ioes Tweede Blad ide Bessen. HJRANT VRIJDAG 31 OCTOBER 1924 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Buitenland nderdeit lans 36 1 FIETSEN in van Uit de Pers Voor onze vrouwen. Gemengd Nieuws. Het hoekje van humor. Voor de Keuken. 462-60- i 0 |E. 75-34 STEÏV. tellen FRANKRIJK Dc Fransche Katholieken blijken, geheel anders dan in de dagen van Combes, gereed te wezen voor den strijd, die hun door Herriots regee ring wordt opgedrongen. Een mede werker van een Vlaamsch blad schrijft daarover Het is een verheugend verschijnsel alom te zien, dat de katholieken dit maal nauw aangesloten, gereed zijn tot het uiterste den strijd te voeren om hun rechten te verdedigen, de godsdienstvrijheid te verzekeren. Tal van vereenigingen zijn in het leven geroepen om in geheel het land door woord en geschrift, zoo noodig door handelend optreden de uitdrijving van de religieuzen te beletten, de invoering der leekenwetten in Elzas-Lotharingen fe belemmeren. Wij hebben in meer dere gesprekken met geestelijke hoog- waardigheidsbekleeders, onder andere den bisschop van Lourdes, Mgr. Schoepfer, de overtuiging gekregen, dat niet straffeloos de regeering een geloofsvervolging zal ontketenen. Een der vereenigingen, die het meest op den voorgrond treedt is de federatie van priesters, oud-strijders uit den wereldoorlog. Aan het hoofd staat de onverschrok ken afgevaardigde van de Gironde, de krachtige en innemende Pastoor van Saint-Emilion, Abbé Bergey. Wij hebben hem op onze thuisreis van Lourdes opgezocht in zijn woning te Saint-Emilion, dat schilderachtige stadje in de nabijheid van Bordeaux, wereldvermaard door de konings druiven die er rijpen, niet minder bekend helaas door de godsdienst oorlogen, die er in den loop der eeuwen zooveel verwoestingen hebben aan gericht. Hij heeft ons op de meest hartelijke wijze ontvangen en ons gesproken over de politieke toestanden van het oogenblik en de redenen, die hem gedwongen hebben uit de stilte van zijn landelijke parochie te treden in het openbare leven; zich, met volle instemming van het Fransche Epis copaat, aan het hoofd te stellen van hen, die priesters als hij zelf, hun leven in de waagschaal hebben ge steld om het vaderland in den oorlog te verdedigen. Mijn verontwaardiging over de plannen der regeering, zoo zeide hij nog, is ten toppunt gestegen. Ik ben niet de strijdlustige, gelijk velen het doen voorkomen. Gedurende de verkiezingscampagne heb ik zelfs aan mijn bestrijders gezegd: ik zal den naam niet onthouden van een minister-president, hij moge dan Poin- cpré, Briand of Herriot heeten, ik zal hem mijn steun geven, indien hij voorstellen doet, volgens mij n meening, gericht op 't waarachtig belang van ons land. Niemand trouwens in mijn parochie twijfelt daaraan, waar ik steeds de eenheid heb gepredikt. Maar de droeve bedreigingen tegen ons geuit, de ver volging der geestelijke orden, reeds begonnen, dwingen mij tot verzet in het Parlement en daarbuiten. Een heftig protest moet alom weerklinken. Wij priesters en religieuzen zijn terug gekeerd uit den oorlog in het besef ten volle recht te hebben op onze burgerlijke vrijheid, aan ieder staats burger wettelijk verzekerd. Wij willen dat voor goed een einde komt aan de vervolging van een deel der be volking, die zijn plicht heeft vervuld in uren van gevaar, ondanks het onrecht hen aangedaan. Ik wil tot het einde toe de hoop bewaren dat oprechte vaderlandsliefde de partijen der linkerzijde tot inkeer zal brengen. Maar indien de regeering de geeste lijke orden opnieuw wil verjagen zul len de troepen aanrukken om hen te verdedigen. Wij zullen desnoods over gaan tot daden, waarvan de gevolgen nog niet zijn te vermoeden, maar ons opgelegd door een regeering, die ons aantast in het heerlijkste dat wij bezitten, de vrije uitoefening van ons H. Geloof. Onze federatie, over geheel Frankrijk vertakt, staat gereed met steun van alle weidenkenden, de regeering te bestrijden, indien zij onze oud-kame raden, met wie zij de gruwelijke oorlogsjaren in de loopgraven hebben doorgebracht, uit hun stille klooster cellen verdrijven. Genève. .Voor het eerst heeft Genève een werk van ingrijpende betee- kenis verricht. Het gaf een vasten, jnridischen vorm aan de denk beelden, door Pans Benedictus XV geuit"- Prof. G. W. Kernkamp schreef onlangs in het weekblad „De Amster dammer" In de mooie redevoering, waarmede de voorzitter van de vijfde Volken bondsvergadering, de Italiaansche Zwitser Motta, de bijeenkomst heeft gesloten, herinnerde hij aan de vre desboodschap van Paus Benedictus XV op 1 Augustus 1917. Dat wil zeggen: aan een bepaald gedeelte van die -boodschap. Want zij had tweeërlei strekking: een eind te maken aan den destijds gevoerden oorlog en het uitbreken van een nieuwen te voorkomen. Om het eerste doel te bereiken, gaf de Paus de voorwaarden aan, die naar zijn meening als grondslag van de onderhandelingen zouden kunnen dienen. Zij kwamen hierop neer: herstel van den toestand van vóór Augustus 1914; van Duitsche zjjde dusontruiming van het bezette gebied in Frankrijk en algeheele ontruiming van België, met waarborg van zijn volledige politieke, militaire en economische onafhankelijkheid; van de zijde der geallieerdenterug gave der Buitsche koloniën. Over alle andere kwestiesElzas-Lotharin gen, Italiaansch Oostenrijk, Polen, de Balkanstaten, Armenië zou min nelijk overleg gepleegd worden. Als algemeene regel zou geldengeon schadeloosstelling. Hoofdzakelijk omdat de entente de hoop nog niet had opgegeven, betere vredesvoorwaarden te bedingen, bleef de boodschap van den Paus zonder uitwerking. Dus ook het tweede gedeelte ervan, dat een programma voor de toekomst aangaf. Dit programma bevatte: een ge lijktijdige vermindering van bewa pening; de instelling van arbitrage „methooge vredestichtende werking" sancties tegen den staat, die zou weigeren zich aan arbitrage te onderwerpen of de beslissing ervan te aanvaarden. Zelfs tijdens den oorlog waagde geen mogendheid het, deze beginselen te verwerpende Duitsche regeering betuigde hare „bizondere sympathie" er voor. Maar zij waren nog „buiten de orde"; aan de orde van den dag stond toen alleen: het winnen van den oorlog; de verwezelijking van het ideaal: vrede door recht, kon aan de toekomst worden overgelaten. „De verwezelijking van dat ideaal," zoo schreven wij in September 1917 „zal niet geschieden door de reegee- ringen van nu, ook niet wanneer zij er in het vredesverdrag een kniebuiging voor maken. Of het ge deeltelijk vervuld zal worden, hangt af van de vraag, wat de volken uit dezen oorlog geleerd zullen hebben en hoe lang de les hun heugt." De besluiten van de jongste Vol kenbondsvergadering (het protocol van 2 October 1924) wettigen de hoop, dat de oorlog niet voor niets is gevoerd. Nóch door het grondver- drag van den Volkenbond, nóch door het statuut van het Permanente Hof van Internationale Justitie werd de verplichting opgelegd, alle internati onale geschillen aan rechtspraae of arbitrage te onderwerpen. Dit is thans geschied. Voor het eerst heeft Genève een werk van ingrijpende beteekenis verricht. Het gaf een vasten, juridischen vorm aan de denkbeelden, door Paus Benedictus XV geuit. SCHOOL EN HUIS. In een Eng'elsch vrouwenblad J$!s ik yolgende behartigenswaardige wenken om trent de samenwerking van school en Luis. Nu de vacantia weer omi is', vraagt de school en alles1, wat daarmeö te niia- ken heeft, dikwijls de aanidaóht der moeders. Het is verkeeixl, dat de ouders alle .veiranlwoordd'jjfeheid1 van onderwijs, op voeding, gezondheid en succes' .op da school schuiven. Er ikan héél veel goed's héreikt worden, wanneer ouders en on derwijzers samenwerken in dez© belang rijke jaren, als beiden maar eens goed na denken en goéd willen. Be school moet allereerst orde en, stiptheid eischen en in iedere huishou ding, waar schoolgaande kinderen zïik moet men zich hiernaar voegen. Dat Vraagt van de moeder en huishoudster een stage oplettendheid, W&nt de kinde ren moeten niet alle an op t ijd] op school z^jn, zïj moeten ook in een, goede conditie wézien: uitgerust, f'risch en flink. En be halve de neiging (of de zwakheid), om de kinderen te Iaat op te houden, wordt er in vele 'gezinnen veel te veefl aah pret jes gedaan, in "t gezin of buitenshuis', 'tlsvoor de jonge meisjes, die nop! school gaan, niet goed, allerlei fehsten mee te maken, opera, schouwburg) on bioscoop te bezoeken, maar 'tis oqk njet goed, dat Ze zelf optreden in stukken voor iiefhebberjjdooneel, waardoor haar aan dacht en inspanning' wordt .v.ereischt, welke izte ,voor de studie reeds zoo- noodig hébben. De .verstandige en liefhebbende moeder zal zulke krachtverspülin^ legen- gaan. Liefde en inzicht is voortdurend noodig gedurende de schooljaren iu aL de verschillende faz;en Van hét kinderleven. Een van die perioden is, wanneer het meisje 2ich gaat voelen in haar waar digheid en dikwijls de ideeën van de school stelt tégenover de opvattingen; van. thuis. Is lie ondeugend ens schran der, dan Iz'al zij, de onderwijteeres tegeni de moeder opzetten en in die botsing leörem het gezkg te verlachten, of: ten minste het niet te achten. Dikwijls wordt in de latere schooljaren het kind een andere persoonlijkheid voor de ouders De lastige dochter is dikwijls 'n volgzame en uitstekende leerlinge, an omgekeerd!, het kind dat thuis Vriendelijk en gemakkelijk is, blijkt op, school' weer spannig en onhandelbaar. Het begrijpalid vergeven en hartelijke belangstelling slijp dan noodig om het jonge karakter niet ia een verkeerde richting te doen groeien Het is een voordeel van de dagscholen, dat de ouders meeleven met de intellec- tueeie ontwikkeling' en belangstelling. Ook hierbij is de samenwerking van ouder# en onderwaters yan zoo groot belang, om ;het kind te doen begrijpen, dat zljjln schooljaren do .voorbereiding 'zijn. van het latere leven. Met alle bezwaren is toch bet school lieven, dat een proote wereld is tegen over het veilig' omsloten thuis: voor het kind' zoo goed. Het onpersoonlijke getag, de onpartijdige beoordeeli'ng'en, de ver. scheidenheid van makkertjes, maken de school tot een echte „oefenschool" des levens. Het individu beg|i,nt het geheel te begrijpen, en, ofschoon, het kind lang het middelpunt blijft van zijn eigen wereldje, ontwaakt toch het bewustzijn: Ik wordt tut Wij, Mijn verandert iu Ons. Maat schappelijke deugden worden gevraagd naast de persoonlijke en ;het kind leert als als vanzelf: zelfbedwang. Voor het nor male kind is dit niet moeilijk. Het ver heugt zich evenzeer over zj'n nieuwe plich ten als over zi'n uieuwte rechten. Het voelt een nieuwe waardigheid, voelt zich vrij van de wetten der kinderkamer. De kin deren ow d'p tr'erliiko hedenidlaaïisc'hel scholen vindesn spoedig) 'hun eigen weg, hun eigen plaats en de puntige hoeken van hun karakter worden ongemerkt ge slepen. Wanneer do moeder ma!ar oplettend en we.ekzlaam as, bereid ami ^n'et de school mede te werken, wanneer de onderwijze res zich het huiselijk leven van li'et kind1 indenkt, en de uitgestoken band uier! moeder gretig grijpt, zal het kind! van delzte g lukkjge s imetivVerkLg onbewlast d rijke vruchten pluikken. - i.ma Bloemen- en Plantenverzorging. Geen vrouw en geen huis zonder bloemen of planten en het verzorgen dat de vrouw als het ware in het bloed zit, zal bij het bezit er van ook hier toe uitstrekken, even geregeld, zorgvuldig en nauwkeurig als die van alle andere dingen. Wenken voor deze verzorging zullen dus nooit onwelkom zijn. Om afgesneden bloemen lang mooi te houden wordt in het water een asperine-tablot opgelost of een weinig salisylpoeder, terwijl iederen dag een stukje van de stelen wordt afgesne den opdat de bloem meer water kan absorbeeren. Om deze zelfde reden worden de stelen zoo schuin moge lijk afgesneden. Zijn door het staan in de zon of door het lang in de handen dragen, de bloemen slap ge worden, dan kunnen ze weer frisch en stevig worden gemaakt door ze in kokend water te zetten dat dan tegelijkertijd wordt afgekoeld. Kamerplanten moeten-in het licht staan, zonder echter direct aan de zon te worden blootgesteld. Men plaatst ze dus niet op vensterbanken waar de zon op brandt en evenmin in kamerhoeken. Een tweede eisch voor het hebben van gezonde kamerplanten is zuivere licht. Overvloedige'tabaks- rook en kooklucht worden dus van de planten zooveel mogelijk verwij derd gehouden. Het van water voorzien moet met zorg geschieden. Meestal sterven kamerplanten aan te veel water. Als de bovenaarde vochtig aanvoelt heeft de plant geen water noodig, eerst als de aarde droog en korrelig aan voelt kan ze van vocht worden voorzien. Men kan dan tot aan den potrand vol gieten. Dit heeft tevens het voordeel dat ook de onderste aarde met het vocht wordt doortrok ken, terwjjl wanneer men iederen dag een kleine hoeveelheid geeft, alleen de bovenste laag wordt be vochtigd. Als het water direct weg zinkt is dit een teeken dat de plant te los in de aarde staat of dat er gangen van wormen door de aarde loopen. Men drukt dan de aarde stevig aan en geeft opnieuw water. Het stofvrij houden der bladeren geschiedt door begieten. Vindt ge aan de achterzijde gele stipjes of vlekjes, dan zijn dit meestal dop- of wolluizen. Ze worden verwijderd door de blade ren af te sponsen met een oplossing van zachte zeep, waaraan 5°/0 oplos bare carbolineum is toegevoegd. Met zuiver water wordt de plant dan nagespoten. Tegen tocht en plotselinge kou kunnen de kamerplanten niet. Als des winters de kamer wordt gelucht, doet men goed de planten zoolang op een andere plaats te zetten, waar een gematigde temperatuur heerscht. In iederen pot, waarin de plant direct staat, behoort in den bodem een opening te zijn waardoor het overtollige water kan worden afge voerd. Zorg dat de planten niet worden verontreinigd door asch of lucifer houtjes het staat onooglijk en verzuurt de aarde. Bovendien is een bloempot geen vuilnisbak. Een gouden jubileum. Vóór 1874 kon in Engeland geen vrouw een geneeskundigen graad be halen. Wel werd in 1858 dr. Elisabeth Blackwell op het toen ingevoerde medisch register ingeschreven, maar zij had in Amerika haar graad ver kregen. Zeven jaren later werd weder een vrouw dr. Elisabeth Garret in geschreven. In 1869 trachtten een zevental vrouwen, onder leiding van Sofia JexBlake, toegang te verkrijgen tot de hoogeschool te Edinburg. Toen deze poging, gedurende vier jaren herhaald, vruchteloos was gebleven, werd het vrouwenziekenhuis van Elisabeth Garret te Londen in een geneeskundige school herschapen. Dit geschiedde in 1874 en de school be staat dus dit jaar een halve eeuw. Zij draagt den naam „London School of Medicine for Women" en het aantal studenten, dat zich bij de opening liet inschrijven, bedroeg 14. Thans zijn er 380 studenten en in het genees kundig register des lands komen nu* reeds de namen van 2000 vrouwen voor, van wie 1200 haar opleiding genoten aan de London School. Vermeldenswaard is nog, wat, in verband met het vijftig-jarig bestaan dezer school, uit Londen door den correspondent der „N.Crt." geschreven wordt „De meeste vrouwelijke dokters treden in dienst van Rijk of Gemeente en worden werkzaam gesteld bij de diensten voor schoolinspectie en kinder- zorg. Vaak ook wijden zij zich aan geneeskundige zending in Indië, China of andere landen waar veel achter lijks op medisch en hygiënisch gebied om verbetering schreeuwt. De vrouwe lijke „huisdokters" zijn nog zeldzaam. Maar met wat de vrouwelijke dokter in dit land of in dienst van dit land doet, heeft zij haar recht op haar eigen plaats in het maatschappelijk stelsel reeds lang ten volle gerecht vaardigd." („Centrum") Nog een en ander uit Engeland. Aan het Koninklijk College voor vrouwen van de Londensche Univer siteit is door Lady Meyer een leer stoel voor huishoudelijke wetenschap opgericht. Te Colchester (Essex) werd een jaar geleden voor het eerst een vrouw tot burgemeester benoemd. Er zal thans opnieuw een vrouw als zoodanig optreden. Het is de eerste maal, dat een gemeente twee jaren achtereen een vrouwelijk burgemeester heeft. De vrouw en de Rechterlijke Macht. Een vrouwelijke jurist te Weenen, dr. Marie Fischer, die aan de kinder rechtbanken werd toegelaten, trad dezer dagen aldaar op als plaatsver vangster van den ambtenaar van het O. M. tijdens diens verlof en wist, naar gemeld wordt, haar taak met tact en goed gevolg te vervullen. Zeldzame leeftijd. In België, te Lillo in de provincie Antwerpen, is vorige week de oudste vrouw des lands overleden! Zij be reikte den leeftijd van 105 jaar en was een paar maanden geleden, toen zij haar laatsten verjaardag vierde, tot ridder in de Leopoldsorde benoemd. Kroonprins Leopold was haar toen het eerekruis komen aanbieden. „Lieb Vaterland, kannst ruhig sein". Men schrijft aan „De Tijd". Het gebourde in een coupé op de lijn AmsterdamUtrecht. In een der hoeken, niet van de lijn natuurpjk, maar van de coupé, zat een jonge dame, geen bakvisch, maar een flink uit de kluiten gewassen Duitsche; er zaten ook verspreid eenige heeren in. Niets bijzonders was dit. Maar de altijd teere kwestie van de eene partij, die een raampje open; de andere, die het dicht wil hebben, werd ook hier de vreeselijke „casus belli". Psychologisch gaat het bij deze open- en dichtdoenderij niet om het overdrachtelijke dood waaien van den wind van de eene of het stikken van benauwdheid van de andere partij, maar in den regel alleen over het al of niet zijn zin hebben. In den goeien, ouwen tijd, die nooit weerom komt, sloeg je in zoo'n geval een voudig het ruitje stuk; dokte op de plaats van aankomst de onkosten van de ruit, en had het genoegen je tegenpartij zich te zien dood sjagrijnen van ergernis. Tegenwoordig is de Spoor-overheid, die hoe langer hoe slimmer wordt, zoo verstandig, behalve je de onkosten te laten betalen ook proces-verbaal tegen je op te maken. Zoo gezegd echter, het raampje was ook hier de kwelduivel. Wie van beide partijen het raamqje open of dicht wilde hebben, weet ik niet, het doet er ook niet toe, maar wel dat in een kort oogenblik de twist zoo hoog liep, dat de Duitsche den „dummen Hollander", die tegen GRAAG GEZIEN. A.Zoo, ben je geldophaler ge worden. Vind je niet, dat je dat impopulair maakt? B.Welnee, man. Ze vragen me allemaal nog 's 'n keer terug te komen. ONDERSCHEID. Mijn man is zeer regelmatig; hij drinkt 's avonds zijn twee glazen bier en komt geregeld om tien uur thuis. Bij de mijne is het juist omge keerd. Hij drinkt tien glazen bier en komt om twee uur thuis. MOEILIJK GEVAL. 't Regent ,man, en mevrouw Jansen moet naar huis, kan je haar jou parapluie niet leenen. Als ik haar de mijne geef, krijg ik haar van m'n levensdagen niet meer terug. Haar mijn parapluie leenen! Vrouw dat gaat niet. De naam van haar man staat er op. AMERIKAANSCH. De Amerikaan aan de poort van het Vatikaan: Ik wilde den Paus graag zien. Zwitser: Er is vandaag geen audiëntie. De Amerikaan: Ik heb geen tijd daarop te wachten. Vraag den Paus even uit het raam te kijken, anders raakt mijn reisprogram in de war. WENTELTEEFJES. 12 a 14 sneedjes oud brood zonder korst, '/2 L. melk, 1 a 2 eieren, 1 theelepeltje fijne kaneel, boter, zout. Klop het ei met de suiker, de kaneel en iets zout, roer er de melk door en week hierin de sneedjes brood. Zorg dat ze geheel doorweekt worden maar niet stuk gaan. Bak deze voorzichtig in heete boter bruin. Wenken voor de huishouding. SPIEGELS. Om spiegels héél helder te krijgen sponst men ze eerst af met wat wijn geest, bestuif ze daarna met wat ge malen blauwsel. Vervolgens afwrijven met een zachte doek en met een héél zachten doek nawrijven. De spiegels worden er buitengewoon mooi door. MOTTEN. Men kan allerlei middelen tegen motten gebruiken, waarvan de lucht de motten verdrijft, maar allereerst moet men zorgen dat in kleeding, of wat men ook opbergt geen eieren van motten aanwezig zijn. Daartoe helpt alleen stevig uitschuieren en kloppen. Germania durfde op te staan, aanvloog en zoo geweldig met haar mollige pootjes bewerkte, dat hadden drie volwassen mannen deze mannetjes putter niet in bedwang gehouden, zij hem, volgens het zeggen van een der reizigers, zou hebben afgemaakt. Te Breukelen werd ze „ganz amechtig von Aufregung" afgeladen en als een bundeltje goed op het perron neergelegd, en, wat ze ook al niet galant zal vinden: proces verbaal tegen haar opgemaakt. De dingen op (Fr kop zetten. Och dat is zoo erg niet! Goed meedoen, en liefhebber zijn van 'n „lekker" glaasje, 'n „fijne" flesch. dat mag toch wel! 'n Enkele keer eens wat bijzonder vroolijk zijn, van 'n lollig pimpel feestje ietwat aangeschoten naar huis laveeren, 'n hoogst enkele maal eens te moeten „naar bed worden ge bracht". och, dat is zoo erg niet Maar weet je wat wèl erg is. wat laag is en onvergeeflijk? Zich zeiven steeds te beheerschen. „Neen!" te zeggen wanneer anderen vragen, verzoeken, dringen, lokken, verleiden. Cordaatweg z'n eigen gang te gaan en niet te willen komen onder alcohol invloed. Geheelonthouding bijvoor beeld. Dat is lastig, onhebbelijk, hatelijk. dwaasheid, idiotisme. Zóó praten de menschen!„Rede neeren" de menschen. Maar met uw verlof, zóó redeneeren noem ik de dingen op d'r kop zetten. Door vrouw en kinderen vermoord. Te Béthune (Frankrijk) zijn een vrouw en haar twee kinderen in staat van beschuldiging gesteld wegens moord op den man en vader. De moeder is 50 jaar oud. De kinderen, een zoon en een dochter, zijn resp. 17 en 14 jaar oud. Volgens hun verklaring was de man dronken thuis gekomen, had zijn vrouw mishandeld en was daarna op den grond getuimeld. Daarop hadden zij hem handen en voeten gebonden en had zijn vrouw een strop om zijn hals gedaan en hem gewnrgd. Moeder en kinderen kwamen zich daarna zelf bij de politie aanmelden. -

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1924 | | pagina 5