i, boes ragen. oren, tien zijn reizen, Tweede Blad DEL. erjjatr in VttSSWGEN De goede kant van den Voetbal. Kerknieuws Voor onze vrouwen. Gemengd Nieuws. Het hoekje van humor. Voor de Keuken. ZATERDAG 22 JULI 4822 VÊUWÉ ZEEUWSCHE COURAN 6849-25» 6767-50 :r fLESSINGEN )ranjes»raat 9-11 Telefoon 321 nen, Likeuren. 6885-3» Tiaoj^ or der^Mfltriendcn voordeelige ing 6883-28 lRKOLEN, mkoolbriketten. ïcurreerende prijzen. 18 - MIDDELBURG tr. Perserij Loskade) dkoopst ad'®* Onder dezen titel "«schrijft Pastooi Sloet (Abcoude) in „Het Centrum Als een ding aan één kant belicht wordt, dan komt de andere kant in de schaduw. Op de waarheid, dat aan alle urn- gen twee kanten zijn, maakt de voetbal geen uitzondering. Maar nu is de kwade kant van het „bruine monster" den laatsten tijd door allerlei voorlichters zoo dikwijls en zoo sterk belicht geworden, dat velen er geen goeden kant meer aan zien. Anderen hebben den goeden kant behoorlijk in het licht gesteld, maar bij de zwart kijkers overweegt natuurlijk de eerste indruk. Ik wilde eens het volle licht doen vallen op één bepaald punt van den goeden kant, een punt, dat m. i. nog niet voldoende belicht is geworden en dat toch allerminst uit liet oog mag worden verloren. Ik bedoel liet rechtstreeks zedelijk effect van den voetbal. Ik behoef mijn geachten confraters in de zielzorg niet te vertellen van de zedelijke gevaren, waarin de jon gens verkeeren in de „vlegeljaren". Dan krijgt de jongen allerlei indruk ken en phantasieëh, die hij vroeger niet gekend heeft. Hij ziet dingen in de wereld, die hij nog niet opmerkte, en krijgt gedachten, die hij voorheen niet had. De sexueele passie leeft op hij kijkt de meisjes anders dan vroe ger aan, en zij kijken hèm anders aan. Wij hebben in Abcoude ook een voetbalclub. De rechtstreeksclie reden voor de oprichting wasliefst alle jongens in het patronaat te krijgen en te houden. Het middel werd uit stekend. Maar dat is het niet, wat ik zeggen wil. Vóór het bestaan van de voetbal club hadden we veel te doen met jongens van genoemden leeftijd, die mot meisjes, en natuurlijk met meisjes (nog niet eens bakvisehjes), die met jongens „liepen". Dat ge beurde juist op Zondag, want dan gaan de meisjes „wandelen" en de jongens „loopen". En dan treffen ze mekaar, natuurlijk „heel toevallig", en de jongens mochten (of gingen toch) met de meisjes „een eindje op- loopen". En zoo worden er kennisjes gemaakt, enz. Door de week moesten de meisjes 's avonds wel eens „bood schappen" doen en de jongens waren „toevallig" ook op straat. En de ouders ontdekten soms briefjes, die wat weg hadden van minnebriefjes.- Zelfs in de kerk werden aardige briefjes gevonden, waarin ook af spraakjes niet ontbraken. Men begrijpt, dat we met dat gedoe, en alles wat er' bij kwam, heel wat te stellen had den. Eu men meene niet, dat het in andere plaatsen beter is: de jongens en meisjes zijn elders natuurlijk net zoo, en Abcoude is in zedelijk opzicht geenszins de slechtste parochie in de Vechtstreek. Welnu, dat is nu uit. En dat komt van den R.-K. Voetbal. De jongens voetballen Zondags middags. De ouders weten waar ze ziju en onder welke hoede ze zijn en zelf gaan ze ook dikwijls naar het spel van hun jongens kijken. Hebben de jongens geen ernstige „match", dan voetballen ze onder elkaar, om zich te oefenen", maar ze voetballen toch. En als ze gevoetbald hebben, dan zij n te moe om te gaan wandelen. Ze gaan dan naar het patronaat, waar ze nog wat na-voetballen, vooral als ze een wijdstrijd gespeeld hebben, en waar ze verder prettig en nuttig den avond doorbrengen. Daarna gaan ze niet meereen straatje omloopen, maar gaan naar huis. En dan slapen ze 's nachts als rozen en denken niet aan meisjes, maar droomen over voet ballen. Dr. Ariens heeft gelijk, als hij zegt, dat de geest der jongens door den voetbal in beslag wordt genomen. Maar dat is juist de mooiste en de beste kant van den voetbal. Meent men dan, dat een doorsnee-jongen in de vlegeljaren, die niet voetbalt, op het beetje werk (vooral in den tegen- woordigen tijd), dat hij door de week op een kantoortje of werkplaatsje of in het boerenbedrijf te verrichten heeft, z'n jongensgeest zet'? Denkt ge dat de meisjes niet in z'n hoofd zitten, dat hij 's avonds van zijn werk recht door naar huis gaat, en dat hij met andere jongens niet over meisjes praat'? Waar zal hij anders over praten'? Over 't weer of over de politiek soms? Een voetballer praat over voetballen en wat daarbij te pas komt, en daar komt het weer ook bij. r Hierbij mag ik ook wel even reppen van dat andere kwaad, dat fatale -waad, dat zoovele jongens aantast, ri1'®11 Physischen psychisch degene- ruïneert. moieel eu S°dsdienstig Vooi die sexueele gevaren, de grootste voor de jeugd, bewaart hen de voetbal, d. w. z. de Roomse he voetbal. Dat is het alles overwegende goede effect van den Roomschen voetbal. Onze jongens moeten op Zondag voetballen, want juist dan, de Zondagnamiddagen, dreigen hen de grootste gevaren. De jongens gaan loopen en de meisjes gaan „wandelen". De jongens gaan fietsen en de meisjes ook. In eeh kwartier zijn ze een uur ver weg buiten toezicht van ouders en fatsoenlijke mensehen, Do jongens van de „fijne" Protestanten mogen op Zondag niet voetballen van hun oude lui, en op andere dagen kunnen zij niet. Ze moeten thuis blijven in ern stige Zondagsstemming, waar hun jongensgeest niet bij is, of stemmig wandelen, waar ze geen jongens voor zijn. Denkt ge dat die sterker en beter zijn dan de onzen? Ernstige w e d s t r ij d e n moeten ze ook hebben. Anders „voelen ze er niet genoeg voor. IIuu geest moet er bij zijn en moet er in zijn. Alle jon gens moeten spelen, en dat spel is een „wedstrijd", en groote jongens moeten een wedstrijd hebben, die hun een vermoeiend spel waard is. Andersgaan ze liever liggen dobbelen, om centen, en later om rijksdaalders. Dat weten we ook bij ondervinding. Voetballen is „onhygiënisch", zeg gen sommigen. Kom ze eens kijken, onze jongens. Echte gezonde, ferme, vroolijke jon gens, die in een paar jaar uit de kluiten geschoten zijn, hun ouders over het hoold heen. Dat komt van het voetballen. De jongens moeten zich moe spelendan komen ze thuis en eten alles op en slapen zich 's nachts een hal v en centimeter grootcr. En nu, gij die zoo bejorgd zijt voor de jongens, die voor het voetbalspel een soort „passie" hebben dat hebben ze allemaal en als ze deze niet hebben, dan hebben ze andere en slechtere, en elke passie is ook geen kwaad wees gerustAls ze eventjes in de twintig zijn, dan komen ze er wel af. Ze willen nog wel eens optreden als invaller in een zeldzaam geval, of een .keer als scheids rechter, maar het eigenlijke voetbal spel is er af. Ze hebben ook altijd geen tijd meer; ernstiger dingen leg gen beslag op hun geest. De jongens jaren zijn voorbij. En de vroegere voetbaljongen gaat als frissche onbe dorven jongeman het rijpe leven in. Ten slotte nog een paar opmer kingen. - Voetbaljongens gewennen aan tucht eu orde en gehoorzaamheid. Die zijn bij het spel noodig en worden streng gehandhaafd. Zij leeron daar die deugden heel nattig voor llolland- sclie jongens. Alle voetbaljongens wij hebben hier 3 elftallen zijn vrienden ouder elkaar. Geen betere kameraadschap dan onder voetbaljongens. Geen aparte vriendschapjes, enz. De jongens laten zich leiden door den kapelaan. Want bij een Roomsche voetbalclub hoort een „voetbalkape laan", die hun beste kameraad is en aan wien zij alles kunnen vertellen. Zij passen goed op en gedragen zich zoo goed mogelijk; anders zouden ze van het patronaat afkomen en meteen van de voetbalclub. En al is hun geest in beslag ge nomen door den voetbal, ze doen hun door-de-vveeksche werk even goed als anderen; trouwens zooveel geest hoort daar niet bij. Ik bedoel de gewone jongens, die de groote meerderheid vormen. Ook voor de studenten is voetballen goed en heilzaam. Alleen wanneer ze 's avonds moeten studee- ren, dan moeten ze dien dag niet voetballen. Overigens strekt die massa huiswerk, die aan II. B. SJongens, enz. dikwijls wordt opgelegd, hun veel meer tot nadeel dan tot nut. En vooral Zondagsavonds moeten ze niet behoeven te studeeren. Hiermede heb ik mijn meening gezegd, die, zooals men wel begrijpen zal, rechtstreeks alleen geldt voor een dorp als Abcoude, maar die toch ook in groote plaatsen mutatis mutandis in menig opzicht wel van toepassing kan zijn. Als er uitwassen zijn aan den Roomschen voetbal, laat men die dan verbeteren en andere voorkomen, doch laat men niet „het kind met het bad uitgieten." Op den zevenden Zondag na Pinksteren. Epistel van den H. Paulus tot de Romeinen. VI. 19—23. Broeders! ik spreek menschelijker- wijze, om de zwakheid van uw vleesch want gelijk gij uwe lidmaten hebt overgegeven, om de onzuiverheid en de ongerechtigheid ter ongerechtig heid te dienen, zoo geeft nu uwe ledematen over, om de gerechtigheid te dienen, ter heiligwording. Want toen gij slaven der zonde waart, waart gij vrij ten aanzien der rechtvaardig heid. Welk eene vrucht hadt gij toen uit die dingen, over welke gij u nu schaamt? Het einde toch daarvan is de dood. Maar nu gij bevrijd van de zonden en dienaren Gods zijt gewor den, hebt gij uwe vrucht in de heilig making, en uw einde is het eeuwig leven. Want het loon der zonde is de dood; maar de genade Gods is het eeuwig leven in Jesuk Christus, onzen Heer. Evangelie, Mattlieus VII. 1521. In dien tijde zeide Jesus aan zijne Leerlingenwacht u voor de valsche Profeten, die in schaapskleederen tot u komen, maar inwendig grijpende wolven zijn. Aan hunne vruchten zult gij ze kennen. Plukt men,wel druiven van de doornen of vijgen van de distelen? Alzoo brengt alle goede boom goede vruchten voort. Een goede boom kan geen kwade vruchten, noch een kwade boom goede vruchten voortbrengen. Alle boom, die geene goede vruchten voortbrengt, zal uitgehakt en in het vuur gewor pen worden. Z:o dan, aan hunne vruchten zult gij ze kennen. Niet ieder, die tot mij zegt: Heer! Heer! zal in het rijk der hemelen ingaan; maar die den wil mijns Vaders doet, die in den hemel is, die zal in het rijk der hemelen komen. Een nieuw receptenboek. De Volksbond tegen Drankmisbruik heeft een boekje uitgegeven met „Verschillende recepten van alcohol vrije dranken." Martine Wittop Koning schreef het, dus kan men zeker wezen dat de recepten uitstekend zijn. Er zijn héél eenvoudige en meer kostbare dranken, koude en warme, limonades om dadelijk te drinken en om te be waren, maar de bereiding is altijd zeer duidelijk verklaard. En er zijn zóó veel verschillende recepten, dat men waarlijk geen behoefte aan alco holische dranken heeft, wanneer men dit boekje bezit. De prijs is dertig cents. („C") Vlaanderen. „Gudrun", het tijdschrift van den Vlaamsehen Meisjesbond heeft in Juli een praêlitnummer, waarin Cyriel Verschaeve een vlammend artikel schreef over 11 Juli, de herdenking van den Gulden Sporenslag. Er is een portret in dit nummer van Dr. Mar- gariet Baers, de begaafde en sym pathieke bestuurster der Hoogeschool voor Vrouwen te Antwerpen en óók een portret van Mej. Gabriella van Caeneghem, de eerste voorzitster van den Landsbond, die thans kloosterzus ter is te Antwerpen. 't Moet gezegd wordendie Vlaamsche meisjes durven. Wat zij zeggen van de moeilijkheid voor een Vlaamsch meisje dat een kloosterroeping heeft, om edn Vlaamsch klooster te vinden, is waar en raak. „De meisjes uit ons volk", zegt M., „worden tot het kloo sterleven opgeleid in een taal die ze moeilijk begrijpen, ze zijn veroordeeld levenslang de innigste gemoedsaan doeningen uit te schreien ook in het gebed met vreemde klanken;* in haar eigen kloosterkapel, vlak naast het altaar, hangt de Fransche vlag." Wanneer de meisjes uit die ver schillende gou wen allemaal Vlaamsche beschaving verspreiden, die óók in haar huis ontwikkeld en Vlaamsch zijn, dan wordt het wezelijk zomer in Vlaanderen. Gr. Gr. Gr. Het Geert Groote Genootschap heeft een héél mooi boekje uitgegeven: het leven van Sint Agnes, als no. 19 van de Serie. Dit korte leven van Sint Agnes is zuivere historie, alle legende is er uit verwijderd, maar daarom is het zóó mooi, eenvoudig en aandoen lijk. Opnieuw een jiewijs, dat alleen het goed geschreven heiligenleven boeiend en aantrekkelijk wordt. Het is oen mooi voorbeeld hoe de korte heiligen levensgeschreven moeten zijn. C. J. Ligthart S.J. schreef dit boekje Het kost 25 cent. Intern. Congres der Christ. Arbeidster. Op 28 Juni is het tweede Congres geweest der Christelijke arbeidsters van alle landen te Insbrück in Tirol. Tusschen de Fransche en Duitsche elementen was alle stroefheid dooi de oorlogsellende veroorzaakt nog niet overwonnen, zeggen de verslagen. De vrouwen uit do neutrale lauden zullen al haar best moeten doen den zusterlijken geest te doen herleven. Vrouwelijke griffier. Begin Juli is voor het eerst aan het Kantongerecht te Amsterdam het ambt van griffier waargenomen door een vrouw. Mej. Mr. v. Geuns, doch ter van den advocaat-generaal bij het geréchtshof te Amsterdam, was de eerste vrouw die in deze hoedaning- heid optrad. Academie voor hoogere studie. De religieuzen van het Sacré-Coeur, Newtonstraat 326 den Haag zullen met aanvang October een Academie voor Hoogere Studie openen. Deze instelling wordt na herhaalde aanvragen opgericht voor jongedames, die njet aan de Universiteit gaan studeeren, maar toch meer algemeene ontwikkelingen intellectueele vorming wenschen. Vóór de terechtstelling. In Frankrijk, zoo lezen we, en dit was niet onbekend, is het sedert de revolutie gewoonte geweest om ter dood veroordeelden tot het laatste oogenblik onkundig te laten van het lot, dat hun wacht. Plotseling worden ze dan met het feit der aanstaande executie in kennis gesteld en tot behoorlijke voorbereiding voor de Groote Reis blijft geen tijd. In Spanje, een land, waar ook het Staatsbestuur van Christelijke begin selen is doortrokken, gaat het anders. Daar wordt de veroordeelde aan den vooravond van zijn terechtstelling naar de kapel gebracht, terwijl een priester den geheelen nacht in zijn nabijheid blijft. En bijna altijd volgt dan een goede biecht met een vurige H. Communie, waarna de gevang-ene rustig en vol vertrouwen op Gods oneindige barmhartigheid het schavot betreedt. Nu zijn onlangs te Chateau-roux in Frankrijk, twee moordenaars terecht gesteld. Zij hadden tot advocaat een katho liek'Kamerlid, die den vorigen dag de beide veroordeelden mededeelde wat ging geschieden. Welnuook zij hebben gebiecht en met hun ver- dediger de II. Communie ontvangen. De minister van Justitie bemoeit er zicli 1111 mee, want er schijnt een reglement ovei'treden te zijn, doch twee zielen zijn gered. En Frankrijk wordt niet meer door Combes gei'egeerd, al zit het ambte- nai'oncorps nog vol met lieden van ziju geest. Er is juist een ook in andere landen hoogst noodige actie gaande om te zorgen, dat deze uit voerders der wetten niet ""een soort tegenregeering blijven vormen tegen den wil van volk en parlement. Andere geest spreekt uit hetgeen in Czecbo-Slovakije, het land van Huss, geschiedt. Daar streeft men er naar, om ter dood veroordeelden de gelegenheid te geven, zich zeiven nog vóór de executie van 't leven te berooven. En zelfs wil men eiken zieke, die door de wetenschap voor ongeneeslijk wordt verklaard ot zware pijnen lijdt, in de gelegenheid stellen, zelfmoord te plegen of zelfs op zijn verzoek van het leven berooven. Nog één stap en men doet het tegen zijn wil in 't algemeen belang of zoo iets. Maar in werkelijkheid, omdat men alles, wat met den dood in verband staat, daaraan doet den kon, zoo snel mogelijk wil verwijderen. De lafaards. Die bovendien anderen den weg versperi'on tot een gelukkige eeuwig heid, welke Gods Hart zoo gaarne aan allen geven wil. („Centrum") Gtrieksclie snuifjes. Naar aanleiding van het sensatio- neele bericht over een besluit der Gi'ieken om een aanval op Konstan ti- nopel te doen waartoe zou be sloten zijn in een vergadering op 29 Juni te paleize, die koning Kon stan tijn zelt, de Gi'ieksclie Hoogc Commissaris te Smyrna, Stei'ghiades, en de nieuwe opperbevelhebber, Hadjianestis, bijwoonden ontleent Nypels van het „Hbl." aan een schrijven d.d. 1 dezer, van een Fransch zakenman in Smyrna het volgende „De zaken gaan hier nóg slechter ,dan toon jij er was. Wij wachten nog steeds vol verlangen op de rege ling van de quaestie van Klein-Azië en Smyrna. Inmiddels heeft de almach tige Sterghiades, die den tegenstand van niemand duldt, zelfs generaal Papoelas, den officieelen overwinnaar van In-Eunu, Eski-sjehir, den Sanga- ries en zoovele andere roemruchtige nederlagen der Grieken, tot aftreden gedwongen. Deze is thans opgevolgd door generaal Hadjianestis, die jou zeker aan een paar feuilletons zou geholpen hebben „Deze nieuwe opperbevelhebber der Hellenen is namelijk een maniak van de discipline en van de slobkousen- knoopen. Hij stopt zijn ondei'geschik- ten voor elk vei'gi'ijp tegen de dis cipline of tegen de correctheid van hun kleeding onherroepelijk in de doos. Laatst moest hij in een spiegel geconstateerd hebben, dat een knoop aan zijn unifox'm los zat en zich toen zelf onverbiddelijk vier dagen aiTest opgelegd hebben! „Tijdens dat arrest in zijn kamer van het Grand-Splendid-Palce Hotel, heeft hij waarschijnlijk zijn laatste oekase uitgevaardigd, waarbij over de di'acht van snorren door officieren en minderen nauwkeurige instructies gegeven worden. De soldaten, die hun geweer niet cox'rect voor hem presen teeren, gaat hij persoonlijk hun hou- OP DE VERKEERDE PLAATS. Moeder! riep de kleine Willem uit de slaapkamer van de kinderen, Jan neemt de helft van het bed. Nu, antwooi'dde de moeder, heeft hij daar dan geen recht op! Ja moeder, antwooi'dde Willem, maar hij neemt zijn helft in het midden. EEN SNUGGERTi, Amstcrdamsch agent tot buitenman Zou je niet doorloopen, meneer'? De boer: Tja, ziet, uwes, ik wacht nog altijd op den man, die m'n horloge zou gelijk zetten op Am- sterdamschen tijd. Hij heeft het een uur geloden meegenomen, maar is nog niet terug. EEN 16-VOUDIGE KANS. „Vadei', wat zou u me aanraden", zei de jonge student, „alleen speciali teiten kunnen tegenwooi'dig op een behooi'lijk bestaan rekenen; zal ik nu specialist worden voor de ooren of voor de tanden." „Voor de tanden jong, daarvan heeft ieder er twee-en-dertig en vau ooren maar twee." DE WRAAK WAS ZOET. A. Maar kerel, die Smit heeft je altijd geërgerd en nu geef je 'm je dochter tot vrouw! B. Ja,... Maar m'n vrouw tot schoonmoeder. MAGERE BLOEMKOOLSOEP. Deze soep maakt men van 't water, waarin de bloemkool gekookt is. Men fruit boter en bloem gaar, maar zon der kleur te laten krijgen (men moet er goed op letten niet te veel boter te gebruiken). Dan voegt men er 't bloemkoolnat bij en wat melk en laat 't zachtjes op zij gaar koken. Intusschen heeft men enkele worteltjes, selderij schoon gemaakt en kookt die gaar in water met een stukje foeli. Men kan er ook enkele aan kleine stukjes gesne den aardappelen bijvoegen. Als dit alles gaar is, voegt men het bij de bloemkoolsoep. Klop een heel ei, voeg er een weinig maïzena bij en verdun dit met nog wat melk. Laat dit bij de soep nog even doorkoken en maakt de soep dan af met zout en wat maggi's ai'oma naar smaak. Croutons gebakken brood wordt er bij gepresenteerd. CITROENVLA. 1 L. melk, 1 ons suiker, 50 gram maïzena, 1 ei, sap van 4 citroenen, wat citi-oenrasp. De melk aan de kook brengen met de suiker en de citroenrasp. 1 heel ei klopt men en doet daarbij de maïzena maakt daar een glad papje van en doet de sap van de citroen er bij. Als de melk kookt doet men dit mengsel er bij en laat 't ~Jr 10 min. doorkoken. In een glazen vlaschotel legt men wat biscuits en drenkt die in wat bessewijn, madera, persico desnoods in wat warme melk. Als de biscuits genoeg gedi'enkt zijn, doet men er voorzichtig de vla overheen. ding rectificeei'en. alles in afwach ting, dat hij Moestafa Kemal gaat verslaan. „Hij en Sterghiades zijn op het oogenblik in Athene, waar de groote beslissing over Smyrna thans genomen moet worden, daar het geldgebrek steeds nijpender wordt. De drachme noteert hier thans nog slechts 4 piaster en je krijgt voor een fi'anc al zoowat 13 piaster! „De heeren schijnen in Athene twee mogelijkheden te bepleiten: óf de proclamatie van Griekenland's annex atie van al het gebied in Klein-Azië, dat thans door de Grieksche troepen bezet is, óf de evacuatie tot aan de lijn, die bij het vredesverdrag van Sèvres vastgesteld is. (Een veel kleiner gedeelte van Klein-Azië: de .stad Smyrna met een 15.000 vierk. K.M. terrein er om heen, N.) „De nieuwe zaakgelastigde van jullie consulaat-genei-aal is sedert je vertrek hier aangekomen. Het is een zeer sympathiek,maar ei-g jong man. Jij, die dezen Oriënt kent, kunt je dus voorstellen hoe vreemd men hier opkijkt iemand van 28 jaar deze hoogst gewichtige positie hier te zien bekleedeu. Waarschijnlijk begrijpen ze aan jullie (Juai cl'Orsay niet hét verschil tusschen een gewoon consu laat-generaal ergens in de min of meer geordende wereld en een in deze ook. voor jullie zoo gewichtige haven, die elk oogenblik een Fiume of veel erger worden kan, waar het al eens zoo warm toegegaan is. „Waarom sturen jullie ook geen oorlogsschip hierheen? Dat zou ten eerste onze society nog een beetje opfleuren* maar kon ook straks wel eens erg nuttig worden. Je weet hoe de groote mogendheden zijn: als er

Krantenbank Zeeland

Nieuwe Zeeuwsche Courant | 1922 | | pagina 5