Tweede Blad
ZATERDAG 10 JANUARI 1925
NIEUWE ZEEUWSCHE COURAN1
FEUILLETON
Tpt hoogen prijs.
Kerknieuws
Het hoekje van humor.
Voor de Keuken.
Buitenland
Uit de Pers
o
oitt u, gezonden," sprak; Bibu-
.f' gij raw en heer mijn dank zoudÉ
mtdrukken yoor tie vrienjschappelijkb
boodschap', üie hij mij door nj liet o| vei'bren
gen. DierhaaT is mij zijn giiuisfc en vriend*»
scha]-», daar hij ?Je aanbood tot welzijn
onzor volken en ik wil hem loonen mefc 'de
gelijke gezindheid, die hij voor een volk
koesterde hetwelk zijne' vrijheid booger
acht dan Rome s luister en macht. Moge
het vreedzame verfteer onz® onderdanen
dat zij wederkeerig onderhonden, ook in
toekomstige dagen duren en toeiiém0n ten
Wijke onzer vriendschap. En evenais ik
'zijn geschenk aannam als onderpand des
'vredes, zoo moge hij ook het mijne aan
vaarden en het beschouwen als een gel-
schenk uit vrije hand, die geen nood tot
geven dwong."
Met iieze woorden overhandigde hii den
handelaar c„n ifwaard in een gouden'
scheede, welks greep van edelgesteenten
schitterde. „Het is- een door mijn huis
veroverd stok", sprak Bibulus, ;,dat 'n
voorzaat van mijn geslacht bemleesterde
in den strijd tegen een koning yan het!
Zuiden, toen ons volk uit het Oosten naap
dit land trok. Moge het hem' bevteiligjen
dn de ure dss strijd"!."
Met kennersoog bekeek de handelaar hat
zlrvaafd en knikte! welgevallig'. „Getrouw
k'al ik berichten. wa.t gii mij opgedragen
hebt, o koning,'! antwoordde hij. „üioch
hebt gij ook niet jen woord betreffende
het vols der Maikom-annon, dat den veld
heer zou kunnen verheugen?"
„Zijne bezorgdheid is niét de onz'é," anft
woordde Bibulus: ,,'ioch wanneer in de
aanslaande lente de roep van den wilden
stier tot aan Üe boorden van den Daunu-
hius klinkt, may hii op het teéfcen acht
geven."
„Jubelend zial hii dien klank begroeten;,
als hij de zlegepraai uwer wapenen verkon
digt,"- rn two opdoe Ventutïus Mat gevat
beid, doch oe koning zlweeg1..
ÏDje hendclaar stond nu op om afschil®
te nemen. doch hij talmide nog een wijl en
zleide eindelijn: „Vergeef mij, o koning1,
dat ik ul nog een vraag doe. Eien uweri
krijgers nam in den n&midaag, dat ik uw
huis betrad, gouden sieraden van mij
en beloofde den prijs te gullen vohloen:
doch uw vonnis verbande hem van uw
tafel en ik zag hem niet wéder. Heeft hij.
wellicht een kameraad opgedragen, -aio
'zaak in orde te brengen?"
Het gelaat des konings verduisterde.
Hij wenkte den huismeester en deizie legde
drifc IV en gezegd, dat deh erinnering aan
dien strijd altijd gebleven is.
„Nog in 1872, schrijft hel blad, zleide
Bismarck, de Duitsche Rijkskanselier:
..Nach G-anossa gehen wir nicht" (naar
Canossa! gaan wij niet) en in 187? werd
ter herinnering aan dat woord nabijHam
burg een zuil1 van vyflien en een halv-o
mieter lengte, op een granieten ypetsluk
met dezl» woorden onthuld."
Aan de vermelding van dit feit had rrog
kunnen worden toegevoegd, dat Bismatcn
ton slottetoch naa'r Canss'sa islg -©-
■gaan, d.w.z. dat hij, om uit de moei"
lijkh'eden te geaken. zijn toevlucht heeift
moeten zoeken in onderhandelingen met
den H. Stoel.
Zelfs erkende hij daarbij openlijk in den
Pa.us Leo> XIII regeerde toen de KerU
Wijn meerdere te hebben gevonden.,wat
voor een staatsman van zijn positie, in
vloed en overtuiging zeker jriet weinig
wals.
Het is maar jamlmer, dat men in krin
gen, waar men niets liever Schijnt te doen,
dan tegen Rome op te trekken, de betect
ken-is va-n zulke feiten niet vermag te hel-
grijpien en da.t men -er evenmin ©enig 'b'esef
toont van de toch zeer duidelijke les1,
welke daarin ligt opgesloten.
Op dm Zondag onder het octaaf van
Drie-koningen.
Enistel v. d. H. Paulus aan de Romeinen.
XII 1—5.
Broeders! ik bid u, -door de barmhartig!-
'ttieid Gods, dal gij uwe lichamen tol
een levende, heilige en Gode bohagjelijM}
offerande opdraagt, hetgene uwe redelijk®
godsdienst zij. Maakt u niet gelijkvormig
aan deze wsrel: maar wordt hervoirmj.l
door de vernieuwing „van uwen geest, op
dat gj,i moogt onderscheiden, \welke .de
goede aangename en volmaakte wil Gods
Wij. Wam door de gratie, welke mij ge
geven is, zeg ik tot ieder van u: dat nie
mand hooger van zich zeiven denke, dan
■heit behoort; maar -oen matig gevoel van
zich zeiven koestere. en naar de mate dos
geloofs, welke God aan ieder hoeft uitge
deeld. Gelijk wij toch in een lichaam, vele
leden hebben, maar alle leden hetzelfde
uiet verrichten, dus zijn wij, velen, oen
lichaam in Christus, allen echter afzon
derlijke medeleven van elkander, insi\«
Christus onzen Heer.
Evangelie, Lucas II. 4252
Toou Jesus twaalf jaren oud was, gin-
gèn 'zijne ouders volgens de gewoonte van
het feest naar Jeruzalem en, de dagen ver
vuld ajjnde, keerden zij terug; en het kind
Jesus bleef te Jeruzalem, en zij ontdekten
het niet, Maar meeneraie, dat Hij hii het
ge-zOlschap was, deden zij eenen dag rei-
zens, en zij zochten hem onder de bloed
verwanten en bekenden. En toen zij hem
niet vonden, keerden zjj terug, naar J-eruza1-
lom, en zochlen hem.- En het geschiedde
dat zijj na drie dagen hom in den tempel
vonden zitten in het -midden der leeraren,i-
hcim hooiende en vragende. En allen, die
hem hooiden, waren verbaasd over zijne
wijsheid en antwoorden. En a,ls zij hem
zagen, waren zij verwonderd. 'Ein zijn»
moeder zleide hem: Zoon, waarom hebt Gii
met ons zoo gedaan Zie, u,w* vader en, ik
zochten u met droefheid. Én hij zleide 'hun
waarom zocht gij mij Wistet giji dan niet
dat ik mot de .zaken van mijnen Vadesl
moet heziig zijn? En zij verstonden ho/
woord niet, hetwelk Hij tot hen sprak. Ep
hij vertrok met hen kïvalm teJNaZa,-;
retli, en was hun onderdanig. En zijne
Moeder bewaarde al deze woorden in
haar hart. En Josus nart toe in wijsheid,
ouderdom' en aangenaamheid bij God ep
do mensch'en. ."*_j J f t
Een gebedsweek en nog iets.
Het orgaan van den Eucharistischen
Volkenbond herinnert aan de internatio
nale week van gebed (voor de' éénheid
der Christenen (Church Unity Octaves).
Zij is bepaald op 18 tot 25 Januari en
niet' enkel katholieken maar ook vele!
protestanten en orthodoxen nemen daaraan
deel.
Te Weenen is deze week de laatste
jaren als een H. Missie met dagelijksche
preeken in verschillende kerken gehouden.
Dj bedoeling is ook afgedwaalde katho
lieken tot de Kerk terug te voeren en de
intentie van den zesden dag is daaraan
meer bijzonder gewijd.
De Aartsbisschop van Weenen, Kardi
naal Pifl, beveelt in 't bijzonder dit ge
bed met warmte aan.
En de stichter der gebedsweek, de
Amerikaansche Pater Paulus heeft zich
tot den H. Vader en alle Bisschoppen
der wereld gericht om deze week evenals
de Rozenkransoefeningen in October voor
de geheele wereld verplicht te stellen.
Het orgaan ontleent aan een schrijven
van een Pater Jezuïet uit Engeland merk
waardige bijzonderheden o. m. over de
katholieke afweer, een vereeniging, welke
hare leden onderricht, opdat zij in het.
verkeer met andersdenkenden hun geloof
kunnen verdedigen.
Schrijver deelt mede, dat Lord Halifax,
de leider der orthodoxe Anglicanen, in een
Jezuïetenklooster te Londen een retraite
hield.
In het thans afgeloopen jaar kwam bij
den Provinciaal der Jezuieten een jonge
man, die vroeg, als novice aangenomen
te mogen worden. Hij was de zoon van
een protcstantseh predikant en deze gaf
niet enkel zijn toestemming tot den stap
van zijn ozon, doch zelfs kwam hij enkele
dagen later zelf mede en sprak zijn
vreugde uit over het feit, dat zijn zoon
Jezuiet zou worden!
Hit Weenen wordt door Pater Bichl-
mair S-, J. geschreven over een zeer ver
rassende gebeurtenis. Hij werd uitgenoo-
digd doorvrijdenkers om in hun ver
gaderingen de katholieke leer te komen
uiteenzetten en den 12 Dec. 1.1. had liij
reeds achtmaal in dergelijk gezelschap ge
sproken en weer verschillende uitnoodi-
gingen ontvangen.
Er waren tot zes honderd hoorders
aanwezig, die urenlang naar des Paters
uiteenzettingen luisterden.
Natuurlijk werd de spreker herhaalde
lijk in de rede gevallen, eenmaal zelfs
een half uur lang door tegenspraken ver
hinderd om voort te gaan, doch met ge
duld was dit te overwinnen. Bijzonderen
indruk maakte het, wanneer spreker moei
lijkheden en ergernissen eerlijk toegaf.
Dergelijke lieden zien niet de Kerk,
maar alleen de katholieke menschen en
dat aan deze laatsten heel wat ontbreekt,
kan rustig erkend worden.
Pater Bichlmair meent, dat voor zulke
kringen een soort katholiek Leger des
Heils gesticht zou moeten worden.
Te Waltham, in den Amerikaansehen
Staat Massachusetts, heeft de rector van
het Jezuietencollege een reeks voordrach
ten gehouden voor vijftig protestant-
sehe dominees, die met groote belang
stelling luisterden en ernstige vragen stel
den.
Het orgaan bevat verder een merk
waardig citaat uit de Priesterexercitiön
van Pater Wickl S-. J., die het oen schrik
kelijke. ketterij tegen de naastenliefde
noemt, wanneer er katholieken, zelfs gees
telijken worden gevonden, die hun eigen
volk en land hemelhoog verheffen en an
dere natiën minachten.
Was dat maar eerder begrepen.
Maar nn komt de week van gebed: van
18 tot 25 Januari.
Z. H. de Paus en de Katakombenslichling.
lie Romeinscho correspondent van „Da
Tijd" schrijft:
Gelijk reeds geseind, hadden de heel*
mir Iva.el Diepen en eehtgenoote en dr.
W. Goossens, leden van het bestuur 'Ier
Katae.omh'enstichtmg yan Valkenburg, een
particuliere audiëntie bij Z. ff. den Paus.
Zaterdag 27 December.
Na ,de audiëntie Mochts ilk de heer en
ontmoeten en het gesprek' ging als vian ?|eilf
over de audiëntie die zo hadden verkregen.
Z. H. de Paus boson met aan den beer me'
Karenl Diepen te vragen of hij familielid
was .van (Mgr. Diepen. Ldischop van
's Hertog enbosch. De Pa.us op het instem
mend i antwoord, sprak toen ov'er dein
Bosschen Kerkvoogd en over diens visit
tatio-reis naar Scandinavië en „bizondep
over die naar I-inland.
.Over de Katakomben sprekend, zei de
Paus zich steeds rekenschap- .gegeven te
hebben »over het buitengewoon belang
der studie eter Ea.lakomben, zoozeer, dat
Z. H. reeds aanstonds na Zijne troonsyer-
h'effing een sotn had geschonken voor ver
dere ongravdngen en uitbreiding der stut
die over de- onieraardsohe begraafplaat
sen. der eoiste christenen.
Met voldoening had Z. H. Vernomen en
ook gelezen van de Valkenburgsche Kata>
KoMben. De Paus was zfeer voldaan, toen
Hij uit den Mond van de beeren Goos-
sens en Diepen hoorde, dat deze brz'ondér
en algemeen gewaaideerd worden. Gaa.rna
zegende de Paus het werk en aldeglaneti
die er op de een of andere wijze, aan deel
nemen. Do Paus wijdde alslan uit over de
groote sheteekenis van de .Katakomben
voor ons Heilig! Geloof. J>e leerstukken
van ons Geloof, zei de Paus, kun
nen we aanschouwelijk yoorgestei-1 tamr-
vinden in de Katakomibea, zöodoend© is de
overeenkomst tusschen hetgeen de Kerk
En wanneer w-ordlt ,uw zoon nu
advökaiat?
Tlij- promoveert jn het naljaar. Ik
heib hem geschreven, dat fik nog maar ztas
maanden geld.ziend; dus hij moet wel!
Katelije fcw'atm uit de Kalulelr, waar
zijn vader een karpet aan het vasts par
keren was. Hij huilde tranen mtet tuiten.
Maar Kareitje (wat 'is -er aan do
hand?) vroeg zijn moeder.
V-v-v-ader heeft zich op zijn vinger»
geslagen, kermde Kareïtje.
Maar daar hoef jij toch niet om; te
huilen, malle jongen, suste zijn moeder.
Korw 'je moet lachen!
Dat deed ik, kermde Kareïtje.
BELEEFDHEID'.
Hoe bevalt ja die nieuwe piano--
l'eéraar
O, -hij is verbazend öeleefd. Als- ik
Oen fout maak zegt ie: Mejuffrouw,
waa'ronr geeft u 'zich zooveel' moeite Beet
hoven te verbeteren?
VROOM.
Een meisje kwam) thuis van haar exa
men vo-or piano-onderwij'z'eres en men
vroeg naar hoe zii. 'toemaakt had.
Heel goed. denk ik!
Wal'was de examinator .voor een
man?
O zoo'n aardige man en... i**oomS
Vroom! Hoe weet je dat?
Toen ik een sonate speelde van Beet
hoven, sloeg hij zijn handen voor 't gfellaat
en riep: „O, hemel, ..hem©!!"
VARKENS BIEFSTUK,
li/a pondl varkensbiefstuk'. 11/2 ons bo-
teir. wat melk, zout.
Schrans klop, en zout de biefstuk. Laat
de grootste helft van de boter heet vrorden
en hak hierin heel langzaam, den biefstuk,
aan beide kanten bruin. Zorg da.t hij onder
't bakken gaar wordt (dikwijls wenden
m koeren). Baktijd pijn. 15 minuten.'
Nefem de biefstuk uit de pan, laat dol
rest van de boter ook smelten en voeg
kleine scheutjes melk hij de bradende jus
taalt z'e even braden en snoei met. melk do
pan om.
GEDROOGDE APPELEN.
3 ons gedroogde -zu,re appelen, 8 lepels
suiker, stokje pijpkaneel, 1 d'.L. bessen
sap, i/4 lepel sago of aardappelmeel.
Verwijder dei klokhuizen uit de appels,
wasc-h (la stuitjes in lauwl water' en week
zie een nacht in ruim' koud wiator. Kook
z'e met de kaneel, de suiker- en de bes
sensap- gedurende pi.ml. 1 -ujur daarin gaar.
Schep z:e uit het vocht'en bind dit met
de aangemengde sago of aardappelmeel.
Verwijder het kaneel en giet het sausje
over de appels.
WAFELEN.
150 -gram 1 boter, 300 gr. blloelm-. 8
eieren, 1 .liter melk, -25 grr-tn gist, 1
theelepel zout, 21/2 dL. water100 graim
boter, kaneel en .suiker.
-Die 150 gram boter in een kom: tot room
roeren en er dan afwisselend de eieren en
de bloem toevoegen, de lauwe mieïfc ein I»
aangemengde gist steeds goed- roerende.
Dan het hesllag toegedekt 4 uur l'aten rijzlem
V-oordat men begint te balkken er 2V2
dL. water 'doorroeren. 1
Het wafelijz'er wiarm maken, en met een
kwastje met g -s-molten boter overal goed'
bestrijken. Of de eene zijde van het ijizar
een lepel besl-m gieten., hot ijzer sluiten
en ,aan heide kanten minuten laten
balkken, liefst -op een -houtvuur. De wafel
moet geel -en droog uit het ijzler kohiim.
Dan dadelijx met gesm-olten boter bestrij
ken en m'et suiker en kaneel bestrooien.
leert -en de Katholieken gelooven en h'et.
geloof der eerste christenen daadzakelijk
te -bewjjzen.
Van Zijne hooge .waardaeringf wild© da
Paus ben bewijs geven en sohonSk aan de
heer-en Goossens en Diepen voor de hofr
(kerij van 'de Katakomlb'enstichting een
exemplaar van diet werk van Mgr. Wife
pert over de schilderingen der Romein-
scbe Katakomhen.
De audiëntie duurcte een groot kwartier
en in den namiddag liet Z. H. do Paus aan
het adres van dr. W. Goossens, die rijn
Verblijf nam in de Procure der Eellw.
Kruisheeren, het. beloofde werk van Mgr.
Wilpert bëz'orgen.
D® beeren Goossens en Diepen onder
vonden voorts van de zijde der Rom-ein-
sche oudheidkundigen, in de eerste plaats
naar den Don au.
Intusschen gans de thingstolk van gouw
tot gouw door het land en kwaim tan laat
ste weder aan den Koningshof terug en
geen boodschap volgde oo de uitnoodigi-ixï
■waaruit de koning opimaakte, dat geen
zijner vorsten bi,i dsn thing ontbreken
ziou. En nu roeiden zich vlijtige handen in
's'konings Uuis van den vroeiten morgen
tot den laten avond om" de gasten waardig
te ontvangen. Richiinde zlelve begaf zich
mlet de huishoftneestered naar de voor
raadkamers des huizes, waar gerookte'
liaMroeD en smakelijke worsten in lange
rijen hingen, steeg af in de koele keildisrs|.
waar de zoete mieede in wijdhuikiga krui-
ken bewaard werd, en telde en koos met
haair de stukken voor do vroolijkle smul
partijen, die op den hof thing zlouden vol
gen. Jonge varkens werden uit het eik^n-
b-osch, jarige runderen uit de .weide gg»
haald. om de tafel van versch vleesic-hl
te voorzien; aan den molen draaiden ste
vige arm'en de steenen, om het mefel voor
't nieuwe brood te leveren en d'a btou-W-
knechten bereidden in groote ketels het
bruine gerstennat tot frieschen drank
Vooi- de altijd dorstige helden.
1) Ringen of gespen dien-den als geld.
(Wordt) vervo-l|gj4>
FRANKRIJK
Dus blijven wij.
De Fransche Pater Doncoeur S. J. heeft
naar we in de Vlaamsehe „Ster" lezen
een brief aan Herriot geschreven.
Een brief op pooten.
,„Neën, wij zullen niet heengaan. Niet
één man, niet élén grijsaard, niet één no
vice, niet één vrouw zal weer de grens
overtrekken. Dat nooit!
En Pater Doncoeur vertelt dan:
„lk heb 12 jaar in ballingschap geleefd,
van mijn 22e tot mijn 34e jaar -dus
het kostbaarste gedeelte van mijn leven.
Ik vergeef het uMaar den 2en Aug.
1914, om 4 uur in den morgen, lag ik op
de knieën vóór mijn overste. „Morgen",
zeide ik, „breekt de oorlog uit en mijne
plaats is in het vuur". En mijn overste
zegende en omhelsde mijEu ik was
soldaat van Frankrijk en ik leed voor
Frankrijk, en ik deed mijn plicht. En nu
wijst ge mij de deur
„Gij lacht, Herriot? Met zulke dingen
lacht men niet.
„Ik heb u op geen van de gevaarlijke
punten ontmoet en nu wilt ge mij aan
de deur gooien
„Hoe kunt gij u zoo iets aanmatigen!
„Noen ik, hoort ge, noch een ander
(want allen,, die oud of jong genoeg
waren cm te vechten hebben gestreden),
noch een vrouw zullen opnieuw den weg
naar België inslaan.
„Nooit, begrepen?
„Doe wal ge wilt. Neem onze huizen,
open voor ons de deuren uwer gevange
nissen er zijn daar inderdaad plaatsen
open gelaten, gij weet wel door wie
goed
„Maar heengaan zooals in 1902? Nooit'
„We hebben thans 'n beetje meer bloed
in de aderen, ziet ge, en op het slagveld
hebben wij koelbloedigheid geleerd. We
zijn niet bang geweest van de kogels,
van de gassen, van de dapperste soldaten
van den vijand: hoe zouden we nu dan
;sahrik hebben van de „embusqués" der
politiek
„En nu zal ik u vertellen, waarom we
niet zullen vertrekken.
„Het zou ons bitter weinig geven, te
m.o»ten omdolen. Wij hechten aan niets,
aan geen dak, aan geen akker: Jezus
Christus wacht ons overal en zal orfg
volgen tot aan de eindpalen der wereld.
„Maar wij zullen niet meer vertrekken,
omdat we niét willen, dat een Belg, of
een Engelschman, of een Amerikaan, of
een Chinees, of een Duitscher, ons ver
van t vaderland onftnoetende, ons zekere
vragen kunnen stellen, waarop wij met
gebogen hoofd zouden moeten antwoor
den: „Frankrijk heeft ons weggejaagd!"
„Om den wille van de eer van Frank
rijk nebt gij van dat woord dezelfde
opvatting als ik? om den wille van de
eer van Frankrijk zullen wij dat nooit aan
een vreemdeling zeggen. Dus blijven wij.
Dat zweren wij op het graf onzer ge
sneuvelden".
Dat is goed! („Centrum")
Een Volkspartij.
D'e -békende Duitsche soeiaaMemocra.-
ti-sahe theoreticus Ediuard Bernstein-
schrijft in da „S-ocialfetïIscjhe Gids" vaï»
deze maand in een opstel over „D-e Rijksl-
dagvericiezjng ,n en de regec-ringscrjrsis in
Duitschland" op 1>1. 89 het volgende over
de politieke partij der „Diuitsche Katli»
Heken
Een tiidlang scheen het, alsof het „btuv
gerblok' - werkelijk in den rijksdag een
Meerderheid zon xrijgen. De Duitsch-Natio-
nalen en de naar dit hl-o-k -dingende el-e»
Menten d-er Duitsche Volkspartij hallen
al het mogelijke gedaan om de 'kapitalis
tische ejem-enten van de Jj-enlruiml-partij
voor het denkbeeld Van het blo'lc të won
nen, en by een deel van hen ooki gonsdg
onthaal' gevonden, 'zoadat zij zich al zeker
van hun,2laak waanden en in de werell!
hun vermeende successen rondbazuinden
Maar zü hoh'bein naar het schijnt, te vroeg
gejuiciit. D'e Centrumpartij is minder
dan alle andere burgerlijke partijen eeai
Masse-party in dien zin. dat het belang
van een of andere, kapitalistische groep
of streaming bij haar overheerseht. Al 1
de politieke partij der Raitholieksn van
Duitschland is zü veeleer in een and-eren,
meer socialen zin dan het w-ood: gewoonlijk
gebruikt wordt, een nationale partij. Zij
heeft haaT aanhangers in het geheel'e land
waai maar -katholieken rijn, en daar het
Katholieke 'Dluitsehland leden van alle
bevolkingsklassen omvatgemiddeld echter
meer uit hst airmere volk, is rij dan ook
doortrokken van c-cn meer deimoMratischien
geest. Waar de katholieke bevolking over
weegt, heeft, evenals in ,de centra van
de sodaal-'demokralds. do bekrompen na
tionalistische geest den minsten invloed.
E11 bij de groote massai van hot Centra»»
heeft het denkbeeld van 'het burgerblok
-slechts weinig aanhangers. De lot het
Centrum bchoorende rijkskanselier Mairx
heeft dan ook ree-la verklaard, dat hü voor
een kanseliersnost aan het hoofd van oen
hiurerblok niet te vinden is. Daarmee zou
echter ov-er zulk een regeelring hot dood
vonnis geveld zijn. Zonder het CentruM
vormen Duilscto-Nalionalën -en Duitsc-hd
Volkspaitij peen koalilie, die tot zegeeren
in staat is.
Wat is er niet vizzik ges|maa.ld op het
Centrum', dat do koers v-erloor. ,;Wy zijn
an rood vaarwater"- repeal Rijn indust»
eol-en. Gekheid", izéi dr. Wirthj, „wij gaan
Izloo goed". vB-e partij verwaarloost de ar
beiders". kreeg Marx te hooren. „Neen-
de partij heeft rekening te hond-en «(et
alle groep-en, die zij omvat", repliceerde
dr. Maix. ,„zij houdt het midden".
Een echt-nationale partij: daarom on
bekrompen.
Elen party voor hesl het volk m-et van
zélf dus ook voel armeren: daaroiM g,?-
izlond democratisch. «-
D'at komt een der knapste Duitsche so
ciaal-democraten van-het Katholieke C.jri-
trum-verklaren.
Z,ou de heer Schap-er niet heitzielfle
jnioeen z-eggent van de. Nedë-ilaln-discliei
R.-K. Staatspartij? („De Tijd,")
Geen legende.
„Be Gelderlander'-' schrijft:
-Omtrent de hegrootingsrede, van Mgr.
•Notens dreigt er zich een legénde te vor
men.
Bij cL- redarirtie van „Het Volk" heeft
zich de hoop vastgezet, dat Mg)\ Notens
de mogelijkheid eener samenwerking van
katholieken en democraten in een nieter of
minder verwijdeia verschiet zou hebben
-opengesteld.
In het „Hbl." is Mgr. Nolens voorgel
steJd als de praktische en nuchtere®
staatsman dat is hot cliche® van den
katholieken -leider die .zich ue kans
naar samenwerking met de sociaal-demo
craten zou- hebben opengemaakt, v.
D© heer Albarda. staande op- den kathe
der van den heer Troelslra, heeft in zijn
Kerstrede te Amsterdam: in Henzelf de®
geest gesproken.
En naar* aanleiding daarvan vin.len wii
ook Sn anti-rerolutionnaire bladen (be
schouwingen, wélk® ons opwekken .da
levenskans der legende af te snijden.
Mgt. Nolens heeft hij -de algdmeenu
Beschouwingen over de- Staatsibegroo-
iing zies hoofdpunten aangegeven, waar
omtrent iedere partij, welke met de katho
lieke ziou willan samenwerken, overeen-
-stemming met haar most zoeken.
Iedere partij, niet bijzonderlijk de so
ciaal democratische.
Fm toe-n de heer Troelstra zich in
zijn repliek wat te ver waagde, wees da
heer Nolens hem' terug mie-t. eeu verwijzing
naar zijn rede van 13 Mei 1912, voor de
vergadering der R.-K. Staatspartij inder
tijd gehouden.
Of wij bijzonderlijk zlij-n gestald op
samenwerking m'at de sociaal-democra
ten, kan do heer Tro-elstra daar lezen,
z'ei Mgr. Nolens.
Waarom lezlen dl hoeren deze reïo
nog niet 'ns over.
Zij is toch duidelijk .en klaar.
Onder anderen deze passage:
jjPractisch komt de vraag, of katho'-.
liöken en sociaal-democraten zullen sa
menwerken, hierop neer, of in normale
omstandigheden, als waarin wij ons he
den bevinden en in -dien zin zooals er
feitelijk in den laatsten tijd ovter gesproi
k'en is, dei Katholieke Kamlerfractre- voor
e-en geheel'e of gedeeltelijk© samenwrm'-
fcing m'e-t -die partij te vinden zou rijn.
Ik aar'zlel niet die vraag geheel ontken
nend te beantwoorden en te keggen
ik heb mij daarvan vergewist dat
ook d'e geheele Kamerfractie daarm'e®
instetot.
Wat praat men dan toch over een ge
wijzigde houding van de katholieke lei
ding?
Canossa.
„iHe-t Centrum" driestart. a
In he-t bekende orgaan der „Hervormde
Gereformeerde Staatspartij" wordt het een
■en ander verteld over den lnsestitiurM"-
strijd tussehen Gregorius VII en Hen-
de gouden voorwerpen, die Richiinde op
hare kamer gevonden had. voor den han
delaar.
„Was dit uw eigendom?" vroëg, hij. Geef
op. w,at gij verlangt; ik z'al die sieraden
betalen."
„Het is alles édel metaal," antwoordde
Vcnlurius, „en van kunstvaardigs hand.
Ik kan het niet laten beneden z©s aured."
„Betaal hem het bedrag!" gebood da
koning en de huismeester overhandigde
den Romein dris gouden ringen I) u,il(
's konings schatkist, die Venturius. met
een tevreden lach 'in zijn land woog en in
'izïjn boëzemi stak.
„Fien lang leyjn mogen u d-e goden ver"
1-eenen," sprak hij, die» buigend©, „en mij
uwen knecht uwt gunst doen behouden."-
Daarop begaf hij zich naar buiten en
Kocht zijne sla.ven opi. Hij vond z'e in de
hofsmederij. Daar oefendie een krijgsgevan
gen Romein zijn 'kunst uit aan ijzer en
ijzerwerk voor het huis en de tafel dies!
konings, smeedde Zwaarden en lansen
vlocht ringen lot pantserhemden en om
kleedde do hoornen van den wilden stier
met glinsterend ede! metaal. Hij stond jui3t
met opgestroopte mouwen op zijn hamer
geleund voor 1, smidse, waarop- korte
blokjes beukenhout smeulden.
..Hebt gij nog niemand gevonden, die
u Van dsz'e bia-b-aren (vrijkocht, Quint1
tuis?" vroeg d'e handelaar. „Wat uwe
broeders daar ginis antwoordden, toe-n ik
voor eenige jaren uwe lied© aan hunne)
ooren bracht, weet gij?"
„Moge Viikaan hen in het verderf
storten!" bromde de smid. „Doch ik ver
lang niet moor naar het vaderland terug
te keeren
„D'e koning heeft hem' \een blonde
dienstmaagd van zijn hof ((ot vrouw ge
geven,." zeiden de knechten lachende.,
„Daarvoor heeft hij zjjn vaderland ver
geten.'-'
„Werkelijk. Quinlus? Hebt gij behagén
■gevonden aan de blauwoogige ^deern-en
der Germanen met haar breed-e heupen
en haar groote voeten? Wat zijn dezd
vrouwen der barbaren tegen de Zwiairtlotk1-
kig-o slanke dochters .van het Zuiden?"
„iZwijg my van haan." antwoordde1
Quintus; „het zjjn altern-aal valsche, ge
slepen schepael'S. Duizendmaal liever is
mij een vrpuw onder de barbaren dan een
listige Romeinsehe".
„Vvelnu! verhei».' u dan in uw .getakt"
lachte de handelaar „en krom' gedwee!
uw rug onder het nik dar Germanen.
Op, mannen, brengt de- dieren voor; wij
keeren terug naar de listige Ronfemsc-he
vrouiwen
_Na korten tyd vyrliet .Vénturius mét
rijne slaven den koningshof en trok weder