ls-rit. Tweede Blad De Katakomben van Gaëta CHE COURANT ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1923 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT Letteren en Kunst. FEUILLETON Kerknieuws Voor onze vrouwen. Uit de Pers Het hoekje van humor I 1, alles per 100 E.G. g|e Orapjepmimen f 45^ ■17, Engelse ho tVni—( en 2442, Mar belang nen IS—23, Afval prak per 100 E.G. in en om Hotel met rijwielen enigdei? zich 48 1 om de noodige werd geloot en uitgegeven, die tot Middel- 'assee tot aan de houwers, zoodat e politie-mannen Dezen personen hun werk. e werd om de 2 den start waren beurt den rijders ikte wegbeschrij- lburg. aat, Groote Kade, de gevangenis, dan rechtsaf den af, bij lete balies rechts, nu steeds kendijk) tot aan lier linksaf naar n bij Café Hanson weegbrug. Hier n dan reGhtdoor. en die langs de lindeboom links, n weg vervolgen itweg volgen naar n en dan rechtsaf p het Marktplein, g naar Café Tol. g aan de rechter- irp uit. Bij bonds- iaar bij het dorp a or vervolgen tot jzer. Hier rechtsaf lezen weg blijven van de Kerk en ia 1 K.M. bg ,'tHof Notendijk". hts er direct af. bondswegwijzer rechts en direct >n volgen. Even aarlij ke bocht) en s rij huizen. Hier ruispunt keiweg., op naar om het dorp heen n, later macadam, ïksaf. Klinkerweg linkerweg volgen de eindcontrole. isplein. Brug over Café P. Mulder, es nog 4 geheime nhoek en na den ;röles waren. Met twee rijders aan P. Mulder, aan nen. Irste twee rijders half 6 aan het zeer secuur ge- geen strafpunten >p deze terugreis tocht volbracht e commissie aan hof" in de groote aid een intiem leiding van den e gereed met de shof'. e prijsuitdeeling. Liere, nam het Er is prachtig lat deze rit der- olgend jaar veel deelnemen. Spr. oen medegewerkt den A. N. W. B. k gemaakt heeft uden. prijzen, waarbij velen een gelijk igt; de Boe Op. d. Linde O van Leeuwen 4 De St. Gertrudiskerk te Geertruidenberg. Alle minnaars van kunst en his torie, aldegenen die met piëteit bezield zjjn voor de bouwkunstige monumen ten van ons katholieke voorgeslacht, moeten zijn opgeschrikt door het be richt, dat' begin vorige week in de bladen stond: Te Geertruidenberg werden Zon dagmorgen omstreeks half acht de omwonenden der Groote Kerk op geschrikt door een geweldig lawaai. Het bleek, dat een groot gedeelte van de lijst van de koorbeuk ge deeltelijk naast, gedeeltelijk door demiddenbeuk was gestort. Persoon lijke ongelukken kwamen niet voor. De toestand, waarin zich de koor- en zijbeuken der kerk bevinden is, volgens de „Tel.", dermate desolaat, dat zij gevaar voor de omwonenden opleveren. De bedekking der con treforts (dienende om de gewelven te schoren en het bouwwerk tegen winddruk te verzekeren) is zoodanig verweerd, dat af en toe reeds ge deelten naar beneden vallen. Sóm mige goten hangen naast de daklijst. Dit bericht is des te meer ver bijsterend, als men bedenkt dat reeds in 1903 de architect J. J. van Nieu- kerken in een opstel over deze kerk schreef: Het monument, zooals het thans nog over is en de overblijf selen, die van onder den grond te voorschijn zijn gebracht, staven het gevoelen, dat men hier te doen heeft met een hoogst merkwaardig overblijfsel uit de middeleeuwen, waarvan verdere bestudeering noo- dig is om voldoende kennis op te doen over den oorspronkelijken toe stand. Tegelijk zal daaruit blijken, dat het een dure plicht is dit monu ment goed onderhouden en te doen voortbestaan, om de geschiedenis van kunsten en wetenschappen uit de middeleeuwen, die het eerst en het best vertolkt werden in de bouwwerken dier tijden, aan het nageslacht mede te deelen." De kerkvoogdij der Ned. Herv Gemeente sinds het bouwwerk in 1593 voor goed in handen der Her vormden overging, kwam het lang zamerhand meer en meer tot verval, schrijft de heer Frans Vermeulen in de N. R. Ct. van 2 Augustus j.l. is nu voornemens het koor af te breken, met de opbrengst van die afbraak de allernoodzakelij kste herstel lingen van het overige gedeelte te verrichten, en.„den vrijgekomen grond te verkoopen voor bouwterrein." Wij willen hier alleen maar van zeggen, dat het dus nu, na twintig jaren van onverschilligheid en ver waarloozing, zoo ver gekomen is, dat een der zoowel aesthetisch als his torisch belangrijkste en meest impo santé monumenten onzer middeleeuw sche bouwkunst met onmiddellijke algeheele vernieling bedreigd staat, zegt de heer Vermeulen. Na vermeld te hebben dat reeds in een oorkonde van 992 wordt ge sproken van Oeverberg de vroegere naam van Geertruidenberg waai de H. Gertrudis tijdens haar leven verbleef en er een bidcel had, door St. Amandus gewijd, en na de ge schiedenis van den bouw der huidige St. Gertrudiskerkte hebben beschreven die geworden is tot een 15e eeuwsche gothische hallenkerk van eenvoudige dispositie met dwarspand en priester koor, welker eindzijden zijn afgesloten met 5 zijden van een tienhoek, en een massalen toren, komt de heer Vermeulen tot de beschrijving van de grootste merkwaardigheid dezer Frenks q Belois de Kraker v. d. Ende 4 4 4 4 11) —O— I Iedere 'dag bracht liaar nieuwe te'- proieWingennu eens was' hef een' bezig heid bbven hare krachten, die haar werd! opgelegd en was 'zij nicti op tijd klaar, dan volgden weder .als istr.aï honger en sla gan; dan weer waren heti openlijke! ein onverdiende berispingen, harde Veplwijhan ■en scheldwoorden van dein kant) van Fla- v'ius of Faustina, of onb|e»ch.aajn!de! spot ternijen, die de slavinnen haar toewier pen, zoo het- nie't tot mishandelingen kwam. Doch wat haar bov®!ma.te smartelijk was m haar het diepst door de ®el sneed, dat waren de' dagelijksohe kwel. ling®. van de arme Quintilia. Als 'zij getuige moest zijn van d-e wreedheid waar- made hare moeder vervolgid werd, dan voelde zij toorn in haar boezem! opko- mi®. Dit kon zijl niet verkroppen en ver gat zij als 't wane het kwaad,dat men haar persoonlijk aandeed, de haaf en hef wraakgevoel grodid-en iminfer aan. Want Andnea was nog geene volmaakte christin. Dan, God had haar niie-b zonder reden dicht® hij haren schutsengel geleid en h,eti uur zou slaan waaropi Quintilia het kerk: de laat-gothische krypte of krocht onder het priesterkoor. Hij schrijft hierover als volgt: Zoo als men weet is de krocht een over welfde ruimte onder den vloer van het priesterkoor, ontstaan door uit breiding van den grafkelder of con- fessio onder het altaar der vroeg christelijke basilieken. Dergelijke krochten komen onder de meeste romaansche kerkgebouwen voor, maar bij de latere gothische kerken be- hoorenzij tot de liooge uitzonderingen. De 15e eeuwsche krocht van Geer truidenberg is dan ook in ons land een unicum, en in het buitenland ken ik geen andere voorbeelden dan die van den Mont Saint-Michel en van Saint-Merri te Parijs. Het is natuurlijk mogelijk, dat de oorspronkelijke aanleg der krocht te Geertruidenberg teruggaat op de oudere romaansche, ln 1261 vermelde kerk. Maar hiervan zou dan toch niets anders gebleven zijn dan de enkele ruimte. Alle thans nog zicht bare bouwvormen wijzen onmisken baar op het eind der 15e eeuw. Deze krocht in 1895 ontdekt en ont graven heeft dezelfde breedte als het koor (8.70 M.), terwijl zij slechts enkele meters korter is (17,26 M.). Waar het koor echter, zooals wij zagen, door een halAjen tienhoek ge sloten wordt, daar bestaat de oostelijke sluiting der krocht uit zeven zijden, waarvan de drie oostelijkste met die van het koor overeenkomen. De ruimte wordt verlicht door kleine vensters in diepe spitsbogige nissen. Tusschen deze staan langs de wanden halfronde muurzuilen, zonder voetstukken of kapiteelen, 2 M. hoog tot aan de por ring opgemetseld van tufsteen en van daar af bestaande uit een zandsteenen bovendeel waartegen aanzetten van gewelfribben met sterk ingesneden peerkraal-proflel te niet loopen. Ook deze vormen, overeenkomend met bijv. de zuilen in het koor der St. Bavo- kerk te Haarlem, zijn duidelijk laat vijftiend' eeuwsch. Spreekt uit dit alles het plan tot overwelving van de krocht, zoo zou den toch tot overkluizing van deze ruimte nog ten minste twee rijen zuilen in het midden noodig zijn ge weest. Waai men echter hij de ont graving geen enkel spoor van zulke zuilen, nóch zelfs van hunne fun deeringen, en evenmin overblijfselen van gewelven heeft teruggevonden, daar ligt de gevolgtrekking voor de hand, dat deze krocht nimmer vol tooid is geworden. Mogelijk hebben de voor Geertruidenberg zoo nood lottige gevolgen der Hoeksche en Kabeljauwsche twistep sinds 1489 de bouwplannen onderbroken Bij de ontgraving van de krocht bleek nog, dat zij onder hot priester koor door een trap verbonden is ge weest met een voormalige kapel tegen de noordzijde van het koor, de zoo genaamde Gertrudiskapel. We zien dan ook uitwendig, tegen den noord muur van het koor en den westmuur van den noordelijken dwarsarm de overblijfselen muurzuilen en sporen van overwelving die aantoonen, dat hier vroeger een nevengebouw stond. Nuyssenburgh vermeldt in 1774 deze kapel nog als bestaande (a. w. blz. 72) „dragende hetzelve thans den naam van het Fransche Gat, wijl men in het begin dezer eeuw de Fransche krijgsgevangenen daar in geherbergd heeft." Sinds het bouwwerk in 1593 voor goed in handen der Hervormden over ging, kwam het langzamerhand meer en meer tot verval, en het bleef in dezen toestand tot 1876, toen, bij de oprichting der commissie van advi seurs voor de monumenten van ge schiedenis en kunst, ook dit monument de aandacht trok en onder leiding van den architect J. Gosschalk met een rijkssubsidie van f 18.000 eenigs- zins hersteld werd. wérk' voltrekken zou, dat zij' hij del wieg van. haar kind begonnen had. Drile jaren gingen voolrbij zonder dat 1® in het huis van den voornaamst® man van Gaëta, i,ets bijzonders voorviel, FlaVius en Faustina zagen hun lieveling Glycer'a, groeien en h'loeien; bij' hunne Veelvuldige bezoeken aan Rome namen zij haar mlede maar het keizerlijk hof'. Som's volgde hen Andrea, doch' meestal bleef' zij in Gaëta, Quintilia, altijd dezelf de, zacht en goed en onderworpen a,an Gods wil, verbleekte en vieL dagelijks' ;af' doch wijl zij hare gewone bezighed.eü stipt vervulde, bemerkte niemand, als' zij zelve, dat eeme sleep-ende ziekte aan haar lefven knaagde. Wat haar ten grave sleep tel was, zij Wist het wiel, d-e 'gedurige aanblik Van hot kind, dat het hare was ,e;n. dat zij toch slechts' in hfet geheim' Tnöcht beminnen. Zij zag het lijden en de kW!e.l'li:ngen, die hare Andrea, iedepen dag j.a ileder uur te verduren] had van den haat van Faustina hoewel het jonge meisje sterk van gesl^l was en met ge weid de klachten, welke dg smart haar soms dreigde af' te persen, ondgrdrukfla, zoo kon zij tooh niet altijd de tramam weerhouden. i O, d;,e tranen! Wiat zou Quintilia niet hebben willengeven, als zijl ze had too gen afdrogen. Voor welke pijn) had niet de Vreugde Willen kbopen, de b!edroëf|- Daarna is echter het verval weer onverlet verder gegaan. Inwatering verkankerde het muurwerk, en zoo staat nu het indrukwekkende heilig dom op instorten. Onverwijld ingrijpen van Rijk en Provincie alleen kan het nog redden, en temeer is dit volstrekt geboden, daar het te doen is om een geheel eenig gedenkteeken onzer oude Nederlandsche kunst. Mogen hier tegenover nu eens andere overwegin gen zwijgen; wij zijn het aan ons zelf, aan onzen naam als beschaafd volk, aan onze nakomelingschap ver schuldigd. Op den twiahUden Zondag' na Pinfoteren. Epistel II. Van den H. P-Bus tot de Corinthen. III. 49. Broeders! wij Ihebhëm door Christus zoo danig vertrouwen hij God; niet dat wij Van ons zeiven bekwaam' zijn o,m iets te denken, 'als uit ons zelVen, maar onze bfe- k'wi-jamhe'id komt 'van God, die ,ons ook lo.t bekwame dienaars van 't Nieuwe Verbond heeft gemaakt; niet van de letter, maar van den geestwant de letter dop|dit, maar de geest mlaakt levendig. Indien nu löfe bediening des dooldis, m'et letteren in stee, nen gedrukt, in glans is geweest, zoo,dat de kinderen Vap Israël het aanschijn van Mozes met konden aanschouwen, uithoofde van den glans zijns aamgezïclhts, welke ec'hter voorbijging, hoe veel te meer z;%! de bediening des geestes met glorie ge schieden Wapt, indien de bediening' tfjei voldoening, met glorie is geweest, zoo veel te meer zal de bediening der recht- Vaardigjheid in glorie overtreffen. EVangelie, Lucas X. 2337. In dien tijd zeidte Jezus laan zijne Leer lingen: Zalig zij n de -oogen, die zien in et- gene gij zietwant ik zeg u, dat vele Pro- feten en Koningien gewenscht hebben te zien hetgane gij ziet, en zij hebben het niet gezien; en te hooren hetgepe gij hoort, en zij hebben het miet gebpord. En ziet, een wetgeleerde stond o-p, en zeido om' hem te beproevenMeester, wait moet ik doen o-m 'het eeuwige leven te bezitten? En Hij zeide hemwa,t staatj er- ipr de; wet geschreven? hoe leest gij daar? Hij anti woordde en zeidegij zult Idlen Heier uwcd God beminnen uit geheel uw h'airt, en uil geheel uwe ziel, en uit lal uwe krachten en uit al uw verstanden uwen na-ate 'gelijk u zeiven. En Hij izieide hem': gij hebt wel ge-antwoorddoe dit en giji zult leven. Maar om zich te rechtvaardigen, zeida bij tot Jezus: wie is toch' mijn naiaste? En Jezus nam- het w.oord en zeide: zekér rnenseh giing wan Jeruzalem' naar Jericho en viel in de temden van moiordeb'aars, die hem' beroofden, en Vele wonden toegle bracht hebbende, henen -giingen en hieip half dood lieten liggen. Het gebeurde, 'alan dajt een Priester lange dien weg kwam, die hem zjagi, en voorbij ging. Ook' kwam een Leviet omtrent die plaats, zag hem en ging voorbij. Maar een Samaritaan, een reis doende, kWapi omtrent hem, zag hém en werd door b|armharti|glhieid "bewogen En hij 'ging tot hem', verbond zijne wonden gloot er olie en wijn in, en hem op- zijn' jukbeest leggende, bracht hij hem1 in -ecno herberg en droeg züTg voor hem. En den anderen dag' nam hij twee tienlingen, gaf ze den wnard, en zeide: dlraag zorg voor hem'; en oll-es wat. gij meer mocht uitge geven hebben, z|-i;l ik' bij mijne terugkomst u wedergeven. Wie yap deze drie dJuukt u dut de. naaste gleweest is van hem, die onder de mOordenjaprs gevallen was En ■hij' zeide: die hem bjagmhartigpiieid be wezen heeft. E,n Jezus zeide hem: gj| henen en. doe ook' zOo, BESLOTEN RETRAITEN te honden in het St. GERARDUSHEIS te SeppC- SEPTEMBER 1923. 1-4 Ongehuwd© hoeren van den mid depstand. 58 Dames van den mididlenstan,dj. 1013 Meisjes. 1720 Gehuwde dames van den def tig® stand. 2225 Gehuwde hee'ren yjap den midi- densjalnd. 292 Oct. Heeren Onderofficier®. Do paters B:pnedictij.nm uit de Sint Clerniensatodij te Merkelbeek' (L.) hebben thans hun naar plannen Van twee Duitsche k'erkjarehiteeten nieuwgebouwde abdij ti Mamelis, bij Vaals, betrokken. De kloo dn kleine aan hare bbrst te drukken, haar beklemd hart te troosten en m'et Vurige woorden de 1-eiegt^ in hare .ziel t;el Vullien. i Haar letigen leed vergetend dacht Quin tilia dag e,n nacht aan de- ellenden'' harer doch tier en 'Zon op middel-en om haar lot te verzachten. Zou' zijl zich Wekend m)ak(®|? O, gewis, dit w|are völdoend'a om haar lang gefolterd Irajrtj van vreug, dje fce doen overstroomten. Maat de uit barsting van harp verrassing zou haan Verraden, zou de oorzaak' van nog groo ter pijh Voor Andlrea en hprte mbeder: w,or cfeneen scheiding na< do herkenning zoi bleider leven tot leenfi hel' maken. Quintilia, schepte uit deze vrees' de kracht om do stem Van! haar binnenste heb zwijgen op te leggten ;- zij- .stelde, zich tieivredeu door m'et 'dei oogen' haaf kind' tel achtervolgen, tellk'ens wanneer' het ir hare nabijheid kw-aim''haxe ipust1 to onder Kreken, als allen sljiopien, o-mj don slapen- di® engel te beschouw®, Waarbiji zij1 nau W-elijks durfde ademen, om' haar slaap niet 'te storen. Door harte 'bezigheden Verhinderd, kwalm Quintilia. gewoonlijk niet eerder in slaVePkwartier, dan Wanneer An'drea, de a-ndere slavinnen reeds sliep®'. zekeren avond echter w,as zijl de ande|reö vóór geweest -en op den drempel staapde, zag zij eene slavin bijl haar 'stroolOgeir het en- Op stergëbo-uwen te Merkfelbéek' Wo-rden inge richt i»ls studiehuis Van de Carmslieten- orde. ZUSTERS ALS STUDENTEN. Dezer dpgien werden aan Id'e Katholiek Universiteit yan Washington (Ver. Sta ten) voor de 34e mlaal de jaa-rlijksche exa mens afgenomen. Onder de 288 stujd'enten die staagden, bevonden zich niet minder dan 82 Zusters. Bijna de helft ld® stuidten- ten in hot iafg'eloop-en jaar werd door d'a- mes gevormd (807). Gedurenjdte die rrnrn dertig, jaren, dat Id'e Universiteit bestaat), genoten er 4731 vrouwelijke stud®teh -laar opleiding en under Id'ezen waren er, gedurende id'e laatste twaalf jaren, niet minder dap 3200 kloosterzusters. De Aartsbisschop, Mgir. C-urley, die na de exumens een toespraak hield, legl-le da,arm o.m. nadruk o-p Idte-n belangrijken larb'eid door de Zusters ten bate van het onderwijs verricht. DE VROUW; IN D-E DiUITSCHE VAKBEWEGING. De persdienst van het Int. Arbeidsbu reau meldt: Sedert den oorlog heeft zich -dte organi satie der vrouwen in de Duitsche vakbe weging sterk' ontwikkeld. Terwijl in 1914 net nan tal vrouwen georganiseerd in de moderne Duitsche Vakverenigingen slechts 210.314 Wiis -of 10 pet. vian het totaal aan bal leden, was dit aantal in 1922 tot 1.753.576 of meer (tan 21 pet. van het totaal aantal leden v,an de móldëme vak- vereenigingen gestegen. In de ppdere groe pen van vakvereeniglingen is de vewiou- ding ongeveer dezelfde. Vrouwelijke larb-eider-s ontvangen in DuitsdiLa-nd meestal een lager loon dan mimnen in de meeste gevallen 2/3 van dat van de mannen. In ®kele collectieve contracten is de bepaling opgenomen, dat de loonen viap. de vrouwen niet minid'er dan 80 pet. van die van dte mann® mo-gten zijn. Het komt. zeer .zelden voor d,-a,t aan mannen en vrouwen hetzelfde loon wordt utbetaaild; dit is bijna uitsluitend' in d|s kleedingindustrip het geyaj. STUDEERENDE VROUWEN IN DUITSCHLAND'. Gestadig neemt in Duitsc'hland het aan bal meisjes en vrouwen toe, dat de Uni versiteit bezoekt. In 1912 bedroeg jjet nog slechts 2000, en thans, ondankte den oorlo-g en de vermindering 'der bevolking door het verlies yap Eizas-Lothpringten enz. b'ijnja, 8200. VERBREKING EENER TROUWBELOFTE. In Engelapd is van oudsher het ver breken eener trouwbelofte vervol-giblaftr. Een regeling, wiaarvan wel c®s misbruik kjan worden g'emaakt, zoo-als Diek®s a,an toonde in zijn kostelijk' Pickwiek-verhaiil. De zteak' zelve is daarom echter niet ver keerd of te veroordeelen. En het schijnt, d,a,t men er tegenwoordig' o-ok- in Frank rijk) zoo oVer denkt. Een jongte m|a|n en een jong meisje w|ap® reeds geruime-n tijd met toestemming vlan beider ouders verloofd', t-oen de ouders yap d'en jonglen man als hun oordeel te kennen galven, dat bun zöon nog; te jong wias om- te trouwen en dez'e daarop de verloving verbrak. Het meisje wenschte daarin echter niet zoo, maar te berusten en diende een pisclh tot schade loosstelling in. De rechtbank stelde Haar 'in 't jgelijk, en den jongen miap werd het betalen eener schadevergoeding van 15000 frs. opgelegd. EIGENAARDIGE PRIJSVRAAG. Sommïgle F^apsc-he bladen Rebben de gewoonte prijsvragen pit te schrijven on der ihpune lezers.- Z® liet een dier bl-a|den onl-ajngs door zijn lezers uitmak®, wie 'liet bï-aiafste en opofferendste mteisje uit Frankrijk was, als hoedanig de puldste dochter uit e® igjroot gezin werd ia|ange- wezen. Én thtips wil de „Echo de Paris" doo-r zijn lahpnpees „de beste mbeld'er 1 la ten kiezen, |aian wie een bfedrag| Van' 40.000 fr. Zal w-orden uitgekherd. De béldloeling yap het. blad is, op- die wij-Ze m'eid|e te wér ken tot de'bevordering v|a|n het gezinsleven. Dc Indische volk'slraiad en de vi'iiolwet. Het is een zonderling! gevjall. Bij de Stia,t®-Generaal is e® ontwerp- Vloptwet ingediend. Er zijn millioenen medegemoeid. M-aiar de ver[d|eeling der kos ten tusschen Moederland en Koloniën is zóó, dia-t het grootste gedeelte der lasten geknield, die zij aanstonds "voor hare doch ter erkende, Andir-ea b'ad.' half! luid het „Onzte Vader." Bij: „Vergeef! ons onze schuld®, gelijk wij, -vergeven onzen schul denaren," hield zij op -en Wrak' inl Snikken uit. „Neen, neen, dat gaat) mijne krach- tj® te hoven. Ik kan- niet vergeven 1 Haastig sprong zij op maakte zich gereed, zich ter rustel te legg®, -'toen zij pene hand op hareu schouder Voelde. „Mij-n dochter," sprak Quintilipi ernstig, „khiieL nog eens neder en. z'eg1 mij' 'h(et gebed na, gelijk ik h-e,t u als kind heb geleerd, m-et de'zelfde -gedweeheid." En Quintilia blagön het „On'ze Vader' tterwijl A-ndrea. snikkend ieder woord' eeir hiedig nerhaalde. Toen het gebed ten einda Was, opendo d|ei moeder hare armen, en Vragen t® antwoord® volgden elkander op. ondelr broken door zuchten en liefkozingen. „O, lieve Andrea," 'fluisterde Quin- lia'overgelukkig. „g,e hebt mij dus niet Ivlexgeten'.S" '„Ik hie|W u 'herkend, lieve mioedex," ant woordde het meisje, ,o-pwhetz'elfdeoog blik. dat ik u voor 't eerst weeirzag-. Ik zag u verbleeken Weven be- mterkte. hoe gij uwe oog® angstig v|a,n 'mij al!w®det toen Flavius op, u toetrad. Dte, gedachte kwelde mij,, dpitj g-jj ander-' -maal van mij verwijderd! zóudt word®, als ml® ontdekte dat wij' elkaar hlelr-. VERKEERD BEGREPEN. Aapspreker: „Overled® ip den ouldler- d-om vap' 9 jaren de oiuldlste zoon van dén heer Muller, die in den lajfgteloopen nicht zacht en kalm ontsliep. Dienstbode (bov® |aian de tra-p die van den heelen rimriaïn alle® maar Bet lajat- 'j ste sliep hoorde): „Niet noodig, scb|airen- sliep, wij slijp® zelf. SCHERP. A: „Verbeeld je, die yap Piekeren idio onbeduidende kerel wil zijn leyensbeseilrij- ving .uitgev®'*. JB-: „Welnu; je schijnt niet te wet® d/a.t tot de uitstekenldlste eigenschappen' vpn een journalist gierektend wordt, dat hij over de onbeduildtenste zlaiken veel k'in schrijven." Diapie"Wat denkt u .van het weer, pro fessor Professor: O, best mevrouw. De glelijk- Matige luchtdruk doet met zek'crheiidl voort durend schoon, idlroog weer verwachten, te meer ials D.ame: Wiat hebt u, professor, dat u plotseling zoo'n smartelijk gezicht trekt':?, Professor: D|al verduivelde steken van mijn eksteroog® let o-p, morgen of overmorgen krijgen we bepaald regen. GALANT. Hoe oud is u'?. vroeg de president yap de rechtbank' aan e® damte, dlie als ge-'j tuige optrad. Maar meneer de president aptwoordde idie d(ame, weet u dan niet, -tat een vrouw altijd zoo oud is, als zij eruit ziet? Voot zoo, o.ud had ik* u niet hernam de galante presid®t. DE 'BRON VAN HET KWAAD. V.ader (tot zijn lichtzinnig® zoon) „IM b'egtrijp niet wiaia-r je dat rampzalige- ,op- miaken hebt geleerd". Zoon: „O, dia.t leerd® we imtaers op school in de rekenles Wij het laftrekken NAAR OMSTANDIGHEDEN. IemJapd, die zich niet gfie'dl gevOeldie, ging naar den dokter, idlie hem ond|er- vroeg en onderzocht. „Vried, u mankeert niets anders Ilan beweging, veel beweging in de buiten- - lucht". „Zoo dokter, ik b® bhsbode moet elke week vap 2000 leden de contributie ophalen". „dongen, «Jat is kras dan ziaiu ik een dag ,of acht rust nem®". op de -koloniale beg-rootiug drukt. N-aar de a-llerscherpste berektenipgl zal de Vloot- wet het Nederlandse® Marinebudgét ver- j ihoogen met niet meer dap één millio,en -g-uldcn. De overige m'illioen® teom'en voor rekening vlan Indië. D,a-t is het eerste feit. Een tweede feit is ihet volglende: In da l-a,atste jaren hoort men in verschillende partijen de leuze: „Indië autopoom!" Voor- ta,l in democratischen kiring. Maar nu Indië yan een stukje autonoom' recht gebruik miaakt, nu de Volksraad met bijna, algte-l nnpene stemmen het Vlootwetsontwerp |aian- neemt en op spoedige behandeling in Ke- dcrl-and aandringt, nu wet® dp „demo craten" in Nederland het weer veel beter dan de leden van dien Volksraad! Dat in Indië de Volk'sraaldi zich d|uidelij'k uitsprak' yoor Ihet aanvaard® v,ap het wet telijk' VlootpLa.n staat vast. In de Imiienge- wonc zittmg vlap d® Volksraad, op 25 M,a,art 1922, was aan de orde een schrijven yan den G-ouverneur-G®eraal, waarbij 'het gevoelen y® den Volksraad werd ge vraagd ever e® plan, in verband met dig f'iniaocieele moeilijklhed®, om de uitvoe ring der werken ten lapte van het vlootbh- sisfouds te verdeel® over tien japen in plaats van over zes jar®. De Volksriaiad vere®ig:de zich, met groo te meerderheid, met id|e twee volglendie mo ties, waarin zijn gevoelens werd uitgespro- Iten Motie (Stuk' No, 6.) De Volksraad, gehoord de nja|iere Regeeripgsverklarin gen gehooTd de |d!eb|a|tt® Ihet zeer betreurend, dja,t d(e financieele moeilijkheden yan het Land idle Regee- ringl hehhen genoopt het voorstel tot wij ziging viain den opzet van het vlootbasis- fonds laiaphangig te maken; verklaart, afgaande op de uiteenzetting van den fmantieel® toestand, Idfaor de Regeering gegeven zich gedwongen te lacht-en, de voorgestelde w'zijigi-ng te aa-n- vjaarden. kj®d hadden en daaronü heb ik mij: ge wield a-apgeda-an om, niet' in uwe armen tg vliegen en tl als mijn© moeder ffa begroeten. Faustina bespiedde mij, maar zij Weeft -met's aan mij khnpen /4ien.-' „Da-n zijl ge sterker geweestl dan ik, li|df kind." i „lk %n t-ok zoo bang u. Pögm;aald tp verliezen. Alles Warde mij in .het hioïd, all® was mij onduidelijk, btehalVia datt wij bij elkander waren,, doch niet gelijk vroeger. La.ngzOimterhand werd het mij' duideHjk' .altijd stond' mij' nog dat Verschrikkelijk tooneel' vqop, den> geesf, toen Fla.vius u 'zho- liet) schrei®, ,m|oe- dar, ca nu begrijp ik', dat onae h'ajrde sChieiding, ons droevig wederzi®' en wat wij dagelijks te Verduren, hebh®, da treurige gevolgen daagv.ap zijp., V^an den dag ai', waarop, ik' dit 'he- gr,eiep. heb ik novit zqo kunnen biddeln, zooals gij het mij yapavondi hebt! l'aten dojten. Ik kan niet' liegen! z©kler niiell tlegen Hem'^ dien gij' mij' heibf leeren ken- nlen als mijn Vader in den hamlel'." „Hebt ge dan Van avond niet) gelogen; lb'® gij imtell mij tot Hem) biadtl?" „Nieen-, moeder, ik was ta gelukkig en 'kon niet meer 'haten-.... ztelljs' dezen' mfeteehi niet." i I „Hij is uw v'adter, lieve doc^htter.!,-, (B(ordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1923 | | pagina 3