Tweede Blad
Oe Katakomben van Gaëta.
ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1923
NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT
Buitenland
FEUILLETON
Kerknieuws
Voor onze vrouwen.
Uit de Pers
Het hoekje van humor.
Boekennieuws.
OOSTENRIJK
Een Habshurgcr «Ver tie Huislui rgcrs.
Een verdem]ocra.tiseerde Oostonrijkscke
aartshertog, thans Leopold .Wölfling: ge-
heeten, publiaeert „gedenkschriften'',
waarin nogal veel geschreven wordt over
den te Serajewo vermoorden laa-rtshertog-
troonopvolger Frans Ferdinand. Wij laten
hier een greep uit dezte ge denk schjriflte n
volgen.
Wölfling was luiten|a|nt ter zee aan
boord van het oorlogschip „Kpiiserin Eli
sabeth", wlaiarmee .aartshertog Frans Fer
dinand jn 1892 de reis om) 'die wereld zou
ondernemen. De aartshertog scheen zwak
ke longen te holvbeu e®, dd geneesheerenl
hadden daarom een zeereis aanbevolen.
Bovendien wilde -men den aartshertog
scheiden van Sophie Chotek, hofda,mevan
aartshertogin Isabella, voor wie Frans
Ferdinand een groot© gienegen-heid koe
sterde.
De aartshertog schijnt echter juist op
zijn reis tot het besluit te zijn gekomen
Sophie Chotek te huwen, wat later ook
geschied is.
Op, deze reis, welke Wölfling toen
nog aartshertog -meemaakte, hoeft hij
:het kariaikfter van Frans Ferdinand leerep
kennen. Hij at ja|a® de tafel van den troon-
opVolger. De maaltijden namrett het Jgr,ootj
ste gdeelte van den d|ag in beslag. Frans
Ferdinand dronk tajmelijik! veel, meestal
champagne, zonder echter ooit bepaald
dronken te worden. Op clhamlpagne volgde
cognac en men dronk gfewopnlijli tot dieps
in den nacht.
Bij elke gelegtenheid werden de jacht,
geweren voor den dag! geihjaald. Frans
Ferdinand wlas een hartstochtelijk jager
en vermoedelijk heeft geen zijner tijdge-l
nooten, behalve diap keizer .Wilhelm l'I,
zooveel wild neergelegd als hij. Zoodrii
een meeuw gesignaleerd werd, moest Fr.a.ns
Ferdinand geroepen worden. Hij schoot
steeds raiak en zijn buit werd zorgvuldig
in een boek ingeschreven. In de have®
van Bomh|ay schoot Frans Ferdinapd Kaast
onafgebroken op de talrijke daar rond
vliegende meeuwen, wat de Bngelschen^
die deze sport niet begrepen, wel w.at
vreemd vonden. Als men yah land ging
om' te jagen en men het getroffen wild
hij gebrek agn honden of inboorlingen
moest achterla.ten, w.as Frans Ferdinand
zleer uit Zijn humeur. 1 1 I
Allerlei vraagstukken werden aan boord
behandeld. Men sprjajk over het Engelsche
rijk en zijn geweldig holoniaial Wezit, over
Rusland, wia&rmee de monarchie in 1888
een conflict had geh|a.d, dat nog niet ver
geten was, over keizer Wilhelm, over
Frans Jozef, over de Balkanvolkeren, over
mobilisatie, koloniaal bezit, enz. Eens toen
hij' buitengewoon veel gedronken biad, ver
telde Frans Ferdin'apd aan Wölfling, idlat
hij om zijn lijfde Voor Sophie; Chotek dj»
monarchie h|a.d moeten verlaten. Hij had
moeten beloven Ihapr onderweg niet te
zullen schrijven.
Vooral over den jongen Duitseihen kei
zer werd veel gesproken, die toen met
zijn improvisaties de ga|nsehe werèld ver
raste. Frans Ferdinand dip .altijldl zijn rede-
Voeringen voorlas (zlopiajl's de meesten dat
doenvond dat improviseeren .yap keizer
Wilhelm eenvpudig rpnsac'htig. Hij zlag
in den Duiischen keizier een' grooti vorstl,
omdat deze zijn wil steeds kllapij en dluide.-
lijk te kennen gaf. Ook' Vertelde hij gaiarne
,van de joplhtpa-rtij, die hij in gezelsctiap
van den Duitseihen kei;ezr h|a|d gemaakt.
In zïjn vereering vo,or dan Duiitsjeflpein
keizer vergat Fpaps Ferdinand, die een
zeer geloiovig katholiek wpp, dat kteiZer
Wilhelm „de paus vjajn de protestanten"
was en z]ag Ihij in hem steed e(het voorbeeld
van een heerschier. Ook in zijn grooitei
liefde Voor de marine wilde „hij! steedls
handelen |als Wilhelm1 II. Hij' wees erop-,
dat Wjlhelm', hoewel hij! steeds zeeziek
Wgrd, toch op de. teug placht te blijMenj'
Ook Frank Ferdinppd stond fdjiikfwijls met
een .lange verrekijkter op de 'Hrulgj den ad
miraal te spelen.
Tot dusver heeft de heer Wölfling nog
niet veel bijzonders vertelt.
De zoo droevig apin zijn ®ind gekomen
aartshertog zal als alle stervelingen,
ook zijn gebreken hebben g(eh!ad. Mppr v,an
grogj feiten is tot dusver gpen sprake). En'
men kan er 'zeker v]an zijn, dat Wjölfling
niet te schuchter zal zijn omi ook die on
SI o.
De vrouw hief den voorhang op, die de
kamer vim de gang scheidde en was op
t punt het m'eisje bïn-nen te poepen, toen
zij zich' omkeerden, en met den vinger op
de lippen, den .pa.tricifer en zijner gemljllin
een teeken deed zachtjes nla|derhïj) te ko
men.
Op den marmeren vloer z(a|te® Glyceria
en Andrea met bikkels te Spelen. Van tijd
tot tijd hoorde men haaf Virpplijk gesnap en
'yporia'b hartelijk lachen.
Het. vertroetelde kind h|a,d hooren zeg
gen, dat er eene speelgenoote voor haar
Kwiarn en had ongeduldig op. dierztel'Ver
iroar-st ge-wjaphtton zij' Andrea moeder
ziel alleen op den vloer zag zitten, was
zij! naar haar toegegaan met de vrijmoedig-
beid. ggn.' 't kind eigen. Andreai haidl vrien-
lij .S^nl^erd nppr het geBabbel van ltet
iflt.allig, vroolijk mleisje en op de vraag:
ge met me spelen,'1 hlaid zij' ha,a,r
uadehjk het hlkkelspel geleerd, dlat ze
goed kende Glycerlafs vlugge geest en. be-
}?e angers hadden het prettige spel
poe ig gevia.t, zoodat heide meisjes net al
iu JJ j plkander trachten te winnen jin be
en l'as k namen .gevraagd
loum al zoo druk, alsof ze reêdfe
Vriendinnen waren.
't s toch Vreemd'-', zleide de vrouw uit
barmhartig! tei openbaren, pal leven de kin
deren dan nog der eens Vermlo.Ofijd|e, ouders.
Wass mfaiebt das.?. Het zijn mlaar, aartsher
togenen de schrijver is mia|a|r Wölfling,
zegt „De Tijd".
VAN HET VATICAAN
Pauselijke Diplomatie.
De Romeinsehe correspondent van „De
Tijd" schrijft:
Sedert 1919 werden verschillende ver
tegenwoordigingen 'bi d. II. Slt|oieO] Veranderd'
in gezantschappen en hunne titularissen
Verhoogd v;a,n gevolhiachtigde minis-'
ters tot gezanten. In 1919 w©®1 Spanje de
eenlgst» Staat die een gezant had hij den
H. Stoel. Kort dahrop volgde Duitsahland
Frankrijk en ook' België verhoogjde daarop
zijn gevolmachtigd minister tot gezant.
Hetzelfde geschiedde door de Republiek
van Brazilië en kort daarna door die van
Peru. Chili kan diap niet langer achterblij
ven en nu is ook bij het Parlement van
Argentinië een voorstel ingediend tot het
verihoogen der diplomatieke vertegenwoor
diging) bïj den II. Stoel tot gezantschap,
voorstel dat wegens de nationale trots
welke bij geen andere Zuid-Amerikiaansehe
Republiek wil achterslaan voorzekter zal
aangenomen worden. De H. Stoel Weant-
antwoordt iaian deze voorkomendheid, doe
toUeestjal grondslag yiindt in nationale)
eigenliefde met .het verhöogën der Pause
lijke internuntiatuur tot nuntiatuur.
Uit dit alles blijkt echter welk een groot
gewicht groote en kleine Europeesclie en
buiten-Europeese'he staten Hechten op waar-
digle wijze bïj den H. Stoel vjartegtenwoor-
digd te worden. Even eenigie jaren gele.dcn
toen er sprake w'as dat Frankrijk' de diplo
matieke betrekkingen met den II. Stoel
zou hernemen, haastte Dnitschland zich
zijn gevolmachtigd minister bij den II.
Stoel, Diego von Bergen, de titel van ge
zant tie geven. Zulk' 'n verhoogin'gl brengt
met zich een plechtige audiëntie zjan den
H. Vader in den troonzlaal van hetVati-
caian met aanbieding der nieuwe geloofs
brieven. Zoo heeft de gezant van Duitsoh-
land bïj den H. Stoel den voorrang op
dien- van Frankrijk.
Behalve de gezanten zijn er hij den II.
Stoel nog zeventien gevolmachtigde mi
nisters geaccrediteerd, namelijk van Ne
derland, Hongarije, Beiierenj, Colbtobïë, Bo-
livië, Venezuela, Niclapaqua, Haïti, Jugo-
Slavië, Rumenin, Polen, Monaco, Portu
gal, Costal Rica, Czecho-Slowakije en tijde
lijk Groot-Britanje. Het gezantschap v.an
Rusland bij den H. Stoel schijnt stilzwij
gend afgeschaft te zijn, tenminste in 'heb
laatste Annuario Pontificio verschijnt niet
meer den najam van den titularis, maar
wordt zelfs het gezantsch|ap niet meer
vermeld.
Trouwens ook onder het Keizerschap was
het gezantschjap van Rusland bijna een
sinecure geworden. Een nieuw benoemde
gezant bood zijne geloofsbrieven ,ann en
bezocht dan den Kardinaal-staatssecreta
ris1 aan wie hij den inzichten' zijner regee-
ring hekend maakte. Voor de rest zag' men
hem dan weinig op het Va.ticaan als met
'feestelijke gjelegemheden als gpheel1 het' di
plomatiek korps tegenwoordig moet zijn.
Wiel w as hij Spoedig büj: de hand alls'er vol
gens de msening zijner regeering, tegen
iets te protesteeren viel.
Eiken Zaterdjag verleent de Kardinaal-
staiatssecretaris audiëntie aan de gezunten
bij cbe. H. Stoel. Ze hieglevien' zich! dan
meestal n,aar de bureaux der staatssecre
xie, waai' ze een onderhoud hfebben met
Monsignore-Substituut. Ook op andere da,-
gen worden de gezanten, hetzij' door kien
den Kardïnlaah hetzij door |d|e twee mede
helpers van Zijne Eminentie ontvangen
Tot voor weinige jaren geleden hadden
de twee gezanten vjato een en denzelfden
sta/ait te Rome de gez'anten bïj1 Vatica.au en
Quirinaal zeer weinig bfetrekklingten onder
elkander, pangzamerhand is echter daarin
een wijziging gekomen, ofschoon bij offi-
cieele ontvangsten de bëide vertegenwoor
digers nooit te siamen aanwieZig zijn. In:
de zomervacjantie1 met de1 groote hitte ver
dwijnen de gezanten en laten het gezant
schap over aan een secretaris of to*3{
Voegde.
Op dco elfde11 Zondag n® Pinksteren.
Epislel I. Van dén H. Paulus tot de
Corinthen. XV. 1.10.
Broeders! ik herinner u Wet Evangelie
hetwelk ik) u 'heb' verkondigd, en gij' ook
ontvangen ibebt, in hetwelk gij ook' vol-
hefc volk, „d]3|t ze nu zooi 'mededeelzaam' is
en zich dadelijk afgeeft, ofschbon ze Toch
anders ongaarne en gedwongen aan het
spel vj,n onze buurkinderen deelniepmt.
Ze kan wel aardig mJet hen praten, legt
soms hunne kleine geschillen bij, miaiar
öVer ''t algemeen houdt ze zich toch niet
met hen op."
„Zeg, Andrea", sprak juist Glyceria,
„uwe stem klinkt zoo welluidend, ge k'unt
zeker wel schoon zingen? Toe, zing eens
iets!"
„Ik k'en lallèen droeve wijsjes,"- 'ant
woordde Andreial, „en Tk mag u, niet treu
ri'g stemmen, nu ge zoo vroolijk en ver
genoegd Zilt A
„Kom' hier hindriep Paustina op
hiarschen toom, „en onthoud goed, dat
Glyceraal van edelen bloede is en gij alle
hare wenschen moet inwilligen; dat ge n
van alie vertrouwelijkheid moet onthou
den, zo«virs liet eener slavin Ieg<eaover eene
piltticisphe hetaamï.^
Gij ifeze woorcfen sloeg Andrela,hare
neoiere oogen onderzoekencf op «Ie jonge
vscüw; hjire Tippen Bkfwoigen zidh onwiT-
lekeurig, mpar persten zich weer teza
men om (het lantwöiord tegen te boude®,
dat er aan. wilde ontsnappen. Zij bbog
het hoofd en (antwoordde niet. Anldirea be
trad op Faustina's wenk de khmer, waar
Flayius was achtergebleven. Hij Meld zich
opzettelijk op den iaohtergrond. Geen
woord richtte hij tot het kind, hetwelk
Faustina met korte woorden de verschil-'
lende Bezigheden opleglde, d|ie zij vjap nu
hardt, en w|a&rdoor gij1 ook zlalig) Wordt,
indien gij het behoudt gelijk ik' het u ge
predikt heb'L anders 'hebt gij tevergeefs
'net geloof aangenomen. Want ik heb u
vooreerst overgeleverd, ihetgene ik ont
vangen heb': d|a,t Christuis volgens de
Schriftuur, voor onze Zonden is gestor
ven dat Hii begraven en ten' derden dlagfe
is v|erre'z«n volgens' de Schri;f!tu.u(rdatt
jHij van Ceph|as is gezien, en daarlna van
de elf. Vervolgens is Hij van meer dan
vijf honderd broeders te ziam'eu gezien,
waarvan velen nog in het leven, maar
s"mmieen reeds gestorven zijn. DaUïna
.is Hij van Jiacobus gez'ien, vervolg|ens
Vain allo Apostelen, én fen' laatiste. vani
allen is Hij ook versohenen ,asm mij die
als een misbioorling ben. W|a|nt ik ben de
geringste der Apostelen, die niet waardig
ben Apostel genoemd te worden, omdat
ik de Kerk' Gods vervolgd heb; maar idloor.
de genade Gods bén ik hebgene i:k' ben,
en zijne genade, is in mij niet ijdelgeweest.
Evangelie., M;a.reus, VII. 3137.
In dien tijde Vertrok Jezus yan de gren
zen van Tyrus, en kwlarni' door Sidon,
midden door het lanld! der Tien steden,
aian de zee van Galilea. En zij' brachten
bij' hem' iemand, die doof emi stom w|a,s, en
zij verzochten Hem dat Hij hfem de hand.
wilde opleggen. En Hij' nam' hem' ter zijde
van het volk, stak zijne vingeren in zijne
ooien, en raakte met speeksel zijne tong
aan; en naar den hemel ziende, verzuchtte
Hij en zeide h«m: Epheta, da,t is1: wordt
geopend. - E:n terstond werden zijne ooren
geopend, en de band zïjiner ton'gl werd' ont
bonden, ,en hij sprak wel.
Toen gebood Jezus hun om; het niemand
te zeggen. Majar hoe meer Hij het hun
verbood, te meer zij verkondigden, en
te meer zij' zich verwonderden en reiden:
Hij heeft alles wel gedfiian, en de doov'en
'heeft Hij dioen hooren, en de stommen
doen spreken.
ENGELAND.
In Engeland is in het Ljagerhuis een
voorstel ingediend om de vroiuwen toe te
laten tot de Universiteit vpin Cambridge,
Wiapr zij nog' altijd geen vol ledige acade
mische rechten bezitten.
Et werd druk gedebatteeridL Tegpn bet
beginsel wlas weinig oppositie. Enkele |if-
gevaiardigden meenden „Idlat geen sterke
mannen konden worden gevormd aan uni
versiteiten open voor béide geslachten",
maar ten slotte ging de stemming over de
vrati'g of de universiteit ja dan neen hier
over moest beslissen.
Bij stemming werd ualg|emla)ikt dat do
beslissing bij de Universiteit lag).
HONGARIJE.
De Hongaiarsohe minister van Onderwijs
heeft een deputatie ointyapgen van vrou
welijke doctoren en leden van 't parlement
uit verschillende politieke piaï'tij'en onder
leiding Van Mgr. Gieswein. 'De deputatie
kwam hij den Minister laandrmgiem am' de
medische faculteit laan de Universiteit ook
voor vrouwen open te stellen.
VOOR VREDE EN VRIJHEID.
Dc Intern. Vrouwenbond voor Vrede
en Vrijheid' houdt v,an 1630 Aug. een
Congres te Podjebrad. De vpordriaphten
zullen in Ihet Tsjechisch, Fransch en En-
gelseh worden giehouden, o,a. ztal Remain
Rolland spreken.
EEN VA C AN TIE -HU IS VOOR
MIDINETTES.
De Parijsche midinettes (méisjes, die op
ateliers |a;ls' naaister en modiste werkzaam
zijn) krijgen door hemdddeling va® 'het ge
meentebestuur der hoofdstad een Vakantie
huis, en niet gering ook. Het gemeente
bestuur heeft n.l. de hland weten te fegglen
op een oud kasteel laan de MidHIellanidische
Zee, hetwelk Ms yapantie-oord vopi' de
meisjes zal worden ingericht. N(a| ©én jaar
van werken in de bedompte Piarijsöhe
mode-ateliers kunnen 'zij voor vijf frs. per
dag' djaar haar Vacantie doorhlrenglen. De
stad Zal met een jaarlïjksche subfeadie van
300.000 frs. bijspringen.
VROUWENKIESRECHT IN
FRANKRIJK.
Frankrijk heeft nog Igeon Vrouwenkies
recht. Een vporsfcel da(arto© werd in 1918
verworpen. ThunS is opnieuw: bïj het' Par
lement een initiatief-ontwerp aanhangig
gemaiakt, om' aan de vrouw van 25 jaap en
daarboven het actief en passief kiesrecht
toe te kennen.
fii te vervullen had.
Andrea had hem zélfs nog niet bb-
nierk't, vóór hij op 3e kleine Glyceria;, die
over een kussen struikelde, toeschoot om'
b,aar tegen te hio,uden. Ook Andrea was
toegesneld en stond zoo vlak tegenover
Flavins. Zij zagen elkaar slechts ten halve
mpfii' toch bemerkte hij tot rijn genoegen,
dat het meisje hem erkend had.
Andreai ontstelde echter niet in 't minst',
behalve dat Hare gelaatskleur een oo-gen-
bliii venanderde. Zij antwioordldle op dp
vpalgen v,an"Flavius met even groote ge-
ruslhcid enduidelijkheid |a!s o-p d(ie van
Faustina. Dm 'haar op "Se proef te stellen,
h'eyail iiij' haar een 'hekken lauw' water te
halen en Het .vast te houden, 'terwijl hjj
zijne hiainden wiesch'.
Zij gehoorz|aamde met onverstoorbare
bvlmte, bleef recht yoor Kern staan, .oogen
Schijulijk met onverschilligen blik', de
cogen terneergeslagen, miet hare kleine
handen de zilveren wiaschkomvast hou
dend, zonder Idlopr Idlerzelver zw(aiarte ver
moeid' te schijnen. Toen Flatvius klaar, was
trok zij zich met dezelfde ongedwon
genheid terugi. De Patriciër Volgde Kaar
met de o,ogen en fluisterde b'iji zich Zel-
ven: \V'oin3erhiaar kind." Hierpp ging
hij uit.
N(i| een kort verblijf te Riime, lang ge
noeg echter pni' Foiustina de voornaamste
merkwlaardigheden der werelld'staidl te doen
bezichtigen, vertrok het huishpiUden nia(ar
Gaiëta, waarheen de slalven reed® voprüit-
gezonden w|aren, om alles in ~'t paleis
EEN 'OPROEP VAN VRJOUWEN.
Deze week Ihad te Keulen-Deutz' inl een
gemeentelijk gebouw een groote bletooging
plaats Van Keulscha vronwan, orn1 een b'e-
roeji te doen op de wereld, en Idle aja'lhdlaeht
v,an lamdere volken te vestigeln op den ver-
sehrikkëlijken toeistand v)ap Wet Duitsche
volk.
VROUWELIJKE ARTSEN.
Te. Chicago (Ver. Staten) is eap v'ereeni-
ging van vrouwelijke medici opgericht,
onder den na|a|m van „Raad van vrouwe
lijke Artsen".
MODEMUSEUM.
Te Parijs is men Voornemens een miu-
seurn in to richten en binnenkort te ope
nen, dat een overzicht z(ail geven van alle
modes van den tijd v|aln Karei IX af.
Ernstig verschijnsel.
Een van de itfeest ernstige verschijn
selen vain onz'en tijd is de -steeds toene
mende overmoed der atheïsten. Een groep
dezer mannen onder den u|aiam! Van Com
munisten heeft de volstrekte macht over
een groot volk veroverd. Zij' lieten, prac'-
tiseibom1 staande te blijVen, 'hun eom'niiu-
nistisch program' grootendeels yaren. Maar
des te grooter wordt hun woede tegen
God en godsdienst.
Wat zij in 'hun geschriften en, teekenin-
gen aandurven, giaat alle beschrijving ta
b'oven.
Zij verbieden, dat de Npiam' Godis met
een hoofdletter gesehreVon wordt.
En op de jongste vergadering der Exe
cutieve van de communistische pjwtij werd
o.m. verklaiard:
„ln aianknooping aan artikelen in de
Zwee-dsch-communistische pers verklajirt
de volksvergadering uitdrukkelijk, 'd-j.t de
eiseh den godsdienst ,als priyaiatzaak van
elk burger te beschouwen, slechts in een
burgerlijken stajat, maar onder geen om)
standigheden binnen de oom'munistischa
partij recht v|an bestaan Weeft. De volks
vergadering1 verklaart het aanwezig zijn
Van elk godsdienstig vooroordeel', wat dian
ook, bïj dp leidende paTtij'gpnoofen! voor
geheel ontoelaatbaar en richt de opmerk
zaamheid der partij op de naoldtoakelijkhéid
van een anti-godsdienstig© propaganda
naar ,een nauwkeurig opgemlaakt pro-gram,
dat rekening houdt met het gedachteleven
der massa
'Wij .hebben' reeds meer dan eens op do
actie van dit overmoedig atheïsme ge
wezen.
Hel mag onze jaiandacht niet ontgaan.
W:ant al Webben de clothm-unist'eh' buitten!
Rusland tot nu geen overheersehlenden in
vloed kunnen veroveren, zij werkten met
een ijver en een overtuigingl, die de belij
ders van den Christus besch|apmt.
Zij zijn ervan overtuigd, djajt, gia.a.t de
ontreddering van het politieke en mpat-
sc'h'app'elijke leVen in Europa voort, hun:
dag' ook in het Westen k|omen zpl
En wie zal zeggen ,dia,t zij ongelijk heb
ben
Tjerwïjl toch hun'-actie toi'et k'raeh'twterd't!
voortgezet, heersoht er qn'der regeeringen
en volkeren veelal een onverschilligheid
omtrent de hoogste gpederen, die met zorg
voor de toekomst vervuld doet zijn.
Zou het zoo vreemd zijn, als| qp die on
verschilligheid 'straks vijiapdschap en ge
loofsvervolging. volgde'.?,
(„De S,tand|a|ard".)
Jubileumlectuur.
Naar aanleiding der aanstaande
jubileumfeesten bij de herdenking van
den 25en verjaardag der troonbe
stijging van H. M. de Koningin ver
schijnen allerlei boekjes, aan die her
denking gewijd. Voor ons liggen „De
Klokken luiden", door J. C. de Koning
met teekeningen van Isings (uitgave
H. J. Spruijt, Rijswijk) en „Onzejubi-
leerende Koningin" voor de Neder-
landsche Jeugd bewerkt door J. Lens.
(Uitgave Oosterbaan en Le Cointre,
Goes). Beide boekjes zijn rijk geïllus
treerd en van een veelkleurigen, op
het jubileum betrekking hebbenden,
omslag voorzien.
Zij bevatten de geschiedenis van
bet Oranjebuis, van Prins Willem I
af tot aan Prinses Juliana toe, in
Voor den intrek in orde te brengen. Alleen
Andreia; was voortdurend hij' hare meeste
res gebleven, om wille ya,h de diensten die
zij Glyceric, te bewijzen had. Quintilla
hk|d hare dochter nog niet gtezien.
Opgesloten binnen de jniirem yan het
paleis, dat zii eens het hare kon noiemien,
wijdde zich Q.uintillai, in ggzelsoWaip van
ae menigte ïllyrische slavinnen, aan de
werkzaanrneaen, die 'haar werden opge
dragen. Haar geest was êdhter nïet bij
haar werk en Kaar hart klopte hoorbaar
telkens yamneer een wagen, di© pp Ihet
'huis aanhield, haar deed vermioeidbn, diat
FldVius met 5jn .gezin, dus1 ook Andrea
aankwam.
rlai aë'nt dagen vergeefscn wachten ver
schenen de reizigers eindelijk en in- de
zelfde gaanderij, die eenmaal getuige was
van haar geluk, zagen moeder èn dochter
elkander weder.
Hoewel Quintilla, reeds sinds gteruïmen
tijd op dit zoo gevreesde en toch vurig
glewcnselate wederzien Voorbereid w,ap,
kostte Ihet haar niettemin -groote möeite
zich in te houden en har® aandoening niet
te verraden. Bleek, nr'et samemg^pprste:
lippen, om eiken vreugdekreet v,a|n haar
moederhart te smoren, mtet beide Konden
krampachtig de marmeren balustrade om)
knellend, verslond zij met haire oogen het
g:elaiat barer teerbeminde docHtor; dan,
nit vrees zich door.hare blikken te veT-i
raden, sloeg zij hare oogen neder en staar
de stom' cn beweglinglops a|a|ar den vloer.
Haiar hart stroppide oivter van blijdschap en
ZOO'N DEUGNIET.
Moeder: Maar jongen, waarom bou
je vader's boek onder de kraan?
Jongen: Vader heeft toch gezegd,
dat bet hem te droog was.
HIJ MAAKTE ZICH NIET DIK.
Wat werk jij ijverig, Herman?
Ja, oom, ik werk wat ik kan.
Zoo, en waarom doe je dat?
Ja, dan kan ik later rijk worden
en een automobiel koopen.
En jij, Flip, waarom voer jij
niets uit?
Niet noodig, oom ik mag met
Herman meerijden.
JE KUNT NOOIT WETEN.
Isaac was wel de pienterste jongen
van de school.
Op een goeden morgen stelde de
meester aan zijn klas de vraag: „Wat
zouden jelui doen, als je van iemand
een rijksdaalder cadeau kreeg?"
Jantje stak zijn vinger op en zei
heel braaf: „Ik zou twee kwartjes
ervan aan m'n vader geven en twee
kwartjes aan m'n moeder, en aan
m'n zusje ook twee kwartjes, en dan
zou ik een gulden in mijn spaarpot
doen."
Isaac zat te glunderen.
„Wel", vroeg hem de meester, „wat
zou jij met den rijksdaalder doen?"
„Ik meester," antwoordde Isaac,
„ik zou den rijksdaalder wisselen in
tien kwartjes, en de tien kwartjes
weer in vijf en twintig dubbeltjes,
en dan weer al die dubbeltjes in
centen, en de centen weer in halve
centen.
„Maar waarom zou je al die moeite
doen?" vroeg de meester verbaasd.
„Wel", zei Isaac triomfantelijk, „je
kan nooit weten, of ze zich met het
wisselen niet vergissen."
ARME GIDS.
Dominé was pas beroepen in een
stadje, waar hij nog zelden geweest
was. Den eersten dag na zjjn aan
komst wilde hij een brief naar de
post brengen, maar niet precies den
weg wetend, vroeg hij een kleinen
jongen naar het postkantoor.
„De eerste straat links, dan de
tweede straat rechts, en dan ziet u
het postkantoor vlak over u liggen",
zei de jongen vlot.
„Jij bent een vlugge, aardige jon
gen", zei deminé vriendelijk. „Wil
je Zondag niet bij mij in de kerk
komen
„Wat moet ik daar komen doen?"
vroeg de jongen.
„Wel", zei dominé vriendelijk, „dan
zal ik u den weg naar den hemel
leeren."
„Die is goed", lachte de jongen.
„Hoe kan dat nou, en je weet nog
niet eens den weg naar het post
kantoor."
verband met de lotgevallen onzer
natie sinds 1572. Het boekje „Onze
jubileerende Koningin" lijkt ons in
dit opzicht het best geslaagd. Doch
beide zondigen al te zeer door een
eenzijdige Protestantsche opvatting
onzer Geschiedenis. Zoo worden in
„Onze jubileerende Koningin" bij het
opsommen van de groote mannen op
allerlei gebied, die zich tijdens de
regeering van de Koningin in ons
land onderscheidden, de Katholieken
zoo goed als niet genoemd; dr. Schaep-
man, dr. Nolens, prof. De Groot, prof.
Struycken, architect dr. Cuypers enz.
schijnen voor den schrijver van bet
boekje niet te hebben bestaan. Wij,
Nederl. Katholieken, zullen van harte
mee jubileeren,maar daarom moet men
de Geschiedenis nog niet gebruiken
om er ons mede te geeselen en dat
doet men, wanneer men in „t)e Klok
ken luiden" spreekt van „bet martel-
vreugde en werd tezfelfder tdjid) dipoir een
riyaprd) van droefheid |d|o©rstokee. Ommtd|-
deljijk m tajare nabijheid hare g|eliefde An,
dre<a, haar groot geworden dochter te hete
Ken, wjïit vrcugide, wat geluk! Doclh, Haar
niet iapn het hart te kunnen drukken, haar
niet te kunnen toeroepen: „Ik! ben uwe
inoedeioip hiape schouderen het knellen-;
lijden te moeten zijn en hiatar niet it$
de slavenjuk te zien, gjetnige van al' haar
kunnen troosten, o- wja,t Mttere smart!
Etavïus trad op haar toé en fluisterde
hiaiar) in 't por„Spreek slechts een woord,
z'weer uw dwjaas bdjlgje-loiof af en ik noem
hapr Glycerïa's ziuster en maak hjare af
komst hek'end. Beiden zend ik] u['3|a|n naar
Umhriië, w|a|ar gij' op mijne uitgestrekte
goederen kunt wonen."
Quintilipl drukte met Heide 'handen Hare
horst, h|ipr hart dreigde te breken. Doch
met yapte stem a-ntwoordde zij-: „lief;
woord, 'djajt gij vla® mij eischt, Flaviu®,
z|al 'ik nooit uitsprekenik' bten en blijf
Christin." i
„Nu, djtp heeft uwe dochter een ellen"
di-g! loven |aiau u te wijten.
„God z]al alles zoo weten te schikken,
dipt hij' mij te gelegener tijd er Voor Hes
loont, dia.t ik naar uwe aanzoeken ujet
het» geluisterd.'1
„En vhu .uwe dochter ,eene slavin gle-»
miapkt hebt."
„Ik hoop tenminste, d|a,t zij het mij ver
geven ZLal."
®Wdt iïefcjolgjiJ j