per ons
BOEDEL
Tweede Blad
SON TRACTORS.
ag 1 November 1923
Karowski,de Nihilist.
OCTOBER 1923
NIEUWE ZEEUWSCHE COURAt
iare Verpachting
0 perceelen
EN WEILAND
lag 31 October 1®
Pei*oe©*el1
en Weilanden,
n, Rietvelden en
ndergronden,
Buitenland
FEUILLETON
Kerknieuws
Sociale Berichten.
Gemengd Nieuws.
Het hoekje van humd\t
Voor de Keuken.
ZATERDAG 20 OCTOBER 1923
i I
E. C. VAN DISSEtite
op
niddags 10 uur, te Bobs,
ins van Oranje", ten Sver-
l de Erven ven Mevr. de Wed.
(—Van den Bout, a courant
liek verkoopen
oed onderhouden
bestaande i(it
nenten, /Mahoniehouten
ire, Spiegels, Kasten, Ta-
en, Pendules met coupes,
waaronder open Haarden
eumkóchel, Gaslampen, Le-
Bedden, Mangel, Glas- en
k,;.' Keukeng-erief, Wasch-
goven en Comforen, Eta-
ke goederen kunnen wor-
ibraeht, waarvoor zich te
n bij den Vendumeester
BS.
ichtigen Dinsdag 30 Oc-
van 104 uur. 10315-32
Pri|s f1490.
APPONjHeinkenszand
BURGERLIJK ARMBESTUUR en
HUIS te GOES, ten oversten
Notaris W. VAN CAMPE»
van
emeenten 's-Heer HendrlNs-
's-Heer Arendskerke en Hein-
op
dag 8 November 1923)
■middags te 10 ure, in d?
eherberg te Heinkenszand,
;elen te 's-Heer Arendskerke
kenszand, en op
dag 15 November 1923,
rmiddags te 10 ure, in d8
an Oranje" te Goes,derp
's-Heer Hendrikskmdert».
ste hoekjes zijn van 2°
te hekomen ten kgg,
Notaris. 10iJy
taris E. C. VAN
DISS®1
zal °P .«A
o .Minne
m.
erge
soeke
rschap
lerseke'
jaren
om 9 uur te Wem»--
vandhr.M.KoBSTANW
van het Bes{jJ",arM
,de Breede We»8™
voor 7 aCiO290-31
bliek verpachten:
«Meenten rKapelle,ldinS,
Waterschap e"„3o I
n betaling van1
„De Zeeuw", de „Wartburg"
en kardinaal van Rossum.
De Zeeuw van 17 October j.l. be
vatte het navolgend bericht:
Kardinaal van Rossum op propa-
gandareis. De Roomsche pers is
zeer terreden over de wijze, waarop
de voorzitter der propagandacon-
gregatie, kardinaal van Rossum, op
zijn reis door Denemarken, IJsland,
Zweden, Noorwegen en Finland is
ontvangen. Ditgeeft „Die Wartburg"
aanleiding om te schrijven: „De
germanen van het Noorden zijn
hoffelijke lieden en een kardinaal,
komend in buitenlandsch gewaad
en met vreemde ceremoniën heeft
voor hen de bekoring van het nieuwe.
Dat de kardinaal zijn reis ondernam
om een breed opgezetten kruistocht
tegen het geloof van de Skandi-
navische volkeren in te leiden,
zullen slechts zeer enkelen hebben
geweten. En die het wisten waren
op hun hoede."
Het Luthersche tijdschrift „Die
Wartburg", waarvan in bovenstaand
bericht sprake is, dwaalt. Niet „slechts
zeer enkelen" wisten van „een breed
opgezetten kruistocht tegen het ge
loof van de Scandinavische volken"
als doel van kardinaal Van Rossum's
Noordsche reis, maar geen sterveling
en wel om de simpele reden, dat er
van zoo'n kruistocht geen sprake was.
Zooals de kardinaal in de kerk te
Reikjavik, IJsland's hoofstad, aan de
aanwezigen mededeelde, was het
doel van zijn bezoek aan Scandi
navië aan geestelijkheid en geloovigen
troost, bemoediging en opbeuring te
schenken en hen te verblijden met
den bjj zonderen zegen van den
Heiligen Vader als blijk van diens
buitengewone belangstelling in het
leven en streven der katholieken,
's Pausen geestelijke kinderen, van
Scandinavië en Finland. Ook bleek
die belangstelling in de geschenken,
die de Paus voor de Scandinavische
en Finsche kerken aan den kardinaal
had mede gegeven. Verder spoorde
Zijne EminentieVan Rossum, zoo vaak
hij in het openbaar sprak, de Katho
lieke Denen, Noren, Zweden en Fin
nen aan tot trouw aan de wetten huns
lands en eerbied voor het over hen
gestelde tijdelijk gezag.
Dat b\j den kardinaal, die op zjjn
tochten door de Scandinavische rijken
zoovele kostbare resten van het
Katholieke verleden aantrof, de wensch
opkwam, dat het daar wederom een
maal „één schaapstal en één herder"
zou worden, valt te begrijpen.
Die wensch trouwens welde ook uit
het hart van menigen bedienaar van
den Lutherschen godsdienst in die
landen en kwam in de pers aldaar
eveneens ondubbelzinnig tot uiting.
Dien wensch te hebben gekoesterd
en geuit strekt allen die zulks deden
gelijkelijk tot eere, want hij drukt de
verwachting uit, die eens door nie
mand minder dan door den Godde-
lijken Stichter der Kerk werd uitge
sproken.
Maar te spreken van „een breed
opgezetten kruistocht enz." is louter
fantazie en een pure hersenschim.
Moge „De Zeeuw" hiervan acte
nemen. Misschien wil hij wel „Die
Wartburg" op diens vergissing op
merkzaam maken.
BELGIË
Te Gent werd Maandag het studie
jaar 1923'24 van de „ontdubbelde"
Universiteit geopend. De rector,
professor dr. Heymans, hield de ge
bruikelijke rede.
Een 14-tal professoren, ongeveer
100 studenten, de gouverneur van
ui _r_
„Gelooft gij, iwiat straks onze kolc nog
beweerde vroeg een1 der meisjes.
„Wat dan?"
„Wel, weet je het niet?" klonk! het
schier ongeloovig.
„Neen!" Kudde het antwoord'.
„Welnu, luister danOnze kok en mijn»
keer hehb'en •wegéns diefstal tegelijk in
d0 gevangenis gezeten!"
„Wat zeg je?"
a eenigen tijd 't Wad een beetje-
loor twaalf versiihee.ni de kok.. Een
knecht volgde hem', op een blad een
krinigte spijzen aandragendeeen andera
knecht droeg een m'andje met wijn.
„Gaat!" klonk het bevelend, „ik zelf
zal ze rangschikken."
De meisjes en dienaars verwijderde^
z en 4e kok bleef alleen. Hij''stak'een
komloor aan, om hot' vleesoh iw|armj to
'ouden, draaide de lamp op en bromde
"auw hoorbaar: listige vos, ge zijt reeds
vergeten, hoe wij eenmaal te zamem als
allmgen arbeidden in de mijnen van SiJ
erië! Toenmaals mx>est ge een brand»
i men gaf u een1, anker,
•kwijl mij' een doodshoofd als kenmerk
era toegedadlit. Maar toen ik yand'aar
Oost-Vlaanderen, burgemeester en
wethouders van Gent en enkele parle
mentsleden woonden de plechtigheid
bij, die zonder incidenten verliep.
Men weet, dat in het Vlaamsche
land een groote propaganda werd
gevoerd, om de Vlaamsche afdeeling
te boycotten, omdat „deze geen vol
doening geeft aan de Vlamingen, die
de geheele Universiteit voor zich op-
eischen."
Deze boycot is niet zonder invloed
gebleven. Hoewel nog geen ofïïcieele
cijfers bekend zijn omtrent het aantal
studenten voor de Vlaamsche afdee
ling, is er veel dat er op wijst, dat
het allesbehalve groot zal zijn.
Zeer kenschetsend is in dit ver
band het feit, dat tot nu toe nog geen
professoren voor de Vlaamsche af
deeling zijn benoemd, terwijl aan
vankelijk was bepaald, dat deze be
noemingen reeds eergisteren in de
„Moniteur" zouden openbaar gemaakt
worden.
Men staat dus hier voor dit eigen
aardige geval, dat Maandag aan de
Vlaamsche Universiteit Vlaamsche
colleges werden geopend voor zeer
weinig Vlaamsche studenten en zon
der profs!
Na afloop der openingsplechtigheid,
waarbij de Fransche studenten vrij
wel geheel afwezig bleven, werd er
in de straten van Gent gemanifesteerd
door Vlaamsche studenten, die tegen
de z.g. „half en half"-universiteit
gekant zijn en „Gent of niet" eischen.
(M. Crt).
RUSLAND.
Kinderellende.
Onderstaand tafereeltje van een
zitting eener kinderrechtbank is door
het „Hbld." ontleend aan de Izwestia,
het bekende Russische bolsjewistische
dagblad.
De deur gaat open en een klein
meisje vergezeld van een politieagent,
treedt de kamer binnen. Zij begeven
zich naar de tafel, waarachter de
rechters en de vrouwelijke jury zit
ten. De politieagent verklaard, op
het meisje wijzend:
„Voor ongeoorloofden handel."
Het meisje maakt een buiging voor
de rechters. Zij is zindelijk doch
armoedig gekleed. Het schijnt, dat zij
eigenlijk niet goed begrijpt, waarom
zij voor den rechter moet verschijnen.
„Gisteren aangehouden; bij het
hoofdpostkantoor," rapporteert de
politieagent.
Een der vrouwelijke juryleden
vraagt:
„Waarmee hebt u gevent?"
„Met appelen."
„Doet u het reeds lang?"
„Neen, vroeger ben ik op school
geweest."
„Wat heeftu er toe gebracht te
gaan venten?"
Het meisje vertelt een gewone ge
schiedenis; moeder moet uit werken
gaan, de kinderen blijven zonder toe
zicht thuis, de verdiensten zijn ontoe
reikend, zij wonen in een kelder
kamer, er is gebrek aan brooddaarom
is zij gaan venten. Zij is echter 15
jaar oud en de wet verbiedt 't venten
aan kinderen beneden de 16 jaar.
De rechtbank neemt den noodtoe
stand, waarin het gezin verkeert, in
aanmerking en het meisje wordt vrij
gesproken.
„U kunt gaan," zegt de rechter.
Na haar vertrek worden andere
kinderen binnengeleid. Ook deze
hebben op straat govent. Opnieuw
wordt voor de rechters een tafereel
van nood, honger en ellende ontsluierd.
„Waarom brengen ze toch die kin
deren hier?" zegt een rechter. „Er
is in de verbeterhuizen en kinderasyls
geen plaats zelfs voor de kleine mis
dadigers beruchte recidivisten moeten
vrijgesproken worden en de politie
brengt de ventertjes hier. De beschik
bare plaatsen in de kinderasyls wor
den verminderd. Ik heb zooeven be
ging, was mijn eerste gedachte, dat) ken-
teeken weg te nemen; ik slaagde, hierin,
dat wil zeggen gedeeltelijk, en niemand
herkende in mij' eenen spitsboef. Maar
Karowbki - zooals hij: zich belieft' to
noem'en w'as niet zoo verstandig?;
anker behield hij en thans.thans nog
draagt hij het. En hoewel ik! er eer
tijds geheel anders uitzag, toch komt
'het mij vreemd voer, hem niet' te zijh
bijgebleven. Maar zo-o hij' het wist, da,t
ik vroeger zijn vriend w!ashij* zou ine
van hier zenden. Ja, a.nker, da „doods
kop,' dien ge eiken avond aantreft, in
dien akeligen kelder.... hij' zal p verraden1
als dhef onzer club!"....
Daar verscheen Kairowski.
„Iw-an," beval hij1, ternauwernood in
getreden, „ontkurk deze flesschen en sluit
alle vensters! Hoe dikwijls heb ik' je
niet daarvoor gewaarschuwd: er k0n eens
een dief komen!
ïwan ontkurkte aanstonds de 'flesschen,
sloot de venst-ers en wachtte de verd'ero
bevelen af.
„Ge kunt igaan", beval Karowiski.
De kok verliet, «middellijk het ver
trek. Karow'ski volgde hem' snel op| da
hielen en draaide zoowel van de voor
als slaapzaal den sleutel der deur om',
dan ging hij aan tafel en soupeerde recht
smakelijk. Toen hij1 hiermede klaar was,
nam hij den beker, en ledigde, zonder
Oponthoud den een na den anderen. „Did
richt ontvangen, dat kinderen, wier
opneming in een asyl wij gisteren
hebben bevolen, nog steeds op het
politiebureau vertoeven. Alle be
staande inrichtingen weigerden ze op
te nemen, daar nergens plaats is. Het
grootste kinderhuis, waar nog kort
geleden 12001300 kinderen werden
verpleegd, moest dit aantal met meer
dan de helft verminderen."
Opnieuw worden twee kinderen
binnengeleid, twee jongens. Een dame
heeft bij het verlaten van het station
bemerkt, dat twee jongens haar sjaal
hebben gestolen. Zij weet niet of het
deze jongens waren, maar do sjaal,
die zij bij hun aanhouding wilden
verkoopen, is wel de hare.
Een der aangehouden boefjes heeft
een hemd en een broek van ruw
linnen aan. Door de ontelbare gaten
is zijn geelachtige huid zichtbaar.
„Uit welke stad ben je?"
„Uit Brjansk."
„Hoe ben je in Moskou gekomen
„Zoo, met den trein."
„Wat voer je hier uit?"
„Niets".
Een lang verhoor is overbodig. Men
hoeft geen kinderpsycholoog te zijn
om te zién, dat wij hier met twee
toekomstige misdadigers te doen heb
ben. Dat is trouwens reeds aan hun
houding en manier van spreken
duidelijk zichtbaar. Maar. er is
geen plaats in de verbeterhuizen en
de rechter zegt:
„U kunt gaan."
Er komt een bescheiden inteUigent
meisje van een jaar of elf binnen;
zij is gekleed in een versleten jurk
van zeildoek en heeft platgetrapte
sandalen aan de voeten. Zij is een
dochter van een tooneelspeelster. De
moeder is tuberculoos, ligt ergens in
Batoem. Het kind is naar Moskou
gebracht om in een asyl voor kinde
ren een onderkomen te zoeken. Men
doet voor haar al het mogelijke om
haar te helpen, doch de resultaten
zijn nihil. Het meisje heeft reeds in
maanden geen ander voedsel gehad
dan zwart brood; haar kleeren zijn
versleten.
lederen dag behandelt deze com
missie voor minderjarigen 20 a 35
gevallen. Meestal zijn het kinderen,
aangehouden wegens het venten op
straat of kleine diefstallen, doch er
komen ook ernstige gevallen voor,
zelfs moord en verkrachting.
Het gebouw van de commissie is
zelf een soort kinderasyl geworden.
Overdag zitten de kinderen op de
trottoirs voor het huis of op de trappen
en 's avonds kruipen de arme stum-
perds in de leege en verlaten gangen
en brengen in elkaar gehurkt den
langen nacht door op den kouden
steenen vloer.
Op den twec-en-twlntlgston Zondag
na Pinksteren.
Epistel van den H. Paulus tot de
Philippijnen. I. 611.
Broeders! wij betrouwen op den
Heer Jesus, dat hjj, die het goede
werk in u heeft begonnen, het ook
zal voleinden tot op den dag van
Jesus Christus, gelijk het billijk is,
dat ik zulk een gevoelen van u allen
heb; want ik draag u in mijn hart,
bij mijne boeien, bij de verdediging
en bevestiging van het Evangelie, u,
die allen deelgenooten van mijne
vreugde zijt. Want God is mijn-ge
tuige, hoe zeer ik u allen bemin,
door de inwendige liefde van Jesus
Christus. Dit bid ik ook, dat uwe
liefde meer en meer toeneme in
wetenschap en in alle kennis, opdat
gij moogt onderkennen, hetgene het
beste is, ten einde gq oprecht en
zonder aanstoot zijt tot den dag van
Christus, vervuld met de vruchten
der rechtvaardigheid, door Jesus
Christus, tot eer en lof van God.
vervloekte 'gezelschappen," bulderde hij,
„men kan er zijne lippen slechts1 evten
vcrfrisschen. Wanneer ik niet altijd zoo'n
dorstige keel had, da,n kon het! er 4oo(r,
maar nu.... nu hen ik mij zelvén niet méés
ter." I
Wederom' ledigde hij in één teug den
beker, terwijl hem] de gloed naaf de wan»
gen. Hij tastte in een zijner diepe broek-!
zakken en haalde daar,uit het kostbare sie-'
raad, da,t „Hart" heml geschonken had,
voorzichtig te voorschijn. De steenen schit-l
terden in het Keilt v!am de gaskroon;
ais gloeiende vuurvonken en verblindden
zijn oogen. „Kostbaar, zeer kostbaajf,'!'
riep hij met geestdrift, „zij doen mijnen
rijkdom aanmerkeKjk toenemen! Die dwK-'
zen, zij meenen, dat' ik alles in de kas
stort.... in de kas hunner club; zij: ver
gissen zich deerlijk. Maar hiejr in; dia
ijzeren kist- ligt dat alles 't behoort
aan mij en is eens de dag 'daar, waar-.
op ik een aanzienKjk fortuin heb! ver
worven. dan verlaat ik mijn land, omt
elders de zoete rust te genieten!"
Inbussehen Wéren de flesschen gele-'
dig'd, terwijl zijn benauwdheid dermW»
toenalm, dat hij 'de jas mei) gewfeld vani
zich wegslingerde- Thans greep hij als
zinneloos naai' den zilveren bekeir vul
de hem boordevol met den sterksten bkatri
dewijn en in één teug hem ledigende, riep
hij vol geestdrift: „heerlijke nektaf, drank
Van de goden!"
Evangelie, Mattheus. XXII. 1521.
In dien tijde gingen de Farizeërs
henen en hielden raad, hoe zij Jesus
in zijne woorden zouden vangen. En
zij zonden hunne leerlingen met
eenige Herodianen tot Hem, en zeiden
Meester! wij weten dat Gij oprecht
zijt en den weg Gods naar waarheid
leert en niemand ontziet, dewijl Gij
geen acht geeft op het aanzien der
menschen. Zeg ons dan, wat dunkt
U, is het geoorloofd den keizer cijns
te betalen, of niet? Dan Jesus kende
hunne boosheid, en zeidewat toetst
gij mij, gij geveinsden! toont mij den
cijnspenning. En zij vertoonden Hem
eenen tienling. En Jesus zeide hun:
wiens beeld' en opschrift is dit? Zij
zeiden hemdes Keizers. Toen zeide
Hij hun: geeft dan den Keizer wat
den Keizer toekomt, en aan God wat
God toekomt.
Gevolgen van den aclitnrendag.
We lezen in de Vlaamsche pers:
De studieafdeeling van het Centraal
Economisch Komiteit van België houdt
zich sedert eenigen tijd bezig met
het onderzoek over de gevolgen van
de 8 urenwet op de voortbrengst.
In verschillende vergaderingen werd
het standpunt der patroons uiteen
gezet door M. Gerard, van het Comité
Central Industrieel, en dat der werk
lieden door M. René Carels, voor de
Christene en M. Mertens, voor de
socialistische vakvereenigingen.
Op 5 October 1.1. vergaderde die
studieafdeeling nu nogmaals onder
voorzitterschap van M. Mahaim, oud
minister van Arbeid, die het besproken
vraagstuk nu in zijn geheel samen
vatte na de uiteenzetting der beide
partijen.
De voorzitter drukte er vooral op,
dat tot nog toe wel bepaalde feiten
ontbreken om een besluit te trekken.
De achturen-wet is nog niet lang
genoeg in voege om reeds in een of
anderen zin over de wet een oordeel
te vellen.
Zoo er door de patroons eenige
feiten zijn naar voor gebracht, dan
hebben die geen wetenschappelijke
waarde, doch kunnen alleen als voor
beeld gelden.
De afgevaardigden der werklieden
van den anderen kant hebben niet
klaar kunnen bewijzen, dat de voort
brengst niet zou verminderd zijn.
Om dit hoogst belangrijke vraag
stuk te onderzoeken hoeven er dus
tal van moeilijkheden overwonnen.
De oud-minister van Arbeid is van
oordeel dat men uit de tegenwoordige
bepalingen der wet al het voordeel
moet halen wat er uit te halen is,
maar van den anderen kant moet
alles in 't werk worden gesteld, opdat
de arbeiders hunne voortbrengst zou
den verhoogen.
M. Mahaim zou ten slotte willen,
dat patroons en werklieden overleg
plegen om de achturenwet zoo lenig
mogelijk toe te passen. Na een lange
bespreking der besluiten werd er toe
besloten een dagorde op te steUen
die in een volgende vergadering zal
worden besproken.
Het onderzoek zal voortgezet wor
den en ten slotte zal er aan de
Regeering een verslag overgemaakt
worden.
De H. Stoel en de verantwoordelijk
heid van den oorlog.
De Romeinsche correspondent van
„De Tijd" schreef einde September:
Het tijdschrift voor de rechten van
den mensch bevat een zeer zonder
ling artikel van den voorzitter van
den Bond voor de rechten van den
mensch in Duitschland, waarin de
schrijver de schuld aan den wereld
oorlog aan niemand anders toeschrijft
BedWelWd stond hij op1, nam het sieraad
,van tafel en strompelde ..langzaam1 na(a|r
de ijzeren geldkist. waarin hijl hét' neer
legde. Ongelukkigerwijs vergat hij! ze te
sluiten. Hij kleedde zich. uit, alhoewieU
met Yeel moeite, wént beencn en armen
)weigerden den dienst, en sloeg eindelijk
omver. N,a een hevige inspanning op) de
beenen gerakte, stroopte hij- een zjjnelr
hemdsmouwen omhoog en stamelde, ter
wijl hij afschuwelijk grimlachte„Ans
her, ja anker! Hoe kan men zoo heeten?!
„Wanneer den minister het eens zou
ter oore kom'en da-t ik :gevlhc|ht' ben.,.,
gevlucht uit de mijnen: wélk lot zou mij'
wiadhten En Wat zou de heer gouver
neur daarvan zeggen,? Maair deze ié trou-i
wens zelf een schurk, die zich niet heeft
ontzien, tal van personen ongelukkig to
maken." 1
Aldus redeneerend greep Karowski de
flesch en rolde in bed. Dan dr-mk hij
ze leeg tot den laatst' druppel en viel'
eindelijk in slaap.
RaehoW1 trad uit zijn schuilhoek te
voorschijn- en richtte zich op. terwijl"
hij den dronkaard verachtelijk aanblikte.
„Hij snorkt -als een varken," sprak' hij
zacht tot zichzelven-, „i^ zo-u hem1 desnoods
met zijn bed kunnen wegvoeren, zonder
dat hij ontwaakt. Dus 'fluks aan net
werir
Behoedzaam1 naderde hij de gteapepdej
schatkist, en nam' het- julwfeel Weg, opend'e1
GOED GEMEEND.
Een zenuwachtig heer toostte o»„
'n bruiloft op 't bruidspaar. Na drie
maal zich verslikt te hebben zei hij
eindelijk
En moogt gij nog vele van zulke
schoone dagen beleven.
TWEEËRLEI REDENEN.
A: Waarom zit je eiken avond
in de soos?
BOmdat ik een vrijgezel ben
Maar waarom jij?
A: Omdat ik getrouwd ben.
BROOD MET APPELMOES.
Roer door tamelijk vochtige app/"
moes wat suiker. Smeer dunne sneedjé,,
brood en plaats die laag om laag ih
een beboterd vuurvast schoteltje, zóó
dat de bovenste laag uit aaneenge
sloten stnkken brood bestaat. Bestrooi
deze met een mengseltje van suiker
en fijne kaneel en laat het in dei1
oven een lichtbruin korstje krijge'
APPELSCHOTEL.
Appelen boren en de gaatjes vusiel
met suiker en kaneel, eon klon
boter er boven op leggen. Dan
den oven zetten tot de appels za0®
zijn. Een crème maken van '/2 k.v>
melk, 2 eieren, vanillesuiker, '/2 ons
boter, 1 ons suiker en '/2 ons bloem.
Alles op het vuur voorzichtig tot een
gladde massa roeren. Als de appels
zacht zijn de crème er over gieten
en in den oven zetten tot het licht
bruin is.
De schotel wordt voordeeliger wan
neer men custard-vla over de appels
heengiet en de schotel op dezelfde
manier in den oven laat gaar worden.
dan aan den H. Stoel, d.i. aan den
destijds regeerenden Paus Pius X en
diens-staatssecretaris Kardinaal Merry
del Val.
Het artikel tracht deze vreemde
stelling te bewijzen door een telegram,
reeds eenige maanden drnk in de
pers besproken, van Baron Ritter zu
Groenesteyn destijds, en nu nog, ge
zant van Beieren bij |den H. Stoel.
Deze gezant, van oud-Hollandsche
afkomst, zou gedurende de verwik
kelingen tusschen Oostenrijk en Servië
omtrent den moord op den troonop
volger. aan zijne regeering geseind
hebben, dat het Vaticaan voorstander
was van den oorlog, en dat Kardinaal
Merry del Val hem zou gezegd heb
ben, dat nu of nooit de tyd was ge
komen om Servië tot rede te brengen.
Dit telegram aanhalend en daarover
commentaar leverend, zegt het artikel,
dat het Vaticaan zelfs zoover ging
om aan Oostenrijk mededeelingen en
aanwijzingen te doen over de betrek
kelijke sterkte en zwakte van de
legers van Rusland en Frankrijk. De
schrijver besluit dus dat het Vaticaan
de ware schuldige is aan den wereld
oorlog!
Als men nu de laatste dagen van
den goeden Paus Pius X, die stierf
op 20 Augustus 1914, eenige dagen
dus na het uitbreken van den oorlog,
heeft medegemaakt, staat men be
paald verstomd over zooveel „stoutig
heid". Pius X en zijn staatssecretaris
zouden den wereldoorlog gewenscht
hebben, die aan den zachtmoedigen
Paus in zijne laatste levensdagen
zooveel verdriet, angst en leed ver
schafte, dat de volksmond niet op
hield te beweren, dat Pius X een der
eerste slachtoffers van den oorlog is
geweest. Misschien is de oorlog niet
de oorzaak geweest van den dood
van den Paus, maar het staat vast,
en al degenen die den Paus in die
dagen omringden, kunnen het getuigen,
dat hij vreeselijk leed onder den
nieuwen toestand die zich voordeed,
en'dat de oorlogsverklaringen, die in
vervolgens eenige sdiniflaadjes, die allé
nvet paarlen en steenen gieyuld twiaTem!
en ledigde ze. Ook had hij zicih ruim)
'via.n goudstukken voorzien. Voorzichtig1
sloop hij het nevenvertrek kinnen, opende
!het raam eo liet zich snel afglijden'.
Spoedig had hij den grond kereikU en'
ijlde heen.
De poort Wla-s gesloten, maar hij! zao
canpn sleutel in het slot steken, diep!
hij schielijk omdraaide.
Hjj stond op straat.
De deur ziiner Woning was1 nogj geJ
opend. Ijlings trad hij zijn kamer bin
nen en sloot ze zorgvuldig.
Van inspanning kon liij! onmogelijk sla
pen. Het iw|as nog pikdonker, toen hij
reeds op de been was en met ernst over
legde. waar hij zijn scliat heti veiligst
kon wegbergen. Plotseling! kreeg hij1 een
vat in 't oog, die hem! zeer geschikt 'toe-'
scheen. Hij trok ze te yooi'sohrjn,, pakte1
alles er in en sloeg] er! het deksel' op.
Dan rolde liij ze over stoep en .stjraaflj
vo^rt, terwijl niemand er, adit ap sloeg
en hij zijne Werkplaats in liet steegje!
bereikte- Daar verborg hij' zijn sdh'at diep
onder den vloeT. Toen hij1 hiermee gereed!
was, ging hij weder na-ar huis.
(TOoidt Torvolg.l).