Tweede Blad Voorde tweedemaal getrouwd. buitenland uit de pers :lnmttt^-iwte0^dtost kerknieuws koloniën ZATERDAG 10 JULI 1926 AMERIKA NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT FEUiLLETQN Het hoekje van humor. Bi# Kii Klax KUn in verval. Een medewerker van de „Berliner Böi- san-Courier" wijst op het verval van de Kn Klux Klan, de geheimzinnige on ge vreesde beweging iin Amerika, die na vijf tig jaren van schijndood, een Zevental jaren geleden in het oude ncgerland Geor gia. weer opleefde. De Ivla.u, dat weet men, vatte in de koorts van den wereldoorlog de halfverwelkte nationale gledachte (in Amerika weer op, vond tal van aanhan gers en werd in oen paar jaar de) ^In vloedrijkste niet-offlideelc organisatie in de Ver. Staten. Het buitenland 'weet van haar vooral, hoa haar; in witte pijen ge hulde en vermomjde leden midldleteeuiw'sldhitl veemgerichten hielden en terroristisch wérkten op de binnonlandiödh-poliibiojco verhoudingen. Zdjj keerde zich tegen de 'ge- lijkglereohtigheidseischcn van de negiers, kwam fel op voor raszuiverheid en was economisch een ma.cht geworden, waarmee rekening viel te houden. Zij was nationoal- „völkisch". Op haar schild pn-ijjltboirt do lemaen: honderd procent Angelsaksische controle in alles, iiMmgratiebeperlring, anti radicalisme, strijdbaar protestantisme. Door dezen laatnten fadtor maakte de Klam van. meet af ook heftig tegen het' katholicisme- Hier met economische middelen, daar met wapenen, als b.v. de invoering, van den bijtel als éénig sehool-üeerboek voor kin deren. In het doordrijven van dit laatste o.a. bewees de Klam haar macht. In de. ja ren 1923 en 1924 beïnvk>edd(\ zij) op beslissende wijjz'e in heel de Unie de ver kiezingen. In die jaren was zijl onaantast baar on vrijwel almachtig. Op dit hoogtepunt hamer macht trad het verval nu in. Strijd en verwar ring tusschen de hoofdleiders, oncqnighleid over de gestelde doeleinden, fnuikten recd's haar aanzien. Toen de opperste figuur, de „grooto Draak", levenslang had gekre gen wegens moord op een meisje, werd de crisis ernstiger. De koers van den nieuwen functionnaris werd niet geëer biedigd, vele leden hebben zich laten schrap pen, de andero &p'litst»n zfch in vereenigin- gein en verbonden, zoodat zelfs om den naam Kn Klux IClan ten slotte voor een gewone rechtbank geprocedeerd moest, wor den. En sinds anderhalf jaar is de geheels geweldige organisatie in decadence on ont binding'. Het ledental is tot op J/6 gedaald. Zelfs haar c.ens trouwste aanhangers, de conservatief-rep,ubLikrinsche elementen, verlaten de Klan, en bij de laatste verkic- zingien voor do parlementen van een aantal afzónderlijke staten zijn vele republikeinen democratisch gaan stemmen, omdat de re- publikciinsehe cand-id.aten door de Kian- propaganda gedragen werden. Het ergste verval in ledental is te boeken in Massa chusetts, waar van de 100.000 leden sltthts 7000 over zijn. In Georgia, de bakermat der Klan. is het vereenigjngs;- paleis allang verkocht en de „groote Wij- zoSimmons spoorloos «verdwenen. Een restant der organisatie wil daar nu de „Orde van het Laatste Bijk" stichten, die zich wijden snoet aan de bestrijding der evolutieleer. De. Klan heeft een slechte reputatje. Het lidmaatschap is allang; geen verdien ste meer. Wel tracht het overblijfsel nog, door radiciaal en terroristisch! optoden de ruïne te maskeeren, maar vergjeefs, zöodat staatsambtenaren, die eens hun Üneitlia door dt Klan verkregen, thans volgaarne ver zekeren, in geen verbinding meer met haar te staan. Aan haar slechte faam sterft de organisatie. Nieuwe groepen fbr mccren zich dn de Unie, om haar plaats) in te nemen. Of zlijj ooit van beteekenis wor den, is echter een open vraag. (Tel.) lEen senator vair ma !d!© middeleeuwen. In „De MorgenV schrijft) „Qumierit/u^t volgenidj geestig stukje: .Meester Ju'd^cus Aesdhylos L'aro^ van N-agell van Am'psen, Lid' v,am de Eersit? Kamer. Vijftig jaren geleden hoofdpersoon van die Utrec'htsche studenten-maskara.die, voorstellenjdie Karei. den Stoute^. Thans naar eigen verld,ariug het voorrecht) genie" tend oud en goed- gezond ,t© vzij!n. Spreekt nit idlien hoofde in dip Aul-n der Utreclitsche Hoogeschool, namen si reünisten, 1 ooren w'ar'en gespitst. Meester Ju ><ocufc Aeschylos kuron van Nagell va-n Amps en spreekt ooki een enkele keer in de 37) 0— fl|e Eerste Kamfer en allesz wüj'gt: zelfs 'd|e b'o- d!en die niet. op. tdjld| w'cg wisten te konilen staan orib'cw|ee^gHjlk, stil. Ma,ar in Utrecht heeft J udloeus Aescihy- los zich zel'fl overtroffen. Meesterlijke, zoo niet magistrale redievocring Weidaiiig noemde spreker den invloed! vau het licht, het Jich t dier wtetensohap, na. de middel- eeuwfe® over Europa- uitgestort, ook in ons dierb'.a ar vaderland." Alzoo Meester Judiocus Aeschylos bla- ron van Nagell van Amtojsen. Na <V Hiiddvlieeuwtn. Do beeldien aan 'dqtt Dom keken even, naar h'enadfeln, glimlachten en) stootten el kaar' aan „Dit is een senatorV „Ongelooflijk." „Jawfel ma,ar van na do mKLJIel- eeuwlen." Daarop zwfegen zij en trokken hun wijdje mantels Wa.t hoogeni op. En He len .Tud|octus Aeschylos verder praten. Een voorsprong. „De StakdlaiairÜ"- drioatart Men hééft er tlja an.nd.aeht opgevestigd, dot in het wfetsolntwferpl op het wegen fonds; de motorrijtuigen, gehouden door openbare lichamen, niet voor de belasting in aarmerlring zullen komen. En >dje vraag is gerezen, of de Over heid. zidli Icier nie'b een voorsprong wil geven in 'die concurrentie van üverheids- t'édirijtf met hét particulier initiatief. Als een auto Wusonidjo'i'® caning onder ziwaxo bej lasting valt au dia Overheidsomnibus vrij gesteld! is van belasting, dan is er indler- djoad een element vuiul ongelijkheid1 gege ven. djat niet billijk! is. 'Het wil ook ons* voorkomen, dat deze Vrijstelling, wiaaromllrent in ie memorie van toeüohting gezwfegen word|t' geen goe den grond hoeft. Men moet het, panticulier initiatief ook inzake hot verkeer cho kans op cen goede ontwikkeling niet langs een. omweg eter l'.elastingpolitiek' trachten te ontnemen. Wij zien trouwens niet in. waarom men :1e openbare lichamen niet zou laten be talen. nu men het beginsel dier besteon- mingjfelasting aainvaardjt. Ook het Over- heidsrijt|uig siijit den wieg en ook het Ovcrheid|srijtuig geniet de voordeelen va® dpn Weg. E#ro slecht ja,ar. De Haag'sche briefschrijver van „De Tijkl" schrijft dato 3 Juli 1926: Do Tweede Kamfer dor Sta,ten-Generaal hoeft gisteren haar werkzaamheden in dit zittingsjaar geëindigd. Mijn zegsman van enkele weken geleden hoeft dus gelijk ge had. Met kunst en vliegwerk is Juli ge haald en daarmede de schijn gereld!, mianr is toen dan ook het bijltje erbij1 neergelegd. Een ja,ar geleden had1 tegen denzielfde® tijd da verkiezing! plaats en w'erd de cirisas geopend. Als wij; op dit oogenblik de ba rons maken en ons afvragen, wlat in dat jaar door wfetgavenden arbeid anders is geworden dan was het, dat kunnen iwij zonder overdrijving zegigenniets! De beg,rooting is afgedaan, een bcgrooitimg, d;ie niet veel meer was en kon zijn dan eteai credietwet en er is daarop gevolgd1 cfen tan eenenmale nutteloos debat;, dat terna.u wernood dien naam verdiende. Er rs ge sproken en er is geantwoord, maar beide partijen wisten te voren, dat daarmede de gieda.chtenwkse.iing onverbddeiliijk ten ein de was. Men he,eft enkele afgesloten ver- dragon goedgekeurd, beginnende met het N:Ciderlandsc'h-Hongji.arsch handelsverdrag in October en eindigende met het Nfedor- landsch-Duitsehe 'handelsverdrag In Juli. Er zijn afgedaan een paar poHbiek a(n schuldige, wetsontwerpen, die al lang met ongeduld op behandeling wachtten: da 14-jarig|e Luchtvaartwet, een nieuwe wet telijke regeling van de zeegriieven, een wij ziging i-11 ket zeerecht, enz. die, zóó rijp waren gestoomd door anderen, dat zfij, van- ziedt afvielen. Merkwaardig is affleen de af doening van de Bioscoopwet, ook een oud beestje, dat, in October aangenomen door do Tweede Kamer, bij de bebanldeling in dc, Eerstei Kamer, het ka-binet-Colijn een achtermiddag lifet terugkeeren, om daar den Minister van Binnenlajndsoiio Zaken uit dat afgetreden kabinet te worden ver< cledjgd bij gebreke van den nooldligen lust daartoe bij' den nieuwen Minister van Bin- nenlandsclie Zaken. Iets van zich zelf hebben de beide kabinetten niet geleverd en niet voorbereid. Het laatste gfeldt zelfs in meerd.er,e of mindere mate van de groote ontwe(cpiQ|n die in het najaar op behandeling w!ac(litten. Te dien aanzien zijn wij eer achferop ge raakt, clan vooruitgpkomen. Omtrent de belastingontwerpcn had de oude Ivamer reeds eindverslag; uitgebracht. De behan deling van de omgewerkte voorstellen Den achtsten d^jg uitzijn aankomst hacienda, sprak hij don Ramirez a,i en gaf hem in stamelemdje lëwoording. zijn besluit te kennen, 4e gastvrijheid J h^genoten hadi, niet door een linger ver- blijf te 'willen- misbruiken. Met een.oige.n- .aardigc mengeling van trots en beschaamd held, verzocht hij ten- slotte, dat hem) zijn nuce matrozehldeedLng waarin hij gekomen 'W,as weer mocht ter handt worden gesteld!. „Ik ben hier gekleed als cen voorname eeuor, zei lnj met een half droevig, '--»» ïtter glimlachje„maar in! djeze klc dieren kan ik niet aa-tnde haven komen Don Ramirez scheen «van het gedleelte der «enigszins vedwiarde neering njete gehoor^ f0 hebben.' Hit het bock, waarin hij gelezen haft 'biv tors 'binnenkomen weggelegdt en staarUe zwajgenidj, als verstrooid, in) 's jongelings opgewonden gelaatstrekken, nog toen deze reedis lang had opgehouden te spreken. i „Gij ;wilt weg, senorL?,'-'1 vroeg hij ein- op aan jen djio ver half kleede. om vind laatste rede had Vio- staarde -lings deze d.elijl;, -en het 'klonk1, of die tijding hem on aangenaam', ja smartelijk verraste. „Is u in mjjn liuis 't eeij ofl aafdjer wedervaren wat u tot 'djat haastig bfesluit aanleiding geeft.? Hec'it zich soms een van mijn lieden jegens u misdragenJ'H ,,Intiegend)eel, senorl lk1 kan. geen woor den vinden, om mijn dankbaarheid uit te spreken voor dfe goedheid) cn vriendelijk hoi|dt wa,armoe alle bewoners yap, dithuis mij behandelen. Maar mijn toestand'. „Gij zitten, -seno-r!" viel de Chileen hem- in die rede, tciWijl) hij'- op een rieten stoel wees, die tegenover zijni eigen zetel stond „Dat .alles kant zoo vlug n-iet gaan, als gij mij daar voorgepraat hebt." Victor gehoorzaamde cn wachtte met kloppend hart, wia.t de sfenor tegen zijn ver Dek zou hebbeni in te brengen. „Ik heb'," begon dieze, ,tot nu toe -nog niet naar u!wi toestand, uw laitkomst ge vraagd, mijn zoon, ik da,cht, er zou eau tijc komen, d|at de omsta,mlligheden; u zouden nopen, zelf mij hierover d;e inlichtingen te geven, 'welke idie hartelijke genegenheid, dn warme belangstelling, die ik voor u koester, inij voorzekfer wiensohelijkl deden voorkomen. Thans schijnt mij liet rechte oogenblik aangebroken, om ,d(e tot dus verre in acht genomen terughoifdland1- heid te doen eindjgen, en ik vraag u dus kwam' nog, ni-at verder dan tot een onder zoek in dè aïdeeldnglen, waarvan het ver loop nog; niat bekend is. Er moet dus) nog heel wat gebeuren, wil de verWadhtiiiiig) van den Minister van Financiën in ver vulling! gaan, dat dc'Ze wetsontwerp-en in October worden behandeld en mot li Jan. in working! reden Een jaar geleden was men verder en hoopte dit de Minister van Financiën ook. Over het verdrag mot België w:a.s vorig jaar om dezen tijd cen voorloopig verslag verschenen van de behandeling in de af- deslin,gen. Op dit oogenblik, een jaar later, moot het voorloopig Verslag) nqg komen. Ik heb, meen ik, reeds ergens gelezen, dat het minstens -zoo lijvig is als het eerste, waarop bet antwoord zich moer flan één vol jaar 'liet wachten. Do Minister ,van Buitenlands!-he zaken zal zich dus moeten reppen en g-rooter haast maken dan een vorig jaar, wil! cen behandeling in dit jaar mogelijk zijn. He-t wetsontwerp betref fende de w'egenvefbetering en wegenbe lasting is een eindje vooruit gekomen. Het was -een jaar geloden nog niet ingediend, nu is het diit wel en heeft het' de a.fdeielin- gfe-n gepasseerd. i Wij hebben wel eens momenten g|ehad in ons land, dat de klok, naar hewfeedd werd, op hol was geslagen en dc -politieke wereld plotseling ettelijke jaren ouder was gcWorden, misschien zelfs wijzer. In het afgieloopen jaar kan men zeggen, dat tleze klok heeft stilgestaan en dc -w'ij'z'er in dien tijd zich niet de moeite heeft' gegeven te. bcWog'en, tenzij' wellicht om' achteruit! te De Kamer weet dit ook wel en indien, dc partijen over een hart beschikken, dat men kan opensnijden om daarin de geheime gedachten en wensehen te lezen, dan zou men hij aUon leedwezen vinden ovbr den dag van 11 November. Niet natuurlijk dn dio,n zin, dat alleen de afbreking der be trekkingen met den Paus betreuren. Het is z'e.er wel mogelijk, waars,öhijhMjjk! zöUEs, dat, ten aanzien van het. oordeel over het gezantschap op zich zelf, de meeniinigen1 onverz'wakt dezelfde zijn gebleven als z'ij op- 11 November waren. Dat er echter een partij is, die op dien dag' ds. Kersten aan zijn overwinning) hielp- uitgezonderd' de partij van ds. Kersten en ds. L'inglbeek z'elve, tegen wier houding, van hun stand punt g'eizlen, Weinig is in te brengen dat ook zbu gedaan hebben, indien zij1 had ge weten, wat'daarvan het gevolg' zóu zijn en -zij hadden kunnem voorzien de ppltdieke verhoudingen daaruit voortgekomen eh het intcrmez'zo-kabinet de Geer, is sterk die be twijfelen. Er is onder dez'e geen partij, die geen ander motief had en geen ander doel dan 'C-en toestand te krijgen, als thans is geschapen en die door deZo niet is teleur gesteld. Er is vermoedelijk niet één partij) in hot geheele Parlement, diie dit ;li|eeftj ver wacht 'en gewe.nscht. In de parlementaire gie|S|thiedenis van ons land hebben de, par tijicin, die gewoon zijn dag* in, dat uit, me# cji naast elkander te Werken, nooit zöo dui delijk getoond als op den 'bewuste,ni Hem November, hoe weinig diep zij.' zijn doorge drongen in elkanders -politiek leven en den ken, in de wederkeerige mentaliteit en in wederzij [1 selle bedoelingen en beweegr,ede n-c.n. En toch is zonder eeni-gen twijfel het eerst noodigeeigen doel en gedaeBiteu'- g.ang Sjdhierp voor zich te hebben, maar daarnaast haast nog sdlicrp-erdoel en ge- -clacihteingaBjg van -d,en tegenstander. In hot verband van dit betoog heeft he't| geen zin dit uit te wierken en na te gfaan in -W-elke mate dit -bij de. verschillende partijen liet geval is. Hetgeen gebeurd, is helaas gebeurd1; Het is niet te herstellen, vandaag' niet, morgan niet. Zoolang niet het Nederland1- scihfe volk in z'ijn groote meerderheid gapt gevoelen, dat in verband met de alge- me,ene wereldpolitiek Nederland'® bellang- 'een gezantschap bij den Paus yordert kunnen en mogen wij; liet herstel' niet verlangen. Aan een zoo onwaardige be jegiening, als Nederland den Paus aaudeeid', stellen wij. het Opperhoofd der Kerk gjcen tweede maal bloot. En dit zbu-dem wij- doen, of wij: willen o£ niet, indien wij zouden medewerken aan io.e.n herstel op den grondslag, nijejl van e.en geheide volksovertuiging, maar van c-,en politieke constellatie, w'ellke ook, a fortior, du,s va,n een politieke eonstel la.ti-e, die ons zuLk een herstel min of meer zlou ku.nnlen doen a,fdwdng|en. Is 't fait niet ongedaan te maken, nóg minder kan met dit gevolgde absolute onvruchtbaarheid van het practisch thans reeds gesloten en theoretisch op. 19 Sep tember fee sluiten z'ltiing|sja,ar, Waarvan de partijen het volk zooveel hadden doen ver hopen. Hot zittingsjaar 1925/26 zal daar om tien eeuwigen dage in onze parlemieu aire geschiedenis als een fout, crg&v dan een misdaad, van'het Ned'erlandseh piarle- m)eintairism,e geboekstaafd blijlvcn. Mógen dleizle aanklacht en dit voninis_ eene .les zijn voor d,e partijen, die zoo jammerlijk' in politiek doorzicht te kort schoten en ons voor herhalingen in dc kbmende jiaren belw'aren. Op tien ïen Zondag na Pinksteren. Epistel v. d. H. Paul,us tot de B'tomeinen. VI. 19 23. Broeders 1 ik spreek meuscheHjkcrwijlZe, om die zlwlukheicl, van uw vlees-chwant ge lijk gij' HVVB lidmaten hebt overgegeven, om de onzuiverheid en de ongerechtigheid ter ongerechtigheid te dienen, zoo geeft nu uwe ledematen over, om de gerechtigheid te dienen, ter hoiligwording. Want. t|oen gij slaven der zonde waart, waart gij vrij ten aanzien der rechtvaardigheid- VVjolk eene vrucht hadt gij, toen flit die dingen, over welke gijl u n<u schaamt? Het einde toch daarvan i-s de dood. Maar nu giji be vrijd van de zonden en dienaren GoldJs z'ijn g|e,wórden, hebt gij1 uwe vrucht in do hei- lig(making, en uw einde is het eepwig le- v«i. Want het loon der zónde is do doodl; maar do genade Gods het eeuwig leven in Jelzus Christus onzen heer. Evangelie, Matthcus VII. 5-21. In dien tijde zeido Jezus aan Zijne Lecx- lingienwacht u voor de valsche Profeten, die in schaap'skleederen tot u komen, maar iiiiweudig grijpende wolven zijln. Aan hun ne vruchten zult gjj| ze keninon. Plujlct men wfel druiven van de doornen of vij'gon van d.c distoleni' Alzoo brengt alllle goede boom goede vruchten voort. Een goede boom kan geen kwiade vruchten, noch een kw'ade boom goede vruchten voortbren- gpn. Alle boom, die geen goede vruchten voortbrengt, zal uitgehakt cn in het yuur gleiworpen worden. Zoo dan, aan hunne vruchten zult gjij' ze kennen. Niet ieder, die tot Mij1 zegt: Heer! Heer! zal in 'het rijk dier -hemelen ingaan; maar die den wil Mijras Vaders doet, die in den hemel is, Idie zal in het rijlk der hemelen komen. Eeu Nimrod, gevold. t' In hot micl|den van 1925 is de heer Ber nard Ledeboer, de( bekend'q jagor opugrpoti wdluli, erfpachter van hat J aragp-la|teau en medto-eigenaar van het- koffie) and W,a- idpeiig West (Banjoewlaingi), na,ar Oost- Afrilia gegaan om| daia-r te jagen. Dezer dagen is in Indïë onifvangeuj een telegram van djen consul te Momb'asai (Br. Oost-Afrika, liet. vi-oegek» Duiitscho gebied*), meldend, da,t de heer Ledlebocr op jacht door een olifant is gedoojl. Z,(e,ntgi'aaf£) herdenkt hem in liet S-oer. HM. en vertelt van een ondierhoud diat lijj eens me-t den jager had- iLedpboea' w;as in da eerste plaats tij- gierja.ger, hoewel hij in z'n hart de echte jagers zujllen ,d|jit met hem eens zjjn .illit niett de echte jacht noemJie. De gi-oote jacht 'waa voor liem dfe op oli fant en rhinoceros, 'w'a.artoe hij die meest atgelegetu streken van Sumatra tot het hart van Atjeli doortrok. „De tijger is laf", zei L., hij vlucht altijd, ook als hij is aangeschoten -en wórdt eerst gevaarlijk- ,als hij niet meer vluchten kan, of dbodelijk' gewóndl is". NatuurJbjk is er geen regel zondpr uit zond|iering. Toch Ondanks Ore minaehtfing voor -djen tijger, zoo zuiver gemeend, dat hij oen aangeschoten tijger, dje de vlucht nam in eenige holeu en grotten in de buurt van F'ajukoembioeh, op handlen en voeten na- kroop, het geweer meesleep-nd*, tot ié het doodelijk isoliot kon plba,atsen, Was déze jac'ht voor hem he# a,aantrekkelijkst. Een tijgci' is slim, voorzichtigin stre ken van !Suma,tira, Waar veel op heim 'WordB, gejaagd, bijv. bij die doesoens, komt hij, -wijs nHpoi' routine, dikwijls niet meer terug bij het achtergelaten pias. Zoo luid do jacht op; hem iets faseineerends. Leesboer kende de taak van het wbud, het leven in dfezo ruige gehejmenis en hjj las 'd|q historie van' deraiclpg op de pa dden waarlangs het gedierte zich beweegt naar jachtveld) of bron. Uit de gelui- dien hooi*de hij, 'wié er op het pad) waren. Hiel, zenuwachtig göluidj ïieli* eekhoorns-, dia kakelend wegrvHegendo boschkilp, de met lia-fffend gerucht, vluchtende kida'ng, en vooral: de luidruc-htig-aiijgstige apen, z'ij leeixjn dat de sdterik van het woud, de Streepte Dood< rondsluipt, onhoorbaar) cn zellis in het denker, een takje op z'n 'wieg vermijdjend. Maar vooral iceidje Ledeboer op, toen hjj begon te vertellen van olifant en rbi- B.Naar; dien bankier Zilverling, di-e ben i'k al lang een bezoek' SehuMljg. Ou. je. ^jf*U.9XlA 'A..Waarom zoo haaotig, béste meet? 7, A Neen, d*anla je, ik ben hem: ook w;at -schuldig. P AKTOlUFELHEiLD Rechter: „Ik' vinld)'tvl'ijl brutaal mid den op den dag te stelen''. Bek'iaa,gdie: „J;a, mijinhceit 'enjaichts- mag ik van mij'u vr(ouwl niet uit. OOK LEVENSWIJSHEID. Ondier'wijlzer„Onthoudt steeds het mooie gezejjdp: 'tis beten -te geven dan te ontvangen','. Jantje: „Dat is dn lijfspreuk van mijn vadier meester.'1'' 1 Onderwijzer,,W;at i» jouw vader,., i Jantje: „Boktor, nfeleater!" RECORD'. Haas wlas oip( jacht gew'eest en hafl goede ibiuit gemaakt. '«Avonds ging, bij naar ld,e soc&ebeit. Op jadht ge.wfe.est, vroeg hem hom en kennis. Ja. li' .Yee.1 gesdiotenl?, Nou, een ree en twee liazcn. Dat 'b'eteekenf nies. T'kl heb v,.i.udlaa.g zes hazen, twiaalf konijnen, negen gapzuu diertien kippen en vier eenden ai cergelégd. Sapperloot, d*an b'en je 'J1 goede schutter. Pardpn'ra Automobilist. PROPJE' OP DE SOM. Professor voor zich lieenmompelenidj: Waarom heb ik todlu dje 'knoop in mij» i zakdpék gelegd.? Zou ik| ergens een voor dracht hob'ben moeten liouden., Toen hoo,rcl)i hij een stem uit «1e loud- spreak'er: „id(e voordirjtebt van» Professor Lange over: „Hod sterken wij' 0»e geheu gen.? Kjan niet ,d|oorg.a,an, piangerzien de professor niet is verschenen.". GOEDE, IN(FORMATIE. „Kan je mij het hfeete hotel van d|eze plaats wijzen',', vioeg een vreemdieli-ng aan iemand op; toet* istption. „Ja, d^t kan ik( wfel, zei de man maar ik wil 'ttoch nietl idpen". „En wfeiarom niet.?" „Wel, omldjat jij; niet zou denken, als je het ge-zien he'b, d|ah ik1,maar een leuge naar ibien.'f' j PROMPT BEDIEND. lOudie jongejiullUlróuw: „Zes k'cer hebi ik geadiyer'teerd, dat een) eenzaam meisje iidht en Warmte zoekt in haar leven, en >d|a eenige birief, idjje er op' klwöm, was van de gasfabriek." niet djen oprechten iwfenscli, u op eau toe komstigen levensWeg van nuf te khnncu zijn: jwfelk'e zijln e| omlsljdphdjighedjan, die i)ood|zak'era u van liicr te verwijderen?, Verbeidpn misschien uW: ouders vol ver laujren uw; terugkomst Wie jz'ïjn uw ouders, Waar is uw) vaderlan|d? Welke planmeu heht gjj voor u!w( toekomst ge blaakt.?" Tn 'de ziel van de'n jongeling verhief zich een storm van bittere en tegenstrij dige gevoelens. De Welwillende Span jaard dra,nidie liet mes; om in de diepe 'wion Idjen zjjns harte®. Hij streed een geruimd poos uit alle kracht) tegen djjn vloed va® droefenis, bitterheid en berouw', die over, hem heenstroomde, alsof do 'Wielgemfepndn, -cjoclh zoo Wieede vragen sje verhojijgen: Muizen van zjjn cll-enno geopend hadden en d.e losgelaten 'wlateren luan nu dreigden te verzWfelgen. De Chileen 'wSichtte kalm, zondpr het minste teeken va® ongeduld of 'wlantrou- tot 'die jonge m'an zich zoover hersteld luid owm te 'kunnen, antwoorden. „Ik heb' geen vadjerla,nd'1'; hr,aoht hij er ein jelijk uiut, „geen vooruitziqhten', geen plannen voor dje toekomst, dan dit enkele, een kóm'mervol bestaan te moeten voort- sleeden, in het eeniga beroep, d*at ik ira- ataat ben uit te oéfenfen.'é G ctrófien zag djon José de® hevig op,- gewondpn jongeling aan. „Kind',', sprak' hij zacht, „gij moet tooh ergens een te huis hebben.? Stel vertrouwen i® mijik meen liet werkelijk goed' met u, zeg mij', Wie uw oud|ers zjj'n, of waren, en hoe gij in dezen verlaten toestand; gekomen zijt.'-' „Mijn vader," antwoordde .Viotor, wa,t tol bedjaren gekomen, „was e«n Duitsch edelman van goeden huize. Hij stierf, toen ik nog klein W;as. Mijn moeder hertrouwde en ik ontvluchtte op vijftien jjarigen leef lijd het huis van mijn stiefvader. Zonder hulpmiddelen, zander aanbevelingen, jjon- «ter de minste legitimatie, met de kennis van een middelmatige® schooljongen, ging ik de wereld in. Ik wilde zeeman worde» moest ond;er deze omstandigheden blij lij®, op een Hollandjsch; küop'vaardlijschip ais scheepsjongen aangenomen to w'ordjm. De laatste reis met den Ergelschman wlas nijjn eerste ais matroou." „Arm kindi!" mompelde dora José. „En h«bt gij," ging hjj overluid voort, „nooit een poging ged-aa», om- de vergiffenis: van uw' moeder, vw uw1 stiefvader to ver wnrvenK" Jaw'el, senor. Ik sclirséfl twee-, ,dgie maal, verzocht smeeken'di, om] vergiffenis, «au 'd# noodige papieren, te® einde bij de marine geplaatst te kunnen* wórdt®, om noceros op Sumatra. Iiij; nam op idjpze jaoht niet stolling in een boom, tenzij dit voor het werk noodig, was, doch nooit voor eigen veiligheid; Zoo trad hij' djen olifant tegemoet, mic|t v.aist vertrouWten offi het nim mer 'faieradl schot. I De oüflant reageert niet op geluidt hij maakt zelf te veeL lgwlaai' in het bosch doch op reuk. Niemand) wëet, Wat het is met dien reuk vara den mensch, en het ia misschien ook) niet erg vleiend! voor ons, maar er is geen monster in bosch' of jungle, of hef Word(t aangegrepe® door een v'reem'dten angst ,als' liét de® reuk van den mensch wlaarneeint. Is he# ee® waarschu wend insti'uct, dat hie® het grootste ge vaar naidlert, dat eanig d^er, ook het stei'k'- ste, b'edireigen kan, of iets adders.?. Er zij® uitzonldleringfeneen kw'aadaardjge rhino ceros of oüfarat, djja alitaipueert, ook' al is hij: niet aangeschoten, maar als regel neemt alie.s de vlucht, en er zijn voorbecilldfen wit de gr.oote jacht, dat een olifant dagen ach tereen voortHep, als-ie, dien me®soli had ge roken. Maar als IJj1 aanvalt.Bij! dit jyefhaal' sprong Ledjoboei- opi cu) zei-: „De brcedó kop, idlaarnaast. de reusachtige, -wij.d, uit- st.aan'die ooren, de rec'ht vooruitgestoken)1 sluff.een breed» massa, die op je toe schiet. Dan spring je op, het laatste mo ment op zij; en plaatst j-e kogel i® :d|e her sens, achter liet oog','. M^n moet ld|an 'Wiel ee® zeker sfehot hébben; hij .liet me het geraamte van ee® kop zien, 'W|aa,rin d|e| holte voor de herse nen, ongeveer de grootte van een klopper. En dan, in diei voorbijvliegende geweldige mOiSsa liet d(oödend( schot te zetten i® dazfe lileine ruimte.d#.t ik wel het echte ja- gerswerk. I Hjj heeft eens in de buurt va® Kola Agoeng dtagen achtereen het spoor van een vlucht endje® olifant gevolgd, zonder eenig ondjeirsteuni®g,d aar ik' dan hongerdood nabij wias, maai) ik' kreeg nooit) (eie® regel antwlooïdl. Ze hebben jnjj'. venstoóte® ei\ vergeten." Bfj ld»ze woorden barstte hij; in over vloedige tranen uit. Do herinnering wlas h«ra te machtig g%wói)d«in, om) 'bedaard te kunnen blijven. De Chileeai stond; van 'zijn zetel op en schreed; in gepeins eenigq malen de kamer op en neer. Nu, on d^n,wlierp- hjj1 ee® ibllik don w'eenen'den jongeling, maar hij stoorde bom dpor geen geluid. "Toen hij' eindelijk meen'dip .op te merken, dat de jongeimpiji kalmer gew|ord)en was, bleef) hij voor hem staan, en terwijl liij mat dje lia®d over zijn «ched'el streek, zei hij) op mil'dcn toon: „Kom tot u zeiven, mijn Hindi 6® hoor mij aan H'; yerschrikt sprong Victor op. „Vergiffenis, sonor!" riep hij beschaamd, en in verwlarring, terwijl) hij -haastig zijn tranen a'^dfioogde. Don José wenkte geruststellend), met de han'd. Hij had zich wleer in zij® zetel iaten neervallen, en zijpl, geb'aiar bedpidde Idjen jongeling ook' zijh .pla.a.tsi w;aer in te nemien. (JEónit varvolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1926 | | pagina 5