Tweede Blad 't Zigeunerkind. 'SCHE COURANT j ZATERDAG 13 NOVEMBER 1926 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT UIT DE PERS KERKNIEUWS FEUILLETON Voor onze vrouwen, Land- en Tuinbouw Spierpijn en Stramheid Kloosterbalsem verdrijft de 'pijn GEMENGD NIEUWS In 't kraaiennest. ■er J. V., 'wééd' vólgona zijn 1 door de lichtten der tranij dfajt hij in jhet groepje ®Wni| zich op dén- 'weg bevond'.] netnlde aa [n(de Prins H,eo- feivijk, werd op demi grou leef! bewusteloos liggen. Es™ pzigenj zich. bevindende dok-t dingen verleende haar del Jtpt een gecompliceerd|e betanjJ ernstige hersenschudding! It r.-k. fciekqnlhuis in1 Den I ht. ra unbare politieagenten, begint hedteul een proces] ;(n yap., politie, die in 1924. cnl samengetwerkt' met een I lionale zakkenrollers. De be lden opdracht die zak-kén- oog te 'houdanl. Zij hebben i I leant die zakkenrollerij] oog- latew, niapr herhaaldelijk de] zij' op heet ar,daad twór- j ■oor ce» slachtoffer, Wel ge- I liar onmiddellijk laten, loo- liaam'.J proces-verbaal te heb- It. Met dé 5 agenten, zullen, rollers! terecht staami. Een Habsburgsloti onder des nerj rgslot „Wdlhelmina-" mtetl65 Donderdag ,te Weene® on- gekómen en verkocht vpor |»00 guldten, hoéw'el het twee- Iw'aardl Was. Deze gedwon- p. 'i plaats wtógens het niet be lasting door den eigenaar, Jeopoldi Salvador. De. notaris nan, dio het kasteel gekocht japgetredenl te zijn als iafgent stische, gemeentebestuur, dat c-ssanjntorium' wil stichten. Het radiospook. wordt de Volgchdio historje Isn radioVoorval dat daar Jcort I hebben plaatsgegreeen'. Itelijke „Go-oden avond,'dialmies lad nauwelijks het radiopro- J dien avpinld besloten, of er leUjjkl eehj onverwacht „Hallo, lelefoons, op! demi 'voet gevplgld 1 hot Radfo-spóok. U zult on- I redevoering hoorein| van zijhe [feit den Konimjg van Spanje] ndiqni avond bracht dezelfde laar nu, w'as heli djei beurt viaiu |o Primo de Rivera, „wjapwa- 1 dag w|a:ehtte den) -hoordlers/ hissing„Hier is de lalgemes- |dijenst. Wij lovjani 5000 dou- v!ie ons hot, Raidjio-spookf zal leml". dag luisterde geheel Spiajnije Jms weer op even geheimzilnf- het. spook: „Hier as het Ra- Ij beloven 10.000 donros aan lover de voorvaderen va® Pri- 1 kap vertellen". Ijcn later had de politie het I te piakk'en, Wat zekér meer 1 ie, dan voor het ép'ooW pleit). Ihuisde op.een oorlogschip |k'e marine. Vader Byi'nc. f Ikelnhuis te Lonldien is, op 72- lijd, vader Byrne oyerledein!,' liriester die een groot vrietaÖ |kers in Bermondsey (Zuid- i-:lcn) iwlas. Hij voerde een ver lijd tegen de woekeraars die ers en hun gezinnen uitzogen, twijls verklaard dat de woe- jle ergste harpijen wéren. die Shylock's uit de 'havën- lult <fe helft 'van het probleem en ellenlde oplossen". De rs dreven dikwijls menschéH twinning en neri|njg. Eons ge- jlat de vroulw' Van een werkJ I Theems sprong, om;da,t mien |d had aan haar man te ver in de schuld zat V'Zij' had fs geleenjdi om schoenen voor koopen cm had reeds meeir sony aan rente! betaald. Vaider na. den oorlog in Bermondsey erkers-universiteit" gesticht.' m schoollokaal in oom klein >ij Dockheaid, en elke Weel? u' 200 boot- en kaaiwerker^ wonen en over sociale Vragg;'- •aa|dslagen. Het lokaal iwierd jemd om de slechte shag die ite, en don goeden humbr, die wias. Byrne, zelf w]as een! üit- ïonst. Hiji heeft bijkans vijf- ?ar ipl Dockhead gewoond, een vrouw: hem een stuiver holen. Hij nam die na,an .en, e& shillings uit zijn !eigen| zak, ist d,a!t zij zelfs dien stuivjer ,ssan>. r la dierlijke vingerald r akkent- jaren geleden, -o-p 6 Juli 1923, egen' tisnl uur, iwterd; in een cel Inluis te Oeynlhansen de 25- eeht Bicker door een inbrekel, n' op- heötjerrlaad wjais betrapt, n. Aanwijzingen deden vertiiem- n tegen een 23-jarigen koop- e én: een 26-jarigen' sChoeomaK genaamd. Beiden Werden! geair- >hi moesten na eenigen tijd |we- aan bewijs weer worden v'rijge- igen geleden k'whmen der po- .efejd uitlatingen ter oore, die k Weer ter hand kleden nemen. iok de oei, waarin Bicker 'het van deze lafhartige misdaad 'elke verzegeld was geblevfan, aai een minutieus onderzoek i. Heel de cel werd nauwkew it en toen kwam' men 'tot de ontdekking, dat op het kbziju m! hoew'el heel flauw, na. ruim! tog vingerafdrukken vielen te f 'ende gedeelte wérd nu met Idd zichtigheid uitgesneden en ver-i Socialistisch fanatisme. In „Het Volk" is heel Wat heibel ge maakt over 't „roomseh fanatism'e" dat te Tilburg zou zijn opgezweept door „den pastoor", die daarachter zou hebben ge zeten om aan een verongelukten Werk man, die tijdens zijn, leven het vervullen zijner geloofsplichten had. nagelaten, niet alleen een kerkelijke begrafenis te wei geren, maar hem zelfs als een hond ter aar de te doen bestéllen. Thans is uit een interpellatie over het geval in den Tilburgsch.cn gemeenteraad! gebleken, dat van „roomseh falniaitisme" niet het minste spoor aanlw'ezig is geweest. Zelfs de socialistische interpellant, de heer Oostrijck, erkende: „Door den pastoor werd een kerkelijk'e begrafenis geweigerd, omdat de overledene niet thuis behoorde op het R.-K. kerkhof en spr. kén toegeven, d,at die pastoor in deze zijh plicht gedaan had," Intugschen) zal „Het Volk" de aaintijlging tegen het roomsche fanatisme, dat te Til burg de laakbare daad zou hebben bedre ven, die voor rekening van g©meente-a!mb)- tenaren komt, Wel evenmin terugnemeni.als den laster tegen de katholieke ziekenzus ters te Hengelo. Het socialistisch, fanatisme kent geen eerlijkheid, jegens eer en goeden, naam van .den pastoor(Tijd. Op c|tti 2SsteiM Zondag na Pinksteren- Epistel van den! H. Paulus tot die v,an Thessaloniea I. 210. Broedersl wij dankem God gedurig voor allen, em zijlu u linonfeA gebadieni gedach tig; uWI werkdadig geloof, arbeidzame lief de en Verduldige hoop op onzen Heer .J ezus Christus gedenken! wij onophoudelijk voor God onzen, Vader. IVïj weten, vhn God, bemind-a broeders, dat gij zijt uitverkoren! diiar ons Evangelie bij u niet alleen in woorden geweest is, maar oo(kj ini mu-akelen, -en in dien heilige nGeest; ja in eeua groote overtuiging, gelijk g|ij weet, hoe, wij om uwentwille onider u 'waren. Gij. zijt [nu onze navolgers geworden, en Van den- Heer wlant gij nuamt het woord onder vele verdrukking- aam met de blijdschap des 'heiligen Geestes, zoo djat gij oenl Voorbeeld zijt geworden voor alle geloovigcni in Mace donië em Achaja. Wént door u werd het Woord des Heercn vermaard, niet alleen in Macedonië en Achaja, ma;ar uw! geloof in God is in alle plaa-tseni verbreid geworden, zoo dat -wij niet nloodig hebben iets daar van te zeggen. Want zij' zeiven verhalen Van on|s, w'elik eenen ingang wijl bij! u heb ben gehad, en hoe gij van de afgoden tot God bekeerd zijt, om' den levenden en waren God; te dienon ea' vaul dan: hemel te verwlachten zijmien Zoon Jezus, dien fij van dan: docwi heeft opgewekt, en die ons geréd heeft van de toekom-eiuide gramschap: Evangelie, Matbheus XIII 3135. In dién, tijde slpraik Jezus tot het volk deze gelijkenisE Het rijk der hamelani is ge lijk een mostaardzaad, hetwelk een; mlensch nam en op zijhen akker zaaide; hetgena wel het kleinste Va® alle zaden is, doch als het opgeschoten is, is het grooter d-a,u alle moeskruid, en wordt ean( boom, zoo idajt de vogelen des hemels zidh iml zijln© takken komen maderzetten. Hij! sprak tot heneene andere gelijkénisHet rijk der hemelen is gelijk een zuurdeeg, hetwelk eape vrouw nam, én in Jrie maten meel vermengde, tot d;at, het geheel verzuurd wus. Diitr alles zei- iie Jezus het Volk in gelijkénissen y. en -zon der gelijkenissen: sprak Hij niet tot hen, opdat vervuld wierd, hetgene. door dein profeet voorspeld is, die zeide: Brj Ziil mijj- nen mond in gelijkenissen openenik zal dingen Voorbrengen, wOlbe yan de grond legging d-er wereld af verborgen! waireny Het Congres der Priesterroepingen t« Marseille. De Parijsohe correspondent van de „Tijü'l schrijft Het 2'e Nationale Congres der Priester roepingen heeft Woensdag te Marseille een aanvang genomen. Het mag zich niet alleen verheugen in de groote belangstel ling van het Fransche Episcopaat, door meer dan tien Bisschoppen vertegenwoor digd, ook de katholieke leeken nemen er een ruim aandeel aan. Dit laatste bewijst hoe in alle katho- 6) 0— De jongen en ik staan eerst beteutert te kijken. Dan evenwél grijpt "Christoffel zijne muts en rent onder luid „hallo"- geroep de verdwenen hondenslede achterna. Pk ga ,ook de dorpsstraat af. Rarja is verdwenen, maar ik kan in de veréche ■sneeuw de sporen der slede zien. Zij loo- pen in de richting van het meer, dat, met zijne breedte van 2000 voet, zich Jangs ■ons dorpje uitstrekt. Door eene zijlstraat kom ik aan 't water en zie Kar ja weer. !Do jongen heeft in zijn blinde drift niet op de sleêsporen gelet en is den verkeerden weg ingeslagen. Wat is die meid veranderd! Ze zit niet op de sleê, maar ze staat er op. De sterke! hond,d ie zeker ook wel langer dan hem lrcf was achter de kachel heeft moeten liggen, loopt er dapper op los, met zijn tong uit zijn bek, en laat herhaaldelijk een kort, vroolijk geblaf hooren. Karja staat op de smalle handslede zonder in het minst te wankelen. Haar zwarte haren zijn losgeraakt, en ze gaat zóó op in de pret, dat ze me niet eens ziet, al sta ik ook -midden op den plas, zelfs dan nog niet, als de hond naar mij heenzwen'kt. lieko, kringen het besef is doorgedrongen:, dat het tekort aan Priesters een der- grootste nooden is van onzen tijd in Frankrij-k, en ook dat het verlangen leven dig is door gemeenschappelijke krachtsin spanning deze cri.siu op te lossen. Dit congres, waarop wij ons voorstel len nader terug te komen, is de voortzet ting van. hot eerste, dat verleden jaar te Parijs werd gehouden, en reeds zichtbare ï-esultateff heeft opgeleverd. Reeds hebben acht diocesen zich doen inschrijven om in de komende jaren voor een dergelijk congres als zetel te dienen. Het zal door meerderen worden gevolgd Lange jaren zijn noodig geweest om de publieke opinie in dit opzicht wakker te schudden, liet is reeds een kwart eeuw geleden, dat het tijdschrift „Le Recrute- rnent sacerdotal" begon de aandacht op dit vraagstuk te vestigen. Maar de bevoeg de stemmen daarin opgegaan, bleven, hoe wel een toename van priesterroepingen vooral in de jaren 18931899 viel te bespeuren, als die der roependen in de woestijn. De sclieidingswetten deden op nieuw het aantal priesters afnemen. In menig gezin was men 'bevreesd de kinderen aan een levenstaak te wijden, waaraan naast geestelijke ook zooveel materieels zorgen verbonden zonden zijn. De noodkreet der Bisschoppen „Geef ons Priesters" is echter in den laafcsjteni tijd niet te vergeefs aangeheven. Hijl heeft weerklank gevonden in breede lagen der katholieke samenleving en het 2e congres te Marseille is daarvan een schitterende uiting. Hier zullen ons de verkregen resul taten worden medegedeeld, do middelen worden beraamd de priesteractie met ver nieuwden ijver voort te zetten. Een daar van is niet slechts in de kleine semina ries da jeugd voor te bereiden voor het H. Priesterambt, maar ook daarbuiten de geestelijke herders te zoeken om in het ge brek aan priesters té voorzien. Het „Oeuvre" der late roepingen, dat sedert den oorlog reeds zooveel vrucht heeft ge* dragen, staat in het teeken der volle be langstelling op het congres te Marseille: Juist op den dag dat dit is geopend' brachten zeer 'bijzondere omstandigheden ons in aanraking met onzen landgenoot te SèVres abbé Yorage, die als directeur voor Nederland van dit „Oeuvre des Vocations Sa-eerdotales", sedert geruimen tijd in Frankrijk werkzaam is. Hij n-oodigde ons uit, hem binnenkort te vergezellen naar Changes, waar het -opleidinginstituut voor latere roepingen is gevestigd en ook tal van Hollandsolre katholieken zich voor het priesterambt voorbereiden. Het ligt in onze bedoeling na dat bezoek hierop uit voerig terug te komen en de aandacht te schenken aan een werk, dat door Kardinaal Ceretti, voor zijn vertrek naar Home open lijk ten zeerste werd gesteund en aanbe volen. Hoezeer de arbeid van onzen landgenoot werd gewaardeerd bleek ons uit een schi-ijl- ven van Z. D. II. Mgr. Lemaitre,-die abbé Voragt zijn hartelijker! dank betuigde voor zijn medewerking bij 'het opleiden vap priesterroepingen voor zijn "missiegebied. Hoe droevig de toekomst zoeb ook nog laat aanzien, waar honderden parochies in Frankrijk van geestelijke leiding zijin ver stoken, het begint te dagen. Het congres te Marseille is ophieuw' een teeken, da.t de lauwe belangstelling van lange jaren heeft plaats gemaakt voor een vurig verlangen een einde te maken aan een crisis, die als: hoofdoorzaak is te be schouwen van de geloofs-onverschilligheid in Frankrijk. Men is zich het woord van Joseph de Maistre bewust: „Het Priesterschap m-oe.t de voornaamste bezorgdheid uitmaken van iedere maatschappij, die herboren wem?eht te worden". En dit rs ong-etwijfeld do eerste noodza kelijke schrede op een weg, die tot het einddoel, oplossing van den Priesternood in Frankrijk moet voeren. Frisse li fi lucht Des zomers als wij met de open deuren en ramen de zon en de weldoende warmte naar binnen halen, dan id er ook' i-n del kleinere huizen en huisjes geen gebrek aan frissjche lucht. Maar niet zoodra is de herfst in het land, of alles wordt'herme tisch gesloten alsof nn. die behoefte aan fi'issche lucht niet meer bestond voor mendch en plant en dier, dikwijls in een beperkte ruimte bijeen. .Natuurlijk, het stoken kost geld en als Op 't oogenblik kan ik haar duidelijk in 't gezicht zien. Wat is ze verhit, en wat ziet ze er lief uit! Hare zwarte oogen werpen vurige lichtstralen uit, liare glanzende haren zweven los op den wind, en wilde, hartstochtelijke woorden roept ze den hond in hare Zigeunertaal toe. D^ hond draaft uit al zijn macht, maar toch nog niet hard genoeg naar. den zin van Karja, die hem steeds aanvuurt. Luid hoor ik hare woorden klinken, en als de hond een draai neemt, zoodat de sleê een boog beschrijft, hoor ik haar helderen laéh| ju belen, en zie ik haar nog kalmer en tegelijk bevalliger <op de smalle sleêplank staan. Inmiddels is Christoffel ook aan 't meer gekomen. Op 't zien van zijn sleê over valt lrem een echte jongenskwaadheid:( „Wacht, jo,u zwarte Zigeunermeid," schreeuwt hij, „dat slede-rooven zal ik je inpeperen." En hij; 't meer op. Als de hond de stem van zijn baas hoort, loopt hij in riehte lijn op hem toe, zonder zich aan de Sehimpkreten van Kar ja te. storen. Daar zijn ze beiden vlak1 bij Christoffel. „Jij, wilde Zigeunerheks," schreeuwt de jongen, „wat heb je met mijn'sleê te ma ken? Ik sla je Verder komt hij evenwel biet. "Waar achtig. precies] als een kleine heks gaat de meid met gekromde vingers op h#m. af, als men stookt met ramen of deuren open, dan vliegt de warmte de deur uit. Maar om frissëlio lucht in huis te hebben, is dat ook niet noodig. D-e ramen behoeven niet open te blijven, maar één inaal per dag dient in een vertrek, waar verschei dene mensehen bijeen zijin, te worden ge lucht. Men begint 's morgens vroeg, als de kamer gedaan moet worden, flink de ra men open te zetten, men is dan toch beizig^ zoodat de koude niet hindert. Hoe kan nu "een kamer opfrisschen niet 't raam alleen op een kier, zoodat er nauwelijks een hand of een stofdoek door kan. Men l?an voel beter een kwartier raam- of ram'en hoog openzetten, dan clat men het venster een half uur op, een kier laat staan. In dio verfrischte kamer smaakt do ochtendboterham beter dan in een^ be nauwd vertrek, waar alles angstvallig is dichtgehouden. En nu kan zeker de kamer verder dien dag weg gesloten blijven? O, hemel neen, als gij het beproeven wilt, ga dan 's avonds eens een 'paar straatjes om en steek uw neus dan weer in nw zoo aaigstvallig 'ge sloten vertrek. Ge zult er zelf van schrik ken en uw eerste beweging zal Zijn, naar bet raam te loopen en het te openen. Er komen immers iederen dag nog wel twee gezamenlijke maaltijden. Als- zoo'n maaltijd is afgeloopen, komt ieder in beweging en van dat oogenblik moet de huisvrouw pro- fiteeren om even te luchten. De kleinsteij worden in een tochtvrij hoekje gezet en de grooteren helpen mee afhalen en opruimen, vader moet zijn pijp stoppen en als ieder zoo aan het heen en weer loopen is, heeft geen mensch hinder van de luchtverver- sehiug. Als alles weer op orde is, kan het raam weer dicht en ieder merkt hoe veel prettiger het nu in die kamer is, die in een wipje weer net zoo warm wordt als eerst, maar waar nu veel gezonder lucht is. Huisvrouwen, probeert het eens, als ge het een week volhoudt, is het een gewoonte geworden, het licelo gezin weet dan niet beter en elk helpt er aan herinneren. Juist als er kinderen zijn, 'is een frissche huiskamer een levensbehoefte. Hoevee] kleintjes komen 's winters door de omstan digheden weinig buiten en zij- hebben toch juist voor hun groei zoo'n behoefte aan ii-issche lucht. Zorg dan, dat ze tenminste in een goed gelucht vertrek spelen en als liet even kan, vooral als de zon schijnt, laat dan nog eens een extra portie luchjt toe. Do zon hoeft zoo'n natuurlijke ge neeskracht, de zon doodt zoovele ziekte kiemen, sluit het zonnetje toch niet bui ten. Vooral in een slaapvertrek is het zoo goed, de zon even in de kozijnen aan de zonzijde, schuif de ramen hoog op en de gordijnen op zij' en laat dan het zon netje zijn best maar doen. Hebt ge nog kleintjes thuis en kunt ge niettegenstaande het zonnige weer om uwe bezigheden vandaag niet met hen naar buiten, neem ze dan mee naar dat zonnige) vertrek, waar de ramen open staan en laat ze daar spelen, terwijl ge er bezig zijt, desnoods met een jasje of een manteltje aan. j Dat het gezond is de kinderen in een vertrek te laten slapen, waar een raam open blijft,w eet ge natuurlijk wel, en als go bang zijt dat de kleine zich bloot- woelt, dan strikt ge de dekens van boven vast aan de matrasjes en ge behoeft niet bang te wezen. •Er zouden heel wat minder bleekneus jes zijn als de moeders niet zoo bang waren voor frissche lucht. Wij weten het immers allen wel, als wit' een patiënt in huis hebben, vooral een langdurige patiënt, hoe de dokter rond neust in huis, in welk vertrek de meeste zon en frissche lucht kan komen en hoe hij' daar dan den patiënt heengebracht wil hebben, al mopperen wij: nog zoo tegen, dat het onze mooie kam'er misschien is en de kamer heolemaal zal bederven van dit bed en alles wat er omheen hoort. Maar do dokter stoort er zich niet aan en „daar" moet onze patiënt worden neer gelegd. Hij ligt daar, de zwakste van allemaal misschien, dag en nacht met de ramen open en de zon op zijn bed en hij fleurt op en geneest. En waar de frissche lucht hot zwakkere gestel geen kwaad maar goed gedaan heeft, is het toch zeker duidelijk, dat de sterke gestellen er zeker ook geen kwaad Van zullen ondervinden. Laten wij ons niet bang maken, maar zorgen wij, dat ook 's winters onze hui zen friseh en rein blijven en leeren wïy ook onze kinderen de waarde van frislsche lucht en reinheid kennen. wilde ze hem de oogen uitkrabben. De sterke jongen deinst achteruit. Kijk, hoe ze hem in 't oog neemt! Net als een wilde kat een grooten vogel aankijkt! Ze staat vóór hem. „Daar, jij, domme boer!" Meteen geeft ze hem een oorvijg, dat 't klinkt. De jongen wil opstuiven, maar hij durft niet. Langzaam krabbelt hij naar zijn sleê terug, springt, zoodra hij1 den sprong durft wagen, er op en gaat er van door. „Je zoudt iemand kunnen beheksen!' schreeuwt hij, nu hij' buiten liaar bereik is, maar 't was jueer om zijn aftocht tegenover een meisje te verontschuldigen. Karja trekt er zich niets van aan. Juist heeft ze mij gezien en kómt naar mij! toet ,Do jongen," zegt ze, „is een domkop, maar de hond en de sleê zijn goed." Ik zeg niets, maar vat alleen hare hand en ga met baar op huis aau. Deze kleine •geschiedenis geeft mij1 veel te denken. Nu lieb ik ontdekt, voor welke dingen ze hart heeft. Van onze kalme uitspanningen houdt dit kind der wilde steppe niet, dat weet ik nu. Zeker, ik moet haar dan ook om haar eigenmachtig optreden nipt be knorren. In 't geheel niet. Ik ben tevreden met datgene, wat ik heb' gezien, en als ik! dat niet was, dan moest ik wel een ezel wezen. Maar wat nu verder? Nu, dit vraagstuk ie spoedig opgelost. Dut plantje Uitroer naai Duitsélilandl vainj kool, uien en onVerpakte appelant Op grond, dat Frankrijk bij het ïialnfdelS- verdrag in Augustus met Duitschland ge sloten, niet voor al zij'ni tuinbou!wV)oort- brengselen de nteestbegunlstigiiig! had vér- kregen en met name kool, uien en onver pakte appelen daarvan wéren uitgesloten, bleven eenige Duitsche douane-ambtenaren voor die artikelen bij' inyoer uijt ons' land een certificaat van oorspro-nlg eiscken. Dit geschiedde omdat vroeger Franseiie pro ducten (i.e. bloemikóol) via Nederland i® Diiitschland waren ingevoerd als Ne-der- landscke tuinbouwproducten', ter vermiji- d'mg v!an hooge ïn(v»erree>htei>. Het Centraal bureau der veilingen in .Nederland heeft, na,ar wij; in: De Tuindferij lezen, de Duitsche douanckalntoren en het Duitsche ministerie van financiënzoo made het Nederlanüschc gezantschap te Borljjn gewezen op! de onhoudbaarheid van dezen eisch. Kool en uieD: toc'h worden zelden of nooit uit Frankrijk) naar Duitsch land uitgevoerdin de officiieele Duitsche handelsstatistiek staat 'het invoercijfer zelfs niet vermeld. Er is dus gcen' g-evaax dat Fransche kool of Eranscthe uien' via Ne derland in Duitsehlainp zullen 'wórden m- gévóerd. En wat onvjerpnkte appelen: be treft, het verschil in invoerrecht voor ap pelen uit Frankrijk! en' uit Nederland! is te gering' (het bedraagt rekp. 3 mark en 2 mark per 100J k'g.) oml een verzendjm'g vjan Fransche appelen via Nederland naar Duitschland loonelnd te maken- Door bemiddeling Van het Nederlainid'sdh gezantschap te Berlijn heeft het Oantraal bureau nu ook Van djie Duitsc'he douahekan toren, wfelke tot dusver certificaten vja|U oorsprong Voor kool, uien onverpakte appelen bleven easdhón, het bericht ont vangen, d,»it zij dezen ersclh hebben laten vallen. Ongelukken. Te Hooghalen is de liulpbesteller der posterijen J. Wold, die per rijwiel de bui tenbestelling deed, door de duisternis mis leid in het Oranjekanaal geraakt en ver dronken. De wachtel- P. Hamelink uit Haarlem mermeer. die Dinsdagavond aan de Zwet- brug onder Halfweg, met 'n schilderhuisje door een luxe auto omver gereden en daar bij zeer ernstig verwond werd, is in het St. Flisabeth-gasthuis te Haarlem aan de gevolgen overleden. Het barakkenkamp te Amersfoort. Het militaire barakkenkamp aan De Vlasakkers te Amersfoort zal binnenkort door den ontvanger der registratie en do- meinne aldaar onder den hamer worden gebracht. Be goudzoeker. Men meldt uit HaarlemDe 21-jaxige Duitscher K., die dank zij de activiteit van twc.e Bloemendaalsche politiemannen ge knipt werd, toen hij met zijin buit uit de villa van mevr. Coninck Westenberg— Calkoen te Aerclenhout per E. S-. M. naar Amsterdam vertrekken wou, is een eigen aardig man. Men staat nog voor de vraag: Is bij een slimme simulant of een abnormale zonderling? Als zijn blik valt op de in beslag genomen gouden voor werpen, die hij. buitgemaakt had, schitteren zijn oogen en roept hij in bewondering uit „Gold gold!" Verder mompelt hij iets, Wat beteekenen moet: „Wat is goud toch' mooi!" Als men gelooven mag wat de Duitscher vertelt, heeft hij- in zijn jonge leven al heel wat doorgemaakt. Münühen is zijp officieele woonplaats, waar hij al eenigen tijd in de gevangenis heeft doorgebracht. Na zijn vrijlating heeft hij: eerst in Zwit serland vertoefd, waar hij als ongewenschte vreemdeling over de grens werd. gezet. Hij heeft door Frankrijk en België gezworven en is ten slotte to Rotterdam gekomen? waar hij beweert gewerkt te hebben. Daar na is hij steeds noordelijker getrokken en eindelijk was hij te Haarlem gekomen. De naam Bentveld had veel indruk op hem ge uit den vreemde móet eerst wortel schieten,, moet hier eerst aarden, dan zal het zich in den nieuwen tluin op zijn gemak! gaan voelen. Ik bereik evenwel slechts dan iets, wanneer ik rekening houd met Kar- ja's eigenaardige persoonlijkheid. „Karja, zeg ik, toen we in huis w^ren, ,,'t is een erg ding iemand tot schimpen aanleiding te geven, -omdat men zijn slede in -gebruik neemt. Daarom zal ik u een hond en een slede koopen. Ze kijkt me met groote oogen aan, Dankbaarheid en vreugde spreken uit ha ren blik. Hoe lief ziet haar gezicht er uu uit! Zij komt naar mij' toe en drukt een kus op mijne band. Ze heeft nu een nieuwen vriend, Plu to, denh ond. Den ganschen winter zijp ze samen rondgetrokken. Tot diep in het boseh -zijn ze doorgedrongen, en een nieuwe snort uitspanning hebben ze gevonden. Aan één kant van het meer daalt een berg met een vrij sterke glooiing van 150 meter naar het water af tot ver op het meer. Achter haar rent blaffend, hijgend, over zijn kop buitenlend de trouwe hond. De balanceerkunst van de kleine meid is fa belachtig, anders kon ze zoo'n wilde sleê- va-art niet volbrengen. Christoffel heeft het ook eens willen beproeven, maar tot zijn eigen geluk ontbrak hem de moed tot zulk een gevaarlijke toer, #n hij! keerd^ mmmmm Rocht en madhlt. Al gaapten er tussehen do levensbe schouwingen van Oppenheim en Struyc- ken of Asser en Aalberse, nog zulke klo ven, op rechtskundig terrein naderden deze groote juristen elkaar bij de stelling, dat de overheid slechts mag ingrijpen in be- drijfs- en zakenleven, wanneer het particu lier initiatief te kort schiet. De logica is in deze opvatting dan ook zoo overdonderend, dat men wel een bord voor den kop moet dragen om haar niet 'te kunnen vatten. 't Heeft er echter den schijn van, of men speciaal om „deze waarheid als een koe" af tc slachten, een abattoir: gaat bouwen in Goes. De schijn gelukkig nog maar, en het is bijna niet te gelooven, dat het dage-l lijksrii bestuur van Goes, dat zich tel onzaliger' ure, tot dit plan liet verleiden, na al hetgeen geschreven en gesproken Is, zal blijven bijl de dwalingen zijns weegs en hetzelve zal verwezenlijken. Speciaal in de vergadering waar de heel' Cuyper sprak, is gebleken, hoe het betoog der voorstanders, niet bestand was tegen den druk van het gezond verstand en do gemotiveerde critiek. De kolom' „verslag" sprak boekdeelen. 't Voorwendsel van economie bleek een uitvlucht, want de onkosten die de slagers zullen krijgen, wanneer zijj hun werkplaat sen naar de eisc'hen der wet inriehte: bedragen f 23000 terwijl het abattoir bij raming reeds 55 mille vergt. Dpoh al was het andersom: wat heeft een gemeentebestuur met particuliere za ken te maken? Het heeft hoogstens de macht maar imisj- ten eenemale het recht om te sehoolmeeeté- ren over de uitgaven van de burger- wanneer, die linn verplichtingen nakomen. Indien R. en iWl, -of wat voor ambtena ren ook, juist de economie willen be trachten, dat zij zich dan bepalen tot hun eigen terrein; daar zullen ze reeds de handen vol aan hebben. Ondertussohen kwam weer aan het licht, wat een ambtelijk rapport eigenlijjk waard is. Nu was er een stevige organisatie mét bekwame deskundigen, die het kunstig cij- fei-weefsel, dat om de leelijka zaak hing, wist te ontrafelen, maar wanneer dat niet eens het geval was geweest? Als een vlieg, in de vlam zou, het gros erin gevlogen zijn. Het is mogeEjk, dat door toepassing van macht boven recht, de slagers hel onderspit zullen delven, doch wat er ook gebeurein het oog van ieder onpartijdig- toeschouwer blijven zij de moreeie over winnaars. UITKIJK'. maakt. Ik dacht dadelijk, zei hij; hier moet goud te vinden zijn. Zij|n aandeel in het goudbezit van de wereld moest hij daar vinden. Dinsdag omstreeks half 12 ging hij met de tram naar Bentveld en hij heeft daar, naar hij verklaarde, naag goud loopen zoeken. Ik heb, zoo ver volgde hij zijn verhaal, steeds ondervon den: Zoolang 'iemand zoekt, vindt hij', en het goud heb ik dan ook gevonden, al was het dan niet in Bentveld, dan toeh dicht daarbij. Van da betichting, het goud gestolen te hebben, wil hij niets weten; niet gestolen, alleen afgehaald, is zijn uitlegging, D-e commissaris van politie te Zand- voort deelde ons het volgende mee: D-e aangehouden Duitscher is Dondei - dag naar Zandvoort gebracht, omdat h i verdacht werd, drie weken geleden ook te hebben ingebroken in de onbewoonde villi, aan d-e Boulevard de Favauge. In een bed, waarin de inbreker dien nacht blijk baar rustig heeft geslapen, is een tram kaartje gevonden, dat verkocht is den - avond voor de inbraak le Zandvoort aan een persoon, die 's avonds met de laatste tram van Haarlem naar Zandvoort was gegaan. De afgifte van dit kaartje door den conducteur heeft plaats gehad in te genwoordiglieid van vier Zandvoortea-s. A, deze vijf personen hebben in den, Duitscher den man herkend, die het kaartje dien avond heeft gekocht. D-e herkenning was daarom gemakkelijk, omdat op zijh jas een zilveren speldje bevestigd was, vooitstu- lende een zilveren baarsje, wat het insig-u is van de Hengelaarsclub Tustschen het Riet. Ook dit speldje is drie weken geleide"1, in -"het bewuste bed gevonden. De man heeft zeer waarschijnlijk eenige weken geleden ook inbraak gepleegd, in een te Heemstede liggende motorboot. Daar is langs veiliger weg naar het meer terug, „Domme kerel, dat had je van te vor - - wel kunnen weten," zei Karja tegen- hem. Zij legt een grenzenlooze minachting, voor den jongen aan den dag; hij echter wijdt haar, al sedert lang, de grootst" belangstelling. Hij is anders geen lafaari maar Karja lijkt hein eene heldin zonder weerga. Hij sledevaart op het meer altoi achter hffar aan, staat verbluft over hajo loeren, terwijl zij! in het minst niet op hen: let. De heksenvrees is bij hem vermin derd, en als hij' haar nu den eenen o.L anderen dienst kon bewijzen, zou hij| 't (mei pleizier doen. Zij echter schenkt hem niet do minste aandacht. De -winter heeft dezen keer lang geduurd maar eindelijk toch is de dooi ingevallen', en Karja'é slee móest in de houtlood i worden opgeborgen. Ze ist alzoo nu, weer verplicht te huiu te blijven. Ze kruipt nu niet meer in dei- hoek der sofa, zit ook met op een stoei maar meesttijds bij: den hond op den vloei D-an kijkt ze hem lang en onafgebroken aan en dikwijls praat ze tegen hem. Tot nui toe heeft ze al het eigenaardige harer Zigeuner-natuur behouden, en zj Oj voelt zich volstrekt niet aangetrokken or onze, zooals we meenen, betere gewoonte,, over te nemen. (Wordt vervolgd),.

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1926 | | pagina 3