I Zeeuwscbe Courant ZATERDAG 19 MEI 1923 NIEUWE ZEEUWSCHE COURANT NIEUWE ZEEUWSCHE C Voor de Keuken. Medische Brieven. Gemengd Nieuws. Boekennieuws. VractóLuw Dagblad laar Zeeland VAN ioeJsche MELKSALON. NDERKLEEDIN6. m©@$ T-/; RIJSTTAART. 1 L. melk, 200 gr. rijst, 150 gr. suiker, 50 gr. boter, 75 gr. zoete amandelen, 2 stokje vanille óf 2 citroenschil, 3 eieren, 1 lepel paneer meel. (100 gram 1 ons). De melk met de vanille óf de citroenschil aan de kook brengen, de rijst goed wasschen en er bijvoegen, zachtjes gaar laten worden. De amandelen in kokend water weeken, waardoor het bruine velletje loslaat. Dit er afnemen en ze fijn- hakken. Is de rijst gaar, dan de vanille of citroen er uit nemen, en de suiker, de fijngehakte amandelen, de geklopte eierdooiers en de boter er door doen. Het eiwit zéér stijf kloppen en dit het laatst luchtig er door mengen. Een taartvorm met boter inwrijven met paneermeel bestrooien en daarin de taart ongeveer een uur bij matige hitte in den oven bakken. Voor taartvorm is de zoogenaamde springvorm het beste en gemakke lijkste. WATERGRUEL (46 personen). 100 gr. parelgort, l'/2 L. water, 100 gr. suiker 2 d.L. bessensap, 150 gr. krenten, een stukie pijpkaneel. De parelgort opzetten met koud water en pijpkaneel en 2 uur laten koken. Als ze l'/2 uur gekookt heeft doet men er de flink gewasschen krenten bij. Even vóór het opdoen roert men er de bessensap en de sui ker door. RIETEN MEUBELEN. Rieten meubelen maakt men schoon door ze te borstelen met lauw water, dat vermengd is met een scheutje ammoniak, 't Beste gebruikt men er voor een klein hard borsteltje dat dat men telkens weer in het vocht doopt. Daarna afspoeien met koud water zoolang tot het water helder is. INKTVLEKKEN. Uit wit katoen en linnen kan men inktvlekken verwijderen met een weinig verwarmd bleekwater of door er een papje van zuringzout en water op te leggen. Bij een hardnekkige vlek bestrijkt men eerst het goed met bleekwater, laat het uitwerken tot de vlek bruin wordt en bestrijkt het dan met een papje van zuring zout en water. Herhaal de bewerking tot de vlek verdwenen is. vertaald worden. Bij het uitvoerend Comité, Roemer Visscherstraat 14, Amsterdam, is het prospectus verkrijg baar. Te Amersfoort is een neutrale Montessori school geopend. Uitvindingen. De meeste vrouwelijke uitvinders zijn Pransche en Zwitsersche vrou wen. Vooral op het gebied der uur werk-industrie hebben de vrouwen uitvindingen gedaan. In Engeland werd in 1920 door 311 vrouwen en in 1921 door 297 vrouwen octrooi op uitvindingen aan gevraagd. Reeds in 1635 vond Sara Serom een zegel-machine uit. TRANSPLANTATIE. Wat de medicus onder transplan tatie verstaat, is door den leek niet zoo direct uit te maken. Welnu wij verstaan hieronder een bewerking die niets meer of minder beoogt dan het overbrengen van een losgemaakt weefsel of orgaan van de eene naar de andere plaats van het lichaam, ja zelfs op dat van een vreemde. Bij deze kunstbewerking hopen wij dan stilzwijgend, dat dit weefselstuk of orgaan zijn functie er niet zal bij in boeten. Nu zijn dit ongetwijfeld groote woordeneen ieder weet toch dat de wetenschap niet in staat is iemand voor nieuwe ledematen, noch een nieuw gehoor of oog kon voorzien. Alle proefnemingen op de hoogerge- ^ganiseerde dieren en ook bij den mensch zijn op een jammerlijk fiasco in die richting uitgeloopen. Rij lager georganiseerden, zooals lt rmen etc. gelukte dit proces beter 0slaagde men er in b.v. den kop ■<»n den één te zetten op den romp m den ander, terwijl het dier zich bjijkbaar kiplekker voelde. Bij de zoogdieren en in hooger instantie bij den mensch zijn transplantaties in eel geringer mate mogelijk. De be werking bij den laatste is beperkt tot deelen van de huid en het bind weefsel dat zeer gemakkelijk van de eene naar de andere plaats overge bracht kan worden. Bij groote ver wondingen wordt van deze mogelijk Jieid een dankbaar gebruik gemaakt. Wij kunnen ter bereiking van ons iloel op verschillende wijze te werk jaan. Op de plaats waar het grootste fluiddefect is, worden tal van kleine huidlapjes gelegd of een of twee groote lappen ingeplant. Het gevolg van dit tegemoet komen aan de na tuur is, dat door deze handelwijze 't genezingsproces zeer verkort wordt, hetwelk anders vaak weken zou duren Een ander voordeel is ook dat het schrompelingsproces van de huid dat bij Je en litteeken optreedt door ons ingrijpen tot een minimum beperkt blijft. Heeft er een groote huidver wonding in de buurt van een groot gewricht b. v. knie of elleboog plaats gehad dan kan door de huidschrom- peling (het litteekenweefsel) zoo'n gewrichtJzeer in zijn functie belem merd worden. Klieren zijn met kans op succes veel moeilijker te transplaneeren, al thans dat hun werkzaamheid een even groote is als wij dat van nor male klieren van de zelfde soort mogen verwachten. Zekerder is de medicus waar het klieren betreft, die geen uitvoergang hebben en die [een z.g.n. interne secretie (inwendige af scheiding) bewerkstelligen. Zoo heeft men schitterende resultaten bereikt met het overplanten van de 'schild klier zonder dat deze zijn functie in boette. Zenuwweefsel is het minst geschikt voor deze bewerking, zoodat in de practijk dit geen waarde bezit. Tusschen de genoemde weefsel soorten in, staat het been en spier weefsel. In 't algemeen kunnen wij zeggen dat doorgaans de bewerking tusschen het gelijksoortige het beste gelukt d.w.z. een sterke huid zal zich het best thuis gevoelen waar dit zich bevindt en omgeven is door de nor male huid, spierweefsel tusschen spier weefsel enz. Ook heeft men getracht weefsels van verschillende dieren op den mensch over te brengen. De onder vinding leerde hier dat de kans op succes geringer was en dat het over geplante stuk van een dier afkomstig spoediger en vaker afsterft dan dat van een mensch. Wat organen be treft, zooals lever, nienen, milt enz. bleek dit alles bij overbrenging een jammerlijke mislukking te zijn. Een schaduwzijde bij het overbren gen van huidlappen is de geringe bloedvaatvoorziening, wat soms ten gevelge had daU'zoo'n huidlap voor dat zij voldoende vergroeid was bij gebrek van bloedtoevoer afstierf, wat altijd gebeurt wanneer de eigen levens kracht tijdens de vergroeiing niet voldoende was. Om dit gevaar tot een minimum terug te brengen wordt van de z.g.n. gesteelde transplantatie gebruik gemaakt. Vlak bij de wond nemen wij een huidreepje dat wij voor zijn onderkant bevestigd laten van een zijde. Het reepje wordt dan eenvoudig 180 graden omgedraaid. De kans voor afsterven wordt deze maniperlatie veel minder, omdat van de voorzijde alle bloed en huidvaat jes van het huidlapje aanwezig zijn en van de bloedvoorziening van het geheel voorzien wordt. Door het draaien van het huidreepje ontstaat een plaatselijke verdikking van de huid, dit is echter geen bezwaar, daar deze verdikking zeer spoedig ver dwijnt. Het behandelde onderwerp is niet alledaagsch. Het geeft een bewijs van het steeds verder schrij den der medische wetenschap. MEDICUS. Zaken zijn zaken. In „School en Huis" kemt het vol gende aardige dagboekblaadje voor van D. „Hedenochtend de jongste mijner geachte zonen aangetroffen als typo graaf. In aktie met het „zelfdrukke- rijtje" van de oudste. „Wat druk je „Onze elftallen." Het blijkt ditmaal met hun voet balclub zoo erg meenens te zijn, als 't nog nooit geweest is. Al minstens zestien leden Ik kan donateur worden, vooreen dubbeltje per maand, en heb daar wel ooren naar „Maar als jullie Eerste klas wor den. Ik wacht, om hem de gelegen heid te geven, een klein bescheiden- heidje in 't midden te brengen, doch hij negeert die gelegenheid straal „als julli Eerste klas worden moet ik een tribune-plaats hebben." „Voor je dubbeltje in de maand vraagt ie koel. „Natuurlijk". „Als we gek zijn." Ik sta toch weer verbluftik meen de, jongens in 't algemeen zoo'n beetje te kennen. Maar dit vind ik toch weer kolos saal dat deballoteërt ijskoud z'n oude heer wegens betaling van te lage contributie.uit de eerste-klas-club zijner toekomst fantasie!" De roepstem der Natuur. Piet was, ondanks zijn jeugdigen leeftijd, tot levenslang veroordeeld. Weliswaar ontbrak het hem niet aan gezelschap, want hij was gekerkerd in gezelschap van een lotgenoot, en kreeg hij op zijn tijd zijn natje en droogje, terwijl hem dagelijks, zooals 't meer gaat met interessante gedeti neerden, allerlei versnaperingen, voor al door vrouwelijke belangstellenden, werden toebedeeld. Edoch, de gouden vrijheid is toch maar alles. Toen hij dan ook op een der eerste mooie dagen, met zijn gezel te luchten werd gevoerd door zijn verzorger, gebeurde het. Eerst zaten Piet en Rosa samen in 't gras en zij hielden elkaar vast omklemd. Hij zat er bij of hij geen tien kon tellen, zijn dikke opgeblazen buikje stak parmantig vooruit, en hij voelde zich nog vrijwel even onbehaaglijk als op zijn brits in het gebouw, die hij maar zelden verliet. „Zouden we ze niet wat beweging laten nemen?" sprak een van de bewakers, b.v. in zoo'n klein boompje laten klauteren". Zoo gezegd, zoo gedaan. Piet en Rosa werden opge tild en hun werd verzocht, eenige klimoefeningen te maken. Dat scheen hun wonderwel te bevallen, althans de stille, apathische Piet, die al den tijd van zijn gedwongen verblijf nog geen tien passen achtereen gedaan had, was al gauw in den top van het boompje. En in dien top wenkte hem de verleiding van het vrije leven. Hij kon daarjuist met de hand bereiken de uiterste twijgjes van een hoogen iep. Eerst plukte hij wat aan de jonge malsche blaadjes, kauwde er eenige op en verheugde zich over hun krach- tigen smaak. Toen rukte hij eens aan de twijgjes; ziet ze braken niet af. En nog voor zijn bewaker feitelijk doorzien had, welk een gevaarlijk probeersel die klimpartij wel was, had Piet zich opgetrokken aan de iepentakjes en zat in een oogwenk hoog en droog. Daarmee begon voor hem een nieuwe phase in zijn jeugdig orang-oetan bestaan. Hij keerde terug tot het leven in de kruinen der boomen. Rosa, de oudere, maar tevens de vrouwelijk- aanhankelijke, deed eerste schuchtere pogingen om haar kameraad te'vol gen, maar al gauw voelde zij dat ze den menschen niet meer missen kon, en ze bekeerde bedachtzaam in de armen van haar bewaker terug. Maar Piet liet zich door de smeekend blik ken die Rosa omhoog wierp niet ver teederen, hij klom en klom, steeds bladetend, tot hij tenslotte de reiger nesten bereikt had. Een vervaarlijke opwinding onder de verschrikte broe dende en jongen vertroetelende rei gers was het gevolg. Er had een formeel gevecht plaats tusschen Piet en een beangstigde moeder, waarbij hij, dank zij zijn lange armen, buiten het bereik van de vogelsnavel bleef, maar van zijn kant een aantal ge mikte oorvijgen toediende. Inmiddels was de wacht in het geweer geroepen, er werden ladders geplaatst, er werd geklommen, er werd getracht Piet naar den uitersten boom van de iepengroep te jagen. Vergeefs, met een prijzenswaardig overleg wist Piet van boom tot boom te slingeren, steeds juist kiezende de richting waarin de kring van zijn belagers zich nog niet gesloten had. Men besloot Piet met rust te laten. Er werd een traliehok onder de boomen opgesteld en daarin werd een schoteltje gezet met spijzen, waarvan Piet 't meeste hield, en men wachte af. Maar Piet attaqueerde definitief een reigernest, verdreef de bewoners die luid kruisend in de lucht bleven cirkelen, en installeerde zich voor den nacht. Beneden was belangstel ling van menschen, op zijn eigen hoogte was angst en nieuwsgierigheid onder de groote vogels, maar in ko ninklijke rust demonstreerde Piet, beter dan ellenlange beschrijvingen van Brehm, op een |manier die Ha- genbeck's Dierenpark niet zou kun nen verbeteren, het leven der orangs in de natuur. Hetgeen op heden anno 1923 nog te zien is in de Rottordamsche Dier gaarde. Aldus schreef een lezer van de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" Za terdag aan zijn blad. Het spreekt vanzelf schrijft „De Maasbode" dat we Maandag een kijk je zijn gaan nemen. Uiteraard was de belangstelling der leden overgroot. Piet, die den geheelen nacht in z'n hooge verblijfplaats had doorgebracht, heeft den geheelen morgen en middag aller belangstelling op zich gevestigd gehouden. Tegen drie uur des middags is z'n oppasser er eindelijk in geslaagd, den orang-oetan te vangen. Men had op het dak van het hooi- gebouw, in de nabijheid van de hoornen waarin Piet huisde, nog eens een hoeveelheid lekkere beetjes neer gezet. Op den gemelden tijd werd het den vluchteling te machtig en over won de honger de zucht naar vrijheid. Toen Piet zich te goed deed, werd hij bij z'n nek gepakt en in triomf naar z'n kooi gevoerd. Uit het leven van Caruso. In Londen is een boek verschenen over den 2 Augustus 1921 te Napels overleden grooten zanger Enrico Ca. ruso. Zijn fabelachtige rijkdom wordt misschien het best aangeduid door het feit, dat hij alleen met het zin gen voor de gramafoon meer dan 5 millioen gulden heeft verdiend. Caruso werd in 1873 te Napels geboren en begon te zingen toen hij zijn dienstplicht moest verrichten. Of dat was van enthousiasme voor den militairen stand wordt er niet bij verteld. Hij ondervond veel vrien delijkheden van een majoor „majoor met een leelijk gezicht maar een goed hart", die iets in den jongen zag (of eigenlijk uit hem hoorde) en hem in de gelegenheid stelde zijn prachtige stem te ontwikkelen. Zijn eerste optreden was intusschen een absolute mislukking. Curaso was zenuwachtig, de woorden bleven hem in de keel steken, hij had last met de hooge noten en hij versprak, dat wil zeggen hij verzong zich. In 1895* in Caïro ging 't beter. Hij zong daar voor een gezelschap Engelschen van wie er één met zijn hoed rondging en 100 pond ophaalde. Daarna haal de hij weer een „strop" op Sicilië. Hij had aan de lunch de in Italië gebruikelijke hoeveelheid wijn ge dronken doch daarbij vergeten dat Siciliaansche wijn heel sterk is. Het gevolg was dat hij even een dutje moest gaan doen en met een tamelijk zwaar hoofd het tooneel opstrompelde. Bij de eerste woorden was het al mis, want in plaats van „Le Sorti della Scózia (het lot van Schotland) zong hij van „Le Volpi della Scózia" (de vossen van schotland). Deze ongemo tiveerde wijziging in een bekend lied veroorzaakte in de zaal „een gemur mel dat aanzwol tot tumult". De im- pressario trachtte vergeefs de orde te herstellen jen men moest het gor dijn laten zakken. Een klein oproer- tje volgde toen hij den volgenden dag weer optrad. De hooge noten bleven intusschen zijn struikelblok, doch door ernstig oefenen leerde hij ook die moeilijk heden overwinnen. In 1898 trad hij te Petersburg voor den tsaar op, dien hij beschrijft als „een onaanzienlijk mannetje met een bangelijk gezicht". Na afloop zei de tsaarDank u zeer" en schonk den zanger een paar gou den manchetknoopen met diamanten In '99 bezocht hij Zuid-Amerika en in 1902 viel zijn eerste bezoek aan Londen, waar hij in Maida Vale een huis bewoonde tot de gepeperde inkomstenbelasting hem uit de Brit- sche hoofdstad verdreef. Betaald heeft hij die belasting niet, want hij ver trok overhaast naar zijn vaderland en schonk de meubels die hij niet mee kon nemen aan Engelsche vrien den weg. Van zijn inkomsten hield hij nauwkeurig boek en dat werk vertrouwde hij niemand anders toe. Pooien en kleine verliezen met kaarten werden eveneens genoteerd. Caruso stond vroeg op. Na tien minuten te hebben doorgebracht met zijn zout en water, gorgelen en inha- leeren, nam hij een bad, waarvoor hij soms een lagen muziekstandaard liet plaatsen, zoodat hij van het blad kon zingen, geaccompagneerd door een pianist in de aangrenzende ka mer. N. v. d. D. Battling Siki. Battling Siki, de negerbokser, van wien wij dezer dagen melden, dat hij uit wraak over zijn uitsluiting van een bokswedstrijd, met een leeuwtje op stap ging en in een café grooten schrik en onsteltenis teweeg bracht, schijnt zijn zonderlinge wan deltochten met den koning der dieren sindsdien te hebben voortgezet. Zondag had hij den Afriaanschen viervoeter weer uit zijn kooi in een menagerie aan den Quai d' Orsay gehaald en was heel genoeglijk op gewandeld naar een naburig café, voortdurend gevolgd door een nieuws gierige menigte. Toen hij zich in het café wat verkwikt had en den leeuw weer naar de menagerie wilde terugbren gen, bleek deze zooveel liefhebberij in het cafébezoek gekregen te hebben, dat hij weigerde, zich weer naar zijn hok te laten geleiden, in formeelen opstand tegen zijn meester kwam en dezen mir nichts dir nichts een fik- schen knauw in den pols gaf. De bokser voelde zich onmiddellijk „knock out" geslagen en viel zoo waar subittelijk in zwijm. Toen hij weer bijgekomen was, stond hij er echter op, weer naar de menagerie terug te keeren waar hij nu een chimpansee bij den nek nam, en met dezen zonderlingen compag non wat rond ging tuffen. Dichte haargroei. De Europeanen kunnen er zich op beroemen het dichtste hoofdhaar te te bezitten onder alle menschenrassen Volgens diverse tellingen staan bij hun op 1 vierkante cM hoofdhuid 260 tot 480 haren. Evenzoo is het bij de negers: er werden bij hun op een zelfde oppervlakte 280 tot 412 geteld. Daarentegen komen bij de Mongolen op een vierkante cM. slechts 224 tot 260 haren voor. Onder den invloed van verkeerde behandeling heeft echter de levensduur van den haar groei bij ons erg geleden. Het staat vast, dat de Europeanen in verge lijking met andere rassen de meeste kaalhoofdigen bezitten. Moord en brandstichting. Den tweeden Paaschdag, verbrand de in het dorpje Graulhet, bij Toulouse, het postkantoor. De eenige postambte naar, die het beheerde, kwam in de vlammen om. Zijn lijk werd geheel verkoold onder de puinhoopen van het huis aangetroffen. Eerst kort geleden kreeg men het vermoeden, dat de brand met opzet was aangesticht, en dat diefstal de drijfveer zou zijn geweest. Het baar geld, dat de postambtenaar in kas had, was verdwenen en ook van het particulier bezit aan effecten van den overledene was geen spoor meer te ontdekken. Zelfs indien het verbrand ware, zou men altoos nog wel enkele overblijfselen ervan hebben moeten aantreffen. Men heeft nu den indruk, dat de ambtenaar vermoord is hij was alleen thuis en dat daarna zijn huis in brand is gestoken. Een caféhouder uit het dorp is in verband hiermede gearresteerd, daar zijn gedragingen de aandacht der politie hadden getrokken. Sinds eenige weken leefde hij van ruime schaal; zelfs plaatste hij een advertentie, waarin hij een vrouw zocht met kennis van handelszakenOok is een andere man in hechtenis genonen, die in het bezit van een groote hoe veelheid effecten werd gevonden. Het Gildeboek. Als steeds is inhoud en typografische verzorging van het orgias-n vaa het St. Bernulphus-Gilde, ver. voor Kerkelijke Kunst en Oudheidkunde, te roemen. Meer dan de helft v,an de laast ver schenen aflevering is ingenomen door een diepgaande, studie over de cultuur rondom den Heiligen Bernard, die omstreeks het jaar duizend Bisschop w,as te Hildesheim. Ben dozijn prachtige afbeeldingen illus- treeren dit artikel van G. A. 8. Snijd'er- Ir. H. Thunnissen schrijft naar aanlei ding van het bezoek dut de Gilde-broed|er6 brachten aan de kapel van het It. K. Zie kenhuis in den Haag, waar Gerhard' Jan sen het door hem ontworpen en onder zijn leiding uitgevoerde altaar en de glas- in-lood-ramen verklaarde. Ook hier ver schillende .afbeeldingen tusschen de tekst. Over de Dorsale vjan het Hoogaltaar in de kerk der S. Ma Annunzia,ta te Florence, door den 17den eeuwschen Nederlandeche edelsmid Hendrik Bruyninh, zijn voor naamste werk', schrijft Maya Hoogewerf Tammiuen. Dom. Gregorius de W'. 't O. S. B. be handelt Kerkelijke borduurkunst en Jo seph Th. J. Cuypers btespreekt het glas in de St. Anthoniuskerk te Dor;d!reoht, beide artikels met afbeeldingen. Ten slotte de verschillend» rast» ru brieken. DISCIPITLUS APOLLINfS. Borneo-Almanak'. Terwijl de komende Pinksterdagen ons reeds spreken van d» eerste missie-zen ding, die der Apostelen, verschijnt op onze leestafel de Borneo-Almanak' voor 1924 tot steun van de Missie der Paters Capneijnen op Borneo en Sumatra. Een prachtig stuk lectuur voor de Rooinsdlie huiskamer, vol afwisseling van schetsen en verhalen en anecdoten en wietensw!aar- digheden in ernstigen en luimig en trant, doch steeds terugkomend op het hoofd thema de zendingsarbeid deir Nederland- sehe Paters Capneijnen onder de heidenen op Borneo en Sumatra, een theanai dat voor elk Roomseh Nederlandseh hart aan trekkelijk moet zijn. Het geheel is zinrijk verlicht met 'fraaie gravures, platen en vignetten. Zoo zijn b.v. de ZevenJ Heilige Sacramenten symbolisch! afgebeeld op de kalenderbladen van den almanak. Eiem losse gekleurde plaat, voorstellende St. Antonius yan Padua, en een losse wand- kalender voor het jaar 1924 voltooien den inhoud van dezen hoogst interes san ten Missie-a lman ak'. Wij wensehen hem de ruimfet mogelijke verspreiding toe, ook in Zeeland, waar do ordebroeders der Borneosche en Suma- Iraasche missionnarissen geen onbekenden zijn voor ons Roomsdhe volk'; de prijs behoeft waarlijk' niemand af te schrikken 50 heele een ten! (franco p. post f0,65 te bestellen bij de Paters Capucdjnen, Klooster Tilburg waar de administratie van den almanak is gevestigd.) Wie kan die niet. missen? En wat e»n heerlijk' mooi werk' steunt men met di|e 2 klwlartjes', ja we] het mooiste werk', dat onze Chris tenhand te doen vindt. Zegt toch St. Dyo- nisius, dat het goddelijkste aller wïsrken is: mede te arbeiden aan de zalighfeild der zielen. Binnen het raam der eischen, die men aan een goed Provinciaal Dagblad mag stellen, voldoet de aan alle redelijke verlangens volkomen Sla dit niet over te iezen I OPENBARE VERKOOPIftö leeren-, Jongeheeren- Kinderkleeding. IWij werden door aanklop egens slechte tijdsomstajpig- Iden) eigenaar van dejjpf ge- Wen voorraad Heeretv- en iderkleeding vantwea^Jeder- dsche fabrikanten, e#zullen ie goederen tegen fe geta- irde prijzen verkoo/en ie Goessche Melksatón van dhr. BUSTRAAN Opril iOLBERT-CO$tUMES Winkelpjijs: f 25, f 30, fjB5, f 45, f 55 Than„. |50, f 10, f 12,5(#f 17,50 f 20, f 25 Win.—.f—j- f75, f90, 110, f150, f 170, Jfans f 35, fjp, f 50, f 55, f 60. ongehe^ren-Costumes en htalonsAIjn bijna voor niets axeerdj evenals Dames- of sren (Regenjassen. lus eestieder, die iets noodig ft l®mt even een kijkje j de 9340-50 prkoop heeft plaats Dins- Mei, Woensdag 23 Mei, jerdag 24 Mei en Vrijdag jei van 9—9, Zaterdag 26 laatste dag der verkoop 93 uur. Beslist niet langer. Ziet gok vooral üe afdeeiing De Directeur J. GERRITZEK. or werierkeerig te keepen onze Adverteerders, steunt n ook zijn eigen zaak. beschermt uwjfieve kleinen Laat uw liev<£ingen niet on- aoodig lijdeijSaan kinkhoest, I benauwdheicgkeelpijn, hoest of heeschh^Td. Verzorgtjfaadelij k elke be- innencle,>*erkoudheid, hebt j steeds riafirvoor een flesch f Abdijsiroop in huis. Vannacift kunt ge ze nog noodig Jiebben. De s'ijm&plossflnd, hoeststil- j lendp verzachtend, zuive= re!w* en genezend is de j 'oplucht voor duizenden [ieders. Overal verkrijgbaar per I 'aeon plm. 2SQ gram fl.90, j onn 550 gram f c.60, plm uuo gram f 6 Eischt hand. tetfn'; L- L AKKEE'

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1923 | | pagina 6