Tweede Blad
PUROL er op!
ZATERDAG 16 OCTOBER 1626
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Buitenlandsch Overzicht
FEUILLETON^
De Poolsche Held.
BINNENLAND
Het verzacht en geneest
Voor onze vrouwen.
KERKNIEUWS
(Ei en V a alm s cih e p| e r sa t ffln
Het Vlaamsehe katholieke dagblad „De
Tijd" schrijft ov'er den uitslag djsr ge
meenteraadsverkiezingen het volgende:
„Het staat onbetwistbaar vast, Aait: de,
socialisten in sommige groote oentra heel
wat stemmen hebben verloren, ma,ar daar
entegen moet men toch ook' durven befcten-
'nen, dat de socialisten! in hieal wat dorpen,
kun intrede in den gemeen,t<eraa,d hebbe'n/
o-edaan. Dit feit vooral moet somimige
katholieke conservateurs tot nadenken eD
tot een ernstig gewetensonderzoek1 bremgelni.
De katholieken hebben over h©t alge
meen hun posities goed gehandhaafd en
op sommige plaatsen, zooals te Hal, St.
Niklaas en te JBHigge, om ma,ar die te
noemen, boeken de katholieken een schit
terend succes, hetzelfde moet gezegj van
de Katholieke Vlajanische democratischfe
lijst te Hasselt Waar volksvertegenwoor-
ger Van Cacneghem ,aaa. de,n kop: stond.
De C'hristene Volkspartij heeft in hejt
Vlaamsch-hatende en allesbehalve demo
cratische Brussel 5532 stemmen behaald
en zal waarschijnlijk' twee geklozc'nen, heb
ben. Een uitslag w'aarover men zich kan
verheugen, vooral als men. de uiterst moei
lijke omstandigheden in acht neemt, waar
in onze vrienden hebben moeten: strijdeh.
Heigeen vooral opv.alt, schrijft het blad
verder, is 'de vooruitgang in stemmen van
de communisten. De socialisten worden
het in groote central al te' goeiJi gewaar i
te Brussel zullen waarschijnlijk' drie com
munisten gekozen zijnte Gent winn'eti
de communisten een zeitel en doen aldus
kim intrede in de gemeenteraad!, verder
wonnen ze zetels in) d'e streek! van Charle
roi, te Seraing er( te Luik."
Het zijn vooral de kleine groepen, die
de nederlaag lijden, ga.at het blad voort.
„De 'fronters hebben te- Anttvypen, te
Brugge en in meer andere plaatsen een
geweldige davering gekrastent ,T!e Geïitl
behaalde de lijst Maes stech'ts 1901 stem
men en het ligt buiten twijfel, dat keel
wlat 'fromterd te ^Gtördt de zegepraal (.vialn
communisten heb-oen helpen bewerken.
De toestand overschouwiendlei. stelt het
katholiek'e democratische blad dit Vast:
daar w|a,ar de standen flink georganiseerd
zijn en waar men den ehr i stenw.ex kl i c 1 om'
op1 de algemeene katholieke) lijst een plaats
heeft gegevien, die in overeenstemming
was met den socialen invloed hunner or
ganisaties, werd een flink' sucocs geboekt.
Het hinkende paard...
Hoewel de mijnweriiersstaking in En
geland langzaam! verloopt, is het nog verre
van normaal.
De verantwoording voor al de moreele
en materieel? schade, die zich stapelt op
4e schouders der uitlokkers van dit con
flict is enorm, want welk' een nasleep' Voor
andere bedrij'ven d|a staking heeft, werdj
scherp in bet licht 'gestald 'door - een
medadeeling van djem oud-minister Thomas,
leider der arbeidspairtij op' het Labou-r-
Congres. i
Toen van de zijde der majnWcrk'eTS
geldelijke steun weird gevfaagldj, antwoord
de hij, dat een omslag ov'er d|e| an'cfere
vakVereenigingen tot steuin der mjj'niwiör-
fcers, onmogelijk was.
'Er zijn aldus Thomas op: het oogen
blik nog 45.000 spoorweg-arbeiders, die
na de algemeen© st^ittïSirLgj in Mei nog geen:
welk hebben hunnen vin',den. Voorts zijn
er nog 200.000 man, die slechts halve
dagen werk hébben. De, vereniging vlan
machinisten hedft, nu al een w'ehelijk'^ehe
bjj'drage Voor haar eigen ledien. Bij! die k'e-
telmakers zijn 45 percent, van de aangeslo
ten leden werkloos.'
Ook zijn er industrieën, waar slechts
drie dagen in d!e week' meer gewerkt kan;
Worden.
Terecht zegt men van dergelijk eonflio
ien, dat het wapenen zijn, welke vriend
en vijand verwonden.
Herrie in de hut.
De hooggaande herrie, duurt in flei.eOm-
munistische en Russische hut, onvermhn-
derd( voori.
De „Roel" die dezer cjagen een bericht
de wereld' inzond;, dat er oniderhandielingdrf
zijn aangeknoopt tussche,n de oppositie
leiders Troski, Zinowjetf en Osoïski 'qe.u«r
zijds en Staten anderzijds, verneemt thans
bij: geruchte, da,t er in het centrale) comité
van de Sovjets een' overeenkomst is getrof-
tot. bijlegging van het conflict. f
Ingevolge deze overeenkomst zouden er
binnenkort wederom belangrijke, v'erande-
10) -o-
Opnieuw begonnen er nu dager te ver
kopen, waarop het kanongebulder de on
derhandelingen onderbrak, en omgekeerd.
De paters bleven na als voor bij hun steD
sel om de zaken op de lange baan te schuift
ren, en vonden eiken dag een nieuw be
zwaar uit. Miller verklaarde, da,t hij) zijne
bezetting alleen in het klooster wilde legf-
gen, om het tegen plunderende bendem tel
besebermen. Doch de paters antwoordf
den, dat, nu hun garnizoen zich in' slaat
had getoond om zulk een machtigen le
geraanvoerder het hoofd te bieden, het ze,
her gemakkelijk het roofgespuis zou kun
nen weerstaan. Zij1 smeekten Miller der
halve hen in vrede te laten en' naar Wij
ten, of naar welke plaats hij: verkoos,
af te trekken.
Het geduld der Zweden raakte uitget-
Put. Miller kon aanvankelijk niet be-
grijpen, waarom, terwijl bet gansche land
zich had onderworpen, daze kleine plaats
weerstand bood, welke kracht haar staan
de hield, in welke verwachting deze mom-
ntken aieh niet wilden overgeven, wat zijl
bedoelden, wat zij verhsopten?
ringen in 'de hoogen bestuursfuncties zijn
te verwachten.
Niettegenriaande deze vage loopenidje'
nieuwtjes over het beproeven eu bet berei
kten van overeenstemming, blijkt uit andere
bronnen, dat de politieke toestand' in het
algemeen zeer gespannen is y. al g'cladfi-
denér wordt naar maitei de conferentie Van
xdeT sov'jetpartij1 op 25 October nadert.
De sov'jp.fbladen zelvie, verheeten rlit
niet. De EKonoffiitsjeskaja, Zjiznj noem*
den huldigen toestand „ze:er .ingewikkeld
en moeiljj'k" en -wjjst er op, dat hielt antago-
nismte tussehen stad en platteland mlet
den dag toeneemt, terwijl d:(. invloed vja,n
bet particulier kapitalisme steeds groeit
en de klasse-tegenlstcHinsfeu zich steeds
verscherpen. In ohgeMipIr P.l^nzelfd.le» gepst
laat de Prawda zicihuit, dfte aandrang op lde
.oppositie tracht.uit te oefenen door te wij
zen op de gevolgen, van dien. toestand, die
door het politieke conflict is ontstaan','
(Foor den eersten tijd rmaent het blacli niet
veel goed te mogen! Voorspellenhet tempo
van de verdere ontwikkeling) op sociaal! on
oedonomisch geibied Wan ongetwijfeld slehts
langzaam züjln. .-
In Verband met het uitstel van dji pnr-
tijl-conferentie tot 25 Oejober is dis aan
vankelijk' tegen genoemden datum' bijeen
geroepen zitting van hot ai-R.ussiseh cen
traal uilVoerend cbmité eveneens uitgesteld
en wtel tot 5 NoVeimfoer.
Inlusschen 'kómen uit verschillende plaat
sen ernstige berichten ov'er geschillen tus
sehen de cbmtamnistishe leiders. Men zegt,
dat de partij de zwaarste crisis door
maakt, welke zij! sinds Lenin's overlijden
beleefde. i
Een nirt'-katholiek over onze kloosters.
In de jongste aflevering van „Het
Schild" vertelt Ellen Forest van een be
zoek aan het Capucijnenklooster te Vel-
seroord.
„Voor niet-katholieken zit aan 't woord
klooster een heele serie begrippen, -of'
liever wanbegrippen vast. Griezelige ver
halen van monniken, die zichzelf en elkaar
kastijden, die nachtelijke bezoeken ontvan
gen van duivelen, en booze geesten, diej zij)
dan moeten bezweren met het teeken des
kruis'es, verhalen yan onderaardsche gan
gen en samenzweerderij'en, van feestgela
gen en braspartijen, van geheime grafkel
ders en levend begraven vijanden. Alles
heel griezelig, heel prikkelend en onwaar.
Onze Pater Capucijn was een goedmoe
dige blonde Pater met een langen baard
en bloote voeten in ruige sandalen. Zijh
grove pij liing in wijde, als gebeeldhouw
de, plooien rond zijn lichaam, maakte hem
zelf tot. een wandelend beeld, waaraan
men behalve een kop, handen en voeten,
geen menschelijken vorm speurde. Hij was
een man met oogen als een kind,, oogen
waarin nog een stukje blauw van deh
hemel was blijven hangen, toen hij dien
verliet om blootsvoets, over Gods aarde
te wandelen met het doel den menschen
tot Broeder te zijn en goed te doen.
Het was in een onbewaakt oogenblik,
dat Pater G. ons gezegd had: „Kom bij)
mijl eten", en maar al te graag hadden Wijl
bet aangenomen.
En nu stonden wij dan voor de smalle
deur, die toegang gaf tot het wonder, een
klooster. Ik als vrouw zijinde mocht helaas
niet verder dan de wachtkamer. Mijln he
mel, waar was nu de luxe van deze men1-
s'chen? Vier kale muren, een crucifix, een
paar platen en dan dit zei de pater
later, toen hij ons: zijn welkomstgroet toe
riep een paar bloemen ter eere van de
vreemde gasten.
Ik mocht dus niet verder, maar mijln
man heeft alles gezien en even goed had
den zij mij mee kunnen laten gaan, want
welke vrouw gedoogt baar man een zoo
begeerde geheimenis als de waarheid ojver
een klooster voor zich te houden? Ik
zeker niet. Ik kan u zeggen, wij, waren
nog geen uur op den terugweg, of ook Ik
wist alles, wat ik niet gezien had. Ik
wist dat deze menschen, die het leven in
de wereld hebben afgezworen, daarmee,
ook afstand gedaan hebben van alle luxe
en alle comfort; dat hun cellen zijn, als
cellen van een gevangene, terwijl hup'
leven dat is van een heilige Gods, die
slechts bestaat om te dienen, leeft om' te
offeren en te bidden voor anderer heil.
In had mij paters voorgesteld als strenge
„Prinzipiënreiter", als menschen, wier ge
loof zoo bekrompen en eenzijdig is, dat
er niet mee te praten valt. En hier stóm
den wij) nu tegenover menschen, dio juist
Christus' komst gelooven als de komiat van
Eén, dia alle boeien los gemaakt heeft,
die niet van ons eischt, dat wij' door het
Maar de voorbijgaande tijd bracht op
deze vragen voortdurend duidelijker ant
woorden. De weerstand, die hier begon
nen was, verbreidde zich als een loopend
vuur.
Trots zijn tamelijk stompzinnige hersens
merkte de generaal ten slotte, waarom
het pater Kordecki te doen was: niet
slechts om Jasna Gora en de veiligheid
van het kloostergesticht, maar om het lot
van liet gansche koninkrijk. Hij zag in,
dat die stille geestelijke wist, wat hij
deed, dat hij als een profeet was opge
staan, om het land door zijp voorbeeld
voor te lichten, om m'et machtige stem
naar oost en west, naar noord en! zuid te
roepen: de harten omhoog! om door hun
overwinning of door hun dood en opof
fering de slapenden uit den slaap: te wek
ken, de zondaars tot boete en beternis
te voeren, om licht te brengen in de
duisternis!
Toen hij! dit inzag, verschrok die oude
krijgsman eenvoudig voor dezen verdedi
ger en zijn eigen taak. Die kleina vc*'
ting op de helling verscheen hem allengs
als een reusachtige berg, en bij' kwam zich
Izelven klein voor, pp schouwde tvoor
de eerste maal in zijn leven op zijne
troepen als op een hoopje armzalig ge
wormte. Die zouden hun hand ophefj-
fen tegen deze #ven vraeselijke als g*h.«im~
leven gaatt met een lang gezicht, en tóefc
't ononderbroken besef' van o^ze zonden,
maar die gelooven, dat Christus tuis
gekomen is, om ons vreugde te brengen
en te verlossen en te bevrijden.
Eu deze menschen, die gewoonlijk leven
van een eenvoudig maal en een stuk brood,
zij! hadden ons in gulle hartelijkheid een
heerlijk feestmaal bereid. Ziet ge ze zooi-
als ik ze zie, die groote gebaarde man!
nen, de koppen bij' elkaar steken, om te
■overleggen, wat zij die twee, die van de
buitenwereld tot hen komen, nu toch ecus
geven zullen. Kunt ge u de verwarring,
cji den angst va,n den kok voorstellen,
een jonge Broeder, die dagelijks zijn pot
kookt, zijn petatten of zijn booiicn, voor
hongerige Paters en hongerige Broedejs,
die niet merken wat ze eten, omdat ze zoo
hongerig .zijn, of zoo verdiept in hun ge
bed, en aie nu plotseling, moest koken
voor een paar vreemdelindgen. Als ik
er nu nog aan denk, boe die groote sterke
mannen daar, bevreesd als kinderen, bun
menu hebben opgemaakt:, met al hun goe
den wil, bun vrijgevigheid en liefde, ben
ik werkelijk tot in het diepst van mijn
hart ontroerd. Ik zie ons nu nog zittea
in de kleine wachtkamer, waar een Broe
der de dampende soepterrien binnenbracht.
Schoon als een bijhelsch verhaal was het
begin van dit maal. Het witte tafellaken,,
de dampende soep: en Pater G., die op(-
stund en met langzaatmt-plechtig gebaar bet
teeken des kruisas sloeg en den zegen
aisnieekte over onzen maaltijd- ®u schoon,
als een verhaal van menschen, was zijh
toespraak tot ons, de buitenstaanders, die
gekomen waren, beladen met vooroordeelen
en vervuld van vreemde, valscbe kennis-
se. Hij sprak ons toe met enkel liefde
met een gulle hartelijkheid en gastvrij
heid, zooals alleen zij! kunnen bezitten, om
dat te geven, van wat men te veel heeft),
geen gave is, maar geven van wat men
zelf met moeite gekregen heeft, een kob
ningsgift wordt.
Wat zal ik ,u' zeggen van ons gesprek?
Het liep over dingen van het leven en de
dingen van de kerk en wijj hebben veel geL
leerd. Wij hebben geleerd hoe deze man
nen tezamen komen, arm als pas geboren
kinderen, wa.nt hun bezit wordt niet eens
liet bezit van het klooster, maar het bezit
van de armen, die de H. Franciscus hun
in zijln plaats nagelaten heeft. .Wij hebben
geleerd, hoe in hun leven rust slechts is
een noodzakelijke onderbreking van eeu-
wigdurenden arbeid, ten bate van ando
ren, zonder bate voor zichzelf. Wij; hebben
gc-leerd, met hoe weinig de mensch het in
het leven stellen kan. En aan hnii nood
druft hebben wij; onzen overvloed gemeten.
Toen wij na. een bezichtiging van de
seliool en de kerk weer aan de deur kwa?
men, stond daar een lange, jonge luan,
een stoere, sterke kerel, een werkman. Hij
had net gebeld en samen wachtten we tot
de deur zou open gaan; en toen deze opent
ging was het dezelfde Broeder, die ons
binnenliet en liem een pak overreikte. Eb
terwijl wij binnengingen hoorde ik hoe hij"
zei: „Wijl hebben vandaag niet meer over.
Ik lioop dat het genoeg is".
De man nam zijp hoed niet af, bedankte
niet eens en de Broeder scheen dit ook niet
te verwachten. Later hoorden wiji, dat deze
scènes zich dagelijks en meermalen per
dag herhalen, dat nooit een mensch tever
geefs klopte aan de deur van den H. Franf-
eiseus en dat de monniken, hoe weinig zj«
ook hebben, altijd nog deelen met hen die
minder hebben.
Bij een kopje thee kwam ook de kok,
een jonge Broeder, die lang in Italië was
geweest,, even binnen. Hij) sprak vlot Italif-
aansch, beschaafd, schoon Rpmaajnsjdli,
maar noch zijn reizen, noch het zien vab
vele en mooie dingen, hadden uit zijjn
oogen die kinderlijke naïveteit gebannen,
die vertelt, dat ten slofte niets mooier is
dan de hemel. Het gebed, het klooster, ht^
armelijk kerkje zonder eenigen opsmuk, de
hartelijke onopgesmukte ontvangst, het
verteederende gastmaal, waarin de zorg om
bet goed te doen het won van al het an,-
dere, de stille rust, de innige vroomheid,
die uit alle hoeken op ons afkwam, alles
tezamen gaf ons den 'indruk dat wij! niet
bij de Franciscanen, maar bij: den heiligen
Franciscus zeiven op gast waren.
Wij, nieS-katholieken, wij weten zoo
weinig wat er gebeurt in de instellingen
van bat groo.te lichaam Rome. H,et zou ons
zoo goed doen, van tijjd tot tijd eens aan
te kloppen en niet te zeggen: „Wiji weten'
dit en dat van u", maar oottnoediglijk ie
vragen„Onderwijs ons, zeg ons wie gij
zijt, leer ons wat ge doet en ter wüle
van wien". Als wij .ons zelf zoo ver ,kon>
den brengen, te zijn gelijk de kinderen die
vragende bun weg vinden door liet leven
en als wij' dan dien levensweg stuurden
zinnige ontzaglijke macht? En daarom
verschrok Miller en sloop allengs de hoot
peloosheid in zijh hart. In het bewustzijn,
dat men alle schuld op hem zofl selnJ^-'
ven, begon hij zelf nakr schuldigen te
zoeken, en zijn toorn viel vóór allesi op
W,rze.sECiZowics. In liet kamp ontstond
tweedracht, en de belegeringswerken
moesten daaronder lijjden.
Doch Miller was in geheel zijn wezen, te
veel gewend om mensehen en voorvaUen
van gewoon militair oogpunt te beschou
wen, dan dat hij zich niet allengs zou,
hebben getroost met de gedachte, dat de
vesting zich ten slotte t'ocb zou moeten
onderwerpen. Eu uit menschelijfc oogl»
punt genomen, kon dit ook niet anders
zijh. Had men hem maar zes kanonnen,
van het zwaarste kaliber gezonden, die
reeds bij) Krakau hunne kracht hadden
getoond! „Voor den duivel!" dacht hij',
„aan zulke belegeringsstukken zullen deze
muren geen weerstand bieden, en als een
maal dit nest van spookgestalten, bijgeloof
en hekserij in rook opgaat, dan lullen; de
zaken weldra een andere wending jjemen
en zal het geheele land tot rusV komen'.
In afwachting van de zware kan<mnen,
liet hij uit de kleine stukken vuren. De
dagen van strijd keerden terug. Maar te
vergeefs vielen de brandende kogels op de
daken, tevergeefs was de inspanning van
langs de lijnen, die tot Rome leiden, zouj-
den wij versteld zijn van de openbaringen,
die ons zouden geworden.
In mijn hart heb ik! een klein altaar
voor herinneringen. Daarop staat ergens,
liecl aHeen, een Franciscanerklooster, op
weiks drempel ik bloemten van ootmoed,
dankbaarheid en bewondering gestrooid,
heb. l'n onzen drukken, alles verdoezelea-
den, alle ideaal negeerenden tijd is het
een verrukking, te bemerken, dat er in
onze nare wereld nog hoekjes! zij[n, waar
de geest des tijd® zijn invloed niet beeft
doen gelden, waar gewin en vertoon niets
beteekenen en waar Christus' woord: „Ik
laat u de armen in inij'n plaats" eerbiedige
toehoorders gevonden heeft, die aan deze
armen doen, wat Christus gedaan zou heb
ben en wat St. Francistcus deed.
Als ik een man was, zou ik elk jaar,
ook als nietj-Roomsehe, een paar weken
willen leven tussclien deze menschen, die
vreemd zijn aan liet griezelige gedoe van
en even tot bezinning te komen eh het
de vliegende, jagende, als goeds verncir
nende wereld, om mijzelf terug te vinden
ideaal te benaderen".
Dit moet Uw eerste gedachte zijn bij
Brand- en Snij wonden, Ontvellingen
eu allerlei Huid verwondingen
TACT.
In het Centrum schrijft Mac'hteld
Het is niet t" gelooven hoewel men
schen, die heel boots zouden worden als
je ze voor ontactisch uitkreet, een heer
lijke begaafdheid aan den dag leggen, om
het juiste woord op do verkeerde! plaats
■te spreken! Iedere vrouw is tenslotte in
hek. diepst van haar zie.l overtuigd dat
z'e tact heeft zoo'n fijnen ©n toch rui
men, a.'.lesoverheerschend'en, alle situaties
beheerschenden tact! En wanneer zecon-
versationes'e afgrijselijkheden bogaat, zijn
altijd de omstandigheden of haar onvioli-
doiende bekendheid met de feiten daarvan
■de oorzaak.
Wa|t is eigenlijk lact? Er is niets van
waar, da;t 'L uitsluitend een aangeboren
gave is, die jo at of niet meekrijgt, waar
ide ©en zich spelenderwijs van bedient
cn die de ander zich ten koste van 'd'e eer
lijkste inspanning zich ten koste vaaK de
de eerlijkste inspanning zich niiet kan
cige'n maken. Hat is natuurlijk niet 'te ont-
kennen da;t sommigen van ons in de jnleec't
uReëniioopende gevallen ai'iijd ate bij in
geving voeten wat ze moeten zefefceni en
doen en wa,t zo tot alk'en prijs achterwege
moe/len laten hoe ze door oen bijna
onmerkbaar verschil in. intoma'ie aan een
gesprek1 een geheel andye, meer gewenschte
lichting kunnen geven van diei geluk
kige stervelingen, die nooit naar het meest
politieke antwoord, «het mee.st surekende
troostgebaar of de meest passende atten
tie behoeven te zoekpn die zich nooit
voor een onderhoud hoeven te preoarete
reeren, en bij hun aller getwichi'.jgste btite-
v.en met rustige minachting kunnen, neer
zien op zooiets als 'n kladje Maken. Maar
itooh evenals je je aangeboren intuitte
en fijngevoeligheid door een chronisch
tekort aan nansteliefde kent afetooman,
zoo kurt je je ook, door een .gestadige
'welwillendheid jegens anderen het besto
■en nuttigste dat ,er op heit uitgestrekte
terrein van „tact" 'te prtóteerien vaJit om)
wille van die anderen eigen, makiein. Juist
die hoogere en nobeler tact is gielaküdp: 't
gemakkelijkst aan te kiiveeken, zooals
iedere deugd, onafhankelijk van natuur
lijke begaafdheid, door goeden wil te
verkrijgen is. Wat de meer maatschappe
lijke finesses van volmaakten tact betreft,
die houden natuurlijk verband met concern
tratie-V|ermogen en diplomatieke gaven eu
zjjn als zoodanig niet maar zoo eenvoudig
aan te ieeren 'maar dezlei raken meer
ons eigen belang en gemak dan dat van
oinzen modemenschl
Wanneer je je .met een beetje harteliikér
belangstelling dan lot n.u toef in andere
menschen gaat verdiepen, dan merkje van
zelf mot verrassing op, hoeveel fijnen on
nieuwer je onder allerlei omstandigheden
hun voorkeur en tegenzin aanvoelt hoe
veel onaangenaams je hun door een weiit
nïg minder onnadenkendheid leert bespa
ren, gn hoeveel aardige kleine imvajifen v
krijgt betreffende nietigheden waarmee
hun plezier kunt doenl 't Eerlijk streven
naar een doorgevoerd altruïsme is ''dn
'beste leerschool voor tact eu aanverwante
jwetemSchappenl
de knapste kanonniers. Telkens, als een
windstoot de zee van rook uiteenblies,
verscheen het klooster ongedeerd, ma[-
jestueiis als altijd, rustig zijn hooge to
rens heffend in de blauwe luebt. On-
dertussehen kwamen er ongelukken voor,
die onder de belegeraars een bijgeloovigy
schrik verspreidden. Hu vlogen kogels
lieel >over den berg heen en troffen 6o]|-
da.ten aan de andere zijde geposteerd; dan:
stortte een kanonnier onder bet richtten'
van zijn kanon plotseling dood op de,n
grond; dan weder nam de rook schrikke
lijke, wonderlijke vormen aan; dan weder
ontplofte eensklaps, als door een onzicht
bare band in brand gestoken, het kruit'
in de kruitwagens. ^Bovendien gingen
voortdurend soldaten ten gronde, die zich
afzonderlijk of in groepen buiten het
kamp gewaagd hadden.
En het klooster verdedigde zich voort
durend beter. Door aanhoudende oefening
had de bezetting zulk een vaardigheid
verkregen, dat elk harer schoten een vijl-
and neerstrekte. De Zweden schreven
dat toe aan tooverij;. De kanonniers ant
woordden rondweg aan hun officieren, dat
zij niet verplicht waren, om tegen zulk'
een macht, als die het klooster b^-
sehermde, te strijden.
Op een morgen brak een algemeen»
schrik in het kamp uit; d» soldaten, had-
Dat alles is de ernstige kant van hef
chapiter '„tact" maar nergens als otj
dat terrein va!t er zóóveel .te senieiten
voor iemand die met gev.oel voor humor
begiftigd isl Je komt b.v. van idlie stakkers
van menschen tegen, die 'tzoo heel erg
goed meenen, en toch altijd met 'tzoMiig!-
ste gezicht kómen binnenwa-nd'elenl opi 't
meest onge'wtenschte oogen'blilk! en dan'
nooit, nooit, nooit meer kunnen, ppsiaan of
wegkomen. Die altijd over kunst praten
wanneer je kiespijn hebt of naite voeten,
en je uit de .krant voorlezen over varitems-
kenspest, wanneer je geëmotioneerd bent!
De gebruikelijke opvatting van tact is
over 't algemeen veel ie sentimenteel én
te zweverig/Iels verwonderlijk' materieels
is dat menigmaal, ware tact! Tact is soinis
een sterke kop koffie of een scheut cognaic
of een hardhandig transport naar een
goed bed met een warme, kruikj erin
tact bestaat in hst dagelijksch leven maar
zelden in schemerlampen en omzichtig ge-
fluistert
Voor een huisvrouw lijkt me een van
de nuttigste en noodzakelijkste toepast-
singen van haar veronderstelden tact; zich
te regelen, met de grootste soupleoSe. in
co-nversatie-loonaard, en wijze van optre
den en indeeling-van-üen-avonjd naai
het gezicht waarmee haar man tegen
etenstijd thuis komt! Geen man koarit
•twee dagen achter elkaar in prectes de
zelfde stemming naar huis! En wanneer
we dan maar gewoon zijn, ons den ueieten
middag egocentrisch in te werken in, 't
vooruitzicht liem onmiddellijk bij thuis
komst dit of dat mee te deelen met
dit verzoek aan te somen, of hem met dal
voorstel te overrompelen dan is 'r-wer-
kelijk niet heeleimaal zijn .schuld «IPJeen,
wanneer 't faliekant uitkomt! Neen, nooit
eenig program, eer je zijn gezicht; gefzïen
habtt Daarvan zal 'tafhangen of ie dien
avond sokken zult stoppen dan. wel ae
krant naast zijn bord leggen! Op sommige
avonden zullen er verrassende resultaten
van opmontering te bereiken zijn met asni-
Oivermoed en luidruchtigheid, terwijl je
een volgende maal ieder onnoodig ge
luid, en zélfs je geliefkoosd gewoontege
baar zult hebben na ta laten om hem
niet te irriteeren tot razernij toet Som'a
zal een terloops en hartig Mopjte op den
schouder wonderen doen, waar een aai
over rpn hand hem bijkans tegen, den
(muur 'zo-u doen vliegen. Allemaal' een
kjwestie van tactl
Niets 'is in dezen zoo wensc'helijk' als
een rake taxatie v,an het moment. Vii'f
.minuten verschil in het tijdstip vani een
meidedee'.ing of verzoek kan eten absolute
wijziging in den uitslag tengevolge! heb
ben' Er zijn momenten, die niet gauw,
genoeg en niet stil genoeg voorbij kunt
helpen andere, waarin ie tot elkiein
prijs iets moet zeggen of doen; er zijn
er die letterlijk voor alles te gei'.bruifcen
zijn, en andere waarvoor maar éém beste
ding is. Het soort tact dat dharvoor noo-
dig is, is ons maar zelden in al zijin voi-
koincndheid aangeboren, en, kan maar op
hén manier bijgeleerd worden:, door weg-
cijfering van jezelf, door hartelijke liefdia
en,..',. door een goede dosis routine in
ontledende gelaatkunde 1
0,p den 21sten Zondlag na Piuktsteren.
Epistel van den H. Paulus tot de Eiphezen.
VI. 10-17.
Broeders! wordt versterkt in den Hear
en door de kracht zijner .sterkte. Doet
de wapenrusting Gods aan, opdat gij te
gen de listige lagen des duivels staaniJfl
blijft; want onze strijd is niet tegen,
vleesch en bloed, maar tegen da over
heden,, tegen de machten, tegen dei meiesi
ters van de duistere wereld, tegen die boo
ze geesten in de lucht. Neemt derhalve
de wapenrusting Gods aan, opdat gii in
in den kwaden dag moogi wederstaan
en in alles volkomen staande blijven.
Staat dus vast, omgordt uwe lenden me;
waarheid, gekleed met het harnas der
rechtvaardigheid, en uwe voeten geschoeid
opdat gij tot het Evangelie des vredes zijt
voorbereid. Neemt vooral het schild des
geioofs, waarop gij alia vurige pijlen van
den hoozen vijand kunt uLmooven; neemt
ook den helm der zaligheid aan, en het
zwaard des geastes, elai is: het twoobl
Gods.
Evangelie, Mattheus XVUI 233ö.
In dien tijd3- zeide Jezus aan zlijna
Leerlingen deze gelijkenis: het rijk dier he
melen is gelijk eenen iionjng, die rekjeniijnlif
met zijne dienaren wille .louden- en als
hij bagon rekening te houden, w-eri er een
voor hem gcbracut, die hem tienduizend
ponden scnuldig was. Maar dewijl bij
den namelijk duidelijk eene vrouw rn een
blauwen mantel gezien, die klooster en
kerk beschutte. Bijl dit) gezicht wierpen
zij zich met het gelaat ter aarde. Vruch
teloos kwam Miller zelf aangereden;
vruchteloos zette hij hun uiteen, dat nevel
en rook dien schijbvorm hadden aangenol
men; vruchteloos dreigde hij! ten slotte
met krijgsraad en straf. Niemand wilde
hem meer gehoorzamenen 'dit des te nSnv
der, wijl hij zeU zijn angst niet( vermocht
te verbergen.
En zoo besloot hiji het weer met} onder
handelingen te beproeven en zo^d bij! een
nieuwen afgezant naar het kloosler. Het
was de edelman Sladkowski, die döor
een fiweedsche patrouille gevangen geno
men was. Hij werd koel en stug' ontvan^
gen, ofschoon hij; een eerlijk gezicht had
en een blik zoo helder als dei hemel, want
de monniken waren reeds1 aan eerlijke*
gezichten bij; verraders gewend geraakt.
Hij werd daardoor echter in het geheel
niet verlegen en uitte den groet: „Geloofd
zij Jezus Christus!"
„In alle eeuwigheid. Amen!"- antwoord^
de men.
(Wordt vervolgd)1.