Tweede Blad
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
ZATERDAG 8 NOVEMBER 1924
De vroolijkheid in den arbeid
feuilleton
Verdwenen.
Uit de Pers
Kerknieuws
Land- en Tuinbouw.
Voor de Keuken.
Het hoekje van humor.
vraag en antwoord;
Gemengd Nieuws.
Gesprongen Handen- f Ruwe,Schrale Huid
en Huidwondjes Springende Lippen
PU ROL per doos 30-60-90c. Tuben ÖOc. Bij Apoth. en Drogisten.
Wij hebben voortdurend een strijd te
strijden, een zegepraal te behalen: het is
de strijd tegen de moeilijkheden, de zege
praal over de hindernissen van onzen
lichamelijk en of geestelijken arbeid, dien
wij dagelijks te verrichten hebbein. Immers
zoo dikwijls wij ot de krua aa van oi.s
lichaam: ot de vermogiens van onzen geest
vruchtbaar willen aanwenden, gevoeleh
wij eene vijandelijke macht, die zlohl bui
len of binnen ons tegen ouz'e krachten of
vermogens aankant. Om die macht te
ove^Winnen wordt inspanning, lust en
moed gevoidehd. Die mismoedige-, de droef
getestige ziet daartegen op. Hij vreest de
handen aan het werk te slaan; bij stelt
zich de moeilijkheden veel grooter voor
dan zij zijn; en zoo vrees «n eigenbelang
lietm niet toelaten over te gjaa.n tot de
orde van den dag; dat is niets doen, dan
zal hij werken, ja. maar weinig) en traag1
tot groot© ontevredenheid van anderen 0.1
meer nog van zichz-elven.
De opgeruimde, de yroolijke daarente
gen 'ziet de moeilijkheden gaarne onder da
oogen. Zij strekken meer om beam aan te
yurein dan om hem at te schrikken; hij
maakt van ee"1 mug een olifant, en zoo
er werkelijk: een olifant is, beproeft ui'
het om dien door een mug le verjagen;
wamt hij weet het bij ondervinding da,t de
metnsch veel kan, als hij, maar wil; hij
begtij-pt. d;at men afthans beginnen moet
om gedaan werk te krijgen. En nadat
hiji zich' eerst lustig de nanden heeft ge
wreven, raapt hij a.l zijn krachten te' za-
m-eti en streeft al zingend aaar het voor
gestelde doet. Deze yroolijke geestdrift
ondersteunt hem maakt hem het werft?
licht; en eene gelukkige uitkomst beves
tigt itl'etm- do waarheid, da,t lustige ar
beid oejvr alles negepraalt.
Men vro-9' eens aan iemand, die ii)
weinige jaren van kletiirhandel'aar 'n. groot-
handelaar was geworden, door welke mid->
delen hij zijn schaapjes op 't droge had
gekregen. Door dezte drie antwoordde
hij door eten eerlijken handel een zui
nige huishouding, en, een lachend gelalat.
Inderdaad behalve dat dte vroolijlke, gelijk
wij gezien -hebben, in zijn arbeidt in zyli
negotie heter slaagt en daarvan meer
voordeel trekt, is de lach voor den koop
man, den winkelier bovenal een voor
waarde waarvan het welslagen, de bloei
zijner zaak grootenldeels afhangt. 'EteOi
lachend vriendelijk gelaat lokt meer Man-
ten naar den- winkel dan dei prachtigste
uitstalling of de grootste advertentie, en-
laat bij d© k'oopers zlulk een aapgenamkn
indruk na, dat dez'em met plezier hum We-
ztoek herhalen en alleen van dien vroo-
lijken heer wenschen bedi-end te worden.
.Verbeeld ,u daarentegen in een winkjsll
een meneer mtet een ernstig en stuursch'
getóbht, die zfcb niet scfhikt naar 'thuf-
meur van den kooper, niet pledic nstig, niet
aangenaam in den onlang is: de koopers
gaan voorbij, alsof zij op- zijn gepicht al's
-op leen. bordje hebben getezén: „bier
heerscht eeii aanstekende ziekte".
Het lachen is een prohaat middell 01»
veel geld te verdienen; dat heeft de ro
manschrijver Victor Hugo ondetrvondetn.
Die heeft met zijn roman L'hbjmlmtej qui
rit, de man die lacht. 100.000 gulden, ver
diend, een somrr.fetje wgawn-ee niet te
lachen valt. En hier ben- fid waar ikl nog
weiZiSn moest namelijk op- Jhet gebied van
-deb arbeid des gieeste
Vroolylkheid, opgewektheid is voor bami
die de krachten van zijne ziel aan d&n(
-dienst van wetenschap- en kubist wil1 wjjr
-detl -een noodzakelijke vereischte. Is htet
gemoed lustig gestemd, dan is de geest
heftfeider en -doordtdngPnider, die vdpbeeh
ding levendiger en vruchtbaarder; rijke
gedachten en geestige invallen komen als
vainzelve te voorschijn, uilgtedoscht in een
glöpasten en netten vorm-, „De- Btij}- is de
meftisch". Hij -die dit yermaaiide woord
ge&proken heeft, de geleerde Buüfon, eOn
der 'keurigste schrijvers van Franklijijk1,
nam nooit de pen op- als hij zich' niet
vroolijk gestemd gevoelde. Zijn studeer
vertrek en zijn kleeding, 'f moest alles op
zfcjn Zondagsch, dat is vroolijk, qrpgel-
ruimd wegen zou-. Andere schrijvers brach
ten zich in die gewenschte stemming,
door, voordat gij zich tot schrijven zetten
eletmge malen al lachende een vroolijk
huppelende beweg-ing door de- kamer ,te
maken, of bij; bet sp-elen der piano de
'4® op het diaphragma aan het daUseni te
brengen.
Gelukkig! voor hen, wanneer zjulke on
schuldige middelen genoegzaam! zijn, en
61) .0-
Zij behoefde niet lang te wachten. On
middellijk nadat de straatdeur achter d'e
detectives en hunne gevangenen geslo
ten Was, kwam- de heer Blak© de- kamer
binnen, gevolgd door juffrouw Daniel's
etn eene andere dame, wier dichte sluier
ein lange mantel praar onvoldoende de
voorname gelaatstrekken en .de statige
gestalte van de Gravin de Mirac verbor
gen.
De verrassing had hare uitwerking,;
Lu,ttra wa.s blijkbaar voor het oogen^
blik overrompeld.
„Juffrouw Daniels!riep. zij', haar beide
handen verlangend toestekend.
..Mijne lieve mevrouw 1" antwoordde de
goede vrouw, die handen in de hare ae-
ffiepid, maar op eene eerbiedige wij-zla
een gevolg van den dwang, dien'da téisen-
W00™iSbeid va,n den heer Blake haar
oplegde. „Zie ik u eindelijk weer en ;n
-Vetdigjieid?"
„Gijl moet gedacht hébben; dat ik mi>
wamg bekommerde over den angst, dien
l keke-r wist, dat gij zoudt voelen," zeide
«e schoone, jonge vrouw, terwijl zij arm
zij nipt tot verderfelijke hu» toevlucht
behoeven te nem-en, Zoo verhaalt Eugène
de Mire-court dat de geniale maar diep
gezonken dichter Alfred de Musset door
een gjeheim verdriet gefolterd- weid, het
Welk hij', 200 dikwijls als hij zich rot
schrijven zette verdreef door middel van
eein füesch brandewijn.
Gelijk d'e vroolijkheid een middel is. om
dën arbeid moedig: te beginnen en met-
goed gevolg door te zielten, evenz-ooi.is zij!
ook het -beste middel omi ziebi van, den-
arbeid uit te spannen. Uitspanning! is den
arbeid'zamen zoo noodlzaikelijfc als de adean
haling- voor het ie-ven. Een werklztetem
Idven Wonder uitspanning noemt eenl wijze:
den lange reis zonder herberg. B.esta,at
die uitspanning- niet alleen ih een, passieve
rust, ma.ar in een hartelijk lachen, eea
vroolijk genot, dan werkt zij dubbel
krachtig; -dan ve'rd'ient zijl den naam van
recreatie, herschepping, dat is een veri
frisschiug, eene verkwikking van lichaam
dn geest waardoor beide worden m staat
gesteld om- de-i onderörofcen arbeid met
lust voort te zetten.
(Uit „E© vrooïijkhsjd en lüet Lachen"
Van pater B. v.a,n Meurs J.f
Versleten leuze.
„De Standaard" driestart:
Niet ten onrechte werd bij het
Tariefwetdebat door een spreker van
Rechts opgemerkt, dat hij bij de
bestrijding van de tarietwet niet veel
anders dan oude versleten leuzen
had vernomen.
Het is alleen merkwaardig, met
welk een wijs gezicht en groote
zekerheid deze versleten leuzen
telkens weer te berde worden ge
bracht, als verkondigde men de meest
onomstootelijke dingen en de meest
waardevolle waarheden.
Deze versleten leuzen staan een
nuchtere beoordeeling der wijziging
van het tarief in den weg.
Men zegt bijv. telkens weer: de
verhooging zal het leven duurder
maken. De drie procent wordt op de
waren gelegd en dan nog meer. Want
deze verhooging wordt door een ieder,
die bij den handel betrokken is, met
een paar procent vermeerderd. Reeds
werd gezegd, dat de Tariefwet be-
teekende duizend opcenten op de
inkomstenbelasting.
Dit vertoon van zekerheid is noodig,
omdat de stelling zelf zoo voos is.
Het is moeilijk de gevolgen van
een tariefsverhooging te bepalen. Er
zijn zeer vele factoren, die tot de
prijsbepaling meewerken. Gewoonlijk
zijn zij zelfs lang niet alle bekend.
Men komt telkens weer. in weerwil
van de voorspellingen der deskundi
gen, voor allerlei verrassingen to
staan.
Maar dit is wel zeker, dat er
voorbeelden genoeg zijn van een
verlaging der prijzen bij verhooging
van het tarief. Minister Colijn wees
op het gebeuren in Amerika na de
invoering van het sterk protectionis
tisch Pordney Me. Cumber- tarief.
Men vreesde een prijsstijging. Het
werd een prijsdaling van ongeveer
drie procent.
Natuurlijk kan men hier niet zeg
gen, dat die daling kwam tengevolge
van de tariefsverhooging. Maar zij
werd er in elk geval niet door ver
hinderd.
Het is verstandig hier niet met
zoo groote zekerheid te spreken. En
het maakte een haast komischen in
druk, als men vooral de heeren van
den Vrijheidsbond met een geweldig
aplomb telkens hoorde voorspellen,
wat de gevolgen na van deze, dan
van die verhooging' zouden zijn.
Ook bij een fiscaal tarief is het
niet onmogelijk, zelfs zeer waarschijn
lijk, dat de inporteur de verhooging
voor zijn rekening nemen zal.
In de kamer werden verschillende
treffende voorbeelden genoemd, die
daarop wijzen.
Wij komen nog wel eens op die
voorbeelden terug.
Maar thans kan reeds wel gezegd,
dat de stelling: alles word door de
tariefsverhooging duurder, in waar-
shg de huishoudster in het verheugde*
maar betraand© gelaat zag. Maar ite was
weiricelijlk: niet in staja,t d ieis medetedeel®!n,
ein Ét' kon dat ook niet doen: zhndar! dal-
gein© in gevaar te brengen, omi hetwelk
te beschermen Ét mijhe gevoelens zoo
veel geweld aandeed .om het huis La ven-
laten. Ik bedoel het leven en welzijn van
2'jjln efeenaar, juffrouw Daniels."
„Hal wat is dat? ziedde de heer Blake.
„Het was dus om mij !t© reddenj, da,t gij'
en- in toestemdet hen te volden?"
„Ja; wat ztou m-ij anders tot z;ulk eene
daad hebben gebracht? Zij, konden mij
gddood hebben, ik had er mijl niet om'
bekommerd; maar toen 'zSj- begonnen bei-
dreigingen tegen u te uiten
„Mevrouw Blakef," riep juffrouw D«-
nieils uit, terwijl zij- de -opgeheven1 hand
hareir meesteres g'reep' en w-eeis opi ;een-
Jiillteiefcen, dat den blanken arm- -.even
h-ov'efa den p,0ls licht ontsierde.
vrouw Blake, wat is dat.?"
Ee,n donke-re blos. de eerste, dien ik
op haar ongewoon bledk gelaat hadl ge
zien, klemde een 0ogenblik hare wangen
en 'zij scheen te aarzelen.
„Dat was eir niet, toen ik u het laals-t
gezien heb, mevrouw. Blake."
„Neie-iï," was het langzame antwoord
„ik zag mij dien nacht gedwongen mlii-
heid omgekeerd evenredig is met
de zekerheid, waarmede zij telkens
weer word uitgesproken.
Niemand zal zich dan ook allicht
door dit vertoon laten misleiden.
Op den 22sleu Zondag na, Pinksteren.
•Epistel v. d. H. Paulus tut idle Philipipijitfen
I. 6—11.
Broeders! wii' ib-etrouweii op- den Heer
Jesus, dat hij. die het goede werk' in u
heeft begonnen.'hel ook zal' vo-kiloden tot
-op d©n dag van .Jesus Christus; gelijk'
het biffijlk is, dat ik' zulk een gevoelen van
u allen heb want ik draag u in mijh hiart,
bijl mijne boeien, bij. de verdediging- en
bevestiging van het Evangelie, u, die
allen deelgenoolen vain mijne vreugde zljt.
Wa-nt God is mijn getuige, hoe zieer ik
n. allen bemin, door de inwendige liefde
van Jesus Christu-s. Dit bid ik ook, dat
uwe liefde meer en meer toename in
wetenschap en in alle kennis, opdat gij
nioogt onderkennen, helgene bet beste is.
teneinde gij, oprecht en z-'onder aastoot
zïjn tot den dag van Christus, vervuld -miet
de vruchten d'er rechtvaardigheid, door
Jesus Christus, tot eer en lof van. God.
Evangelie. Mattheus. XII, 15—21,
In fJit-n tijde gingen de Fari-zteërs hene.i
eln hielden raad. lioe zij Jesus in zijiie
woorden zoude® vangien. En zij zonden
hunne leerlingen met eeliige H-erodianen
tot Hem, en zeiden: Meestori wij weten
dat Gij oprecht zijt en den weg Gods, naar
waarheid leert en niemand otntziet, dewijl
Gij geen acht geeft op- het aanzien der
m.eaisehen. Zeg. ons dan, wat duhlkt U.
is het geoorloofd den keizer cijhs te
betalen, of aj_et? Dan Jesus kiende hunne
boosheid, en .zteide: wat toetst gij mij, gij
geveinsden 1 toont mij den ciispienrifng. En
zij vertoonden Hem eenen tienlin'g. Eb
Jesus zeide hun: wiens beeld en op
schrift is dit? Zij zeadem hem: des Kei-
zlers Toen zeide Hij hun: geeft dan den
Keizer wat den Keizer toekomt, en aan
God wat God toekont.
WAT ELKE MAAND TE [1JOEN GEEFT
(le helft November).
Alle hens is op 'tdek. Ikl bedoel: bij
goeld weer zljjh alle werkkirachten op
-den akker drak'k bezig) met het oogsten
,van de suiker- en voederbieten. In onze
streek vallen m z'at-r mee, zoodat na hel
verbruik der knolle-n, die er niet veel
-4jh, -di.e veehouder straks niet verlegen
zit. In deize maand wordt het oogsten
voortgezet en komen ook de knolrapen
aan de beurt; na de bieten en devworlelen,
omdat ze 'béter tegen de vorst kuhnen.
Met het 009; op- (Ut laatste, en dewijl zlij
licht verf>roeien, moet de bewaarplaats
luehtisl en koel éjju. Gaat men tot inkuilen
over, dan geschiede dit in smalle hoopen,
Welkle gedekt worden met stroo, waarover
een dunne laag aaide. Iüiorrapen laten
zich in 'tyooijaar niet zoo langl bewaren
als de 'bieten; men zoige voor doelmatig©
luchtverversching'. Zoowel voor bieten als
voor knolrapen gleildt, dat -zte des te duur
zamer zijn naarmate het gehalte aan droge
stof glrooteT is. De een-a soort duurt dus
1 angler ddn dei andere, en hiermede hoiuiie
meln rekening m:et het voederen. De
tainst duurzame, dus de wa,terrijfe3te.
vervoedere men eerst ©n houde mem het
dichtst bij! de hand. Ook del wortels, dia
nu nog in dein. grod zitten, moetehi er
uit. Men kan ze inkuilen ais fcnqliapati:
- ook hier ziorge men yoor een g-oecle venti
latie, want wortels rotten licht. Luchtig
,e-n koeil bewaren is daarom- ook' een ver-
eischte. Heeft men in schuren of! kelders
ruimte genoeg, dan kan men zie daar in
dluune lagen uitspreiden, liefst met droog
zand er Lusschen. Op gelijke wijz© kan da
huismoeder doen, welke 'daartoe ook een
kist of diecpen bak' kan gebruiken. Ook
■het wortelloof is ais .veevoeder gtescliiukt.
mits niet te veel per dagi; ook dit kan
worden .ingekuild. Hoovec-1 men van ge-
■noelmda wortel- .en knolgetwassen m'a!p|
voederen? Van wortelen, welk-e in "t bij
zonder voor veulens en paarden -zijn
-aan te bevelen; tot 10 kiloi pep dag p-er
P-aard; en tot 30 kilo voor melkvee. Van
knolrapen aan melkvee niet meer dan
10 kilo .per dag. omdat anders melk en
boter licht den onaangenameb knollen
sm-aak kunnetn krijgen.
Van voederbieten tot ongeveer 20 kilo
per dag en p-er dier; byi grooterei hoeveel
heden -zou de voed-eiing minder voordee-
lig kunnen zijn. Met mangels Kaïn' mén
•gaan tot 30 kilo, van suikerbieten geve
zelf een wondje toe le- brengen. Het is
niets; spreek er niet over."
_„'Ne|en; -Luttra, -daar kan ik het niet
bij laten," 'zleüde haar echtgenoot, naar
haar toegaande met een vriendelijk gebie^
déiiden -blik. „Ik moet. niet alleen dat,
weten, maai' ook al d'e andere gebeurtez
nissen van dien nacht. Hoe hebben zlij
n bereikt in d'e schui-l-pilaafs, die! gij gë-,
vonden had.t?"
„Ik geloof," zeide zijl op een zachle-n
toon, waarin etene onbeschrijfelijke smart
lag, „dat 'zijl mij- niet zochten, toen zij
't eerst uw huis binnendrongen. Zij! hadt-
den gehooid, -dat gïj een rijk man waart,
eln het gezichtvan die ladder, die tegeni
ddn nieuwen vleugel stond, was te veel
voor hein. Inderdaad ik weet, dat zijl ge-
komein zjjjn met ,het doel opii te stelen,
want zij hadden de-ze kamer tegenover
uw- huis gehuurd eenige dagen voor zij
eene poging er toe waagden. Gijl beigriiDt,
,zij waren bijna zonder gelid; en ofschoon
zij wat begrarien hadden in den kelder vanl
heit oud© huis in ^Vermont, durfden z|ij| de
stad niet Ven-laten om- het te liaien. ivfijn
broeder was echter verplicht dit later
toch te doen. Het was een© verrassing
voor hein mij in uw huis tel 'zien. Zij had|-
den het dak van den nieuwen) vleugel bei-
reikt, en lichten juist een tip op van het
in©n evenwel hoogstens 1-2 a 16- K|.G. Mest-
koeien mogé'n wel wat Uiteer htebbten;
paarden daarenteglen dien-e jnten matige
hoéveelh'ed-en .toe; voor dteizte zijn worte
len beter, o.a. om hun hboger eiwitgehal
te. Mangels en bieten zijn te vterkieieri
boven fcnol-len; ontvangteri de dieren bi)
de knollen niet vrij, wat krachtvoer (eiwit
rijk vo©r) dan .vermageren z'e sterk; ook
worden melk en boter door den knol-
lensmaak minderwaardig1.
In -den tuin: Nu het blad valt. ver-
ziamrde m:en dit voor de broei-erij: en de
bakken: eikenloof is het beste, het gle-elt
da meeste warmte en Mer, als het Ver
teerd is. de beste aaide. Hark het zooveel
mogelijk bij -droos weer, anders rot het
SDO-edig en geet ook minder warmte. -
Dun ,uw wortelion, welke -in den b'ak
hoven den grond konjeii. Haal uw Br.ua
selsche Witlof .en Cichoreiwortelen üit
den grond, voor delze hard worden Van da
vorst; snijd het loof boven den, grond, al
en kuil' het in op .rijtjes, met aarde op
elke Tij-. Bij sterke vorst met wat loof
dekke-n! Bewa-ar uwi appels en neien
o,p droge, vorstvrij'e zolders; de kelder
is meestal niet droog genoeg en te warm:
Zoo mogelijk, breng uw Cofeu'ssen in
de warme kas tot het voorjaar. Uw
Fuchsia kunt ge, al-s ge geen bak of ka3
hdht. in een vorstvrijen kelder bewaren
eerst het jonge lot, dat den matsten zomer
eeg'ioeid is, op twee leden na insnjjdeii.
in iden winter iteen water geven. Mest -üu
uw gazon of grasveld; koe- en paaiden-
mest -door elkaar gewerkt, regelmatig uit
strooien, zoodat het gras ongeveer bedekt
is. Dit werkt beschermend tegen de vorst,
en is ook goed voor den groind. Diek' uw
ro-zéin: knip eerst bladeren en bloem
knopjes weg; maak den stam1 los en
buig hem tot. den grond; graaf daar sen
kuiltje, diep en groot glenoeg om de- kro-on
ör in te berglen. Dek deze toe mét de
uitgeworpen aarde. Struikroaen aanhoo-
gefn met bla-d of turfstrooisef.
(VI. Crt).
VLAAMSCHE TOMATEN-RECEPTEN.
TOMATENSOEPEN.
Eerste manier.
Ajuinen hrninén ih vet of boter, aanTegr
gein met de noodige hoeveelheid water of
bouillon, aardappelen, prei en de tomaten
«rof vaneen gesneden bijvoegen, alsook
oen snede brood en een laurierblad. Lateuii
gaar koken, doorstekten, peper (cavenne-
peper). zout en desverlangend kerry bijt
Voêgén en nog eens laien dooikoken'.
Tweede manier.
Botert bloem, peper en zlout in een^kom
schikteln, op- -'tyuur zte'ttén al roerende
aanlengen met water of bouillon. Torna!
tclapurée bijvoegen, alsook tapioca. :en
e'n vleescbhalletjes en, naar veitiezen
een glas madleirawijn.
©stoofde of gebakken, tomaten,
De tomaten in een kom of braadpan
schikken in-gesmolten boter of vet; peper
en zout aan toevoegen. In den oven, laten
bakken of in een gedekte kom' nevens
het vuur laten g|aar stoven.
OctileVuldei 'tomaten
De tomaten uithalen, vullen mét be
werkt en glehakt vleesch; met een stukid
boter beleggen en ii; den oven laten
hakken. („Centrum")
HUISHOUDELIJKE WENKEN;
Wanneer eieren gekneusd, zijn, kan'maa
niet koken zonder een deel van bet
wit. te verliezien.
Men kan dit beletten door aan het wate'i
eten lepeltje 'zout toe ie voegen.
Wanneer een tafellaken begint te- veri
siyjen. zoo -dat men het niet meer gebiujj-
fceh -kan, moet men yan de beste- stukkien
dageiykscbe servetten of wel' vingerdoek
jes maken. Men heeft slechts de ran-dan
om te .zoomen. Van d|e minder go*Ia
stukken kan men 'zachte stofdoeken en'
wiijfdoeken maken, die ide moeite vah 't
zoomen best waard zjjn. Van oude katoe
nen lakens m-aakt men behalve stofdoe!-
kon ook aaiipakdoelijes voor de pannen,
door z© v-ieidubbel opi elkaar te sliÖcfen er
«v eten lusje aau te maken voor 't ophan-;
gen. Van oude badhanididoéken maakt men'
handige wascbbandscboentjes.
Ean best middel om kammen schoon te
maken is ze te reinigen met oude ,nie(f
m'eer eiebruikte tandenborstels rn-et geest
,yan salmiak in wat lauw, water. Naspoelen
mlet schoon water.
Geprepareerde bloemen ©n bladeren, diq
gordijn, dat ik .voor het open vensjer
bad neergelaten ik doe altijd. Het vens
ter open e-enige minuten voor ik mij! ge
reed maak te gaan slapen toen fkf op
stond uit den stoel, waarin ik had ziftten
Peinzen, en het gas omhoog draaide. Ik
was heizigl mijn haar uit te kam|mlen, en
zoo herkenden, zjj mij natuurlijk terstond.
Onmiddellijk gaven -zij een geheim; teeken,
dat ik, helaas! maar al te goed berkande-,
en bevalen my, terwijl zij neerburkteini.
'het licht uit te -doen, opdat zij veiligl
kon-dein binnehkomab!. Eerst was jk' te
zeter ontsteld om de gevolgen van mijn©
handeling in te zien, 'eb met de vage ge
dacht©. dat zij mijne schuilplaats hadden
ontdekt en glékomen waren omi mijl raad
t-n bijstand te yexleenen, deed ik, wat zij
Zeiden. Terstond lichtten zijl bet Sordijn
op ©n kwamen binnen, terwjjl ihunna
groote gestalten dreigend en onheils-peF
lend uitkwamen bijl het zlwaikke ljcht van
da verre gaslantaarn opi de straat.
„Wat wilt gij?" waren mijne eersta
woorden, göuit met 'eene steim, die ik bjjina
niet als de mijne kon berk'ennien, waarom
sluipt gij zoo naar mij toe in den pacht
en door een open venster vjjftigj voet vap'
den grond Zijt gij niet bang, dat men u
z'al ontdekken en terugsturen naar de
gevangenis, waa-raff gij ontsnapt zijt?!'
Smaakt het niet, bestje anten?
Smaken wel', maar miserabel 1 1
„Janl, Jan! riep juffrouw Meijer haar
man toe, „ik hoor een inbreker ben®-
dienl"
Jan sprong,: snel hst bed uit, kleedde
zich in allerijl aan en vloog; de kam-er) uit.
Toen -het een paar minuten still bleef,
riep juffrouw Meijer: „Jank Jan. wsax
bén jé?"
„Hiel' ben ik."
„Wat ben je op de vliering? Wat doe je
■daar?"
„Je Zei toch dat et boneden een inbre
ker was?"
„Maar jufrouw, kunt n; dan absoluut
uw k©us niet makeu? U lrefbt nu al Cor-
p-eiHe, Hacine, Molière; alletoaajl be>-
roemd© dichters."
Klant: „Dat is wel1 zlool, maar ziet u,
die klassieke dichters zju-Uen z'oo slecht
uitkom-en' bij mïj-n moderne antóublement."
'T WAS TOCH EEN VAN DE DRIE.
Onderwijizet; „Wie liet Rome in brand
steken?"
Leerling): „Hector."
Onderwijzer: „W-el' neenj, hoe kom ie er
hij?"
.Leerling: „-Care,"
Ondeiwijzei-„Maar hoe Heb ik het nu
met je?"
„Leerling:: „Dan w,as'bet Nero; in elk
geval één van de honden vah! m-'h' buur
man."
HET NOODZAKELIJK GEVOLG.
Pietlersens hebben een auto tegen
woordig. 1
Ja, Z'e cha,uffeeren aTejniaal: pa;. de
drie z'oons en de vier dochters:.
En wie beeft dein wagen bet meest?
De reparateur. r
stoffig zijn geworden, krijgt -men schoon
door z'e in een neteldoeksche lap te wikL
kal'en en dez'e boven de stoom van kokend
water te houden.
Wit pluche kan men weer keurig trisch'
doen uitzien, door bet terdege met meel
in te wrijven en bet meelt er daternal Weet?
nil te Moppen. Het meel daan-oor glel-
bruikt moet heel droog zijn.
Roestvlekken verwijderen door de vlek
geregeld in ie wrijven met citroensap ©n
ziout.
Een jongeman y#n vïer-en-twintig iaar,
die met zijn moeder te Bagïiotet, een .voor
stad Van Parijs samenwoonde, beeft Maan
dagochtend Zjjn ruoeder, doodgeschoten en
in idlgu loop iv_ain dein dag ook (zich Sjelf va,n
het -leven beroofd. Van de aanleiding tot
deiz.© Verschrikkelijke daden is! niets be
kend. D:e beide slachtoffers: leefden heel
rustig, vow voover bujen .weten, in- goede
verstandhouding. Zij' verkeerden, Jn groote
nooddruft.
Charles .Gates Dim
Iedereen in Europa, kent den naam van
dein thans gelkozlen vice-president der Ver.
Statein, WaJ't bij is de man yan Hetl pla'a
dat de gronidstag werd yan de internatio
nale samenwerking to-t reconstructie vah
betel Europa en tot oplossing der Ruitsche
scha-devergoedingscpiaies-tie, Ids,' vau ide -po-
litielk. Dawes heeft -zich -ook in deze laak
gtetoond als eten mten-van-zakeh bij! uitstek
D© oud brigadier-generaal, belast met bet
nikooipein voor liet Amerikaunscixe exnedi-
tiedeger in Fiankrijsk, de directeur vkiï
h©t federal a begrooiingsbureau, de voor
zitter van die sub-commissie v|an de i «1-
lieerde Commissie yan Herstel, de slchrijl-
Ver Van een aantal economische "werken,
is een rusteloos werker, een man Va|u Vten-
bluffend doorztettingSvermogeu, een rede--
naar met vuistslag-en en paradoxen, dia
rijn tegenstandiers afe het hem- IriJsfj, opieet.
ofwel 'ze .minachtend links laat liggen' sd
die daarom- Idoor die tegenstanders ook
vel de Amerikaanse he wouldb&Mus'soljni
genoemd woidt. Hiji past ais- realist goed
naast Coolidge, wien bij', naar som-migan
melenen, met zljjn .st-erken geest .zelfs zal
bciheepscben. D-azie rijke bankier-polbitï-cu's
musiciuisi heelt den leeftijd berei-kt van
59 jarein. T -
Hun antwoord deed mijn bloed verstil ven
eb bracht mij tot bezinning yan, wat ik
gedaan had door aJdus twee ontsnapte
gevangenen toe te staan een buis' bin
nen te dringen dat hiet hat mij'nle was.
„Wij hebben geld noodigt en wij zijn
voor niets bevreesd, nn gij', hier zijjt." Én
Wonder zich aan mijn uitroepi van af
grijzen te storen, deelden zij mij koeltjes
méde, dat zij zouden blijven wachtten',
waalr zij, waren, tot iedereen ju huis sl'.iep
fln dan van mij- verwachtten, dat ik
hun den weg wees naar de zilverkast,
of wat nog beter was, de brandkast, of
waar het -ook was, dat de beer Bltek'e, rijn-
geld bewaarde. Ik zag; dat zij| mij yoor
eene dienstbode hielden, wat ik werkelijk
ook was; en ©enige oogeniblikkien gelukte
het mij nog d-ie positie iin bun; oog te
•behouden. Maar toen z'jj. jn eene plotse
linge uitbarsting van woede by' mii-ne
Weigering hen te helpen; mij: -ferzlijde
stieten en naaa- de deur snelden met de
blijkbare bedoeling naar beUedea te gaan
ve«ga.t ik in mijn angst, allé voorzichtig?
beid en smeekte hen dringend, niemand
in dit huis leed te doen, want bat wals flat
,van mijn echtgenoot. Natuurlijk 'haddeze
-onthulling de uitwerking, die te voor
zien was.
_L CSBojdt