?HE COURANT
Openingsrede
Voorzitter Hoofdbestuur
op de Slotvergadering.
Rede van
Pastoor J. B. W. M. Möller
in de Slotvergadering.
DONDERDAG 10 JUNI 1926
met ljegfen en bedrie.
1. lafheid.. dieren jj)w©l.
Ide puberteit zioh', voor-
1 betreft, in liet voller
Jisvormeu en ontwikkc-
cm met versehijfatSelaj 1
lekzucht,' bloedarmoede I
•1 vooral' de eerste men. I
lichamelijk en geestelijk
Ie sterk aan, zoo ook da I
de jongens,
pr de meisjes op geesfj,.
1 het naïve streven zich
gedragen als vroun\ eeo I
I rfde en liefdesuitingen I
lyi do Bakvisoh, en bijl
I de nieuwsgierigheid ej I
I dingen, vooral van I
Ite komen. Een kenmérkl
Ijaren is het ontwaken
l.heid en daarmee is te-1
len zucht' naar vrijheid, I
It' toezicht van ouders enl
Ilen als kwellend en
I haanend gevoeld, en mej)
Iran tucht en toezicht qp l
iipassen aan de groeiend# I
l c vermijding van hot I
gevaar, dat de jonge I
andigheid bedreigd gaat f
1 of geweld aan dat toe-I
Ikken. Want dan gaatl
1 opvoeders zijn geboren!
iet wordt een heimelijke I
gerijtjes en leugens, vanl
buwen en mislediingi e®|
geDakken, viert hij als
K-oo noodig, komen bruta-
•jverzet er bij. Veel' kail
bereiken, door zich in
u psyo'hisehen toestand I
"ie«n te laten zien, dat hij
(egrijpen wil en hein1 niets I
i doen, em ,zoo zijii ver-1
I Verliest men 'het coti-
hgen, dan gaan zij) 't met I
|t levert gevaar voor het I
en leeraren, maar ook|
Sen door afzondering met
Rnen zich' aan de waak.
I irzorgers tracht te ont»
I elkaar mee, en die onder 1
i toezicht de beste wareiil
worden dan de shellfatt
_i.
1, in die jaren, de dikwijs I
lommekeervanstem'l
9, begeestering, vereering,
Iroord om in haat, onver-1
jell ting, uitgelatenheid, en' I
machtigheid, wisselen af.
loorst.ellingen van hun
len drang: naar grootheid
|-iri eu Bismarck nastreven
Beffen, zucht naar her-
1 eigen omgeving, ja, zelfs
fliap, of de heele wereld en I
fikkelen .tot oppositie. Ei I
K naar gmoote daden, ook, I
pral na bioscoop bezoek
tuur, heimelijk het ouder-1
Jerlaten om op avontuuic I
[van het 1 i e' h a a m ei I
[jke functies Werkt hef»I
p de ziel en Het v e i' I
Is acht men zich' aahter'l
pend, wijFxlie gevoelloozel
begrijpt van die groot? I
„g r o, o t h e l d' s w ai a n-1
fan komen verliefdH'edem,;!
|handaal litteratuur, pessi-1
er bij en zijn maar al te I
[eworden van zelfmoord in
statistiek opgesteld doorl
g in Berlijn wijst' op hl
93, 61 gevallen van jon-F
i jaar! (242 daarboven), hl
n op 1 M-illioen inwoners I
r, 20 zelfmoorden! oorzaatl
'oei, onverteerbare lectuur,
zedelijk verval, schuld
iij de ouders,
island van geest erf ver'l
jonge mensch vóór alleil
igen ondergrond' eli w-erks-[
ie zijn sympathie of lïefdsl
igl kunnen nemen; eti zijn
a aansporen en deh blikl
p het sehoone en rein®, zeel
ende wilskracht dit gaall
i het vuile en onredelijke.
fierig'heid en onzuivere ge-1
zal de wil moeten worden I
een duidelijke voorstelling I
en soms door het bijbreu-f
egrijpen van liet nog niet I
n.
otste schatten welke het!
doopsel met en. in zickl
en z''n onschuld en rein-
ste bekoorlijkheid en aan-|
Ier kinderen, is dat piet i
hoonheid, die uit hun rei"8
t tot in den gelukkig#'
En was het niet de rein- f
uld der kinderen die d®|
igmaker zoo ontroerde, hen
en zegenen, met de GodiP'l
ighunner is het Rijk
genis, hun gegeven door
e en barmhartigheid, Zelv8"!
ie zal het wagen die leksT
loen verdorren of verbrau-l
nachtvorst de bloesems, ofI
hemelvuur den bloeien#
die beweren: het' is1 ni®'i
den stroom vuil van het I
loderne leven z'n reinheid p9
Zeggen zij niet, die glorierijk
Jod, maar zij, die hun afval j
hun verzinken1 i het I
maten. Een heilige, ernstig
at noodig is om staande
■eh is het een weg vol strij"
tgez'ette zelfbeh«ersching! ®n
van het eigen ik, "J
m, een strijdi tegen vleése!1
voort-durende zelfopvoeding
herhaalde bede om krachte?
en zin H. Engelen en He1'
haamtegevoel en de ee1''1®, i
f, waakzaamheid: en: gebe
l op tot beschouwing yafl
gel-
Christus bloedbevlekte hoofd en nag
doorboorde handen en in de sacramenten
vindt do vermoeide, afgematte ziel den
troost der versterking. Ook in de edlesta
ou beste mensch sluimeren lagere instinc
ten die alleen het recht hebben Zich te
-w'n melden in liet) door God gewilde wc-
Irreldplan, in de voortplanting van het
jnensehelijk geslacht in de door God gcliei-
S huwelijksplich ten, en die binnen die
grenzen moeten worden gehouden; bre
ien ze daaruit' los, dan zijn het als losge
broken wilde beesten, die alles om zich
heen verscheuren. Is nu de onschuld het
allerschoonste in den mensch, dan moet
ze ook lang mogelijk bewaard worden. IIoo
,Ui kumieu? Gaat één straat verder en
zie hoe van aanplakzuilen en winkel-
étalages het duivelsche vuil U tcgepgnjnst
en denkt dan niet: Gocl zal onze kinde
ren wel behoeden zo zijn bri/af, wij bid
den voor ze, maar doe wat' Christus ge
bood. Waakt en bidt, niet alleen bidden
en niet eerst bidden, maar eerst Waak
zaamheid en in die veilige waakzaamheid!
hart en geest tot God verheffen e® zijrf
hulp afsmeeken voor 't' behoud van Zijl!
«ven Engelen op aarde, die door Hem aan
Uw zorg zijn toevertrouwd, maar dod
eerst uw ouderplicht en beschermt ié
voor alles wat ze bedreigt; >va.a,kt ge
niet. dan zin ze, vóór ge liet zelf weet,
oen slachtoffer van zedelijk bederf en ge-
iheime zonden (75 °/o tot 95 °/o onkuisoh!
volgens Prof. Hoffmann) en zonder Gods-
bijzondere hulp op z'n minst hun heele
aardsche leven verloren.
Hoe vele ouders zeggen niet dwaselijk;
neen xjns kind is onbedorven. Ons kihd
doet, zoo iets) niet. V-anipllIe kanten, ondier
't mum van kunst, grijnst ze de zonde en
de onrec'ielijkheildi aan, op weg naar de
school, op weg naar de Kerk! Waakt dan
•over lien, waakt' over uwe woorden igls
<*e denkt, dat de kinderen misschien sla
pen en U niet haoren, over uw houding
m handelingen als ge denkt', dat ze U.
niet' zichr'waakt over dienstboden en
kowkts, hoe dikwyls dreigt het gevaar
dien kant. En als ze dan later toe li
verloren gaan Dan hebt gij slechts Uwi
plicht gedaan en zijt gij niet de moord®[-
naar' geweest van de zielen uwer eigen
kinderen.
\Veest waakzaam en zie toe, of niet
het zien van wat ze niet hadden, nioetqn
aien de kinderziel heeft belecdigd, wan
neer misdadige meusdhen, hun de: oqg.ep
hebben geopend op het onzedelijke, of
hen om hun onschuld hebben tradhtcin
te verleiden: als uw' kinderen rood van
schaamte thuis kamen, zenuwachtig, 'hui
lend. ziek, troost ze dau, en stel ze ge-
sust, maar peil ze tot diep in 't Hart, en
Hoor wat er gebeurd is: leer z® van hun
jeugd af aan U. te vertrouwen, dan zul
len ze hun angst voor U niet verzwijgen.
Ga hun lichamelijke ontwikkeling na, e»
als de sporen der lichamelijke rijpheid!
zich vextosnen, houdt zo dan in 't oog
en in uw' hart, en bidt God om de genade,
uw plicht te kennen en te kunnen vol
brengen, maar maar voedt ze onderwijl
op ia reinheid, bescherm' het sch,aa|mtia
gevoel en kweek het aan, het gevoel van
wat behoorlijk is en wat niet waak!
Zit uw jongeni oVer z'n boeken t®
droomen met starende oogen en rood,
hoofd? Zofekt hij nieuwsgierig) allerlei
woorden in 'f woordenboek, Zonder te wli-
len laten merken, welke woorden cm uit
drukkingen hij zoekt? Zit hij met de han
den onder tafel, iu de zakken, blijft liij
'lang weg, op de W. C. sluipt hy, soms on
gemerkt en vaak er naar toe? Ouders:
woest dan waakzaam, want dan is uw!
kind zi«k, ernstig, gevaarlijk, doodelijjld
ziekaan U de aöhuld, als 't zgn lichame
lijke en geestelijke ond,ergang wordt. Waai',
schuwen alleen helpt zoo weinig; zij' heb
ben de bitterheid der zonde nog niet ge
proefd, wèl zijn zij door het liohame-
'iij'k genot overweldigd, helpt ze door ze
een zedelijken steun te gevon, ih aller
ernst, maar blijf waakzaam; bedenk ook',
dat kennis alléén niet behoedt tegen af
dwaling en zonden. Waakt over hun
boeken! hun lectuur. Waak, dat niet on-
noodi'g of opvallend) die opgroeiende kin
deren hun kleine broertje of zusje in do
wieg zien spartelen, lanbedekt, leer hun
vroeg 't onbehoorlijke daarvan, het zal
hun lafer een harnas zijn voor iifuin»
gevoel van kuischheid, leg de kleine kin
deren te slapen met de gevouwen handen
op 'f dek, met de verzekering dat Gods
oog ook in den donkeren nacht die hali-
den ziet, en gade slaat w.at ze doen, wat
ze dan nog niet begrijpen, zal later hun
redding zijn. Want, zooveel in goeden,
als in kwaden zin geldt 't spreekwoord:
jong geleerd, oud gedaan.
Met niet al deze redeneeringten was prof.'
dr. Alp;h. Steiger, 't eens. Deze had mini er s
reeds schriftelijk amendementen ingediend.
Want, zoo redeneerde deze, niet het Cate
chism usonderrioht in de vroegere jeugd
jaren legt' den godsdien,st-z'edelijken grond
slag waarop de' ouders in het huisgezin
moeten voortbouwen, maar omgekeerd: de
ouders in het. gezin leggen den godsdian-
stig-z'edelijken grondslag, waarop het Ca-
fechisinusonderwijs in cie vroege jeugd
jaren moet voortbouwen. Het gdheppen
en bewaren van een godsdiemstigé sfeer in
het huisgezin door de ge'estelijiken is een
onmogelijkheid, de ouders kunnen die®
plicht dus niet afwentelen op de geestelij!
ken. Daarom wilde prof. Steger gewoon
eoncludeeren„het is de plicht van de ou
ders, in het huisgezin een godsdfenljtigy
sfeer te scheppen en te bewaren", i
oorts was professor Steger het niet
eens met de slot-conelusie des inleiders.
O waakzaamheid der ouders tegenover
de kinderen volgt uit den plicht der ouders
om de kmderen op te voeden. Is de opvoe
ding voltooid, dan houdt die plicht dus opi!
tegenover volwassen kinderen, die onder
liet ouderlijk dak wonen, behouden de au
ders den plicht van waakzaamheid, die i
verbands taat met de huiselijke ordi
welke zij moeten handhaven.
Daarom stelde professor Steger als slot
conclusie voor
„De plicht der ouders van waakzaam'
beid over het gedrag der kinderen eindigt
eerst' wanneer de kinderen volwassen zijn;
zoolang zij' onder het ouderlijk dak wouen,
blijven zij afhankelijk va.n het ouderlijk'
gezag in zooverre de huiselijke orde dat
eischt."
De conclusiën van prof. Steger werden
niet aanvaard, wel werd de. eerste van den
beer Franke gewijjzigd-
In deze afdeelingsvergaderingen die
druk bezocht waren, werden ten slotte do
navolgende conclusiën aangenomen:
In de eerste afdeeling:
T. Het behoort tot de eerste en belang
rijkste plichten der ouders, reeds in de
eerste levensjaren der kinderen nauwkeu
rig te Zorgen voor een zoo goed mogelijke
ontwikkeling hunner lichamelijke en gees
telijke eigenschappen. Bij de vervulling
dier plichten moeten de ouders zich laten
leiden niet' alleen door natuurlijke, maar
ook en vooral door dovennat'uurlijke be
weegredenen.
II. Door die ontwikkeling wordt voor
een groot deel bepaald, wat het kind eens
in zijn verder leven waard zal zijn.:.
III. Een uiterst belangrijk deel van do
ontwikkeling der geestelijke' eigenschappen
is het Zoo vroeg mogelijk bijbrengen van
godsdienstige 'begrippen aan het kind.
IV. Het is voor toekomstige ouders en
vooral voor toekomstige moeders een na
tuurlijke plicht, zich tijdig aangaande de
kunst van verzorging e® opvoedmijg Van
zuigelingen en jonge kinderen uit bevoeg
de bron behoorlijk kennis te vergaren.:
V. Onthouding van moedervoediiig aan
het kind is een z'eer ernstige plichtverza
king, tenzijl gewichtige redenen fam ont
houding 'bestaan.
VI. Tot de factoren, die begunstigend:
werken kunnen op de normale ontwikke
ling van het kind in de eerste levensjaren,
behoort ook het geneeskundig- onderzoek
dort oekomstige ouders vóór het huwelijk.
In do tweede afdeeling:
I. Katholieke opvoeding in den meest
verheven zin beteekent: de ziel van het
kind maken tot een geschikt en voedings
bodem voor gaven en vruchten van den
H. Geest.
II. De goedbegrepen katholieke opvoe
ding veronderstelt daarom in den opvoe
der (Ouders, Priesters, Onderwijzers), als
werktuig van den H. Geest, een ernstig!
streven naar zelfheiliging en zelfverza
king, waar het geldt de uitoefening- van
een s terken invloed ton goede op Wet Jriinld'
tijdens de schooljaren.
III. De goed begrepen katholieke op
voeding beveiligt in haar consequenties het
kind tegen de verwringing naar een vast
model en waarborgt eerbied voor de per
soonlijkheid van het kind, omdat de ge
nade de natuur niet misvormt, maar aan
de- natuur nieuwen bovennatuurlijke»
luister geeft.
IV. Be grondslag voor alle studie en
ïoorlichting óver de eigenschappen van
den opvoeder, om de middelen ter opvoe
ding -en de aanwending1 dier middelem,
biedt Jezus, de Opvoeder der volkeren, in
het Evangelie.
In cle derde afdeeling:
I. Het' is de plicht van de ouders, in
het huisgezin een godsdienstige sfeer te
scheppen en te bewaren en daarbij! voort
te bouwen op den godsdienstig-ze.delijlk'on
grondslag, die door de ouders en hef
Catechismus-onderwijs in de vroege jeugd
jaren is gelegd. Zij mogen vooral dezen
laatsben plicht nooit afwentelen op do
Geestelijken of andere opvoeders.
II. De overdreven sportbeoefening, Zoo
als men die tegenwoordig onder een gjecd
deel der opgroeiend^ jeugd vindt, is een
groot gevaar voor godsdienst en zedelijk
heid.
Til. In het huisgezin moeten de kinde
ren bevrediging' vinden voor hun behoefte
naar- -en recht opi levensvreugde.
IV. De plicht der ouders van waak
zaamheid over 't gedrag' der kinderen
eindigt niet by) de volwassen kinderen, of
z'oodra zij het' ouderlijk dale verlaten en
zoolang 'dezen niet een postiie initeimle
geheel o nafhankelijjk van het ouderlijk ge
zag.
V. De ouders zijn verplicht, aan hunne
opgroeiende kinderen een standvastig voor
beeld te geven van gehoorzaamheid en on
derwerping aan het geestelijk gezag, niet
alleen in geloofszaken, maar ook daar,
waar dit hoogste gezag zich verplicht adh.t
op zedelijk gebied practisehé voorschriften
te geven, zooals in kleeding en dergelijke.
Bij de slotvergadering bood de over'
volle kerk een praeih tigen aanblik. Het
hoogaltaar was achter gordijhen en glroeil
verborgen en het priesterkoor was in een
groot podium' Herschapen waarop in bree-
den kring de autoriteiten: hoofdbestuur,
sprekers, dagelijksch' bestuur" v. h. uitvoe
rend comité, mgr. Stroomer, deken van
Amsterdam, de sprekers etc1, waren gez'e-
ten.
Te half vier uur deed de Bisschop' 'zijn
intrede in de tot vergaderzaal ingericht®
kenk, voorafgegaan door den Voorzitter
van het hoofdbestuur en gevolgd door den
Deken van Middelburg 'en den' Pa^toop
van Goes en het dag'eir.ksah bestuur van
h'et Uitvoerend Comité.
Nadat' de laatste tonen van het „Tu es
Petrus" waren weggestorven, zeer ver
dienstelijk door het St.-Caeeiliakoor ge
zongen, betrad eerst de voorzitter van het
Uitvoerend Comité, mr. J. H. M. Stieger,
den oatheder tot het uitspreken van een
schdonen welkomsgroet' en daarna,
Hoogedelgestrenge heer mr. J. N. J. U.
Heerkens Thijfesen, voorzitter van hot
Hoofdbestuur der Haarlems'che Katholie
kendagen, den catheder tot het uitspreken
der navolgende openin(glsrede
1 Monseigneur,
'Het is ons een groot voorrecht U op
dezen tienden diocesanen Katholiekendag
te mogen begroeten.
Trots het klimmen der jaren hebt U niet
geschroomd de betrekkelijk verre reis na.rr
dit afgelegen deel v,an Uw uitgebreid dio
cees te ondernemen met het opzettelijk
doel, een oogenblik te verw'ijjlen te mid
den Uwer trouwe diocesanen en hen door
Uwe tegenwoordigheid te toonen, dat dcz'e
periodieke samenkomsten door U op prijs
worden gesteld.
Wil overtuigd zijn, dat wederkeerig) Uw
aanwezigheid te dezer plaatse door ons
allen ten hoogste -wordt gewaardeerd.
Wij' hebben tót óp heden alle onze Ka
tholiekendagen steeds op een dag) in de
week gehóuden. Voor vele deelmaners Jje-
tieekent dit een.c opoffering, wijl ze toch
'hun arbeidstaak hebben te onderbreken,
maar z'e hebben daarbij) geluisterd naar
den raad en den wensc'h van Uwe Door
luchtige Hoogwaardigheid, die er pris op
stelt, dat de Zondag zoo mogelijk in eigen
kriug worde doorgebracht^ omdat op deze
wijze zoowel het godsdienstig, karakter als
het rust-element, aan dien dag eigen, het
best gewaarborgd worden.
Niettemin zien we hier een groot®
sohare bijeen. In de eerste plaats uit.de
eigen omigeving, uit het gewest, dat II in
hef bijzonder dierbaar moet zijn, omdat
het nu eenmaal Uw' land is en nog altijd
tie uitspraak van onzen grooten Voindel
geldt': „de liefde tot zïjn il'and is alle aan
geboren".
Zeeland is niet rijpt aan Katholieken,
als men het aantal in verhouding lot de
gelheele bevolking beziet, maar het is x-ijk
aan Katholiek geloof, omdat, zöoals men
meer ziet in ons vaderland, do Katholieken,
die er züj'n, in kwaliteit willen goedmaken
wat ze in kwantiteit tekort komen.
Naast' de inheemsche bevolking, welke
zich in dezen dag verheugt, mogen Iv®
hier ondanks de lange en kostbare, reis
velen ontmoeten uit Noordelijker streken,
velen, die we geregeld op onze KathótKe-
kendagen zien verschijnen, omdat ze we
ten, 'hoe aangenaam-, hoe gezellig;, 'maar
vooral hóe nuttig en leerzaam deze sa
menkomsten zijn. Zonder hou hadden we
hier geen diocesanen katholiekendag, wat
Wet toch moet zifn.
Naast de tegenwoordigheid des Bis-
schops, naast de aantrekkelijke, voor velen
wellicht nog onbekende Goessche om
geving' is, naar ik meen te mogen veron
derstellen, ook het ónder Uw hooge goed
keuring gekoz'en onderwerp van den dag.
cene aantrekkelijkheid.
Wij bespreken vandaag hef kind, niet
op de ziekelijke wijze, waarop dit tegen
woordig maar al te vaak geschiedt, ma,ar
in den vorm van een reeks wenken, doo»
bekwame en geleerde voorlichters mét zorg
opgesteld en den ouders, belast door God
met de opvoeding, opi duidelijke wijz'e voor
gehouden.
Geve de goede God, dat het Zaad, het
welk heden met kwistige hand wordt uit
gestrooid, wortel moge schieten in ont
vankelijke gemoederen om' rijke vruchten
op t'e leveren voor Kerk en huis.
Met' deze bede verklaar ik de Algem'genp
Vergadering) van den tienden diocesanen
Katholiekendag in het bisdom Haarleim
geopend.
Daarna las de Secretaris van het Uit
voerend Comité, de heer J. V". Vienings
de navolgende telegrammen voor, geZondejn
aan Paus en Koningin:
A Sa Sainfeté Pie XI,
Va tic aan Roane.
„Les catholiques du diocèse d'Har-
lean, réunis en congrès, avec leur vémqtlé'
évêque, a Goes Hoilande, font profession
de leur amour et óbéiss.ance filiales et
demandent humblcment ia bénodictio®1
apostolique.
STIEGER, President'.
„D-e Katholieken van het diocees
Haarlem met hun vereerden Bisschop in
congres te Goes bijeen, getuigen van
hun liefde en kinderlijke gehoorzaam
heid en verzoeken nederig opi Apos-
tolischan zegen".
STIEGER, Voorzitter.
Aan H. M. de Koningin,
Het Lóo.
„De Katholieken van het bisdom; Haar
le|m, te Goes in Katholiekendag niet hun
Bisschop bijóen, bieden Uwe Majesteit
en Hoogstdezielver Gemaal de betuiging;
aan hunner verknochtheid en trouw
niet de innigste gelukwenschen voor hei-
bestendig wielzijh van H. K. Hoogheid
Prinses Juliana.
STIEGER, Voorzitter.
Hiemp wérd het volgende antwoord ont
vangen van H. M. de Koningin:
„Hare Majesteit de Koningin is zeer
gevoelig voor het' telegram haai' door de
Katholieken van het bsidom Haarlem toe
gezonden ter gelegenheid van dqn Kafeho
li-ekendag te Goes en voor de daarin ver
tolkte gevoelens van verknochtheid aan
Hare Majesteit en Haar Huis. De Ko
ningin draaigti mijl op den Hoogwaardige®
Bisschop en u allen haar welgemeendlen
dank over te brengen.
(w.gO VAN GEEN,
secretaris der Koningin.
De vo.orle;zing!, speciaal van het ant
w<oord-t:elegïam van de Koningin werd
'met applaus begroet.
Na het prachtig gezOnjgen „Domine
salvam fa® reginam", las da Secret'ariq
de in de sectievergaderingen aaaefénomeii
conclusiën voor.
Hierna betrad de hoofdredenaar pastoor
Moller van Schiedam den catheder en
hield de navolgende rede:
In tegenwoordigheid! van onzen Hoo-
waardigen Bisschop mag! ik het onderwerp
van den Katholiekendag samenvatten in
een grondgedachte. En ik meen, dat er
over de opvoeding van het kind door de
ouders niets, dat meer algemeen en die-ppr
geacgd kan worden dan dit woord van
Christus: „Wie na. Mij wl komen verioo1
rhene zich zelf", want de zelfverlooche
ning, de boete, het afsterven aan zich zelf
en aan de wereld is de grondwet van het.
christelijke leven, dus ook van de chris
telijke opvoeding, is de hafde en smatile
en eenzame weg, dien ouders eu kinderen
tezamen achter Christus hebben op- te
gaan, om' te komen tot de hoogte van Gods
ilefde.
God, die -geen tweede oorzaken noodig
heelt, doch geheel de wereld door tweede
oorz'aken leidt en bestuurt, 'heeft liet in
Zijn oneindige wijsheid zoo geordend, dat
Hij, die de kinderen niet schept zonder de
medewerking der ouders, de kinderen ook'
niet' zalig maakt zonder hunne medewer
king. De appel valt niet ver van den
boom, en zooais de H. Schrift zegt, de va
ders hebben zure druiven gegeten en de
tanden der kinderen zyn ziek geworden.
De invloed der ouders ten kwade, is ver
bijsterend groot. Tot in verre nageslach
ten draagt en boet de nakomelingsWhlapf
de Zonde der ouders. Maar ook, de boven-
natuurjijke levensgemeenschap van ouders
en kind mogen wij' teekeiien inst de woor
den, waarmede Qhristus teekent de boven
natuurlijke levensgemeenschap tusscheu
Hem en de Zijnen„Ik ben de ware wijn
stok".
Alleen mot Hem verbonden dragnn wij
vru'dht, en elke rank aan den wijnstok,
die vrucht draagt, reinigt do Vader van
het schadelijke, opdat zij meer vrucht
drage. Een ware wijnstok, door den
hemelsohen landman gepïant is het chris-
ielyk ouderpaar. Het leven, de ggnade, do
godtleli.ke kracht, die werkt in den. stam
stort zich uit in de ranken. Het bovenna
tuurlijke leven, hetwelk du ouders hun
kinderen mededeelen, hebben zij' niet van
zich. Hot' is Christus, die in hen leeft, en
levend in hen, door hen moet leven in hun
kroost'. Hoe diepzninig en vernuftig, ook
de wetenschappelijke boeken over paeda-
gogie mogen zijn, koevele systemen van
opvoeding er mogen Zijn uitgedacht, toch
kan nieman'd een anidtere'n grondslag leg
gen dan dien éénen grondslag, die gelegd
is, -en die is Christus Jezus.
Helaas, vele ouders zijn geen ware, doch)
valsch-e wijnstokken, waaraan de raukep
geen druiven, doch, doornen voortbrengen.
Z. H. de Paus, willend®," dat door de
opvoeders Christus leeft in de zielen der
kinderen, heeft ons juist dit jaar in zijjna
gedachten, gewijd aan St. Franeiscus ea
St. Aloisius, voor oogen gesteld gesteld het
christelijk levensideaal'. Van dit christelijk
levensideaal hebben wij ons te doordrin
gen, opdat ook de kinderen het kennen en
volgen met blijmoedige geestdrift.
Eén is de heiligheid in alle heiligen,
want zij' is een deelname aan, een uitdruk
king van- da éénige, goddelylko heiligheid,
r-n 'des te meer bewonderenswaardig naar
mate de ééne goddelijke heiligheid op
ontelbare wijjzen overeenkomstig het ver
schil van plaats en tijd en aanleg en ver
stand en wil zich openbaart iu de heiligen,
één licht, dat in velerlei kleuren tut ons
komt.
In de heiligheid van het' Mensöhiggwor-
den Woord is de éénige heiligheid Gods
als grijipbaar en, zichtbaar geworden voor
ons. Wie ook de heiligen mogen zijn, zij
allen hebben Gods heiligheid in ziclh. opge
nomen en bewaard als hun kostbaarst be
zit, als de parel, „waarvoor men het aJ
verliest met winst". In hen allen heersoht
de goddelijke liefde, tot wie zij: zijn opge
gaan lang's den weg! dér zelfverlooche
ning.
D e schittering van een serafij'nsclie
liefde harmonisch verbonden m.et den luis
ter van een engelachtige zuiverheid wordlt
ons als levensideaal' der jeugd voorgehou
den in de tweeling-broodcrs Krancwcus
van Assisie en Aloisius van Ganzóga,.
De ééne heiligheid Gods straalt ons op
bijzondere wijze teg'e-n in Frauicascus uit
diens geest' van boete en liefde voor h'et
kruis, in Aloisius uit diens Zuiverheid van
leven, die niets anders 'begeert dan aan het
goddelijk Hart' te zijn tot een troost.
Franeiscus is een verslindend vuur van
ofierliefde, een Godslamp, die door de
vlam' zijnei' liefde zijn eigen lóviemsqlijd
verteert; Aloisius is de zuivere nardusii
balsem, die verz'acht en heelt d.e wonden,
geslagen in het mystieke liqhaain! van den
.Christus, en- wiens geur Vervult het ge-
heele huis des Heeren. Francdsc-us' is als
de zondebok, die beladen- met d® sphuld'
der mensc'hen, de woestijn der wer
wordt in-gestpurd, en zich) tot bloedens
toe wondt aan de doornen, Aloisius is als
het sehuldeloo-ze offerlam, dat onder de
leliën te weide gaat.
Zondebok en offerlam, beid® roepen zij
terug in de gedachten van de mens®;he(n
het vervaagde beeld van den. Christus, die
alleen in staat is onze zi-el'en zalig te
m'aken ea onze Verhejdengchte maal schlappïjl
te genezen. Ni-et Van verre h'ebbeu wij
ze te bewonderen als een hoog doch onbe
reik'baar levensideaal. Neen. De Paus wil'
het, wij hebben te volgen op het spoor
van de.z'e meesters al valt onze tred wat
Zachter.
Aloisius wordt door onZe jeugd niet
gekend. Hij is oen h-eld, die liefde wekt
en helden kwieokt. Niet als een rijfpjd
vrucht i® hom! de -heiligheidf in de'n scWoot
gevallen. Dadenrijk is zijn korte leven.
Scherp was zijn verstand, sterk zijn ka
rakter, standvastig zij'n wil, vurig zijn
ijivcr. Wat' er goed was in hem' oefende
hij in stagen en harden arbeid. Hij- speelde
niet' met liet gevaar; hij wist, dat hij: zidh'
te beschouwen had als een arm' menschen-
kind, in wien het vuur der begeerlijkheid'
smeult. Hij| wist, dat hij' was quiringd door
een genotzi-eke, wufte, versto£feli,(kto en
hebzuchtige wereld, en dat zonder gebed
en waakzaamheid er niet één is, idd niet
tot val komt. Walde hi) van Christus zijn,
dan had hij af tie sterven- a,an z'ieh zelf en)
de wereld, en zich- te slachtoffer-en iu
apostolische, liefde. Dat deed hij dag na
dag. Sterkte, zelfverloochening, vrucht
van waakzaamheid en gebed, is zijn zui:
verheid, en zijn leven werd een offer aai»
God in voortdurende beoefening der naas
tenliefde. Daarom verdiende hij het, dat
in onze wufte en lichtzinnige eeuw,
waarin mét vuur gespeeld wordt en; de
gevolgen der erfzonde praktisch' worden
geloodhend, hij door den Paus aan ouders
en kinderen wordt voorgesteld als het
Christelijk jeugdideaal met deze woordeu:
yverus east-itatis angelus, verus majtyr
c-arifatis", ,,-een waarachtige -engel der Zui
verheid, eten waarachtige martelaar' dei:
liefde".
Van Franeiscus schrijft Thomas van
Oelane": Hij straalde ailis oen ster, die sKthit-»
bert in de -duisternis van den nacht en al®
een morge-nheimel over de ne.velen. Nacht
en nevelen 'hingen dreigend over de Kerk
op aarde, gelijk ook thans. Ketterij n-a:
ketteri0 werden door bekend o leiders of
langs goheime wegen verspreid, een valseh!
mystiek hield de zielen verstrikt, (drei
gende vonken van opstandigheid hielden'
de geesten in- onrust, onderdrukking! om
verzet leidden tot latenten of openlijke®)
burgerkrijg. W-ellust en w-eeïd® verstoor
den d-e openbare orde in een maatschappij',
waarin da armen de genotzucht en licht-'
zinnigheid der rijken zien en grijpen- naar
het tweesnijdend zwaard der revolutie',
z'oodra de grondslag-en van godsdienst),'
huisgezin en gezag; genoegzaam! zijn on
dermijnd. En daar waar -het geloof npg|
on-geachonclen of' nog niet geheel vervaagtdi
in de zielen leefde,, ontbrak tocilv vrijlwePt
de evengelisloh-e geest en was in de gp-
meenschap de christelijke naastenliefde:
verzwakt en als uitgedoofd. Eerst in het
gezi-n stierf weg de evangelische gieest,
en uit do gezinnen kwam- in de maatscihap-
jiij het be'derf naar buiten', en zoolang het
herstel van het christelijke familieleven:
uit-blecf kón de maatschappij, de gemeen
schap der klassen en volkeren, niet int
Christus worden hernieuwd.
Van Franeiscus gaat' uit de 'zuiverende
invloed, die én de ongereptheid van geloof
en zeden ten goede komt én met de evan
gelische beginselen van liefde en recht
vaardigheid het maatschappelijk leven,
doordringt. Dien Eranciscaanschcn geesf
moet de jeugd inademen in het christelijk
huisgezin. Want deze is de genezing1 van
zijn en onze onstuimige eeuw, tot wolzijn
des volks, tot bijstand der Kerk. Dit
sehoone hebben onze tijden, dat de goe
deren des geestes aan breeder kring|ee<
gemeen zijn geworden, en de volken doos
de ondervinding der laatste jaren tot het
inzicht zijn gebracht, dat alleen van den
terugkeer tot God, de herleving van den
Christus in de zielen, in dè gezinnee, in
de gemeenschappen der mensefien, opst-anl
ding, rust' en vrede is te verwaüh|ten.
Daarom zien zjj tot de Katholieke Kerk,
de onder ons levenden Christus, op als tot
hun eenig heil. Maar ook dit hebben onzn
tijiden met Franeiscus' ee.uw gemeen, dat
z'ij1 meer dan ooit behoefte hebben aan da
vredige ordening- des levens door den gteesf
van versterving en boete, waarvan du
gedachtenis van Franeiscus niet kan wor*
den gescheiden. Hoe spreekt deze heiligtes
tot de verbeelding en- 't hart der jeugd!,
gelijk hij spreekt' tot verbeelding en- har<|
van dichters en kunstenaars. Als deiï
heraut van den grooten Koning der liefda
verschijnt' Franeiscus. En het leek zijnf
tijidgenaoten, alsof Christus onder hen was1
herleefd. Als jongeling! met een uitbundig
en hartstochtelijk karakter heeft hij, ziefi
ook als een wereldseii' mensch1 gedragen.
Gekleed in kostbare kleedij in gez'e&.ehapj'
van vroolijke gezellen richtte hij kostbara
feestmalen aan, terwyl het volk verarmd®,
en onder luidruchtig g'ezóng liep hij' doos
de straten van, de stad, terwijl de vonken!
van opstand elk oogenblik dreigden uit
te slaan. Toch was hijl bemind bij God!
en bij de mens'cihen, omdat zjjn zoden on
gerept en zij'n gesprekken kuis-ck waren'
en hij1 met kinderlijken eenvoud -den rijk
dom verachtte. God, die hom- liefhad deed!
hem liet evangelie lezgu en begrijpen, en'
het werd hem- duidelijk dat hij: zondeE
eenige concessie aan den gegst' der wereld)
volgens het evangelie had te leven. Met
Christus leven om aan Christus gelijkvor
mig t'e 'worden, wil Zeggen zich) geheel en
al bewegen om het krusi des Ileeren.
TV .ant de bergrede en de acht zaligheden
bevatten de levensleer van don Christus eó
deize is hard voor het vlees,eh, maar een
zaligheid Voor Idlq ziel, die zich z'elf weet
te slachtofferen. Hoevelen pnzer jongend
en meisjes weten- 'daarvan niets, omdat
hun ouders daarvan niets verstaan. -Eal
hun ziel lij|dt en verhongert. Zool'and lij'dS
e-n verhongert de ziel, zoolang zijj de achf
zaligheden, -niet beleeft.
Voor onz'e kinderen, die omhoog willen)
verschijnt de arme van Assisie, de minuut
Zanger der goddelijke liefde, zingen-do van
zij-n lieven Heer, van wiens évangelie wij
niet in één punt mogen afwijken.
Een-s na een vroolijk maai wa-ndeJIde hij
al zingende met zi,n vrienden door der
stad. Plotseling bleef hij staan, als war?
hij door de zoetste gedachte, door eea
schoon visioen aan het lichaam onttrokken*
Zijn vrienden vroegen hem, wat hij zag
en dacht: Franeiscus, d|enkt gij: aan eau'
selioone, jonge vrouw? Vol vu,ur ant
woordt hij!„gij' hebt goed geraden, ik stel
mij voor de edelste en rijkste en schoonste!
van alle vrouwen te huwen". Dez'eschoon®
vrouw, aan wie hij zioh' verloofde en, dia
hij- is trouw1 gebleven tot den dood', is du
heilige armoede, die nij met eerbied' en'
liefde npemde zij'n meesteres, zijn mo.edjer,
zijn beminde, de vriendin van de Moeder
Gods, de bruid van Christus, door Jezus!
op het kruishout aangenomen en sin-dó
dien door de menschen vergeten en dooE