van Stolberg')
Ons Kerstnu
't Zigeui
ZATERDAG 11 DECEMBER 1926
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Im
FEÜILL ETON
't Zigeunerkind.
KERKNIEUWS
Voor onze vrouwen.
Voor de Keuken
"gemengd nieuws
In 't kraaiennest.
FEUILÜ
Ei' is in ons land een comité, dat de
bedoeling heeft 't volgende jaar, als Prin
ces Juliana 18 jaar wordt, als nationaal
huldeblijk aan te bieden het standbeeld'
van Juliana van Stolberg.
Hier ter stede zijn leden van: 't Oranje-
comité bezig, gelden in te zamelen voor
bedoeld huldeblijk. Misschien kan het do
geachta lezers interesseeren, iets meer te
weten van de Vrouw, die als Stammoeder
der Oranjevorsten bij de Protestanten
zoo'n eerbiedige vereering geniet.
Jplianp van Stolberg werd geboren uit
Katholieke ouders in 1506 in 't Ihiitscho
graafschap, waaraan haar naam is ont
leend. Haar moeder was van strenger! op
vatting dan haar vader, jammer dat zij
aan dien goeden invloed harer moeder ont
trokken werd vanaf haar elfde jaareen
kinderlcoze oomgraaf Eberhard zu Ko-
nigsteinEppstein, nam haar tot zich.
Das ze echter katholiek bleef, blijkt uit
het feit dat ze twee jaar later nog de
H. Mis bijwoonde. Haar eerste echtgenoot,
dien ze in 1523 huwde, en die ze zes jaar
later verloor, werd met alle plechtigheden
der Koomsehe Kerk begraven. Dertig da
gen lang droeg men H. Missen op voor
zijn zielerust.
Twee jaar later hertrouwde ze met
Wilhelm de Bijke van Nassau Dillenburg.
Aanvankelijk was 'deze Lutherschgezind,
maar jarenlange, moeilijkheden om in 't be
zit te geraken van 't graafschap Katze-
nelnbcgen waren oorzaak dat hiji steun
zocht bij den Keizer, die als Katholiek
een godsdienstoorlog voerde togen een
groot deel der Duitsche rijks- en andere
vorsten. De Duitsche geschiedschrijver
Bach fail 1, die het leven van Willem de
Zwijger beschreven heeft en alles behalvo
Katholiek te noemen is, voegt hier aan
toe: „Zijn zoon Willem de Zwijger1 (zoon
van Wilh. de Bijke!) heeft later getracht
het voorbeeld van zijn vader na te. volgent
Zulk een schipperen was nog wel moge
lijk in 't keizerrijk onder Karei de Vijfde,
niet echter onder 't regime van een Phi
lips de Tweede in de Nederlanden
'u Schipperen om aardsch gewin, stelt)
hij vast in den stamvader van 't Oranje
huis!
Uit het tweede huwelijk van Juliana'
van Stolberg werd Willem do Zwijger ge'
boren. In 1533 werd hij, Katholiek gel
doopt. Voor 't uiterlijke zullen we Juliand
nog Katholiek kunnen noemen.
Twaalf 'jaar later echter zal de jongö
Willem vertrekken naar 't Katholieke
Hof te Brussel. Dan moet hij Katholiek
worden, 't Prinsdom Oranje Chalons hangt
en van af. 't Blijkt dat bij, dan Luthersch
is, Juliana is dus waarschijnlijk tuspehen-
tjjds van geloofsovertuiging veranderd. De
levensheschrijven van Juliana, dr. E. Ja
cobs, archivaris van 't geslacht Stolberg -
Wernigerodd zegt, dat ze later op hoogen
leeftijd! door 't toedoen vooral van haar
zoon Jan van Nassau Galvïniste werd. Hu
is 't nagenoeg zeker, dat ze uit den dool
hof der toenmalige leerstellingen niet
recht wijs zal hebben gekund.
Wat Juliana van Stolberg gemeen had
met alle Protestantsche ijveraars was de
haat tegen de Katholieken. De meerge-
noemdn Dr. E. Jacobs wiens boek over
Juliana een doorloopende verheerlijking
is staat het: „Waar het gaat om de be
dreiging der Reformatie door Bome en de
Jezuieten daar vindt de belangstelling
van Juliana en de haren zeer besliste
vurige' uitdrukkingen".
In 1576, we waren toen aan 't begin
van den 80-jarigen oorlog, dat gedeelte
wat we gevoegelijk 'godsdienstoorlog mo
gen noemen, gelukte het den Spaanschen
landvoogd! in de Zuid-Nederlandsehe pro
vincies de Pacificatie( bevrediging-verzoe
ning) tot stand te brengen tusschen de
Zuidelijke provincies. De Katholieke gods
dienst blijft dan gehandhaafd.
Juliana van Stolberg waarschuwt ha;ar
zoon om op zulk een voorwaarde nooit een
vergelijk te bewerken met het Zuiden.
Geen vrijheid voor de Katholieken! Ze is
wel veel veranderd sinds haar jeugdjaren.
Ze wijst Prins Willem van Oranje op de
overeenkomst der Katholieken met Satan,
die als n wolf in schaapsvel den verrader
speelt. Aldus vertelt, haar leveusbe,schrij
ver.
't Teekent den geest van Juliana van
Stolberg. Er is echter niet mee gezegd,
dat haar invloed op Oranje groot geweest,
is Meer invloed had zijn Katholieke echt,-
genoote Anna van Buren, en volgens den
Duiltsrhen schrijver Bachfahl is 't zeer
waarschijnlijk dat Oranje (d.i. Willem de
17) 0—
Van de geschiedenissen uit het Oude
Verbond] boeide de geschiedenis van Jozef
haar 't meest. Ze leed met den verlaten
Hebreeuwschea jongeling, en vierde met
hem de overwinning. En hare levendige
verbeeldingskracht maakte eene vergelij
king tusschen den armen gevangene in
Egypte Rn baar zelve, en knoopte daaraan
den jronderen koningsdroom, vol van toe
komstige grootheid en verhevenheid hoven
de rondzwervende broeders. Misschien
dacht ze ook aan een toekomstig we
derzien van dezen of genen. Wie weet 'tl
Karja heeft het- lezen zeer vlug, ja haast
al spelend, geleerd; maar het doelmatige
van schrijfpapier met lijnen heeft ze nog
niet gesnapt. Hare letters zijn bovendien
ta geweldig uitgegroeid, om tusschen ge
wone lijnen geplaatst te kunnen worden.
Van! rekenen moet ze niet veel hebben,
ten minste niet van afgetrokken becijfe
ringen met geld evenwel werkt ze zonder,
fout. Dat kan ze nog van vroeger. Acht)
en vijf maakt biji haar vijftien, maar acht
penningen en een stukje van vijf pen
ningen maakt biji haar zamen één grosehen
Zwijger Prins van Oranje) de breuk met
't Katholicisme in later jaren niet zou
begaan hebben, evenmin als den opstand
tegen Spanje, indien Anna van Buren niet
to vroeg gestorven was (haar dood, vie]
Voor in het jaar 1558).
Maar Jan van Nassau, 'n andere zoon,
<n in onze geschiedenis geen onbekende,
beantwoordde meer aan de moederlijke
wenschen. „Geen harer kinderen was zoo
haar evenbeeld als deze", aldus Dr. E.
Jacobs. Voor ons Katholieken is Jan van
Nassau in die dagen de verpersoonlijking
van 't antipapisme. En z'n zoon Willem
Lodewijk, later stadhouder van Friesland,
overtrof hem wellicht nog.
Van Jan van Nassau zegt de Protes-
tantsoha geschiedschrijver, professor Blok,
ten onzent; dat de driftige, willekeurige
streng Calvinistische graaf met, zijn volle
toestemming t Calvinisme in Gelderland
gewelddadig uitbreiden liet, op gevaar af
van een burgeroorlog, want de meeste
stadsregeeringen hielden nog vast aan het
Katholieke geloof. En van matiging wilde
graaf Jan van Nassau niet weten. Toch
had. hij als stadhouder van Gelderland] ge
zworen het Katholicisme te zullen hand
haven. Zijn zoon Willem Lodewijk is er
in geslaagd den Katholieken godsdienst in
Friesland nagenoeg te vernietigen. Hij
heeft z'n standbeeld gekregen op 't Hof
te Leeuwarden; Jan van Nassau heeft z'n
standbeeld, in Utrecht, op dezelfde plaats
waar eens 't middenschip der Utrechtstohe
Domkerk stond.
Nu wil men Juliana van Stolberg liaar
standbeeld geven. Aan ons Katholieken
de vraag: zullen we daaraan kunnen mee
werken.
Men zegt: 't Is een hulde aan Juliana,
onzu tegenwoordige Prinses". In eerbied
voor ons vorstenhuis blijven de Katholie-
"keu niet achter. Onze eerbied steunt wel
licht op hechteren grondslag dan bij de
anderen, waar religieuse piëteit voor de
voorouders van 't vorstenhuis veelal de
'voorname factor is. We erkennen haar ge
zag en daarin Gods Voorzienigheid, maar
met. alle respect voor de godsdien,sligei toe
wijding, die een Protestant voor de stam
moeder der Oranje's voelt, ons stem'tj ,de
herinnering aan Juliana van Stolberg eer
der treurig, dan dankbaar.
C. W. DOGGE,
Vergl. „Juliana van Stolberg" door
Canitil Tuba „Ons Eigen Blad" 15 Dee.
25,o waaraan vele der gegevens zijn ont
leend.
Op den derden Zondag van den Advent.
Epistel v. d. H. Paulus tot de Philippdjnen
IV. 3 7
Broeders! verblijdt u altijd in den Heer;
wederom zeg ik, verblijdt u. Dat uwe
zedigheid allen ménschen bekend zijde
Heer is nabij. Weest nergens in bekom
merd; maar laat uwe begeerten in alles,
door bidden en smeeken, met dankzegging
aan God bekend worden. En de vrede des
Heeren, welke alle verstand te boven gaat,
beware uwe harten en zinnen in Jezus
Christus, onzen Heer.
Evangelie, Joannes I. 1928.
In dien tijde zonden de Joden priesters
eni leviten tot Joannes, om hem! te vra
gen: wie zijt gij.? En hiy bekende, 'én
loochende met; en hij beleed: ik ben de
Christus niet. En zij1 vroegen hem: wie
dan? zijt gij, Elias? En hij zeide: die ben
ik niet. Zijt gij, de profeet? En hij ant
woordde neen. Zij zeiden hem dan: wie
zijt gij, opdat wij antwoord geven denge
nen, die ons gezonden hebben? Wat zegt
gij van u zeiven? Hij zeide: ik ben de
viem van die m cfe woestijn roejib: maaktt
den weg des Heeren recht, gelijk de Pro
feet Izaias gezegd heeft. En de afgezon
denen waren uit de Phariseeërs. En zij
vroegen en zeiden hemwat doopt gij
dan, indien gij noch zijt de Christus, noch
Elias, noch de profeet? Joannes antwoord
de hun, en zeide: ik doop in water; raaaij
midden onder u heeft Hij gestaan, dien gij
niet kent. Hij1 is het, die na mij komen
zal, die voor mij geweest is, wiens schoen,
riemen ik niet waardig ben te ontbinden.
Deze dingen zijn te Bethanië geschiedt
over de Jordaan, waar Joannes doopte,
HOE EEN GOEDE GASTVBOUW,
THEE ZET.
Theedrinken is zoo'n gewone bezigheid,
dat men er ejgenlijk niet de noodige aan
dacht aan schenkt. Men zal zich vee]
en drie penningen.
- Alleraardigst is de manier, waarop we
de aardrijkskunde behandelen. Daarbij1 ben
ik niet aan het woord, maar Karja. Ze
kent den Riijtn, Beieren, Thuringen en veel
meer nog en weet tal van sleden, aan
wiel' namen een of ander bijzonder feit
uit haar leven is verbonden. Van Keulen
weet- ze, dat niemand daar binnen mag'
komen, omdat de politie dat niet wil heb
ben; aan den Donau woont een man, die
verschrikkelijk opspeelt, als iemand daar
gaal vissehen; in Saksen heerscht het
mond- en klauwzeer, daar mag je niet in
een herberg komen, en in Pamjmeren had
zo bijna, eiken dag ganzebout gegeten,
't Is haast niet te gclooven, wat een boel
ganzen in Pommeren in 't wild rond
kropen, t is jammer, dat we daar niet
wonen, vooreerst om dc goedkoope braad
stukken en ten tweede, omdat Pluto, daar
erg veel pret zou hebben.
De geschiedenis leeft voor ons slechts: in
den alleroorspronkelijksten toestand, na
melrjk in den vorm van sprookjes en volks
overleveringen. 't Is mij niet gelukt, Kar-
ja's belangstelling te wekken voor alle
Duitsche volkssprookjes, hoewel ik ze haar
pas verteld heb, na ze stuk voor 'stuk
■ernstig bestudeerd en voor hare eigen
aardige persoonlijkheid pasklaar gemaakt
moeite geven voor extra heerlijke koekjes
en de thee krijgt het overgeschoten restje
aandacht.
Maai! de thee is toch 'fc belangrijkst:
geurig verseh gezet en heel.
Als u de volmaakte gastvrouw wilt zijn,
zia dan eens even naar uw theeservies.
Een saai theeservies behoeft niemand te
hebben tegenwoordig, want er zijn genoeg
goedkoop,e soorten, die toch heel fleurig
zijn. Maar men dient wel op den vormt te-
letten. Hoe sierlijk en mooi do wijde platte
kopjes ook zijn, men moet goed beden
ken, dat, tenzij men de thee dadelijk op
drinkt, ze koud wordt.
Kies dus liever kopjes die iets dieper
zijn, met een gladden, ronden rand. Ge
ribde of aan den rand uitgebogen kopjes
drinken niet gemakkelijk en let vooral' op
dat ze stevig op hun schoteltje staan en
niet heen en weer glijden.
En dan de theepot. Het is heel moei
lijk de volmaakte gastvrouw te spelen met
een theepot die hopeloos drupt in da
schoteltjes, of waarvan het deksel met
een plons in een kopje valt. Ziet toe dat
de theepot goed schenkt, een naai"
boven gerichte tuil en dat liet deksel
bevestigd is.
Toevalligerwijs zijn de vierkante thee
potten met haast heelemaal geen tuit, ook
zeer geschikt.
Het is een fout om een te kleinen thee,-
pot te nemen. Laat de menschen maar om
u lacheneen grootere hoeveelheid the»
blijft veel beter warm dan een kleine
hoeveelheid, en 't is veel beter om ineens
du kopjes te vullen uit den theepot, clan
om bij zeer sterke thee heet water te gie
ten. Heet water, tenzij het om! en bijl heft'
kookpunt is. is geen bevorderlijke toevoe
ging-
En zorg dan ook, dat. al wat ge er bij'
geeft klein is. Kleine koekjes of kleine
stukjes f ake.
Zet uw theein een warmen, drogcaf
theepot en giet er het werkelijk bubbelend
kokende water over.
Water, (lat al eens gekookt is, maakt
geen lekkere thee. Laat de thee een mi
nuut of 3t rekken en schenk dan in.
„GK.OOTE" MANNEN.
Het is een professors-oordeel, da.t wij
hier laten volgen.
Dr. Knight. Dunlop, professor voor
experimentalpsychologie aan de Johns-Hop
kins-Universiteit te Baltimore, behandelt
deze vraag in een pas verschenen boelf
over „Persoonlijke schoonheid en rasver
betering."
Met .talloos vele vrouwen heeft hij ge
sproken over haar schoonheidsideaal, maar
zoo voorzichtig, dat zij niet vermoedden,
tot welk doel hij, deze ondervragingen
wilde gebruiken.
Steeds weer vernam hij dezelfde opmer
king: ,,'A. is mooier dan B., want hij is
grooter."
Zoo is hij tot het Inzicht gekomen, da,t
do lichaamsgrootte een belangrijke rol
speelt bij het. schoonheids-ideaal der
vrouw.
Deze voorliefde verklaart hij uit het on
bewust] voortbestaan der opvattingen uit
den oertijd, toen het, voor de vrouw bij' ide
keuze van den echtgenoot beslissend was,
of hij een flink krijger en jager was, want
alleen groote, krachtige mannen "konden
vrouwen en kinderen beschermen en liet
noodige voedsel verschaffen. t
Tegenwoordig is het wel meer de vrees
en belachelijk uit te zien naast een klei
nen echtgenoot, wat natuurlijk alleen het.
geval kan zijn, wanneer de vrouw groo
ter is.
In Amerikaansche bladen is deze vraag
ook behandeld, maar de schrijfster, CecU
Chesterton, die een groote keunis van de
vrouwen-psych'a bezit, heeft aan.de voor
liefde! der vrouwen voor groote mannen
een heel anderen uitleg en oorzaak
gegeven.
„De vrouwen weten heel goed", zoo
schrijft uij, „dat men met groote mannen'
veel gemakkelijker klaar komt dan met-
kleine.. Men zal steeds ondervinden, dat
het zoogenaamde „sterkere geslacht" dat
zich onderscheidt door grooteren liöhaams-
groei, het gemakkelijkste „onder den pan
toffel „geraakt".
Do groote man" heeft een fijner gevoel
voor de vrouw; hij beschouwt zijn vrouw
als iets teers en kostbaars, waarmede hij
voorzicht,igj moet omgaan, en de vrouw
profiteert daarvan natuurlijk!
EIERPANNEKOEKEN.
Vier eieren, een halvje, liter m'elk, 5 ga-,
suiker, 80 gr. boter, geraspte citroenschil
of' kaneel, een beetje zout.
to hebben. Tot mijn groote spijt hebben
„vrouw Holle" en 't aardige „Roodkapje"!
bij haar bankroet gemaakt. Toen ik van
het vlijtige meisje vertelde ,dat van angst
in het water sprong, zei zo op. mee-
warigeu toon: „dood!" en ik kon haar
voor 't verdere verloop van het sprookje
geen belangstelling meer doen opvatten,
al sehilflerde ik de weide ook nóg zoo
mooi, al vertelde ik ook nóg zoo aardig,
van den appelboom en van den oven en
wat. er nog verder bijbehoorde van v.rouw
Holle, het vlijtige kind, den goudtor, en
den vroolijk kraaienden haan.
i Daar heb je 't mis gehad, zei ik biji tajijl
zeiven, vertel nu niet verder op je eigen
langdradigq manier, maar doe het in den
klassieken oorspronkelijken trant van
Grimm. Haf deed ik dan ook met Bood
kapje. Toen 't uit was, keek Karja mij
onderzoekend aan
„Hebt ge wel eens een levenden wolf
gezian?" vroeg ze mij.
„Neen," zei ik openhartig.
„Dat dacht ik wel," sprak ze, „anders
loch had u deze geschiedenis niet ge
loofj en dan ook niet verder verteld. ,W"iji
zij.n eens aan de Russische grenzen door
twea wolven aangevallen. Welk een in
-spanning en strijd dat onzen mannen ge
geven heeft, is niet te zeggen. E-n één,
Bereiding. De eierdooiers mief de suiker
vijf minuten roeren, daarbij' wat geraspte
citroenschil, melk bijvoegen tot men eetn
mooi gla.d beslag zonder kluitjes heeft
gekregen. Zoodra. men met bakken begint,,
ook het zeer stijf geklopt eiwit er door roe-
i.
Een gedeelte Van de boter in een koeke-
pan laten smelten, d,aarbiji een lepel beslag
voegen en het pannekoekje aan den ander
kant licht 'bruin laten worden, daarna, kee-
ren en ook aan de andere rzijde f la ten
bruinen.
Opzienbarende aanhouding.
De Haagsc.'he politie heeft Woensdjag
aangehouden den 28-jariigen Paul Beer,
Oostenrijker van geboorte, .die den la,a fsti'ii
tijd in Den Haag verblijf heeft gehouden
en zSch zoowel in dezle stad als daarbuiten
een groote bekendheid heeft verworven
dioor zijn propaganda, voor den wereld
vrede, welke hij bevorderen wilde, door de
stichting van een Menschheifsbedm
Om de benoodigde fondsen voor dit
Menschheitslheim bij' elkaar te krijgen,
schreef hij (het veelbesproken tooneelspiel in
vijf bedrijven A. dat in eenige plaatsen
van ons land is vertood.
Paul Beer vertoeft sinds 1924- in ons
land. Ook vóór dien tijd was hij vooral
bekend geworden als kabaret- en sneiteekef
naar cp de Wandelpier t-e Schevëningeii.
In 1924 heeft hij) A. geschreven. Hij is
toen poging-en gaan (a|ari wanden' om, te
komen tot die vertooning v.an dit tooneel-
spel. Daar het benoodigde kapitaal hem
ontbrak, moest hij eerst personen zoeken,
die bereid wanen, der eerste vertooningen te
financieren. Hij heéflt kans gezien, een.
eere-comité te vormen, dat hem bij ver
se! lillende, gocd-gesitueerdë inwoners van
Den Haag introduceerde. Ook was hij in
het bezit van een lijst v,an aanbeveling,
waarop vele hooge ja(utoriteit.en, bekende
kunstenaars en acteurs hun handteekening
hadden gezet.
Voorzien van deze aanbeveling en gehol
pen door do klinkende nampn van de ledeini
y-an het eere-comité, is hij propaganda gaan
maken voor de vredesidee. Verscheidene
dames wist hij! zooveel belangstelling in
te boezemen, dat hij de beschikking kreeg
oVer voldoende middelen omi de eerste ver
tooning te financieren. Zelfs werden te
zjj'nen, behalve kostbare paarlen, juweelen
effecten als cautie bij! een bankinstelling
door bekende personen gedeponeerd.
Toen Pa,ul Beer zoover was, begon hij
werk te maken van de vorming van een
ensemble, dat A zou Vertoonen.
Een groot aantal menschen meldde zich
aan voor dezen werkkring, tot winkelbe
dienden aan toe.
Het spreekt vanzelf daj. vele personen,
die hij aanvankelijk had aangenomen, latter
ongeschikt bleken in verband met, techni
sche moeilijkheden en ook doordat de
Dmlschet aal vbor hen een beletsel was.
Zonder genade werden zë dan ontslatgefi.
Het gevolg' was, dat v-ele personen op
deze wijze gedupeerd werden en dan in
het geheel geen betrekking meer hadden.
.Maatschappelijk Hulpbetoon moest er dan
aan te pas komen.
Op deze wijze heeft Paul Beer ander
half jaar met Zijn steeds wisselend gezel
schap gewerkt, en het aantal gedupeerden
werd zoo groot, dat de directeur van
Maatschappelijk Hulpbetoon het noodig
oordeelde, de politie van e.en en ander in
kennis te stellen. De politie gebood Paul
Beer toen, met zijn eindelooze repetities
op te ouden en een vertooning te g'even,
daar hij -a nders als „zonder middel van be
staan" over de grenzen gez'et zóu worden.
Lang aarzelde Beer, maar eindelijk be
sloot hij1, op 18 October in het Gebouw
voor Kunsten en Wetenschappen in Demi
Haag de première Van A te doen gaan.
Zooals men 'zich zal herinneren, heeft deze
ook inderdaad plaats gehad.
De recette van deze vprtooning was
alleszins bevredigend. Echter heieift eetn
onderzoek uitgewezen, da,t geen der mede
spelers meer dan f 17 'heeft ontvangen.
Van de recettes (ook in Haarlem heeft
een vertooning plaats gehad) werd nooit
meer een cent uitbetaald, d,en .artiesten,
werd geen voeding Verstrekt, .en zelfs
leende Beer geld van leiden van heit gteztel,-
sohap. illat hij: nal maanden nog niet terug
betaald heeft.
De politie meende, dat er een eind
moest komen aan deze handelwijze, ep be
sloot P aul Beer ov'er de grenzen tei zetten,
omdat hij gevaarlijk geacht wordt vlooi
de gemeenschap.
Woensdagmorgen vervoegden eenige re
chercheurs zich aan zijn woning omi hem' itn
verzoeken, m'ee te gaan, daar dei hoofdconi
hebben ze er toch maar gedood. Ik heb
hem gezien emzijin tanden bevoeld. IJselijk
hoor! Die 'had met Roodkapje ni,et eerst
een tijid gepraat, maar had zo dadelijk
opgegeten en die. eens door den wolf ver
scheurd en verslonden is, wordt door geen
enkelen jager meer le.vend voor den dag
gehaald. U kon dat niet wefien, omdat
nooit 'een wolf hebt geziendie geschie
denis moet ge daarom niet meer gelooven."
Toenmaals liet ik die verhalen een poos
rusten en dacht, de sprookjestdjd is voor
Karja verstreken. Laffer evenwel be
proefde ik 't nog eiens met „Asschepoes-
ter", „Sneeuwwitje'', en de „Bremer
stadsmuziekanten.'1 't Eerste sprookje ont
roerde haar tot schreiens toe, het tweede
bracht haar, bij do schildering van de
huishouding der dwergen in die grootste
verrukking, en het laatste ontketende, bij
haar vlakweg een stormachtig gejubel.
Kinderziel, wie peilt u! Waar houdt bij
!u het kindergeloof op, en waar vangt de
verrafelenda kritiek aan; tot hoelang laat
ge u medevoeren op de wonderen der ro
mantiek, en wanneer zoekt ge metl s-ether
pen blik naar de. opgesmukte waarheid?
En waar is de groote kunstenaar te vin
den, die u, uiterst teêre levensadem, juist
weet te behandelen!"
Dezei woorden schreef ik bij die gele
Wie heeft gelijk?
Hun, die onbenepen willen onderzoeken,
wat de gevolgen zullen zijn van het ver
drag met België, is het niet gemakkelijk
gemaakt door de tegenstrijdige beweringen
dei' tegenstanders.
't Begon al voor de behandeling in da
Tweede Kamerterstond na de aanneming
nam het euvel toe, om: een caeophonie te
worden nu de Eerste Kamer de beslissing
kreeg.
„Rotterdam",, roept de een: „neen, Ro
me" schettert een ander; „o jé de Maas",
klaagt, iemand; „zwijg", beveelt zijp buur
man, „let op de Schelde"„we gooien
onza welvaart over de grens"„neen. onza
souvereïniteit".'t duizelt voor de oogen
en vvaa.r is 't eind
We lazen van de week twee, beide het
Verdrag slecht gezinde bladenze kwamen
uit één stad en ze hadden 't ovdr ééij
speech van den socialist de Zeeuw, j.l.
Woensdag in de Eerste Kamer gehouden,
waarin betoogd werd, Hat, de regeefing liet
Verdrag niet de Eerste Kamer had moeten
toezenden. i
Do „N. Rott." bewonderde dien heer do
Zeeuw om wat hij zeide en eindigde mot
den wensch„Mogen er vele tegenstanders
in de Eerste Kamer zijn, even beslist en
overtuigd als de heer de Zeeuw". 1
Do „Maasbode" daarentegen zei„Het
speechje zal nooit als sieraad in de Hande
lingen worden aangewezen. Het gesproke
ne getuigde van zoo weinig kennis van za
ken, da.t het dezen sociaal-democraat alq
senator blijvend zal hlameeren.
Da Tweede Kamer zendt het Verdrag
naar de Eerste en niet de Regeering, zoo-
ala hij betoogde. Het was dan ook dwaas
heid om de Regeering er een verwijt van
to maken, dat ze een ontwerp, dat met
slechts drie stemmen meerderheid was
aangenomen, aan de Eerste Kamer zond.
Het, heeft er niets mee te maken, hoe groot
do meerderheid is geweest. De wiet kent
geen gr-oote of kleine meerderheid.
Wat de heer de Zeeuw voori had met
zijn uiteenzetting, was niemand duidelijk.
Een voorstel deed hij' niet, alleen uitte h!ij!
zijn misnoegen, dat het ontwerp er, was.
Een dergelijke beschouwing moet hij! hou
den als het aan de orde is, maar nu
had het geen zin.
Het was zulk een malle vertooning, dat
de heele Kamer, zelfs zijn partijgenoot-en,
er mee verlegen waren. Niemand wensehte
over zijn uiteenzetting ook maar een
woord te zeggen. De voorzitter vond dit
wel een beetje mal en daarom] betoogde
hij, dat hetgeen geschied was geheel
overeenkomstig de Grondwet was.
Een les voor den heer de Zeeuw, die
da belofte op de Grondwet heeftl afgelegd
en deze niet eens kent."
Wie heeft gelijk?
Wel mag men nu zeggen: In raadse
len wandelt de menseh op aarde!
UITKIJK,
mi-ssaris -hem wensehte te spreken.
Paul Beer die lont geroken had, ver
zocht oen oogenblik tijd om zich te söhteren.
Dit werd toegestaan. Hij! .verwijderde zich
wierp de deur in het slot en keerde niet
meer terug.
Eer de rechercheur de deur weer ge
opend hadden, was de Vogel al lang gevlo
gen. Door een klein raampje was hij1 op
het dak geklauterd en ov'er eetnige daken
had hij kans gezien, een onbewoond per-
isel te bereiken.
Oogienblikkelijk werd "door een grooï
aantal rechercheurs ide gehëele stad afge
zocht, echter zonder eenig resultaat. Paul
Beer was en bleef verdwenen!
Omstreeks 11 uur reed toevallig de
hoofdcommissaris Van politie, vergezeld'
van den prooureur-generaa! bij het Ge
rechtshof, in zijn auto op d'en Schëve-
iiingsdhen Wieg. Juist bespraken beide hee
ren de Zaak-Beer en zijn plotselinge! Vlucht
toen die hoofdcominissaris den vluchteling
kalm op het wandelpad za.g foopen. De
heer Van 't Sant zond zijn chauffeur
om Paul Beer te Verzbeken, teven bij' hem1 ta
komen
Aanvankelijk gajf hij hieraan gehoor en
ging hiji gewillig mee. Maar op een gege
ven oogenblik rukte hjj zich los en zette
het op een loopen. Hij had er echter wei
nig plezier van, want, heel gauw haid de
chauffeur hem ingehaald en hij bracht
Beer onder Ihevig vlerzet naar dien(aluto.-
Het gelukte niet, Beer in den auto ,te
krijgen. Hij trapte, sloeg en krabde den
hoofldicOmimiissaris en diens chauffeur. In
middels was er veel publiek bij; gekomWi
genheid in mijn opvoedkundig dagboek.
Karja vertelt mij, ook sprookjes van
haai' volk. Een wil ik hier, meedeelen,
zooala 't kind mij dat heeft verteld, na
melijk: het sprookje van den Donau-ko-
ning. i i
,,'Ditar komt uit de steppe een Zigeuner
gereden. Zijn paard is mager en zwak, en
liij zelf is oud en gebogen cn gekleed in
een gescheurd gewaad. Hij ziet er. af
schuwelijk uit, en zijn paard nog erger;
dt< weg is ru.w, maar de menschen zijn
nog ruwer.
Daar woont een burger in een grooten
tuin. Daarin staan honderd boomen, elk
met duizend takken, en elke tak heeft
duizend bladeren. De moede schiimimel
plukt met zijn bek, onder 't loopen door.
vijf bladeren, die over den weg hangen.
Daar springt de eigenaar dier vijf blaadjes
op den muur en slaat den diefaehtigen
schimmel met een knuppel zóó oftziju kop,
dat een roode bloedstreep langs zijn nek
neerloopt*. De Zigeuner zegt niets, maar
hij kijkt den grimimigen burger aan
één .t( wee drie polsslagen lang. Dan
rijdt hij verder. Aan een slootkant buiten
plukt' hij een wonderkruid en legt dat op
Jq wonde van den schimmel. Deze is op
't eigen oogenblik genezen.
Wordt vervolgd.)
Bureaux van Redactie e»
Telefoon Interlocaal No
Bijkantoor MIDDELBU.
fiROOTEWAARDE
VAN PUBLICITEIT
Belangrijke medec
Abonné's en Advt
Aangemoedigd doorl
de belangstelling iy
welke zich ook demoil
een verblijdende n|
van velerlei zijden,
besloten dit jaar een
nummer uit te gevei
Vier pagina's met k
en mooie illustraties
geheel kosteloos aan
editie toevoegen.
Onze Adverteerder
er bovendien op at
kloeke Kerstnumme
schaal extra versprei
in Goes, Middelburg e
zonder dat wij dc
verhoogen. Een pr
heid dus, om doi
annonceeren.
Zij die zich met
1 Januari 1927 op
Zeeuwsche Couran
te abonneeren, ontv:
Kerstnummer gratis
v Niet zoo onschj
Inf do Maasbode van 2
poging gedaan om inza
eteunverleening aan het
diet, de regeering en
schoon te wasstchen en
ta schuiven op de Ned
Zoo lazen we o.m'.
„Vast is komen te stal
Geer noch aan de gev
voor1 de Hanzebank te
da verleende garanties
persoonlijk eenig deel
post van de 10 millioen
zooala hij' het uitdrukt,
<le begrooting gekomen;
geen „vanité d.'auteur",,
vroeger, verleende garan
Het niet verleenen
aan de Hanzebank is e
stuit is op verschil vaj
deze instelling en de Ne
Deze laatste beweerde,
baar geen volkomen inz
In hoeverre dat juist
echen deze instellingen 1
den gebracht. De vraaj
Bank bij de A. C. B. 1
met een aceountantsrapj
zebank niet.
Aan het gevoel van
ling, of als men wil eei
maten ten opzichte va
kunnen we ook na het
ontkomen, doch dan n
der regeering, maar wel
Nederlandschq Bank."
Da zaak is, zoo vre
onschuldig als de Maasl
iiistei' de Geer mag dï
aan de Haarlemsche H
gerd hebbende reeger:
behalvd de Haarlemscl
dere Hanzebanken ge
instellingen verzochten
regeering en die aanvrt
sitief zeker, door minis
deld en afgewezen, m
het prestige dier bank
schatkist waard was.
Bovendien heeft mi
langs aan een andere
moedt de Boaz-bank,
18) —0
Diaau staat een he;
waarin zes mannen z
gerechten eten. De Zl
jeS naar hen toe en v<
schotels, die op tafel
geven. Die zes mam
op en verjagen dien
kijkt hen alle zes aar
drie polsslagen lang
Buiten in eene laan
van een boomt, eet dien
oogenblik verzadigd.
Op een berg stlaat
lende blankheid, da|
■honderd] zalen en dui
zaal en elke kamer h
stevige deur, ami te bei
en storm. „Geef mijl
de Zigeuner aan den t
ia guur, de avond vs
De burchtheer echter
honden hijten den scl
en scheuren den Zf
van de schouders, j
burchtheer aan
-vjolecTc nsov. lp-»"-
o