Tweede Blad fMSEUWE ZEEUWSCHE COURANT Bericht. Buitenland DUITSCHLAND Het Boïcïewistiscli doodeniand. Kerknieuws Het hoekje van humor. Voor de Keuken. Voor onze vrouwen. ZATERDAG 10 FEBRUARI 1923 Den velen nieuwen abonnés en bun die het wenschen te worden, berichten wij door deze 1. Dat een week-abonnement 20 cis. kost en wordt afgesloten bij onze agen ten in de verschillende plaatsen, die tevens voor de wekelijksclje inning van de abonnementsgelden zorgen. 2. Dat elke abonne, door het feit zelt dat' hij abonné is, verzekerd is tegen onaelukken en wel geheel gratis. Ook heeft hij daarvoor geen polis noodig. Treft hem een ongeval, zooals aan het hoofd van de courant is omschreven, dan behoeft hij slechts te laten zien dat hij zijn laatsten abonnementstermijn heeft voldaan, om onmiddellijk daarop de geldsom te ontvangen, die voor dat ongeluk staat aangewezen. 3. Dat degenen, die per Post de courant wenschen te ontvangen, f2,90 vooreen heel kwartaal vooruit moeten betalen. 4. Dat de „Nieuwe Zeeuwsche Courant" het eenige Roomseh-Katholieke Dagblad is in Zeeland, een dagblad, voor de ge- heele provincie bestemd en dan ook over heel de provincie verspreid, actueel, interessant en gevarieerd van inhoud, gevende „aan elk wat wils 5. Dat elk Zaterdagnummer van de „Nieuwe Zeeuwsche Courant" een zeer mooi, hoogst aantrekkelijk geïllustreerd bijvoegsel beett, dat bij den abonne mentsprijs is inbegrepen en waarvoor men dus niets heeft te betalen. August en Fritz Thyssen. De Fransche maatregelen tegenover het lijdelijk verzet der Duitschers in het Ruhrgebied hebben, schrijft de „Zwolsche Crt.", een man uit zijn werk gehaald en in het volle licht van de publieke belangstelling ge plaatst, die tot nu toe zich niet bij zonder met politieke aangelegenheden bemoeide. Fritz Thyssen wordt in Duitschland op het oogenblik gevierd als de martelaar voor de Duitsche zaak, de man, die met terzijdestelling van zijn eigen belangen die van het Duitsche rijk en volk dient. Het zou voor hem niet moeilijk geweest zijn, zich te verstaan met de Franschen, zoodat zijn bedrijf voortgang vond en liij geregelde betaling ontving voor zijn product. Hij heeft er de voorkeur aangegeven, mede te doen met het lijdelijk verzet, waartoe het parool uit Berlijn door de regeering werd gegeven en waaraan eigenaars zoo wel als arbeiders gehoor verleenen. Door zijn positie is Fritz Thyssen de voornaamste geworden van de slachtof fers der Fransche maatregelen. Zijn lot wordt gedeeld door verscheidene anderen, maar wat dezen doen, wordt begrepen in den eerbied voor het gedrag van Fritz Thyssen. Hij is on betwist de hoofdpersoon in het drama. Fritz Thyssen is de oudste zoon van den stichter der firma August Thyssen, die thans twee-en-tachtig jaren oud is, maar nog altijd aan het hoofd staat y&n de groote onderne mingen, die Hiij in het leven riep. Mülheim aan de Ruhr is het centrum van dit moderne groote bedrijf, het Thyssen-konzern, een onderneming, die 65000 arbeiders in het werk heeft. Een bijna legendaire gestalte noemt Erich Dombrowski hem in het „Berl. T.", dezen man van middelbare grootte, met een gelaat, dat herinnert aan de portret-albums onzer grootouders. De scherpe neus, de kleine spitse witte baard, de intelligente oogen vallen dadelijk op. IJzeren energie en wils kracht spreken uit deze oogen. Meer dan een halve eeuw heeft hij een leven geleid, dat uiterlijk hetzelfde gebleven is, eenvoudig en zonder eischen. Zeer eenvoudig gekleed, begeeft liij zich eiken morgen om 8 uur naar den trein om de stad te hereiken waar zijn bureaux zijn. Wie hem niet kent, .zou niet vermoeden, dat deze door niets opvallende man de gene is, die in enkele tientallen Onder de jongste reeks brochuren, uitgegeven door het Geert Groote Genootschap, behoort ook een onder bovenstaanden titel, door den Z.Eerw. Pater C. Kolfschoten S. J. die in ons blad en elders reeds blijk gaf, met bijzondere belangstelling de monster achtige gebeurtenissen in Rusland te hebben gevolgd. Wij ontleenen hier een en ander aan zijn belangrijk vlug schrift, dat een algemeene ver spreiding moge vinden: Op den 14en April 1918 hield de tyrannieke Trotzky een groote poli tieke rede, waarin hij ten aanhoore van duizenden arbeiders profeteerde over de toekomst van het nieuwe Rusland «Wij, zoo sprak hij fanatiek, wij zullen een Staat van broederschap stichten in het land, door de natuur ons toegewezen. Wij zullen op grond slag van gemeenschappelijke samen werking de beschaving van dit land vooruitbrengen, wij zullen het om- jaren van een klein bedrijf een onderneming heeft gemaakt, die een der grootste ter wereld is. Vóór den oorlog vertakte zij zich ver over de Duitsche grenzen tot in Frankrijk, Marokko, Algiers en Zuid-Rusland. Zijn zakenbrieven, die hij gedeeltelijk nog eigenhandig schrijft, vertoonen een sierlijk, gelijkmatig handschrift, waaruit vaste vil en consequentie spreken. In den beginne had Thyssen een metaalfabriek, gedreven door een stoommachine. Zijn bureau was een klein gebouwtje, hijzelf hield zijn boeken bij, zooals hij zijn eigen rei ziger en technisch leider was. Lang zamerhand breidde hij zijn zaken uit in verband met de behoeften van de moderne industrie en verwierf geleidelijk mijnbedrijven enfabrieken. Deze uitbreiding heeft in de laatste jaren geleid tot organisatorische ver anderingen, zoodat 'n aantal bedrijven zelfstandig ingericht werden, verbon den tot een Konzern. Het kapitaal echter bleef dat der familie Thyssen, en geen vreemd kapitaal is betrokken in deze onderneming. August Thyssen is president van den „Aufsichtsrat", terwijl zijn zoon Fritz zijn plaatsver vanger is. Tot voor kort hebben de Thyssens een duidelijken afkeer gehad van het openbare leven. Zij trokken zich zeer bepaald terug van alle politieke of in het algemeen openbare functies en medewerking om uitsluitend voor hun werk te leven. Men heeft den vader wel eens een fanaticus van den arbeid genoemd en inderdaad heeft het werk al zijn aandacht in beslag genomen en opgeslorpt. Noch voor sport, noch voor kunst, toneel of litteratuur interesseert deze zakenman zich en alleen een enkel kunstenaar heeft zijn belangstelling weten te winnen, namelijk de beeld houwer Auguste Rodin, van wien een aantal werken de woning van Thyssen versieren. Een geheele reeks van Thyssens arbeidt in het familiebedrijf, Fritz, de oudste zoon, is de voornaamste onder hen. Hij vertegenwoordigt zijn vader in het kolensyndicaat en was dus de man, die aangewezen werd om de besprekingen met de Franschen te voeren, toen dezen het Ruhrgebied militair gingen bezetten. Hij kwam, gelijk men weet, in conflict met de Fransche autoriteiten en werd gearre-, steerd, om voor een Franschen krijgsJ raad terecht te staan. Op (Pen Zondag' Qmn'iquagodnia. EpislW I. van den H. pjajulus tot deCoi'intli XIII. 1—13. Broeders! al sprak ik le taal idler men scheen en der engjelen, indien ik' geeno lief- do heb, ben ik als eene klinkende schel ,en een luidend metaal. En al had !k de g\ave der verzegging dat ik alle weten-, schap hezat, en .al had ik al "t 'gteloof, zoo dat ik bergen kon verzetten:, indien ik geene liefde heb, ben ik miets. Al deelde ik al mijne goederen uit tot spijze der armen, en al gal ik mijn liohaarb over om te brandien, indien ik geene, HeflcUe heb, baat het mij niets. De iefde is veriuMigy zij is goedhartig d.e ILefcfe is niet afgunstig, zij handelt niet lichtv'aardigj en zij is niet opgeblazen, zij is niet eerziiuehtig zij zoAfc hare eigenbaat niet, zij' wordt ni,et toornig, zii„ denkt geen kwaad-, zij verblijdt zich niet o,ver de ongerechtig heid. ma,ar verheugt zich over over de waarheidzij hp.opt alles, jiij verdraagt al les. De liefde zal nooit vergaan; maar hetzij voorzeggingen, zij zullen ten einde loopen, hetzij italen zij zullen ophouden; hetzij wetenschap', zij z;aï te niet gedaan wordenwant de wetenschap en die pro fetie die wij nu hebben zijn onvolmaakt. Maar Wanneer hetgeen volmaakt' is komt, zul het onvolmaakte vernietigd1 worden. Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, oord!pei]die ik als een kind, dacM ik als een land. Maar hu ik een man ben ge worden, heb ik al h,et kind^che afgelegd. Wij zien nu door eenien spiegel'in.een raad sel, ma,ar dan van aanschijn tot aanschijn. Nu ken ik ten deele maar dah zal ik ken nen, gelijk ik gekend worde,: Nu blijven deze drie: geloof, hoop en liefdie, maar de liefde is de voornaamste van jdjeze. vormen in een uitgestrekten tuin vol bloeiend gelukonze kinderen en achterkleinkinderen zullen er leven als in het paradijs der aarde. „Er is een tijd geweest, dat men geloofde aan paradijslegenden, maar och, dat waren vage, duistere droomen, bitter heimwee van de ziel des men- schen, die achtervolgd werd door 'tidee van mooier leven in geluk, Wij, wij beweren, dat wij dat paradijs thans hier op aarde zullen vestigen door den noesten arbeid van onze aardsche handenhet zal bestaan voor allen, voor uwe kinderen en achter kleinkinderen tot aan het einde der eeuwen." Dat deze holle woorden al uiterst weinig kans hadden om inderdaad werkelijkheid te worden, er zullen maar weinigen zijn, die daar niet van overtuigd waren. Doch dat zeer vele bolchewisten in dol, redeloos enthousiasme, volstrekt geloofden en zeker waren van een heerlijke op leving der menschheid door toepas sing van hun sociale theorieën, men Evanglèlic., L'uc,as. XVIII' 3143. In di,en tijde (naml Jezus die twlaall tot zieh, en zeide hunziet Iwij gaaia naar Je ruzalem, en alles zal volbragt worden, wat 'door d'e Profeten v.an dieiu Zoon des monsc-ben geschreven is. Want Hij aan de Heidenen geleverd, bespot, gegéeseld en bespcgBn worden: en nad,a,t zij hem zullen gegeeseld hebben, zullen zij hem dooden, en hij zal ten. derden dag® ver- rijzeu. En zij verstomden hier niets Van, en dit woord wias yoor hen verborgen, en zij begrepen niet hetgeen er gezegd word. En het gebeurde, toen Hij Jerichp na derde, dp.t een blinde' bij den; weg zat te bedelen. En als dje die manigite hoorde voorbij gaan, vroeg hij; w!at het Was?. Zij zeiden hem dpn, 9ja.t Jezus' vam Naza- reth vporbij .ging. En hij riep, eu zeide Jezus, Davids zoon! ontferm] ji mijmer. Ea die vooruitgingen, bestraften hem, opdat hij zoudp ziwïj'gen. Maar hij riep veel meer: Davids zoon! ontferm U mij ner. Jezus stond djan Btil, en gebood! dat men hem' zoude hij Hem brengen'. En als hij nadar#, vroeg Hij' hjem, en zlefdfe: w'at wilt gij dat ik u dpe?, Hij' aniti-- «"Soraae: ïleer.,h|at ik zien mag. En Jezus zeide hem Wordt ziende, uw geloof lieeft u genezen. En terstond 'zag hij, en volgde Hem, cn verheerlijkte God. En al h|et volk dit zieindp, loofde God. Een wonderbare genezing door tusschenkomst van den H. Franciscas Xaverius. De correspondent van „De Tijd" te Parijs schrijft d.d. 17 Januari aan zijn blad Nog ligt ons versch in het geheugen de zegevierende rondtocht, welke de relikwie van den H. Franciscus Xave rius, bestaande in de verdroogde, maar in vorm en tact gebleven rechterhand van dien grooten Heilige, gemaakt heeft van Barcelona naar Toulouse en Bordeaux, om, na door duizenden te Parijs vereerd te zijn, wederom naar de Gesukerk te Rome terug te keeren. Zij is in al die plaatsen het voor werp geweest van godsdienstige eer- betoogingen en de geestdrift sloeg te Toulouse ten top, toen met reden de genezing van een jong kloosterzuster aldaar, aan de tusschenkomst van den H. Franciscus werd toegeschreven. Men sprak algemeen van een wonder, al gebood de geestelijke overheid, als steeds bezorgd een genezing aanstonds aan bovennatuurlijke inwerking toe te schrijven, het oordeel der genees- heeren en kerkelijke autoriteiten af te wachten. Het wonderbaarlijk herstel der zuster van de „Compassions" heeft zich intusschen, naar mij werd mede gedeeld, gehandhaafd en te meer reden is er deze genezing aan den tusschen komst van den H. Franciscus toe te schrijven, waar zich in den loop der maand November van het vorig jaar een bijna gelijksoortige gebeurtenis te Parijs heeft voorgedaan. Al past het ons ook hier op aan dringen der geestelijke overheid, de noodige voorzichtigheid te bewaren, wij willen niet verzuimen melding te maken van deze genezing, gelijk zij ons in het zusterhuis der Augusti- nessen van het H. Hart van Maria te Parijs, wei'd verteld, nadat wij er uit de „Semaine religieusö" kennis van hadden genomenZiehier het verloop der gebeurtenissen die men in de genoemde omgeving dankbaar erkent als de belooning voor het innige ver trouwen gesteld in den H. Franciscus. Bij het slot van een triduum, Zondag den 19 November, juist op het uur dat de relikwie van den Heilige Parijs ging verlaten, heeft de genezing plaats gevonden. Een der zusters Augusti- nessen leed sedert meer dan 3 jaren aan een maagzweer en het zieke orgaan had zich evenals de alvleesch- klier ruim 10 centimeter verplaatst. Sedert Maart 1922 weigerde de lever haar werking en de zieke was niet meer in^staat eenig voedsel tot zich te nemen, zoodat zij 14 kilo in ge wicht had afgenomen. Haar mede-zusters begonnen een novene ter eera van den H. Franciscus, wjens rechterhand in die dagen te Parijs zou worden uitgesteld. Zij doden het met des te grooter vertrouwen, daar ook tot haar de kan het niet in twijfel trekken. Thans na 4 jaren moest een ieder anders denken. De logenstraffing van Trotzky's toe komstvoorspellingen is zoo verschrik kelijk reëel, zóó tastbaar, dat het liefdeloos schijnt om nu daar de aan dacht nog op te willen vestigen. Heel dc Christelijke wereld, Europa en Amerika, ziet met ontzetting en altijd stijgend medelijden: stroomen van ellenden over dat land heengaan: 4 jaar vernietigingsoorlog, nameloos lijden, een gruwlijke hongersnood, zoo als nooit de wereld nog aanschouwde, de systematische uitmoording van alle beschavende elementen, 130 millioen arme verdrukten, onder den voet ge trapt door eenige lOOOOen bandieten, een verschrikkelijke terugkeer naar naakt barbarisme zijn de weerzin wekkende vruchten van den boom van vrede en sociaal geluk, door Trotzky en de zijnen eens geplant. Er komen er honderden uit allerlei streken van Rusland, die, wreed ge schokt, vluchten uit het land de tijding van de wonderbaarlijke ge nezing te Toulouse was doorgedrongen. De moeder-overste zeide mij een der zusters, en zij zelf bevestigde hét mij in een volgend onderhoud, zag daarin een aanwijzing van de voor zienigheid en spoorde de zusters tot een vurig gebed aan. De moeder der zieke kloosterzuster vereenigde haar gebeden met die der religieusen om door gezamenlijke ge beden de genezing van haar dochter af te smeeken. Zij nam deel aan het triduum in de „Notre Dame de Lour- des", dat ter plechtige viering van de uitstelling dor St. Franciscus reli kwie werd gehouden. Wij zelf, zeide mij de „mère supérieure" mogen het klooster niet verlaten daar onze orde een „demi-cloitre" is, zoodat ook geen der zusters, en dus ook de genezene zelf, niet in de gelegenheid is ge weest de relikwie te vereeren en te aanschouwen. Waren de zusters, ging zij voort, vol hoop evenals de moeder, die, het zij ter loops opgemerkt, tot de parochie van den H. Franciscus behoort, de zieke zelf was geheel over gegeven aan Gods heiligen wil, vol berusting hët einde van haar leven te gemoet ziende, zich niet waardig achtende het voorwerp te zullen wor den van een bovennatuurlijke in werking. Tijdens de plechtige kerkelijke feesten ter eere der relikwie, waar aan de zusters gelijk ik zeide, niet konden deelnemen en vooral op den sluitingsavond, gevoelde de zieke zich lijdender dan ooit, zoo zelfs dat men meende alle hoop te moeten opgeven. Het was echter in de loop van dien zelfden avond, juist op het oogenblik dat de relikwie Parijs ging veriaten, dat zich plotseling een niet te ver klaren omkeer voordeed. De zieke gevoelde zich niet alleen eensklaps beter dan in de laatste jaren het ge val was geweest, zij gaf teeken van een eetlust, die sedert langen tijd onbekend was geweest. Zij bracht een rustige nacht door, een zeldzaam ver schijnsel in de afgeloopen jaren. Ook den volgenden morgen en de dagen daarop nam zij het noodige voedsel tot zich en de spijsverteering liet niets te wenschen over. Geen spoor van maagziekte liet zich meer bespeuren en de maag zelf, hetgeen medisch werd geconstateerd, had de normale plaats wederom inge nomen. Gelijdelijk nam de herstelde in gewicht toe en van af dien tijd was zij wederom in staat haar taak als zuster ten volle te vervullen. Tot op heden, verzekerde mij de moeder-overste, die op de meest vrien delijke wijze mij de gevraagde inlich tingen verstrekte, heeft dat herstel zich volkomen gehandhaafd. Steeds meer nemen haar krachten toe en van haar vroegere kwaal valt niet het minste meer te bemerken. U be grijpt vervolgde zij, welk een vreugde deze genezing in ons zusterhuis heett gewekt en iioe wij dagelijks met de genezene onze gebeden tot dankbe tuiging ten hemel opzenden. Want, voegde zij er aan toe, al mogen wij het oordeel der kerkelijke overheid en in zonderheid van Pater de la Brière, met het onderzoek belast, niet vooruit loopen, een onderzoek dat eerst na geruimen tijd door een uit spraak zal worden bekroond, wij allen dragen innerlijk de vaste overtuiging en de genezene zelf in de allereerste plaats, dat dit menschelijk onverklaar bare herstel te danken is aan de wonderbaarlijke tusschenkomst van den H. Franciscus Xaverius Nog geruimen tijd mocht ik mij binnen de kloostermuren, met de Mè Superieure onderhouden telkens sprak zij weer over de groote genade die een harer medezusters was geworden. De overtuiging, die sprak uit haar stem, de groote liefde voor den H. Fran ciscus vooral, die zij ons deed ge voelen, hebben ons bij dit onderhoud diep getroffen. En heengaande hebben wij met ons genomen diezelfde overtuiging van doods. Zij zijn vol van de gruwelijke ellende daar aanschouwd en spreken met grenzenloos mededoogen over het lijden, dat daar geleden wordt. Ze hebben hier en daar gephotographeerd en leggen hun photo's uit. Maar een parig herhalen allen, dat ze geen woorden kunnen vinden, om den waren toestand te beschrijven. Er is niets wat daarmee kan vergeleken worden, zelfs de oorlog niet met zijn massale vernietiging van menschen- levens en menschenarbeid. O, de oorlog was ontzettend, som migen hebben hem meegemaakt, maar daar scheen, soms tenminste, een idee door, daar brandde een liefde, daar lichtte een ideaal en straalde een heerlijke heldendaad: 't wierp licht af ook over de gruwelijkste tooneelen van dood en lijden Het eerste begrip van de toestanden in een vreemd land krijgen reizigers door den gunstigen of bedroevenden staat der spoorwegen. Wie Rusland hinnenreist, voelt zich gebracht in een land van ellende/Lang niet alle EEN BESTE KLANT. Meneer u wenscht'? Hoeveel is dat brood, kellner. Brood wordt niet in rekening gebracht meneer. Wilt u biefstuk, kalfsoesters Hoort daar jus bij? Ja zeker, meneer. -- Wat kost de jus? Niets, meneer. Dan wou ik wel wat brood met jus hebben. SMAKELIJK. Mevrouw (die er reeds meermalen haar dienstmeisje op gewezen heeft, dat ze haar handen meer moest wasschen): „Ik hen blij, dat je nu schoone handen hebt, Marie." „Marie: „Ja, ze zijn nu goed schoon. Maar u had ze eens moeten zien, vóórdat ik het gehakt maakte!" APPELSCHOTEL. Mooie rijpe appels schillen, boren, de gaatjes vullen met suiker en kaneel en ze in een vuurvasten schotel plaatsen, zooveel er in gaan. Dan op iederen appel een stukje boter en ze laten staan in de oven tot ze goed- zacht zijn. Maak een crème van '/2 ons boter, '/2 ons suiker, 'l2 ons bloem, '/2 kan melk en 2 eieren. Klut3 de eieren en roer alles op de kachel goed door een tot het mooi geboncten is. Dan over de appels gieten (als ze zacht zijn) en alles nog in de oven laten staan tot er een lichtbruin korstje op is gekomen. haar en haar mede-zusters, dat hier inderdaad een genezing valt te con- stateeren, te danken aan bovennatuur lijke inwerking. De officieele uitspraak zal slechts de bevestiging kunnen brengen, en wij hebben deze af te wachten, of hier inderdaad van een wonder mag worden gesproken. Het eenvoudige en overtuigende levens- ware verhaal van deze moeder-overste, heeft ons persoonlijk niet doen twijfelen aan de zekerheid, dat ook hier het geloof de gezondheid aan een der kloosterzusters heeft terug geschon ken en de tusschenkomst der Heiligen, in dit geval van den H. Franciscus, opnieuw is bewaarheid. Een audiëntie van de presidente van de Internationale Enie van R.-K. Vrouwenbonden bij Z. H. den Paus. In de maand November vorigen jaars had Mevrouw F. Steenberghe- Engeringh, presidente van de Inter nationale Unie van R.-K. Vrouwen bonden een audiëntie bij Z. H. den Paus. „Het Centrum" is mevrouw Steenberghe over die audiëntie gaan intervieuwen en publiceerde zijn onderhoud met de genoemde presi dente in het nummer van 3 Februari j.l. Wij ontleenen er het volgende aan: Mevrouw Steenberghe begon met den nadruk te leggen op de vader lijke goedertierenheid en buitenge wone minzaamheid, waarmede Zijne Heiligheid haar had ontvangen. „Ik werd 'op 20 November bij den H. Vader toegelaten, die mij ontving in^zijne werkkamer. U begrijpt, dat ik eenigszins zenuwachtig was, toen ik het vertrek binnentrad en alleen stond tegenover den Paus, maar Zijne Heiligheid wist mij terstond op mijn gemak te brengen. Hij kwam mij met de grootste voorkomendheid te gemoet, deed mij op een stoel naast den z\jnen plaatst te nemen en Zijne eerste woorden gaven mij onmiddellijk een sterken indruk van Zijn groote belangstelling en hooge waardeering voor de katholieke vrouwen-bewe ging." „Mag ik vragen, welke die woor den waren?" lijnen zijn nog in gebruik. Op som migen loopen wagons zonder vensters, het ongedierte wemelt er, en niettegen staande dit weinig aanlokkende zijn ze overvol met reizigers, die tusschen en op de banken zitten saamgepakt, soms evenveel op de treeplanken buiten als er binnen. Er is nog maar één lijn, die een geregelden treinenloop heeft, de lijn PetrogradMoskoualle andere heb ben geen vaste uren meer. Een opont houd van 10, 12, 15 tot 24 uur is daar niets bijzonders. Leden van buitenlandsche commissies hadden zich, vóór zij Riga verlieten, van alles voorzien, om tot Moskou in het leven te blijven. In plaats van één dag doet men er dikwijls 3, 4 en 5 over. Ner gens op de stations of in de coupé's is er verlichting of verwarming, levensmiddelen koopen onderweg is een onmogelijkheid; men moet alles kant en klaar bij zich hebben; zou men iets willen koken of bakken, dan moet men in de koffers een olie- of spiritustoestelletje mee hebben inge-

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1923 | | pagina 3