Tweede Blad
't Zigeunerkind.
'SCHE COURANT j
ZATERDAG 13 NOVEMBER 1926
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
UIT DE PERS
KERKNIEUWS
FEUILLETON
Voor onze vrouwen,
Land- en Tuinbouw
Spierpijn
en Stramheid
Kloosterbalsem
verdrijft de 'pijn
GEMENGD NIEUWS
In 't kraaiennest.
■er J. V., 'wééd' vólgona zijn
1 door de lichtten der tranij
dfajt hij in jhet groepje ®Wni|
zich op dén- 'weg bevond'.]
netnlde aa [n(de Prins H,eo-
feivijk, werd op demi grou
leef! bewusteloos liggen. Es™
pzigenj zich. bevindende dok-t
dingen verleende haar del
Jtpt een gecompliceerd|e betanjJ
ernstige hersenschudding!
It r.-k. fciekqnlhuis in1 Den I
ht.
ra unbare politieagenten,
begint hedteul een proces]
;(n yap., politie, die in 1924.
cnl samengetwerkt' met een I
lionale zakkenrollers. De be
lden opdracht die zak-kén-
oog te 'houdanl. Zij hebben i
I leant die zakkenrollerij] oog-
latew, niapr herhaaldelijk de]
zij' op heet ar,daad twór- j
■oor ce» slachtoffer, Wel ge- I
liar onmiddellijk laten, loo-
liaam'.J proces-verbaal te heb-
It. Met dé 5 agenten, zullen,
rollers! terecht staami.
Een Habsburgsloti onder des
nerj
rgslot „Wdlhelmina-" mtetl65
Donderdag ,te Weene® on-
gekómen en verkocht vpor
|»00 guldten, hoéw'el het twee-
Iw'aardl Was. Deze gedwon-
p. 'i plaats wtógens het niet be
lasting door den eigenaar,
Jeopoldi Salvador. De. notaris
nan, dio het kasteel gekocht
japgetredenl te zijn als iafgent
stische, gemeentebestuur, dat
c-ssanjntorium' wil stichten.
Het radiospook.
wordt de Volgchdio historje
Isn radioVoorval dat daar Jcort
I hebben plaatsgegreeen'.
Itelijke „Go-oden avond,'dialmies
lad nauwelijks het radiopro-
J dien avpinld besloten, of er
leUjjkl eehj onverwacht „Hallo,
lelefoons, op! demi 'voet gevplgld
1 hot Radfo-spóok. U zult on-
I redevoering hoorein| van zijhe
[feit den Konimjg van Spanje]
ndiqni avond bracht dezelfde
laar nu, w'as heli djei beurt viaiu
|o Primo de Rivera, „wjapwa-
1
dag w|a:ehtte den) -hoordlers/
hissing„Hier is de lalgemes-
|dijenst. Wij lovjani 5000 dou-
v!ie ons hot, Raidjio-spookf zal
leml".
dag luisterde geheel Spiajnije
Jms weer op even geheimzilnf-
het. spook: „Hier as het Ra-
Ij beloven 10.000 donros aan
lover de voorvaderen va® Pri-
1 kap vertellen".
Ijcn later had de politie het
I te piakk'en, Wat zekér meer
1 ie, dan voor het ép'ooW pleit).
Ihuisde op.een oorlogschip
|k'e marine.
Vader Byi'nc. f
Ikelnhuis te Lonldien is, op 72-
lijd, vader Byrne oyerledein!,'
liriester die een groot vrietaÖ
|kers in Bermondsey (Zuid-
i-:lcn) iwlas. Hij voerde een ver
lijd tegen de woekeraars die
ers en hun gezinnen uitzogen,
twijls verklaard dat de woe-
jle ergste harpijen wéren.
die Shylock's uit de 'havën-
lult <fe helft 'van het probleem
en ellenlde oplossen". De
rs dreven dikwijls menschéH
twinning en neri|njg. Eons ge-
jlat de vroulw' Van een werkJ
I Theems sprong, om;da,t mien
|d had aan haar man te ver
in de schuld zat V'Zij' had
fs geleenjdi om schoenen voor
koopen cm had reeds meeir
sony aan rente! betaald. Vaider
na. den oorlog in Bermondsey
erkers-universiteit" gesticht.'
m schoollokaal in oom klein
>ij Dockheaid, en elke Weel?
u' 200 boot- en kaaiwerker^
wonen en over sociale Vragg;'-
•aa|dslagen. Het lokaal iwierd
jemd om de slechte shag die
ite, en don goeden humbr, die
wias. Byrne, zelf w]as een! üit-
ïonst. Hiji heeft bijkans vijf-
?ar ipl Dockhead gewoond,
een vrouw: hem een stuiver
holen. Hij nam die na,an .en,
e& shillings uit zijn !eigen| zak,
ist d,a!t zij zelfs dien stuivjer
,ssan>.
r la dierlijke vingerald r akkent-
jaren geleden, -o-p 6 Juli 1923,
egen' tisnl uur, iwterd; in een cel
Inluis te Oeynlhansen de 25-
eeht Bicker door een inbrekel,
n' op- heötjerrlaad wjais betrapt,
n. Aanwijzingen deden vertiiem-
n tegen een 23-jarigen koop-
e én: een 26-jarigen' sChoeomaK
genaamd. Beiden Werden! geair-
>hi moesten na eenigen tijd |we-
aan bewijs weer worden v'rijge-
igen geleden k'whmen der po-
.efejd uitlatingen ter oore, die
k Weer ter hand kleden nemen.
iok de oei, waarin Bicker 'het
van deze lafhartige misdaad
'elke verzegeld was geblevfan,
aai een minutieus onderzoek
i. Heel de cel werd nauwkew
it en toen kwam' men 'tot de
ontdekking, dat op het kbziju
m! hoew'el heel flauw, na. ruim!
tog vingerafdrukken vielen te
f 'ende gedeelte wérd nu met Idd
zichtigheid uitgesneden en ver-i
Socialistisch fanatisme.
In „Het Volk" is heel Wat heibel ge
maakt over 't „roomseh fanatism'e" dat te
Tilburg zou zijn opgezweept door „den
pastoor", die daarachter zou hebben ge
zeten om aan een verongelukten Werk
man, die tijdens zijn, leven het vervullen
zijner geloofsplichten had. nagelaten, niet
alleen een kerkelijke begrafenis te wei
geren, maar hem zelfs als een hond ter aar
de te doen bestéllen.
Thans is uit een interpellatie over het
geval in den Tilburgsch.cn gemeenteraad!
gebleken, dat van „roomseh falniaitisme"
niet het minste spoor aanlw'ezig is geweest.
Zelfs de socialistische interpellant, de heer
Oostrijck, erkende: „Door den pastoor
werd een kerkelijk'e begrafenis geweigerd,
omdat de overledene niet thuis behoorde
op het R.-K. kerkhof en spr. kén toegeven,
d,at die pastoor in deze zijh plicht gedaan
had,"
Intugschen) zal „Het Volk" de aaintijlging
tegen het roomsche fanatisme, dat te Til
burg de laakbare daad zou hebben bedre
ven, die voor rekening van g©meente-a!mb)-
tenaren komt, Wel evenmin terugnemeni.als
den laster tegen de katholieke ziekenzus
ters te Hengelo.
Het socialistisch, fanatisme kent geen
eerlijkheid, jegens eer en goeden, naam van
.den pastoor(Tijd.
Op c|tti 2SsteiM Zondag na Pinksteren-
Epistel van den! H. Paulus tot die v,an
Thessaloniea I. 210.
Broedersl wij dankem God gedurig voor
allen, em zijlu u linonfeA gebadieni gedach
tig; uWI werkdadig geloof, arbeidzame lief
de en Verduldige hoop op onzen Heer .J ezus
Christus gedenken! wij onophoudelijk voor
God onzen, Vader. IVïj weten, vhn God,
bemind-a broeders, dat gij zijt uitverkoren!
diiar ons Evangelie bij u niet alleen in
woorden geweest is, maar oo(kj ini mu-akelen,
-en in dien heilige nGeest; ja in eeua
groote overtuiging, gelijk g|ij weet, hoe, wij
om uwentwille onider u 'waren. Gij. zijt [nu
onze navolgers geworden, en Van den- Heer
wlant gij nuamt het woord onder vele
verdrukking- aam met de blijdschap des
'heiligen Geestes, zoo djat gij oenl Voorbeeld
zijt geworden voor alle geloovigcni in Mace
donië em Achaja. Wént door u werd het
Woord des Heercn vermaard, niet alleen in
Macedonië en Achaja, ma;ar uw! geloof in
God is in alle plaa-tseni verbreid geworden,
zoo dat -wij niet nloodig hebben iets daar
van te zeggen. Want zij' zeiven verhalen
Van on|s, w'elik eenen ingang wijl bij! u heb
ben gehad, en hoe gij van de afgoden
tot God bekeerd zijt, om' den levenden en
waren God; te dienon ea' vaul dan: hemel te
verwlachten zijmien Zoon Jezus, dien fij
van dan: docwi heeft opgewekt, en die ons
geréd heeft van de toekom-eiuide gramschap:
Evangelie, Matbheus XIII 3135.
In dién, tijde slpraik Jezus tot het volk
deze gelijkenisE Het rijk der hamelani is ge
lijk een mostaardzaad, hetwelk een; mlensch
nam en op zijhen akker zaaide; hetgena
wel het kleinste Va® alle zaden is, doch
als het opgeschoten is, is het grooter d-a,u
alle moeskruid, en wordt ean( boom, zoo idajt
de vogelen des hemels zidh iml zijln© takken
komen maderzetten. Hij! sprak tot heneene
andere gelijkénisHet rijk der hemelen is
gelijk een zuurdeeg, hetwelk eape vrouw
nam, én in Jrie maten meel vermengde, tot
d;at, het geheel verzuurd wus. Diitr alles zei-
iie Jezus het Volk in gelijkénissen y. en -zon
der gelijkenissen: sprak Hij niet tot hen,
opdat vervuld wierd, hetgene. door dein
profeet voorspeld is, die zeide: Brj Ziil mijj-
nen mond in gelijkenissen openenik zal
dingen Voorbrengen, wOlbe yan de grond
legging d-er wereld af verborgen! waireny
Het Congres der Priesterroepingen
t« Marseille.
De Parijsohe correspondent van de „Tijü'l
schrijft
Het 2'e Nationale Congres der Priester
roepingen heeft Woensdag te Marseille
een aanvang genomen. Het mag zich niet
alleen verheugen in de groote belangstel
ling van het Fransche Episcopaat, door
meer dan tien Bisschoppen vertegenwoor
digd, ook de katholieke leeken nemen er
een ruim aandeel aan.
Dit laatste bewijst hoe in alle katho-
6) 0—
De jongen en ik staan eerst beteutert te
kijken. Dan evenwél grijpt "Christoffel
zijne muts en rent onder luid „hallo"-
geroep de verdwenen hondenslede achterna.
Pk ga ,ook de dorpsstraat af. Rarja is
verdwenen, maar ik kan in de veréche
■sneeuw de sporen der slede zien. Zij loo-
pen in de richting van het meer, dat, met
zijne breedte van 2000 voet, zich Jangs
■ons dorpje uitstrekt. Door eene zijlstraat
kom ik aan 't water en zie Kar ja weer.
!Do jongen heeft in zijn blinde drift niet
op de sleêsporen gelet en is den verkeerden
weg ingeslagen.
Wat is die meid veranderd! Ze zit niet
op de sleê, maar ze staat er op. De sterke!
hond,d ie zeker ook wel langer dan hem
lrcf was achter de kachel heeft moeten
liggen, loopt er dapper op los, met zijn
tong uit zijn bek, en laat herhaaldelijk
een kort, vroolijk geblaf hooren. Karja
staat op de smalle handslede zonder in
het minst te wankelen. Haar zwarte haren
zijn losgeraakt, en ze gaat zóó op in de
pret, dat ze me niet eens ziet, al sta ik
ook -midden op den plas, zelfs dan nog niet,
als de hond naar mij heenzwen'kt.
lieko, kringen het besef is doorgedrongen:,
dat het tekort aan Priesters een der-
grootste nooden is van onzen tijd in
Frankrij-k, en ook dat het verlangen leven
dig is door gemeenschappelijke krachtsin
spanning deze cri.siu op te lossen.
Dit congres, waarop wij ons voorstel
len nader terug te komen, is de voortzet
ting van. hot eerste, dat verleden jaar te
Parijs werd gehouden, en reeds zichtbare
ï-esultateff heeft opgeleverd.
Reeds hebben acht diocesen zich doen
inschrijven om in de komende jaren voor
een dergelijk congres als zetel te dienen.
Het zal door meerderen worden gevolgd
Lange jaren zijn noodig geweest om
de publieke opinie in dit opzicht wakker
te schudden, liet is reeds een kwart eeuw
geleden, dat het tijdschrift „Le Recrute-
rnent sacerdotal" begon de aandacht op
dit vraagstuk te vestigen. Maar de bevoeg
de stemmen daarin opgegaan, bleven, hoe
wel een toename van priesterroepingen
vooral in de jaren 18931899 viel te
bespeuren, als die der roependen in de
woestijn. De sclieidingswetten deden op
nieuw het aantal priesters afnemen. In
menig gezin was men 'bevreesd de kinderen
aan een levenstaak te wijden, waaraan
naast geestelijke ook zooveel materieels
zorgen verbonden zonden zijn.
De noodkreet der Bisschoppen „Geef
ons Priesters" is echter in den laafcsjteni
tijd niet te vergeefs aangeheven. Hijl heeft
weerklank gevonden in breede lagen der
katholieke samenleving en het 2e congres
te Marseille is daarvan een schitterende
uiting.
Hier zullen ons de verkregen resul
taten worden medegedeeld, do middelen
worden beraamd de priesteractie met ver
nieuwden ijver voort te zetten. Een daar
van is niet slechts in de kleine semina
ries da jeugd voor te bereiden voor het
H. Priesterambt, maar ook daarbuiten de
geestelijke herders te zoeken om in het ge
brek aan priesters té voorzien. Het
„Oeuvre" der late roepingen, dat sedert
den oorlog reeds zooveel vrucht heeft ge*
dragen, staat in het teeken der volle be
langstelling op het congres te Marseille:
Juist op den dag dat dit is geopend'
brachten zeer 'bijzondere omstandigheden
ons in aanraking met onzen landgenoot te
SèVres abbé Yorage, die als directeur voor
Nederland van dit „Oeuvre des Vocations
Sa-eerdotales", sedert geruimen tijd in
Frankrijk werkzaam is. Hij n-oodigde ons
uit, hem binnenkort te vergezellen naar
Changes, waar het -opleidinginstituut voor
latere roepingen is gevestigd en ook tal
van Hollandsolre katholieken zich voor het
priesterambt voorbereiden. Het ligt in
onze bedoeling na dat bezoek hierop uit
voerig terug te komen en de aandacht te
schenken aan een werk, dat door Kardinaal
Ceretti, voor zijn vertrek naar Home open
lijk ten zeerste werd gesteund en aanbe
volen.
Hoezeer de arbeid van onzen landgenoot
werd gewaardeerd bleek ons uit een schi-ijl-
ven van Z. D. II. Mgr. Lemaitre,-die abbé
Voragt zijn hartelijker! dank betuigde voor
zijn medewerking bij 'het opleiden vap
priesterroepingen voor zijn "missiegebied.
Hoe droevig de toekomst zoeb ook nog laat
aanzien, waar honderden parochies in
Frankrijk van geestelijke leiding zijin ver
stoken, het begint te dagen.
Het congres te Marseille is ophieuw'
een teeken, da.t de lauwe belangstelling van
lange jaren heeft plaats gemaakt voor een
vurig verlangen een einde te maken aan
een crisis, die als: hoofdoorzaak is te be
schouwen van de geloofs-onverschilligheid
in Frankrijk.
Men is zich het woord van Joseph de
Maistre bewust: „Het Priesterschap m-oe.t
de voornaamste bezorgdheid uitmaken van
iedere maatschappij, die herboren wem?eht
te worden".
En dit rs ong-etwijfeld do eerste noodza
kelijke schrede op een weg, die tot het
einddoel, oplossing van den Priesternood
in Frankrijk moet voeren.
Frisse li fi lucht
Des zomers als wij met de open deuren
en ramen de zon en de weldoende warmte
naar binnen halen, dan id er ook' i-n del
kleinere huizen en huisjes geen gebrek
aan frissjche lucht. Maar niet zoodra is de
herfst in het land, of alles wordt'herme
tisch gesloten alsof nn. die behoefte aan
fi'issche lucht niet meer bestond voor
mendch en plant en dier, dikwijls in een
beperkte ruimte bijeen.
.Natuurlijk, het stoken kost geld en als
Op 't oogenblik kan ik haar duidelijk
in 't gezicht zien. Wat is ze verhit, en
wat ziet ze er lief uit! Hare zwarte
oogen werpen vurige lichtstralen uit, liare
glanzende haren zweven los op den wind,
en wilde, hartstochtelijke woorden roept
ze den hond in hare Zigeunertaal toe. D^
hond draaft uit al zijn macht, maar toch
nog niet hard genoeg naar. den zin van
Karja, die hem steeds aanvuurt. Luid hoor
ik hare woorden klinken, en als de hond
een draai neemt, zoodat de sleê een boog
beschrijft, hoor ik haar helderen laéh| ju
belen, en zie ik haar nog kalmer en tegelijk
bevalliger <op de smalle sleêplank staan.
Inmiddels is Christoffel ook aan 't meer
gekomen. Op 't zien van zijn sleê over
valt lrem een echte jongenskwaadheid:(
„Wacht, jo,u zwarte Zigeunermeid,"
schreeuwt hij, „dat slede-rooven zal ik
je inpeperen."
En hij; 't meer op.
Als de hond de stem van zijn baas
hoort, loopt hij in riehte lijn op hem toe,
zonder zich aan de Sehimpkreten van Kar
ja te. storen. Daar zijn ze beiden vlak1
bij Christoffel.
„Jij, wilde Zigeunerheks," schreeuwt de
jongen, „wat heb je met mijn'sleê te ma
ken? Ik sla je
Verder komt hij evenwel biet. "Waar
achtig. precies] als een kleine heks gaat de
meid met gekromde vingers op h#m. af, als
men stookt met ramen of deuren open,
dan vliegt de warmte de deur uit. Maar
om frissëlio lucht in huis te hebben, is
dat ook niet noodig. D-e ramen behoeven
niet open te blijven, maar één inaal per
dag dient in een vertrek, waar verschei
dene mensehen bijeen zijin, te worden ge
lucht.
Men begint 's morgens vroeg, als de
kamer gedaan moet worden, flink de ra
men open te zetten, men is dan toch beizig^
zoodat de koude niet hindert. Hoe kan nu
"een kamer opfrisschen niet 't raam alleen
op een kier, zoodat er nauwelijks een
hand of een stofdoek door kan. Men l?an
voel beter een kwartier raam- of ram'en
hoog openzetten, dan clat men het venster
een half uur op, een kier laat staan.
In dio verfrischte kamer smaakt do
ochtendboterham beter dan in een^ be
nauwd vertrek, waar alles angstvallig is
dichtgehouden.
En nu kan zeker de kamer verder dien
dag weg gesloten blijven? O, hemel neen,
als gij het beproeven wilt, ga dan 's avonds
eens een 'paar straatjes om en steek uw
neus dan weer in nw zoo aaigstvallig 'ge
sloten vertrek. Ge zult er zelf van schrik
ken en uw eerste beweging zal Zijn, naar
bet raam te loopen en het te openen. Er
komen immers iederen dag nog wel twee
gezamenlijke maaltijden. Als- zoo'n maaltijd
is afgeloopen, komt ieder in beweging en
van dat oogenblik moet de huisvrouw pro-
fiteeren om even te luchten. De kleinsteij
worden in een tochtvrij hoekje gezet en de
grooteren helpen mee afhalen en opruimen,
vader moet zijn pijp stoppen en als ieder
zoo aan het heen en weer loopen is, heeft
geen mensch hinder van de luchtverver-
sehiug. Als alles weer op orde is, kan het
raam weer dicht en ieder merkt hoe veel
prettiger het nu in die kamer is, die in
een wipje weer net zoo warm wordt als
eerst, maar waar nu veel gezonder lucht is.
Huisvrouwen, probeert het eens, als ge
het een week volhoudt, is het een gewoonte
geworden, het licelo gezin weet dan niet
beter en elk helpt er aan herinneren.
Juist als er kinderen zijn, 'is een frissche
huiskamer een levensbehoefte. Hoevee]
kleintjes komen 's winters door de omstan
digheden weinig buiten en zij- hebben toch
juist voor hun groei zoo'n behoefte aan
ii-issche lucht. Zorg dan, dat ze tenminste
in een goed gelucht vertrek spelen en
als liet even kan, vooral als de zon schijnt,
laat dan nog eens een extra portie luchjt
toe. Do zon hoeft zoo'n natuurlijke ge
neeskracht, de zon doodt zoovele ziekte
kiemen, sluit het zonnetje toch niet bui
ten.
Vooral in een slaapvertrek is het zoo
goed, de zon even in de kozijnen aan de
zonzijde, schuif de ramen hoog op en
de gordijnen op zij' en laat dan het zon
netje zijn best maar doen.
Hebt ge nog kleintjes thuis en kunt
ge niettegenstaande het zonnige weer om
uwe bezigheden vandaag niet met hen naar
buiten, neem ze dan mee naar dat zonnige)
vertrek, waar de ramen open staan en laat
ze daar spelen, terwijl ge er bezig zijt,
desnoods met een jasje of een manteltje
aan. j
Dat het gezond is de kinderen in een
vertrek te laten slapen, waar een raam
open blijft,w eet ge natuurlijk wel, en als
go bang zijt dat de kleine zich bloot-
woelt, dan strikt ge de dekens van boven
vast aan de matrasjes en ge behoeft niet
bang te wezen.
•Er zouden heel wat minder bleekneus
jes zijn als de moeders niet zoo bang
waren voor frissche lucht.
Wij weten het immers allen wel, als wit'
een patiënt in huis hebben, vooral een
langdurige patiënt, hoe de dokter rond
neust in huis, in welk vertrek de meeste
zon en frissche lucht kan komen en hoe
hij' daar dan den patiënt heengebracht
wil hebben, al mopperen wij: nog zoo
tegen, dat het onze mooie kam'er misschien
is en de kamer heolemaal zal bederven
van dit bed en alles wat er omheen hoort.
Maar do dokter stoort er zich niet aan
en „daar" moet onze patiënt worden neer
gelegd. Hij ligt daar, de zwakste van
allemaal misschien, dag en nacht met de
ramen open en de zon op zijn bed en hij
fleurt op en geneest.
En waar de frissche lucht hot zwakkere
gestel geen kwaad maar goed gedaan heeft,
is het toch zeker duidelijk, dat de sterke
gestellen er zeker ook geen kwaad Van
zullen ondervinden.
Laten wij ons niet bang maken, maar
zorgen wij, dat ook 's winters onze hui
zen friseh en rein blijven en leeren wïy
ook onze kinderen de waarde van frislsche
lucht en reinheid kennen.
wilde ze hem de oogen uitkrabben. De
sterke jongen deinst achteruit. Kijk, hoe
ze hem in 't oog neemt! Net als een wilde
kat een grooten vogel aankijkt! Ze staat
vóór hem.
„Daar, jij, domme boer!"
Meteen geeft ze hem een oorvijg, dat 't
klinkt. De jongen wil opstuiven, maar
hij durft niet. Langzaam krabbelt
hij naar zijn sleê terug, springt, zoodra hij1
den sprong durft wagen, er op en gaat er
van door.
„Je zoudt iemand kunnen beheksen!'
schreeuwt hij, nu hij' buiten liaar bereik is,
maar 't was jueer om zijn aftocht tegenover
een meisje te verontschuldigen.
Karja trekt er zich niets van aan. Juist
heeft ze mij gezien en kómt naar mij! toet
,Do jongen," zegt ze, „is een domkop,
maar de hond en de sleê zijn goed."
Ik zeg niets, maar vat alleen hare hand
en ga met baar op huis aau. Deze kleine
•geschiedenis geeft mij1 veel te denken. Nu
lieb ik ontdekt, voor welke dingen ze hart
heeft. Van onze kalme uitspanningen
houdt dit kind der wilde steppe niet, dat
weet ik nu. Zeker, ik moet haar dan ook
om haar eigenmachtig optreden nipt be
knorren. In 't geheel niet. Ik ben tevreden
met datgene, wat ik heb' gezien, en als
ik! dat niet was, dan moest ik wel een ezel
wezen. Maar wat nu verder? Nu, dit
vraagstuk ie spoedig opgelost. Dut plantje
Uitroer naai Duitsélilandl vainj kool, uien
en onVerpakte appelant
Op grond, dat Frankrijk bij het ïialnfdelS-
verdrag in Augustus met Duitschland ge
sloten, niet voor al zij'ni tuinbou!wV)oort-
brengselen de nteestbegunlstigiiig! had vér-
kregen en met name kool, uien en onver
pakte appelen daarvan wéren uitgesloten,
bleven eenige Duitsche douane-ambtenaren
voor die artikelen bij' inyoer uijt ons' land
een certificaat van oorspro-nlg eiscken. Dit
geschiedde omdat vroeger Franseiie pro
ducten (i.e. bloemikóol) via Nederland i®
Diiitschland waren ingevoerd als Ne-der-
landscke tuinbouwproducten', ter vermiji-
d'mg v!an hooge ïn(v»erree>htei>.
Het Centraal bureau der veilingen in
.Nederland heeft, na,ar wij; in: De Tuindferij
lezen, de Duitsche douanckalntoren en het
Duitsche ministerie van financiënzoo
made het Nederlanüschc gezantschap te
Borljjn gewezen op! de onhoudbaarheid van
dezen eisch. Kool en uieD: toc'h worden
zelden of nooit uit Frankrijk) naar Duitsch
land uitgevoerdin de officiieele Duitsche
handelsstatistiek staat 'het invoercijfer
zelfs niet vermeld. Er is dus gcen' g-evaax
dat Fransche kool of Eranscthe uien' via Ne
derland in Duitsehlainp zullen 'wórden m-
gévóerd. En wat onvjerpnkte appelen: be
treft, het verschil in invoerrecht voor ap
pelen uit Frankrijk! en' uit Nederland! is te
gering' (het bedraagt rekp. 3 mark en 2
mark per 100J k'g.) oml een verzendjm'g vjan
Fransche appelen via Nederland naar
Duitschland loonelnd te maken-
Door bemiddeling Van het Nederlainid'sdh
gezantschap te Berlijn heeft het Oantraal
bureau nu ook Van djie Duitsc'he douahekan
toren, wfelke tot dusver certificaten vja|U
oorsprong Voor kool, uien onverpakte
appelen bleven easdhón, het bericht ont
vangen, d,»it zij dezen ersclh hebben laten
vallen.
Ongelukken.
Te Hooghalen is de liulpbesteller der
posterijen J. Wold, die per rijwiel de bui
tenbestelling deed, door de duisternis mis
leid in het Oranjekanaal geraakt en ver
dronken.
De wachtel- P. Hamelink uit Haarlem
mermeer. die Dinsdagavond aan de Zwet-
brug onder Halfweg, met 'n schilderhuisje
door een luxe auto omver gereden en daar
bij zeer ernstig verwond werd, is in het
St. Flisabeth-gasthuis te Haarlem aan de
gevolgen overleden.
Het barakkenkamp te Amersfoort.
Het militaire barakkenkamp aan De
Vlasakkers te Amersfoort zal binnenkort
door den ontvanger der registratie en do-
meinne aldaar onder den hamer worden
gebracht.
Be goudzoeker.
Men meldt uit HaarlemDe 21-jaxige
Duitscher K., die dank zij de activiteit van
twc.e Bloemendaalsche politiemannen ge
knipt werd, toen hij met zijin buit uit
de villa van mevr. Coninck Westenberg—
Calkoen te Aerclenhout per E. S-. M. naar
Amsterdam vertrekken wou, is een eigen
aardig man. Men staat nog voor de
vraag: Is bij een slimme simulant of een
abnormale zonderling? Als zijn blik valt
op de in beslag genomen gouden voor
werpen, die hij. buitgemaakt had, schitteren
zijn oogen en roept hij in bewondering uit
„Gold gold!" Verder mompelt hij iets, Wat
beteekenen moet: „Wat is goud toch'
mooi!"
Als men gelooven mag wat de Duitscher
vertelt, heeft hij- in zijn jonge leven al
heel wat doorgemaakt. Münühen is zijp
officieele woonplaats, waar hij al eenigen
tijd in de gevangenis heeft doorgebracht.
Na zijn vrijlating heeft hij: eerst in Zwit
serland vertoefd, waar hij als ongewenschte
vreemdeling over de grens werd. gezet. Hij
heeft door Frankrijk en België gezworven
en is ten slotte to Rotterdam gekomen?
waar hij beweert gewerkt te hebben. Daar
na is hij steeds noordelijker getrokken en
eindelijk was hij te Haarlem gekomen. De
naam Bentveld had veel indruk op hem ge
uit den vreemde móet eerst wortel schieten,,
moet hier eerst aarden, dan zal het zich in
den nieuwen tluin op zijn gemak! gaan
voelen. Ik bereik evenwel slechts dan
iets, wanneer ik rekening houd met Kar-
ja's eigenaardige persoonlijkheid.
„Karja, zeg ik, toen we in huis w^ren,
,,'t is een erg ding iemand tot schimpen
aanleiding te geven, -omdat men zijn slede
in -gebruik neemt. Daarom zal ik u een
hond en een slede koopen.
Ze kijkt me met groote oogen aan,
Dankbaarheid en vreugde spreken uit ha
ren blik. Hoe lief ziet haar gezicht er uu
uit! Zij komt naar mij' toe en drukt een
kus op mijne band.
Ze heeft nu een nieuwen vriend, Plu
to, denh ond. Den ganschen winter zijp
ze samen rondgetrokken. Tot diep in het
boseh -zijn ze doorgedrongen, en een nieuwe
snort uitspanning hebben ze gevonden. Aan
één kant van het meer daalt een berg met
een vrij sterke glooiing van 150 meter
naar het water af tot ver op het meer.
Achter haar rent blaffend, hijgend, over
zijn kop buitenlend de trouwe hond. De
balanceerkunst van de kleine meid is fa
belachtig, anders kon ze zoo'n wilde sleê-
va-art niet volbrengen. Christoffel heeft
het ook eens willen beproeven, maar tot
zijn eigen geluk ontbrak hem de moed tot
zulk een gevaarlijke toer, #n hij! keerd^
mmmmm
Rocht en madhlt.
Al gaapten er tussehen do levensbe
schouwingen van Oppenheim en Struyc-
ken of Asser en Aalberse, nog zulke klo
ven, op rechtskundig terrein naderden deze
groote juristen elkaar bij de stelling, dat
de overheid slechts mag ingrijpen in be-
drijfs- en zakenleven, wanneer het particu
lier initiatief te kort schiet.
De logica is in deze opvatting dan
ook zoo overdonderend, dat men wel een
bord voor den kop moet dragen om haar
niet 'te kunnen vatten.
't Heeft er echter den schijn van, of
men speciaal om „deze waarheid als een
koe" af tc slachten, een abattoir: gaat
bouwen in Goes.
De schijn gelukkig nog maar, en het
is bijna niet te gelooven, dat het dage-l
lijksrii bestuur van Goes, dat zich tel
onzaliger' ure, tot dit plan liet verleiden,
na al hetgeen geschreven en gesproken Is,
zal blijven bijl de dwalingen zijns weegs en
hetzelve zal verwezenlijken.
Speciaal in de vergadering waar de heel'
Cuyper sprak, is gebleken, hoe het betoog
der voorstanders, niet bestand was tegen
den druk van het gezond verstand en do
gemotiveerde critiek. De kolom' „verslag"
sprak boekdeelen.
't Voorwendsel van economie bleek een
uitvlucht, want de onkosten die de slagers
zullen krijgen, wanneer zijj hun werkplaat
sen naar de eisc'hen der wet inriehte:
bedragen f 23000 terwijl het abattoir bij
raming reeds 55 mille vergt.
Dpoh al was het andersom: wat heeft
een gemeentebestuur met particuliere za
ken te maken?
Het heeft hoogstens de macht maar imisj-
ten eenemale het recht om te sehoolmeeeté-
ren over de uitgaven van de burger-
wanneer, die linn verplichtingen nakomen.
Indien R. en iWl, -of wat voor ambtena
ren ook, juist de economie willen be
trachten, dat zij zich dan bepalen tot hun
eigen terrein; daar zullen ze reeds de
handen vol aan hebben.
Ondertussohen kwam weer aan het licht,
wat een ambtelijk rapport eigenlijjk waard
is. Nu was er een stevige organisatie mét
bekwame deskundigen, die het kunstig cij-
fei-weefsel, dat om de leelijka zaak hing,
wist te ontrafelen, maar wanneer dat niet
eens het geval was geweest?
Als een vlieg, in de vlam zou, het gros
erin gevlogen zijn.
Het is mogeEjk, dat door toepassing
van macht boven recht, de slagers hel
onderspit zullen delven, doch wat er ook
gebeurein het oog van ieder onpartijdig-
toeschouwer blijven zij de moreeie over
winnaars. UITKIJK'.
maakt. Ik dacht dadelijk, zei hij; hier
moet goud te vinden zijn. Zij|n aandeel
in het goudbezit van de wereld moest hij
daar vinden. Dinsdag omstreeks half 12
ging hij met de tram naar Bentveld en
hij heeft daar, naar hij verklaarde, naag
goud loopen zoeken. Ik heb, zoo ver
volgde hij zijn verhaal, steeds ondervon
den: Zoolang 'iemand zoekt, vindt hij', en
het goud heb ik dan ook gevonden, al was
het dan niet in Bentveld, dan toeh dicht
daarbij.
Van da betichting, het goud gestolen te
hebben, wil hij niets weten; niet gestolen,
alleen afgehaald, is zijn uitlegging,
D-e commissaris van politie te Zand-
voort deelde ons het volgende mee:
D-e aangehouden Duitscher is Dondei -
dag naar Zandvoort gebracht, omdat h i
verdacht werd, drie weken geleden ook te
hebben ingebroken in de onbewoonde villi,
aan d-e Boulevard de Favauge. In een
bed, waarin de inbreker dien nacht blijk
baar rustig heeft geslapen, is een tram
kaartje gevonden, dat verkocht is den -
avond voor de inbraak le Zandvoort aan
een persoon, die 's avonds met de laatste
tram van Haarlem naar Zandvoort was
gegaan. De afgifte van dit kaartje door
den conducteur heeft plaats gehad in te
genwoordiglieid van vier Zandvoortea-s. A,
deze vijf personen hebben in den, Duitscher
den man herkend, die het kaartje dien
avond heeft gekocht. D-e herkenning was
daarom gemakkelijk, omdat op zijh jas een
zilveren speldje bevestigd was, vooitstu-
lende een zilveren baarsje, wat het insig-u
is van de Hengelaarsclub Tustschen het
Riet. Ook dit speldje is drie weken geleide"1,
in -"het bewuste bed gevonden.
De man heeft zeer waarschijnlijk eenige
weken geleden ook inbraak gepleegd, in een
te Heemstede liggende motorboot. Daar is
langs veiliger weg naar het meer terug,
„Domme kerel, dat had je van te vor - -
wel kunnen weten," zei Karja tegen- hem.
Zij legt een grenzenlooze minachting,
voor den jongen aan den dag; hij echter
wijdt haar, al sedert lang, de grootst"
belangstelling. Hij is anders geen lafaari
maar Karja lijkt hein eene heldin zonder
weerga. Hij sledevaart op het meer altoi
achter hffar aan, staat verbluft over hajo
loeren, terwijl zij! in het minst niet op hen:
let. De heksenvrees is bij hem vermin
derd, en als hij' haar nu den eenen o.L
anderen dienst kon bewijzen, zou hij| 't (mei
pleizier doen. Zij echter schenkt hem niet
do minste aandacht.
De -winter heeft dezen keer lang geduurd
maar eindelijk toch is de dooi ingevallen',
en Karja'é slee móest in de houtlood i
worden opgeborgen.
Ze ist alzoo nu, weer verplicht te huiu
te blijven. Ze kruipt nu niet meer in dei-
hoek der sofa, zit ook met op een stoei
maar meesttijds bij: den hond op den vloei
D-an kijkt ze hem lang en onafgebroken
aan en dikwijls praat ze tegen hem.
Tot nui toe heeft ze al het eigenaardige
harer Zigeuner-natuur behouden, en zj Oj
voelt zich volstrekt niet aangetrokken or
onze, zooals we meenen, betere gewoonte,,
over te nemen.
(Wordt vervolgd),.